27.12.2012 Views

jg 24 jaarboek 4 - Reynaertgenootschap

jg 24 jaarboek 4 - Reynaertgenootschap

jg 24 jaarboek 4 - Reynaertgenootschap

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Tiecelijn <strong>24</strong><br />

Claerhout houdt Tijl een aantal mensentypes die deel uitmaken van de maatschappij<br />

een spiegel voor. De uil staat voor de geleerde, de maraboes voor de<br />

clerus, de kikkers voor het kwakend plebs, de ezel met een bel om zijn nek voor<br />

de dwaasheid. Inspiratie voor de beeldhouwer was een tafereel uit De Costers<br />

boek: Uilenspiegel heeft op de markt van Damme een tent opgericht. Iedereen<br />

die binnenkomt, houdt hij een spiegel voor.<br />

Op de Damse Markt staat een standbeeld van Jacob van Maerlant, ‘die vader<br />

is der Dietsche dichtren algader’. Op 9 september 1860 werd het beeld ingewijd.<br />

Onder andere minister van Binnenlandse Zaken baron de Vrière (ook<br />

burgemeester van Beernem, waar hij een niet onbesproken rol speelde in de<br />

moorden van Beernem) en burgemeester Boyaval van Brugge waren erbij. Spoker<br />

Gezelle liet een smalende Reynaert los op het gebrekkige Nederlands van<br />

de baron, die zijn tafelrede was begonnen met: ‘Je serai flamand de tout mon<br />

coeur puisque je ne le peux pas par mon langage.’<br />

Jacob van Maerlant werd geboren in het Brugse ommeland en waarschijnlijk<br />

was hij leerling geweest van de Brugse kapittelschool Sint-Donaas, waarvan<br />

Rudi Malfliet zich afvraagt of ook Willem van Boudelo er niet had vertoefd.<br />

Hoe dan ook meer dan eens refereert Maerlant aan het vossenverhaal. Uit<br />

zijn Rijmbijbel (epiloog 1271) blijkt dat duidelijk waar hij schrijft: ‘Want dit<br />

nes niet Madocs droom / no Reynaerts / no Arturs boerden’. In Der naturen<br />

bloeme uit circa 1270 lezen wij over de vos: ‘Scalcker beeste en mach niet sijn’<br />

(Boek II, v. 3890). In hetzelfde boek stelt hij dat de vos en de das verre van<br />

vrienden zijn in de werkelijke dierenwereld, ja eerder vijanden: ‘Experimentator<br />

die seghet / Dat die das te maken pleghet / Holen, die ie in rusten sal<br />

/ Dan coemt die vos ende neemtse hem al, / Want die vos die smelter in, /<br />

Ende dan en wils meer no myn / Die das, ende vliet siere vaerde: / Aldus dat<br />

hol Reynaerde’ (II 3901-3908). In hetzelfde boek heeft hij het ook over de<br />

‘ule ofte schuvut’ / die sdaghes rust ende snachts coemt uut (boek III v. 607-<br />

608. ‘Traech es hi ende cranc van daden / In dat licht comt hi node / Ende<br />

wandelt gherne onder die dode’ (Boek III, v. 622-6<strong>24</strong>). De galgvogel raaf<br />

verbindt Maerlant ook met die ‘scuvuut’ omdat ze elkanders eieren roven en<br />

ook met de vos doet hij dat: ‘Den vos mint hi bi naturen’ (boek III v. 935). Hij<br />

speelt in Reynaerts kaart. De vos, die Maerlant ‘de scalc’ noemt, wordt geassocieerd<br />

met valsheid, bedrog, hypocrisie en kwaad bedoelde achterbaksheid<br />

(Der naturen bloeme, II, v. 3890 en boek I v. 164). Wie zich hier verder in<br />

wenst te verdiepen verwijs ik naar De waarheid als leugen van Paul Wackers<br />

(1986, p. 73-86).<br />

~ 128 ~

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!