hoofdstukoverzicht - Pearson Education

hoofdstukoverzicht - Pearson Education hoofdstukoverzicht - Pearson Education

pearsoneducation.nl
from pearsoneducation.nl More from this publisher
17.01.2013 Views

� �� ��� ��� �� ��� � ��� ������� ������ ��������� ��������� ��� �������������� ����������� � ��������� ����� �� ���������� �� ��������� ���� ����������� ����� ��� ���������� ����������� �������� ����� ��� ��� ������ ����������� ������� ��������� ������ ������� ������ ����� ���� talus is met de fibula en tibia verbonden. Via de beenderen van de voet draagt de talus het lichaamsgewicht op de grond over. Als iemand normaal rechtop staat, wordt het grootste deel van het gewicht via de talus naar het grote os calcaneus of hielbeen op de grond overgedragen (figuur 6-30b•). Het achterste uitsteeksel van het hielbeen is de aanhechtingsplaats voor de achillespees of tendo calcaneus, die met de kuitspieren is verbonden. Deze spieren tillen de hiel op en drukken de voetzool omlaag, zoals bij iemand die op zijn tenen staat. De rest van het lichaamsgewicht wordt via het os cuboideum en de ossa cuneiformia overgedragen op de tarsale beenderen die de voetzool verstevigen. Het bouwplan van de tarsale beenderen en teenkootjes lijkt op dat van de hand. De metatarsale beentjes (middenvoetsbeentjes) zijn vanaf mediaal tot lateraal ��������� �� ���������� ����������� �������� ���� met de Romeinse cijfers I tot en met V genummerd en hun distale uiteinden vormen de bal van de voet. Net als de duim heeft de grote teen (of hallux) twee kootjes; evenals de vingers bevatten de andere tenen drie kootjes. inzichtvragen ������� ��������� �� ���������� ��� ������������ ����������� 1. Uit welke drie beenderen bestaat de heup? 2. De fibula maakt geen deel uit van het kniegewricht en het draagt ook geen gewicht. Maar als het gebroken is, wordt het lopen toch bemoeilijkt. Waarom? 3. Cesar van tien springt thuis van de trap. Hij landt op zijn rechterhiel en breekt zijn voet. Welk bot is waarschijnlijk gebroken? Antwoorden zijn te vinden vanaf pagina B1-1. 6.8 Botverbindingen 6.8 Botverbindingen ����� ����� ��������� Figuur 6-30 De beenderen van enkel en voet (a) Op deze foto zijn de beenderen van de rechtervoet van bovenaf afgebeeld. (b) Op dit zijaanzicht zijn de onderlinge posities van de voetwortel- en middenvoetsbeentjes te zien. Merk op hoe het lichaamsgewicht op de hiel en de voetzool wordt overgedragen als gevolg van de ligging van de tarsale beenderen. Botverbindingen of articulaties bestaan op alle plaatsen waar twee beenderen tegen elkaar aan liggen. De structuur van een botverbinding is bepalend voor het type beweging dat kan plaatsvinden. Elke botverbinding vormt een compromis tussen de behoefte aan stevigheid en stabiliteit en de behoefte aan beweging. Als 191 6

6 192 het beenderstelsel beweging niet nodig is, of wanneer beweging gevaarlijk zou kunnen zijn, kunnen botverbindingen heel sterk zijn. De naden van de schedel zijn bijvoorbeeld zo complex en uitgebreid dat ze de onderdelen zodanig sterk verbinden alsof het één enkel bot was. Bij andere botverbindingen is beweeglijkheid van groter belang dan stevigheid. De botverbinding bij de schouder laat uitgebreide bewegingen van de arm toe, die meer door de omringende spieren worden beperkt dan door de bouw van het gewricht. Het gewricht zelf is betrekkelijk zwak en daardoor komen verwondingen van de schouder vrij vaak voor. 6.8.1 De indeling van botverbindingen Botverbindingen kunnen worden ingedeeld aan de hand van hun bouw of functie. De indeling aan de hand van de bouw is gebaseerd op de anatomie van het gewricht. Wat dit betreft, worden botverbindingen als volgt ingedeeld: junctura fibrosa, een verbinding die bestaat uit bindweefsel; de kraakbeenverbinding en de junctura synovialis, wat in het dagelijks leven een gewricht wordt genoemd. De eerste twee botverbindingen worden door bindweefsel bij elkaar gehouden. Dergelijke botverbindingen laten weinig of geen beweging toe. Een junctura synovialis is omgeven door Tabel 6-2 Een functionele indeling van botverbindingen vezelig weefsel en de uiteinden van de beenderen zijn met kraakbeen bedekt. Daardoor wordt voorkomen dat de beenderen direct met elkaar in contact komen. Bij dergelijke gewrichten is vrije beweging mogelijk. Bij de indeling naar functie worden gewrichten ingedeeld aan de hand van de mate van beweging die ze toelaten. Een onbeweeglijke botverbinding is een synartrose (syn, samen + arthros, verbinding); een gewricht met zeer beperkte beweging is een amfiartrose (amphi-, aan beide zijden); een botverbinding waarbij de beenderen vrij kunnen bewegen, is een diartrose (dia-, door) of synoviaal gewricht. In tabel 6-2 staat een functionele indeling van botverbindingen waarbij een relatie wordt gelegd met de bouw. Ook zijn enkele voorbeelden vermeld. Onbeweeglijke botverbindingen (synartrosen) Bij een synartrose bevinden de benige randen zich tamelijk dicht bij elkaar en kunnen zelfs in elkaar grijpen. Een synartrose kan vezelig of kraakbenig zijn. Twee voorbeelden van vezelige onbeweeglijke botverbindingen zijn in de schedel te vinden. Bij een naadverbinding (sutuur, sutura, aan elkaar naaien), grijpen de beenderen van de schedel in elkaar en worden ze door dicht bindweefsel bijeengehouden. Bij een spij- FUNCTIONELE GROEP STRUCTURELE GROEP BESCHRIJVING VOORBEELD Synartrose (geen beweging) Amfiartrose (weinig beweging) Diartrose (vrije beweging) Vezelig Naad Spijkergewricht of gomphosis Kraakbeen Synchondrose Vezelig Syndesmose Kraakbeen Symfyse Vezelige verbindingen plus in elkaar grijpende oppervlakken Vezelige verbindingen plus inplanting in benige holte (tandkas) Tussengelegen kraakbeenplaat Verbinding met banden Verbinding door een kussentje van vezelig kraakbeen Synoviaal Complex gewricht omgeven door gewrichtskapsel die gewrichtsvloeistof bevat Tussen de beenderen van de schedel Tussen de gebitselementen en de kaken Epifysekraakbeen Tussen de fibula en tibia Tussen de rechter- en linkerhelft van het os pubis; tussen aangrenzende wervels van de wervelkolom Talrijke; ingedeeld aan de hand van de bewegingsmogelijkheden (zie figuur 6-35•)

