2008-07

De Binnenvaartkrant 39
26 maart 2008
>> Vervolg van pagina 35
Het ging ook wel eens mis. In 1959
startte de heer Ketel, oud-medewerker
van rederij Feenstra, in de
Rijnpassagiersvaart. Hij bouwde
een hele rederij op, met onder andere
de Prinses Margriet, de Prinses
Christina en De Prinses Juliana. In
1980 ging het bedrijf failliet.
Rederij Holland River Line liet in
1970 twee 104 meter lange luxe
cruiseschepen bouwen, de Holland
Pearl en de Holland Emerald. Holland
River Line kon de concurrentie
met de KD niet aan en in 1976 werden
de schepen door de KD overgenomen.
Meer succes boekte Kapitein
H. Kamphuisen die op 7 mei
1966 het nieuwe hotelschip Filia
Rheni liet bouwen, daarmee de basis
leggend voor één van de grootste
Nederlandse rivercruise-ondernemingen.
In 1959 werd de kiem gelegd voor
een andere heel grote speler op de
cruisemarkt. Toen kwam de laatste
grote Rijnsleepboot Alexander van
Engelenberg in de vaart. De modernste
sleepboot op de Rijn maar
geen concurrent voor de duwvaart.
In 1973 werd de boot door Scylla
Tours uit Basel omgebouwd tot
mps Scylla, het eerste schip van
deze rederij die nu één van de
grootste en modernste rederijen in
de cruisevaart is.
SWT
Ook de Stichting Watertransport
bleef meedoen. In 1979 liep voor
de SWT het eerste nieuwbouwschip
van stapel: de Mr. Cornelis W.
Kroes. De SWT begon in 1985 buiten
de Rijn op andere Europese rivieren
cruisevaarten te organiseren.
De Mr. Cornelis W. Kroes ging op
de Rhône varen als de Fleur De
Rhône. Na een aanvaring op 12 mei
1985 met de pijler van de spoorbrug
in het Zuidfranse La Voulte
zonk het schip. Hiermee leden ook
de plannen van de SWT schipbreuk.
In de tachtiger jaren werd de trend
gezet naar cruiseschepen die qua
comfort niet onder doen voor zeecruisers.
Met de ingebruikname in
1988 van de nieuwe Switzerland
van Scylla Tours werd een nieuwe
standaard gecreëerd. Elke hut beschikte
over tv, radio, douche, wc
en eigen klimaatbeheersing. Verder
was het schip uitgerust met een verwarmd
zwembad, sauna, solararium
en een fitnessruimte. Dit concept
sloeg aan; sinds 1988
verschijnen er op de Rijn jaarlijks
veel nieuwe cruiseschepen.
Na de éénwording van Duitsland
kwam de vaart op de prachtige Elbe
in beeld. In 1991 werden een groot
aantal schepen met een geringe
diepgang op stapel gezet. Daarnaast
lieten andere rederijen hun schepen
aanpassen om hier hun geluk
te beproeven. De Elbe blijft echter
een grillige rivier en met haar zeer
lage waterstanden toch een probleem
voor de cruisevaart. Op 25
september 1992 werd het Main-
Donaukanaal voor de scheepvaart
geopend. Nog meer perspectieven
voor cruiseoperators. Alle rederijen
hebben sindsdien één of meerdere
schepen op de Donau in de vaart.
De huidige generatie rivercruisers
zijn complete vijfsterrenhotels.
Nog steeds is de rivercruise een
groeimarkt. Veel rederijen brengen
jaarlijks nieuwe schepen in de vaart
met een kostprijs van rond de tien
miljoen euro.
In 2005 bezochten ruim 780 rivercruisers
Amsterdam met 150.000
passagiers. In 1996 waren dat nog
maar 219 riviercruiseschepen met
29.500 passagiers.
(dit artikel is een samenvatting van
het artikel ‘Zestig jaar Rhein-cruisevaart’
uit het verenigingsblad van de
Vereniging “De Binnenvaart”. De vereniging
organiseert een 8-daagse Museum
& Shopping Rheincruise Dordrecht-Basel
met het mps Switzerland,
startend op 25 maart.
Meer info op www.debinnenvaart.nl)
power for marine professionals
de volvo penta voorstuwings- en generatorsets zijn:
klaar voor de toekomst!