Integraal Veiligheidsplan - Gemeente Houten
Integraal Veiligheidsplan - Gemeente Houten
Integraal Veiligheidsplan - Gemeente Houten
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
<strong>Integraal</strong> <strong>Veiligheidsplan</strong><br />
<strong>Houten</strong><br />
2011 - 2015
Samenvatting<br />
Missie/Visie<br />
<strong>Houten</strong> is een veilige gemeente. We willen het niveau van veiligheid dat we nu hebben bereikt graag<br />
vasthouden en waar mogelijk verhogen. De missie van de gemeente <strong>Houten</strong> luidt daarom dat we<br />
samen met de partners een integraal en op maat gesneden veiligheidsbeleid ontwikkelen én ten<br />
uitvoering brengen . Het resultaat van deze gezamenlijke inzet zal een afname van de criminaliteit en<br />
een versterking van de veiligheidsbeleving zijn.<br />
Strategische uitgangspunten<br />
De strategische uitgangspunten voor dit plan zijn:<br />
� Zelfredzaamheid en eigen verantwoordelijkheid<br />
� Ondersteunen kracht maatschappelijk middenveld<br />
� Van zaakgericht naar dadergerichte aanpak<br />
� Investeren in jeugd en jongeren<br />
Waarom dit IVP?<br />
Dit is het derde integrale veiligheidsplan van de gemeente <strong>Houten</strong>. Het plan vormt de drager voor het<br />
integraal veiligheidsbeleid in de gemeente <strong>Houten</strong> voor de periode 2011 tot en met 2015. <strong>Integraal</strong><br />
veiligheidsbeleid betekent samen werken aan verbetering van de lokale veiligheid onder regie van de<br />
gemeente. Veiligheid is immers niet het exclusieve domein van één organisatie of instantie,<br />
veiligheidspartners hebben elkaar hard nodig om onveiligheid te bestrijden.<br />
Doel van het IVP is het bevorderen van de veiligheid en het veiligheidsgevoel. Om dat te bereiken<br />
worden in dit plan de prioriteiten vastgelegd waarop de partners extra inzet zullen leveren.<br />
Prioriteiten<br />
De prioriteiten voor de planperiode zijn: verkeersveiligheid, aanpak woninginbraak, fiets en veiligheid,<br />
leefbaarheid centrum en jongeren en veiligheid. Voor de eerste prioriteit bestaat een apart<br />
verkeersveiligheidsplan. De prioriteiten kunnen in de loop van de planperiode worden aangepast en/of<br />
vervangen al naargelang bepaalde ontwikkelingen daarom vragen.<br />
Ambities<br />
Het niveau van veiligheid dat we nu hebben bereikt en het gevoel/beleving van onze inwoners daarbij<br />
willen we graag vasthouden en waar mogelijk verhogen. Daarbij werken we intensief samen met al<br />
onze partners op het gebied van veiligheid.<br />
Als prestatie-indicator hanteren we het realiseren van een daling van de criminaliteit met 10% in 2014<br />
ten opzichte van 2009. Als effectindicator hanteren we een stijging van het veiligheidsgevoel in<br />
<strong>Houten</strong> en in de eigen buurt met 1 procent in 2014 ten opzichte van 2010.<br />
Toezicht en handhaving in de openbare ruimte blijven minimaal op niveau en we onderzoeken<br />
mogelijkheden om deze aspecten – door een andere inzet van politiesurveillanten en buitengewone<br />
opsporingsambtenaren (boa’s) – nog effectiever te maken. Tenslotte continueren we de projectmatige<br />
aanpak van fietsdiefstal en de geïntegreerde aanpak van georganiseerde criminaliteit via het RIEC.<br />
Doelstelling per prioriteit<br />
Verkeersveiligheid: afname van het aantal ziekenhuisgewonden in 2014 met 17% ten opzichte van het<br />
gemiddeld aantal gewonden in de periode 2006-2010.<br />
Woninginbraak: afname van het aantal woninginbraken in 2014 met 20% ten opzichte van 2010.<br />
Dit komt overeen met een halvering van de stijging die in 2010 is gerealiseerd.<br />
Fiets en veiligheid: afname van het aantal fietsdiefstallen in 2014 met 15% ten opzichte van 2010.<br />
Leefbaarheid centrum: afname van het aantal vernielingen met 10% in 2014 ten opzichte van 2010 en<br />
een toename van het veiligheidsgevoel op het Rond en in het stationsgebied met 1% in 2014 ten<br />
opzichte van 2010.<br />
Jongeren en veiligheid: afname van het aantal meldingen van jongerenoverlast met 10% in 2014 ten<br />
opzichte van 2010. Maximaal 1 problematische jeugdgroep in 2014.<br />
2
1 Inleiding ................................................................................................................. 5<br />
1.1 Waarom dit IVP? .............................................................................................. 5<br />
1.2 Hoe is dit IVP tot stand gekomen? .................................................................... 5<br />
1.3 Uitvoeringsplannen ........................................................................................... 5<br />
1.4 Leeswijzer ......................................................................................................... 6<br />
2 STRATEGISCH KADER ........................................................................................ 7<br />
2.1 Landelijk, regionaal en lokaal kader .................................................................. 7<br />
2.1.1 Landelijk kader ........................................................................................... 7<br />
2.1.2 Regionaal Kader ......................................................................................... 8<br />
2.1.3 Lokaal kader ............................................................................................. 10<br />
2.2 Missie, visie en strategische uitgangspunten .................................................. 11<br />
2.2.1 Missie ....................................................................................................... 11<br />
2.2.2 Visie .......................................................................................................... 11<br />
2.2.3. Strategische uitgangspunten ................................................................... 11<br />
2.3 Strategische partners ...................................................................................... 12<br />
3 ANALYSE ............................................................................................................ 14<br />
3.1 Veiligheidsanalyse .......................................................................................... 14<br />
3.1.1 De politiecijfers ......................................................................................... 15<br />
3.1.2. De resultaten uit de leefbaarheidsmonitor 2010 ...................................... 16<br />
3.1.3. Externe veiligheid .................................................................................... 18<br />
3.2 Terugblik IVP 2007 - 2010 .............................................................................. 20<br />
3.2.0 Algemeen ................................................................................................. 20<br />
3.2.1 Speerpunt 1: Verkeersveiligheid ............................................................... 20<br />
3.2.2 Speerpunt 2: Jongeren en veiligheid ........................................................ 22<br />
3.2.3 Speerpunt 3: Fietsdiefstal ......................................................................... 23<br />
3.2.4 Speerpunt 4: RIEC ................................................................................... 24<br />
3.2.5 Speerpunt 5: Genotmiddelen .................................................................... 25<br />
3.2.6 Speerpunt 6: Veiligheidshuis .................................................................... 26<br />
3.3 Kern van de problematiek/conclusie ............................................................... 27<br />
4 HOOFDDOELSTELLING EN AANPAK ............................................................... 28<br />
4.1 Hoofddoelstelling ............................................................................................ 28<br />
4.2 Veiligheidsaanpak op hoofdlijnen .................................................................... 28<br />
4.3 Toezicht .......................................................................................................... 28<br />
4.3.1 De buitengewoon opsporingsambtenaar (boa) ......................................... 28<br />
4.3.2 De politiesurveillant .................................................................................. 29<br />
4.3.3 boa en/of politiesurveillant? ...................................................................... 30<br />
5 PRIORITEITEN EN AMBITIES ............................................................................ 32<br />
5.1 Prioriteit 1: Verkeersveiligheid ......................................................................... 32<br />
5.1.1 Doelstelling ............................................................................................... 32<br />
5.1.2 Hoofdlijnen aanpak verkeersveiligheid ..................................................... 33<br />
5.1.3 Partners in de aanpak .............................................................................. 33<br />
5.1.4 Relevante programma’s ........................................................................... 33<br />
5.2 Prioriteit 2: Woninginbraak .............................................................................. 33<br />
5.2.1 Doelstelling ............................................................................................... 34<br />
5.2.2 Hoofdlijnen aanpak woninginbraak ........................................................... 34<br />
5.2.3 Partners in de aanpak .............................................................................. 34<br />
5.2.4 Relevante programma’s ........................................................................... 34<br />
5.3 Prioriteit 3: Fiets en Veiligheid ......................................................................... 35<br />
5.3.1 Doelstelling ............................................................................................... 35<br />
3
5.3.2 Hoofdlijnen aanpak Fiets en Veiligheid ..................................................... 35<br />
5.3.3 Partners in de aanpak .............................................................................. 35<br />
5.3.4 Relevante programma’s ........................................................................... 35<br />
5.4 Prioriteit 4: Leefbaarheid Centrum .................................................................. 36<br />
5.4.1 Doelstelling ............................................................................................... 36<br />
5.4.2 Hoofdlijnen aanpak Leefbaarheid Centrum .............................................. 36<br />
5.4.3 Partners in de aanpak .............................................................................. 36<br />
5.4.4 Relevante programma’s ........................................................................... 36<br />
5.5 Prioriteit 5: Jongeren en Veiligheid ................................................................. 37<br />
5.5.1 Doelstelling ............................................................................................... 37<br />
5.5.2 Hoofdlijnen aanpak ................................................................................... 37<br />
5.5.3 Partners in de aanpak Jongeren en Veiligheid ......................................... 38<br />
5.5.4 Relevante programma’s ........................................................................... 38<br />
6 ORGANISATIE EN STURING ............................................................................. 39<br />
6.1 Verantwoordelijkheid ....................................................................................... 39<br />
6.2 Overlegstructuur ............................................................................................. 40<br />
6.3 Evaluatie en Monitoring ................................................................................... 40<br />
6.4 Uitvoeringsplan ............................................................................................... 40<br />
7 BEGROTING ....................................................................................................... 41<br />
4
1 Inleiding<br />
1.1 Waarom dit IVP?<br />
Dit is het derde integrale veiligheidsplan van de gemeente <strong>Houten</strong>. Het plan vormt de drager voor het<br />
integraal veiligheidsbeleid in de gemeente <strong>Houten</strong> voor de periode 2011 tot en met 2015. <strong>Integraal</strong><br />
veiligheidsbeleid betekent samen werken aan verbetering van de lokale veiligheid onder regie van de<br />
gemeente. Veiligheid is immers niet het exclusieve domein van één organisatie of instantie,<br />
veiligheidspartners hebben elkaar hard nodig om onveiligheid te bestrijden. Samenwerken in de<br />
veiligheidsketen betekent dat inspanningen van alle betrokkenen op het gebied van pro-actie,<br />
preventie, handhaving en repressie goed op elkaar zijn afgestemd, elkaar goed aanvullen en<br />
versterken. Een samenwerking langs deze lijn vergt een goede coördinatie, afstemming en sturing: de<br />
gemeentelijke regierol. De gemeente wil deze regierol vervullen door het veiligheidsbeleid te initiëren,<br />
andere partijen te stimuleren en eventueel aan te spreken op hun verantwoordelijkheid, onderlinge<br />
verbanden te leggen en – waar nodig – sturend op te treden.<br />
Doel van het IVP is bevorderen van veiligheid en het veiligheidsgevoel. Om dat te bereiken worden in<br />
dit plan de prioriteiten vastgelegd waarop samen met de partners extra inzet wordt geleverd.<br />
Naast de prioriteiten die in dit IVP zijn opgenomen zijn er veel andere veiligheidsvraagstukken en<br />
werkzaamheden die dagelijks worden uitgevoerd. De veiligheidspartners zijn en blijven vanuit hun<br />
verantwoordelijkheid (wettelijke taak) te allen tijde aanspreekbaar op de aanpak van alle<br />
veiligheidsvraagstukken, ook de onderwerpen die niet tot de prioriteiten van dit IVP behoren.<br />
Kadernota<br />
Het integraal veiligheidsplan geeft de kaders aan waarbinnen de gemeente handelt en inzet verwacht<br />
van haar partners. Het veiligheidsbeleid wordt door het college in tweejaarlijkse uitvoeringsplannen<br />
concreet uitgewerkt. Deze worden afzonderlijk aangeboden.<br />
In het collegeprogramma ‘<strong>Houten</strong> werkt!’ heeft het college van burgemeester en wethouders haar<br />
beleidsambities voor de periode 2010-2014 neergelegd. Ten aanzien van het veiligheidsbeleid is<br />
bepaald dat een veilige samenleving een basisrecht is voor iedereen. Dat geldt voor inwoners,<br />
mensen die in de gemeente werken of de gemeente bezoeken en de bedrijven die er zijn gevestigd.<br />
1.2 Hoe is dit IVP tot stand gekomen?<br />
Het <strong>Integraal</strong> <strong>Veiligheidsplan</strong> is gebaseerd op twee pijlers: objectieve gegevens (met name<br />
politiecijfers) en subjectieve gegevens (uitkomsten leefbaarheidsmonitor). Deze kwantitatieve en<br />
kwalitatieve gegevens zijn vervolgens verdiept op verschillende wijzen. Er zijn wijkbijeenkomsten<br />
georganiseerd waarvan de uitkomsten zijn gebruikt als inkleuring van de gegevens uit de<br />
leefbaarheidsmonitor. Daarnaast zijn er diverse gesprekken gevoerd met de partners op het gebied<br />
van veiligheid. Deze gesprekken kenden diverse thema’s (veilige woon- en leefomgeving, jeugd en<br />
veiligheid, crisisbeheersing enz.). De partners zijn direct of indirect betrokken bij de uitvoering van het<br />
veiligheidsbeleid. Zij kunnen op basis van ervaring en expertise goed inzicht verschaffen in wat er<br />
goed gaat en behouden moet blijven, maar ook welke ontwikkelingen zich voordoen en welke kansen<br />
kunnen worden benut. Al deze gegevens zijn bij elkaar gebracht en geanalyseerd.<br />
Aan de hand van deze analyse is op 17 mei een bijpraatavond voor de gemeenteraad georganiseerd<br />
en zijn de voorlopige resultaten voorgelegd en besproken.<br />
1.3 Uitvoeringsplannen<br />
Het integraal veiligheidsbeleidplan 2011-2015 is kadernota. De kadernota beschrijft de visie op het<br />
veiligheidsbeleid in <strong>Houten</strong> voor de komende jaren met daaraan gekoppeld de doelstellingen die men<br />
wil bereiken.<br />
De gemeenteraad stelt de kaders vast en heeft een controlerende taak. Dit betekent dat de<br />
gemeenteraad de kadernota (het integraal veiligheidsplan) vaststelt inclusief de doelstellingen. Zo kan<br />
zij later in het proces ook daadwerkelijk invulling geven aan haar controlerende taak. Het college van<br />
burgemeester en wethouders is belast met het uitvoeren van de kadernota en het behalen van de<br />
doelstellingen. Het college stelt daartoe iedere twee jaar een uitvoeringsplan vast. In het<br />
5
uitvoeringsplan wordt concreet neergelegd op welke wijze uitvoering wordt gegeven aan de<br />
doelstellingen uit de kadernota en welke afspraken er zijn gemaakt met de partners. In het<br />
uitvoeringsplan worden de uit te voeren activiteiten beschreven met daaraan gekoppeld de voor de<br />
uitvoering verantwoordelijke partner. De voortgang van de doelstellingen uit de kadernota wordt<br />
halverwege de planperiode geëvalueerd. Op basis daarvan kunnen doelen en/of activiteiten bijgesteld<br />
dan wel aangepast worden. Eventueel kunnen er op dat moment ook doelstellingen die behaald zijn<br />
vervallen of juist worden toegevoegd indien ontwikkelingen daartoe aanleiding geven (denk aan nieuw<br />
beleid vanuit het Rijk of een plotselinge stijging van criminaliteitscijfers).<br />
1.4 Leeswijzer<br />
In hoofdstuk 2 wordt het strategisch kader geschetst waardoor het integraal veiligheidsbeleid wordt<br />
begrensd op zowel landelijk, regionaal en lokaal niveau. Daarbij worden uitgangspunten en partners<br />
benoemd en ook worden missie en visie op het integraal veiligheidsbeleid verwoord.<br />
In hoofdstuk 3 is de veiligheidsanalyse van de gemeente <strong>Houten</strong> opgenomen waaronder een terugblik<br />
op de speerpunten van het vorig IVP. Op basis van deze analyse komen in hoofdstuk 4 en 5<br />
achtereenvolgens de hoofddoelstelling van het veiligheidsbeleid aan bod met daaraan gekoppeld de<br />
prioriteiten en ambities voor de komende planperiode. In hoofdstuk 6 wordt de organisatorische<br />
borging en sturing beschreven. Tenslotte zijn in hoofdstuk 7 de financiële aspecten van het plan<br />
neergelegd.<br />
6
2 STRATEGISCH KADER<br />
2.1 Landelijk, regionaal en lokaal kader<br />
2.1.1 Landelijk kader<br />
Kabinetsbeleid<br />
Op 30 september 2010 zijn de Tweede Kamerfracties van VVD en CDA tot een regeerakkoord<br />
gekomen met als motto 'Vrijheid en verantwoordelijkheid'. Het regeerakkoord is de leidraad voor het<br />
beleid van het kabinet Rutte-Verhagen.<br />
Veiligheid is een kerntaak van de overheid. Randvoorwaarde voor vrijheid en vertrouwen is een<br />
omgeving die niet onveilig is en waar geen gevoelens van onveiligheid heersen. Het moet veiliger<br />
worden op straten, in wijken en de openbare ruimte. Het daadkrachtig aanpakken van straatterreur,<br />
overlast, intimidatie, agressie, geweld en criminaliteit vraagt om een zichtbaar, gezaghebbend en<br />
