13.12.2022 Views

HUB! magazine - 2023

Hét magazine van iHUB vol ervaringen, deskundigen en inzichten.

Hét magazine van iHUB vol ervaringen, deskundigen en inzichten.

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Hét <strong>magazine</strong><br />

van i<strong>HUB</strong> vol<br />

ervaringen,<br />

deskundigen<br />

en inzichten.<br />

Hét <strong>magazine</strong> van i<strong>HUB</strong><br />

Wat een<br />

ENERGIE<br />

zit er in deze<br />

SECTOR!<br />

‘Als je<br />

niks wil<br />

kom je<br />

nergens’<br />

ONDERWIJS<br />

is de beste<br />

vorm van zorg


‘Het is tijd om te leren vertrouwen op de kennis en expertise van een<br />

ander’ zegt bijvoorbeeld Sjoerd Sinke, manager Leren en Ontwikkelen<br />

op (pagina 58). Zo stonden de afgelopen jaren nog in het teken van<br />

het inrichten en organiseren van de organisatie, in <strong>2023</strong> leggen we<br />

-intern en extern- nieuwe verbindingen. i<strong>HUB</strong> heeft alles: -onderwijs,<br />

verblijf en behandeling- in huis om iedere jongere en het netwerk<br />

daaromheen zorg op maat te bieden of te verwijzen.<br />

Programmamanager Sophie de Valk (pagina 59) zegt hierover:<br />

‘Zo vroeg mogelijk de best passende hulp inzetten voorkomt<br />

schade.’ Laten wij, als <strong>HUB</strong> waar alles samenkomt, al onze kennis en<br />

netwerken delen zodat dit steeds vaker mogelijk wordt.<br />

De verkleinde groepen, de start van Gezin Totaal en Mockingbird<br />

zijn hier prachtvoorbeelden van.<br />

Op naar een<br />

veerkrachtige<br />

generatie en<br />

organisatie<br />

i<strong>HUB</strong> wordt steeds veerkrachtiger. We<br />

blijven koersvast en gaan veerkrachtig om<br />

met tegenvallers. Wij anticiperen. We zetten<br />

eigen kracht in en gebruiken het netwerk<br />

om ons heen. Door alle medewerkers en<br />

maatschappelijke partners samen te laten<br />

werken benutten we elkaars diversiteit,<br />

energie, kennis en expertise. Hoe gaan wij<br />

dit doen? Je leest het in dit <strong>HUB</strong>! <strong>magazine</strong><br />

(Hét <strong>magazine</strong> van en door i<strong>HUB</strong>).<br />

Wij zijn trots op ons i<strong>HUB</strong>-fundament en onze medewerkers. We<br />

hebben alles in huis om sterke, passende trajecten te maken voor<br />

jongeren en gezinnen. Wij zetten dat, dankzij maatwerk, steeds<br />

creatiever in. We transformeren onze zorg voor de meest kwetsbare<br />

kinderen. Onderwijs en zorg raken steeds meer vervlochten in ons<br />

denken én ons doen. Onderwijs is de beste vorm van zorg, kinderen<br />

die bij ons onderwijs ontvangen, ontwikkelen zich vaak beter als het<br />

netwerk ook die passende zorg en ondersteuning krijgt.<br />

In <strong>HUB</strong>! <strong>magazine</strong> lees je verder over de plannen voor <strong>2023</strong> en de<br />

verhalen van medewerkers, ouders én jongeren. Michel (pagina 14)<br />

vertelt bijvoorbeeld hoe hij dankzij Bon Sjans teruggaat naar<br />

school en Larissa reisde samen met haar pleegmoeder naar<br />

Curaçao en vond haar familie terug. Laat deze verhalen je inspireren<br />

om nog meer te verbinden, te delen, te ontwikkelen en te leren<br />

van elkaar.<br />

Wij prijzen ons iedere dag gelukkig dat we mogen werken in een<br />

organisatie met zoveel veerkrachtige, bevlogen, kundige, creatieve<br />

en open collega’s. Dankzij die drive, passie, diversiteit, kennis en<br />

expertise zijn wij ervan overtuigd dat we ook in <strong>2023</strong> weer mooie<br />

stappen gaan zetten. Wij kijken ernaar uit!<br />

Jasper ten Dam en Lieke van Domburgh<br />

Raad van bestuur i<strong>HUB</strong><br />

Welkom<br />

2<br />

3


6<br />

Feiten & cijfers<br />

8<br />

Werkgeluk<br />

11<br />

Blog<br />

Olaf Prinsen<br />

12<br />

In beeld<br />

5 jongeren vertellen<br />

over die éne hulpverlener.<br />

18<br />

i<strong>HUB</strong> onderzoekt<br />

Harmke Leloux<br />

22<br />

Blog<br />

Bettina<br />

24<br />

Interview<br />

Jasmijn Verhage<br />

‘wij staan pal achter die jongens!’<br />

30<br />

Doorlopend<br />

Integraal<br />

Dagprogramma<br />

34<br />

Dit is ons DNA<br />

36<br />

Goed gesprek<br />

tussen Lieke en Patty<br />

39<br />

Gezien<br />

40<br />

Column<br />

Rogier Toes<br />

42<br />

Marjolein Stam over<br />

haar ontwikkeling<br />

binnen i<strong>HUB</strong><br />

44<br />

Interview<br />

medewerker en<br />

ervaringsdeskundige<br />

Ciaran<br />

48<br />

Nieuw<br />

pleegzorgmodel<br />

Mockingbird<br />

51<br />

Blog<br />

Miranda<br />

52<br />

Bianca vertelt<br />

over de impact van Gezin Totaal<br />

55<br />

Blog<br />

Judith<br />

56<br />

Het jaarplan<br />

uitgelicht<br />

i<strong>HUB</strong> zet koers naar <strong>2023</strong><br />

65<br />

Gehoord<br />

66<br />

De familie<br />

Inhoud<br />

4<br />

5


Feiten & cijfers<br />

Wil je meer weten over de cijfers van i<strong>HUB</strong>?<br />

Scan dan de QR code en bekijk de infographic<br />

van ons jaarverslag 2021.<br />

i<strong>HUB</strong> bestaat<br />

uit 4 merken:<br />

Horizon, Altra,<br />

De Opvoedpoli<br />

en De Nieuwe Kans<br />

i<strong>HUB</strong><br />

helpt jaarlijks<br />

700<br />

pleeggezinnen<br />

onze cliënten zijn over<br />

het algemeen tevreden:<br />

ouders geven een gemiddeld rapportcijfer<br />

van 8,1 en jongeren een 7,5<br />

in 2021 heeft i<strong>HUB</strong> 5200<br />

kinderen behandeld<br />

en 2500 leerlingen les gegeven.<br />

in 2021 werkten 1.228 i<strong>HUB</strong>-medewerkers<br />

in de zorg en 932<br />

in het onderwijs<br />

i<strong>HUB</strong> heeft 59 locaties:<br />

3x School2Care,<br />

4x (open) residentiële zorg en JeugdzorgPlus<br />

8x speciaal onderwijs<br />

18x Voortgezet Speciaal Onderwijs<br />

24x ambulante jeugdhulp en jeugd-GGZ<br />

2x hulp en behandeling aan Rotterdamse<br />

jong volwassen mannen<br />

In 2021 maakten bijna<br />

450.000 jongeren<br />

gebruik van jeugdhulp.<br />

Dat betekent dat bijna<br />

1 op de 10 jongeren in<br />

Nederland een vorm<br />

van jeugdhulp ontvangt.<br />

we zijn op<br />

weg naar een<br />

veerkrachtige<br />

generatie<br />

6 7


Werkgeluk<br />

Werkgeluk ervaar je als je werkt vanuit verbinding.<br />

Wanneer je waardering krijgt en voldoening voelt<br />

door voortgang, groei en het benutten van je<br />

talenten.Wanneer je het gevoel hebt een zinvolle<br />

bijdrage te kunnen leveren en je betrokken en<br />

betekenisvol kan zijn. En uiteraard wanneer je<br />

positieve emoties voelt en plezier hebt in je werk.<br />

Door samen zorgvuldig te bouwen aan een organisatiecultuur gericht op werkgeluk<br />

en die ook te onderhouden kunnen medewerker de beste versie van zichzelf zijn.<br />

Werkgeluk heeft vier bewezen pijlers: Verbinding – Voortgang – Impact – Positiviteit.<br />

