Bekijk het inkijkexemplaar - Cross Media Nederland
Bekijk het inkijkexemplaar - Cross Media Nederland
Bekijk het inkijkexemplaar - Cross Media Nederland
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
16<br />
van <strong>het</strong> lichaamseigen somatostatine dat een langere halfwaardetijd<br />
heeft en gebruikt kan worden voor beeldvorming en behandeling. Een<br />
scan met metaiodobenzylguanidine gecombineerd met radioactief<br />
jodium (MIBG-scan) is een bruikbare scan als de SRS negatief blijkt te zijn.<br />
De PET-scan kan verricht worden bij somatostatine-scan negatieve<br />
tumoren en slecht gediff erentieerde GEP-NET.<br />
Bij PNET wordt vaak gekozen voor een endoscopische echografi e vanuit<br />
de slokdarm. Verschillende scopieën kunnen worden uitgevoerd bij NET<br />
van <strong>het</strong> gastro-intestinale traject. Voor <strong>het</strong> bevestigen van de diagnose is<br />
weefselonderzoek door een ervaren patholoog noodzakelijk. Dit kan<br />
worden verkregen door middel van een biopt ten tijde van een scopie of<br />
een echogeleid leverbiopt bij aanwezigheid van levermetastasen. Een<br />
patiënt met een carcinoïd en verhoogde 5-HIAA’s in de urine moet<br />
gecontroleerd worden door een cardioloog voor <strong>het</strong> maken van een<br />
echografi e van <strong>het</strong> hart. Hiermee kan eventuele aantasting van de<br />
hartkleppen worden beoordeeld. Bij een carcinoïd hartziekte kan<br />
tricuspidalusklep- en of pulmonalisklep insuffi ciëntie voorkomen.<br />
Behandeling<br />
De behandeling van een gemetastaseerde GEP-NET zal meestal niet<br />
curatief zijn. Het grootste gedeelte van de zorg zal dus neerkomen op <strong>het</strong><br />
toepassen van levensverlengende behandelingen.<br />
Chirurgie is, indien mogelijk, de eerste keuze van behandeling en wordt<br />
VERPLEEGKUNDIGE ZORG BEVAT VEEL<br />
SYMPTOOMMANAGEMENT<br />
toegepast om de tumor in zijn geheel te verwijderen (curatief) of<br />
debulking van de tumor te verkrijgen (cytoreductief), maar ook palliatieve<br />
chirurgie hoort daar bij (Modlin e.a., 2005 & Hodul e.a., 2008).<br />
Cytoreductieve chirurgie zou een positieve invloed hebben op de<br />
overleving (Hodul e.a., 2008 & Osborne e.a., 2006). Palliatieve chirurgie<br />
wordt bijvoorbeeld toegepast om een obstructie van <strong>het</strong> darmtraject op<br />
te heff en. De rol van levertransplantatie wordt tot nu toe zeer controversieel<br />
geacht (Turaga, 2011).<br />
Bij interventieradiologie kan gedacht worden aan <strong>het</strong> toepassen van<br />
radiofrequente ablatie (RFA) of (radio- of chemo)embolisatie bij metastasen<br />
in de lever.<br />
Somatostatine-analogen zijn de standaard bij <strong>het</strong> behandelen van de<br />
symptomen (Turaga e.a., 2011). Meestal wordt gestart met een kortwerkende<br />
variant, die drie keer per dag subcutaan geïnjecteerd moet worden<br />
om vervolgens op een lang werkend preparaat over te stappen, dat<br />
meestal één keer per vier weken intramusculair of diep subcutaan,<br />
afhankelijk van de fabrikant, moet worden geïnjecteerd. Somatostatineanalogen<br />
kunnen ook directe eff ecten hebben, zoals <strong>het</strong> verminderen van<br />
de tumorgroei en indirecte eff ecten, zoals de antiangiogenese in de tumor.<br />
De mate van <strong>het</strong> eff ect is afhankelijk van <strong>het</strong> subtype van de somatostatine-receptor<br />
en <strong>het</strong> aantal (Kvols e.a., 2006). Somatostatine-analogen<br />
worden over <strong>het</strong> algemeen goed verdragen en zijn veilig met milde<br />
bijwerkingen. Een alternatief voor patiënten met weinig respons op<br />
