Aan: dr. Ate C. Nievaard - Maatschappijwetenschappen ...

Aan: dr. Ate C. Nievaard - Maatschappijwetenschappen ... Aan: dr. Ate C. Nievaard - Maatschappijwetenschappen ...

16.01.2013 Views

78 Conny Pronk-de Hoog, Gerold Moltzer, Marylee van der Meulen "Je wordt heel handig, op reis, in een hut. Je leerde om heel esthetisch te zijn, snel, stiekem, in de WC. Wanneer je netjes bent, blijft het kunstgebit zitten. Ik ben allergisch voor netheid in mijn mond. Altijd een spiegeltje en borsteltje bij de hand, je voelt niet dat er etensresten tussen je tanden zitten. Ik heb ook nooit lipstick op, dan had ik altijd een smoes om even weg te lopen. Even bijwerken zei ik dan. Ook belangrijk om weer fris te ruiken. Bij een diner dan zat je naast iemand en dan dacht je "als hij het maar niet merkt". Uit angst dat ik zou ruiken en om het fris te houden moet je je gehemelte masseren. Bij een vliegtocht vijf, zes maal naar het toilet om fris te blijven. Sta je in de kleine ruimte te friemelen, bang ook dat je gebit valt en breekt!" De grens tot waar die waakzaamheid vereist is, verschilt per respondent. Hierbij is het belangrijk om onderscheid te maken tussen: enerzijds vermijden dat anderen je zonder kunstgebit zien en anderzijds vermijden dat anderen te weten komen dat je een kunstgebit draagt. Er kunnen dan ook ’niveaus van verbergen’ onderscheiden worden: a. Verbergen tegenover onbekenden; deze mogen er geen erg in hebben dat je een kunstgebit draagt. b. Verbergen ook tegenover intimi (echtgeno(o)t(e), naaste familie, goede vrienden). Maar kinderen of goede vrienden, en in ieder geval echtgenoot of intieme partner, weten wel dat je een kunstgebit draagt. Voor deze respondenten is waakzaamheid thuis niet een vereiste, al is het onderhoud van het kunstgebit tegenwoordig meestal ’badkamer-gebeuren’. De meeste respondenten doen er alles aan om te voorkomen dat zij bij voorbeeld door hun kinderen, of vrienden die blijven logeren, onverhoeds "met een lege mond" gezien zouden kunnen worden. Of herinneren zich een gênante situatie die zich ooit voor deed nog steeds en detail. c. Verbergen ten opzichte van iedereen: ook intimi, vrienden, kinderen, echtgenoot of intieme partner mogen niet weten dat je een kunstgebit draagt. Om begrijpelijke redenen zijn we er niet in geslaagd iemand die in de laatst genoemde situatie verkeert te interviewen. De behandelaar is de enige die ervan op de hoogte is. Dat schijnt vaker voor te komen dan wij vermoedden (persoonlijke communicatie, Einar Berg 1995). En zie het citaat uit het werk van Gerard Reve aan het begin van dit verslag. In dit verband kan worden vermeld dat er gewoonlijk tussen de prothesedrager en de (weinige) anderen die het weten, een - wat Goffman noemt - ’etiquette’ bestaat, waarbij aan beide zijden geen aandacht gegeven wordt aan het feit dat iemand een kunstgebit heeft. Hij noemt dat ’easeful