Oftewel de VVIP.<br />

De vier pijlers van VVIP staan voor:<br />

Verbinding<br />

Verbinding staat voor je verbonden<br />

voelen met je collega’s, leidinggevende<br />

en onze cliënten. Samenwerken in een<br />

omgeving waar je je veilig voelt,<br />

gewaardeerd wordt en jezelf kunt zijn.<br />

Leuke collega’s zijn belangrijke redenen<br />

om plezierig te werken.<br />

Voortgang<br />

Het ervaren van voortgang in je werk, in<br />

je eigen ontwikkeling en doelen behalen<br />

zodat het voldoening geeft. Het inzetten<br />

van je talenten in je werk geeft energie.<br />

Impact<br />

Betekenis geven aan en bijdragen aan<br />

een groter geheel of doel. Dit leidt tot<br />

een gevoel van persoonlijke zingeving.<br />

Positiviteit<br />

Goed in je vel zitten, positieve mindset en<br />

samen plezier maken. Je gezien en<br />

gewaardeerd voelen. Doen wat je leuk<br />

vindt en doen wat je goed kan maakt<br />

je veerkrachtig.<br />

‘Voor mij is werkgeluk als ik sterretjes<br />

in de ogen van mijn gesprekspartner<br />

zie. Ik kan enorm genieten als ik door<br />

een gesprek met een individu of team<br />

ervoor kan zorgen dat ze weer<br />

vertrouwen krijgen en met positieve<br />

energie de wereld tegemoet treden.’<br />

Mariken Radstaat,<br />

48 jaar, Directeur Mens & Organisatie<br />

Favoriete nummer:<br />

U2 & Marie J. Blidge - One<br />

8<br />

9


‘Werkgeluk is voor mij<br />

kunnen werken met<br />

mijn hart en vol passie.’<br />

Olaf Prinsen<br />

39 jaar<br />

Directeur Jeugdzorg Nederland<br />

Favoriete nummer: Baltimore van Nina Simone<br />

Verwondering<br />

Sabine van der Linden<br />

34 jaar<br />

Gezinsmentor,<br />

locatie Bergse Bos<br />

Favoriete nummer:<br />

Dat heb jij gedaan - Meau<br />

Ik denk nog vaak terug aan mijn<br />

eerste honderd dagen als directeur<br />

van brancheverenging Jeugdzorg<br />

Nederland. Die eerste honderd<br />

dagen op een nieuwe plek zijn voor<br />

mij altijd van grote waarde. Ik laat<br />

mij graag verwonderen door<br />

de eigenaardigheden van een<br />

nieuwe plek die de ‘locals’ vaak niet<br />

‘Voor iedereen anders!<br />

Doe de dingen die voor je<br />

werk als privé belangrijk<br />

voor je zijn. Probeer daarin<br />

betekenisvol te zijn<br />

en impact te maken.’<br />

Bob Wiggers<br />

51 jaar<br />

regiodirecteur<br />

Favoriete nummer:<br />

Lateralus - TOOL<br />

meer opvallen.<br />

Ook in de wondere wereld van de<br />

jeugdzorg waren deze eerste honderd<br />

dagen bijzonder. Niet alleen vanwege<br />

de pandemie die ons plots overviel,<br />

maar ook omdat ik als nieuwkomer in<br />

deze sector daadwerkelijk van de ene<br />

verwondering in de andere viel.<br />

Want wat een energie zit er in deze<br />

sector! Tijdens mijn werkbezoeken<br />

en in gesprekken met pleegouders,<br />

van de kwaliteit, kennis en kunde en het<br />

vakmanschap dat wij als sector in bezit<br />

hebben? Waarom laten we ons zo vaak<br />

leiden door wat anderen van ons willen<br />

en vinden? Waarom vergeten we gebruik<br />

te maken van de onderlinge verbinding<br />

en de kracht van het collectief?<br />

Het krijgen van<br />

waardering en<br />

complimenten<br />

vergroot het<br />

werkgeluk.<br />

Complimenten geven<br />

is niet alleen positief voor<br />

degene die het compliment<br />

ontvangt, maar ook voor<br />

degene die het compliment<br />

geeft. Dus dubbelwinst.<br />

Werkgeluk heeft een<br />

voorspellende factor:<br />

•<br />

Het verhoogt van de tevredenheid<br />

van jongeren en gezinnen<br />

•<br />

Het zorgt voor minder verzuim<br />

(dus je bent veerkrachtiger en vitaler)<br />

•<br />

Het verlaagt het verloop<br />

(je blijft graag! En denkt minder aan<br />

vertrekken en je collega’s dus ook)<br />

•<br />

Werkgeluk is een booster tegen<br />

het ervaren van werkstress<br />

•<br />

Teams die werkgeluk ervaren werken<br />

positiever samen, hebben meer lol,<br />

zijn creatiever en innovatiever<br />

•<br />

Als je werkgeluk ervaart functioneer<br />

en presteer je beter<br />

•<br />

Als je werkgeluk ervaart maak je meer<br />

groei je mee en ontwikkel je jezelf beter<br />

jeugdhulpverleners, en bestuurders<br />

merk ik dit keer op keer. Dag-in-dag-uit<br />

zetten tienduizenden professionals zich<br />

in Nederland met ziel en zaligheid in<br />

voor kinderen en gezinnen. Grenzeloos<br />

en met een diepe intrinsieke drive om<br />

het verschil te maken. En dat verschil<br />

maken ze.<br />

Maar de verwondering kent ook<br />

een keerzijde. Hoe kan het dat het<br />

versnipperde systeem deze gedreven<br />

hulpverleners zo tegenwerkt? Waarom<br />

gaan we in de jeugdzorg niet meer uit<br />

Volgens mij is de verwondering een<br />

goed startpunt om het tij te keren.<br />

Daarom mijn oproep. Kijk vol verwondering<br />

naar elkaar. Sta in contact met je<br />

collega’s. In jouw eigen organisatie maar<br />

ook daarbuiten. Wat valt je dan op?<br />

Leer van elkaar, en wees ook scherp<br />

naar elkaar.<br />

Zo worden we gezamenlijk beter in wat<br />

voor ons het belangrijkst is: het verschil<br />

maken voor kinderen en gezinnen.<br />

Blog<br />

10 11


In beeld<br />

Larissa, 17 jaar, woont in een pleeggezin.<br />

Wil naar de kappersschool.<br />

Favoriete nummer: ABBA – Mamma mia<br />

‘Don’t go wasting your emooooooooootion!’<br />

Voorbijgangers kijken verbaast naar binnen als<br />

Larissa en haar pleegmoeder Trudie samen een<br />

ABBA-show in de huiskamer opvoeren. Larissa:<br />

‘Samen dansen, zingen en gek doen maakt<br />

ons vrolijk. Die muziek verbindt ons. Ik ken alle<br />

Mamma Mia-films uit mijn hoofd.’<br />

Vorig jaar leek de vrolijkheid uit huis verdwenen.<br />

In coronatijd sloot Larissa zichzelf op in haar<br />

kamer: ‘Met de deur dicht lag ik hele dagen<br />

in bed. Ik had nergens zin in. Ik ging niet meer<br />

naar school. Iedereen zei dat ik weer iets moest<br />

gaan doen, maar wat? Ik ga niet in mijn eentje<br />

wandelen ofzo.’ Trudie maakte zich zorgen en<br />

schakelde een coach in. ‘Of ik enthousiast was?<br />

Nee. Maar ik ben wel iemand die alles probeert.<br />

Ik dacht: kom maar langs.’<br />

Die ene<br />

hulpverlener<br />

Vijf jongeren vertellen wie voor hen het<br />

verschil maakte tijdens hun behandeltraject.<br />

Lees wat de aanpak van deze hulpverlener<br />

zo bijzonder maakt, hoe dit hen verder heeft<br />

geholpen en wat ze nog heel graag tegen<br />

hem of haar willen zeggen.<br />

Larissa wisselt van school en krijgt een bijbaantje:<br />

‘Ik ga één dag in de week naar school, de andere<br />

dagen werk ik volop. Het is belangrijk dat je iets<br />

te doen hebt, dat je uit je bed komt. Ik ga nu zelfs<br />

hardlopen in mijn eentje. En ik kreeg een konijn.<br />

Hij betekent veel voor mij. Ik vind het fijn hem te<br />

verzorgen.’ In februari doet Larissa examen: ‘Dat<br />

kon al in 2022, maar mijn hoofd zat zo vol dat<br />

we besloten een jaartje te wachten. Daarna ga<br />

ik de kappersopleiding doen. Black hair kappers,<br />

die zijn er veel te weinig!’<br />

In 2021 reisden Larissa en Trudy af naar<br />

Curaçao: ‘Trudy en Gerard (pleegvader red.) zijn<br />

familie, maar toch ook weer niet. Op wie lijk ik?<br />

Waar kom ik vandaan? Ik had zoveel vragen.’<br />

Op Curaçao ontmoette Larissa haar moeder en<br />

zusje: ‘Dat was zo bijzonder. Mijn zusje herkende<br />

mij meteen en rende op mij af. Dat had ik niet<br />

verwacht.’ De reis bleek ook een realitycheck:<br />

‘Mensen zien mooie plaatjes van de Jan<br />

Thielbaai, de hotels en de clubs. Wij zagen hoe<br />

Curaçao echt is. De armoede en wijken waarvan<br />

je denkt: beter keren we nu om.’<br />

Larissa hoort van haar moeder dat er familie in<br />

Nederland is. ‘Daar heb ik nu ook contact mee.<br />

Weet je wat je écht in je stuk moet zetten? Dat<br />

pleegkinderen hun ouders vaak moeten kunnen<br />

zien. Dat is zó belangrijk. Je wilt toch weten waar<br />

je vandaan komt?’ Larissa woont fijn bij Trudie<br />

en Gerard: ‘Jezelf blijven, grenzen aangeven,<br />

niet meelopen. Dat heb ik van hen geleerd. Het<br />

maakt niet uit wie je bent of wat je hebt, iedereen<br />

is goed zoals ‘ie is. Als ik later op mezelf woon<br />

-dat gaat nog járen duren- nemen we samen<br />

een duo-hond. Een labradoodle mini of een<br />

ruwharige teckel, dat lijkt mij leuk.’<br />

Larissa en haar<br />

pleegmoeder<br />

Trudie dansten<br />

samen door<br />

woelige periode<br />

Titel titel titel<br />

12


Michel, 21 jaar, woont in Rotterdam.<br />

Wil de opleiding Assistent Techniek<br />

Breed gaan doen.<br />

Favoriete nummer: André Hazes<br />

Bloed, zweet en tranen<br />

Nergens kon hij nog terecht, maar Bon Sjans<br />

zette de deuren van haar werkplaats voor<br />

Michel open. ‘Ik had geen geld, diploma of<br />

werk. Ik zocht een uitweg. Ik dacht bij De<br />

Nieuwe Kans opnieuw te beginnen, maar na<br />

een akkefietje mocht ik niet meer komen. Nu<br />

zit ik bij Bon Sjans. Dat past echt bij mij.’<br />

‘De sfeer hier bij Bon Sjans is goed. De groep is<br />

klein, een man of acht. We werken ’s ochtends<br />

in de werkplaats en in de middag hebben we<br />

verdieping of sport. Als ik een afspraak heb,<br />

bijvoorbeeld bij het jongerenloket, dan gaat<br />

er iemand mee. We komen hier allemaal van<br />

de straat, we begrijpen elkaar.’<br />

Wanneer Michel start bij Bon Sjans is<br />

hij afwachtend: ‘Eerst zien dan geloven,<br />

dacht ik. Ik wachtte al anderhalf jaar op een<br />

uitkering. Etiënne zei dat hij voor mij aan de<br />

slag zou gaan. Binnen drie weken was het<br />

geregeld. Dat geeft vertrouwen. Als Etiënne<br />

iets belooft, doet hij dat ook. Hij is eerlijk.’<br />

Struggles op school, geldgebrek en<br />

criminaliteit. Etiënne maakte het allemaal<br />

mee. Hij is ervaringsdeskundige. Michel:<br />

‘Doorpakken. Dingen regelen, hij weet hoe<br />

belangrijk dat is. En hij is een mediator. Als<br />

ik problemen heb met iemand dan praat hij<br />

eerst met mij, dan met de ander en daarna<br />

zet hij ons bij elkaar. “Hoe gaan we zonder<br />

gezeik verder?” vraagt hij dan. Hij kiest geen<br />

partij. Dat is tof. Maar, als je zelf rotzooi trapt<br />

krijg je het ook te horen. Etiënne roept je<br />

gewoon het kantoor in. Hij confronteert je.<br />

Dat is goed.’<br />

‘Etiënne is grappig,<br />

eerlijk en doet wat<br />

hij beloofd’<br />

Emily, 16 jaar, volgde behandeling bij<br />

De Opvoedpoli.<br />

Favoriete nummer: Imagine Dragons<br />

On top of the world<br />

‘In het laatste jaar van de middelbare school<br />

werd ik heel depressief. Het vrolijke meisje<br />

dat ik altijd was, verdween. Ik had suïcidale<br />

gedachten maar begreep niet waarom ik<br />

me zo voelde. Op een gegeven moment ging<br />

het niet meer en zei ik tegen mijn ouders:<br />

‘Misschien heb ik hulp nodig.’ Zo kwam ik bij<br />

De Opvoedpoli en ontmoette ik Pleuni.<br />

We startten met een Eureka stappenplan<br />

(zie QR-code voor meer info), een methode<br />

om zicht op mijn problemen te krijgen<br />

zonder alle emoties die daarbij komen<br />

kijken. Iedere week weer een nieuwe stap. In<br />

het begin vond ik het allemaal veel te snel<br />

gaan, maar op een gegeven moment snapte<br />

ik hoe het werkte. Hoe iedere stap me juist<br />

hielp om een volgende te kunnen zetten.<br />

Hoe ik bijvoorbeeld door meditatie, beter<br />

ging voelen wat de spanning in mijn lichaam<br />

deed zonder daar meteen een oordeel over<br />

te hebben. En die snelheid die ik lastig vond<br />

in het begin, ging ik fijn vinden. Het hield<br />

me erbij. Als ik even stilviel, vroeg Pleuni:<br />

“Wat gebeurt er nu?” en zo kwam ik steeds<br />

verder. We hebben echt keihard gewerkt. Zijn<br />

met mijn trauma aan de slag gegaan met<br />

EMDR. Mijn altijd energieke vrolijke opa was<br />

na een herseninfarct half verlamd geraakt.<br />

Het beeld van zijn laatste week was zo heftig<br />

dat ik helemaal niet meer aan hem durfde<br />

te denken. Ook hebben we gewerkt aan<br />

de dingen op school die ik lastig vind. Deze<br />

zomer hebben we de behandeling afgerond.<br />

Ik voelde me wel veel beter, maar was ook<br />

een beetje bang dat ik er niet klaar voor was.<br />

Toen Pleuni zei: ‘Als er iets aan de hand is,<br />

kan je altijd langskomen.” durfde ik het aan.’<br />

‘Ik dacht: ik ga nooit meer terug naar school.<br />

Dat is niks voor mij. Etiënne motiveerde mij<br />

toch. Kijk, ik kan gaan werken, dat verdient<br />

aardig, maar zonder diploma kom ik nergens.<br />

Daarom ga ik toch terug naar school. Ik ga<br />

de opleiding Assistent techniek breed volgen.<br />

Of ik een handige jongen ben? Dat kan ik<br />

toch niet van mijzelf zeggen? Of ik met hout,<br />

staal of in de installatietechniek wil werken,<br />

dat ga ik ontdekken tijdens de opleiding.’<br />

‘Ik ben Etiënne dankbaar. Dat zeg ik vaak.<br />

Het zou raar zijn als ik hem nergens voor<br />

zou bedanken. Maar, je begeleider kan nog<br />

zo goed zijn, je moet het wel zelf doen. Als je<br />

niks wil kom je nergens.’<br />

‘Hulpverlener<br />

die ik nooit zal<br />

vergeten: Pleuni!’<br />

Pleuni’s manier vind ik heel fijn. Ze luistert<br />

goed en stelt de juiste vragen. Daarbij is ze<br />

superaardig maar ze kan ook streng zijn. Ze<br />

is geduldig maar blijft wel druk zetten. Ze<br />

voelt als een tweede moeder. Als ik haar nu<br />

bel: mag ik even langskomen? Weet ik zeker<br />

dat ze ja zegt.<br />

Wat ik tegen haar zou willen zeggen?<br />

Bedankt! Je hebt me van mijn suïcidale<br />

gedachten afgeholpen. Zonder jou wist ik<br />

misschien nog niet wat er met me aan de<br />

hand was. Soms heb ik nog wel depressieve<br />

momenten. Pleuni heeft gezegd dat dat<br />

normaal is. Maar in principe is dat vrolijke<br />

meisje van vroeger weer helemaal terug!’<br />

14


Senna, 17 jaar, volgt onderwijs bij het<br />

Educatief Centrum.<br />

Heeft geen favoriet nummer, ze draait<br />

van alles door elkaar.<br />

‘Het afgelopen jaar was zwaar voor mij.<br />

Mijn moeder overleed vorig jaar oktober.<br />

Ook toen was Henke er voor mij. Hij is op de<br />

crematie geweest. Hij kende mijn moeder<br />

ook. Henke voelt voor mij niet als een JIM* of<br />

een oud-begeleider. Hij is familie.’<br />

Elf jaar is Senna als zij Henke ontmoet: ‘Ik<br />

woonde op een groep, hij was mijn mentor.<br />

Henke was de enige waar ik naar luisterde.<br />

Ik vond hem aardig. Hij begreep mij. Als<br />

oudste in de groep voelde ik mij vaak niet<br />

serieus genomen. Aan een dertienjarige<br />

vraag je toch niet een tekening te maken?<br />

Alles besprak ik met hem. Hij nam altijd de<br />

tijd voor mij. Ik liep vaak weg van de groep,<br />

maar niet als Henke er was. Ik schold veel<br />

in die tijd. Hij zei dan: “Ik snap het, maar<br />

probeer erop te letten.” Anderen stuurden mij<br />

weg, Henke had geduld.’<br />

Na anderhalf jaar vertrekt Henke naar een<br />

andere groep. Senna: ‘Ik heb gehuild. Ik vond<br />

het verschrikkelijk. Omdat hij op hetzelfde<br />

terrein bleef werken, zag ik hem nog af en<br />

toe. Toen ik verhuisde verloren we elkaar uit<br />

het oog. Ik sprak hem twee jaar lang niet.<br />

Ik probeerde hem te vinden via Facebook<br />

en social media, maar dat heeft hij<br />

allemaal niet. Ik dacht dat ik hem nooit meer<br />

zou zien.’<br />

Drie jaar geleden zoekt Senna een JIM.<br />

Senna: ‘Ik zocht een vertrouwenspersoon en<br />

iemand die bij praktische vragen kan helpen.<br />

Ik dacht direct aan Henke. Ik vond het heel<br />

spannend om te vragen of hij dat voor mij<br />

wilde doen. Diep in mijn hart wist ik wel dat<br />

hij ja zou zeggen, maar toch. We zien elkaar<br />

nu iedere maand. We kletsen over van alles,<br />

als ik problemen heb, helpt hij mij. Bij ieder<br />

belangrijk gesprek op het EC gaat hij mee.<br />

Als ik dadelijk achttien ben en mijn eerste<br />

brief van de Belastingdienst krijg bel ik<br />

Henke. Zeker weten!’<br />

‘Ons contact is anders nu Henke mijn JIM is.<br />

Ik ben bij hem thuis geweest om samen te<br />

eten bijvoorbeeld en de moeder van Henke<br />

heeft voor mij een kleed gebreid. Dat vond<br />

ik echt super lief. En ik heb zijn privénummer.<br />

Dat hij zijn nummer aan mij toevertrouwde<br />

voelde heel bijzonder. Ik maak daar geen<br />

misbruik van.’<br />

‘Ik ben Henke<br />

zó dankbaar.<br />

Dat wil ik hem<br />

graag zeggen.’<br />

Eryk, 16 jaar, volgde behandeling bij<br />

locatie Antonius. Woont nu op een open<br />

groep elders. Favoriete nummer: Riton,<br />

Night-crawlers, Mufasa & Hypeman -<br />

Friday<br />

‘Omdat ik steeds wegliep, kwam ik in de<br />

JeugdzorgPlus terecht. Daar heb ik op<br />

verschillende open en gesloten groepen<br />

gezeten. Tom is voor mij heel bijzonder. Hij<br />

was locatiemanager op Antonius. Ik heb een<br />

goede band met hem en kan altijd bij hem<br />

terecht. Het voelt een beetje als een vader<br />

– zoon band. Ik kan hem alles vragen. Als ik<br />

niet lekker in mijn vel zit, maar ook als ik iets<br />

wil weten over rijlessen bijvoorbeeld, of wat<br />

er wel en niet kan in de jeugdzorg. Ik woon nu<br />

op een open groep in Den Haag, en we zien<br />

elkaar nog steeds.’<br />

‘Wat Tom voor man is? Een irritante! We<br />

praten niet alleen, we doen ook samen leuke<br />

dingen. Kickboksen, MMA en we hebben een<br />

keer voetgolf gespeeld.’<br />

‘Het allerleukste dat we ooit gedaan<br />

hebben, is naar de Champions League<br />

finale kijken: Chelsea tegen Manchester<br />

City. Wij zijn allebei voor Chelsea. Dat was<br />

echt fokkingleuk, misschien wel de leukste<br />

dag van mijn leven. Ik kwam langs op mijn<br />

oude groep op Horizonlocatie Antonius. De<br />

kinderen waren op verlof dus we keken met<br />

nog twee andere begeleiders. Tien minuten<br />

voor het einde moest ik echt weg om op tijd<br />

terug te zijn op de groep in Heerhugowaard<br />

waar ik toen woonde. In de auto keken we<br />

verder op de telefoon. Het was spannend tot<br />

de laatste minuut.’<br />

‘Ik ben van mezelf een persoon die altijd<br />

de ander voor laat gaan. Tom heeft me<br />

geleerd om voor mezelf te kiezen. Als we<br />

praten vraagt hij altijd: wat wil jij zelf? Wat ik<br />

tegen Tom zou willen zeggen: bedankt voor<br />

alle steun en hulp. Zonder jou was ik nooit<br />

zover gekomen.’<br />

‘Wat ik tegen Tom zou<br />

willen zeggen: bedankt<br />

voor alle steun en hulp.<br />

Zonder jou was ik nooit<br />

zover gekomen.’<br />

16<br />

* Wat is een JIM?<br />

Jouw Ingebrachte Mentor (JIM) is een vertrouwenspersoon, door een jongere zelf gekozen. Een JIM<br />

blijft, ook als een woonplek of behandeling wijzigt. JIM maakt deel uit van het privé leven en reikt<br />

daardoor verder dan hulpverlening. Zie ook www.jimwerkt.nl


Harmke Leloux,<br />

43 jaar<br />

Senior onderzoeker<br />

Favoriete nummer:<br />

Son Mieux – Multicolor<br />

i<strong>HUB</strong> onderzoekt<br />

‘Het gaat altijd<br />

om het verhaal<br />

achter de cijfers’<br />

Senior onderzoeker Harmke Leloux duikt<br />

in de data van i<strong>HUB</strong><br />

‘Die klinische blik is minder scherp dan we denken’<br />

Data, niet direct een woord waarbij hulpverleners<br />

denken: joepie! Het klinkt technisch en abstract, iets<br />

dat ver afstaat van hun werk. Senior onderzoeker<br />

Harmke Leloux houdt zich bezig met datagestuurd<br />

werken binnen i<strong>HUB</strong> en ziet juist de kracht ‘Als ik<br />

zeg dat we op basis onderzoek beter kunnen<br />

voorspellen of plaatsing in een pleeggezin succesvol<br />

zal zijn voor een kind, komt het ineens wel dichtbij.’<br />

‘Datagestuurde jeugdhulp is een speerpunt van i<strong>HUB</strong>.<br />

Daar ben ik blij mee. Voor ons is het vrij nieuw, maar in<br />

de medische wereld bestaat het al langer. Hadden we<br />

covid onder controle gekregen zonder gegevens over<br />

besmetting, verloop en behandeling? Dat denk ik niet. i<strong>HUB</strong><br />