somatostatine-analogen is interferon-α dat ook in combinatie met somato-<br />
oncologica . nummer 02 . 2011<br />
statine-analogen gegeven worden. Echter interferon heeft wel meer<br />
bijwerkingen waaronder griepverschijnselen, gewichtsverlies, vermoeidheid,<br />
bijwerkingen op hematologisch en hepatologisch gebied en<br />
psychische veranderingen waaronder angst en depressiviteit.<br />
Cytotoxische behandeling heeft een gelimiteerde waarde voor goed<br />
gediff erentieerde GEP-NET vanwege de lage proliferatie index van de<br />
tumor (Castellano e.a., 2011). Op dit moment worden streptozotocine met<br />
5-fl uorouracil/doxorubicine, temozolamide alleen of in combinatie met<br />
capecitabine gegeven. Slecht gediff erentieerde NET worden meestal<br />
behandeld met cisplatinum/oxaliplatine met etoposide (Öberg e.a., 2011).<br />
Patiënten met voldoende somatostatine receptoren op de tumor,<br />
onderzocht door middel van SRS, kunnen ook veilig en eff ectief behandeld<br />
worden met peptide receptor radionuclide therapie. Behandeling met<br />
radioactief gelabelde somatostatine-analogen is een veelbelovende<br />
nieuwe behandeling bij patiënten met een inoperabele of gemetastaseerde<br />
NET. De geringe bijwerkingen zijn mild en de therapie respons is meer<br />
dan dertig maanden (Kwekkeboom e.a., 2011). Dit middel wordt intraveneus<br />
aan de patiënt toegediend en bestraalt de tumor op deze manier van<br />
binnenuit. Patiënten krijgen deze behandeling in een aparte ruimte. De<br />
verpleegkundige zorg is hier minimaal vanwege de aanwezige straling.<br />
Patiënten die rond deze therapie extra zorg nodig hebben, verblijven na<br />
de behandeling in een eenpersoonskamer op de ‘gewone’ verpleegafdeling.<br />
Patiënten die geen aanvullende zorg/behandeling nodig hebben,<br />
kunnen de dag na de therapie naar huis met speciale leefregels. De<br />
therapie wordt over <strong>het</strong> algemeen verspreid over vier sessies gegeven.<br />
Nieuwe therapieën<br />
Recent zijn ook andere nieuwe tumorgerichte therapieën getest bij<br />
patiënten met GEP-NET. Deze tumoren zijn sterk gevasculariseerd en<br />
daarom wordt gekeken naar middelen die kunnen ingrijpen op de<br />
angiogenese. Everolimus is een mTOR (mammalian target of Rapamycin)<br />
remmer en remt de groei en proliferatie van tumorcellen. Dagelijkse<br />
inname van everolimus heeft bij PNET tot goede resultaten geleid (Yao<br />
e.a., 2010). Everolimus geeft wel een aantal serieuze bijwerkingen, die over<br />
<strong>het</strong> algemeen redelijk goed worden verdragen, waaronder anemie,<br />
hyperglykemie, stomatitis, misselijkheid, smaakafwijkingen, rash en<br />
pneumonitis. Een aantal van dezelfde bijwerkingen, maar ook <strong>het</strong><br />
handpalm-voetzoolsyndroom, met roodheid en pijn in de handen en<br />
voeten, zijn beschreven bij sunitinib. Dit middel is een zoge<strong>het</strong>en multi<br />
tyrosine kinase remmer en remt <strong>het</strong> proces in de tumorcel, dat betrokken<br />
is bij de tumorgroei en metastatische progressie onder andere via<br />
eff ecten op vaatnieuwvorming. Deze middelen kunnen worden<br />
Patiëntenvereniging<br />
Stichting NET-groep is de patiëntenvereniging die actief is binnen<br />
<strong>Nederland</strong>. Deze vereniging is te vinden op de volgende website:<br />
www.net-kanker.nl Binnenkort komt er een nieuwe<br />
patiëntenfolder uit met daarin uitgebreide informatie over<br />
diagnose, diagnostiek, behandeling en leven met een NET, dat in<br />
samenwerking met medisch specialisten en verpleegkundigen uit<br />
verschillende ziekenhuizen is opgesteld.