27.12.2012 Views

jg 24 jaarboek 4 - Reynaertgenootschap

jg 24 jaarboek 4 - Reynaertgenootschap

jg 24 jaarboek 4 - Reynaertgenootschap

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

~ 121 ~<br />

Tiecelijn <strong>24</strong><br />

drage over dieren verscheen (Uitstap in de Warande), de vos zou hebben doodgezwegen,<br />

daar waar hij hem voordien in het Antwerpse zondagsblad ‘voor<br />

verstandige lieden’ Reinaert de Vos geregeld met vlijmende spot liet optreden.<br />

Tiecelijn heeft hier vroeger reeds uitvoerig over bericht. In 1993 ploos ik onder<br />

de titel ‘Gezelles Reynaerdieën’ (p. 127-139) Gezelles ‘spokerijen’ in het<br />

Antwerpse zondagsblad uit, terwijl ik in 2005 op zoek ging naar vossen- en<br />

andere dierensporen in Rond den Heerd (p. 37-52). Ondertussen volgde in het<br />

millenniumjaar Gezellespecialist Jozef Boets de priester-dichter ‘in het spoor<br />

van Reynaert’ (p. 70-77). Boets vroeg zich af of Gezelle ‘den fellen metten<br />

roden baerde’ niet ‘te ondeugdelijk van aard vond om er zo lang met sympathie<br />

mee bezig te kunnen zijn’. Als deugdzaam priester voelde Gezelle zich<br />

waarschijnlijk niet zo verheugd over de rol die de geestelijkheid in het verhaal<br />

speelde. Maar dat hij het verhaal kende, mag in de eerste plaats blijken uit<br />

een stukje van zijn hand in de vijfde jaargang nummer 28 van Rond den Heerd<br />

(1869-1870), waarin hij zowaar een 35-tal verzen uit het Comburgse handschrift<br />

in zijn ‘beschaafd’ West-Vlaams heeft hertaald. Hij maakte de vertaling<br />

naar aanleiding van een vondst van de prent ‘Schalke Rein voor de vierschaar’.<br />

De titel van het stuk luidde: ‘Reintje rond den heerd’. Na de beginverzen van<br />

het Comburgse handschrift (A 41-45) vervolgt Gezelle: ‘Alzo begint het oud<br />

Vlaamsch verdichtsel van Reinaerd de Vos, dat zo menig duizende malen onze<br />

voorouders rond den heerd heeft verlustigd en beleerd heeft …’ En dan vervolgt<br />

hij zijn hertaling met een passage uit Reynaerts zelfverdediging, waarvan wij<br />

enkele verzen hier opnieuw citeren:<br />

God, die alle ding<br />

Gebood, hij geve u, Koning, Heere,<br />

Lange blijdschap ende eere.<br />

Ic groete u, Koning, ende hebbe’s recht:<br />

’n Hadde nooit Koning eenen knecht<br />

Zoo getrouwe jegens hem<br />

Als ik ooit was ende bem.<br />

(A 1774-1780)<br />

Koning Lioen,<br />

Wie twijfelt des, gij ne moget doen<br />

Dat gij gebiedt over mij,<br />

Hoe groot mijne zake zij?<br />

Gij moget mij vromen ende schaden

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!