heeft alles in huis om onderzoek en praktijk te verbinden:<br />

een onderzoeksafdeling, promovendi en hoogleraren, en<br />

er wordt samengewerkt met universiteiten en hogescholen.<br />

Voor datagestuurde jeugdhulp werken meerdere<br />

afdelingen samen. Gegevens van de kwaliteitsafdeling,<br />

secretariaat, onderzoekers en de werkvloer, je hebt het<br />

allemaal nodig om de data te verzamelen, de gegevens te<br />

onderzoeken en voor handvatten om de kwaliteit van onze<br />

zorg en behandelingen te verbeteren.’<br />

‘Deelnemers en medewerkers vullen vragenlijsten in, vooren<br />

na de behandeling. Dat geeft waardevolle informatie en<br />

focus voor de begeleiding. Gegevens worden vergeleken<br />

met de gemiddelde score (ofwel normscores) van kinderen<br />

van dezelfde leeftijd en hetzelfde geslacht. Dat geeft<br />

inzicht in de ernst van de klachten, maar ook de positieve<br />

effecten.’ Medewerkers vinden het uitzetten, bespreken<br />

of invullen van de lijsten soms belastend, merkt Harmke.<br />

‘Maar het is voor de hulpverlening wel belangrijk. Ik zeg<br />

dan altijd: Als jij naar de huisarts gaat met hartkloppingen,<br />

zweten en een opgefokt gevoel dan wil je dat de arts jouw<br />

gegevens meet en vergelijkt met iemand van jouw leeftijd.<br />

‘Hier heb je een pilletje, je bloeddruk zal wel te hoog zijn’,<br />

dat wil je toch niet horen? Behandelaars vertrouwen op hun<br />

klinische blik. Dat is belangrijk, toch weten we uit onderzoek<br />

dat die blik minder scherp is dan mensen denken. Uit<br />

meerdere internationale onderzoeken blijkt dat met het<br />

klinisch oordeel alleen slechts 20-30% van de kinderen<br />

met ontwikkelingsproblemen werden herkend. En bij het<br />

gebruik van betrouwbare instrumenten ligt dit tussen de<br />

70% en 90%. Objectieve vergelijkingen zijn dus een<br />

waardevolle aanvulling.’ -><br />

18<br />

19


‘Ouders die<br />

invullen dat<br />

ze geen<br />

probleem<br />

hebben,<br />

missen zij<br />

inzicht of<br />

is er iets<br />

anders aan<br />

de hand?’<br />

‘Naast het nut voor de individuele<br />

jongeren, geeft de data uit die<br />

gedrags- en gezinsvragenlijsten ons<br />

veel informatie waarmee we kunnen<br />

onderzoeken hoe we de effectiviteit<br />

van onze hulp kunnen verhogen bij<br />

alles wat we bieden bij i<strong>HUB</strong>. Waarom<br />

is dezelfde interventie op de ene<br />

locatie succesvoller dan elders?<br />

Waarom helpt deze behandeling<br />

wel bij het ene kind maar niet bij het<br />

ander? Wat heeft onze doelgroep<br />

in onze regio nodig? Op bepaalde<br />

locaties is de respons op vragenlijsten<br />

nog aan de lage kant. Dat zou ik graag<br />

anders zien want hoe meer cijfers, hoe<br />

betrouwbaarder de uitspraken die we<br />

kunnen doen en hoe beter we onze<br />

behandelingen kunnen afstemmen op<br />

de behoeften van kinderen.’<br />

Harmke is onderzoeker én orthopedagoog.<br />

Dat maakt het verbinden<br />

tussen data en hulpverlening<br />

makkelijker. ‘De duiding van gegevens,<br />

dat doen de mensen van de uitvoering.<br />

Ik hoor vaak dat mensen de cijfers<br />

spannend vinden omdat het voelt als<br />

een afrekenmiddel. Dat is onnodig,<br />

want data an sich zeggen niets, het<br />

gaat om het verhaal erachter. Als<br />

medewerkers zien dat data gaat over<br />

hun eigen werk, locatie en methodiek,<br />

dan maakt de angst plaats voor<br />

enthousiasme.’ Zo is Harmke laatst<br />

samen met enkele leden van het<br />

Infant Mental Health-team (IMH), de<br />

regionale kwaliteitsadviseur en een<br />

programmamanager de data van<br />

IMH ingedoken. Dat riep verschillende<br />

vragen op om verder met elkaar<br />

te onderzoeken. Bijvoorbeeld: wat<br />

als ouders invullen dat ze geen<br />

probleem hebben, missen zij inzicht?<br />

Of is het angst? Wordt mijn kind uit<br />

huis geplaatst als ik deze lijst eerlijk<br />

invul? Ouders die na een traject<br />

meer opvoedstress ervaren zijn zich<br />

misschien bewuster geworden van<br />

hun opvoedtaak, het zegt niets over<br />

de effectiviteit van de behandeling.<br />

Zodra je weet wat de onderliggende<br />

reden is van de lage startscores,<br />

kun je hierop inspelen en ouders<br />

bijvoorbeeld geruststellen dat de<br />

ingevulde lijsten alleen bedoeld zijn<br />

om nog betere hulp te bieden.<br />

‘Als je weet dat<br />

ouders vaak financiële<br />

problemen hebben,<br />

moet je fors insteken op<br />

schuldhulpverlening’<br />

‘Kun je voorspellen welk kind met<br />

welke problemen het beste af is<br />

in een pleeggezin, gezinshuis of<br />

een residentiële setting als een<br />

uithuisplaatsing onvermijdelijk is?<br />

Dit was het onderwerp van Harmkes<br />

promotieonderzoek naar de<br />

effectiviteit van pleegzorg. ‘We weten<br />

dat bij biologische ouders van kinderen<br />

in een pleeggezin vaak sprake is van<br />

financiële problemen. Vaak komt<br />

daar verwaarlozing uit voort. We<br />

moeten daarom fors insteken op<br />

schuldhulpverlening. Dat vergroot de<br />

kans op terugkeer naar huis.’<br />

‘Jongens in gezinshuizen knallen<br />

er sneller uit dan meisjes. Is het dan<br />

zinvol om jongens te blijven plaatsen<br />

of moeten we scherper monitoren<br />

en sneller bijsturen? Op basis van<br />

het onderzoek hebben we een soort<br />

vignetten gemaakt: handvatten om<br />

keuzes te maken voor een plaatsing.’<br />

‘In het hele land werken jeugdhulporganisaties<br />

aan het verbeteren<br />

van de hulp. Ook op het gebied<br />

van interventies die min of meer<br />

vergelijkbaar met elkaar zijn.<br />

Daarom zijn we als i<strong>HUB</strong> aangesloten<br />

bij de lerende Databank Jeugd<br />

(LDJ), wat hoort bij het SEJN<br />

(Samenwerkingsverband Effectieve<br />

Jeugdhulp Nederland). Meer dan<br />

25 jeugdhulpinstellingen geven hun<br />

data geanonimiseerd door zodat we<br />

de effectiviteit van onze zorg kunnen<br />

vergelijken met organisaties die min<br />

of meer hetzelfde doen als wij. En zo<br />

leren we van elkaar en ontwikkelen we<br />

ons als hele sector.’<br />

‘Effectiviteitsdata helpt ons in gesprekken<br />

met gemeenten over onze<br />

financiering. Zo hebben we in het<br />

BergOp* dashboard een eerste<br />

voorzichtige indruk van de effectiviteit<br />

van Infant Mental Health. Deze ligt<br />

boven de 0.8, wat duidt op een groot<br />

effect. In de Lerende Databank Jeugd<br />

(LDJ), zien we dat het landelijk gemiddelde<br />

effect voor ambulante systeemhulp<br />

0,4 is. Dat betekent dat onze<br />

interventie dus duidelijk effectiever is.’<br />

Van klinisch naar meer datagestuurd<br />

werken is een hobbelig traject.<br />

Harmke: ‘Als het clientregistratieprogramma<br />

wijzigt, en dat is een<br />

aantal keer gebeurd, dan moeten wij<br />

zaken opnieuw inregelen. Dat kostte<br />

ons veel tijd. Door het hoge verloop<br />

blijft kennis die we brengen naar de<br />

teams niet altijd hangen. Daarbij zijn<br />

we inmiddels zo’n grote organisatie,<br />

dat er meer aanjagers zoals ik nodig<br />

zijn. Ik hoop mijn opgebouwde kennis<br />

snel aan meer collega’s over te<br />

kunnen dragen, dan kunnen we veel<br />

meer onderzoeken.’<br />

‘Mijn wens? Ik zou met ons team<br />

onderzoekers dichter op de<br />

werkvloer willen zitten, meer contact<br />

hebben met de medewerkers. We<br />

werken als onderzoekers wel op<br />

twee zorg/onderwijslocaties in<br />

Rotterdam en Amsterdam, maar er<br />

is geen structureel contact tussen<br />

de werkvloer en team onderzoek.<br />

Bijvoorbeeld in de vorm van een<br />

jaarlijks inhoudelijk overleg ofzo,<br />

waarin we het kunnen hebben over<br />

vragen die er leven of problemen die<br />

er zijn, zodat we deze direct oppakken<br />

door kort onderzoek in te zetten.<br />

Loop je ergens tegenaan? Wil je<br />

dat we meehelpen met onderzoek?<br />

Scan hier de<br />

QR-code en<br />

stel je vraag<br />

aan de afdeling<br />

onderzoek.’<br />

‘Door<br />

onderzoek<br />

kunnen we<br />

aantonen:<br />

wij zijn<br />

duidelijk<br />

effectiever’<br />

*BergOp is een<br />

softwareprogramma<br />

voor de digitale<br />

verwerking van<br />

instrumenten voor<br />

diagnostiek en<br />

effectonderzoek in<br />

zorg en onderwijs.<br />

De vragenlijsten voor<br />

kinderen en ouders waar<br />

we data uit halen, zijn<br />

daar een onderdeel van.<br />

20 21


Bettina<br />

Favoriete nummer: R. Armando Morabito - Days of Tomorrow<br />

‘Ik wil dat hij weet dat het<br />

niet alleen bij hem ligt’<br />

Mijn oudste zoon is 20 jaar en het<br />

gaat goed met hem. Hij heeft een<br />

vaste baan, een goed inkomen, een<br />

leuk huisje en het belangrijkste: we<br />

hebben een goede band.<br />

Dat klinkt misschien niet zo<br />

bijzonder, maar dat is het wel.<br />

Want we hebben een enorm<br />

moeilijke tijd achter de rug. Ik deel<br />

mijn verhaal om andere ouders<br />

een hart onder de riem steken: hoe<br />

erg het ook is, blijf achter je kind<br />

staan en vertrouw erop dat het<br />

uiteindelijk goedkomt.<br />

Ik heb me zoveel zorgen gemaakt<br />

en me vreselijk schuldig gevoeld. Dat<br />

komt omdat ik hem uit huis moest<br />

laten plaatsen toen hij twaalf jaar was.<br />

Ik kon niet anders. Het lag niet alleen<br />

aan zijn gedrag, maar ik heb zelf veel<br />

meegemaakt in het verleden en kon<br />

als alleenstaande moeder niet met zijn<br />

heftige gedrag omgaan. Ik had de tools<br />

daar ook niet voor. Hij heeft ADHD en<br />

PDD NOS. Vanaf dat hij tweeëneenhalf<br />

jaar oud was, had hij enorme woedeaanvallen.<br />

Toen zijn broertje en hij<br />

werden gepest op de basisschool, werd<br />

zijn gedrag nog heftiger. Door het pesten<br />

en zijn gedrag, heb ik ervoor gezorgd<br />

dat hij op speciaal onderwijs kwam.<br />

Soms zat ik bovenop hem tot het busje<br />

kwam om hem naar school te brengen.<br />

Mijn ouders sprongen vaak bij, omdat<br />

ik hem niet goed aankon. Op zijn elfde<br />

woonde hij een jaar lang, om de week bij<br />

hen. Zo konden zijn jongere broertje en<br />

ik even op adem komen.<br />

Ik stond met mijn rug tegen de muur<br />

Toen hij twaalf jaar was, liep het zo<br />

uit de hand dat ik voor de keuze werd<br />

gesteld: of je laat hem vrijwillig uit huis<br />

plaatsen of het gaat gedwongen, bij<br />

dat laatste komt de politie eraan te pas.<br />

Ik stond met mijn rug tegen de muur.<br />

Door heftige gebeurtenissen uit mijn<br />

verleden, heb ik last van een post<br />

traumatische stress stoornis en ik stond<br />

er ondanks de hulp van mijn ouders,<br />

grotendeels alleen voor.<br />

Hij is in die periode tien maanden uit<br />

huis geplaatst. In die tijd heeft hij op<br />

verschillende plekken gezeten: een<br />

gezinsvervangend tehuis, een gezinshuis<br />

en een logeerhuis. Na de eerste tien<br />

maanden kwam hij weer thuis en kregen<br />

we thuishulp. Ondanks deze hulp was<br />

de situatie thuis onhoudbaar en werd<br />

er ondertussen naar een geschikte plek<br />

voor hem gezocht. Maar dat duurde en<br />

duurde. Na een escalatie, liep ik met<br />

de honden buiten en moest plotseling<br />

zo hard huilen, ik zag het echt niet<br />

meer zitten. Ik ben op de grond gaan<br />

zitten en heb een vriendin gebeld.<br />

Een paar dagen later is hij opgenomen<br />

op de crisisopvang. Daarna volgde een<br />

periode van ongeveer twaalf maanden<br />

waarin hij op meerdere instellingen<br />

heeft gezeten.<br />

Hem weer in huis nemen<br />

kon ik echt niet aan<br />

