Volkstelling serie B deel 1A: Plaatselijke indeling bevolking
Volkstelling serie B deel 1A: Plaatselijke indeling bevolking
Volkstelling serie B deel 1A: Plaatselijke indeling bevolking
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Figuurl. Fragment van een topografische koert (schaal 1 : 25 000) met wijk- en buurt<strong>indeling</strong>,<br />
en in woonwagens alsmede die op varende schepen kan nog worden<br />
opgemerkt dat de desbetreffende aantallen als afzonderlijke categorieën<br />
toegevoegd.<br />
De o ervlakte land in km2 is door middel van planimetrering op zo<br />
r e c e i o g r a f i s c h e Kaartbladen met een schaal van<br />
1:25 000 vastgesteld door de Topografische Dienst te Delft. De landoppervlakte<br />
is bepaald door op de totale oppervlakte van elk onder<strong>deel</strong><br />
slechts de grotere oppervlakten gemeentelijk inge<strong>deel</strong>d buitenen<br />
binnenwater ( zoals meren, plassen, rivieren, kanalen, havenbekkens<br />
e.d.) in mindering te brengen. Dit in afwijking van de voor de<br />
gemeentelijke bodemgebÏhikstatistiek gehanteerde nosm , volgens welke<br />
bii de be~alinn van de iando~~erviakte rekenincc wordt gehouden met<br />
alie gemeéntel@z inge<strong>deel</strong>d buiten- en binnenwaier voor -zover breder<br />
dan zes meter. De totale oppervlakte land per gemeente zoals vermeld<br />
in de tabel kan daardoor afwijken van het avereenkornstig Cijfer<br />
uit do statistiek van het bodemgebruik per gemeente,<br />
Tot de wonfn voorraad zijn gerekend alle bewoonde en onbewoonde<br />
woningen k n g v o o r r a & d behoren dus niet woningen in gebruik<br />
voor andere doeleinden dan bewoning, bijv. woningen in gebruik<br />
als opslagplaats, kantoor e. d. , alsmede bewoonde andere<br />
ruimten. In de woningvoorraad zijn echter wel begrepen alle slechte<br />
en niet meer verbeterbare woningen voor zover deze althans niet onherroepelijk<br />
onbewoonbaar zijn verklaard. Ten aanzien van de in de<br />
tabel opgenomen woningvoorraadcijfer per gemeente zij nog opgemerkt<br />
dat deze kunnen afwijken van het op het tijdstip van de telling door<br />
het Centraal Bureau voor de Statistiek berekende woningvoorraadcijfer.<br />
Bedoelde afwijking kan voor een aantal gemeenten groter zijn<br />
dan de geconstateerde afwijking van 2% (naar beneden) op landelijk<br />
niveau, doch zij is vanuit statistisch oo~punt in het algemeen van<br />
geringe betekenis. Als mogelijke oorzakin voor bedoelde afwijkingen<br />
kunnen o.a. worden genoemd: een minder iuist woningvoorraadcijfer<br />
volgens de telling va; 1960 als tot dusverre aangenomen dat als uit-<br />
gaigspunt voor de administratieve berekening heeft gegolden, OE-<br />
iuistheden in de opgaven op de maandelijkse woningstatistiekvragen-<br />
lijsten over de pet%he 1 juni 1960 tot en met 28 februari 1971, in<br />
een minder juiste vaststelling van de woningvoorraad bij de algemene<br />
telling van 1971. Een overzicht van de afwijkingen tussen beide<br />
woningvoorraadcijfers per gemeente is opgenomen in de aflevering<br />
april 1976 van de Maandstatistiek Bouwnijverheid.<br />
Naast de in deze publicatie opgenomen gegevens per onder<strong>deel</strong> van<br />
de gemeenten is nog een groot aantal andere gegevens voor iedere<br />
wijk en buurt par gemeente beschikbaar. In dit verband wordt met<br />
name gowezen op de tabellen 38 en 39 van het gemeentelijk kerntabellenprogramma<br />
waarvan in Annhangsel 111 een overzicht is gegeven.<br />
Tabel 38 bevat met name meer gedetailleerde gegevens o.a. over de<br />
tot ale <strong>bevolking</strong>, de nog dagon~erwijsvolgend&~ de beroepsbevol-<br />
kin^ , huishoudens en alleenstaanden, ae zinnen en de woonverbliiven .<br />
abel 39 geeft behalve de benamingen i an de onderscheiden wijien<br />
en buurten ook enkele belangrijke totalen per onder<strong>deel</strong>, waaronder<br />
naast de hier gepubliceerde totalen, aegevens over de beroepsbevol-<br />
king en het aantul huishoudens en alleenstanden.