FBSTER1_1112_SchPi OO / dOO Code Gevorderde sterkteleer in de bouw 1 FBSTER1 Coördinator Pieter Schevenels (SchPi) Lesgever(s) Pieter Schevenels (SchPi), Koen Heyens (HeKo) Opleidingsfase 2ABA_BK ECTS-punten 5 Tot.: 140u KO: 24u BKV: 30u ZS: 86u Niveau Uitdiepend Competenties Nummers verwijzen naar de deelcompetenties (zie competentiematrix in deel 1 van de studiegids) Beoordelingscriteria Codes verwijzen naar de decretale competenties (zie verklarende lijst in deel 1 van de studiegids) Nummers verwijzen naar de deelcompetenties (zie competentiematrix in deel 1 van de studiegids) De student beschikt 1. over een ruime veelzijdige, wetenschappelijke en technologische basiskennis die hij gericht kan toepassen 1.1, 1.2, 1.3, 1.4, 1.5, 1.7 3. over communicatievaardigheden 3.1 4. over algemene beroepsattitudes 4.2, 4.3, 4.4, 4.5, 4.8 6. over elementaire onderzoekscompetenties, kan onder begeleiding probleemgericht en projectmatig handelen 6.1, 6.4, 6.5, 6.7 De student moet tijdens het schriftelijk examen over de theorie zelfstandig een aantal basisbegrippen uit de cursus kunnen afleiden en uitleggen. (1.1, 1.2, 1.7, 3.1, 4.2, WC1, AC1, AC6, AWC4) De student moet tijdens het schriftelijk examen over de oefeningen zelfstandig de opgave vertalen naar een model, (1.3, 1.5, 4.2, 4.4, 6.1, 6.4, 6.5, 6.7, AC1, AC2, AC7, AWC4, AWC1) hij/zij moet tot een oplossing komen door het opbouwen van wetenschappelijke redeneringen, het toepassen van wetten van de sterkteleer en wiskundige technieken, (1.2, 4.3, 4.5, 4.8, WC1, AC1, AWC4, BC8, BC7) hij/zij moet de resultaten toetsen en kritisch beoordelen. (1.4, 3.1, AWC1, AC6) Inhoud - Samengestelde doorsneden - Cirkel van Mohr – grensspanningscriteria - Structuren - Vakwerken - Kabels - Bogen - Verplaatsingen van structuren - Momentenlijn (herhaling) - Integralen van Mohr - Hyperstatische systemen, o.a. stelling van Pasternak Werkvorm Tijdens de kennisoverdracht (in grote groep) wordt de theorie aangebracht en geïllustreerd met modeloefeningen. Tijdens de begeleide kennisverwerking (in kleine groep) moet de student zelfstandig de theorie toepassen in oefeningen. Studiemateriaal Cursus Gevorderde sterkteleer in de bouw K. De Proft, P. Schevenels en K. Heyens Oefeningenbundel K. Heyens en P. Schevenels aangevuld met informatie op elektronisch leerplatform Examenvorm 1 ste examenkans Schriftelijk examen van de theorie (25%) en oefeningen (75%) 2 de examenkans Schriftelijk examen van de theorie (25%) en oefeningen (75%) Algemene visie Tijdens de cursus Gevorderde sterkteleer in de bouw worden de begrippen die behandeld werden in de richting-gemeenschappelijke cursus Sterkteleer (STER1) toegepast op specifieke structuren in de bouw. In deze cursus wordt de krachtswerking in en de verplaatsing van de meer eenvoudige structuren zoals vakwerken, kabels en bogen bestudeerd, terwijl in de vervolgcursus raamwerken aan bod komen. Een andere stap die gezet wordt is deze van het oplossen van isostatische systemen naar het oplossen van hyperstatische systemen. 109
FBSTER1_1112_SchPi OO / dOO Code Begincompetenties Situering in het curriculum / Volgtijdelijkheid Relatie met onderzoek Relatie met werkveld Gevorderde sterkteleer in de bouw 1 FBSTER1 De student beheerst de begrippen geïntroduceerd in de richting-gemeenschappelijke cursus Sterkteleer (STER1) en kan deze toepassen in praktische problemen. Dit opleidingsonderdeel maakt deel uit van de leerlijn Sterkteleer-Toegepaste Mechanica, waarbij de student de principes leert kennen om constructies te dimensioneren en verplaatsingen te berekenen. Het grondig beheersen van de principes in deze cursus is dan ook noodzakelijk voor de materiaalspecifieke vakken waar constructies gedimensioneerd worden (bijv. staal, beton, hout, metselwerk, …). De cursus verwijst naar resultaten van onderzoek en verwijst naar voorbeelden uitgevoerd in het kader van dienstverlening. Speciale aandacht gaat naar het opstellen van een model voor een reëel probleem. De ingenieur gebruikt de basiskennis uit de sterkteleer bij het ontwerp en beoordeling van elke bouwkundige constructie. Zonder gedetailleerde berekeningen te maken kan de ingenieur toch aangeven waar zwakke plekken in een constructie kunnen optreden. Aanvullende info Onderwijstaal: Nederlands 110