doortastend optreden van politie en justitie.<br />
Het kabinet heeft een uitgebreide lijst met doelstellingen opgesteld waaronder:<br />
� Directer en effectiever aanpakken overlast, agressie, geweld en criminaliteit.<br />
� Terugdringen grensoverschrijdend gedrag van risicojongeren, individueel en in bendes.<br />
� Daders in hun eigen omgeving aanpakken. Veiligheidshuizen spelen hierbij een belangrijke rol<br />
en worden verder ontwikkeld.<br />
� Bescherming van de samenleving tegen de daders van zware delicten als geweld- en<br />
zedendelicten door toereikende (gevangenis)straffen en maatregelen.<br />
� Daders harder aanpakken, slachtoffers sterkere positie geven.<br />
� Intensivering van de snelheidscontroles als de verkeersveiligheid in geding is. Bij substantiële<br />
snelheidsovertredingen volgen zwaardere boetes.<br />
� Effectiever functioneren van politie ten behoeve van de veiligheid van burgers en dieren.<br />
� Nationale politie onder verantwoordelijkheid van de minister die belast is met de zorg voor<br />
veiligheid.<br />
Met name de aanpak van grensoverschrijdend gedrag van jongeren, de rol van het veiligheidshuis en<br />
de intensivering van snelheidscontroles hebben effect op de veiligheidssituatie in <strong>Houten</strong>.<br />
Ontwikkeling nationale politie<br />
Het kabinet wil de organisatie van de politie veranderen, zodat die zich meer kan bezighouden met de<br />
veiligheid op straat. Daarom is het de bedoeling dat er per 1 januari 2012 één nationale politie komt.<br />
Op dit moment ligt het wetsvoorstel ter advisering bij de Raad van State. De opbouw van de<br />
politieleiding en de verdeling van de verantwoordelijkheden gaan veranderen. Er komt 1 landelijk<br />
politiekorps, dat is verdeeld in 10 regionale eenheden. De minister van Veiligheid en Justitie krijgt de<br />
volledige ministeriële verantwoordelijkheid voor de nationale politie. Dit houdt in dat de minister de<br />
begroting vaststelt en de kaders waarbinnen de nationale politie werkt. Het gezag over de politie<br />
verandert niet. De burgemeester en de officier van Justitie maken lokaal afspraken over de inzet van<br />
de politie. Iedere gemeente zal een veiligheidsplan maken op grond waarvan de burgemeester de<br />
politie aanstuurt.<br />
We volgen de ontwikkeling van de nationale politie op de voet en zijn met name geïnteresseerd in de<br />
wijze waarop invulling wordt gegeven aan het lokaal veiligheidsbeleid. In het huidig wetsvoorstel kiest<br />
het kabinet voor een topdown-benadering, waarbij de minister bepaalt hoeveel politiecapaciteit elke<br />
regio krijgt om nationale prioriteiten uit te voeren. De burgemeester dreigt daardoor bij de inzet van<br />
politie geen rekening te kunnen houden met de veiligheid en leefbaarheid in de wijk. De VNG heeft, op<br />
basis van het rapport ‘Sleuren of sturen’ van prof. dr. P.W. Tops 1 , in een reactie op het wetsvoorstel<br />
de minister concrete voorstellen gedaan om de betrokkenheid van de gemeenten te garanderen. De<br />
VNG stelt voor om de lokale veiligheid – en dus de veiligheidsbeleving van burgers – als uitgangspunt<br />
te nemen voor de verdeling van de politiecapaciteit. De minister is tot op bepaalde hoogte bereid om<br />
1 ‘Sleuren of sturen’ gemeenten en de sturing van veiligheid en politie, Rapport vervaardigd voor de commissie Bestuur en<br />
Veiligheid van de VNG, Prof. dr. P.W. Tops, dr. M. van Duin, P. van Os, Prof. dr. S. Zouridis<br />
7
de voorstellen te betrekken bij de vorming van de nationale politie. Zeer recent is het definitieve<br />
wetsontwerp ingediend bij de Tweede Kamer.<br />
2.1.2 Regionaal Kader<br />
Regionale Veiligheidsstrategie<br />
Binnen het Regionaal College werken gemeenten, politie en Openbaar Ministerie in de regio Utrecht<br />
samen om de integrale veiligheid te bevorderen. Voor de periode 2008-2011 is een<br />
Veiligheidsstrategie ontwikkeld als basis voor intensieve samenwerking 2 . In dit meerjaren beleidsplan<br />
heeft het Regionaal College vijf veiligheidsthema’s benoemd die de politie met prioriteit aanpakt.<br />
Het betreft:<br />
� overlast;<br />
� veel voorkomende criminaliteit;<br />
� delicten met een grote impact op slachtoffers;<br />
� ondermijning 3 ;<br />
� gelijkwaardigheid 4 .<br />
Vertaald naar de praktijk in <strong>Houten</strong> betekent dit prioritaire inzet op jongerenoverlast, fietsdiefstal,<br />
woninginbraak en de integrale aanpak van georganiseerde criminaliteit met ondersteuning van het<br />
RIEC.<br />
Per thema zijn een burgemeester, een Officier van Justitie en een districtschef als ‘drivers’ benoemd.<br />
Zij stimuleren ontwikkelingen binnen de regio en hun veiligheidsthema om zo de doelstelling te<br />
behalen. De hoofddoelstelling uit de Regionale Veiligheidsstrategie 2008 -2010 is een daling van de<br />
totale criminaliteit met 40% in 2011 ten opzichte van 2002. Op dit moment hebben we in het district<br />
Lekstroom een daling van gemiddeld 30% gerealiseerd. <strong>Houten</strong> heeft in 2010 een daling van 34%<br />
laten zien ten opzichte van de aangiftecijfers van 2002. In 2009 bedroeg de daling nog zelfs 38,8% en<br />
was <strong>Houten</strong> op dat moment koploper in de regio. De afname van het aantal aangiften is deels teniet<br />
gedaan door de forse toename van het aantal woninginbraken in 2010. Desondanks is <strong>Houten</strong> een<br />
van de veiligste gemeenten in de regio.<br />
Bureau Regionale Veiligheidsstrategie (RVS)<br />
Op 1 januari 2010 is het door het Regionaal College ingestelde bureau Regionale VeiligheidsStrategie<br />
(RVS) van start gegaan, vooralsnog voor een proefperiode van twee jaar. Het bureau is van de<br />
gemeenten, politie en Openbaar Ministerie van de regio Utrecht. Gezamenlijke doelstelling van het<br />
bureau is ondersteuning in het versterken van de veiligheidsaanpak. Voor 2011 heeft het bureau het<br />
eerste jaarplan als uitwerking van het meerjarenplan opgesteld. Bureau RVS is verantwoordelijk voor<br />
oplevering van een nieuwe veiligheidsstrategie 2012-2014 en zal eveneens een gezamenlijk jaarplan<br />
2012 opstellen.<br />
Het bureau is daarnaast op dit moment bezig met een verkenning naar het verbeteren van de<br />
samenhang tussen regionale veiligheidsinitiatieven. Hierbij zijn de centrale pijlers de<br />
veiligheidshuizen, bureau RVS en het RIEC en het expliciete doel is te komen tot een eenvoudiger<br />
financieringssystematiek. Door het stroomlijnen van de diverse initiatieven is kostenreductie voor de<br />
partners een reële optie. Daarbij direct moet worden opgemerkt dat er door het wegvallen van<br />
bepaalde subsidies (bijv. voor burgernet) ook bepaalde extra kosten zullen ontstaan.<br />
Inmiddels liggen er voorstellen om het bureau RVS na de proefperiode per 1 januari 2012 structureel<br />
te maken.<br />
RIEC MN<br />
<strong>Houten</strong> is vanaf het prille begin (eind 2009) als pilotgemeente betrokken geweest bij de<br />
totstandkoming van het Regionaal Informatie en Expertise Centrum Midden Nederland (RIEC MN).<br />
<strong>Houten</strong> is als een van de eerste gemeenten in de regio Utrecht gestart met het toepassen van de wet<br />
Bibob. Doel daarbij is het voorkomen van vergunningenverlening aan criminelen zodat criminele<br />
organisaties niet ongewild worden gefaciliteerd bij bijvoorbeeld witwassen van geld. In die lijn is<br />
aansluiting bij het RIEC een logische vervolgstap omdat het RIEC verder gaat waar Bibob ophoudt.<br />
2 Gezamenlijke Veiligheidsstrategie 2008 – 2011 ‘Samen in actie!’<br />
3 Onder ondermijning wordt verstaan de vaak onzichtbare activiteiten, gepleegd door criminele organisaties. De vier subthema’s<br />
betreffen: mensenhandel, georganiseerde wietteelt, heling en vastgoed.<br />
4 Discriminatie is de belangrijkste verschijningsvorm van ongelijkwaardigheid.<br />
8
Het RIEC MN is een samenwerkingsverband dat informatie-uitwisseling en samenwerking faciliteert<br />
tussen gemeenten, politie, Openbaar Ministerie, Belastingdienst en Bijzondere Opsporingsdiensten.<br />
Het doel van het RIEC MN is voorkomen dat de overheid criminelen faciliteert en voorkomen dat er<br />
een vermenging ontstaat tussen de boven- en de onderwereld. Het gaat hierbij veelal om het<br />
bestrijden van de onzichtbare criminaliteit, die plaatsvindt binnen de thematisch velden<br />
mensenhandel, hennepteelt, vastgoedfraude, witwassen en financieel-economische criminaliteit. Op<br />
verzoek van een burgemeester of convenantpartner kan het RIEC alle beschikbare informatie<br />
verzamelen over personen en locaties waarover een vermoeden is dat daar criminele activiteiten<br />
plaatsvinden. Samen met de convenantpartners wordt deze gebundelde informatie door het RIEC MN<br />
voorzien van een advies over de aanpak van het probleem en wie daarin een leidende rol moet<br />
krijgen. Daarnaast ondersteunt het RIEC MN gemeenten bij het uitvoeren van bestuurlijke aanpak en<br />
toepassen van o.a. de Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur (Wet<br />
Bibob). Ook geeft het RIEC MN trainingen en begeleidt intervisiebijeenkomsten gericht op het<br />
ontwikkelen van kennis over de toepassing van bestuurlijke instrumenten.<br />
Veiligheidshuis<br />
Binnen het veiligheidshuis wordt gewerkt aan de aanpak van jeugd, huiselijk geweld, veelplegers en<br />
de nazorg aan ex-gedetineerden. In 2010 is daar de doelgroep jongvolwassenen (gekoppeld aan de<br />
aanpak van jeugdgroepen) aan toegevoegd. De aanpak is systeemgericht (gericht op gezin en<br />
mogelijk groep waarin betrokkene zich begeeft) en verbindt de justitiële, civiel- en bestuursrechtelijke<br />
aanpak. Hierbij wordt steeds de link gelegd met de keten rondom zorg- en hulpverlening. <strong>Gemeente</strong>n,<br />
jeugd- en zorginstellingen, politie en justitiële partners werken gericht samen om problemen op het<br />
gebied van veiligheid te voorkomen en/of te verminderen. Terugdringen van recidive is de doelstelling<br />
van het Veiligheidshuis. Informatie over geprioriteerde personen en/of groepen wordt vanuit<br />
verschillende invalshoeken samengebracht. In het casusoverleg wordt aan de hand van de<br />
beschikbare informatie gezamenlijk een plan van aanpak vastgesteld waarvan de uitvoering wordt<br />
belegd bij betrokken partijen. Vervolgens wordt door het Veiligheidshuis de informatie teruggekoppeld.<br />
In de regio Utrecht zijn al vijf jaar twee regionale Veiligheidshuizen actief (Utrecht en Amersfoort).<br />
<strong>Houten</strong> neemt op basis van een prioriteit in het vorig IVP per 1 januari 2009 deel aan het<br />
Veiligheidshuis Utrecht en heeft samen met de overige vier Lekstroomgemeenten een adviseur<br />
gestationeerd in het Veiligheidshuis. Deze adviseur (informatiemakelaar) vertegenwoordigt de<br />
Lekstroomgemeenten in het Veiligheidshuis. <strong>Houten</strong> vervult de werkgeversrol voor deze adviseur.<br />
Burgernet<br />
Een van de initiatieven om burgers te betrekken bij bevordering van de veiligheid in hun leefomgeving<br />
is Burgernet. Door middel van een telefonisch netwerk worden bewoners via de meldkamer van de<br />
politie geïnformeerd over actuele veiligheids- en leefbaarheidsaspecten in hun wijken. Deze<br />
informatievoorziening heeft een positieve uitwerking op de beleving van overlast en onveiligheid. Ook<br />
worden burgers met behulp van Burgernet betrokken bij opsporings- en handhavingsactiviteiten van<br />
de politie.<br />
De doelstellingen van Burgernet zijn:<br />
• verhogen van het gevoel van veiligheid bij de deelnemers;<br />
• verhogen van het vertrouwen in de gemeente bij de deelnemers;<br />
• verhogen van het vertrouwen in de politie bij de deelnemers;<br />
• vergroten van de pakkans (heterdaad).<br />
Mede op basis van grote interesse uit de raad heeft <strong>Houten</strong> zich sinds 2010 aangesloten bij de<br />
tweede pilotfase van Burgernet, De uitrol van Burgernet is in <strong>Houten</strong> goed verlopen (april 2010). We<br />
hebben een relatief hoge deelnemersgraad (6,5%). In de beginfase heeft Burgernet in de regio (en<br />
daarmee ook in <strong>Houten</strong>) te maken gehad met verschillende technische problemen. Daardoor zijn er in<br />
het eerste jaar relatief weinig oproepen gedaan en acties geweest. Burgernet heeft de ambitie om de<br />
hoge deelnemersgraad vast te houden en zo mogelijk nog verder uit te bouwen. Daarnaast willen we<br />
in <strong>Houten</strong> het netwerk vaker inzetten als preventief instrument, bijvoorbeeld bij woning- en auto<br />
inbraken. Om deze doelen te bereiken maken we actief reclame voor Burgernet (artikelen in het<br />
plaatselijk nieuws enz.) maar ook berichten we elke drie maanden aan de deelnemers welke acties er<br />
in <strong>Houten</strong> zijn geweest en het resultaat ervan. Burgernet heeft een mailbox voor de deelnemers,<br />
vragen, klachten en opmerkingen die in deze mailbox belanden, handelt de gemeente elke week af.<br />
Snelle en adequate beantwoording van vragen en klachten draagt bij aan het vasthouden van de<br />
deelnemers en hun betrokkenheid bij het netwerk. Samen met andere gemeenten in de regio zorgen<br />
9
we ervoor dat Burgernet breed wordt ingezet. Niet alleen als opsporingsmiddel, maar ook preventief.<br />
Tijdens de tweemaandelijkse regionale burgernet bijeenkomsten worden deze onderwerpen<br />
besproken en afspraken gemaakt. Burgernet is een uitstekende uitbreiding van ons<br />
veiligheidsinstrumentarium waarbij onze inwoners een actieve bijdrage kunnen leveren.<br />
2.1.3 Lokaal kader<br />
Collegeprogramma<br />
Het college heeft op het gebied van veiligheid een aantal accenten gelegd. Zo zorgt de gemeente<br />
samen met haar inwoners en veiligheidspartners ervoor dat de criminaliteit in 2014 10% lager is dan in<br />
2009. Verder blijven toezicht en handhaving minimaal op niveau. Hierbij onderzoeken we de<br />
mogelijkheden om het toezicht en de handhaving nog effectiever te maken door op een andere wijze<br />
politiesurveillanten en buitengewone opsporingsambtenaren (boa’s) in te zetten.<br />
In navolging op het IVP van 2007-2010 wordt de projectmatige aanpak door gemeente en politie van<br />
fietsdiefstal voortgezet en wordt ook de versterkte integrale aanpak en bestrijding van georganiseerde<br />
criminaliteit gecontinueerd. Het verhogen van betrokkenheid van burgers bij de veiligheid in de buurt is<br />
een belangrijk onderdeel van het veiligheidsbeleid voor de komende jaren. Tenslotte zet het college<br />
zich in voor een volwaardig politiebureau binnen de gemeente <strong>Houten</strong> dat goed toegankelijk is voor<br />
onze inwoners.<br />
Prioriteiten politie <strong>Houten</strong> 2011<br />
Het integraal veiligheidsplan en de prioriteiten die daarin bepaald zijn vormen de basis voor de inzet<br />
van de politie wijkteam <strong>Houten</strong>. De politie werkt deze prioriteiten vervolgens uit in een operationeel<br />
werkplan.<br />
De prioriteiten uit het werkplan 2011 vloeien voort uit het vorig IVP. Naast de basispolitiezorg 5 werkt<br />
het team aan de veiligheidsthema’s uit de Regionale Veiligheidsstrategie (zie hierboven). De focus<br />
van het team ligt daarbij op de aanpak van woninginbraken en autokraken en overlast door jongeren.<br />
In de afgelopen jaren is doorlopend veel aandacht en tijd gestoken in de aanpak van jongerenoverlast.<br />
Hierdoor bestaat er op dit moment niet een echt openbare orde probleem op dit gebied. Om de<br />
problemen op het gebied van jongerenoverlast te voorkomen en beheersbaar te houden, blijft<br />
aandacht voor deze problematiek hoog op de agenda staan. De politie gebruikt de methodiek<br />
Beke/Ferwerda (ook wel shortlistmethodiek) om jeugdgroepen in beeld te brengen en te volgen.<br />
Gespecialiseerde werkvormen<br />
De gemeente <strong>Houten</strong> participeert in een aantal gespecialiseerde werkvormen. Zonder uitputtend te<br />
willen zijn, noemen we de volgende.<br />
Meldpunt Zorg en Overlast<br />
<strong>Houten</strong> is aangesloten bij het meldpunt zorg en overlast. Bij dit meldpunt kan iedereen uit <strong>Houten</strong><br />
(inwoners maar ook professionals) die zich zorgen maakt over iemand met (veel) problemen zoals<br />
psychiatrische klachten, verslaving, vervuiling of schulden een melding doen over de betreffende<br />
persoon. Reguliere instellingen kunnen deze mensen vaak niet of onvoldoende bereiken via<br />
bestaande kanalen en hebben individuele meldingen nodig om gericht hulp te kunnen bieden.<br />
Advies- en Steunpunt Huiselijk Geweld (ASHG)<br />
<strong>Houten</strong> is aangesloten bij het Advies en Steunpunt Huiselijk Geweld stad en regio Utrecht (ASHG).<br />
Het ASHG voert de aanpak van de bestrijding huiselijk geweld uit in de stad en regio Utrecht. en is de<br />
spil in het netwerk van organisaties die samenwerken om tot een sluitende aanpak in de bestrijding<br />
van huiselijk geweld te komen.<br />
Werkgroep sociale problemen (Wesp)<br />
In deze werkgroep wordt integraal samengewerkt om sociale overlast te verkleinen. Op casusniveau<br />
wordt overlast en sociale problematiek besproken en een integrale aanpak afgestemd. Leden van het<br />
wesp melden regelmatig zaken aan bij het meldpunt zorg en overlast. Deelnemers aan dit overleg zijn:<br />
gemeente, politie, woningcorporatie Viveste, stichting begeleid wonen Utrecht (SBWU), Vitras<br />
algemeen maatschappelijk werk.<br />
5 Basispolitiewerk; bestaat globaal uit politietoezicht, preventieadvies, afhandelen verkeersproblematiek, eenvoudig<br />
recherchewerk, verlenen van hulp en handhaven van wetten en regels.<br />
10
2.2 Missie, visie en strategische uitgangspunten<br />
2.2.1 Missie<br />
Het is de missie van de gemeente en haar partners een integraal veiligheidsbeleid te ontwikkelen en<br />
tot uitvoering te brengen met als resultaat enerzijds een afname van criminaliteit en anderzijds de<br />
verbetering van de veiligheidsbeleving en van de leefbaarheid. Ingrijpen aan de voorkant voorkomt dat<br />
er zwaar moet worden ingezet aan de achterkant: op repressie. Alle schakels van de veiligheidsketen<br />
moeten worden benut om criminaliteit en onveiligheidsgevoelens te voorkomen of te beperken. Het is<br />
niet alleen de verantwoordelijkheid van de gemeente om de veiligheid te bewaken. Inwoners,<br />
instellingen en ondernemingen hebben de verantwoordelijkheid een bijdrage te leveren aan de<br />
veiligheid. Partners en inwoners pakken samen de veiligheidsthema’s op buurt- en wijkniveau aan.<br />
Een samenwerking van de inwoners versterkt de sociale samenhang in de straat, buurt en wijk. Dit<br />
draagt bij aan het verbeteren van de veiligheidsbeleving.<br />
2.2.2 Visie<br />
<strong>Houten</strong> is een veilige gemeente. Ondanks de groei van het aantal inwoners is de criminaliteit ten<br />
opzichte van een aantal jaren geleden niet toegenomen maar het gevoel van veiligheid daarentegen<br />
wel. Het niveau van veiligheid dat we nu hebben bereikt en het gevoel/beleving van onze inwoners<br />
