16.01.2013 Views

Bekijk het inkijkexemplaar - Cross Media Nederland

Bekijk het inkijkexemplaar - Cross Media Nederland

Bekijk het inkijkexemplaar - Cross Media Nederland

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

mortaliteit. Deze mortaliteit is echter gecorreleerd met <strong>het</strong> hebben van<br />

cardio-pulmonale co-morbiditeit (Finlayson, 2007). Indien de cardio-pulmonale<br />

conditie goed is, is hoge leeftijd geen contra-indicatie voor operatie.<br />

Ook is bekend dat de mortaliteit samenhangt met <strong>het</strong> aanatal operaties<br />

dat wordt verricht in een ziekenhuis (Wittenberg, 2005). In <strong>Nederland</strong><br />

bestaat er nog een mortaliteit van meer dan 10% in ziekenhuizen die deze<br />

operatie zelden uitvoeren. In de grote centra is de mortaliteit inmiddels<br />

gedaald tot rond de 1%- 2%.<br />

De Whipple operatie (Whipple, 1935) wordt uitgevoerd om een pancreaskopcarcinoom<br />

te cureren (fi guur 2). Hierbij worden de pancreaskop, de<br />

distale choledochus, de galblaas, <strong>het</strong> duodenum en de distale maag<br />

verwijderd. Vervolgens wordt er middels een roux-Y reconstructie een<br />

gastro-enterostomie, een pancreatico-jejunostomie en een biliodigestive<br />

anastomose aangelegd.<br />

Indien de tumor zich beperkt tot de pancreaskop kan de pylorus gespaard<br />

blijven en wordt er een ‘pylorus preserving pancreatoduodenectomy’<br />

(PPPD) uitgevoerd. De mortaliteit en morbiditeit na beide operaties kent<br />

geen signifi cant verschil (Tran, 2004) (Seiler, 2005).<br />

Wanneer tijdens de operatie blijkt dat er vaatbetrokkenheid is bij de<br />

tumor of metastasen worden aangetroff en dan wordt ter plekke besloten<br />

of aanleggen van een dubbele bypass (gastro-enterostomie en hepaticojejunostomie)<br />

zinvol is (Yilmaz, 2001) (van Heek 2003).<br />

Follow-up<br />

Adjuvante chemotherapie kan bestaan uit 5-FU gecombineerd met<br />

leucovorin of gemcitabine (van Laethem 2010), maar dit wordt in<br />

<strong>Nederland</strong> niet standaard gegeven. Tijdens de follow-up controlebezoeken<br />

wordt gecontroleerd hoe de exo- en endocriene functie van de<br />

alvleesklier is en hoe de intake van voeding is. Voedinginname vergt nog<br />

weleens aanpassingen. Dat wil zeggen dat veel patiënten vaker over de<br />

dag kleine beetjes moeten eten in plaats van drie maaltijden per dag. Het<br />

ontwikkelen van diabetes is afhankelijk van de kwaliteit van <strong>het</strong> resterende<br />

pancreasweefsel. Een endocriene pancreasinsuffi ciëntie ontstaat<br />

echter vaak binnen een jaar na operatie. Exocriene pancreasinsuffi ciëntie<br />

kenmerkt zich door steatorroe, veel ontlasting en afvallen. Vaak komt de<br />

insuffi ciëntie van deze functies samen, dus wanneer <strong>het</strong> ene gediagnosticeerd<br />

is, is <strong>het</strong> raadzaam <strong>het</strong> andere ook te controleren. Naast de controle<br />

van deze fysiologische functies is er aandacht voor de psychosociale<br />

aspecten tijdens deze controlebezoeken. Tijdens follow-up wordt niet<br />

gekeken of er terugkeer van tumor is, omdat dit toch nooit curabel is en<br />

<strong>het</strong> diagnosticeren van een recidief als er nog geen klachten bestaan<br />

alleen maar zou leiden tot verzwaren van de psychische last van<br />

patiënten.<br />

Palliatie<br />

Bij irresectabiliteit van de tumor of bij een recidief van <strong>het</strong> pancreascarcinoom<br />

is <strong>het</strong> doel van de behandeling om de klachten te verminderen<br />