Jongeren zoals mijn zoon zijn kwetsbaar<br />

en beïnvloedbaar. Hij liep foute gasten<br />

tegen het lijf die zich rondom één van<br />

die instellingen ophielden. Ze zorgden<br />

ervoor dat hij ging dealen. Hoe vaak ben<br />

ik niet bang geweest voor een telefoontje<br />

van de politie met de boodschap: je<br />

zoon is dood. Toen ze in een begeleid<br />

woonproject drugs vonden op zijn<br />

kamer, dreigde hij als zestienjarige op<br />

straat terecht te komen. Op het<br />

moment dat ik dat hoorde, stortte ik in.<br />

Hem weer terug in huis nemen, nee<br />

dat kon ik echt niet aan. Na een paar<br />

weken bij een kennis, heeft hij twee<br />

maanden in de daklozenopvang gezeten.<br />

Door zijn omgang met diezelfde foute<br />

gasten, is er een gewelddelict geweest en<br />

heeft hij vier maanden in jeugddetentie<br />

gezeten. Daar heeft hij “het licht” gezien<br />

en is hij aan zichzelf gaan werken.<br />

Ik heb altijd tegen mijn zoons gezegd:<br />

jullie hebben niet voor het leven gekozen,<br />

ik wilde graag kinderen. Niet zolang<br />

geleden heb ik mijn excuses aangeboden<br />

aan mijn zoon. Ik wil dat hij weet dat het<br />

niet alleen bij hem ligt, maar ook bij mij.<br />

Want hij is geen slecht kind.<br />

Het klinkt misschien gek, maar we<br />

hebben altijd een heel sterke band<br />

gehad. Ook toen het slecht ging, zijn mijn<br />

ouders en ik altijd achter hem blijven<br />

staan. Die basis is zo belangrijk. Laatst<br />

zei hij: ‘Mam, het is goed dat je me uit<br />

huis hebt laten plaatsen. Anders was ik<br />

nu nog diezelfde etterbak geweest.’<br />

Ik wil ouders meegeven: blijf achter je<br />

kinderen staan en blijf ze steunen, hoe<br />

zwaar het ook is. Houd moed, het komt<br />

echt goed. Ook voor jullie zal de zon<br />

weer gaan schijnen, ik kan je alleen niet<br />

zeggen wanneer.<br />

Blog<br />

22


Jasmijn Verhage<br />

41 jaar<br />

directeur De Nieuwe Kans<br />

en Bon Sjans in Rotterdam.<br />

Favoriete nummer:<br />

John Legend, The Roots,<br />

Common, Melanie Fiona -<br />

Wake up Everybody<br />

Interview<br />

Wij staan<br />

pal achter<br />

die jongens!<br />

Directeur Jasmijn Verhage<br />

over de aanpak van<br />

De Nieuwe Kans en<br />

Bon Sjans in Rotterdam.<br />

Jasmijn Verhage begon acht jaar geleden bij De<br />

Nieuwe Kans. Sinds 1 april 2022 is ze directeur van<br />

De Nieuwe Kans én Bon Sjans, twee Rotterdamse<br />

interventies met een even succesvolle als<br />

eigenzinnige aanpak. Zij ondersteunen en<br />

begeleiden Rotterdamse jongens tussen de 18 – 27<br />

jaar die zijn vastgelopen om hun leven weer op de<br />

rit te krijgen. En met succes. Jaarlijks stromen zo’n<br />

115 van hen uit naar werk of zorg. Terwijl dit juist<br />

een uitdagende doelgroep is. Alle deelnemers bij De<br />

Nieuwe Kans en Bon Sjans hebben te maken met<br />

complexe multiproblematiek. Het zijn vaak jongens<br />

van de straat, dus streetwise. Maar ze zijn<br />

vastgelopen in het leven. Ze hebben geen werk of<br />

inkomen, zijn dak- of thuisloos, hebben<br />

psychologische problematiek of zijn in het criminele<br />

circuit terecht gekomen.<br />

Jasmijn: ‘Wij zijn in Nederland geneigd mensen af te<br />

rekenen op het gedrag wat ze op dit moment laten zien.<br />

Maar achter een overval, agressief gedrag of verslaving, zit<br />

vaak veel frustratie. We weten uit onderzoek dat verreweg<br />

de meeste jongvolwassenen met dit soort grote problemen<br />

een heel moeilijke voorgeschiedenis hebben zoals<br />

problemen op school, verwaarlozing of mishandeling.<br />

Dan moet je hen niet alleen afrekenen op die uiting van<br />

frustratie, maar verder kijken dan dat. Daarbij lopen deze<br />

jongeren ook nog eens vast in een ingewikkeld systeem<br />

van regels en instanties waardoor het extra lastig is om een<br />

beter bestaan op te bouwen. Als we niet willen dat deze<br />

groep van generatie op generatie tegen dezelfde<br />

problemen aanloopt, moeten we het anders organiseren<br />

en veel meer samenwerken. Het systeem van wet- en<br />

regelgeving is nog veel te veel opgeknipt. Om wat<br />

voorbeelden te noemen, voor uitkering bij het jongerenloket<br />

heb je een adres of postadres nodig. Dat maakt het voor<br />

iemand die dakloos is wel erg ingewikkeld om een stabiel<br />

bestaan op te bouwen, omdat dit vaak veel tijd in beslag<br />

neemt. En als een deelnemer zijn straf heeft uitgezeten en<br />

na het traject van De Nieuwe Kans of Bon Sjans aan de<br />

slag wil, wordt hij toch vaak als crimineel gezien en niet<br />

aangenomen. Dan is de verleiding om snel geld te verdienen<br />

en in de criminaliteit terecht te komen, ondanks de risico’s,<br />

wel heel groot.’<br />

Waar lopen deze jongeren tegenaan in het systeem?<br />

‘De Nieuwe Kans doet veel meer dan de begeleidingstrajecten<br />

voor de jongens. Veel deelnemers van ons zijn<br />

onbekend en blijven bij veel instanties onder de radar.<br />

Wij zien hen wel. Daarom vraagt de gemeente Rotterdam<br />

24<br />

25


ons niet alleen om deze jongens te helpen, maar ook te<br />

signaleren waar ze tegenaan lopen in het systeem. En we<br />

werken regelmatig mee aan onderzoek dat ons een beter<br />

beeld geeft. We hebben een methodiek en krijgen een<br />

heldere opdracht van de gemeente. De manier waarop De<br />

Nieuwe Kans en Bon Sjans gefinancierd wordt, geeft ons<br />

binnen de methodiek en kaders de ruimte om ons werk<br />

flexibel en wendbaar vorm te geven. Zo kunnen we het<br />

beste aansluiten bij behoeften van onze deelnemers. Dit is<br />

belangrijk omdat we soms hemel en aarde moeten<br />

bewegen om iets voor elkaar te krijgen in het systeem voor<br />

onze deelnemers.’<br />

Een nog veel grotere rugzak<br />

‘Onderzoekers van het VU Medisch Centrum hebben 696<br />

jongvolwassen mannen vijf jaar lang gevolgd. Uniek, want<br />

normaal haakt deze groep snel af. Het is de onderzoekers<br />

gelukt omdat zij goed contact met hen hebben gehouden.<br />

Uit dit onderzoek blijkt dat 65% van hen al op zeer jonge<br />

leeftijd bekend was bij de Raad voor de Kinderbescherming<br />

en een geschiedenis hebben van misbruik, armoede en<br />

verwaarlozing. Jasmijn vertelt “Deze jongens hebben dus<br />

vaak een verleden in de jeugdhulpverlening en dachten<br />

toen ze achttien werden: de mazzel, nu ben ik volwassen<br />

en ik ga het zelf doen.” Maar er komt zoveel op hen af:<br />

een baan zoeken, een woonruimte zoeken, je<br />

zorgverzekering betalen. En omdat ze niet hebben geleerd<br />

hoe ze daarmee om moeten gaan, lopen ze na een paar<br />

jaar toch vast. En dan is hun rugzak nog veel groter.<br />

Dan hebben ze bijvoorbeeld schulden opgebouwd, geen<br />

gezond dag- en nachtritme, zijn ze dakloos geworden of<br />

hebben ze vastgezeten.’<br />

We staan allemaal pal achter de jongens<br />

Het team bij De Nieuwe Kans bestaat uit een mix van<br />

ervaringsdeskundigen en medewerkers met een sociale<br />

opleiding, psychologen en gedragswetenschappers. ‘Die<br />

combinatie werkt!’ aldus Jasmijn. ‘Met onze deelnemers<br />

heb je het echt allebei nodig. De ene collega werkt meer<br />

vanuit gevoel en ervaring, waar de ander meer de theorie<br />

en kennis gebruikt vanuit de opleiding. Al deze facetten<br />

dragen bij aan de gedragsverandering van de jongens.<br />

Juist door open te staan voor elkaar, zien we waar het<br />

accent in het traject van een deelnemer moet komen te<br />

liggen. Die mix werkt goed. En ondanks de verschillen: één<br />

eigenschap hebben we allemaal: we staan pal achter de<br />

jongens. We lopen allemaal een stap harder en denderen<br />

dwars door het systeem als dat moet. Zoals laatst voor een<br />

Braziliaanse jongen zonder paspoort. Hij had zoveel stress<br />

en sliep niet meer want het lukte maar niet om papieren te<br />

regelen. Wij bellen naar de ambassade, maar kwamen er<br />

ook niet doorheen. Dan stapt die hulpverlener in de auto en<br />

rijdt met hem naar de ambassade in Den Haag. Gaat bij de<br />

balie staan en zegt: “Ik blijf hier net zo lang tot het geregeld<br />

is.” Als we een jongere het gevoel heeft: deze hulpverlener<br />

doet écht iets voor mij, kunnen we aan de slag met de<br />

gedragsverandering die nodig is om op eigen benen te<br />

kunnen staan.’<br />

We zeggen niet: je bent niet meer welkom<br />

maar gaan het gesprek aan<br />

‘Mensen vragen weleens: voel jij je niet onveilig? Maar in<br />

tegenstelling tot wat je zou verwachten als je naar hun<br />

verleden kijkt, zijn er nauwelijks incidenten. In acht jaar heb<br />

ik er maar twee of drie meegemaakt. Door ons klimaat is<br />

het juist veilig. Wij geven de jongeren vertrouwen, dat is de<br />

cultuur en wat we onze jongens willen meegeven. Vaak<br />

hebben ze in hun leven al veel teleurstellingen gehad en<br />

gehoord dat ze het nooit ver zullen schoppen. Dan moet je<br />

echt beginnen met het geven van vertrouwen als basis om<br />

vanuit te werken. Er ligt gevaarlijk gereedschap in de<br />

werkplaats en we koken iedere middag, dus liggen er<br />

messen in de keuken. We hebben weleens een jongen<br />

gehad die heel eerlijk vertelde dat zijn stiefvader twee<br />

pistolen thuis had. Een ander zou daar misschien een<br />

melding van maken, wij doen dat niet direct. Hij vertrouwt<br />

ons blijkbaar voldoende om het te vertellen. We gaan met<br />

hem het gesprek aan om de situatie te peilen en wegen alle<br />

opties zorgvuldig af om te kijken wat de beste stap is.’<br />

‘Veel van onze jongens hebben wat op hun kerfstok. Maar<br />

zoals ik al zei, we moeten kijken waar dit gedrag vandaan<br />

komt. En natuurlijk zonder iemand te veroordelen. Alles<br />

begint met het geven van vertrouwen en werken aan de<br />

connectie, om van daaruit verder te bouwen. Als iemand<br />

tussentijds een misstap begaat, zoals een paar weken niet<br />

komt opdagen, wegloopt uit een training, uitvalt tegen<br />

anderen of een overval pleegt, moet je je altijd bedenken<br />

waar iemand vandaan komt. Verandering bij onze<br />

deelnemers kost tijd, soms heel veel tijd. En gaat met vallen<br />

en opstaan, met goede dagen en slechte dagen, met<br />

tomeloze inzet of naïeve acties. Als het goed gaat, zeggen<br />

we dat. En als het niet goed gaat ook. Maar we zullen nooit<br />

zeggen: je bent hier niet meer welkom. We sturen weleens<br />

iemand weg maar nooit voor altijd. Iemand mag altijd na<br />

drie maanden terugkomen. Wanneer er tegenslag is, geven<br />

we niet op maar gaan juist het gesprek aan om de schade<br />

te herstellen en hem de nieuwe kans te geven.’ -><br />

Titel titel titel<br />

26<br />

27


Uiteindelijk directeur geworden<br />

Inmiddels werkt Jasmijn al acht jaar bij De Nieuwe Kans.<br />

Waarom past het werk haar zo goed? Jasmijn: ‘Ik heb<br />

compassie met deze ingewikkelde groep. Ik denk dat dat<br />

komt doordat ik opgroeide met een drugsverslaafde broer<br />

die lijdt aan schizofrenie. En daarbij past de aanpak goed<br />

bij me. Ik werkte al een aantal jaar als teamleider en heb<br />

een duidelijke visie over hoe onze aanpak er over een paar<br />

jaar uit moet zien. Toch dacht ik toen de oude directeur<br />

wegging: hell no. Waarom ik uiteindelijk toch directeur ben<br />

geworden? Toen ik mijn zoontje hoorde zeggen: “ik kan later<br />

nooit directeur worden” dacht ik: oeh, dat gevoel zit ook wel<br />

een beetje in mij. Toen besloot ik: ik ga het wel doen.’<br />

Mijn ultieme droom<br />

‘Sinds begin 2021 zijn we officieel onderdeel van i<strong>HUB</strong>. En<br />