daarbij willen we graag vasthouden en waar mogelijk verhogen. Daarbij werken we intensief samen<br />
met al onze partners op het gebied van veiligheid.<br />
De gemeente streeft naar een <strong>Houten</strong> waarin de mensen zich prettig (blijven) voelen. Belangrijke<br />
kernwaarden zijn: elkaar aanspreken op ongewenst gedrag, maar ook weerbaar zijn en zich<br />
beschermd weten. De openbare ruimte is voor iedereen, zowel voor de jeugd als voor de oudere<br />
inwoners. Regels worden gehandhaafd en respect is de basisnorm.<br />
2.2.3. Strategische uitgangspunten<br />
Zelfredzaamheid en eigen verantwoordelijkheid<br />
Het college heeft in haar beleidsambities voor de komende jaren neergelegd dat de versterking van de<br />
rol van de burger op het gebied van leefbaarheid en veiligheid van groot belang is. Burgers zijn<br />
immers in eerste instantie zelf verantwoordelijk voor hun eigen veiligheid. Van hen mag daarom<br />
worden verwacht dat zij actief bijdragen aan het vergroten van hun eigen veiligheid. Bovendien is<br />
gebleken dat een actieve houding van burgers hun zelfredzaamheid vergroot en tevens hun gevoel<br />
van veiligheid versterkt. Uiteraard kent de eigen verantwoordelijkheid van burgers haar grenzen. Daar<br />
waar de veiligheid van burgers gevaar loopt, moeten veiligheidsprofessionals klaarstaan om in te<br />
grijpen.<br />
De wijze waarop burgers kunnen meewerken aan het bevorderen van de veiligheid is divers. Het<br />
organiseren van een straatfeest of barbecue ter versterking van de sociale contacten kan daar al aan<br />
bijdragen. Het vergroten van de sociale samenhang, het kennen en gekend worden, speelt een<br />
belangrijke rol bij het gevoel van veiligheid. Daarnaast kunnen bewoners ook zorgen voor een schone<br />
omgeving door zelf actief een rol te spelen in het tegengaan van vervuiling in hun buurt. Uit onderzoek<br />
komt naar voren dat verloedering criminaliteit aantrekt.<br />
Een ander voorbeeld van burgerparticipatie op het gebied van veiligheid is Burgernet. Een telefonisch<br />
netwerk waarbij burgers door de politie kunnen worden ingeschakeld bij bijvoorbeeld het uitkijken naar<br />
een voortvluchtige verdachte of een vermiste persoon. Burgernet is in 2010 in <strong>Houten</strong> ingevoerd.<br />
Om burgers een basis te bieden om eigen initiatieven op het gebied van veiligheid te ontplooien is het<br />
bovendien van belang dat de burger weet hoe de veiligheidssituatie in zijn of haar buurt is. Daarom<br />
zijn er diverse regionale en lokale ontwikkelingen om burgers te informeren. Voorbeelden daarvan zijn<br />
de website www.stopdecriminaliteit.nl maar ook de woninginbraakbrieven die de gemeente stuurt aan<br />
directe buren van een pand waar is ingebroken. In deze brief worden bovendien praktische<br />
preventietips gegeven.<br />
Ondersteunen kracht maatschappelijk middenveld<br />
Ook het maatschappelijk middenveld willen we betrekken bij het veiliger maken van onze gemeente.<br />
Partners waaraan we denken zijn in eerste instantie ons welzijn- en jongerenwerk. Maar ook onze<br />
bedrijven en ondernemers (veilig ondernemen), scholen (aanpak van onveiligheid in en rond de<br />
school), en woningcorporaties (bijvoorbeeld de aanpak van woonoverlast en de woninginbraken). De<br />
nadruk bij het betrekken van het maatschappelijk middenveld ligt bij uitstek op het vlak van preventie<br />
en voorlichting.<br />
11
Van zaakgericht naar dadergerichte aanpak<br />
Waar in het verleden de focus bij veiligheid vaak lag op de aanpak van zaken, is deze inmiddels<br />
verschoven naar de aanpak van de dader. Mede door de komst van de Veiligheidshuizen in<br />
Amersfoort en Utrecht is hierin een belangrijke stap gezet. Alle risicogroepen kunnen rekenen op<br />
bijzondere aandacht. De aanpak van veelplegers in de Veiligheidshuizen is een voorbeeld van een<br />
dadergerichte aanpak. Via een ketenaanpak, gericht op de combinatie van straf en zorg, wordt<br />
getracht het aantal veelplegers en de recidive te doen afnemen. Op termijn zal er een<br />
doorontwikkeling zijn van een dadergerichte aanpak naar een meer systeemgerichte aanpak<br />
(bijvoorbeeld gericht op het gezin/ de sociale omgeving van een dader).<br />
Investeren in jeugd en jongeren<br />
<strong>Houten</strong> kent geen grote problemen met jongeren of jongerengroepen. Met verreweg de meeste<br />
jongeren gaat het goed. Ze leveren noch voor zichzelf, noch voor hun omgeving problemen op.<br />
Jongeren hebben net als de overige inwoners van <strong>Houten</strong> het recht om gebruik te maken van de<br />
openbare ruimte. Soms gaat dit verblijf in de openbare ruimte gepaard met overlast in meerdere of<br />
mindere mate. Dit is iets van alle tijden en zeker niet exclusief toepasbaar op de jongeren van nu.<br />
Overlast en de ervaring ervan is bovendien erg subjectief van aard. Uit de respons van inwoners is<br />
wel duidelijk dat er behoefte bestaat aan begrenzing van overlast door jongeren. Om ervoor te zorgen<br />
dat er geen onaanvaardbare overlast ontstaat, wordt er via de ketenaanpak vooral geïnvesteerd in<br />
preventie.<br />
De eigen verantwoordelijkheid van bewoners en jongeren en hun ouders is het centrale uitgangspunt bij<br />
de aanpak van jeugdoverlast. In geval van problemen die niet onderling oplosbaar zijn, moet men<br />
kunnen vertrouwen op de ondersteuning en inzet van gemeente, jongerenwerk en politie.<br />
Door gerichte inzet van het jongerenwerk en het nemen van (preventieve) maatregelen op het gebied<br />
van de inrichting en het beheer van de openbare ruimte wordt overlast zoveel mogelijk beperkt.<br />
Daar ligt ook de nadruk in de aanpak van jongerenoverlast. Daar waar tenslotte de grenzen van het<br />
toelaatbare worden overschreden en het arsenaal aan preventieve maatregelen is uitgeput, wordt<br />
repressief ingegrepen. Een goede afstemming binnen de ketenaanpak (zowel in de fase van preventie<br />
als repressie of curatie/ jeugdzorg) is essentieel en wordt waar mogelijk verbeterd.<br />
2.3 Strategische partners<br />
Behalve de gemeente en haar inwoners heeft een verscheidenheid aan andere organisaties een rol<br />
en verantwoordelijkheid met betrekking tot veiligheid en leefbaarheid.<br />
Politie<br />
Bij veiligheid en veiligheidsbeleid wordt vaak eerst naar de politie gekeken. Dat is begrijpelijk want<br />
de politie vervult een essentiële rol in het bevorderen van de veiligheid en in het optreden tegen<br />
criminaliteit. Maar het is niet altijd terecht. Er zijn immers veel meer partners die een belangrijke rol<br />
spelen in het veiligheidsdomein. Binnen de veiligheidszorg vormt de politiezorg wel een brug naar de<br />
partners in veiligheid en daarnaast ook een vangnet aan de achterkant van de keten als repressief<br />
optreden nodig is.<br />
Openbaar Ministerie<br />
Het Openbaar Ministerie (OM) is verantwoordelijk voor de strafrechtelijke rechtshandhaving.<br />
Daarnaast heeft het OM gezag over de opsporingstaken van de politie, waarmee een belangrijk deel<br />
van de politiecapaciteit is gemoeid. Voor de gemeente is het OM een belangrijke<br />
samenwerkingspartner, zeker waar het gaat om de aanpak van veelplegers en de jongerenoverlast.<br />
Maar ook waar het gaat om ondersteuning bij zaken die een gemeentelijke prioriteit hebben en een<br />
gezamenlijke aanpak vergen.<br />
Woningcorporatie Viveste<br />
Het belang van een woningcorporatie vloeit voort uit het feit dat zij verhuurder is van woningen. Zij is<br />
daarmee niet alleen verantwoordelijk is voor een goede staat van het verhuurde, maar ook<br />
aanspreekbaar voor de leefbaarheid van de directe omgeving van haar vastgoed. Ook draagt de<br />
woningcorporatie zorg voor het rustig woongenot van haar huurders, indien andere huurders dit<br />
verstoren door overlast. Daarbij is de woningcorporatie in het kader van wijk- en buurtgericht werken<br />
eveneens een belangrijke partner.<br />
12
Welzijnsinstelling Van <strong>Houten</strong> en Co<br />
Bij het oplossen van problemen binnen de gemeenschap is er een belangrijke rol weggelegd voor<br />
welzijnsinstellingen. Van <strong>Houten</strong> en Co biedt als brede welzijnsinstelling ondersteuning aan alle<br />
<strong>Houten</strong>aren met een welzijnsvraag. De organisatie biedt ondersteuning, begeleiding of advies aan<br />
iedereen die behoefte heeft aan de activiteiten van van <strong>Houten</strong> en Co, zich wil inzetten als vrijwilliger,<br />
iets voor de eigen wijk wil organiseren of een andere vraag heeft. .<br />
Het jongerenwerk van van <strong>Houten</strong> en Co speelt een belangrijke rol bij het voorkomen en verminderen<br />
van jongerenoverlast. De organisatie doet dit door met de jongeren in gesprek te gaan en de dialoog<br />
tussen jongeren en buurtbewoners op gang te brengen waarna afspraken worden gemaakt. Ook biedt<br />
het jongerenwerk de jongeren een breed scala aan activiteiten en kunnen jongeren er voor informatie<br />
en advies terecht.<br />
Scholen<br />
Veiligheid en jongeren zijn twee componenten die regelmatig tegelijk genoemd worden. Of het nu<br />
gaat om voorlichting over risicovol gedrag of concrete acties zoals controles van bromfietshelmen of<br />
fiets(verlichting). Scholen zijn daarom belangrijke partners bij de uitvoering van het veiligheidsbeleid.<br />
Zij maken de jongeren dagelijks mee en kunnen zaken als bijvoorbeeld voorlichting aan jongeren op<br />
een gestructureerde en directe wijze organiseren. In <strong>Houten</strong> betreft het scholen in zowel het<br />
basisonderwijs als in het voortgezet onderwijs, waarbij het voortgezet onderwijs naast college de<br />
Heemlanden inmiddels is uitgebreid met het Wellant en Het <strong>Houten</strong>s. Deze uitbreiding betekent voor<br />
de gemeente twee extra spelers en voor de scholen in <strong>Houten</strong> een extra verantwoordelijkheid op het<br />
gebied van veiligheid en jongeren.<br />
Andere partners<br />
De overige partners in het veiligheidsveld betreffen de winkeliers/ondernemers (Belangenvereniging<br />
Het Rond, Ondernemersvereniging Oude Dorp, Industrieel Kontakt <strong>Houten</strong>, Stichting Beveiliging<br />
Bedrijventerreinen <strong>Houten</strong>, Ondernemersvereniging Kleine Kernen), horecabedrijven (Koninklijke<br />
Horeca Nederland) en sportverenigingen. Tenslotte zijn ook de hulpdiensten (Brandweer, GGD en de<br />
Geneeskundige Hulp bij Ongevallen en Rampen (GHOR)) belangrijke partners.<br />
Flankerend beleid<br />
Het gemeentelijk veiligheidsbeleid staat niet op een eiland maar functioneert binnen een bredere<br />
omgeving. De flankerende beleidsprocessen voor dit IVP zijn de interne en externe beleidsprocessen.<br />
Hiermee wordt rekening gehouden in het veiligheidsbeleid, en op zijn beurt werkt het<br />
veiligheidsbeleid weer door in de processen. De onderstaande opsomming is niet uitputtend maar<br />
geeft wel een goed beeld.<br />
Interne beleidsprocessen Externe beleidsprocessen<br />
Verkeersveiligheidsbeleid Landelijke wetgeving: o.a. de aanpassing van<br />
de Politiewet (nationale politie)<br />
Algemene Plaatselijke Verordening Beleid van de Veiligheidsregio Utrecht (VRU)<br />
<strong>Integraal</strong> handhavingsbeleid Beleid van de ministeries van Veiligheid en<br />
Justitie en BZK<br />
<strong>Integraal</strong> jeugdbeleid Provinciaal beleid<br />
Integrale wijkaanpak: netwerk ‘de Wijk voor Regionale Veiligheidsstrategie 2008-2011<br />
elkaar’<br />
<strong>Integraal</strong> horecabeleid Regionaal Jaarplan 2011<br />
Evenementenbeleid<br />
Crisisbeheersing<br />
13
3 ANALYSE<br />
3.1 Veiligheidsanalyse<br />
Veiligheidsthema’s<br />
Een definitie van veiligheid is bijzonder lastig te geven. Dit heeft te maken met het feit dat de<br />
overkoepelende term veiligheid veel verschillende facetten omvat. Op het terrein van integrale<br />
veiligheid wordt daarom gewerkt met veiligheidsthema’s. Het gemeentelijk veiligheidsterrein beslaat<br />
vijf veiligheidsthema’s en deze thema’s vormen samen de structuur waarlangs de veiligheidsituatie in<br />
een gemeente wordt beoordeeld.<br />
De vijf thema’s zijn: de veilige woon- en leefomgeving, bedrijvigheid en veiligheid, jeugd en veiligheid,<br />
fysieke veiligheid, en integriteit en veiligheid. Omwille van de leesbaarheid is in de onderhavige<br />
analyse de focus gelegd op die aspecten die in de gemeente <strong>Houten</strong> op de voorgrond treden. Andere<br />
aspecten zijn becijferd en besproken met professionals maar komen niet separaat terug in de analyse.<br />
Dit betekent overigens niet dat de gemeente aan deze onderwerpen weinig belang hecht of daarop<br />
geen beleid heeft ontwikkeld.<br />
Basis van het veiligheidsbeleid<br />
Het veiligheidsbeleid is gebaseerd op twee pijlers. De eerste pijler is de objectieve veiligheid die naar<br />
voren komt uit cijfers (de harde gegevens). De tweede pijler is de subjectieve veiligheid die tot<br />
uitdrukking wordt gebracht door (de mate van) het veiligheidsgevoel (zachte gegevens). In dit<br />
hoofdstuk worden beide onderdelen naast elkaar gelegd. Met gebruikmaking van de kennis van de<br />
partners in het veiligheidsbeleid en overige relevante informatie wordt een analyse gemaakt van de<br />
veiligheidssituatie in <strong>Houten</strong>. Op basis van die analyse wordt bepaald waar de prioriteiten voor de<br />
komende periode liggen.<br />
14
3.1.1 De politiecijfers<br />
De eerste pijler van het veiligheidsbeleid zijn de objectieve cijfers van de politie.<br />
Delictsomschrijving Aangiften<br />
<strong>Gemeente</strong><br />
<strong>Houten</strong><br />
Aangiften<br />
district<br />
Lekstroom<br />
Groei/afname<br />
In procenten 2010<br />
t.o.v. 2009<br />
2009 2010 2009 2010 <strong>Houten</strong> District<br />
criminaliteit 1.625 1.750 8.495 8.301 +7,7% -2,3%<br />
woninginbraken 91 144 711 810 +58% +15%<br />
woninginbraak:<br />
pogingen<br />
27 56 259 312 +103,7% +20%<br />
woninginbraak:<br />
geslaagd<br />
64 88 452 498 +37,5% +10,2%<br />
geweld: totaal 127 89 752 541 -29,9% -28,1%<br />
geweld: zeden 1 2 38 18 +100% -52,6%<br />
geweld: openlijk 10 12 66 37 +20% -44%<br />
geweld: bedreiging 37 24 197 138 -35,1% -30%<br />
geweld: mishandeling 72 43 390 261 -40,3% -33,1%<br />
geweld: straatroof 5 4 46 48 -20% +4,3%<br />
geweld: overvallen 2 2 15 18 0% +20%<br />
autokraken 185 234 1.444 1.296 +26,5% -11,2%<br />
fietsdiefstal 254 251 910 845 -1,2% -7,1%<br />
bromfietsdiefstal 23 22 107 134 -4,3% +25,2%<br />
vernielingen 369 331 1.667 1.500 -11,3% -10,1%<br />
Veel voorkomende<br />
criminaliteit totaal<br />
808 816 4.021 3.641 +1% -9,5%<br />
bedrijfsinbraken 94 97 416 364 +3,2% -12,5%<br />
winkeldiefstal 50 50 288 257 0% -10,8%<br />
overval: pogingen 0 0 4 2 0% -50%<br />
overval: geslaagd 2 2 11 16 0% +45,5%<br />
overval: gewapend 0 0 - 0 - -<br />
overval: woningen 0 2 - 11 - -<br />
overval: overig object 0 0 - 11 - -<br />
overval:<br />
geldtransport<br />
Bron: Bureau RVS<br />
0 0 - 2 - -<br />
Conclusie<br />
De totale criminaliteit binnen de vijf gemeenten van het district Lekstroom (Nieuwegein, <strong>Houten</strong>,<br />
IJsselstein, Lopik en Vianen) is in 2010 gedaald met 2,3% ten opzichte van 2009. In <strong>Houten</strong> is de<br />
totale criminaliteit gestegen met 7,7%. Deze stijging is voornamelijk bereikt door de explosieve<br />
toename van (pogingen tot) woninginbraken en autokraken.<br />
Gezamenlijke regiodoelstelling<br />
De hoofddoelstelling uit de Regionale Veiligheidsstrategie 2008-2011 is een daling van de totale<br />
criminaliteit met 40% in 2011 ten opzichte van 2002. In 2002 werd in het district Lekstroom 11820 keer<br />
aangifte gedaan van strafbare feiten. Dit betekent dat in 2010 in het district Lekstroom de<br />
geregistreerde criminaliteit met 30% is gedaald. In <strong>Houten</strong> werden in 2002 2656 aangiften gedaan. In<br />
2009 bedroeg de daling nog zelfs 38,8% en was <strong>Houten</strong> op dat moment koploper in de regio. De<br />
15
afname van het aantal aangiften is deels teniet gedaan door de forse toename van het aantal<br />
woninginbraken in 2010.<br />
Hoewel de doelstelling van -40% niet gerealiseerd is, kunnen we spreken van een behoorlijke afname.<br />
De aangiftebereidheid is bovendien gelijk gebleven waardoor de cijfers goed met elkaar kunnen<br />
worden vergeleken.<br />
De grootste stijgers voor district Lekstroom in het overzicht zijn woninginbraken (+15%),<br />
bromfietsdiefstal (+25,2%) en het aantal overvallen (+20%).<br />
Voor <strong>Houten</strong> is de grootste stijger het aantal woninginbraken (+58%). Verder valt de stijging van het<br />
aantal auto-inbraken op (+26%). Beide onderwerpen vallen onder de regionale veiligheidsthema’s en<br />
zullen extra aandacht krijgen binnen het wijkteam <strong>Houten</strong>.<br />
Positieve ontwikkelingen zijn zichtbaar op het gebied van geweld en vernielingen. Zo is te zien dat In<br />
<strong>Houten</strong> het aantal geweldsdelicten in 2010 met 30% is afgenomen ten opzichte van 2009. Voor het<br />
gehele district was dit een afname van 28,1%. Het aantal vernielingen is eveneens gedaald zowel op<br />
districtsniveau (-10,1%) als in de gemeente <strong>Houten</strong> (-11,3%).<br />
3.1.2. De resultaten uit de leefbaarheidsmonitor 2010<br />
Cijfers over leven en wonen in <strong>Houten</strong><br />
De gemiddelde inwoner van <strong>Houten</strong> is zeer tevreden over zijn leefomgeving. In rapportcijfers<br />
uitgedrukt scoort de woonomgeving een 7,8. Voor de leefbaarheid en veiligheid in de eigen buurt<br />
wordt respectievelijk een rapportcijfer 7,7 en 7,4 gegeven. Met deze cijfers behoort <strong>Houten</strong> tot de top<br />
van Nederlandse gemeenten, ook voor wat betreft de gemeenten tot 50.000 inwoners.<br />
<strong>Houten</strong>aren voelen zich betrokken bij hun buurt. De sociale cohesie (sociale kwaliteit) is redelijk hoog<br />
in <strong>Houten</strong>, ook landelijk gezien. Bijna een derde van de bewoners geeft aan een actieve bijdrage te<br />
leveren aan de leefbaarheid en veiligheid in de eigen buurt.<br />
Conclusie<br />
Wonen in <strong>Houten</strong> wordt als prettig ervaren en <strong>Houten</strong>aren zijn betrokken bij hun buurt.<br />
Cijfers over gevoelens van veiligheid<br />
% inwoners dat zich in het algemeen onveilig voelt in <strong>Houten</strong><br />
Vaak Soms Zelden Nooit<br />
2010 1% 23% 27% 49%<br />
2008 1% 21% 33% 45%<br />
2004-2006 2% 22% 32% 44%<br />
Conclusie<br />
De cijfers geven aan dat het veiligheidsgevoel in <strong>Houten</strong> verder is verbeterd. In 2010 voelde 76% van<br />
de inwoners van <strong>Houten</strong> zich zelden of nooit onveilig in <strong>Houten</strong>. In de eigen buurt ligt dit percentage<br />
zelfs op 91%. Hiermee is de doelstelling van het <strong>Integraal</strong> <strong>Veiligheidsplan</strong> 2007-2010 voor 2010 deels<br />
gehaald. Daarin werd gesteld dat 80% zich in 2010 zelden of nooit onveilig zou mogen voelen. Voor<br />
