27.12.2012 Views

jg 24 jaarboek 4 - Reynaertgenootschap

jg 24 jaarboek 4 - Reynaertgenootschap

jg 24 jaarboek 4 - Reynaertgenootschap

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Tiecelijn <strong>24</strong><br />

dat men sinds de uitgave van Teirlincks Toponymie (toen de tekst zich nog in het stadsarchief<br />

van Gent bevond) de oorspronkelijke tekst niet meer heeft gecontroleerd.<br />

12 Teirlinck I., Toponymie, p. 177-178.<br />

13 J. de Wilde, Van den vos Reynaerde ontsluierd, Kultureel Jaarboek Oost-Vlaanderen. Bijdragen.<br />

Nieuwe reeks nr. 30, Gent, 1989.<br />

14 Onder Destelbergen was dit sectie D met dezelfde cijfers 418 tot 460.<br />

15 A. de Baets en P. Williame, Renteboek van Destelbergen Toebehorende der pitanchie van<br />

Sente-Pieter 1402-1728, Gent, 2004, p. 16.<br />

16 De Wilde J., Van den vos Reynaerde ontsluierd, p. 47.<br />

17 Broeder Aloïs, Van den Vos Reynaerde, in: De Toerist, 34 (1955) 10 (Reinaertnummer),<br />

p. 320-321.<br />

18 Broeder Aloïs nam het ook verder niet zeer nauw met de feitelijke historische achtergrond<br />

wanneer hij in zijn betoog over de abdij van de Oudenbos terloops ter sprake bracht: ‘Vroeger<br />

hoorde Oudenbos onder de parochie Beervelde, doch administratief onder de stad Lokeren’.<br />

Hij vergat daarbij te melden dat dit pas het geval was tussen 1809 en 1926 en niet in de middeleeuwen.<br />

19 In Destelbergen schrijft men Haenhout, in Lochristi-Beervelde schrijft men Haanhout.<br />

20 Rik van Daele schreef hierover: ‘Het blijft echter de vraag of dit goed al in de 13de eeuw<br />

(zelfs rond 1200, want dan dateert hij Van den vos Reynaerde) bestond, en als dit zo zou zijn, of<br />

dit dan het kasteel was waar Willem in zijn verhaal naar verwees. (in: Van den Vos Reynaerde.<br />

Het Comburgse handschrift, p. 206). Vanuit de geschiedenis van Beervelde, die ik intens heb<br />

bestudeerd, voeg ik nog enkele bedenkingen toe. Het lijkt er inderdaad op dat Jozef de Wilde<br />

vertrok van de veronderstelling dat de percelen reeds waren verkaveld rond het jaar 1200. Dit<br />

werd nog niet bewezen en ook niet tegengesproken. Het ging echter om cijnsgrond terwijl bij<br />

een zo vroege verkaveling aan hoge adel niet cijnsgrond werd afgestaan maar eerder een leen<br />

werd gegeven. Bovendien, gezien het eenmalige voorkomen van de naam Maperteeus, die elders<br />

onder meer Maberteus, Mabertijs en Mageren Thijs werd, moet wellicht een andere herkomst<br />

gezocht worden.<br />

21 RAG, Kaarten en plans 369 (film 18, nr. 81).<br />

22 Zo schreef Broeder Aloïs dat Hijfte een gehucht was en een parochie onder Lochristi,<br />

zonder daarbij te zeggen dat pas in 1936 die parochie ontstond. In Van den Vos Reynaerde. Het<br />

Comburgse handschrift, p. 205 staat verkeerdelijk ‘Nabij de kerk van Lochristi (waarvan Hijfte<br />

een deelgemeente is) …’ Hijfte is echter nooit een gemeente geweest.<br />

23 B. Vervaet, ‘Het ontstaan van Zaffelare en de ontginning van het grondgebied in de twaalfde<br />

en dertiende eeuw’, in: Heemkundige Kring De Oost-Oudburg, <strong>jaarboek</strong> <strong>24</strong> (1987), p. 22.<br />

<strong>24</strong> Gysseling heeft dit gegeven nooit betrokken in zijn gedachtegang, omdat hij twijfelde<br />

aan de aanwezigheid van Bavo in Mendonk. De gegevens over de bedevaart heeft hij wellicht<br />

niet ernstig genomen, in tegenstelling met G. Declercq in ‘Heiligen, lekenabten en hervormers.<br />

De Gentse abdijen van Sint-Pieters en Sint-Baafs tijdens de Eerste Middeleeuwen’, in:<br />

Ganda Blandinium. De Gentse abdijen van Sint-Pieters en Sint-Baafs, Gent, 1997, p. 20.<br />

~ 106 ~

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!