dat is natuurlijk even wennen want we zijn veel vrijheid<br />

gewend. Maar het biedt juist inhoudelijk ook veel kansen,<br />

bijvoorbeeld bij het zorgen voor een soepele overgang van<br />

hulp aan jongvolwassenen na hun achttiende jaar in<br />

Rotterdam. En nu zie ik jongens die een gezin beginnen en<br />

kan ik niets met die vriendin en de baby. Het lijkt me mooi<br />

als we in de toekomst meer samen kunnen optrekken. Mijn<br />

ultieme droom gaat nog veel verder. Ik wil San Patrignano<br />

naar Nederland halen. Dat is een gemeenschap in Italië<br />

waar mensen met een zware verslaving werken aan hun<br />

herstel. In het programma staat werk centraal. Zij hebben<br />

alles in huis: woningen, scholen, begeleiding en medische<br />

zorg. Een ultieme vorm van samenwerking. Dat wil ik ook.<br />

Bon Sjans kun je zien als een Nederlandse voorloper van<br />

San Patrignano. Dus we zijn op de goede weg qua<br />

samenwerking. Die jongeren zijn Rotterdam, wij ook. Wij<br />

zijn allemaal Rotterdam!’<br />

Aanpak<br />

‘Beide interventies bestaan uit een dagprogramma waarin<br />

deelnemers trainingen en workshops volgen zoals<br />

bijvoorbeeld creatieve expressie, sport, burgerschap en<br />

koken. Na diagnostiek krijgen zij ondersteuning op<br />

‘We zijn op de<br />

goede weg qua<br />

samenwerking.<br />

Die jongeren zijn<br />

Rotterdam, wij ook.<br />

Wij zijn allemaal<br />

Rotterdam!’<br />

maatschappelijk vlak om hun praktische problemen op te<br />

pakken, training met als doel gedragsverandering en<br />

coaching. En de deelnemers gaan aan het werk,<br />

bijvoorbeeld bij de houtbewerking of het onderhoud van<br />

appartementen. Bij De Nieuwe Kans ligt de nadruk wat<br />

meer op het volgen van de trainingen en workshops, waar<br />

Bon Sjans praktischer en kleinschaliger is ingestoken, juist<br />

om de doelgroep dat meer nodig heeft.’<br />

Ontstaan en ontwikkeling<br />

Het begon in 2007 met De Nieuwe Kans als een<br />

reboundvoorziening om voortijdig schoolverlaters in<br />

Rotterdam te begeleiden naar werk. Inmiddels is de aanpak<br />

doorontwikkeld voor een bredere doelgroep Rotterdamse<br />

jongvolwassen mannen die door complexe problemen, hun<br />

plek in de maatschappij krijgen door hen naar school, werk<br />

of zorg te begeleiden. Afgelopen jaren is De Nieuwe Kans<br />

uitgebreid met Bon Sjans waar de jongens in een<br />

laagdrempelige en kleinschalige setting in de praktijk bezig<br />

zijn met bijvoorbeeld houtbewerking en daarnaast<br />

maatschappelijk werk, praktische training gericht op<br />

gedragsverandering en coaching krijgen.<br />

Sinds 2021 neemt De Nieuwe Kans deel aan START. Dit is<br />

een traject voor jongvolwassenen die bij het jongerenloket<br />

aankloppen voor een uitkering. Het is een samenwerking<br />

van de gemeente Rotterdam, de wijkteams en Sagenn, een<br />

organisatie die mensen ondersteunt bij het leren van de<br />

taal en het vinden van werk of opleiding. In START wordt de<br />

zoekperiode van vier weken anders ingevuld. Waar zij<br />

normaal zelfstandig moeten solliciteren, volgen zij een<br />

programma met workshops, voeren gesprekken en krijgen<br />

diagnostiek. Hieruit volgt een profiel met conclusies en<br />

aanbevelingen voor een goede volgende stap.<br />

Over De Nieuwe Kans<br />

en Bon Sjans<br />

Nieuwe Kans en Bon Sjans zijn<br />

transformatiecentra om jongvolwassen<br />

mannen met<br />

multiproblematiek te helpen om<br />

opnieuw mee te doen in de<br />

maatschappij. In de aanpak worden<br />

de deelnemers ondersteund bij het<br />

duurzaam veranderen van hun<br />

denken, gevoelens, gedrag en<br />

contacten. Daarna begeleiden we ze<br />

naar werk, school of zorg als<br />

dat nodig is.<br />

28<br />

29


Carina van Dam<br />

Locatiemanager<br />

Bergse Bos<br />

Favoriete nummer:<br />

Nick & Simon – Pak<br />

maar mijn hand<br />

Schooldirecteur Marjolein van ’t Oever<br />

en zorgmanager Carina van Dam over<br />

de combinatie van school en zorg.<br />

‘Alles op alles om<br />

kinderen goed<br />

af te leveren aan<br />

de maatschappij’.<br />

‘Het paste niet meer bij wat<br />

we nu willen voor kinderen:<br />

kleinschalig en individueel’<br />

Marjolein: ‘Zorg- en onderwijsdoelen<br />

combineren, aansluiten en verwerken<br />

in een Doorlopend Integraal<br />

Dagprogramma (DID). Dat is ons<br />

uitgangspunt.’ Over het belang van<br />

dit dagprogramma, de implementatie<br />

en de ambities voor de toekomst<br />

spreken wij Marjolein, directeur van<br />

het Schakenboschcollege en Carina,<br />

locatiemanager van Bergse Bos. Met<br />

roots in het onderwijs en de jeugdhulp<br />

schetsen zij samen een mooi beeld<br />

van de praktijk.<br />

Carina: ‘Dankzij DID werken zorg<br />

en onderwijs niet meer naast, maar<br />

met elkaar. Het is een individueel<br />

programma, passend bij de eigen<br />

ontwikkeling. Op school en op de<br />

groep wordt aan dezelfde doelen<br />

gewerkt.’ Het programma loopt van<br />

acht uur ’s ochtends tot acht uur<br />

’s avonds. Schoolvakken, maar ook<br />

spel, therapie, werken, dagbesteding<br />

en sport staan er op. Eén duidelijk<br />

plan voor het kind, ouders,<br />

pedagogisch medewerkers (pm’ers)<br />

en docenten.<br />

Marjolein: ‘Een jeugdige in de gesloten<br />

jeugdzorg, verdient dezelfde kansen als<br />

ieder ander kind. Helaas is dat nu nog<br />

niet altijd het geval. Na plaatsing lopen<br />

zij vaak op school een achterstand<br />

op. Door zorg en onderwijs goed<br />

te combineren én te werken aan<br />

individuele leerdoelen, gaan zij straks<br />

veel beter voorbereid terug naar de<br />

maatschappij. Dat is ons doel.’<br />

Marjolein: ‘Je moet ons niet zien als<br />

een school maar als een interventie.<br />

Dat vraagt om een andere aanpak. Een<br />

jongere woont een korte periode bij<br />

ons. Drie tot maximaal zes maanden.<br />

In die tijd willen we hen klaarstomen<br />

voor een goede terugkeer naar de<br />

samenleving. Daarom kijken we heel<br />

gericht: wat heeft deze jongere nodig<br />

om daar te kunnen functioneren<br />

en wat gaan wij doen? We zien dat<br />

deze jongeren door hun problemen<br />

vaak nog helemaal niet aan leren<br />

toekomen. Daar moeten ze eerst aan<br />

werken. Door die combinatie van zorg<br />

en onderwijs, leren ze veel meer in die<br />

korte periode van hun verblijf.’<br />

Er werd altijd al samengewerkt<br />

tussen de schoolmedewerkers en<br />

de medewerkers op de groepen,<br />

maar zorg en onderwijs werkten in<br />

principe gescheiden. Marjolein legt<br />

uit: ‘Voorheen hadden de jongeren op<br />

Schakenbosch een schoolrooster dat<br />

bij wijze van spreken in de la verdween<br />

30<br />

31


als het kind op de groep kwam. Daar werd het groepsrooster<br />

gepakt. Die aanpak past niet meer bij wat we nu willen voor<br />

kinderen: kleinschalig en individueel.’ Carina vult aan: ‘Bij ons<br />

ging er wel een pedagogisch medewerker van de groep mee<br />

naar de klas, maar die was er om in te grijpen bij conflicten.<br />

Nu zijn de pedagogisch medewerkers onderdeel van wat<br />

er gebeurt op school. Voorheen gingen alle kinderen naar<br />

dezelfde klas. Het ene kind volgde bijvoorbeeld onderwijs<br />

op het niveau van groep vijf, het andere op het niveau van<br />

groep acht. We zien dat veel kinderen het onderwijs nog niet<br />

aankunnen. Zij moeten eerst nog leren naar school te gaan,<br />

luisteren naar instructies en actief meedoen. Daarom hebben<br />

we het sinds dit schooljaar anders ingericht. We werken nu<br />

met drie groepen: een instroomklas -gericht op zorg- waarin<br />

twee pedagogisch medewerkers en een onderwijsassistent<br />

met de kinderen werken aan de basisvaardigheden, een<br />

tweede klas -gefocust op onderwijs- met een leerkracht,<br />

een onderwijsassistent en een pm’er uit de zorg, en<br />

de derde groep met een leerkracht en een onderwijsassistent.<br />

In deze laatste groep is de pm’er op afroep<br />

beschikbaar. Deze opbouw sluit veel beter aan bij de groei<br />

die kinderen doormaken.‘<br />

Marjolein vult aan: ‘Wij hebben het anders ingericht. Bij ons<br />

zit er geen pm’er standaard in de klas. Wij vragen een pm’er<br />

aan te sluiten als het in de lessen onrustig is. Wij starten<br />

het traject met een intake samen met de jongere, de intern<br />

begeleider van school en de twee mentoren die iedere<br />

leerling bij ons heeft. Een mentor van school en een mentor<br />

van de groep. Zij bespreken waaraan een jongere gaat<br />

werken en hoe. Tijdens het hele traject hebben de mentoren<br />

veel contact.’<br />

Carina: ‘Die nauwe samenwerking ontstond als vanzelf.<br />

Terwijl, voorheen was het heel erg wij – zij. Marjolein knikt:<br />

‘We werken echt anders. In het onderwijs zijn we gewend om<br />

naar de leerlijn van een kind te kijken. Heeft een jongere een<br />

leerachterstand? Dan gaan we daarmee aan de slag. Maar<br />

als hij niet naar school gaat omdat het niet lukt om de deur<br />

uit te gaan, is die achterstand geen hot item. Daarom hebben<br />

we die zorgblik nodig.’ Carina vult aan: ‘Zorgmedewerkers<br />

en onderwijsmedewerkers zijn verschillende types. Zij kijken<br />

anders tegen dingen aan. Leerkrachten hebben altijd gelijk,<br />

hulpverleners ook, maar we willen allemaal het beste voor de<br />

kinderen. Samen in gesprek over de aanpak van de kinderen<br />

helpt om meer wij te worden. Daarbij stralen de directeur<br />

onderwijs (Willemijn red.) en ik heel erg dat wij-gevoel uit. Zij<br />

spreekt net zo makkelijk zorgmedewerkers aan als het moet<br />

en ik de onderwijscollega’s. We hebben de thema’s in de<br />

jaarplannen op elkaar aangesloten ook al start het jaarplan<br />

zorg in januari en die van het onderwijs in september. In de<br />

week van de lentekriebels in het onderwijs, hebben wij het<br />

beiden over het thema seksualiteit bijvoorbeeld.’<br />

Marjolein: ‘Wij starten iedere ochtend met een overleg<br />

waarbij van iedere groep één zorgmedewerker aansluit<br />

en een collega van het onderwijs. Daarin bespreken we<br />

dingen zoals: welke jongeren hebben nog een gat in het<br />

programma? Wat kunnen we voor elkaar doen? Hoe is het<br />

met de veiligheid? Bij iedere nieuwe collega, uit de zorg of<br />

het onderwijs zeggen wij: Wij zijn Schakenbosch.’<br />

Carina: ‘In de schoolvakanties zijn de leerkrachten vrij<br />

en is het zorgteam verantwoordelijk voor een educatief<br />

programma. We hebben de brandweer op bezoek gehad,<br />

er kwam een politieagent vertellen wat er gebeurt als je<br />

bijvoorbeeld wegloopt en er is een ambulance geweest. Heel<br />

leerzaam en de kinderen vonden het superleuk. Wij halen veel<br />

van onze activiteiten naar het terrein omdat jongeren uit de<br />

gesloten jeugdzorg alleen met een verlofregeling het terrein<br />

af mogen. Dat maakt uitstapjes ‘naar buiten’ ingewikkeld.<br />

We doen het soms wel hoor. We zijn bijvoorbeeld naar NEMO<br />

(wetenschapsmuseum Amsterdam red.) geweest.’ Marjolein<br />

vult aan: “Wij hebben een stormbaan op het terrein gehad<br />

om de jongeren te leren samenwerken en een pizzaoven<br />

neergezet waar de jongeren pizza’s bakten. Er is ook iemand<br />

van de NS langsgekomen die vertelde over de gevolgen van<br />

zwartrijden in het OV.’<br />

‘Het is een utopie te denken<br />

dat als een kind thuis<br />

niet naar school gaat, het hier<br />

wel ineens lukt’<br />

‘Het invullen van het educatieve programma in de vakanties is<br />

tijdrovend. Carina: We maken daarom het terrein geschikter<br />

voor leerzame activiteiten. Zo is er een Yalp veld (interactief<br />

speel- en sportveld red.) en we zijn bezig met het aanleggen<br />

van een moestuin. We willen nog veel meer: een keuken voor<br />

kooklessen, een kinderboerderij en een kledingwinketje. Dan<br />

kunnen we alle kanten op: van kleding en taarten verkopen<br />

tot dieren verzorgen en kooklessen. Ik hoop dat de kinderen<br />

van de open groepen in de toekomst ook mee kunnen doen<br />

aan dit programma.’<br />

Carina: ‘Het is een utopie te denken dat als een kind thuis<br />

niet naar school gaat, het hier wel ineens lukt.’<br />

Marjolein: ‘Ik hoop hetzelfde. En ik hoop dat het negatieve<br />

stempel van de jeugdzorg afgaat. Wat we doen is waardevol.<br />

We willen voorkomen dat jongeren weer in de fout gaan en<br />

zetten alles op alles om de kinderen en jongeren goed af te<br />

leveren aan de maatschappij. Als ons werk is gericht op de<br />

toekomst, terug in de maatschappij.’<br />

Marjolein van ’t Oever<br />

62 jaar<br />

Schooldirecteur<br />

Schakenbosch College<br />

Favoriete nummer:<br />

Joe Cocker<br />

Unchain my heart<br />

‘Als het een kind niet lukt om<br />

de deur uit te gaan, is een<br />

leerachterstand geen hot item’<br />

32 33


Dit is<br />

ons<br />

Betrokken.<br />

Onze liefde voor kinderen en jongeren is groot. Ze zitten<br />

diep in ons hart. We zijn oprecht geïnteresseerd in wie<br />

ze zijn. En bewonderen hun veerkracht en levenslust.<br />

We gaan voor ze door het vuur. Alles doen we eraan<br />

om ze een mooie toekomst te bieden.<br />

DNA<br />

Stoutmoedig, verbindend, betrokken,<br />

deskundig en koersgericht.<br />

Dat zijn de vijf waarden van i<strong>HUB</strong>. Maar wat<br />

betekenen deze waarden nou concreet in de<br />

dagelijkse werkzaamheden?<br />

Stoutmoedig.<br />

We hebben lef om zaken voor elkaar te krijgen. We doen<br />

dingen anders. En we gaan door waar anderen stoppen.<br />

En als het niet meteen lukt laten we ons koppie niet hangen.<br />

We zoeken naar verrassende oplossingen en zetten door.<br />

Grijze muizen zijn er genoeg.<br />

Verbindend.<br />

Wij zijn onderdeel van een groter geheel. Waar nodig<br />

verbinden wij de juiste lijntjes. Wij werken samen, van<br />

kinderen/jongeren en partners tot collega’s. En alles<br />

daar tussenin. Zo bundelen we krachten en leren we<br />

samen én van elkaar.<br />

‘Communicatie gaat niet<br />

zozeer over zenden en<br />

ontvangen, maar over<br />

begrijpen en verbinden’<br />

Deskundig.<br />

Onze jarenlange kennis en ervaring delen we met de jongeren<br />

en zijn familie. Wat de situatie ook is, we zoeken altijd naar de<br />

beste manier om jongeren (weer) perspectief te bieden. Alleen of<br />

samen met andere partijen. Als we door nieuwe inzichten of<br />