de eigen buurt was de doelstelling dat 90% zich zelden of nooit onveilig mocht voelen. Deze is met<br />
91% gehaald (zie onderstaande tabel).<br />
% inwoners dat zich onveilig voelt in hun eigen buurt<br />
Vaak Soms Zelden Nooit<br />
2010 1% 8% 12% 77%<br />
2008 1% 9% 17% 70%<br />
2004-2006 1% 11% 13% 73%<br />
Conclusie<br />
Het gevoel van onveiligheid in <strong>Houten</strong> neemt zichtbaar af. Van alle respondenten voelt 24% zich wel<br />
eens (vaak of soms) onveilig in <strong>Houten</strong>. Het gevoel van veiligheid is het grootst in de eigen buurt: in<br />
16
de eigen buurt voelt maar 9% van de bewoners zich vaak (8%) of soms (1%) onveilig. Dit is<br />
vergelijkbaar met 2008, en gunstiger dan de jaren daarvoor (12%).<br />
Top 5 van meest voorkomende problemen in de buurt, naar wijk, 2010<br />
Probleem 2010 NoordNoordZuidZuid- Kleine <strong>Houten</strong><br />
westoostwestoost Kernen<br />
1. Te hard rijden 19% 26% 31% 30% 57% 28%<br />
2. Parkeeroverlast 18% 24% 16% 26% 23% 21%<br />
3. Hondenpoep op straat 15% 24% 20% 20% 16% 19%<br />
4. Rommel/zwerfafval 13% 17% 9% 10% 19% 13%<br />
5. Overlast door jongeren 10% 19% 8% 11%<br />
Conclusie<br />
Aan bewoners is gevraagd wat men het belangrijkste probleem in de buurt vindt dat met voorrang zou<br />
moeten worden aangepakt. Men kon daarbij zelf de problemen noemen. De hoogste prioriteit zou<br />
volgens de bewoners moeten gaan naar het aanpakken van de parkeeroverlast. Het aandeel<br />
bewoners dat dit probleem naar voren brengt neemt bovendien stelselmatig toe, van 6% in 2004 tot<br />
17% in 2010. Ook andere verkeersgerelateerde problemen worden steeds vaker genoemd, zoals te<br />
hard rijden (van 7% naar 15%) en verkeersveiligheid (van 3% naar 6%). Overlast door jongeren (7%)<br />
en door honden (en katten) (7%) staan beide op de derde plaats. Parkeeroverlast wordt in Zuidoost<br />
meer dan gemiddeld genoemd als probleem om met voorrang aan te pakken. In Zuidwest en de kleine<br />
kernen en het buitengebied is dat te hard rijden, ook in Zuidoost wordt dit probleem veel genoemd. In<br />
Noordoost is, naast parkeeroverlast, overlast door groepen jongeren volgens de bewoners het<br />
probleem dat met prioriteit moet worden aangepakt. De belangrijkste problemen die bewoners met<br />
voorrang aangepakt willen zien komen globaal overeen met de voorgaande top 5 van meest<br />
voorkomende problemen. Opvallend is echter de lagere prioriteit die bewoners aan zwerfvuil geven.<br />
Dit ondanks dat dit volgens bewoners relatief vaak voorkomt.<br />
Rangorde van de top 5* van meest voorkomende problemen in de buurt, 2002-2010<br />
2002 2004 2006 2008 2010<br />
Te hard rijden 35% 36% 33% 29% 28%<br />
Parkeeroverlast 14% 15% 16% 15% 21%<br />
Hondenpoep op straat 26% 27% 21% 21% 19%<br />
Rommel/zwerfafval 20% 20% 18% 15% 13%<br />
Overlast door jongeren 18% 19% 14% 9% 11%<br />
Overlast scooters/bromfietsers 24% 30% 23% 18% *<br />
*De overlast van scooters/bromfietsers stond tot 2008 in de top 5, maar is in 2010 niet gemeten, de overlast door jongeren komt<br />
daardoor in de top 5 terecht.<br />
Conclusie<br />
Te hard rijden is nog altijd het meest voorkomende probleem, maar het percentage bewoners dat<br />
aangeeft dat dit vaak voorkomt in de buurt neemt wel stelselmatig af (van 35% in 2002 naar 28% in<br />
2010). Parkeeroverlast komt ook vaak voor (21%) en is ook toegenomen. Daarnaast ondervinden veel<br />
bewoners vaak overlast in de buurt door hondenpoep (19%) en zwerfvuil (13%). Beide vormen van<br />
overlast komen volgens de bewoners echter steeds minder vaak voor. Opvallend is verder dat<br />
overlast door jongeren in de loop der jaren minder vaak is genoemd, ondanks dat het aantal<br />
meldingen van jongerenoverlast wel degelijk is gestegen.<br />
Benchmark onderzoek ‘waar staat je gemeente’<br />
Het kwaliteitsinstituut voor Nederlandse gemeenten (KING) heeft in 2010 voor de eerste maal een<br />
benchmark uitgevoerd voor het maatschappelijk thema veiligheid. De gemeente <strong>Houten</strong> heeft<br />
deelgenomen aan deze benchmark en de uitkomsten ervan bevestigen het beeld dat <strong>Houten</strong> een<br />
veilige gemeente is waar de inwoners bijzonder tevreden zijn over de leefomgeving en zich veilig<br />
voelen. <strong>Houten</strong> behoort tot de kopgroep voor wat betreft gemeenten onder de 50.000 inwoners. 6<br />
6 Voor meer informatie: www.waarstaatjegemeente.nl<br />
17
3.1.3. Externe veiligheid<br />
Zoals aangegeven kent het gemeentelijke veiligheidsterrein vijf thema’s waaronder het thema fysieke<br />
veiligheid. Onder dit thema vallen onder meer verkeersveiligheid en voorbereiding op<br />
rampenbestrijding maar ook externe veiligheid. Op het gebied van fysieke veiligheid zijn er<br />
belangrijke ontwikkelingen geweest in de afgelopen tijd. Deze ontwikkelingen betreffen de invoering<br />
van de Wet op de Veiligheidsregio’s, het Gebruiksbesluit, de implementatie van <strong>Integraal</strong> toezicht en<br />
handhaving en de verdere doorvoering van Duurzaam Veilig. De mogelijke risicobronnen in <strong>Houten</strong><br />
zijn op de risicokaart 7 vermeld en betreffen LPG tankstations en vulpunten, hogedruk<br />
aardgastransportleidingen, de spoorweg, snelweg en het Amsterdam-Rijnkanaal.<br />
In deze paragraaf willen we een aantal ontwikkelingen beschrijven op het gebied van externe<br />
veiligheid in <strong>Houten</strong>, zonder daar uitvoerig in te willen zijn. Het geeft echter wel een juiste inkleuring<br />
van de externe veiligheidssituatie in <strong>Houten</strong>.<br />
Definitie<br />
Externe veiligheid is een begrip uit het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi) en beschrijft de<br />
kans dat personen in de omgeving van een activiteit waar met gevaarlijke stoffen wordt gewerkt,<br />
slachtoffer worden van een ongeval met die stoffen.<br />
Externe veiligheid kan op twee manieren ingedeeld worden. Enerzijds transportrisico en anderzijds het<br />
risico bij inrichtingen.<br />
Situatie in <strong>Houten</strong><br />
In <strong>Houten</strong> kennen wij de volgende risicoveroorzakers:<br />
1. bedrijven met verhoogd extern veiligheidsrisico;<br />
2. vervoer gevaarlijke stoffen over het spoor;<br />
3. vervoer gevaarlijke stoffen over het water, met name Amsterdam-Rijnkanaal;<br />
4. vervoer gevaarlijke stoffen over de weg, met name over de A27;<br />
5. vervoer gevaarlijke stoffen door buisleidingen.<br />
Ad 1 Bedrijven<br />
<strong>Houten</strong> heeft drie bedrijven, allen LPG tankstations, die vallen onder de Externe Veiligheid normen.<br />
Deze bedrijven beschikken over actuele milieuvergunningen en voldoen aan de wettelijke normen.<br />
Ad 2,3,4 Basisnet<br />
Voor het vervoer van gevaarlijke stoffen over weg, water en spoor worden zogenaamde risicoplafonds<br />
vastgelegd in het binnenkort vast te stellen Basisnet. Voor <strong>Houten</strong> is vooral het Basisnet Spoor van<br />
belang omdat in <strong>Houten</strong> het risico van transport van gevaarlijke stoffen over het spoor hoger is dan bij<br />
transport over de weg of het water. Dit wordt met name veroorzaakt door het feit dat het spoor dwars<br />
door <strong>Houten</strong> loopt. Dat zorgt voor een hoger groepsrisico. De afstand tussen de snelweg / het<br />
Amsterdam-Rijnkanaal en aaneengesloten woonbebouwing is groter en daarmee is er een kleinere<br />
kans op een ongeval met veel slachtoffers. Langs de transportroutes over weg, water en spoor<br />
bevinden zich geen Plaatsgebonden Risico contouren.<br />
In het kader van het Basisnet Spoor worden maatregelen genomen zoals een voorkeursroutering<br />
vervoer gevaarlijke stoffen via de Betuweroute, warme-Bleve-vrij 8 rijden, hotbox-detectie 9 en<br />
toepassen van Atbvv 10 . Deze maatregelen hebben, ook voor het vervoer door <strong>Houten</strong>, een positief<br />
effect op het niveau van externe veiligheid langs het spoor. Daar waar zich bij nieuwe ontwikkelingen<br />
binnen de spoorzone kansen aandienen voor een verdere verbetering van de veiligheidssituatie, zet<br />
<strong>Houten</strong> zich expliciet in om deze kansen zoveel mogelijk te benutten. We zullen de definitieve<br />
vaststelling en implementatie van het Basisnet Spoor (en het parallel aan basisnet lopende<br />
7 Voor de meest actuele informatie zie www.risicokaart.nl<br />
8 BLEVE staat voor Boiling Liquid Expanding Vapour Explosion. Dat is de voor externe veiligheid maatgevende calamiteit die<br />
zich voordoet als een LPG tank door een brand tot ontploffing komt. BLEVE-vrij rijden houdt in dat de transport combinatie<br />
LPG/brandbare vloeistof, die het BLEVE - risico veroorzaakt, niet voorkomt.<br />
9 Hotbox-detectie wordt toegepast om een mogelijke ontsporing van een trein door een vastgelopen as te voorkomen. Het<br />
bestaat uit een systeem van warmtesensoren dat in een dwarsligger in de spoorbaan gemonteerd wordt. Dit systeem registreert<br />
warmgelopen assen of wielen. De treindienstleider wordt via een signaleringssysteem gewaarschuwd.<br />
10 Verbeterde versie van het systeem voor automatische treinbeïnvloeding dat ook ingrijpt als een trein bij lage snelheid een<br />
rood sein dreigt te negeren.<br />
18
Programma Hoogfrequent Spoor) kritisch blijven volgen. De raad is onlangs over deze ontwikkeling<br />
met een collegebrief 11 geïnformeerd.<br />
Door de maatregelen die genomen worden binnen Basisnet Spoor neemt het te verwachten<br />
groepsrisico af van maximaal 8 keer de oriëntatiewaarde naar ongeveer 0,5 keer de oriëntatiewaarde<br />
van het groepsrisico. Dat betekent een aanzienlijke verbetering van het veiligheidsniveau ten opzichte<br />
van de situatie zonder Basisnet. Bovendien kunnen binnen het risicoplafond zoals dat in het Basisnet<br />
wordt vastgesteld alle nu geplande ruimtelijke ontwikkelingen op een verantwoorde wijze doorgang<br />
vinden. De te verwachten verbetering in de veiligheidssituatie rechtvaardigt het standpunt dat daarbij<br />
geen aanvullende maatregelen langs het spoor nodig zijn.<br />
De kans dat er een ongeval met gevaarlijke stoffen gebeurd is erg klein. Desondanks wordt bij<br />
ontwikkelingen binnen de spoorzone aangestuurd op het treffen van (preventieve) maatregelen als het<br />
zorgdragen voor goede risicocommunicatie, aandacht voor externe veiligheid bij situering van ingang<br />
en vluchtroutes en het opstellen en oefenen van ontruimingsplannen.<br />
Naar verwachting wordt het Basisnet in 2012 definitief vastgesteld. We zullen de implementatie van<br />
het Basisnet en de in dat kader te nemen maatregelen op de voet volgen. Als het nodig is nemen we<br />
zelf initiatief om concrete maatregelen sneller gerealiseerd te krijgen.<br />
Ad 5 Buisleidingen<br />
In <strong>Houten</strong> lopen diverse ondergrondse pijpleidingen, waarvan met name twee hogedruk<br />
aardgasleidingen een risicobron vormen. Deze leidingen lopen weliswaar door het grondgebied van<br />
<strong>Houten</strong>, maar niet binnen de Rondweg. Sinds 1 januari 2011 vallen deze aardgasleidingen onder het<br />
Besluit externe veiligheid Buisleidingen (BEVB). Het BEVB verplicht de Gasunie voor 1 januari 2014<br />
bestaande PR knelpunten op te lossen. De gemeente heeft daarbij vooral een controlerende taak.<br />
<strong>Gemeente</strong>n zijn op grond van het BEVB verplicht uiterlijk 1 januari 2016 hun ruimtelijke plannen ten<br />
aanzien van de ligging van hoge druk gasleidingen te hebben geactualiseerd. We zorgen ervoor dat er<br />
bij nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen geen nieuwe risicosituaties ontstaan.<br />
11 Brief van het college aan de raad over externe veiligheid en de voortgang vaststelling Basisnet spoor, d.d. 6 april 2011<br />
(11GR0153)<br />
19
3.2 Terugblik IVP 2007 - 2010<br />
3.2.0 Algemeen<br />
Inmiddels is de gemeente <strong>Houten</strong> aan haar derde integraal veiligheidsplan toe en dat is niet zonder<br />
reden. <strong>Integraal</strong> veiligheidsbeleid loont. Uit de cijfers van de politie regio Utrecht blijkt dat de veiligheid<br />
in de regio en ook in <strong>Houten</strong> is toegenomen. Door het veiligheidsbeleid integraal vorm te geven én<br />
gezamenlijk uit te voeren neemt niet alleen de onveiligheid af, maar groeit ook het gevoel van<br />
veiligheid onder de inwoners. <strong>Houten</strong> doet het goed op het gebied van veiligheid en wil dat graag zo<br />
houden. Daarom willen we ook voortborduren op de ingezette koers en met onze partners een nieuw<br />
beleidsplan tot uitvoering brengen. Voordat we toekomen aan de nieuwe beleidsdoelstellingen blikken<br />
we eerst terug op het vorige IVP.<br />
In het IVP 2007-2010 zijn zes speerpunten opgenomen. De terugblik omvat de speerpunten zoals<br />
deze zijn bepaald bij de voortgangsrapportage van 2009 12 .<br />
3.2.1 Speerpunt 1: Verkeersveiligheid<br />
In 2009 staat verkeersveiligheid nog steeds hoog genoteerd als veiligheidsprobleem dat volgens de<br />
inwoners van de gemeente <strong>Houten</strong> moet worden aangepakt. Omdat verkeersveiligheid een belangrijk<br />
maar ook veelomvattend thema is, is dit uitgewerkt in een apart beleidsplan, het<br />
Verkeersveiligheidsplan 2006-2010. Het verkeersveiligheidsplan vormt het kader voor de aanpak van<br />
verkeersonveiligheid in <strong>Houten</strong>.<br />
Inzet politie<br />
Terugkijkend op de afgelopen planperiode wordt duidelijk dat afspraken over de inzet van de politie op<br />
het speerpunt verkeersveiligheid niet op het juiste niveau zijn gemaakt. Er is volstaan met het maken<br />
van afspraken op ambtelijk niveau tussen gemeente en (individuele ambtenaren van) politie. Dit heeft<br />
er toe geleid dat de politie een aantal malen niet de gewenste inzet heeft kunnen leveren.<br />
Tijdens de behandeling van de perspectiefnota in de raad van juni 2011 is het beeld ontstaan dat dit<br />
gebrek aan inzet te wijten zou zijn aan de politie en het openbaar ministerie. Dat is niet helemaal juist.<br />
Het heeft te maken met het feit dat afspraken over de inzet van politie (ook) op beleidsniveau gemaakt<br />
moeten worden door de burgemeester en de wijkchef van de politie <strong>Houten</strong>. Dat is niet gebeurd. De<br />
wijkchef is vervolgens verantwoordelijk voor het nakomen van de gemaakte afspraken omtrent inzet<br />
van politiecapaciteit binnen de politieorganisatie. Dit uitgangspunt zal de komende periode beter en<br />
strakker worden gehanteerd.<br />
Bij de behandeling van de perspectiefnota is een motie van de ITH aanvaard waarin de burgemeester<br />
is verzocht om in overleg te treden met de hoofdofficier van Justitie van het Arrondissementsparket<br />
Utrecht en met de korpschef van politie. Doel van het overleg zou moeten zijn (meer)<br />
handhavingcapaciteit beschikbaar te krijgen van het Openbaar ministerie en politie voor de<br />
verkeersveiligheid in <strong>Houten</strong>. Gezien het voorgaande lijkt de uitvoering van de motie niet nodig en kan<br />
er met deze hiervoor beschreven werkwijze herhaling worden voorkomen.<br />
Snelheid in 30-km zones<br />
Wat hebben we gedaan?<br />
Metingen en inzet TSV-team<br />
De gemeente heeft twee snelheidsdisplays aangeschaft om te kunnen reageren op klachten over<br />
snelheden en tegelijkertijd het gedrag van automobilisten te kunnen beïnvloeden. De display meet de<br />
snelheid en laat deze ook direct zien aan de automobilist. In 2008 en 2009 hebben de displays op veel<br />
plaatsen gehangen. Uit metingen binnen de bebouwde kom blijkt dat snelheden boven 30 km per uur<br />
in woonwijken nauwelijks voorkomen. Daarentegen is in het buitengebied wel geconstateerd dat er<br />
harder gereden wordt dan is toegestaan.<br />
De inwoners van <strong>Houten</strong> vinden het belangrijk dat er gecontroleerd wordt op snelheid in 30-km zones.<br />
Voor de politie ligt de prioriteit echter niet bij snelheidscontroles in deze gebieden omdat er over het<br />
12 voortgangsrapportage <strong>Integraal</strong> <strong>Veiligheidsplan</strong> (IVP), raadsbesluit 2009-029<br />
20
algemeen niet te hard gereden wordt en er bovendien weinig (ernstige) ongevallen gebeuren. Om<br />
toch aan de wens van gemeente en inwoners tegemoet te komen heeft de politie het Team<br />
Subjectieve Verkeersonveiligheid (TSV-team13) opgezet. Dit team onderzoekt<br />
handhavingsmogelijkheden op plaatsen waar louter op basis van subjectieve verkeersonveiligheid<br />
(onveiligheidsgevoelens) knelpunten ervaren worden.<br />
Buitengebied<br />
In april 2009 heeft het TSV-team een handhavingsactie gehouden in de 30 km-zone Jhr. Ramweg in<br />
Schalkwijk. Resultaat van deze actie is dat het percentage dat sneller reed dan toegestaan is gedaald.<br />
Het is echter niet is gelukt om onder de beoogde grens van 10% overtreders te komen. Uit het<br />
onderzoek blijkt verder dat 20% van de hardrijders uit Schalkwijk zelf komt.<br />
Woonwijken<br />
Uit de leefbaarheidsmonitor blijkt dat inwoners uit <strong>Houten</strong> Zuid relatief vaker hardrijden in woonwijken<br />
noemen als probleem dat moet worden aangepakt. Uit metingen blijkt dat er over het algemeen niet<br />
boven de 30-km per uur wordt gereden. Verklaringen voor het gevoel dat er te hard wordt gereden<br />
hangen samen met de specifieke opzet en inrichting van de openbare ruimte in <strong>Houten</strong> Zuid (smalle<br />
wegen, geen stoepen). In de aanpassing van het rijgedrag van de wijkbewoners zelf moet de<br />
oplossing worden gevonden. Gezien de verkeerskundige structuur betreft het merendeel van het<br />
verkeer in de woonwijken immers bestemmingsverkeer.<br />
Wat hebben we bereikt?<br />
Het percentage inwoners dat ‘te hard rijden’ als probleem dat het meest voorkomt noemt is van 33%<br />
gemiddeld naar 28% teruggebracht in 2010. Hoewel sprake van een significante daling, is de<br />
doelstelling (23% in 2010) niet gehaald. Het percentage inwoners dat ‘te hard rijden’ als met voorrang<br />
aan te pakken probleem noemt in de Wijken Zuid Oost en Zuid West ligt op 17 respectievelijk 19%. In<br />
plaats van de gewenste daling is er sprake van een stijging. Daarmee is de doelstelling (een verlaging<br />
van het percentage inwoners dat ‘te hard rijden’ als eerste met voorrang aan te pakken problemen<br />
noemt in de wijken Zuid Oost en Zuid West naar 5% in 2010) niet gehaald. Overigens kan deze<br />
stijging te maken hebben met het feit dat door de voltooiing van diverse bouwprojecten het aantal<br />
huizen en daarmee ook het verkeer is toegenomen.<br />
Roodlicht-negatie en snelheid overige wegen<br />
Wat hebben we gedaan?<br />
In overleg met de politie is een aantal opstelplekken gerealiseerd voor radarauto’s van de politie om<br />
veilig te kunnen handhaven op roodlicht-negatie. De politie maakt vaak daarnaast veelvuldig gebruik<br />
van motoragenten. Zij kunnen relatief eenvoudig een kruising in de gaten houden zonder dat dit wordt<br />
opgemerkt door bestuurders. Deze motoragenten houden overtreders direct staande. Naast de<br />