�<br />

��<br />

���<br />

���<br />

��<br />

���<br />

� ���<br />

�������<br />

������ ���������<br />

���������<br />

��� �������������� �����������<br />

�<br />

���������<br />

�����<br />

�� ����������<br />

�� ���������<br />

����<br />

�����������<br />

����� ��� ����������<br />

����������� ��������<br />

�����<br />

��� ��� ������<br />

����������� �������<br />

���������<br />

������<br />

�������<br />

������<br />

����� ����<br />

talus is met de fibula en tibia verbonden. Via de beenderen<br />

van de voet draagt de talus het lichaamsgewicht<br />

op de grond over.<br />

Als iemand normaal rechtop staat, wordt het grootste<br />

deel van het gewicht via de talus naar het grote os calcaneus<br />

of hielbeen op de grond overgedragen (figuur<br />

6-30b•). Het achterste uitsteeksel van het hielbeen is<br />

de aanhechtingsplaats voor de achillespees of tendo calcaneus,<br />

die met de kuitspieren is verbonden. Deze spieren<br />

tillen de hiel op en drukken de voetzool omlaag,<br />

zoals bij iemand die op zijn tenen staat. De rest van<br />

het lichaamsgewicht wordt via het os cuboideum en de<br />

ossa cuneiformia overgedragen op de tarsale beenderen<br />

die de voetzool verstevigen.<br />

Het bouwplan van de tarsale beenderen en teenkootjes<br />

lijkt op dat van de hand. De metatarsale beentjes<br />

(middenvoetsbeentjes) zijn vanaf mediaal tot lateraal<br />

���������<br />

��<br />

����������<br />

�����������<br />

��������<br />

����<br />

met de Romeinse cijfers I tot en met V genummerd en<br />

hun distale uiteinden vormen de bal van de voet. Net<br />

als de duim heeft de grote teen (of hallux) twee kootjes;<br />

evenals de vingers bevatten de andere tenen drie<br />

kootjes.<br />

inzichtvragen<br />

�������<br />

���������<br />

��<br />

����������<br />

��� ������������ �����������<br />

1. Uit welke drie beenderen bestaat de heup?<br />

2. De fibula maakt geen deel uit van het kniegewricht<br />

en het draagt ook geen gewicht. Maar als het gebroken<br />

is, wordt het lopen toch bemoeilijkt. Waarom?<br />

3. Cesar van tien springt thuis van de trap. Hij landt op<br />

zijn rechterhiel en breekt zijn voet. Welk bot is waarschijnlijk<br />

gebroken?<br />

Antwoorden zijn te vinden vanaf pagina B1-1.<br />

6.8 Botverbindingen<br />

6.8 Botverbindingen<br />

�����<br />

�����<br />

���������<br />

Figuur 6-30 De beenderen van enkel en voet<br />

(a) Op deze foto zijn de beenderen van de rechtervoet van bovenaf afgebeeld.<br />

(b) Op dit zijaanzicht zijn de onderlinge posities van de voetwortel-<br />

en middenvoetsbeentjes te zien. Merk op hoe het lichaamsgewicht<br />

op de hiel en de voetzool wordt overgedragen als gevolg van de ligging<br />

van de tarsale beenderen.<br />

Botverbindingen of articulaties bestaan op alle plaatsen<br />

waar twee beenderen tegen elkaar aan liggen. De<br />

structuur van een botverbinding is bepalend voor het<br />

type beweging dat kan plaatsvinden. Elke botverbinding<br />

vormt een compromis tussen de behoefte aan stevigheid<br />

en stabiliteit en de behoefte aan beweging. Als<br />

191<br />

6

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!