Over leven met een kunstgebit inattention’: net doen alsof je niets merkt of ziet, of je er niet op let. (Goffman 1963). Een probleem vormt de situatie waarbij de prothesedrager nieuwe vrienden of relaties krijgt. Goffman spreekt in dat geval van ’disclosure etiquette’. In eerste instantie wordt verborgen dat men een kunstgebit heeft. Wordt de relatie nauwer, dan breekt het spanningsvolle moment aan dat men ermee voor de dag moet komen. Dit is niet zonder risico’s. "Ik heb een vriendje gehad die het uitgemaakt heeft toen ik hem vertelde dat ik een kunstgebit had. Zei hij mij openlijk en direct. Hij vond mij wel mooi, maar zei dat hij er niet tegen kon. "Ik heb liever iemand zonder benen, dan met een kunstgebit" zei hij." "Het is beter om ’s nachts je gebit uit te doen. Tenminste, dat heb ik dan uitgevogeld dat dat zo is. Maar wat doe je als een vriendin bij je blijft slapen? Als je je gebit niet in hebt, zie je er wel 20 jaar ouder oud." Een andere respondent had betere ervaringen, maar vond dat kennelijk niet gewoon: "Net toen ik mijn kunstgebit had, ontmoette ik een vrouw die het niet erg vond dat ik een kunstgebit heb. Vond ze helemaal niet erg! Fantastische vrouw was dat. Echt hoor, ik heb vreselijk geluk gehad." Bagatelliseren en provoceren. Behalve het verbergen wordt ook wel de strategie van het bagatelliseren en zelfs provoceren toegepast. Bagatelliseren is vrij gebruikelijk onder prothese-patiënten: "Zo erg is het nou ook weer niet"; "Ik heb er alleen maar zelf last van; niemand die er iets van merkt of ziet"; "Er zijn ergere dingen"; "Een kunstgebit is eigenlijk net zoiets als een bril"; "Dat gedoe met al die houtjes en raggertjes waar mijn vriendin mee bezig is, is ook maar niks". Minder vaak wordt in het sociale verkeer de strategie van het provoceren toegepast: "Ik heb de neiging om tegen mensen die zeiden "goh wat heb je mooie tanden" te zeggen "ze zijn niet echt hoor". Een soort hardheid, eerlijkheid. Later weten ze het toch wel, dan komt het toch uit trouwens." "Mijn vriendin is een grapjas en ze houdt ervan om de dagelijkse gang van zaken zo nu en dan een beetje op de kop te zetten. Dus het gebeurt wel dat ze tijdens een borrel met kennissen en zo mensen die ze spreekt die klagen over problemen die ze 79

Over leven met een kunstgebit<br />

inattention’: net doen alsof je niets merkt of ziet, of je er niet op let.<br />

(Goffman 1963).<br />

Een probleem vormt de situatie waarbij de prothese<strong>dr</strong>ager nieuwe vrienden<br />

of relaties krijgt. Goffman spreekt in dat geval van ’disclosure etiquette’.<br />

In eerste instantie wordt verborgen dat men een kunstgebit heeft. Wordt de<br />

relatie nauwer, dan breekt het spanningsvolle moment aan dat men ermee<br />

voor de dag moet komen. Dit is niet zonder risico’s.<br />

"Ik heb een vriendje gehad die het uitgemaakt heeft toen ik hem vertelde dat<br />

ik een kunstgebit had. Zei hij mij openlijk en direct. Hij vond mij wel mooi,<br />

maar zei dat hij er niet tegen kon. "Ik heb liever iemand zonder benen, dan<br />

met een kunstgebit" zei hij."<br />

"Het is beter om ’s nachts je gebit uit te doen. Tenminste, dat heb ik dan<br />

uitgevogeld dat dat zo is. Maar wat doe je als een vriendin bij je blijft<br />

slapen? Als je je gebit niet in hebt, zie je er wel 20 jaar ouder oud."<br />

Een andere respondent had betere ervaringen, maar vond dat kennelijk<br />

niet gewoon:<br />

"Net toen ik mijn kunstgebit had, ontmoette ik een vrouw die het niet erg<br />

vond dat ik een kunstgebit heb. Vond ze helemaal niet erg! Fantastische<br />

vrouw was dat. Echt hoor, ik heb vreselijk geluk gehad."<br />

Bagatelliseren en provoceren. Behalve het verbergen wordt ook wel de<br />

strategie van het bagatelliseren en zelfs provoceren toegepast. Bagatelliseren<br />

is vrij gebruikelijk onder prothese-patiënten: "Zo erg is het nou ook<br />

weer niet"; "Ik heb er alleen maar zelf last van; niemand die er iets van<br />

merkt of ziet"; "Er zijn ergere dingen"; "Een kunstgebit is eigenlijk net<br />

zoiets als een bril"; "Dat gedoe met al die houtjes en raggertjes waar mijn<br />

vriendin mee bezig is, is ook maar niks".<br />

Minder vaak wordt in het sociale verkeer de strategie van het provoceren<br />

toegepast:<br />

"Ik heb de neiging om tegen mensen die zeiden "goh wat heb je mooie tanden" te<br />

zeggen "ze zijn niet echt hoor". Een soort hardheid, eerlijkheid. Later weten ze het<br />

toch wel, dan komt het toch uit trouwens."<br />

"Mijn vriendin is een grapjas en ze houdt ervan om de dagelijkse gang van zaken zo<br />

nu en dan een beetje op de kop te zetten. Dus het gebeurt wel dat ze tijdens een<br />

borrel met kennissen en zo mensen die ze spreekt die klagen over problemen die ze<br />

79

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!