21.04.2023 Views

Wereldwijde Eendracht

Dat zal u echter nooit gelukken. Want de wereld en de grote menigte is en blijft on- christelijk, ofschoon ze allen gedoopt en Christenen heten ... Daarom kan het nooit gebeuren, dat een christelijk bestuur algemeen wordt in de wereld, zelfs niet eens over één land of grote menigte; want de slechten zijn altijd veel meer in getal dan de vromen. Daarom: het aan te durven een geheel land of de wereld met het evangelie te regeren, dat is hetzelfde, als wanneer een herder in één stal wolven, leeuwen, arenden en schapen bijeen deed en elk vrijuit te midden van de anderen liet gaan en zou zeggen: "ziedaar, weidt u en weest vroom en vreedzaam onder elkander, de stal staat open, weide hebt u genoeg, honden en knuppels hebt u niet te vrezen." Hier zouden de schapen wel vrede houden en zich op deze manier vreedzaam laten weiden en regeren; maar zij zouden niet lang leven en geen dier zou er overblijven.

Dat zal u echter nooit gelukken. Want de wereld en de grote menigte is en blijft on- christelijk, ofschoon ze allen gedoopt en Christenen heten ... Daarom kan het nooit gebeuren, dat een christelijk bestuur algemeen wordt in de wereld, zelfs niet eens over één land of grote menigte; want de slechten zijn altijd veel meer in getal dan de vromen. Daarom: het aan te durven een geheel land of de wereld met het evangelie te regeren, dat is hetzelfde, als wanneer een herder in één stal wolven, leeuwen, arenden en schapen bijeen deed en elk vrijuit te midden van de anderen liet gaan en zou zeggen: "ziedaar, weidt u en weest vroom en vreedzaam onder elkander, de stal staat open, weide hebt u genoeg, honden en knuppels hebt u niet te vrezen." Hier zouden de schapen wel vrede houden en zich op deze manier vreedzaam laten weiden en regeren; maar zij zouden niet lang leven en geen dier zou er overblijven.

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Wereweldwijde <strong>Eendracht</strong><br />

Het is onmogelik om de ontzetting en wanhoop van degenen, die Gods heilige eisen<br />

vertreden hebben, te beschrijven. De Heer gaf hun Zijn wet; ze hadden er hun karakter aan<br />

kunnen toetsen, en hun gebreken kunnen leren kennen, terwijl er nog gelegenheid was voor<br />

berouw en hervorming; maar om zich van de gunst van de wereld te verzekeren, hebben ze<br />

de voorschriften ervan ter zijde gezet, en anderen geleerd, die te overtreden. Ze hebben Gods<br />

volk trachten te noodzaken, Zijn Sabbat te ontheiligen. Nu gevoelen ze zich veroordeeld door<br />

die wet, welke ze veracht hebben. Met vreselike duidelikheid ontwaren ze, dat er geen<br />

verontschuldiging voor hen is. Ze hebben gekozen, wie ze dienen en aanbidden wilden. “Dan<br />

zult gijlieden wederom zien het onderscheid tussen de rechtvaardige en de goddeloze, tussen<br />

die, die God dient, en die, die Hem niet dient.”<br />

De vijanden van Gods wet, van de predikanten tot de geringste onder hen, hebben een<br />

nieuwe opvatting van waarheid en plicht. Te laat zien ze in, dat de Sabbat van het vierde<br />

gebod het zegel van de levende God is. Te laat zien ze de ware aard van hun valse Sabbat, en<br />

de zandgrond, waarop ze gebouwd hebben. Ze bevinden, dat ze tegen God hebben gestreden.<br />

Godsdienstonderwijzers hebben zielen in het verderf geleid, terwijl ze voorgaven, hen naar<br />

de poorten van het Paradijs te brengen. Eerst op de dag van de afrekening zal er geweten<br />

worden, hoe groot de verant- woordelikheid van mannen in de heilige bediening is, en hoe<br />

vreselik de gevolgen van hun ontrouw zijn. Eerst in de eeuwigheid zullen we het verlies van<br />

een enkele ziel naar waarde kunnen schatten. Schrikkelik zal het lot zijn van hem, tot wie God<br />

zeggen zal: Ga uit, gij boze dienstknecht.<br />

Gods stem wordt van de hemel gehoord, dag en uur van Jezus’ komst verkondigend, en<br />

aan Zijn volk het eeuwig verbond in handen stellende. Als zware donderslagen dreunen Zijn<br />

woorden over de aarde. Het Israël Gods staat te luisteren met hun ogen opwaarts geslagen.<br />

Hun aangezichten zijn door Zijn heerlikheid verlicht, en blinken als het aangezicht van Mozes,<br />

toen hij afkwam van Sinai. De goddelozen kunnen hen niet aanzien. En wanneer de zegen<br />

uitgesproken wordt over degenen, die God geëerd hebben door Zijn Sabbat te heiligen,<br />

weerklinkt er een machtige triomfkreet.<br />

Spoedig verschijnt er in het oosten een kleine zwarte wolk, ongeveer half zo groot als de<br />

hand van een man. Het is de wolk, die de Heiland omhult, en die in de verte in duisternis<br />

gewikkeld schijnt. Gods volk weet, dat dit het teken van de Zoon des mensen is. In plechtige<br />

stilte staren ze erop, terwijl hij de aarde nadert, lichter en heerliker wordt, en aangroeit tot een<br />

grote, witte wolk, rustend op een stralekrans, een verterend vuur gelijk en overdekt met de<br />

regenboog van het verbond. Jezus rijdt erop als een machtige overwinnaar. Ditmaal komt Hij<br />

niet als een “man van smarten,” om de bittere beker van schande en ellende te drinken; Hij<br />

komt als overwinnaar in hemel en op aarde, om de levenden en doden te richten. “Getrouw<br />

en waarachtig,” “oordeelt Hij, en voert krijg in gerechtigheid.” En “de heirlegers in de hemel<br />

volgen Hem.” De heilige engelen, een grote, ontelbare schare, vergezellen Hem op Zijn weg<br />

met lofgezangen van hemelse melodie. Het luchtruim schijnt gevuld te zijn met blinkende<br />

gedaanten — “tienduizendmaal tienduizenden, en duizendmaal duizen-den.” Geen mensepen<br />

444

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!