wetenschappelijk onderzoek ervan overtuigd zijn dat het beter is om het<br />

anders te doen, doen we dat’. Leren van en met elkaar is vanzelfsprekend.<br />

‘Om de juiste koers te varen moet je nooit<br />

het uiteindelijke doel uit het oog verliezen,<br />

een breed draagvlak creëren en vooral niet<br />

vergeten voor wie je het doet’<br />

Koersgericht.<br />

Onze visie staat. Op naar een veerkrachtige generatie. Waar de levenslust<br />

en veerkracht van de jongeren centraal staat. Daar ligt onze focus, daar<br />

richten wij ons op. We hebben een koers en die is helder. Ondanks dat de<br />

werkelijkheid complex is laten ons niet afleiden.<br />

34<br />

35


‘wees consequent<br />

inconsequent.<br />

Je mag als ouder<br />

lief voor jezelf zijn’<br />

‘Aannemen dat ik wel<br />

begrijp wat de ander<br />

bedoelt. Het blijft een<br />

valkuil.’<br />

Patty Zoet<br />

39 jaar en woonachtig in Leiden.<br />

‘Ik ben pleegmoeder en freelance<br />

tekstschrijver, hou van wandelen,<br />

Agapornissen en lezen.<br />

Mijn liedje van 2022?<br />

Vandaag ben ik gaan lopen<br />

van Acda & de Munnik’<br />

Lieke van Domburgh<br />

is 45 jaar en woont in Berg en Dal.<br />

Naast haar baan als bestuurder is Lieke<br />

als onderzoeker verbonden aan het<br />

Amsterdam UMC, afdeling Kinder- en<br />

Jeugdpsychiatrie. ‘Ik loop hard en<br />

wandel graag met mijn hond.’<br />

Het favoriete nr is: Coldplay - Vive la vida<br />

‘De leukste<br />

ervaringen doe<br />

je samen op’<br />

Met een kop koffie nemen Lieke en ik plaats op het<br />

terras naast het hoofdkantoor aan de Mozartlaan<br />

in Rotterdam. Terwijl de laatste zomerstralen onze<br />

gezichten verwarmen vraag ik Lieke welke lessen<br />

zij geleerd heeft het afgelopen jaar:<br />

intensief samenwerken vanonder een vergrootglas. Steeds<br />

als ik denk: ik snap het, dan gebeurt er iets waardoor ik denk:<br />

ik snap het nog niet.’<br />

“Is dat een les voor <strong>2023</strong>?”<br />

‘Jazeker. Stel vragen, Ook als je denkt de ander te begrijpen.’<br />

Goed gesprek<br />

In oktober 2021 trad Lieke van Domburgh aan<br />

als lid van de Raad van bestuur bij i<strong>HUB</strong>.<br />

Nu, twaalf maanden later, blikt ze samen met<br />

pleegmoeder Patty Zoet terug op de leerpunten.<br />

‘Nou, dat kun je beter aan mijn collega’s vragen! Als<br />

nieuweling in een organisatie ben ik altijd voorzichtig. Ik<br />

tast af. Hoe werkt het allemaal hier? En ik krijg steeds meer<br />

vertrouwen in de dingen die ik doe. Daardoor spreek ik mij<br />

vaker uit. Het directieteam is fijn, we werken goed samen,<br />

maar het blijft fascinerend hoe zo’n groep talentvolle mensen<br />

zich toch al snel verliest in het elkaar willen overtuigen.<br />

Dan ga je debatteren en stop je met vragen stellen. Daar<br />

let ik op. Ik denk ook vaak snel dat ik de ander wel begrijp.<br />

Onlangs zei Harvey (regiodirecteur i<strong>HUB</strong> red.) dat hij een<br />

familiegevoel wil creëren. Ik dacht meteen: dat is mooi! Later<br />

dacht ik bij mijzelf: ‘Ik heb er direct mijn eigen beeld van<br />

een familiegevoel op geplakt, maar ik heb niet gevraagd<br />

wat het voor hem betekende en wat hij eigenlijk deed om<br />

dat voor elkaar te krijgen. Ik had door moeten vragen, dan<br />

had ik hem beter begrepen. Waar blijkt dat gevoel uit? Is<br />

familiegevoel voor ons allebei hetzelfde? Dus Harvey, dat<br />

ga ik je nog eens vragen! Het klimaat waarin we ons werk<br />

doen lokt die debatten ook uit. Het is en blijft spannend en<br />

‘En Patty, jij? Ben jij een debater?’<br />

“Zeker. Voor een goede discussie blijf ik zitten, maar in<br />

gesprekken met de hulpverleners en de ouders van onze<br />

pleegdochter blijf ik op de achtergrond. Ik zit daar als<br />

opvoeder. Maar, ik ben pleegmoeder én oud-hulpverlener.<br />

Ik werkte tien jaar als maatschappelijk werker in een<br />

crisisopvang. Slechtnieuwsgesprekken voeren, confronteren,<br />

adviseren, dat was mijn vak. Toch heeft iedereen liever dat ik<br />

die ervaringen bij de deur parkeer.<br />

Rollen scheiden, vind jij dat een goed idee?”<br />

‘Nee. Je bent als hulpverlener, opvoeder of collega je eigen<br />

instrument. Al jouw ervaringen neem je mee. Ik spreek vaak<br />

met ervaringsdeskundigen. Zij vertellen mij dat medewerkers<br />

– vaak vertrouwelijk - ervaringen met hen delen. Vervolgens<br />

stappen de ervaringsdeskundige en de medewerker<br />

samen een overleg in. De ervaring van de hulpverlener<br />

blijft onbesproken terwijl de ervaringsdeskundige juist<br />

ervaringen inbrengt. Je kunt als collega’s beter voor elkaar<br />

36<br />

37


Gezien<br />

zorgen als je dingen weet van elkaar. Je hoeft niet alles te<br />

delen, maar benut de ervaring als je denkt dat dit passend is.<br />

Onbeschreven bladeren, mensen met een rimpelloos leven,<br />

kiezen niet voor een baan in de hulpverlening. Medewerkers<br />

hebben vaak zelf dingen meegemaakt.<br />

“Volgens mij hebben we hier een tweede les te pakken!”<br />

‘Ja. Vraag en benut<br />

elkaars ervaring.’<br />

‘We hebben het nu steeds over mij. Patty, welke inzichten<br />

deed jij op in 2022?’<br />

“Als gezin kiezen we steeds vaker onze eigen weg. Nu wil je<br />

natuurlijk voorbeelden?”<br />

‘Uiteraard.’<br />

“Onze dochter vraagt om structuur en regelmaat. Zo eten<br />

we op vaste tijdstippen, hebben we regels en hangt er een<br />

planbord in huis. Toch wijken we ook steeds vaker van<br />

onze plannen af als dat nodig is. Zo was er vlak voor de<br />

zomervakantie een zomerfeest op school. Dat was een<br />

spektakel met een springkussen, frietkar, een markt en<br />

optredens in een toch al drukke periode. De stress bij onze<br />

dochter nam toe. Ze stelde constant vragen - gaan wij ook<br />

naar het feest? Krijg ik ook patat? - sliep slecht en beet op<br />

haar nagels. Is dit het wel waard? Vroeg ik mijzelf af. Op<br />

vrijdagmiddag, we hadden al beloofd om te gaan, zei ik<br />

tegen onze dochter: ‘Lieve schat. Het feest is zo spannend<br />

voor jou. We gaan niet naar het feest. Wij gaan gezellig met<br />

zijn drietjes een frietje eten bij de snackbar.’ Haar ogen werd<br />

groot, ze lachte, haar schoudertjes ontspanden. De stress<br />

gleed van haar af.” ‘Ach. Arm kind.’<br />

“We hoeven niet met elk circus mee. De avondvierdaagse<br />

is leuk, maar wij lopen ‘m in de herfstvakantie. Dat is een<br />

rustige periode. Intocht en pakjesavond vieren wij op<br />

één dag. Achttien procent van de pleegkinderen kampt<br />

met hechtingsproblematiek.<br />

Het Sinterklaasfeest triggert al hun angsten. Ben ik het<br />

waard om cadeautjes te krijgen? Krijg ik ook snoep? Piet die<br />

‘s nachts je huis binnensluipt. Die stress is onnodig. Als ik dit<br />

andere ouders vertel, knikken ze instemmend. Ze zeggen:<br />

dat zouden wij ook moeten doen. Die onrust is slopend. Toch<br />

vieren ze de feestdagen zoals het ‘hoort.’ Als je mij vraagt<br />

naar een les voor komend jaar dan zeg ik: wees consequent<br />

inconsequent. Je mag als ouder lief voor jezelf zijn.”<br />

Lieke: ‘We zoeken houvast in regels en afspraken. Dat<br />

durven loslaten, inzien dat de ene jongere iets anders nodig<br />

heeft dan de andere, daar is winst te behalen. Jongeren<br />

begrijpen echt wel dat je verschillend handelt. Tegelijkertijd<br />

is het ingewikkeld. Het vraagt veel meer afstemming. Maar,<br />

als het lukt is dat zo leuk. Discussies nemen af, plezier en<br />

vertrouwen nemen toe.’<br />

“Hebben we nog een laatste les?”<br />

‘Vertrouwen is goed.<br />

Meekijken is dat ook’.<br />

“Kun je dat toelichten?”<br />

‘Als situaties uit de hand lopen, als de boel escaleert, dan<br />

word ik gebeld. Ik vertrouw erop dat de medewerker goed<br />

heeft gehandeld. Toch wil ik, voordat ik naar een wethouder<br />

of burgemeester stap, procedurevragen stellen. Is het<br />

protocol gevolgd? Zijn we geen stappen vergeten? Als alles<br />

geprobeerd is dan mag je van mij verwachten dat ik voor<br />

je ga staan en tot in de hoogste boom klim. Zijn er dingen<br />

vergeten? Ook daar leren we van. Elkaar bevragen houdt<br />

ons scherp. Ik ervaar dat mijn procedurevragen worden<br />

opgevat als controle. Dat is jammer. Ik roep ook hulp in als<br />

ik ergens diep in raak. Dan zoek ik steun en iemand die met<br />

mij meekijkt.’<br />

“Wat kun je doen om dat gevoel weg te nemen?”<br />

‘Uitleggen dat dit mijn taak is. Ik zeg: ‘Ik vertrouw je, maar het<br />

is mijn taak alle stappen te controleren.’ Ons werk is stressvol<br />

en zorgt voor tunnelvisie. Je keert in jezelf, je kunt nog maar<br />

richting één uitweg denken. Dan is het fijn als er iemand van<br />

buitenaf, met een kalm brein, naar de situatie kijkt. Het is<br />

toch fijn om te horen dat je goed hebt gehandeld? En we<br />

kunnen meer doen om escalaties te voorkomen.’<br />

“Wat dan?”<br />

‘Samenwerken en elkaar vertrouwen is een must. Waar zit<br />

jouw veerkracht? En die van de ander? Hoe versterk je elkaar?<br />

Medewerkers voelen zich vaak alleen in de zorg terwijl ze<br />

een netwerk om zich heen hebben. Lost nog harder werken<br />

een crisis op? Nee toch? Wat helpt is overleg, taakverdeling<br />

en het spreiden van verantwoordelijkheid. Beslissingen<br />

neem je samen. Hoe kan ik deze situatie beter verdragen?<br />

Wie helpt mij? Het zijn vragen die vaak achterwege blijven.<br />

Zie je een protocol als een bureaucratische drempel of als<br />

een hulpmiddel voor zorgvuldigheid? De leukste ervaringen<br />

doe je samen op. Echt. Een collega komt met een idee waar<br />

je zelf nooit op was gekomen. Dat is toch gaaf?’<br />

‘Patty, heb jij tenslotte nog iets wat je wilt delen?’<br />

“Ik zie ook de stress bij de hulpverleners rondom onze<br />

dochter. Ik gun hen meer rust. Ik zie hoe zij krampachtig<br />

proberen al het werk tussen negen en vijf te proppen. In<br />

Coronatijd overlegden we digitaal en ook s’ avonds. Dat<br />

is totaal verdwenen. Ik zeg wel eens gekscherend: Als een<br />

pleegzorgbegeleider een winkel had zou deze failliet gaan.”<br />

‘Hoe dat zo?’<br />

“De winkel is open terwijl de klanten -de pleegouders- aan<br />

het werk zijn of voor hun pleegkinderen zorgen. Ik werk als<br />

freelancer om school-, therapie-, en sporttijden heen. Ik ben<br />

altijd aan het werk, maar tegelijkertijd rustiger dan ooit.”<br />

Lieke: ‘Daar hebben wij ook gesprekken over. Onze poli’s<br />

zijn open onder schooltijd. Daarmee roepen we ouders en<br />

kinderen weg van school of werk. Tegelijkertijd hebben onze<br />

medewerkers natuurlijk ook gezinnen. Die flexibiliteit, daar<br />

kunnen we echt nog beter in worden.’<br />

Boek | Gewoon Speciaal, kijken<br />

vanuit kindperspectief<br />

Bart Heeling, deelt zijn<br />

praktijkervaringen als leerkracht in<br />

het speciaal onderwijs. Zijn boek<br />

geeft een waardevolle inkijk in<br />

gedrag, emoties en triggers en is<br />

theoretisch onderbouwt.<br />

Bart: ‘Het zijn geen moeilijke<br />

kinderen, het zijn kinderen die het<br />

moeilijk hébben’. Het boek,<br />

aanbevolen door meerdere i<strong>HUB</strong>’ers<br />

is te bestellen via de QR-code.<br />

Lezen | Jeugdzorg in het rood<br />

Pointer onderzoekt de wachtlijsten en<br />

de problemen in het jeugdzorgsysteem.<br />

Boek | Een (h)echte uitdaging,<br />

pleegkinderen opvoeden met<br />

vallen en opstaan<br />

Pleegmoeder Inge van de Weege<br />

schreef een boek over haar ervaringen<br />

als pleegmoeder. Een boek met<br />

praktische tips over bijvoorbeeld<br />

zelfzorg, eten en het omgaan met<br />

ouders. Inge: ‘Ik schreef dit boek over<br />

het opvoeden van pleegkinderen<br />

omdat ik alles wat ik nu weet graag al<br />

jaren geleden had geweten.’<br />

Via persoonlijke vlogs en ontmoetingen<br />

met presentator Jojanneke van den<br />

Berge geven jongeren een eerlijke<br />

inkijk in hun leven en tonen zij de<br />

gevolgen van hun uithuisplaatsing.<br />

Jojanneke en de jeugdzorgtapes’<br />

toont de verhalen achter de jaarlijks<br />

negentienduizend<br />

in Nederland.<br />

Kijken | Nikki<br />

SCAN DE<br />

QR-CODE<br />

Documentaire | Jojanneke en de<br />

jeugdzorgtapes<br />

Nikki en haar moeder Karin, lijdend<br />

aan een borderline persoonlijkheidsstoornis,<br />

worden ruim vier jaar<br />

gevolgd. Hoe is het om op te groeien<br />

met een psychisch kwetsbare ouder?<br />

Kijken | Jason<br />

Jason werd op zestienjarige leeftijd<br />

opgenomen in de gesloten jeugdzorg.<br />

Deze documentaire volgt hem tijdens<br />

therapiesessies. Komt hij zijn<br />

uithuisplaatsingen<br />

traumatische jeugd te boven?<br />

38 39


Column<br />

Excluus:<br />

excuses<br />

voor inclusie<br />

‘We moeten het speciaal onderwijs<br />

niet vanuit de huidige werkelijkheid<br />

bekijken, hoe lastig dat ook is’<br />

Rogier Toes,<br />

36 jaar<br />

regiodirecteur onderwijs<br />

Favoriete liedje:<br />

Jessie Ware – Free yourself<br />

Gelijke kansen voor elk kind, daar is natuurlijk<br />

niemand op tegen. Een maatschappij waarin<br />

iedereen kan meedoen en waar ruimte is voor<br />

diversiteit. We willen het allemaal. En toch lukt het<br />

op veel plekken niet. Ook niet in het onderwijs. Er is<br />

geen enkele docent die een leerling uit wil sluiten,<br />

toch is exclusie de dagelijkse realiteit. Een<br />

aanzienlijke groep heeft extra ondersteuning nodig<br />

bij het leren en een kleine groep is aangewezen op<br />

gespecialiseerd onderwijs, daar weten wij bij i<strong>HUB</strong><br />

alles van.<br />

En hoe goed onze scholen ook zijn. Hoe liefdevol en begripvol<br />

we onze voorzieningen ook opbouwen. Hoe fantastisch het<br />

ook is dat leerlingen eindelijk écht gezien worden. Het is<br />

ook een systeem waarin leerlingen buiten het reguliere<br />

systeem zijn geplaatst. Op plaatsen waar, ondanks al het<br />

goede dat elke dag gebeurt, het onderwijsaanbod minder<br />

rijk is en met beperktere diplomaperspectieven. Niet zelden<br />

moeten kinderen ook lang reizen, met sociale exclusie in<br />

hun woonomgeving tot gevolg. Het brengt mij niet zelden<br />

in een moeilijke gewetensstrijd.<br />

Terug naar de opdracht van inclusie. Naast dat we het willen,<br />

is het iets dat moet. Iedere school is namelijk al verplicht<br />

om alle leerlingen onderwijs te geven. Ook Nederland heeft<br />

hier in 2016 voor getekend in het Verdrag voor de Rechten<br />

van een mens met een handicap. In 2014 zijn we al gestart<br />