gericht op verbetering van de kwaliteit van leven. Voor patiënten met een<br />

pancreascarcinoom is de palliatieve zorg de laatste jaren verbeterd, mede<br />

door de landelijke richtlijnen die ontwikkeld zijn voor <strong>het</strong> behandelen van<br />

patiënten met kanker. Via Oncoline zijn deze richtlijnen in te zien. Zomer<br />

2011 zal de landelijke richtlijn van <strong>het</strong> pancreascarcinoom op deze site<br />

worden toegevoegd.<br />

Patiënten met een pancreascarcinoom hebben een verhoogd risico op <strong>het</strong><br />

hebben van psychosociale problemen (Zabora, 2001) en depressie in<br />

vergelijking met andere patiënten met kanker (Massie, 2004). Depressie is<br />

te behandelen met medicamenteuze therapie. Verder is er (nog) onvoldoende<br />

bewijs voor een positief eff ect van psychologische interventies<br />

(van den Brink, 2005). Hulpverleners dienen alert te zijn op <strong>het</strong> ontstaan<br />

van deze problemen om deze tijdig te kunnen behandelen. Conform de<br />

landelijke richtlijn psychosociale zorg (Detecteren behoefte psychosociale<br />

zorg) wordt standaard gescreend op de behoefte aan psychosociale zorg.<br />

Patiënten met een pancreascarcinoom hebben in de palliatieve fase te<br />

kampen met veel lichamelijke klachten zoals obstructie icterus, passageproblemen,<br />

pijn en ascites.<br />

Adequate galwegdrainage, <strong>het</strong> verhelpen van passagestoornissen,<br />

pijnbestrijding en ascitesdrainages maken <strong>het</strong> mogelijk dat deze patiënten de<br />

laatste maanden van hun leven nog een redelijke levenskwaliteit hebben. De<br />

palliatieve behandelmogelijkheden kunnen variëren van een bypass-operatie<br />

of endoscopische drainage tot chemo- of (chemo)radiotherapie (Yip, 2006)<br />

(Yang, 2008), pijnblokkade, medicamenteuze pijnbehandeling en voedingsadviezen.<br />

De keuze van interventie is afhankelijk van de wens van de patiënt,<br />

de prognose en de conditie op dat moment.<br />

Joint Clinic<br />

Omdat de keus van de behandeling gedurende deze periode zo persoonlijk<br />

kan zijn is <strong>het</strong> belangrijk dat <strong>het</strong> behandelend team de patiënt goed kent<br />

(Walker, 2003). De chirurg heeft in geval dat patiënt een operatie heeft<br />

ondergaan goed contact met de patiënt, maar kan in <strong>het</strong> palliatieve traject<br />

slechts in enkele gevallen iets concreets betekenen. De oplossingen van deze<br />

RICHTLIJN PANCREASCARCINOOM<br />

DEZE ZOMER OP ONCOLINE<br />

problemen liggen meer op terrein van de Maag-Darm-Lever arts of de<br />

oncoloog. Om naadloze aansluiting van de zorg te bewerkstelligen kunnen<br />

patiënten gezien worden op een spreekuur waarbij Maag- Darm- Lever en<br />

Chirurgie gecombineerd is, een Joint Clinic. In dit team is veel aandacht voor<br />

interventies bij galwegobstructie en passagestoornissen omdat met<br />

adequate drainage van de galwegen en opheff en van passagestoornissen de<br />

kwaliteit van leven voor deze patiënten spectaculair verbeterd kan worden.<br />

Conclusie<br />

Het zorgpad pancreaskopcarcinoom (fi guur 3) is voor de patiënt zowel<br />

medisch inhoudelijk als psychosociaal een belastend traject. Goede<br />

communicatie en overleg tussen de professionals onderling (intern maar<br />

ook extramuraal) is onontbeerlijk en een vaste contactpersoon voor de<br />

patiënt een must om wegwijs te raken gedurende de ziekteperiode.<br />

INFORMATIE<br />

C.PEK@ERASMUSMC.NL<br />

A.REIJM@ERASMUSMC.NL<br />

LITERATUUR<br />

EEN LITERATUURLIJST KAN BIJ DE AUTEURS WORDEN OPGEVRAAGD.<br />

oncologica . nummer 02 . 2011 21

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!