hoofdstukoverzicht - Pearson Education
hoofdstukoverzicht - Pearson Education
hoofdstukoverzicht - Pearson Education
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
6<br />
200<br />
het beenderstelsel<br />
6.8.3 Voorbeelden van gewrichten<br />
In deze paragraaf worden voorbeelden van gewrichten<br />
besproken waarmee belangrijke functionele principes<br />
worden geïllustreerd. Eerst zullen we de gewrichten tussen<br />
de wervels van het axiale skelet bespreken. Daarna<br />
gaan we vier synoviale gewrichten van het skelet van de<br />
ledematen bespreken: in de arm, de schouder en de elleboog<br />
en in het been, de heup en de knie.<br />
Gewrichten tussen de wervels<br />
Vanaf de axis tot aan het os sacrum scharnieren de<br />
wervels op twee manieren met elkaar: (1) bij glijdende<br />
gewrichten tussen de bovenste en onderste gewrichtsuitsteeksels,<br />
en (2) bij vezelige kraakbeenkussens tussen<br />
de wervellichamen (figuur 6-36•). Bij de gewrichten<br />
tussen de bovenste en onderste gewrichtsuitsteeksels<br />
van aangrenzende wervels is een geringe mate van beweging<br />
mogelijk die gepaard gaat met flexie en rotatie<br />
van de wervelkolom. De aangrenzende wervellichamen<br />
kunnen enigszins over elkaar heen glijden.<br />
Behalve de eerste halswervels zijn de wervels gescheiden<br />
en beschermd door kussentjes, de zogenoemde<br />
tussenwervelschijven (enkelvoud: discus intervertebralis).<br />
Elke tussenwervelschijf bestaat uit een stevige buitenste<br />
laag van vezelig kraakbeen. De schijven zijn<br />
via de collagene vezels van de buitenste laag aan de<br />
aangrenzende wervels gehecht. Het vezelige kraakbeen<br />
omgeeft een zachte, elastische en gelatineuze kern,<br />
waardoor de tussenwervelschijven veerkrachtig zijn<br />
en als schokdempers kunnen werken die bij belasting<br />
worden ingedrukt en vervormd. Door deze elasticiteit<br />
wordt voorkomen dat wervels onderling in contact komen;<br />
dit zou ertoe kunnen leiden dat de wervels of<br />
het ruggenmerg beschadigd raken of dat de hersenen<br />
mechanische schokken ondervinden.<br />
Kort na het bereiken van de lichamelijke volwassenheid<br />
begint de gelatineuze massa binnen alle schijven<br />
te degenereren en wordt de schokdempende werking<br />
minder effectief. Tegelijkertijd wordt het buitenste<br />
vezelige kraakbeen minder elastisch. Als de belasting<br />
voldoende groot is, kan de binnenste massa door het<br />
omringende vezelige kraakbeen heen breken en buiten<br />
de ruimte tussen de wervels uitsteken. Deze aandoening<br />
wordt een gehernieerde schijf genoemd. Hierdoor<br />
wordt de functie van de schijven verder verminderd.<br />
Vaak wordt de term hernia gebruikt om dit probleem<br />
aan te duiden. De tussenwervelschijven dragen ook in<br />
belangrijke mate bij aan iemands lengte; ze vormen ongeveer<br />
een kwart van de lengte van de wervelkolom boven<br />
het heiligbeen. Naarmate we ouder worden, neemt<br />
het watergehalte van de schijven af; dit verlies verklaart<br />
het kenmerkende ‘krimpen’ bij het ouder worden.<br />
Gewrichten van de armen<br />
De schouder, de elleboog en de pols zijn verantwoordelijk<br />
voor het positioneren van de hand die nauwkeurig<br />
bestuurde bewegingen uitvoert. De schouder heeft een<br />
grote mobiliteit, de elleboog is heel sterk en de pols past<br />
de oriëntatie van handpalm en vingers nauwkeurig aan.<br />
Het schoudergewricht Van alle gewrichten in het<br />
lichaam heeft het schoudergewricht de grootste bewegingsmogelijkheden.<br />
Omdat dit gewricht ook het<br />
vaakst uit de kom raakt, is dit een schoolvoorbeeld van<br />
de stelling dat beweeglijkheid ten koste gaat van stabiliteit.<br />
In figuur 6-37• is te zien dat het schoudergewricht een<br />
kogelgewricht is. Het betrekkelijk losse gewrichtskapsel<br />
loopt van de hals van de scapula naar de humerus<br />
en dankzij dit te ruime kapsel is een aanzienlijke mate<br />
van beweging mogelijk. Evenals bij andere gewrichten<br />
wordt de wrijving bij het schoudergewricht verminderd<br />
door bursae of slijmbeurzen; deze bevinden zich daar<br />
waar grote spieren en pezen over het gewrichtskapsel<br />
lopen. Met name bij het schoudergewricht liggen bijzonder<br />
veel grote slijmbeurzen. Bij het kapsel, bij de<br />
uitsteeksels van de scapula en bij de grote schouderspieren<br />
liggen verscheidene slijmbeurzen. Ontsteking<br />
van een van deze bursa, een aandoening die bursitis<br />
wordt genoemd, beperkt de bewegingsmogelijkheden<br />
en is pijnlijk.<br />
De spieren die de humerus bewegen, spelen een grotere<br />
rol bij de stabilisatie van het schoudergewricht<br />
dan alle banden en vezels van het kapsel bij elkaar.<br />
Krachtige spieren, die aan de romp, de schoudergordel<br />
en de humerus ontspringen, overdekken het voorste,<br />
bovenste en achterste oppervlak van het kapsel. Deze<br />
spieren vormen de rotatorenmanchet (‘rotator cuff)’, een<br />
groep spieren die sterk uiteenlopende bewegingen van<br />
de arm mogelijk maakt.<br />
Het ellebooggewricht Het ellebooggewricht bestaat<br />
uit twee gewrichten: tussen de humerus en de ulna en<br />
tussen de humerus en de radius (figuur 6-38•). Het