met de samenwerkingsverbanden en in 1994 hebben we<br />

voor deze richting getekend in het Salamanca Statement.<br />

Nu heeft de VN Commissie aan Nederland gevraagd een<br />

strategie uit te werken om ons duale onderwijssysteem<br />

te beëindigen. In het najaar komt het ministerie met een<br />

routekaart naar inclusief onderwijs in 2035.<br />

Net als veel collega’s in het regulier onderwijs vragen ook<br />

veel collega’s binnen onze organisatie zich af: hoe moet dat<br />

dan met onze leerlingen? We kennen en voelen allemaal de<br />

argumenten tegen het realiseren van inclusie. Argumenten<br />

die ook vaak terecht zijn gezien de huidige situatie. De te<br />

grote klassen in voor onze leerlingen onoverzichtelijke<br />

scholen, te weinig expertise en geen aandacht. Maar deze<br />

argumenten gaan uit van de veronderstelling dat de huidige<br />

situatie zo blijft. Dus is er een shift nodig in dit paradigma:<br />

we moeten het niet vanuit de huidige werkelijkheid bekijken,<br />

hoe lastig dat ook is.<br />

De Vlaamse schrijver, orthopedagoog en onderzoeker<br />

Beno Schraepen schrijft in zijn boek Excluses over wat<br />

uitsluiting doet met mensen. Maar ook over alle excuses<br />

die voor inclusie worden gebruikt; de voorwendselen om<br />

iemand te excluderen en inclusie te weigeren. Voor inclusie<br />

in het onderwijs gebruikt hij een simpele formule: inclusief<br />

onderwijs = goed onderwijs + passende ondersteuning.<br />

Dat betekent dus niet dat iedereen hetzelfde moet doen,<br />

maar dat we in één en dezelfde omgeving perspectief<br />

moeten bieden aan alle kinderen. In deze gedachte hoeft<br />

gespecialiseerd onderwijs ook helemaal niet te verdwijnen.<br />

In tegendeel zelfs. Wel zouden we het meer moeten<br />

loskoppelen van de huidige plek en plaats. Letterlijk omdat<br />

de scholen nu vaak op een andere plaats staan en in<br />

het stelsel omdat ze anders worden gefinancierd en aan<br />

andere eisen moeten voldoen . Hierdoor blijven we kijken<br />

en denken in wij en zij.<br />

“Wij zijn en blijven de<br />

liefdevolle experts”<br />

Om goed onderwijs vorm te geven én dat te blijven doen<br />

voor onze leerlingen, zijn wij een enorm belangrijk onderdeel<br />

in die passende ondersteuning. Om hen te helpen in die<br />

grote onoverzichtelijke scholen in die onoverzichtelijke<br />

maatschappij. In een kleine groep apart of met extra<br />

ondersteuning in een grote groep. Met onze expertise en<br />

liefdevolle aandacht. Om ze zo voor te bereiden dat ze niet<br />

aan de zijlijn blijven staan maar écht mee kunnen doen in<br />

een maatschappij die dat van hen vraagt. Het onderwijs is<br />

het begin en de motor voor een inclusievere samenleving<br />

en wij zijn en blijven de liefdevolle experts!<br />

40<br />

41


Marjolein Stam<br />

40 jaar<br />

directeur Educatief Centrum<br />

Favoriete nummer:<br />

Boomdabash en Annalisa – Tropicana<br />

‘Met lef, doorzettingsvermogen<br />

en commitment kom je ver’<br />

In de negentien jaar dat Marjolein Stam werkzaam is<br />

binnen i<strong>HUB</strong> ontwikkelt zij zich van groepsdocent naar<br />

Intern Begeleider (IB’er) naar directeur van het Educatief<br />

Centrum (EC). Het afgelopen jaar doorliep Marjolein<br />

succesvol de opleiding Schoolleider basisbekwaam<br />

dankzij een intensief leerwerktraject.<br />

‘Ik ben dankbaar voor het vertrouwen. En nee, dat zeg ik<br />

niet om te slijmen,’ lacht Marjolein.<br />

‘i<strong>HUB</strong> stimuleert de persoonlijke groei van werknemers via<br />

studiedagen, ons online trainingsprogramma e-wise en<br />

het persoonlijk studiebudget. De vraag: ‘Wat doe jij voor<br />

jouw ontwikkeling?’ komt in ieder gesprek tussen mij en<br />

mijn medewerkers terug. Ik ben een doorzetter. Ik overwin<br />

hobbels en geef niet op. Ik vind dat ik daarin een voorbeeld<br />

ben voor leerlingen en medewerkers. Een nieuwe baan,<br />

een stageplek of het afronden van een studie, het komt<br />

nooit zomaar aanwaaien. Een leidinggevende die puzzelt<br />

en kijkt waar mogelijkheden liggen, dat wil ik zijn voor mijn<br />

team, net zoals mijn regiomanager dat was voor mij. Hij zei<br />

steeds: “Jij kunt dit, ga ervoor!”<br />

Tot vorig jaar werkte ik als IB’er op het EC. Als mijn<br />

voorganger Leon was gebleven had ik het nog jaren<br />

gedaan. Ik had plezier in mijn werk, het was een mooie<br />

combinatie van leerlingbegeleiding en managementondersteuning.<br />

Ik ben dan ook langzaam in deze<br />

functie gegroeid. Een nieuwe scholingspartner voor ons<br />

binnenvaartschip? Ons nieuwe terras? De barista-opleiding?<br />

Het waren initiatieven van mij. Dingen regelen, dat vind ik<br />

leuk. Ik vroeg mijn locatiemanager daarom toestemming<br />

voor het volgen van de schoolleidersopleiding. Ik kreeg<br />

groen licht. “Wij zien potentie in jou” zei hij.<br />

Met nog één kwart van de opleiding in het vooruitzicht<br />

kondigde Leon zijn vertrek aan. Toen keek het team naar<br />

mij: “Je gaat het toch zeker wel doen hé? Wij voelen ons<br />

veilig bij jou, wij willen iemand van binnenuit.” Ik voelde<br />

mij daardoor gesteund om te solliciteren. Tegelijkertijd<br />

nam ik als ad-interim alle taken als schoolleider over. De<br />

sollicitatieprocedure was pittig. Ik moest, net zoals alle<br />

andere kandidaten, gewoon de route doorlopen. Dat<br />

wilde ik ook. Ik wilde zeker weten dat ik de juiste persoon<br />

was voor deze functie. Ik heb, samen met het team, een<br />

meerjarig beleidsplan gemaakt en dat gepresenteerd<br />

aan de sollicitatiecommissie. We hebben het plan kritisch<br />

bekeken en steeds stilgestaan bij de vraag: hoe gaan wij<br />

hier als team aan werken? Ik ga hier echt voor en werk hard,<br />

dat heb ik op deze manier aan iedereen laten zien. Mijn<br />

sollicitatie viel samen met het afronden van de opleiding.<br />

Nu achteraf denk ik wel eens: ‘Hoe heb ik dat allemaal<br />

‘Mijn gezin keek<br />

zondagavond gezellig<br />

samen tv terwijl ik bikkelde<br />

in mijn werkkamer.’<br />

gedaan?’ De combinatie gezinsleven, studie, nieuwe baan,<br />

mijn paard en druk sociaal leven, het was zwaar. Mijn gezin<br />

keek zondagavond gezellig samen tv terwijl ik bikkelde in<br />

mijn werkkamer.<br />

Ik ben dyslectisch én ik heb ADHD. Beiden zijn onhandig<br />

als je studeert. Ik had vooral moeite met het lezen van de<br />

teksten. Mijn maatje filterde de studiestof: ‘Dit moet je echt<br />

lezen, dat kun je laten zitten’ zei hij. Dat was een enorme<br />

steun. Daarentegen ben ik in de lessen echt een spons. Ik<br />

schrijf mee, stel vragen en zo neem ik toch alle informatie<br />

op. De studie bestond uit theorie en praktijkopdrachten.<br />

Zo moest ik mijzelf filmen tijdens vergaderingen en<br />

coachingsgesprekken. Die beelden kijk je terug en daarop<br />

reflecteer je. Ik zag er tegenop, maar het bleek helpend. Ik<br />

leer door terugkijken en interactie merk ik.<br />

De basisopleiding is voldoende als je schoolleidersambitie<br />

hebt, maar eenmaal werkend als eindverantwoordelijke is<br />

meer nodig. Wat is je visie op onderwijs? Hoe bouw je een<br />

team? Ik vond dat ik meer kennis nodig had. Daarom volg<br />

ik nu de opleiding Schoolleider vakbekwaam. Thuis vinden<br />

ze dat goed. “Veel plezier!” zeiden ze. Wel volg ik de seminar<br />

versie zodat ik vaker thuis ben.<br />

Ik heb een kans gevraagd en die is mij gegund. Daar<br />

ben ik dankbaar voor. Zo’n kans gun ik iedereen. Met lef,<br />

doorzettingsvermogen en commitment kom je ver. Ik zeg<br />

tegen iedere nieuwe leerling: Wil jij hier zijn? Gun jij jezelf<br />

deze kans? Wij zijn een school voor Voortgezet Speciaal<br />

Onderwijs (VSO). Onze jongeren zijn de drop-outs van de<br />

drop-outs. Lukt het nergens meer? Dan kom je naar hier.<br />

Wij denken in kansen. Iedereen die hier rondloopt, van<br />

leerling tot docent tot schoonmaker, is een schakel in het<br />

succes van onze jongeren. Het is prachtig daar onderdeel<br />

van te zijn.’<br />

42<br />

43


Ciaran Mudde<br />

20 jaar<br />

invalkracht Bergse Bos<br />

Favoriete nummer:<br />

Miss K8 - The Last Spartan<br />

Waarom Ciaran vindt<br />

dat die afwas best even<br />

kan wachten<br />

Interview ervaringsdeskundige<br />

“Als je met kinderen werkt, moet je een<br />

band hebben. Anders gaat het niet<br />

werken, zo simpel is het,” aldus de<br />

twintigjarige invalkracht Ciaran Mudde.<br />

En hij weet heel goed waar hij over<br />

praat. Want hij werd zelf op zijn elfde<br />

jaar uit huis geplaatst samen met zijn<br />

jongere broer. In de anderhalf jaar dat<br />

zij niet thuis konden wonen, hebben zij<br />

op een aantal gesloten, besloten en<br />

open groepen van Horizon gezeten.<br />

Inmiddels woont Ciaran op zichzelf, heeft een<br />

diploma mbo sociaal cultureel werk - gespecialiseerd<br />

pedagogisch medewerker en is net gestart met<br />

hbo-verpleegkunde. Nu werkt hij als invalkracht bij<br />

Bergse Bos in Rotterdam op een aantal groepen<br />

met kinderen onder de twaalf jaar. Dezelfde<br />

groepen waar hij zelf zat als kind. Hij weet als geen<br />

ander hoe belangrijk één op één momenten zijn<br />

tussen een begeleider en een kind. Tijd dat je even<br />

samen bent, het liefst weg van de groep.<br />

Hij vertelt waarom begeleiders daar prioriteit aan<br />

moeten geven.<br />

Hoe kwam je zelf bij Horizon terecht?<br />

Toen het thuis niet meer ging door de vechtscheiding van<br />

mijn ouders, zijn mijn broertje en ik uit huis geplaatst. Ik<br />

was elf jaar en mijn broertje tien. We kwamen eerst terecht<br />

in een crisisopvang in Hoek van Holland. Daarna gingen<br />

we naar een christelijke instelling. Prima als je gelooft, daar<br />

heb ik alle respect voor, maar je moet mij niet dwingen.<br />

En zo voelde dat wel. Dus ik ging me verzetten, werd ook<br />

agressief. Zo kwam ik weer in Hoek van Holland terecht.<br />

Daar mochten mijn broer en ik niet op de groep waar we<br />

eerst zaten, ik moest naar de groep waar hij had gezeten<br />

en hij naar die van mij. Dat vonden we zo onredelijk, dat<br />

we op de dijk zijn gaan zitten, tien meter voor de ingang.<br />

Het werd gezien als weglopen. We zijn door de politie<br />

opgehaald en naar de Vaart in Sassenheim gestuurd,<br />

een gesloten instelling voor jongeren van zestien jaar en<br />

ouder op het complex van de jeugdgevangenis. (red.: deze<br />

locatie is inmiddels gesloten). Daar hoorden wij natuurlijk<br />

helemaal niet te zitten, als jongens van tien en elf tussen die<br />

jongens die veel ouder waren. De deuren van de kamers<br />

gingen om 22:00 op slot. Daarna zat je opgesloten tot 7:00<br />

de volgende ochtend en in het weekend nog langer. En als<br />

er een groot alarm ging en medewerkers van jouw groep<br />

op een andere moesten ondersteunen, werden wij op onze<br />

groep ingesloten. Je kunt je voorstellen dat dit traumatisch<br />

is voor iedere jeugdige, maar al helemaal voor kinderen<br />

van onze leeftijd. Daarbij zijn er incidenten geweest die<br />

wij als jonge kinderen niet hoorden te zien. Heel heftig. We<br />

hebben er twee weken gezeten. Daarna gingen we naar de<br />

crisisopvang en werd gekeken wat volgens hen de juiste<br />

plek was. Voor mij werd dit een besloten groep op Bergse<br />

Bos. Uiteindelijk heb ik daar op vier verschillende groepen<br />

gezeten. In totaal ben ik anderhalf jaar uithuisgeplaatst<br />

geweest voor ik weer naar huis kon.<br />

Wat wil jij vanuit jouw ervaring<br />

aan de andere begeleiders meegeven?<br />

Kijk naar het kind, niet naar zijn problemen. Hij of zij heeft<br />

er niet om gevraagd om daar te zijn. Bouw een band op<br />

met het kind, ook al vind je het gedrag soms vervelend.<br />

Zoek naar de gebruiksaanwijzing, die had ik ook. Door mijn<br />

autoritaire vader kon ik heel slecht met autoriteit omgaan.<br />

Als iemand zei wat ik moest doen, werd ik boos. Op een<br />

44<br />

45


‘Kijk naar het kind, niet naar zijn<br />

problemen. Hij of zij heeft er niet<br />

om gevraagd om daar te zijn.’<br />

bepaalde groep botste ik met bijna alle groepsleiding.<br />

Ik had geen klik met mijn mentor, geen klik met de<br />

schaduwmentor en geen klik met de andere groepsleiding.<br />

Dat was heel moeilijk.<br />

Wanneer had je wel een klik en waar lag dat aan?<br />

Dat was op een groep met jongere kinderen. Ondanks dat<br />

ik daar de oudste was, waren dat de ‘beste’ acht maanden<br />

van mijn uithuisplaatsing. Dat kwam vooral door de band<br />

met de begeleiding. We startten niet zo lekker. Op de eerste<br />

dag werd mijn radio afgepakt. Dat vond ik raar want ik ben<br />

gewoon gewend om muziek aan te hebben op mijn kamer.<br />

Dus toen ik mijn mentor zag, zei ik: “ik ga dat ding gewoon<br />

terugkrijgen, hoe interesseert me niet.” Hij werd niet boos,<br />

ik merkte juist dat hij heel erg open stond voor mij. Hij was<br />

betrouwbaar, hield zich altijd aan zijn woord. Ik kreeg die<br />

radio terug. Ik heb met hem hele goede gesprekken gehad.<br />

Ik heb nu nog contact met hem.<br />

Heb je meer voorbeelden?<br />

Gelukkig wel. Er was bijvoorbeeld een invalkracht waar<br />

ik mee kon praten als de andere kinderen op bed lagen.<br />

Zij kwam uit dezelfde woonplaats en had ook gescheiden<br />

ouders. Daar konden we goed over praten. En toen ik in<br />

Sassenheim zat, was ze een keer veel te vroeg voor haar<br />

dienst. Ik heb mijn skates aangetrokken en we zijn samen<br />

naar Leiden geskatet. In die nare situatie, was dat voor mij<br />

heel waardevol. Een beetje warmte, connectie en weg van<br />

de groep. Want ik wilde daar helemaal niet zitten.<br />

Weten de kinderen dat jij zelf hier hebt gezeten?<br />

Ja daar ben ik heel open over. Eén jongen wil daar van<br />

alles over weten. Vraagt: “Hoe was het voor jou toen? En<br />

heb jij ook weleens stoute dingen gedaan?” dan zeg ik: “Ja<br />

natuurlijk, ik heb ook weleens gespijbeld of ruzie gemaakt.”<br />

De kinderen denken dat wij ons allemaal altijd netjes aan<br />

de regels houden. Een stukje van je achtergrond delen<br />

geeft vertrouwen. Ik vind dat je altijd iets van jezelf bloot<br />

moet leggen. Het is geven en nemen. Je kunt niet alleen<br />

van het kind verwachten dat hij jou alles vertelt als je zelf<br />

niets deelt.<br />

Heeft ieder kind iemand waarmee het klikt?<br />

Op mijn vaste invalgroep in ieder geval wel. Het helpt als er<br />