opstelplekken die zijn gerealiseerd is op verzoek van de politie op De Staart (ter hoogte van de<br />
komgrens) een halfverharding aangebracht in de berm om bestuurders die door rood licht zijn gereden<br />
staande te kunnen houden voordat zij de A27 oprijden.<br />
De aanname dat de verkeersregelinstallaties op De Staart en De Rondweg data konden verzamelen<br />
over o.a. roodlicht-negatie bleek niet juist. Er is opdracht gegeven de benodigde software te<br />
installeren. Inmiddels kan met de verkeersregelinstallaties roodlicht-negatie worden geregistreerd en<br />
ook het percentage bestuurders dat het rode licht negeert worden bepaald. Hierover zijn nog geen<br />
gegevens voorhanden.<br />
Door het wijkteam <strong>Houten</strong> van de politie wordt structureel ingezet op handhaving op het gebied van<br />
snelheid, brommeroverlast, alcohol, dragen van gordel en fietsverlichting. Snelheidscontroles heeft de<br />
politie voornamelijk uitgevoerd op De Staart, De Rede en De Rondweg. Uit deze controles blijkt dat op<br />
De Rede de maximumsnelheid regelmatig fors wordt overschreden.<br />
13 Aan de inzet van het team zijn een aantal voorwaarden verbonden. Zo moet het team worden ingezet op één van de vijf<br />
landelijke speerpunten (snelheid, alcohol, rood licht, gordel en helm) en moeten het aantal overtredingen tussen de 10 en de<br />
30% liggen. Bovendien moet de gemeente bereid zijn om (indien nodig) infrastructurele maatregelen te treffen en hiervoor<br />
budget beschikbaar te hebben.<br />
21
Bij alle onderhoudswerkzaamheden in 60-km zones in het buitengebied is er gekeken naar<br />
mogelijkheden om de verkeersveiligheid te verbeteren. Er zijn diverse ingrepen gepleegd om de<br />
snelheid te remmen (verwijdering asstrepen, aanbrengen kantmarkering op Provincialeweg en Trip,<br />
aanbrengen van wegversmallingen op Provincialeweg, Oostrumsdijkje en Waalseweg). Er zijn geen<br />
metingen verricht om het effect van deze maatregelen te meten. In 2009 is er op de wegen rond de<br />
kernen Schalkwijk en Tull en ’t Waal wel een kentekenonderzoek gedaan. Daarbij is geconstateerd<br />
dat er te hard wordt gereden.<br />
Intensieve lobby van de gemeente <strong>Houten</strong> om verkeersonveilig gedrag door o.a. motorrijders op de<br />
Lekdijk aan te pakken heeft er toe geleid dat een speciaal team van de politie dit in regionaal verband<br />
heeft opgepakt.<br />
Wat hebben we bereikt?<br />
Er kan niet beoordeeld worden of de doelstellingen op het gebied van roodlicht-negatie en snelheid<br />
zijn behaald omdat er voor beide onderwerpen geen gegevens bekend zijn. De VRI’s bleken geen<br />
data te kunnen verzamelen en er is geen nulmeting verricht met betrekking tot het percentage<br />
hardrijders, daarom kan niet worden beoordeeld of dit percentage in 2010 is gedaald ten opzichte van<br />
2008. Inmiddels hebben er aanpassingen plaatsgevonden en komen deze gegevens wel beschikbaar.<br />
Ondanks het feit dat niet kan worden beoordeeld of de doelstellingen op het gebied van roodlichtnegatie<br />
en snelheid zijn gerealiseerd is er wel veel werk verzet. Er is op diverse manieren inzet<br />
gepleegd om door middel van gedragsbeïnvloeding de verkeersveiligheid te verbeteren. Er zijn twee<br />
snelheidsdisplays aangeschaft en ingezet. Ook is het TSV-team ingezet op hardrijden in 30-km zones.<br />
Verder hebben diverse scholen het UVL-label 14 gehaald, zijn er trainingen verzorgd voor oudere<br />
bestuurders, acties uitgevoerd richting jongeren die brommer rijden, is er een cursus voor<br />
scootmobielrijders verzorgd en zijn er fietsverlichtingsacties gehouden. Daarnaast zijn er zoals al<br />
eerder aangegeven diverse infrastructurele aanpassingen verricht. Zo zijn er tien nieuwe fietsstraten<br />
gerealiseerd en acht oversteekpunten voor fietsers verbeterd. In het buitengebied zijn er in de 60-km<br />
zone kantmarkeringen aangebracht op de Trip en het Oostromsdijkje en wegversmallingen op het<br />
Oostromsdijkje, de Provincialeweg en Waalseweg.<br />
Alcohol en drugs<br />
Specifiek voor verkeer gaat het daarbij om de handhaving op het rijden onder invloed. Hiertoe verricht<br />
de politie ieder jaar meerdere grote en kleine alcoholcontroles. In de gemeente <strong>Houten</strong> wordt het<br />
‘botsen is blazen’-principe gehanteerd. Er vindt geen aparte registratie plaats van ongelukken waarbij<br />
alcohol in het spel is. Er zijn daarom geen cijfers voorhanden waarmee duidelijk wordt in hoeveel<br />
procent van de ongevallen alcohol in het spel is. Voor een verdere terugblik op dit onderwerp wordt<br />
verwezen naar het speerpunt genotmiddelen.<br />
3.2.2 Speerpunt 2: Jongeren en veiligheid<br />
Wat hebben we gedaan?<br />
Jongerenoverlast is van alle tijden en behoeft continue aandacht en investering van de partners.<br />
Ook in de tweede helft van de planperiode is ingezet op het zoveel mogelijk voorkomen van overlast<br />
door jongeren. Daarbij speelt allereerst preventie een grote rol. Het jongerenwerk kan hier een<br />
belangrijke functie vervullen. Daar waar deze preventieve aanpak niet toereikend is, komt een<br />
repressieve aanpak van overlast in beeld. Daarbij is met name een rol voor de politie neergelegd.<br />
Deze twee sporen komen samen in de overlegstructuur Jeugd en Veiligheid. Op operationeel niveau<br />
kent <strong>Houten</strong> het afstemmingoverleg Jeugd en Veiligheid. In dit overleg zijn een wijkagent, een<br />
wijkcoördinator (Openbare Werken), een medewerker van het meldpunt Jeugd en Veiligheid (afdeling<br />
Welzijn) en een jongerenwerker vertegenwoordigd. In het afstemmingsoverleg worden<br />
overlastmeldingen besproken en wordt tot een passende aanpak met bijbehorende uitvoering<br />
besloten. Daarnaast bestaat er een ambtelijk beleidsoverleg Jeugd en Veiligheid. In dit overleg zitten<br />
de (assistent) wijkteamchef van politie, de directeur van van <strong>Houten</strong> en Co, de beleidsmedewerker<br />
Jeugd en de beleidsadviseur Veiligheid. Het ambtelijk beleidsoverleg bespreekt eventuele trends of<br />
nieuwe ontwikkelingen en stemt beleid en uitvoering op elkaar af.<br />
14 het Utrechts VerkeersveiligheidsLabel is het Utrechtse kwaliteitskeurmerk voor basisscholen die verkeerseducatie van de<br />
leerlingen en verkeersveiligheid rond de school structureel aanpakken.<br />
22
Medio 2009 heeft de overlegstructuur minder goed gefunctioneerd waardoor coördinatie en<br />
afstemming enige tijd op ad hoc basis plaatsvond. Dit kwam de kwaliteit van de aanpak niet ten<br />
goede. In 2010 is de basis weer op orde gebracht en de overlegstructuur Jeugd en Veiligheid hersteld.<br />
Daarmee is de aanpak van jongerenoverlast opnieuw een stabiele, structurele basis gegeven. Naast<br />
deze bestaande aanpak voor (aanvaardbare) jeugdgroepen is ook in <strong>Houten</strong> de landelijke methodiek<br />
Beke/Ferwerda geïntroduceerd aan de hand waarvan problematische jeugdgroepen worden<br />
geanalyseerd en aangepakt. Op grond van de methodiek worden problematische jeugdgroepen<br />
ingedeeld naar categorie (hinderlijk, overlastgevend of crimineel). Vervolgens wordt in afstemming<br />
met de ketenpartners en het veiligheidshuis een op maat gesneden plan van aanpak gemaakt voor<br />
zowel de groep en de locatie waar de groep zich ophoudt als de individuele jongere. Zorg en repressie<br />
worden daarbij op elkaar afgestemd.<br />
In het eerste jaar moest er ervaring worden opgedaan met het toepassen van de methodiek. Daarbij<br />
hebben zich problemen voorgedaan die niet zozeer met de methodiek samenhangen maar meer met<br />
de wijze waarop politie en partners de methodiek toepassen. Inmiddels is er voldoende ervaring<br />
opgedaan om de methodiek goed toe te passen. Er wordt eenmaal per jaar (in het voorjaar) door de<br />
politie een inventarisatie gemaakt van de bestaande jeugdgroepen.<br />
Wat hebben we bereikt?<br />
De doelstellingen zijn grotendeels behaald. Volgens de leefbaarheidsmonitor 2010 is het percentage<br />
inwoners dat aangeeft veel overlast te ervaren van jongeren gedaald van 14% in 2008 naar 11% in<br />
2010. De doelstelling van een daling tot 10% in 2010 is daarmee praktisch behaald. De tweede<br />
doelstelling - een daling van het aantal overlastmeldingen bij de politie - is niet gehaald. Weliswaar zijn<br />
de cijfers van 2007 door de invoering van een nieuw registratiesysteem bij de politie niet zondermeer<br />
vergelijkbaar met de cijfers uit 2010, duidelijk is wel dat er sinds 2008 sprake is van een gestage<br />
toename van het aantal meldingen. Geweldsmisdrijven daarentegen zijn sterk afgenomen. In 2010 is<br />
een afname van bijna 42 % gerealiseerd ten opzichte van 2007 als het gaat om aangiften van openlijk<br />
geweld, bedreiging en mishandeling. Voor een antwoord op de vraag of het alcohol- en drugsmisbruik<br />
onder jongeren is teruggedrongen wordt verwezen naar speerpunt 5.<br />
3.2.3 Speerpunt 3: Fietsdiefstal<br />
Vanwege positieve ontwikkelingen in de periode 2003-2006 kwam fietsdiefstal in eerste instantie te<br />
vervallen als prioriteit onder het vorig IVP. Door toename van het aantal fietsdiefstallen in 2008<br />
bestond er echter aanleiding om de aanpak van fietsdiefstal halverwege de planperiode terug te laten<br />
keren als speerpunt.<br />
In 2008 stond het centrum van <strong>Houten</strong> op de derde plaats op de hotspot-lijst van plaatsen waar de<br />
meeste fietsdiefstallen plaatsvinden in de regio Utrecht. De voornaamste reden voor de toename van<br />
het aantal fietsdiefstallen in (het centrum van) <strong>Houten</strong> vormde de grootscheepse<br />
bouwwerkzaamheden in het centrum. De ervaring is dat onoverzichtelijkheid fietsdiefstal in de hand<br />
werkt. Bij de voortgangsrapportage is fietsdiefstal als speerpunt benoemd en daarbij is aangegeven<br />
dat het aantal fietsdiefstallen drastisch naar beneden moet worden gebracht (40% minder aangiften<br />
van fietsdiefstal in 2009 ten opzichte van 2008).<br />
Wat hebben we gedaan?<br />
Terugdringen van fietsdiefstal is door politie en gemeente als een gezamenlijk project aangepakt. Er is<br />
overleg gepleegd met het team veel voorkomende criminaliteit van de politie, de fietsersbond en<br />
winkeliersvereniging om gezamenlijk oplossingen te bedenken. Er is geïnvesteerd in het terugdringen<br />
van fietsdiefstal in het kader van preventie (het scheppen en in standhouden van een overzichtelijke<br />
openbare ruimte waarin de fietsendief minder kans maakt) maar ook in repressie (opsporen van<br />
gestolen fietsen en aanhouden van dieven/helers). De politie en gemeente hebben samen uitgebreid<br />
gecommuniceerd richting de inwoners over de aanpak van fietsdiefstal en wat de inwoner zelf kan<br />
doen om diefstal van zijn fiets te voorkomen. Er zijn diverse fietsopruimacties gehouden bestaande<br />
uit: verwijderen wrakken, verwijderen langparkeerders, waarschuwing foutparkeren, handhaving<br />
foutparkeren. Vooruitlopend op de ingebruikname van het fietstransferium is er in 2009 een gratis<br />
bewaakte stalling gerealiseerd door U-stal achter het gemeentehuis. Het fietstransferium is bij de<br />
opening van het nieuwe station in 2011 in gebruik genomen. Daarnaast hebben zowel politie als<br />
gemeente structureel extra toezicht gehouden in het centrum en is er ook tijdelijk extra toezicht<br />
23
ingehuurd. Ook heeft de politie (in samenwerking met de boa’s) gestolen fietsen opgespoord en in<br />
beslaggenomen waarbij dieven en helers zijn aangehouden.<br />
Wat hebben we bereikt?<br />
In 2009 is het aantal fietsdiefstallen met 38% gedaald ten opzichte van recordjaar 2008. In 2010 is<br />
deze daling wat teruggelopen naar -25% ten opzichte van 2008. Deze terugloop laat zich grotendeels<br />
verklaren door de tijdelijke afname stallingscapaciteit in de directe nabijheid van het station gedurende<br />
de laatste fase van de werkzaamheden rondom het station. Hierdoor was er sprake was van rommelig<br />
en lukraak fietsparkeren door forensen.<br />
3.2.4 Speerpunt 4: RIEC<br />
Het speerpunt hennepteelt/drugshandel is medio 2009 verbreed en hernoemd tot speerpunt RIEC<br />
(Regionaal Informatie en Expertise Centrum).<br />
Het RIEC treedt op als informatieknooppunt en expertisecentrum voor alle aangesloten partners.<br />
Samen met de versterking van preventie, controle, opsporing en vervolging moet dit leiden tot een<br />
krachtiger bestrijding van de georganiseerde criminaliteit. Zoals al eerder aangegeven gaat het RIEC<br />
verder daar waar Bibob ophoudt.<br />
Wat hebben we gedaan?<br />
De politie heeft de controles op hennep voortgezet. In 2009 is in het kader van een pilot met politie en<br />
justitie samengewerkt aan het sluiten van de Growshop aan de Peppelkade. Vanwege het eerder<br />
genoemde speerpunt hennepteelt/drugshandel hebben we deelgenomen aan de voorbereidingen voor<br />
een Regionaal Informatie en Expertise Centrum Midden Nederland (RIEC MN) ten behoeve van de<br />
versterkte bestuurlijke aanpak van georganiseerde criminaliteit. We hebben hierover een thema-avond<br />
voor de raadsleden georganiseerd. Besloten is dat de gemeente <strong>Houten</strong> als een van de voortrekkers<br />
vanaf april 2010 als pilotgemeente zal fungeren. Inmiddels heeft het RIEC MN haar eerste jaar achter<br />
de rug. In dat jaar is een stevig fundament opgebouwd voor een gestructureerde, integrale aanpak<br />
van georganiseerde criminaliteit in de regio.<br />
Er is een regionaal Hennepconvenant afgesloten in 2010. Dit convenant wordt op lokaal niveau<br />
uitgebreid met aansluiting door woningbouwvereniging Viveste. Op basis hiervan is vast beleid dat bij<br />
ontdekking van een hennepkwekerij het huurcontract direct wordt ontbonden.<br />
Wat hebben we bereikt?<br />
In 2009 en 2010 zijn er minder hennepkwekerijen opgerold dan de jaren ervoor. In 2010 zijn in totaal 6<br />
meldingen gedaan (waarvan 5 M-meldingen) op basis waarvan er 1 kwekerij is ontmanteld.<br />
De reden voor de afname van het aantal meldingen door burgers is niet duidelijk. Wellicht is het voor<br />
burgers onvoldoende duidelijk welke signalen duiden op een hennepkwekerij en weet men de weg<br />
naar de politie of gemeente niet te vinden. Ook valt voor veel burgers het telen van hennep vaak nog<br />
in de categorie van een relatief onschuldig en kleinschalig crimineel vergrijp. Men realiseert zich te<br />
weinig dat de wereld van de hennepteelt is uitgegroeid tot een keiharde criminele wereld met extreme<br />
winsten, geweld en liquidaties.<br />
Inmiddels is een start gemaakt met het voorlichten van gemeentelijke buitendienstmedewerkers in het<br />
herkennen van signalen van een hennepkwekerij en ook is in regionaal verband een belangrijke stap<br />
gezet met het afsluiten van een regionaal hennepconvenant. Deze hernieuwde aandacht geeft naar<br />
verwachting opnieuw een impuls aan de gezamenlijke aanpak van hennepteelt in de regio.<br />
Naast hennepteelt kent het RIEC de volgende aandachtsgebieden: mensenhandel,<br />
witwaspraktijken/vastgoedfraude. In 2010 is een lokaal overleg gestart waarbij informatie op lokaal<br />
niveau naast elkaar wordt gelegd en zaken worden aangedragen voor nader onderzoek door het<br />
RIEC. In 2010 zijn in totaal 5 zaken door het RIEC onderzocht, op basis van die onderzoeken is tot nu<br />
toe 1 bestuurlijk dossier opgesteld op grond waarvan – naast het strafrechtelijk traject – bestuurlijke<br />
maatregelen worden getroffen.<br />
24
3.2.5 Speerpunt 5: Genotmiddelen<br />
<strong>Houten</strong> kent een specifiek preventiebeleid genotmiddelen. De afdeling Welzijn coördineert de acties<br />
die uit het uitvoeringsprogramma genotmiddelen naar voren komen. Het uitvoeringsprogramma is in<br />
2010 afgerond en de evaluatie wordt medio 2011 verwacht. De acties uit het uitvoeringsprogramma<br />
zijn met name proactief en preventief van aard. Voor de politie vormt het gebruik van genotmiddelen<br />
altijd een aandachtspunt, waarbij reguliere controles op alcoholgebruik in het verkeer worden<br />
gehouden.<br />
Wat hebben we gedaan?<br />
We hebben de acties vanuit het uitvoeringsplan preventiebeleid genotmiddelen (voorlichting en<br />
educatie, signalering, advies en ondersteuning, recreatieve voorzieningen voor jongeren en het<br />
beperken van de mogelijkheid om alcohol te verkrijgen) verder uitgevoerd.<br />
In mei 2008 is door de GGD een rapport 15 uitgebracht waaruit het beeld naar voren komt dat het<br />
alcoholgebruik onder jongeren net als elders in de regio hoog is. Opvallend is dat een relatief grote<br />
groep jongeren vrij regelmatig en ook doordeweeks alcohol drinkt. Ook binge-drinken 16 komt, met<br />
name bij de hogere klassen, veel voor. Verder valt op dat relatief veel jongeren die jonger zijn dan 16<br />
zelf wel eens alcohol kopen en dat er veel thuis gedronken wordt. Het drugsgebruik in <strong>Houten</strong> wijkt<br />
positief af van het regionale gemiddelde. In 2008 gebruikten in <strong>Houten</strong> gemiddeld minder jongeren<br />
hasj, wiet of harddrugs dan in de regio.<br />
Er zijn diverse grote en kleine alcoholcontroles uitgevoerd en daarnaast hanteert de politie het ‘botsen<br />
is blazen’ principe. De politie oefent in het weekend specifiek toezicht uit op horecagelegenheden en<br />
maakt indien nodig specifieke afspraken. Door café De Zwijger en Mango’s Café wordt een wederzijds<br />
ontzeggingenbeleid gevoerd. Daarnaast vindt er op reguliere basis zowel ambtelijk als bestuurlijk<br />
overleg plaats tussen vertegenwoordigers van de horeca, Koninklijke Horeca Nederland en de<br />
gemeente.<br />
In eerste instantie is getracht een convenant te sluiten met de supermarkten in <strong>Houten</strong>. Het was de<br />
bedoeling in dit convenant afspraken te maken over ondermeer het (voorkomen van het) verstrekken<br />
van drank aan minderjarigen en het laten volgen van gerichte cursussen door personeel. Door het<br />
landelijk beleid van Albert Heijn om geen lokale convenanten af te sluiten is er uiteindelijk voor<br />
gekozen om te proberen individuele afspraken te maken met supermarkten in <strong>Houten</strong>.<br />
Er is in dat kader overleg gevoerd over extra intern toezicht op risicogroepen op risicotijdstippen. Er<br />
bleek weinig animo om alcoholkassa’s in te stellen en personeel daarvoor op te leiden in verband met<br />
het grote verloop onder supermarktpersoneel. Sinds 2009 zijn landelijk de regels voor supermarkten<br />
aangescherpt. Er geldt een verscherpte legitimatie-eis met als doel de verkoop van alcohol en tabak<br />
aan jongeren onder de 16 te voorkomen. Deze maatregelen lijken vooralsnog het maximum haalbare.<br />
We hebben de Voedsel- en Warenautoriteit over elke evenement, waarvoor een ontheffing voor het<br />
schenken van alcohol was verleend, geïnformeerd.<br />
Overige ontwikkelingen<br />
De gemeente <strong>Houten</strong> heeft zich aangemeld voor een pilot van de Voedsel en Warenautoriteit (VWA)<br />
waarbij het toezicht op de Drank- en Horecawet, vooruitlopend op een wetswijziging in die richting,<br />
