Cultuurkiller (een thriller)
In het culturele wereldje van de stad zwerft een geheimzinnige man rond. Niemand kent hem echt, niemand krijgt hoogte van hem. Maar hij sleept culturele titel na culturele titel binnen. En helpt deze vakkundig om zeep. Want dat is zijn vak... Hij is de Cultuurkiller. Plotseling wordt er een bizarre moord gepleegd in zijn directe netwerk. De Cultuuurkiller voelt de hete adem in zijn nek. Terwijl de politie en een vastberaden onderzoeksjournalist zich in de zaak vastbijten, moet hij vechten. Voor behoud van zijn opdracht, zijn geheimen... Voor zijn leven!
In het culturele wereldje van de stad zwerft een geheimzinnige man rond. Niemand kent hem echt, niemand krijgt hoogte van hem. Maar hij sleept culturele titel na culturele titel binnen. En helpt deze vakkundig om zeep. Want dat is zijn vak... Hij is de Cultuurkiller.
Plotseling wordt er een bizarre moord gepleegd in zijn directe netwerk. De Cultuuurkiller voelt de hete adem in zijn nek. Terwijl de politie en een vastberaden onderzoeksjournalist zich in de zaak vastbijten, moet hij vechten. Voor behoud van zijn opdracht, zijn geheimen... Voor zijn leven!
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Hoofdstuk 9 – Deernis
De Kringen boden die avond geen verder officieel georganiseerde
evenementen meer, dus liep Cees rechtstreeks naar café Deernis.
Deernis was de neerstrijkplaats voor de nachtplakkers uit de lokale
kunstenaars-scene. Een ratjetoe van buitenissige niche artists hield
zich in dit oerbruine drank- en praatlokaal op.
Het was een bizar contrast, al deze hoogopgeleide lokale
beroemdheidjes en overige lievelingetjes van de cultuurminnende
elite, in een armzalig klein bruin café dat eerder voor boeren en
buitenlui gebouwd leek te zijn.
Boven de bar hing een ouderwetse Lee-Enfield zonder bajonet.
Het Britse geweer was eigenlijk het enige bijzondere aan dit café,
aangezien de rest aangekleed was met hout in een clichébruine kleur,
de tafeltjes en stoelen in honderden andere cafés te vinden waren, en
zelfs de barman besteld leek uit een catalogus met standaardmodellen.
Twee minuten te laat was hij het lobbycafé van het Stadstheater
binnengerend. Een oudere vrouw, gebogen over een krant,
keek verschrikt op. Met een rood hoofd was hij naar de toog
gelopen en had een rode wijn besteld. Te laat én onnodige
aandacht getrokken. Je begint niet best, Cees. Op de oude
vrouw na was er niemand in het dranklokaal. Cees vloekte
binnensmonds. Afspraak gemist.
Hij liep toch maar naar het afgesproken tafeltje in de
donkerste hoek van de ruimte en schoof een stoel uit om te
gaan zitten. Op de stoel lag een bruine envelop, een horloge
en een handgeschreven briefje:
‘Laatste keer.’
René van Densen
41