Aan: dr. Ate C. Nievaard - Maatschappijwetenschappen ...
Aan: dr. Ate C. Nievaard - Maatschappijwetenschappen ...
Aan: dr. Ate C. Nievaard - Maatschappijwetenschappen ...
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Beïnvloeding van instellingsculturen in verpleeghuizen<br />
121<br />
niet op morele gronden, maar omdat daarvan het meeste effect wordt verwacht.<br />
Het management realiseert zich dat communicatie met de medewerkers belangrijk<br />
is in het proces van over<strong>dr</strong>acht van waarden. Daarom wordt bewust<br />
gewerkt aan het vergroten van het contact met de medewerkers:<br />
"Je moet proberen op tijd te communiceren en een vinger aan de pols houden. Eén<br />
van de dingen die nu is ingebouwd, zijn de directiebezoeken aan de groepen. Gewoon<br />
informeel met de lunch, met thee of een <strong>dr</strong>ankje en een hapje (...) Je kan direct wat<br />
doen als je dingen constateert van die groep, bijsturen. Er is een hele directe<br />
communicatie over de beleving van wat zij belangrijk vinden. En als directie<br />
stimuleer je door vragen te stellen (...) Het is een wederzijds beïnvloedingsproces."<br />
(p.47).<br />
In de communicatiestijl stelt het management het cognitief-zakelijke boven<br />
het emotioneel-intuïtieve. Een rationele en emotioneel-neutrale beroepshouding<br />
en houding tot collega’s wordt het meeste gewaardeerd. De gerichtheid<br />
op techniek en technische ontwikkelingen gaat samen met de waardering<br />
voor specialistische kennis en gedifferentieerde rolrelaties. Opmerkelijk was<br />
ook een sterke weerstand tegen de ’spruitjes-cultuur’ die het management<br />
meende waar te nemen bij andere zorginstellingen, waarmee werd gedoeld<br />
op de ’typisch jaren-zestig-achtige welzijnscultuur’ (’weet-je-wel-cultuur’)en<br />
bijbehorende communicatievormen.<br />
Wat de persoonlijke motieven voor innovatie betreft geven de managers twee<br />
bronnen aan. De eerste bron is de persoonlijke <strong>dr</strong>ang naar voortdurende<br />
vernieuwing.<br />
"Ik zou moeilijk kunnen aarden in een organisatie waar het iedere dag hetzelfde is.<br />
Ik heb dat ook wel nodig dat nieuwe dingen zich voordoen. Nieuwe klussen die je<br />
kunt oppakken." (p.60).<br />
De tweede bron is de sterke behoefte aan controle en rationaliteit. Het<br />
management wil graag grip hebben op de organisatie, overzicht hebben, controleren,<br />
beheersen en resultaatgericht werken. Dit moet gebeuren op grond<br />
van rationale overwegingen, feiten en harde cijfermatige gegevens:<br />
"Het van te voren afspreken wat je van elkaar verwacht, wat je met elkaar afspreekt,<br />
geeft duidelijkheid. Sturing, resultaatgericht werken (...) Je hebt een beter zicht en<br />
greep op de zorguitvoering en de be<strong>dr</strong>ijfsvoering. Ook naar de medewerkers is dat