12.01.2013 Views

HERMENEUS jrg 64-1992 nummer 1 - Tresoar

HERMENEUS jrg 64-1992 nummer 1 - Tresoar

HERMENEUS jrg 64-1992 nummer 1 - Tresoar

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

zich immers uit voor de dood, voor de eerstgenoemden bepaalde hij een dubbele boete,<br />

omdat hij van oordeel was dat verkrachters door hun slachtoffers gehaat worden,<br />

terwijl verleiders zo’n verderfelijke invloed uitoefenen dat ze zorgen dat andermans<br />

vrouwen zich vertrouwder voelen met hen dan met hun mannen. Daardoor raakt het<br />

hele huis in hun macht en is het niet meer uit te maken van wie de kinderen zijn, van de<br />

echtgenoten of van de minnaars. Daarom heeft de wetgever voor hen de doodstraf vastgesteld.<br />

Mij, heren, spreken de wetten dus niet alleen vrij van enig misdrijf, maar ze<br />

machtigen me zelfs die straf toe te passen. Het is nu aan u uit te maken of ze van kracht<br />

moeten zijn of niets waard zijn. Ik persoonlijk denk dat alle steden daarom wetten uitvaardigen,<br />

opdat wij ze in geval van twijfel kunnen raadplegen over wat ons te doen<br />

staat. Welnu, zij raden de slachtoffers in gevallen als deze aan zich zo te wreken. Ik<br />

verzoek u er net zo over te denken. Anders garandeert u verleiders een dusdanige veiligheid,<br />

dat u ook dieven zult aanmoedigen om maar te zeggen dat ze minnaars zijn.<br />

Ze weten dan immers dat, als ze beweren met die bedoeling andermans huis binnen te<br />

dringen, niemand hun een haar zal krenken. Want iedereen zal dan weten dat we de<br />

wetten over echtbreuk kunnen vergeten, maar slechts beducht moeten zijn voor uw<br />

uitspraak, die in alle gevallen de hoogste autoriteit is in de stad.<br />

En, heren, overweegt u het volgende. Zij beschuldigen mij ervan dat ik die dag de<br />

slavin zou hebben bevolen de jongeman te gaan halen. Nu zou ik denken, heren, dat ik<br />

gerechtigd was de verleider van mijn vrouw hoe dan ook te pakken te nemen. Goed,<br />

als ik bevolen had hem te gaan halen nadat er alleen woorden gewisseld waren, zonder<br />

dat er in feite iets gebeurd was, dan had ik onjuist gehandeld. Maar als ik, nadat er<br />

onherstelbare dingen gebeurd waren en hij al dikwijls mijn huis was binnengekomen,<br />

hem op welke manier ook te pakken had gekregen, zou ik denken dat mij niets te verwijten<br />

viel. Maar u zult op grond van het volgende gemakkelijk inzien dat ze ook op<br />

dit punt liegen. Ik zei u al, heren, dat ik mijn vertrouwde vriend Sostratos tegenkwam<br />

toen hij omstreeks zonsondergang van het land kwam, dat hij bij mij at en na het eten<br />

vertrok. Overweegt u, heren, eerst eens dit: als ik Eratosthenes die nacht in de val had<br />

willen lokken, had ik dan niet beter zelf ergens anders kunnen eten, dan thuis een gast<br />

mee te brengen? In het laatste geval had hij toch niet zo gauw mijn huis durven binnendringen.<br />

En denkt u dat ik vervolgens mijn gast had laten gaan en alleen en onbeschermd<br />

was achtergebleven, of dat ik hem zou hebben gevraagd te blijven om me te<br />

helpen de minnaar te straffen? Ten derde, heren, denkt u niet dat ik in dat geval mijn<br />

vrienden overdag gewaarschuwd zou hebben en hen zou hebben verzocht bijeen te<br />

komen in het huis van een van hen, zo dicht mogelijk in de buurt, liever dan, zodra ik<br />

het gemerkt had, ‘s nachts rond te hollen zonder te weten wie ik thuis aan zou treffen<br />

en wie niet^ Ik ben nog bij Harmodios en een ander geweest die niet in de stad waren<br />

(want dat wist ik niet) en anderen trof ik niet thuis, maar ik nam mee wie ik kon. Denkt<br />

u niet dat ik, als ik het van tevoren geweten had, slaven had ingezet en het mijn vrienden<br />

had laten weten, om zelf zo veilig mogelijk naar binnen te gaan (want hoe kon ik<br />

weten of hij niet ook een wapen had?) en om zoveel mogelijk getuigen te hebben bij<br />

mijn wraak? Maar nu nam ik, omdat ik niets van de gebeurtenissen in die nacht had<br />

voorzien, mee wie ik kon.<br />

Getuigen daarvoor, komt u alstublieft het podium op.<br />

Getuigen.<br />

U hebt de getuigen gehoord, heren. En vraagt u zich bij uw overwegingen over deze<br />

zaak ook af, of er ooit vijandschap heeft bestaan tussen Eratosthenes en mij behalve<br />

16

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!