door de gemeente en niet langer door de VWA wordt gehouden. <strong>Houten</strong> is helaas niet uitgenodigd om<br />
deel te nemen. Inmiddels is de pilot onder 38 gemeenten/regio’s afgerond en in 2010 geëvalueerd. De<br />
deelnemende gemeenten zijn over het algemeen enthousiast.<br />
Op dit moment ligt het wetsvoorstel tot wijziging van de Drank- en Horecawet 17 bij de Tweede kamer<br />
ter behandeling. Het voorstel heeft, naast het terugdringen van administratieve lasten voor<br />
ondernemers, vooral tot doel het terugdringen van alcoholgebruik onder vooral jongeren, om<br />
gezondheidsschade en verstoring van de openbare orde te voorkomen.<br />
15 ‘Hoe gezond is en leeft de jeugd in <strong>Houten</strong>’, Bevindingen van de jeugdgezondheidszorg en Schoolkracht (mei 2008)<br />
16 minimaal één keer per maand 5 of meer glazen alcohol in een korte tijd drinken<br />
17 Wetsvoorstel nummer 32.002<br />
25
Inmiddels is een alcoholverbod onder de 16 jaar door de Tweede Kamer aanvaard. Dit verbod houdt<br />
in dat een 16 jarige die op straat alcohol bij zich heeft strafbaar is. Als in een café iemand onder de 16<br />
wordt betrapt met alcohol, is zowel de ondernemer als de jongere strafbaar. Bij verkoop van drank aan<br />
een jongere onder de 16 jaar in supermarkten en slijterijen wordt alleen de ondernemer aangepakt.<br />
Wat hebben we bereikt?<br />
In de recent verschenen jeugdgezondheidsmonitor 2008-2010 18 van de GGD wordt inzicht verschaft<br />
in het genotmiddelengebruik onder jongeren in <strong>Houten</strong> in 2010.<br />
De inspanningen van de laatste jaren om jongeren en hun ouders te doen inzien dat alcoholgebruik<br />
vóór het 16 e levensjaar schadelijk is, lijken vruchten af te werpen. De regionale cijfers laten een<br />
gunstige trend zien voor alcoholgebruik en thuis alcohol mogen drinken bij 9-12 jarigen. Reden tot<br />
tevredenheid is er niet: er drinken nog steeds jongeren onder de 16 jaar alcohol en als ze drinken, dan<br />
drinken ze nog steeds te veel.<br />
<strong>Houten</strong> wijkt regionaal af als het gaat om het percentage 9-12 jarigen dat wel eens alcohol heeft<br />
gedronken. Dat percentage ligt in de regio op 41% en in <strong>Houten</strong> op 48%.<br />
Voor het genotmiddelengebruik onder de groep 12-18 jarigen geldt dat het percentage gebruikers<br />
lager ligt dan het gemiddelde in de regio.<br />
Van de alcoholdrinkende jongeren in de gemeente <strong>Houten</strong> geeft 38% aan zelf nooit alcohol te kopen,<br />
maar te krijgen. Als jongeren alcohol kopen, doen ze dit meestal in de supermarkt. Opvallend is dat<br />
48% van de alcoholdrinkende jongeren jonger dan 16 jaar zelf wel eens alcohol koopt, bijvoorbeeld in<br />
supermarkt, slijterij of café. Hier is een belangrijke rol weggelegd voor controle op de verkoop van<br />
alcohol aan jongeren onder de 16 jaar.<br />
Ruim de helft van de alcoholdrinkende jongeren drinkt meestal thuis met anderen of bij anderen thuis.<br />
Hier komt de rol van de ouders duidelijk naar voren. De meerderheid van de ouders in <strong>Houten</strong> keurt<br />
het alcoholgebruik van hun kind goed, zegt er niets van, of weet niet dat hun kind alcohol gebruikt.<br />
Bij de aanpak van alcoholgebruik door de jeugd vormen de ouders een belangrijke doelgroep.<br />
In 2009 en 2010 zijn door de politie een groot aantal geplande en ongeplande alcoholcontroles in het<br />
verkeer verricht. Hieruit komt naar voren dat het aantal bestuurders dat vanwege alcoholgebruik wordt<br />
aangehouden op een zodanige manier is gedaald dat de doelstelling uit het IVP is gehaald.<br />
Voor de resultaten op het gebied van jongerenoverlast wordt verwezen naar hetgeen onder speerpunt<br />
Jongeren en Veiligheid is opgenomen. Het aantal overlastmeldingen dat specifiek gerelateerd is aan<br />
uitgaansoverlast bedroeg in 2010 2 meldingen. Dit betekent een halvering van dit soort meldingen,<br />
waarmee doelstelling (-15 % ten opzichte van 2008) ruim is behaald.<br />
Ook op het vlak van vernielingen is er sprake van een positieve ontwikkeling ten opzichte van 2008.<br />
Het aantal geregistreerde vernielingen bedroeg in 2010 331 tegenover 388 in 2008. Hiermee is een<br />
daling van 14,6% bereikt.<br />
3.2.6 Speerpunt 6: Veiligheidshuis<br />
Het Veiligheidshuis is een samenwerkingsverband gericht op terugdringing van overlast en<br />
criminaliteit. De ketenpartners, waaronder gemeenten, openbaar ministerie, politie, reclassering,<br />
welzijnsorganisaties werken samen aan opsporing, vervolging, berechting en hulpverlening. Door een<br />
sluitende aanpak probeert men recidive te voorkomen. De doelgroepen van het veiligheidshuis zijn<br />
veelplegers, daders van huiselijk geweld, nazorg ex-gedetineerden en overlastgevende personen.<br />
Wat hebben we gedaan?<br />
<strong>Houten</strong> neemt vanaf 1 januari 2009 deel aan het Veiligheidshuis. In het Veiligheidshuis wordt de<br />
gemeente vertegenwoordigd door een adviseur (de informatiemakelaar). Deze functionaris neemt<br />
namens de gemeente deel aan de diverse casusoverleggen en is verantwoordelijk voor de informatieuitwisseling<br />
tussen het zorgnetwerk en het justitieel netwerk.<br />
Wat hebben we bereikt?<br />
Personen die tot de doelgroepen van het Veiligheidshuis behoren worden besproken in diverse<br />
casusoverleggen. De hoofdmoot van de casussen uit <strong>Houten</strong> die worden besproken betreft jongeren.<br />
18 Jeugdgezondheidsmonitor 2008-2010 <strong>Houten</strong>, GGD Midden-Nederland (wordt na de zomer van 2011 door de GGD<br />
gepresenteerd)<br />
26
In 2009 zijn in totaal 97 cases besproken. In 2010 waren dat er 95. Deze jongeren krijgen een<br />
individueel plan van aanpak waarbij strafrecht en zorg op elkaar zijn afgestemd. Het doel is het<br />
voorkomen van recidive. Om dat doel meetbaar te maken wordt op dit moment gewerkt aan<br />
ketenmonitoren. Met het Veiligheidshuis hebben we een goede geïntegreerde behandeling van<br />
aandachtsgroepen georganiseerd waarbij zorg en justitie aan elkaar gekoppeld worden en nauw<br />
samenwerken.<br />
3.3 Kern van de problematiek/conclusie<br />
Op basis van de veiligheidsanalyse en de terugblik kunnen we concluderen dat de veiligheid in<br />
<strong>Houten</strong> gedurende de afgelopen planperiode verder is toegenomen. Het aantal aangiften is gedaald<br />
terwijl de aangiftebereidheid gelijk is gebleven en het veiligheidsgevoel onder de inwoners is ook<br />
toegenomen, zeker in vergelijking met 2002.<br />
Ondanks deze positieve ontwikkelingen is er ook een aantal die extra aandacht behoeven. Zo blijft<br />
verkeersveiligheid een belangrijke rol spelen in de veiligheidsbeleving van de inwoners van <strong>Houten</strong>.<br />
Ondanks het feit dat <strong>Houten</strong> een bijzondere verkeersstructuur en bijzonder fietsvriendelijk is opgezet<br />
is er met name in de veiligheidsbeleving nog verbetering mogelijk. Om die reden keert<br />
verkeersveiligheid terug als prioriteit.<br />
Gezien de omvang van het onderwerp en het scala aan mogelijke maatregelen en projecten kent<br />
<strong>Houten</strong> een separaat verkeersveiligheidsplan.<br />
Woninginbraak is een misdrijf met grote impact op het slachtoffer en deze categorie heeft prioriteit op<br />
grond van de Regionale Veiligheidsstrategie. Hetzelfde geldt voor fietsdiefstal (veel voorkomende<br />
criminaliteit). Nu beide misdrijven bovendien verantwoordelijk zijn voor een substantieel gedeelte van<br />
de aangiften die in <strong>Houten</strong> worden gedaan bestaat er aanleiding beide onderwerpen als prioriteit op te<br />
nemen.<br />
Uit de leefbaarheidsmonitor komt naar voren dat de inwoners in <strong>Houten</strong> zich veilig voelen in <strong>Houten</strong>.<br />
Dit gevoel is relatief wat minder in het centrum (het Rond en het stationsgebied). Dat gegeven en de<br />
wens van de gemeente om het vernieuwde centrum van <strong>Houten</strong> aantrekkelijk (lees: schoon, heel en<br />
veilig) te houden en verder te verlevendigen willen we samen met onze partners in het centrum een<br />
extra gezamenlijke inspanning leveren.<br />
Tenslotte kent <strong>Houten</strong> als groeigemeente veel kinderen en jongeren. Ook de komende jaren zullen er<br />
veel jongeren in <strong>Houten</strong> wonen. Om het wonen in <strong>Houten</strong> voor alle leeftijdscategorieën aantrekkelijk te<br />
houden willen we extra aandacht aan onze jongeren geven, waarbij we met name in de preventieve<br />
sfeer extra investeren.<br />
27
4 HOOFDDOELSTELLING EN AANPAK<br />
4.1 Hoofddoelstelling<br />
In paragraaf 2.2 zijn de missie, visie en strategische uitgangspunten geformuleerd. Op basis hiervan<br />
komen we tot de volgende hoofddoelstelling voor het integraal veiligheidsbeleid in de gemeente<br />
<strong>Houten</strong>.<br />
Het niveau van veiligheid dat we nu hebben bereikt en het gevoel/beleving van onze inwoners daarbij<br />
willen we graag vasthouden en waar mogelijk verhogen. Daarbij werken we intensief samen met al<br />
onze partners op het gebied van veiligheid.<br />
Als prestatieindicator hanteren we het realiseren van een daling van de criminaliteit met 10% in 2014<br />
ten opzichte van 2009. Als effectindicator hanteren we en stijging van het veiligheidsgevoel in <strong>Houten</strong><br />
en in de eigen buurt met 1 procent in 2014 ten opzichte van 2010.<br />
Toezicht en handhaving in de openbare ruimte blijven minimaal op niveau en we onderzoeken<br />
mogelijkheden om deze aspecten – door een andere inzet van politiesurveillanten en buitengewone<br />
opsporingsambtenaren (boa’s) – nog effectiever te maken. Tenslotte worden de projectmatige aanpak<br />
van fietsdiefstal en de geïntegreerde aanpak van georganiseerde criminaliteit via het RIEC<br />
gecontinueerd.<br />
4.2 Veiligheidsaanpak op hoofdlijnen<br />
� Accent op preventie: voorkomen is beter dan genezen. Daarom dient er in een vroegtijdig<br />
stadium een interventie te worden gepleegd bij overlast en veiligheidsproblematiek om<br />
onaanvaardbare overlast en onveilige situaties zoveel mogelijk te voorkomen.<br />
� Gebiedsgerichte aanpak: gericht op de plekken waar de veiligheid en leefbaarheid (dreigen te)<br />
worden aangetast.<br />
� Doelgroepgerichte aanpak: doelgroepen die de meeste problemen veroorzaken worden<br />
gericht aangepakt.<br />
� Dicht bij en samen met de burger: criminaliteitsvormen die de burger het hardst raken worden<br />
met een hoge prioriteit aangepakt. Burgers worden nadrukkelijk betrokken bij het oplossen<br />
van veiligheidsproblemen.<br />
� Hard en sociaal: in de middelen die worden toegepast is het belangrijk om een juiste balans te<br />
vinden in preventie en repressie bovendien wordt nazorg gegeven om recidive te voorkomen.<br />
4.3 Toezicht<br />
De regierol van gemeenten op het gebied van lokaal veiligheidsbeleid wordt steeds belangrijker. Daar<br />
waar in het verleden de politie de belangrijkste verantwoordelijke was op het gebied van lokaal<br />
veiligheidsbeleid is die regierol voor een steeds belangrijker deel bij de gemeente komen te liggen. De<br />
politie concentreert zich – onder invloed van landelijke hoofdlijnen van beleid - steeds meer op haar<br />
kerntaken waardoor de gemeenten steeds meer mogelijkheden zien en voelen om die taken die de<br />
politie niet tot haar kerntaken rekent op te pakken. Een van die taken betreft het aanpakken van<br />
overlast. Bij deze ontwikkelingen is een belangrijke rol weggelegd voor de boa. In <strong>Houten</strong> beschikken<br />
we zowel over boa’s als over politiesurveillanten.<br />
4.3.1 De buitengewoon opsporingsambtenaar (boa)<br />
Landelijk Boa-bestel 19<br />
Een brandweercommandant, parkeercontroleur, jachtopzichter, milieu-inspecteur en<br />
leerplichtambtenaar. Het zijn enkele voorbeelden van buitengewoon opsporingsambtenaren (boa’s).<br />
Om enerzijds de politie te ontlasten en anderzijds de veiligheid op straat te waarborgen, krijgen boa’s<br />
steeds meer taken. Zoals verdachten aanhouden en boetes uitschrijven. De overheid wil dat boa’s<br />
19 Voor meer informatie: circulaire buitengewoon opsporingsambtenaar, ministerie van veiligheid en justitie, d.d. 10 januari 2011,<br />
kenmerk 5679441/0.<br />
28
hier goed op voorbereid en in begeleid worden. Hiervoor is op 1 april 2010 een nieuw Boa-bestel<br />
geïntroduceerd.<br />
Om meer eenheid te creëren en beter toezicht te kunnen houden op het functioneren van de boa’s zijn<br />
de functies binnen het nieuwe Boa-bestel door het Rijk ondergebracht in werkterreinen (domeinen). Er<br />
zijn 6 domeinen. Per domein gelden specifieke opleidingseisen. Elk domein omvat een aantal wetten<br />
en wetsartikelen. De domeinen bevatten maximale opsporingspakketten. Formeel kunnen boa’s over<br />
alle opsporingsbevoegdheden van het betreffende domein beschikken. Maar de bevoegdheden<br />
moeten altijd gekoppeld zijn aan de taken die boa’s uitvoeren.<br />
Situatie in <strong>Houten</strong><br />
Ook in <strong>Houten</strong> hebben we diverse boa’s in dienst binnen de verschillende domeinen. Binnen domein 1<br />
(de openbare ruimte) beschikken we op dit moment over drie boa’s waarvan een tijdelijke die toezicht<br />
houdt op de bouwwerkzaamheden in relatie tot leefbaarheid en veiligheid in het openbare gebied<br />
(BLVC) en twee die toezicht houden op het openbare gebied in relatie tot de algemene plaatselijke<br />
verordening (APV). De boa’s openbare ruimte hebben een breed pakket aan bevoegdheden waardoor<br />
het lokale veiligheidsbeleid gericht op de aanpak van overlast en kleine ergernissen binnen de<br />
openbare ruimte kan worden gehandhaafd.<br />
<strong>Houten</strong> kent formatief drie boa’s, waarvan één tijdelijk tot het einde van de centrumwerkzaamheden,<br />
alsmede een toezichthouder.<br />
Takenpakket boa (uit functieomschrijving gemeente <strong>Houten</strong>)<br />
� ziet, via inspectierondes, toe op voorzieningen en werkzaamheden in de openbare ruimte en<br />
rapporteert hierover;<br />
� geeft actief uitvoering aan het toezicht- en handhavingsbeleid zoals dit is opgesteld en draagt<br />
mede zorg voor de evaluatie;<br />
� toetst en controleert hierbij op het naleven van de voorschriften op de afgegeven APV -, en<br />
BLVC vergunningen en op de vergunningen afgegeven voor het aan- en verleggen van kabels<br />
en leidingen;<br />
� spoort illegale activiteiten op en treft zo nodig maatregelen, waaronder het stopzetten van de<br />
werkzaamheden;<br />
� verzorgt de eerste constateringen in het kader van de vooraankondiging en adviseert met<br />
betrekking tot het toepassen van bestuursdwang / dwangsom;<br />
� onderhoudt contacten met de politie en handhaaft, indien noodzakelijk, strafrechtelijk;<br />
� verleent ondersteuning bij bijzondere projecten in de openbare ruimte;<br />
� neemt deel aan de overleggen ten behoeve van <strong>Houten</strong> Centrum en leidt de briefings met de<br />
overige betrokken opzichters en toezichthouders.<br />
Aansturing<br />
Momenteel worden de boa’s aangestuurd door de afdeling Openbare Werken. De meldingen die<br />
binnenkomen bij de afdeling worden op prioriteit beoordeeld door het hoofd wijkbeheer. Deze bepaalt<br />
tevens waar de per definitie beperkte capaciteit op wordt ingezet. De dagelijkse werkzaamheden<br />
worden door daarvoor aangestelde medewerker ingepland.<br />
Kosten<br />
Een boa binnen domein 1 wordt in de gemeente <strong>Houten</strong> betaald conform functieschaal 8 (€ 51.309,-<br />
per jaar).<br />
4.3.2 De politiesurveillant<br />
Convenant<br />
De gemeente <strong>Houten</strong> heeft een convenant afgesloten met de politie Regio Utrecht. Op grond hiervan<br />
stellen de Politie Regio Utrecht en de gemeente <strong>Houten</strong> middelen ter beschikking waarmee drie<br />
politiesurveillanten kunnen worden aangesteld voor het houden van toezicht en het verrichten van<br />
handhavingstaken. De reden daarvoor ligt in de omstandigheid dat de politie niet in die mate kan<br />
toekomen aan het vervullen van voornoemde taken als de gemeente wenst. De gemeente betaalt de<br />
kosten voor de aanstelling van drie surveillanten en de politie bekostigt de begeleiding, huisvesting en<br />
overhead die nodig zijn om de politiesurveillanten deugdelijk te kunnen aansturen. <strong>Houten</strong> heeft op dit<br />
29
moment 2 politiesurveillanten en er is 1 vacature. De raad heeft in het verleden bij de realisatie van<br />
deze surveillanten drie hoofdprioriteiten benoemd: het (winkel)centrum, jongeren en fietsdiefstal.<br />
Bevoegdheden<br />
De politiesurveillant is een politiemedewerker met dezelfde bevoegdheden als een agent en<br />
hoofdagent, maar heeft een andere taakstelling. Een surveillant is eveneens een bevoegd algemeen<br />
opsporingsambtenaar. De surveillant treedt op tegen kleine overtredingen, maar staat ook vaak<br />
tegenover grotere zaken. Surveillanten dragen geen vuurwapens, maar wel de handboeien,<br />
pepperspray en wapenstok.<br />
De politiesurveillant is bevoegd in de rechtmatige uitoefening van zijn bediening geweld te gebruiken,<br />
wanneer het daarmee beoogde doel dit, mede gelet op de aan het gebruik van geweld verbonden<br />
gevaren, rechtvaardigt en dat doel niet op een andere wijze kan worden bereikt. Aan het gebruik van<br />
geweld gaat zo mogelijk waarschuwing vooraf.<br />
Inzet en aansturing<br />
In het convenant met betrekking tot politiesurveillanten uit 2008 is neergelegd dat de formele beheer-<br />
en gezagsverantwoordelijkheden zoals omschreven in de Politiewet en de <strong>Gemeente</strong>wet en de<br />
daarmee samenhangende bevoegdheden als uitgangspunt gelden. Wat betreft de bepalingen van de<br />
taken en prioriteiten ligt de bevoegdheid echter volledig bij de burgemeester van de gemeente<br />
<strong>Houten</strong>. Bij de vaststelling van deze taken en prioriteiten wordt overeenstemming bereikt met de<br />
wijkchef. Daarbij wordt zoveel als mogelijk gehandeld met de gebruikmaking van en in<br />
overeenstemming met de bedrijfs- en activiteiten plannen van de politie en het integraal<br />
veiligheidsplan van de gemeente. Ook zijn de drie prioriteiten (winkelcentrum, jongeren en<br />
fietsdiefstal) leidend bij de inzet.<br />
Feitelijk worden op dit moment de politiesurveillanten aangestuurd door de politie waarbij op ambtelijk<br />
niveau afstemming plaatsvindt met de inzet van de boa’s.<br />
Kosten<br />
De kosten voor de gemeente per politiesurveillant bedragen plusmin. 50.000, -. Dit bedrag wordt<br />
jaarlijks geïndexeerd en is inclusief toelagen, materiaalkosten en overhead. Hierbij wordt opgemerkt<br />
dat de functie van surveillant een schaal 4 functie betreft (politieschaal). Dit is maximaal € 28.344 per<br />
jaar (exclusief toelagen).<br />
4.3.3 boa en/of politiesurveillant?<br />
De boa’s en politiesurveillanten worden in de gemeente <strong>Houten</strong> op diverse gebieden ingezet. Deze<br />
staan hieronder schematisch weergegeven.<br />
