27.12.2012 Views

jg 24 jaarboek 4 - Reynaertgenootschap

jg 24 jaarboek 4 - Reynaertgenootschap

jg 24 jaarboek 4 - Reynaertgenootschap

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

~ 189 ~<br />

Tiecelijn <strong>24</strong><br />

dat de topoi die ik sprokkelde uit het werk van Pratsch en Voisenet ook de<br />

auteur van Van den vos Reynaerde en zijn publiek bekend zouden zijn. Om die<br />

veronderstelling te checken, zocht ik voor elke topos die ik had ontdekt een<br />

voorbeeld in de Legenda aurea, de beroemde dertiende-eeuwse compilatie van<br />

heiligenlevens door de dominicaan Jacobus de Voragine.<br />

In Le Plaid, de Oudfranse bron van de auteur, vinden er wonderen plaats op het<br />

graf van de martelares Coupée: Couard wordt verlost van zijn koorts en Isengrin<br />

van zijn oorpijn. Bij de genezing van die laatste merkt de verteller fijntjes op dat<br />

het hof de hele zaak voor een leugen zou hebben gehouden, als het niet zou zijn gegaan<br />

om een zaak van het geloof, waaraan niemand mag twijfelen, en als er niet de<br />

getuigenis van Roneel zou zijn geweest. 4 Het is betekenisvol dat de auteur van Van<br />

den vos Reynaerde die passage volledig weglaat maar later in toegevoegde passages<br />

zelf driemaal het woord ‘wonder’ (A 1579, 2547, 3109) gebruikt en Reynaert opvoert<br />

als een wonderdoener. Hoe dan ook, in mijn bewijsvoering heb ik alleen passages<br />

gebruikt die de auteur niet in Le Plaid vond maar elders heeft gezocht of zelf<br />

heeft bedacht. Als hij zijn werk heeft opgevat als het leven van een antiheilige, een<br />

schijnheilige, een spotheilige dan moet dat blijken uit zijn bewerkingsgedrag want<br />

de auteur van Le Plaid presenteert zijn werk niet als een omgekeerd heiligenleven.<br />

De genezing van twee blinden<br />

De drie klachten tegen Reynaert en het pleidooi voor hem kunnen we interpreteren<br />

als een debat op het scherp van de snee over de status van Reynaert: is<br />

hij een religieuze oplichter of een kandidaat-heilige? Dat bleek uit mijn analyse,<br />

waarvan ik verslag deed in De onbarmhartige Reynaert. Isegrims klacht bleef in<br />

die analyse buiten beschouwing. Maar omdat de auteur voor en na de klacht<br />

een spel speelt met hagiografische topoi, 5 ligt het voor de hand dat hij dat ook<br />

in de klacht doet.<br />

Aan het einde van zijn klacht getuigt Isegrim, Reynaerts aartsvijand, dat Reynaert<br />

zo veel kwaad heeft gedaan dat hij al zijn misdaden niet zou kunnen opschrijven,<br />

zelfs als al het laken dat in Gent wordt geweven perkament zou zijn<br />

(A 91-93). Dat is een mooie omkering van de laatste zin van het evangelie van Johannes,<br />

waarin Johannes, Jezus’ lievelingsleerling, getuigt dat Jezus zo veel goed<br />

heeft gedaan dat de wereld te klein is om alle boeken met zijn daden te bevatten.<br />

Dat niet alle goede daden kunnen worden opgesomd, vinden we niet enkel in de<br />

Bijbel maar ook in heiligenlevens terug, het is een hagiografische topos.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!