BOA Politiesurveillant<br />
Parkeren (blauwe zone) Prioriteit Jeugd (kermis, tentfeesten,<br />
toezicht Rietplas, vuurwerk)<br />
Handhaving brommers Stellingmolen<br />
Prioriteit Centrum (algemeen toezicht /<br />
en fietsers winkelcentrum<br />
bouwwerkzaamheden, alcoholcontrole)<br />
Hondenbeleid Prioriteit Fiets (controle fietsverlichting,<br />
fietsdiefstal)<br />
Controles tijdens evenementen Brommeroverlast<br />
Algemene veiligheidszaken<br />
Toezicht bedrijventerreinen<br />
(behalve verkeersveiligheid)<br />
Handhaving APV Handhaving APV<br />
Parkeren<br />
Toezicht openbare orde en<br />
veiligheid/rinkeldekinkellijn<br />
De boa’s in <strong>Houten</strong> hebben niet dezelfde taken en bevoegdheden als de politiesurveillanten. De taken<br />
die de surveillant kan verrichten zijn aanmerkelijk uitgebreider dan het takenpakket van de boa’s. Als<br />
30
kanttekening geldt daarbij dat de surveillant weliswaar op papier de bevoegdheden heeft om al deze<br />
taken uit te voeren maar daar praktisch gezien onvoldoende tijd voor beschikbaar heeft. Ook de<br />
politiesurveillant moet keuzes maken.<br />
Een ander verschil is dat over het algemeen een politiesurveillant meer gezag uitstraalt dan een boa.<br />
Dit heeft te maken met het aanzien dat de politie geniet maar zeker ook de ruimere bevoegdheden<br />
(met name de geweldsbevoegdheden). Hierbij wordt opgemerkt dat het op grond van de Politiewet<br />
mogelijk is om politiebevoegdheden of geweldsbevoegdheden aan boa’s toe te kennen. Als dat het<br />
geval is, beschikt de boa over dezelfde bevoegdheden als de politiesurveillant. Als voorwaarde geldt<br />
dat de noodzaak tot het toekennen van deze bevoegdheid moet zijn aangetoond en dat de persoon<br />
voldoet aan de gestelde bekwaamheidseisen.<br />
In beginsel is de boa echter geen integrale handhaver door zijn beperkte opsporingsbevoegdheid en<br />
concurreert hij niet met de politie. Hij heeft immers geen vierjarige politieopleiding voltooid en beschikt<br />
niet zondermeer over dezelfde bekwaamheid. Bovendien kan de complexiteit van de functie sterk<br />
verschillen en varieert het opleidingsniveau per boa van relatief laag tot hoog.<br />
Op het vlak van de aansturing van boa’s en politiesurveillanten bestaan op dit moment verschillen.<br />
Kort gezegd worden boa’s feitelijk aangestuurd door de gemeente terwijl politiesurveillanten worden<br />
aangestuurd door de politie waarbij de burgemeester (in afstemming met de wijkchef) de prioriteiten<br />
bepaalt.<br />
De minister van Veiligheid en Justitie heeft in een brief aan de Tweede kamer over straattoezicht en<br />
handhaving 20 aangegeven dat er een betere operationele samenwerking tussen boa’s en<br />
politie(surveillanten) moet worden verwezenlijkt. Om de samenhang en samenwerking tussen de<br />
boa’s en de politie optimaal te borgen gaat de minister de strategische en operationele regie in<br />
regelgeving vastleggen.<br />
De gemeente <strong>Houten</strong> steunt deze ontwikkeling mits de lokale prioriteiten uit het IVP worden<br />
uitgevoerd door zowel de boa’s als de politiesurveillanten. Als het gaat om openbare orde en<br />
veiligheid heeft om diverse redenen een surveillant de voorkeur, maar als het gaat om overlast en<br />
vooral preventief optreden heeft een boa in veel gevallen de voorkeur.<br />
Conclusie op dit punt is dan ook dat een mix van beide (zowel surveillanten als boa’s) de beste balans<br />
oplevert. Er is behoefte aan het gezag dat surveillanten uitstralen maar er is ook behoefte aan (meer)<br />
sturing op zowel de surveillanten als de boa’s. De boa’s worden direct door de gemeente<br />
aangestuurd, maar deze sturing is over het algemeen minder professioneel dan de sturing van de<br />
politie op de surveillanten. De sturing van de surveillanten heeft als nadeel dat deze indirect (via de<br />
politie) plaatsvindt. Op grond van de ontwikkelingen op nationaal niveau om de aansturing van zowel<br />
de boa’s als surveillanten bij de politie neer te leggen, is het extra van belang om aan de voorkant<br />
heldere afspraken te maken over (de inzet op) prioriteiten.<br />
20 Brief van minister van Veiligheid en Justitie aan de Tweede Kamer, d.d. 24 maart 2011, 2011-2000020309<br />
31
5 PRIORITEITEN EN AMBITIES<br />
Op basis van de veiligheidsanalyse, visie, strategische uitgangspunten en afstemming met de<br />
partners komen we tot de volgende prioriteiten voor de periode 2011 tot en met 2015:<br />
� Verkeersveiligheid<br />
� Woninginbraak<br />
� Fiets en veiligheid<br />
� Leefbaarheid centrum<br />
� Jongeren en veiligheid<br />
5.1 Prioriteit 1: Verkeersveiligheid<br />
Uit de leefbaarheidsmonitor blijkt dat de bewoners van <strong>Houten</strong> verkeersveiligheid een belangrijk issue<br />
vinden. Met name de snelheid van het autoverkeer en overlast door brommers komen naar voren als<br />
knelpunt. Omdat verkeersveiligheid een belangrijk en veel omvattend thema is, wordt dit onderwerp<br />
niet uitgewerkt in het IVP maar in een apart Verkeersveiligheidsplan. In dit plan worden op basis van<br />
de leefbaarheidmonitor en het landelijke en regionale verkeersveiligheidsbeleid, het<br />
verkeersveiligheidbeleid van de gemeente <strong>Houten</strong> verder uitgewerkt.<br />
Naast de snelheid en overlast door bromfietsen vinden de inwoners van de gemeente <strong>Houten</strong> ook het<br />
parkeren een belangrijk aandachtspunt. Dit onderwerp wordt uitgewerkt in een aparte parkeervisie. In<br />
deze visie wordt onder meer ingegaan op de toepassing van parkeeronderzoeken, parkeernormen,<br />
parkeeroverlast, de blauwe zones en handhaving parkeren.<br />
5.1.1 Doelstelling<br />
Situatie 2002 doelstelling voor 2020<br />
aantal in<br />
2002<br />
% ontwikkeling<br />
2020 tov 2002<br />
ziekenhuisgewonden 13 -40% 8<br />
verkeersdoden -50% -<br />
aantal in<br />
2020<br />
huidige situatie doelstelling voor 2014<br />
Gemiddelde<br />
afgelopen 5<br />
jaar (2006-<br />
2009 21 )<br />
% ontwikkeling<br />
2014 tov 2010<br />
ziekenhuisgewonden 13 -17% 11<br />
aantal in<br />
2014<br />
In navolging van de landelijke en provinciale doelstellingen op het gebied van verkeersveiligheid stelt<br />
<strong>Houten</strong> zich ook tot doel om in 2020 een vermindering van het aantal verkeerslachtoffers te hebben<br />
bereikt. <strong>Houten</strong> volgt hierbij de meest ambitieuze lijn van de provincie Utrecht: 40% minder<br />
ziekenhuisgewonden ten opzichte van peildatum 2002 (gemiddelde van aantal ziekenhuisslachtoffers<br />
in 2001, 2002 en 2003) in 2020 en 50% minder verkeersdoden in 2020 ten opzichte van 2002. Om op<br />
het streefgetal van maximaal 8 ziekenhuisgewonden per jaar uit te komen in 2020 mag in 2014 het<br />
aantal ziekenhuisgewonden maximaal 11 personen bedragen. Dat houdt een daling in van 17% ten<br />
opzichte van het gemiddeld aantal ziekenhuisgewonden in de afgelopen vijf jaar.<br />
21 De cijfers over 2009 zijn nog niet bekend. Rijkswaterstaat kan de cijfers pas in augustus 2011 leveren.<br />
32
Omdat het ongevallenbeeld per jaar varieert wil de gemeente <strong>Houten</strong> niet alleen kijken naar het<br />
peiljaar 2014. Als aanvullende doelstelling wordt daarom gesteld dat er in de periode 2010 – 2014<br />
10% minder ziekenhuisgewonden zijn dan in de periode 2006 – 2009. Dit betekent dat bij de evaluatie<br />
van het Verkeersveiligheidsplan in de periode 2010 – 2014 maximaal 46 ziekenhuisgewonden geteld<br />
mogen worden om te kunnen constateren dat de doelstelling gehaald is en de gemeente <strong>Houten</strong> op<br />
koers is voor de doelstellingen voor 2020.<br />
Er vallen incidenteel doden in het <strong>Houten</strong>s verkeer. Het is niet reëel om hier een gewenste daling aan<br />
toe te voegen. Het doel op dit gebied moet zijn dat het dodental in het <strong>Houten</strong>s verkeer in principe nul<br />
moet blijven.<br />
Doelstelling beoordeling verkeer<br />
Naast een vermindering van het aantal verkeersslachtoffers wil de gemeente ook dat de bewoners<br />
van de gemeente <strong>Houten</strong> het verkeer als veiliger ervaren. Dit resultaat moet zichtbaar zijn in de<br />
leefbaarheidsmonitor van 2012 en 2014.<br />
5.1.2 Hoofdlijnen aanpak verkeersveiligheid<br />
Voor de volgende zes speerpunten wordt in dit VVP een verbeteringsstrategie verder uitgewerkt:<br />
� Minder ongevallen fietsers door verkeerd verlenen van voorrang;<br />
� Minder ongevallen/roodlicht-negatie op kruisingen Rondweg en De Staart;<br />
� Verlagen aantal slachtoffers onder 18 jaar;<br />
� Minder ongevallen en overlast bromfietsers;<br />
� Snelheid;<br />
� Alcohol en drugs in het verkeer.<br />
5.1.3 Partners in de aanpak<br />
Op het gebied van verkeersveiligheid wordt door de gemeente samengewerkt met BRU, ROV-Utrecht,<br />
politie, VVN, Fietsersbond, van <strong>Houten</strong> en Co en inwoners. Er worden diverse projecten uitgevoerd<br />
gericht op de 6 speerpunten. Dit varieert van infrastructurele aanpassingen tot gedragsbeïnvloeding.<br />
Een aantal voorbeelden met betrekking tot de aanpak zijn: de scootmobielcursus die jaarlijks door van<br />
<strong>Houten</strong> en Co en VVN wordt georganiseerd. Met VVN en de fietsersbond worden bijvoorbeeld<br />
afspraken gemaakt over het voeren van een fietsverlichtingactie.<br />
De rol van de politie ligt met name op het gebied van handhaving waarbij bijvoorbeeld roodlichtnegatie<br />
een belangrijk aspect is.<br />
In het verkeersveiligheidsplan worden de inwoners van <strong>Houten</strong> nadrukkelijk als partners beschouwd.<br />
De gemeente is niet alleen probleemeigenaar er ligt ook een verantwoordelijkheid bij de inwoners van<br />
<strong>Houten</strong>. De inwoners van <strong>Houten</strong> zijn partner bij het denken over en het werken aan een mogelijke<br />
aanpak van verkeerssituaties en verkeersgedrag in de wijk.<br />
5.1.4 Relevante programma’s<br />
Huidige<br />
situatie doelstelling voor 2014<br />
aantal in % ontwikkeling aantal in<br />
periode<br />
2010-2014 tov periode<br />
2006-2009 2006-2009 2010-2014<br />
ziekenhuisgewonden 52 -10% 46<br />
Landelijk en regionaal: Nota Mobiliteit, Strategisch Plan Verkeersveiligheid, Actieplan<br />
Verkeersveiligheid, Strategisch Mobiliteitsplan Utrecht 2004-2020, Programma ‘Duurzaam veilig’.<br />
5.2 Prioriteit 2: Woninginbraak<br />
Woninginbraken zijn praktisch als enige delictsoort in de regio in 2010 fors gestegen ten opzichte van<br />
2009. Regionaal gezien is er sprake van een stijging van 16% (van bijna 7.000 inbraken in 2009 naar<br />
bijna 8.000 in 2010). Het aantal woninginbraken in <strong>Houten</strong> is in 2010 eveneens fors toegenomen ten<br />
opzichte van 2009 namelijk met 58%. Ondanks deze stijging behoort <strong>Houten</strong> nog steeds tot de<br />
33
veiligere gemeenten, ook voor wat betreft de kans op een woninginbraak. De inbraakkans is met 8<br />
inbraken per 1000 woningen nog steeds erg laag. In de regio scoren alleen de gemeenten<br />
Bunschoten en Wijk bij Duurstede beter met respectievelijk 4 en 6 inbraken per 1000 woningen.<br />
Gezien de toename van het aantal woninginbraken en de grote impact die een inbraak heeft op<br />
slachtoffers bestaat er voldoende reden om extra inspanningen te leveren om deze negatieve<br />
ontwikkeling om te buigen en op termijn terug te dringen.<br />
5.2.1 Doelstelling<br />
De doelstelling voor 2014 is een afname van het aantal woninginbraken met 20% ten opzichte van<br />
2010. Dit komt overeen met een halvering van de stijging die in 2010 is gerealiseerd.<br />
5.2.2 Hoofdlijnen aanpak woninginbraak<br />
De afnamen van het aantal woninginbraken willen we bereiken door het gebruik van preventieve<br />
maatregelen door huiseigenaren te bevorderen. Ook willen we de pakkans vergroten door onze<br />
inwoners te informeren over signalen die wijzen op mogelijke woninginbraak en hen voor te lichten<br />
over wat ze met die informatie moeten doen. We willen de sociale controle vergroten door mensen<br />
bewust te maken van hun eigen verantwoordelijkheid bij het terugdringen van woninginbraken. We<br />
willen het aantal woningen dat beschikt over het politiekeurmerk Veilig Wonen (PKVW) doen<br />
toenemen. We richten ons daarbij vooral op het ‘oude’ deel van <strong>Houten</strong>. Hier is het aandeel PKVWwoningen<br />
lager dan elders in <strong>Houten</strong>. Kanttekening hierbij is dat er (ook) nadelen kleven aan het<br />
keurmerk. Het benodigde hang- en sluitwerk zijn duurder dan gemiddeld en bovendien hebben<br />
sommige bewoners moeite met de openbare verlichting die feller dan gewoonlijk brandt.<br />
5.2.3 Partners in de aanpak<br />
huidige situatie doelstelling voor 2014<br />
aantal in<br />
2010<br />
Politie, openbaar ministerie, woningcorporatie Viveste en onze inwoners zijn partners in de aanpak<br />
van woninginbraak. Met Viveste willen we afspraken maken over (versnelde) PKVW-certificering van<br />
haar woningbestand. De politie levert met name inzet op het vergroten van de pakkans van inbrekers<br />
en preventief toezicht (controles).<br />
5.2.4 Relevante programma’s<br />
% ontwikkeling<br />
2014 tov 2010<br />
aantal in<br />
2014<br />
Woninginbraken 144 -20%
5.3 Prioriteit 3: Fiets en Veiligheid<br />
Het terugdringen van fietsdiefstal staat al jaren hoog op de lijst met prioriteiten. <strong>Houten</strong> is een<br />
fietsvriendelijke gemeente en wil, dat graag blijven. Fietsers moeten er op kunnen vertrouwen dat zij<br />
hun fiets veilig stallen. We zien dat nu de verbouwing van het centrum en het station gereed is het<br />
aantal fietsdiefstallen aanmerkelijk minder is geworden. Het aanbieden van gratis stalling in een met<br />
camera’s bewaakte fietsenstalling draagt daar zeker ook aan bij. Toch heeft fietsdiefstal nog steeds<br />
een relatief groot aandeel in de aangiften die gedaan worden bij politie, reden om ook de komende<br />
jaren extra inzet te plegen op dit punt. Daarnaast willen we het centrum en stationsgebied graag<br />
overzichtelijke en toegankelijk houden. Om die reden zullen we doorgaan met het verwijderen van<br />
wrakken en het handhaven op fietsparkeren. Ook is in de algemene plaatselijke verordening een<br />
artikel opgenomen waardoor het mogelijk wordt weesfietsen te gaan verwijderen op plekken waar de<br />
stallingscapaciteit beperkt is en veel benut wordt.<br />
5.3.1 Doelstelling<br />
Aantal<br />
fietsdiefstallen<br />
De afgelopen twee jaren is er een forse daling van het aantal fietsdiefstallen gerealiseerd ten opzichte<br />
van de hausse aan diefstallen in 2008. Op dit moment is het aantal fietsdiefstallen op het laagste<br />
niveau sinds 2002. Een verdere daling ligt met de ingebruikname van de bewaakte, gratis stalling in<br />
Centrum en Castellum voor de hand.<br />
5.3.2 Hoofdlijnen aanpak Fiets en Veiligheid<br />
De aanpak van de afgelopen jaren wordt gecontinueerd. Dat betekent dat er reguliere acties worden<br />
gehouden waarbij wrakken worden verwijderd en gehandhaafd wordt op foutgeparkeerde fietsen. Ook<br />
worden fietsen die langer dan een toegestane periode in de centrumgebied zijn gestald, de<br />
zogenaamde weesfietsen, verwijderd. Zo wordt het centrum toegankelijk en overzichtelijk gehouden<br />
en maken fietsendieven minder kans. Uit een peiling onder het burgerpanel blijkt dat de handhaving<br />
op fietsparkeren kan rekenen op een groot draagvlak onder de inwoners van <strong>Houten</strong>. Aandachtspunt<br />
daarbij is wel de beschikbare handhavingscapaciteit bij de gemeente. De gemeente heeft een<br />
belangrijke kwaliteitsimpuls gegeven aan het centrum. De openbare ruimte is opnieuw ingericht en in<br />
het fietstransferium is gratis bewaakte stalling gerealiseerd. Daarmee zijn eventuele beletselen voor<br />
het veilig stallen van fietsen weggenomen. We gaan goed gedrag stimuleren<br />
Ook op station Castellum wordt een fietstransferium gerealiseerd. In dat transferium kunnen gratis en<br />
bewaakt 1000 fietsen worden gestald net als in het centrum.<br />
De gemeente en politie werken nauw samen om gestolen fietsen op te sporen, in beslag te nemen en<br />
dieven/helers aan te houden. Tenslotte zullen de fietsverlichtingsacties worden gecontinueerd.<br />
5.3.3 Partners in de aanpak<br />
huidige situatie doelstelling voor 2014<br />
aantal in<br />
2010<br />
Bij de aanpak rondom deze prioriteit zijn veel partners betrokken. Niet alleen zijn diverse afdelingen<br />
van de gemeente betrokken, ook de politie, inwoners, fietsersbond en ondernemers/ winkeliers en<br />
aannemers die werkzaam zijn in het BLVC-gebied. Met de politie worden met name afspraken<br />
gemaakt over de controle van fietsen om daarmee gestolen fietsen op te sporen. Met andere partners<br />
zullen we afspraken maken die zien op het beïnvloeden van het stallingsgedrag van fietsers. Voor<br />
zowel de boa’s als de politiesurveillanten vormt het voorkomen van fietsdiefstal een prioriteit.<br />
5.3.4 Relevante programma’s<br />
% ontwikkeling<br />
2014 tov 2010<br />
aantal in<br />
2014<br />
251 -15%
5.4 Prioriteit 4: Leefbaarheid Centrum<br />
Uit de leefbaarheidsmonitor komt naar voren dat de inwoners van <strong>Houten</strong> erg tevreden zijn over hun<br />
woonomgeving. Het vernieuwde centrum draagt daar zeker ook aan bij, maar is volgens de<br />
leefbaarheidsmonitor evenzeer de plek waar de inwoners van <strong>Houten</strong> zich wel eens (relatief) onveilig<br />
voelen. Hiervoor zijn meerdere redenen aan te wijzen waarvan de aanwezigheid van (hang)jongeren<br />
er een is. Bovendien worden er in het centrum relatief veel vernielingen gepleegd en rommel<br />
achtergelaten wat gevoelens van onveiligheid versterkt. Om het veiligheidsgevoel te bevorderen en<br />
het centrum schoon en heel en veilig te houden is het noodzakelijk om de komende jaren extra (proactief)<br />
inzet te plegen. De gewenste verlevendiging van het centrum door uitbreiding van de terrassen<br />
en de (drankverstrekkende) horeca op het Rond vormt daarbij een extra uitdaging.<br />
5.4.1 Doelstelling<br />
Aantal vernielingen in<br />
het centrum (Het<br />
Rond/station <strong>Houten</strong>)<br />
Percentage bewoners<br />
dat zich wel eens<br />
onveilig voelt op Het<br />
Rond<br />
Percentage bewoners<br />
dat zich wel eens<br />
onveilig voelt op het<br />
station/stationsgebied<br />
Vooral in het centrum en rond het station vinden vernielingen plaats. De doelstelling is gekoppeld aan<br />
de wetenschap dat veel vernielingen niet worden gemeld. Door de extra aandacht voor vernielingen in<br />
het centrum ligt een stijging van het aantal meldingen van vernieling voor de hand. Daarom wordt een<br />
daling van het aantal geregistreerde vernielingen met 10% in 2014 als reëel beschouwd. Voor wat<br />
betreft het veiligheidsgevoel betreft wordt opgemerkt dat het veiligheidsgevoel in <strong>Houten</strong> op een heel<br />
hoog niveau ligt (hoger dan gemiddeld in de regio voor een gemeente van vergelijkbare omvang). Een<br />
stijging van het veiligheidsgevoel met 1% in 2014 is ambitieus maar haalbaar.<br />
5.4.2 Hoofdlijnen aanpak Leefbaarheid Centrum<br />
De aanpak is gericht op het minimaal behouden en indien mogelijk verder bevorderen van de kwaliteit<br />
van het centrum. Het gaat daarbij om de aspecten schoon, heel en veilig. De aanpak zal zijn gericht<br />
op het terugdringen van vernielingen, het aanpakken van ongewenst gedrag door hangjongeren enz.<br />
5.4.3 Partners in de aanpak<br />
In de aanpak wordt samengewerkt door de gemeente met ondernemers, de eigenaar en beheerder<br />
van winkelcentrum het Rond, woningcorporatie Viveste, bewoners, scholen en politie. Voor zowel de<br />
boa’s als de politiesurveillanten vormt toezicht op het (winkel)centrum een prioriteit.<br />
5.4.4 Relevante programma’s<br />
huidige<br />
situatie doelstelling voor 2014<br />
aantal in % ontwikkeling aantal in<br />
2010 2014 tov 2010 2014<br />
335 -10%
5.5 Prioriteit 5: Jongeren en Veiligheid<br />
Jongeren hebben de behoefte om leeftijdsgenoten te ontmoeten en samen tijd door te brengen. Vaak<br />
doen ze dit in de openbare ruimte. Er zijn diverse plekken in <strong>Houten</strong> waar jeugd zich in de openbare<br />
ruimte verzamelt. Meestal levert dit weinig tot geen overlast op, maar soms zorgt het gedrag van<br />
jongeren in de openbare ruimte voor ergernis bij omwonenden. Om het voorkomen dat er een<br />
problematische situatie ontstaat worden maatregelen getroffen waarbij met name het jongerenwerk<br />
een belangrijke rol speelt. De jongerenwerker werkt preventief en probeert daarbij onder meer de<br />
dialoog tussen jongeren en buurtbewoners op gang te brengen. Zo wordt een aanvaardbare oplossing<br />
voor zowel de jongeren als de buurt gezocht.<br />
Als gemeente staan we vanuit het jeugdbeleid de hiervoor beschreven ketenaanpak voor. Dat<br />
betekent dat de prioriteit in dit IVP als vangnet moet worden beschouwd. In eerste instantie ligt het<br />
primaat bij de preventieve aanpak binnen het jeugdbeleid. Pas als de preventieve middelen zijn<br />
uitgeput en er desondanks een probleem voorligt, komt een repressieve aanpak aan bod.<br />
In de komende planperiode is de transitie van de jeugdzorg een majeure ontwikkeling, die van grote<br />
invloed zal zijn op de manier waarop gemeenten jeugdoverlast kunnen bezien en aanpakken. Immers<br />
met de transitie van de jeugdzorg (2014-2016) worden de gemeenten verantwoordelijk voor de gehele<br />
jeugdzorg; daarbij gaat het zowel om het vrijwillige, als het gedwongen kader (jeugdbescherming,<br />
jeugdreclassering). Hiermee krijgt de gemeente meer dan ooit de instrumenten in handen om een<br />
integrale ketenaanpak te realiseren.<br />
Daar waar sprake is van problematische jeugdgroepen wordt aan de hand van de eerder genoemde<br />
landelijke methodiek Beke Ferwerda 22 een op maat gemaakt plan van aanpak opgesteld om de<br />
overlast terug te dringen en de jongeren op het goede spoor te zetten. Daarbij wordt een justitiële<br />
(repressieve) aanpak gecombineerd met hulpverlening. Het Veiligheidshuis werkt daarin nauw samen<br />
met gemeente, politie en het jongerenwerk.<br />
5.5.1 Doelstelling<br />
Meldingen<br />
Jongerenoverlast<br />
Problematische<br />
jeugdgroepen<br />
Het aantal problematische jeugdgroepen lag in 2010 op 2 23 , waarvan er 1 hinderlijke groep en 1<br />
overlastgevende groep. In 2011 is er sprake van 1 problematische jeugdgroep in <strong>Houten</strong>. Het betreft<br />
een hinderlijke groep. In vergelijking tot andere gemeenten in de regio kent <strong>Houten</strong> relatief weinig<br />
jeugdgroepen en daarmee ook weinig problematische jeugdgroepen. De verwachting is dat, gezien de<br />
leeftijdsopbouw van de gemeente <strong>Houten</strong> en daarmee het aantal jongeren dat de komende jaren in<br />
<strong>Houten</strong> woont, de overlast van groepen jongeren eerder toe dan af zal nemen. Op basis van deze<br />
verwachting wordt stabilisatie de doelstelling voor de komende jaren. Met het plegen van extra inzet<br />
op jongerenoverlast willen we wel een daling in het aantal meldingen van overlast bewerkstelligen.<br />
5.5.2 Hoofdlijnen aanpak<br />
huidige situatie doelstelling voor 2014<br />
aantal in<br />
2010<br />
% ontwikkeling<br />
2014 tov 2010<br />
aantal in<br />
2014<br />
228 -10%
overlegstructuur Jeugd en Veiligheid wordt versterkt en gestroomlijnd. Zodra er sprake is van een<br />
problematische jeugdgroep wordt de landelijke shortlistmethodiek toegepast.<br />
5.5.3 Partners in de aanpak Jongeren en Veiligheid<br />
Bij de aanpak van jongerenoverlast wordt in ieder geval samengewerkt met politie, het jongerenwerk,<br />
het Veiligheidshuis, diverse afdelingen van de gemeente en bewoners. Daarnaast is er doorlopend<br />
contact met andere partners zoals scholen, winkeliers, horeca en sportverenigingen. Voor de<br />
politiesurveillanten vormt het toezicht op jongeren een prioriteit. Het aanpakken van overlast behoort<br />
daarnaast tot het takenpakket van de boa’s.<br />
5.5.4 Relevante programma’s<br />
Onder regie van de afdeling Welzijn wordt door de partners samengewerkt ter voorkoming en<br />
bestrijding van jongerenoverlast (overlegstructuur Jeugd en Veiligheid). Bij problematische<br />
jeugdgroepen wordt de shortlistmethodiek toegepast. Als jongeren een strafbaar feit begaan, dan<br />
worden zij besproken in het Veiligheidshuis waarbij een integrale aanpak de norm is. (Na)zorg en straf<br />
worden daarbij op elkaar aangesloten om recidive zoveel mogelijk te voorkomen. Andere<br />
onderwerpen binnen het jeugd en veiligheidsdomein zijn: het overmatig gebruik van alcohol en drugs<br />
door jongeren, individuele criminele jongeren, veiligheid in en om de school en de 12- minners.<br />
38
6 ORGANISATIE EN STURING<br />
6.1 Verantwoordelijkheid<br />
De burgemeester is wettelijk belast met de handhaving van de openbare orde en veiligheid en is<br />
daarvoor als eerste aanspreekbaar en politiek verantwoordelijk. De burgemeester heeft het<br />
opperbevel bij rampen, branden of grootschalige calamiteiten en is de gezagsdrager op het terrein<br />
van de openbare orde en veiligheid en hulpverlening. Op basis van de Politiewet kan de<br />
burgemeester voor de uitoefening van het gezag de nodige aanwijzingen geven aan de politie.<br />
De burgemeester vervult in relatie tot deze wettelijke taken een coördinerende rol binnen het integraal<br />
veiligheidsbeleid. Als lid van het districts- en regionaal college (waarin de driehoekspartners<br />
gemeente, politie en OM zijn vertegenwoordigd) heeft de burgemeester zicht op de uitvoering en de<br />
voortgang van het integraal veiligheidsbeleid. Deze positie maakt het mogelijk om in te grijpen<br />
wanneer het draagvlak vermindert, afspraken niet worden nagekomen of een koerswijziging nodig is.<br />
Werkzaamheden van wethouders raken bijna zonder uitzondering het integraal veiligheidsbeleid,<br />
waardoor veiligheid kan worden beschouwd als een collectieve verantwoordelijkheid van het gehele<br />
college. Veiligheid werkt door op vele terreinen en heeft daardoor raakvlakken met bijna alle<br />
gemeentelijke afdelingen. Om deze reden betreffen veiligheidsaspecten van het gemeentelijk beleid<br />
een collegeverantwoordelijkheid en vergen een actieve rol van het college ten aanzien van integraal<br />
veiligheidsbeleid.<br />
De gemeenteraad zet veiligheid op de politieke agenda, stelt de kaders / prioriteiten vast en is<br />
(mede) betrokken bij het formuleren van de randvoorwaarden en/of middelen die nodig zijn voor<br />
een effectief integraal veiligheidsbeleid.<br />
De beleidsadviseur veiligheid van de afdeling Bedrijfsvoering, Communicatie en Juridische Zaken<br />
voert de regie over het IVP en informeert de portefeuillehouder openbare orde en veiligheid over de<br />
voortgang van de projecten.<br />
Hieronder is schematisch weergegeven hoe de verantwoordelijkheid voor de prioriteiten op hoofdlijnen<br />
zijn toegedeeld. Een verdere uitwerking vindt plaats in het uitvoeringsplan.<br />
39
Bestuurlijk<br />
verantwoordelijk<br />
Verkeersveiligheid Wethouder<br />
C. van Dalen<br />
Burgemeester<br />
C. Lamers<br />
Woninginbraak<br />
Burgemeester<br />
C. Lamers<br />
Fiets en Veiligheid Wethouder<br />
C. van Dalen<br />
Burgemeester<br />
C. Lamers<br />
Leefbaarheid Centrum Wethouder<br />
C. van Dalen<br />
Burgemeester<br />
C. Lamers<br />
Jongeren en Veiligheid Wethouder<br />
N. Teeuwen<br />
Burgemeester<br />
C. Lamers<br />
6.2 Overlegstructuur<br />
Afdelingen/Instanties<br />
Afdeling Openbare Werken<br />
Politie / OM<br />
Politie / OM / Afdeling Bedrijfsvoering,<br />
Communicatie en Juridische zaken<br />
Afdeling Openbare Werken<br />
Politie / OM / Afdeling Bedrijfsvoering,<br />
Communicatie en Juridische zaken<br />
Afdeling Openbare Werken<br />
Politie / OM / Afdeling Bedrijfsvoering,<br />
Communicatie en Juridische Zaken<br />
Afdeling Welzijn / Van <strong>Houten</strong> en Co<br />
Politie / OM / Afdeling Bedrijfsvoering,<br />
Communicatie en Juridische Zaken<br />
Veiligheid kent vele facetten en dat leidt ertoe dat het onderwerp veiligheid op ieder gemeentelijk<br />
beleidsterrein zijn weerslag heeft. Om die reden zijn ook alle gemeentelijke afdelingen in meer of<br />
mindere mate betrokken bij het onderwerp. Bestuurlijke afstemming vindt plaats binnen het college en<br />
het beleidsoverleg met de portefeuillehouders. Daarnaast heeft de burgemeester frequent overleg met<br />
de politie en het OM. Veranderingen binnen de politie kennen een weerslag in de overlegstructuur.<br />
Het aantal politiedistricten in de politieregio Utrecht wordt teruggebracht naar vier en er worden<br />
basisteams gevormd. <strong>Houten</strong> wordt de thuisbasis van het nieuw te vormen basisteam <strong>Houten</strong> –<br />
Vianen. Een basisteam krijgt grotere zelfstandige bevoegdheden dan het huidige wijkteam. Een aantal<br />
malen per jaar wordt op basisteam niveau een driehoeksoverleg gehouden.<br />
6.3 Evaluatie en Monitoring<br />
Binnen de gestelde kaders uit deze kadernota stelt het college iedere twee jaar een uitvoeringsplan<br />
vast en rapporteert aan de raad over de voortgang. Hiermee kan de gemeenteraad de voortgang van<br />
het plan en de daarin neergelegde doelstellingen monitoren. Na afloop van het uitvoeringsplan wordt<br />
tweejaarlijks een evaluatie gedaan aan de hand van de uitkomsten van de leefbaarheidsmonitor.<br />
Daarnaast worden jaarlijks in begroting en jaarrekening de indicatoren getoetst.<br />
Op basis van de evaluatie kunnen doelen en/of activiteiten bijgesteld of aangepast worden. Ook is dat<br />
het moment waarop doelstellingen die zijn behaald vervallen of worden toegevoegd als de situatie<br />
daarom vraagt (bijvoorbeeld bij nieuw beleid of een plotselinge stijging van criminaliteitscijfers).<br />
De evaluatie en voortgangsrapportages worden door het college verricht en aan de raad aangeboden.<br />
Daarnaast wordt ieder even jaar een leefbaarheidsmonitor gehouden en werd in het verleden ieder<br />
oneven jaar deelgenomen aan de Integrale Veiligheidsmonitor (IVM). Vanwege de ombuigingen en de<br />
daaraan gerelateerde taakstelling op het gebied van onderzoek is besloten deelname aan de IVM te<br />
stoppen. In 2011 neemt de gemeente <strong>Houten</strong> daarom voor het laatst deel aan de IVM.<br />
6.4 Uitvoeringsplan<br />
Het uitvoeringsplan wordt in concept opgesteld door de beleidsadviseur Veiligheid voor het begin van<br />
de planperiode en door het college vastgesteld. Het eerste uitvoeringsplan heeft betrekking op de<br />
2012 en 2013. De raad wordt met een collegebrief geïnformeerd over het vastgestelde<br />
uitvoeringsplan.<br />
40
7 BEGROTING<br />
Voor de uitvoering van het integraal veiligheidsbeleid zijn de volgende, direct aan veiligheid<br />
gerelateerde budgetten beschikbaar:<br />
Tabel I: beschikbaar budget<br />
Omschrijving 2012 2013 2014 2015<br />
Veiligheidsbeleid/IVP 215.021 215.021 215.021 215.021<br />
Taakstelling Ombuigingen -35.000 -35.000 -35.000<br />
Totaal Veiligheidsbeleid 215.021 180.021 180.021 180.021<br />
Naast deze budgetten, zijn er in de begroting nog budgetten op o.a. het gebied van toezicht/boa’s,<br />
verkeersveiligheid en jeugd- en jongerenbeleid.<br />
Overhevelen budget boa’s naar het IVP<br />
Voorgesteld wordt om het budget van de boa’s structureel over te hevelen naar het Programma Veilig<br />
en daarmee naar het IVP. De argumenten bij dit voorstel zijn gelegen in de wens om het<br />
veiligheidsbeleid (waar de inzet van boa’s deel van uitmaakt) geheel integraal vorm te geven. Daarbij<br />
komt het voorstel tegemoet aan de wens van het college om het toezicht en handhaving in de<br />
openbare ruimte efficiënter en effectiever te maken. Ten tenslotte past het binnen de ontwikkelingen<br />
op rijksniveau om een betere operationele samenwerking tussen boa’s en politie(surveillanten) vorm<br />
te geven door de regie bij de politie neer te leggen met de burgemeester als opdrachtgever.<br />
Deze overheveling als zodanig is budget neutraal. Het betreft een praktische verbetering zonder<br />
financiële consequenties. Met de overheveling van het budget is, vanaf 2014, structureel € 179.000<br />
gemoeid.<br />
Onderzoek bureau RVS<br />
Het bureau RVS is op dit moment bezig met een verkenning naar het verbeteren van de samenhang<br />
tussen regionale veiligheidsinitiatieven (met als centrale pijlers de veiligheidshuizen, bureau RVS en<br />
het RIEC) met als expliciet doel het komen tot een eenvoudiger financieringssystematiek en<br />
kostenreductie voor de deelnemende partners. Op dit moment is nog niet duidelijk of en hoeveel<br />
besparing er valt te verwachten voor de gemeente <strong>Houten</strong>.<br />
Ombuiging met ingang van 2013<br />
In de Perspectiefnota 2012 die de raad 21 en 23 juni 2011 heeft besproken en vastgesteld, is melding<br />
gemaakt van een ombuigingstaakstelling op het Programma Veilig. Na afschaffing van de<br />
Veiligheidsprijs/Leefbaarheidsprijs resteert nog een om te buigen bedrag van € 35.000.<br />
De verwachting was en is dat er vanaf 2013 nog besparingen kunnen worden gevonden door het<br />
beter laten functioneren van de ketens, herschikking van prioriteiten en verbetering van efficiency.<br />
Toegezegd is hier na de zomer in het IVP 2011-2014 op terug te komen.<br />
Perspectiefnota p. 67<br />
Daadwerkelijke keuzes voor de invulling van de ombuigingen binnen het veiligheidsdomein kunnen<br />
pas worden gemaakt bij vaststelling van het IVP. Aan de hand van de vastgestelde prioriteiten kunnen<br />
pas verantwoorde keuzes in het kader van de taakstelling worden gemaakt.<br />
Bij de taakstelling op bedrijfsvoering is ook al € 50.000 ingeboekt op besparing boa’s. Dat betekent<br />
dat er sprake is van een dubbele taakstelling op veiligheid. Dat is, gezien de prioriteit die ook vanuit de<br />
landelijke overheid aan het thema veiligheid wordt toegekend, een afweging die zorgvuldig moet<br />
worden gemaakt. Daarnaast wordt binnen het thema organisatieontwikkeling alle ombuigingen op<br />
formatie gebundeld, met een ambitieuze doelstelling. Formatie die binnen de bestuursopdracht Veilig<br />
wordt omgebogen, is feitelijk een verzwaring binnen de bestuursopdracht organisatieontwikkeling.<br />
41
Tijdens de behandeling van de Perspectiefnota is door de raad het volgende amendement<br />
aangenomen:<br />
‘’nog niet in te stemmen met de genoemde bezuiniging van € 35.000 in voorstel 11.2.b, maar wel in te<br />
stemmen met een verkennend onderzoek naar verhoging van de efficiency, verbetering in de keten en<br />
herschikking van prioriteiten en dit terug te laten komen in de raad bij de behandeling van het nieuwe<br />
IVP’’<br />
Het college kon hiermee instemmen omdat dit materieel geheel overeenkomt met de intenties zoals<br />
hierboven zijn beschreven.<br />
Thans is het moment daar om wel keuzes te maken.<br />
Wij realiseren ons zeer dat met de al ingeboekte besparing op boa's binnen de bedrijfsvoering ad<br />
€ 50.000 een voorschot is genomen op de ombuigingstaakstelling. In feite wordt niet één<br />
formatieplaats ter discussie gesteld, maar twee. Aan de andere kant ziet het college zich genoodzaakt<br />
een bredere afweging dan alleen die van veiligheid te moeten maken. Ondanks het feit dat er sprake<br />
is van een administratieve dubbele boeking, kunnen de gemeentelijke financiën een extra tekort van<br />
€ 35.000 op dit moment niet dragen.<br />
Vanuit onze verantwoordelijkheid van veiligheid constateren wij bovendien dat van de drie door de<br />
gemeente gefinancierde surveillanten er zeker één meer dan twee jaar vacant is en dat het de politie<br />
niet lukt om deze vacature te vervullen. Ondanks deze langdurige vacature, heeft dit echter geen<br />
effect gehad op de veiligheid rond de drie prioriteiten waar surveillanten op worden ingezet<br />
(centrumgebied, jeugd en fietsendiefstal). <strong>Houten</strong> is en blijft een relatief veilige gemeente.<br />
Voorts hebben wij in paragraaf 4.3.3. gemotiveerd waarom wij voorstander zijn van een mix van zowel<br />
boa's als surveillanten. In dat kader past een eigen formatie voor veiligheid van twee boa's en twee<br />
surveillanten.<br />
Om die reden en na zorgvuldig beraad kiest het college er voor de taakstelling te realiseren door een<br />
vermindering van de formatie politiesurveillanten met 1fte.<br />
Het schrappen van 1fte politiesurveillant levert een besparing op van € 50.000 per jaar. Na realisatie<br />
van de taakstelling (€ 35.000) wordt het restantbedrag (afgerond op € 15.000) toegevoegd aan het<br />
uitvoeringsbudget voor de prioriteiten IVP waarmee dit van € 5000,- wordt verhoogd naar € 20.000,-<br />
De begroting komt er dan als volgt uit te zien:<br />
Tabel II Begroting na realisatie taakstelling<br />
Omschrijving 2012 2013 2014 2015<br />
Bureau Regionale Veiligheidsstrategie 9.723 9.846 9.972 10.068<br />
Deelname RIEC (incl. Rijksbijdrage) 8.264 8.369 8.476 8.558<br />
Administratiekosten tijdelijk huisverbod 6.195 6.195 6.195 6.195<br />
Tagreader (opsporing gestolen fietsen) 750 750 750 750<br />
Prioriteiten IVP (uitvoeringskosten) 20.000 20.000 20.000 20.000<br />
Inzet politiesurveillanten 110.000 110.000 110.000 110.000<br />
Veiligheidshuis 20.751 20.751 20.751 20.751<br />
Burgernet (coördinatie en communicatie) 2.945 2.969 2.994 3.014<br />
Totaal beschikbaar Veiligheidsbeleid (incl.<br />
ombuigingen)<br />
Totaal benodigd: 178.628 178.880 179.138 179.336<br />
215.021 180.021 180.021 180.021<br />
Saldo tekort/over 36.393 24 1.141 883 685<br />
Overheveling budget boa's naar programma Veilig 25 198.960 188.960 178.960 178.960<br />
24<br />
Voorgesteld wordt om dit overschot als resultaat van een versneld gerealiseerde ombuigingsmaatregel ten gunste van de<br />
begrotingsaldi 2011 en 2012 te verantwoorden.<br />
25<br />
In verband met de afloop taken BLVC, wordt dit budget in 3 jaar afgebouwd tot structureel € 179.960<br />
42