iets gemeenschappelijks is. Dat kan cultuur zijn maar ook<br />

een hobby. Zo is er een collega die van tuinieren houdt en<br />

een jongen op de groep die daar veel interesse in heeft.<br />

Nu werken ze samen regelmatig in de tuin. Een kind kan<br />

ook een klik hebben met een invalkracht. Want soms<br />

is het makkelijker om iets leuks te doen als je nog geen<br />

geschiedenis samen hebt en er minder wrijving is.<br />

Hoe ben jij zelf als begeleider?<br />

Ik ben heel makkelijk, er mag veel. Maar als ze erg<br />

vervelend doen ben ik heel moeilijk. Dan hamer ik op de<br />

groepsregels. Ik ben duidelijk, ik weet uit ervaring dat dat<br />

vertrouwen geeft. Bijvoorbeeld met bedtijden. Als een kind<br />

zich goed gedraagt in het weekend, mag hij of zij een half<br />

uur later naar bed. Dat moet je niet eerst toezeggen en dan<br />

terugdraaien. Dan gaat een kind in de weerstand. Als het<br />

even kan, neem ik een kind mee om even wat leuks te doen<br />

buiten. Helemaal in het weekend, want ik weet hoe naar<br />

het is om op een groep te moeten blijven, zeker als de rest<br />

met verlof is.<br />

Heb je tips?<br />

Pak je moment, het hoeft niet meteen een grootse activiteit te<br />

zijn. Een kind iets langer op laten blijven zodat je even samen<br />

bent of een half uurtje wandelen kan al zoveel verschil maken.<br />

Die afwas kan echt wel even wachten.<br />

46<br />

47


Nieuw pleegzorg model<br />

Marylou Apfel<br />

‘Ik ben 46 en werk als<br />

gedragswetenschapper bij<br />

i<strong>HUB</strong>. Ik lees en sport<br />

graag. Ik speel gitaar. Als ik<br />

Road trippin’ van The Red<br />

Hot Chilipeppers hoor ben<br />

ik weer even terug in mijn<br />

kleine camper waar ik deze<br />

zomer mee rondtrok.<br />

Heerlijk.’<br />

Harrie Janssen<br />

‘Ik ben 58 jaar. Ik werk bij<br />

i<strong>HUB</strong> als projectleider<br />

Mockingbird en<br />

pleegzorgwerker. In mijn<br />

vrije tijd doe ik aan<br />

volleybal en fietsen. Mijn<br />

liedje voor 2022? I still<br />

haven’t found what i’m<br />

looking for van U2. Ik speel<br />

sinds kort Ukelele en dit<br />

nummer, drie akkoorden<br />

groot, kan ik al spelen.’<br />

Harrie: ‘Pleegzorg bezorgt pleegouders en pleegkinderen<br />

een vreemd gevoel van eenzaamheid. Pleegouders voelen<br />

zich vaak onbegrepen en pleegkinderen herkennen<br />

zichzelf niet in de families om hen heen. Als pleegouders<br />

en pleegkinderen elkaar ontmoeten -dat zien wij ook in<br />

trainingen- is er direct herkenning. Aan Mockingbird is<br />

behoefte, daar ben ik van overtuigd.’<br />

Marylou: ‘Wij zoeken pleegouders die dicht bij elkaar wonen<br />

zodat zij elkaar, ook praktisch gezien, kunnen helpen. En<br />

wij verwachten commitment. Lid zijn van een Mockingbirdnetwerk<br />

is niet vrijblijvend. We verwachten echt dat iedereen<br />

maandelijks meedoen aan de activiteit bijvoorbeeld.’<br />

Marylou: ‘Als projectgroep gingen wij op training in Seattle.<br />

Daar hebben we een enorme basis gelegd. We zijn nog<br />

enthousiaster geworden over Mockingbird. We kunnen<br />

heel fijn samenwerken. Het model is niet eenvoudig in te<br />

voeren. Het vergt best wat werk, het model an sich is aan<br />

de buitenkant wel betrekkelijk eenvoudig.’<br />

Harrie: ‘De beslommeringen van het werk bleven die<br />

trainingsweek achter in Nederland. Ondergedompeld in<br />

het gedachtegoed zaten wij als projectgroep in een bubbel.<br />

Ik kreeg echt het gevoel: zo zou het moeten zijn voor álle<br />

pleegouders en pleegkinderen. Het samenzijn met collega’s<br />

was leuk. Echt een cadeautje. Er is geen wanklank gevallen.<br />

Veilig opgroeien<br />

onder Mockingbird’s<br />

vleugels<br />

‘Pleegkinderen groeien<br />

meestal op in verbrokkelde<br />

netwerken. Dit model zet<br />

daar de warmte van een<br />

steunend netwerk tegenover.’<br />

Harrie: ‘In een hub home zijn altijd twee bedden beschikbaar.<br />

Als logeerpartij voor de leuk, maar ook als er een time-out<br />

Het doel van pleegzorg -perspectief bieden op een veilige<br />

plek in een ongedeelde wereld- sluit naadloos aan op het<br />

Mockingbirdmodel.’<br />

Marylou: ‘Die ongedeelde wereld, daar krijgen wij vaak<br />

vragen over. Het model vraagt namelijk om een rol voor<br />

de ouders. Dat is lastig, zeker bij conflicten tussen ouders<br />

en pleegouders. Wij geloven dat Mockingbird bijdraagt aan<br />

een positief contact tussen beiden. Als het contact tussen<br />

ouders en pleegouders stroef verloopt bijvoorbeeld kan de<br />

bezoekregeling plaatsvinden in het hub home.’<br />

nodig is. Als het thuis niet gaat wil je één ding absoluut<br />

niet, namelijk het kind verplaatsen naar een onbekende<br />

Harrie: ‘Het contact versterken tussen ouders, pleegouders<br />

omgeving. Hoe mooi is het als het kind en de ouders even<br />

en de kinderen zit in de ideologie van het model. Wij willen<br />

kunnen bijkomen terwijl het kind in de bekende omgeving<br />

dat uiteraard ook. In een Mockingbird-netwerk is plek voor<br />

i<strong>HUB</strong> start in december 2022, als eerste pleegzorgorganisatie<br />

in Nederland, met het Mockingbird-pleegzorgmodel.<br />

Marylou en Harrie, lid van de projectgroep, zijn enthousiast:<br />

‘In deze tijd waar iedereen een mening lijkt te hebben over de<br />

jeugdzorg geeft Mockingbird ons positieve energie.’<br />

van het hub home verblijft? Er zijn verhalen bekend van<br />

pleegkinderen die verhuisden binnen de constellatie omdat<br />

zij zich in een ander pleeggezin meer thuis voelden. Dat is<br />

toch prachtig? Het netwerk wat er al is, dat blijft bestaan.’<br />

Marylou: ‘Bij belangrijke beslissingen zoals bijvoorbeeld<br />

een verhuizing volgen mij in principe het plan wat bedacht<br />

iedereen. Anders dan bijvoorbeeld netwerkbijeenkomsten<br />

van de Nederlandse Vereniging voor Pleeggezinnen (NVP)<br />

en facebookgroepen -beiden gericht op pleegouders- is er<br />

aandacht voor de kinderen én voor hun ouders.’<br />

Marylou: ‘Er is in Nederland ook meer ruimte voor de ouders.<br />

Amerikaanse pleegkinderen worden vaak geadopteerd,<br />

is door het netwerk. Wij coachen, adviseren en luisteren. Zo<br />

bezoekregelingen vervallen. Daar is in Nederland geen<br />

benutten wij de kracht van het netwerk. Uiteraard wegen<br />

sprake van.’<br />

Pleeggezinnen versterken door onderlinge steun, dat is het idee achter het Amerikaanse pleegzorgmodel<br />

Mockingbird. Vijf tot tien pleeggezinnen vormen samen een netwerk (constellatie) die elkaar met raad en<br />

daad ondersteunt. De leden ziet elkaar maandelijks. Een koppel ervaren pleegouders fungeert als pater<br />

en mater familias. De deuren van hun woning (hub home) staan open. Gaat het thuis even niet lekker?<br />

Dan kan het pleegkind namelijk in het hub home logeren.<br />

wij het belang van de ouders en nemen we dat mee in het<br />

plan. Het is belangrijk dat ouders het plan begrijpen en<br />

daar ook achter staan.’<br />

Harrie: ‘Om te mogen werken met dit model hebben wij<br />

een lang traject van certificering en training achter de rug.<br />

Harrie: ‘We willen de verbondenheid tussen kind en<br />

ouders behouden. Een derde van de pleegzorgplaatsingen<br />

is vrijwillig, dan is er sowieso vaker overleg nodig. Een<br />

logeerpartijtje bijvoorbeeld kan niet zonder toestemming. -><br />

En we zijn er nog niet. Pas in november <strong>2023</strong> gaan wij op<br />

examen. We willen natuurlijk slagen met een negen haha!’<br />

48 49


‘Achteraf geïnformeerd worden,<br />

dat is wennen voor iedereen.’<br />

‘Onze pleegkinderen<br />

moeten kunnen zwemmen’<br />

Titel titel titel<br />

Marylou: ‘Als het netwerk start gaan er een heleboel vragen<br />

komen. Pleegouders gaan iets vinden van elkaars opvoedstijl<br />

bijvoorbeeld. Hoe gaat iedereen daarmee om? Op papier is<br />

er aan ieder netwerk één pleegzorgwerker verbonden, in de<br />

praktijk merken we nu dat pleegzorgwerkers en gezinnen<br />

geen afscheid van elkaar willen nemen. Zij werken vaak al<br />

jaren samen. Ook daar moet een oplossing voor komen.’<br />

Harrie: ‘De functie hub-pleegouder en hub-pleegzorgwerker<br />

bestaan nog niet in Nederland. Dat vraagt dus ook iets<br />

van de organisatie. Als wij meer verantwoordelijkheid<br />

leggen bij de gezinnen doen wij als organisatie een stapje<br />

terug. Achteraf geïnformeerd worden, dat is wennen voor<br />

iedereen. Interview ons alsjeblieft volgend jaar rond deze<br />

tijd nog een keer. Dan delen wij graag onze ervaringen.’<br />

Een spotvogel als naamgever?<br />

Een Mockingbird is een zogeheten<br />

spotvogel. Hij imiteert de zang van<br />

andere vogels en maakt hier een<br />

eigen lied van. Ook pleegouders,<br />

ouders en kinderen in het netwerk<br />

kijken, luisteren en imiteren.<br />

Zo leren zij van elkaar.<br />

Meer weten?<br />

Scan de QR-code<br />

Marylou: ‘Hopelijk kunnen we dan ook zeggen dat er meer<br />

constellaties startten. Het animo is groot, maar wij lopen<br />

ons eigen tempo. Voordat we uitbreiden willen we alles<br />

uitdenken, ervaren en evalueren.’<br />

Harrie: ‘Weet je waar ik wel eens van droom? Dat we<br />

rondom gezinnen met complexe problematiek een<br />

Mockingbird-netwerk bouwen zodat uithuisplaatsingen<br />

worden voorkomen. Weet je, in de Jeugdzorg doen we best<br />

veel dingen die moeten. Registreren bijvoorbeeld, dat doe je<br />

gewoon. Dit project is anders. Er zit alleen maar positiviteit,<br />

energie en motivatie in.’<br />

Marylou: ‘Plaatsing in een pleeggezin betekent voor<br />

kinderen afscheid nemen van spullen, huisdieren, maar ook<br />

van bepaalde mensen. Pleegkinderen groeien meestal op<br />

in verbrokkelde netwerken. Dit model zet daar de warmte<br />

van een steunend netwerk tegenover.’<br />

Miranda is<br />

de eerste hub<br />

home ouder van<br />

Nederland. Samen<br />

met haar man<br />

Ron gaat zij zich<br />

actief inzetten<br />

om de eerste<br />

Mockingbird<br />

constellatie<br />

tot een succes<br />

te maken.<br />

Mockingbird is<br />

een succesvol<br />

pleegzorgmodel<br />

uit Amerika waarin<br />

pleeggezinnen<br />

samen een<br />

netwerk vormen.<br />

Favoriete nummer:<br />

Ezra – Anyone<br />

for you<br />

‘Belangrijk nieuws deze week. De<br />

satellietgezinnen zijn definitief!<br />

De vijf satellietgezinnen die met<br />

ons zijn gematcht, zijn ingelicht dat<br />

ze mogen aansluiten in de eerste<br />

Mockingbirdconstellatie. En wij<br />

hebben met hen kennisgemaakt.<br />

Hoe leuk is dat! Het liefst zou ik ze<br />

op korte termijn alweer willen<br />

spreken. De pleegouders hadden<br />

veel vragen aan ons, maar wij zijn<br />

natuurlijk ook erg nieuwsgierig<br />

naar hen en kijken uit naar de<br />

vervolgkennismaking.’<br />

‘De projectgroep uit Amerika (ja,<br />

die komen speciaal voor de start<br />

naar Nederland) heeft inmiddels<br />

een uitnodiging van ons ontvangen.<br />

Agenda’s van alle betrokkenen zijn<br />

diverse keren doorgespit en we hebben<br />

een week geprikt in november voor de<br />

allereerste Mockingbird bijeenkomst, of<br />

de “lancering” zoals dat blijkbaar heet.<br />

We zetten al onze energie in om er een<br />

prachtige week van te maken. Noor - de<br />

Mockingbird-pleegzorgbegeleider<br />

van<br />

deze eerste constellatie - heb ik afgelopen<br />

maanden geregeld horen zeggen: “Ik ben<br />

zo blij dat het steeds concreter wordt,<br />

fijn dat we echt gaan beginnen”. Daarmee<br />

verwoordde zij precies wat de rest van de<br />

projectgroep dacht.’<br />

‘Afgelopen dinsdagavond zijn mijn<br />

partner Ron en ik gestart met de cursus<br />

Training voor opvoeders en zorgen<br />

voor getraumatiseerde kinderen. In zes<br />

avonden krijgen we handvatten hoe om<br />

te gaan met trauma en leren we wat de<br />

invloed is van trauma op kinderen. Heel<br />

waardevol om mijn vaardigheden en<br />

technieken verder te ontwikkelen zodat<br />

ik straks beter weet hoe ik ermee om kan<br />

gaan en zo de stress van het opvoeden<br />

te verminderen. Horizon Pleegzorg doet<br />

er alles aan om ons als ‘hub home’ goed<br />

voor te bereiden op wat er komen gaat.’<br />

‘Over zorgvuldigheid gesproken: niet alle<br />

geïnteresseerde pleeggezinnen die op<br />

de informatieavond van Mockingbird<br />

aanwezig waren, hebben een plekje<br />

kunnen krijgen in de eerste constellatie.<br />

Ik zal toelichten waarom. Op ons erf is<br />

genoeg ruimte om te spelen, maar er is<br />

ook veel water in de vorm van vijvers en<br />

sloten. Diepe, modderige sloten. Bij het<br />

matchen van de gezinnen is dus goed<br />

gekeken of de pleegkinderen al kunnen<br />

zwemmen. Een van de pleegkinderen is<br />

nog jong en heeft geen zwemdiploma,<br />

heel erg jammer want daardoor<br />

kan dit gezin niet aansluiten bij onze<br />

constellatie. Hopelijk in de toekomst<br />

wel bij een volgende. Bij het maken van<br />

de vele keuzes, staat zorgvuldigheid<br />

voorop. Of, zoals de Amerikanen zeggen:<br />

safety first.’<br />

Blog<br />

50 51


‘Ik heb mijn<br />

dochter thuis.<br />

Waar ze hoort.’<br />

Moeder Bianca over de impact van Gezin Totaal<br />

Afgelopen januari staan een politieauto en<br />

ambulance voor het huis van Bianca. ‘Mijn dochter,<br />

toen twaalf jaar oud, dreigde zichzelf iets aan<br />

te doen. Een van de agenten vroeg aan mij:<br />

“Mevrouw, wat wilt u dat wij doen?” Ik schreeuwde<br />

dat ik het echt niet meer wist. Na veertien jaar<br />

tevergeefs om hulp vragen was ik óp. Totaal op.’<br />

De gezinsleden vonden elkaar terug dankzij<br />

interventie van Gezin Totaal.<br />

Ik begrijp het heel goed als jullie hen weghalen. Wat ben ik<br />

voor een moeder? Mijn dochter was vooral boos. Via appjes<br />

en social media heeft ze mij van alles toegewenst. De hele<br />

wereld moest weten wat een waardeloze moeder ik was.’<br />

Bianca heeft weinig vertrouwen in hulpverlening, maar<br />

via i<strong>HUB</strong> doet ze al snel positieve ervaringen op. ‘Als mijn<br />

dochter mij belde en uitschold werd ze door de groepsleiding<br />

aangesproken. “Vind je dit een goede oplossing?” vroegen<br />

ze dan. Hierdoor voelde ik mij gesteund.’<br />

Gezin Totaal<br />

52<br />

Bianca<br />

is met haar gezin<br />

behandeld volgens<br />

Gezin Totaal<br />

Favoriete nummer:<br />

Floor Janssen – Winner<br />

Bianca is getrouwd, werkzaam in de gehandicaptenzorg<br />

én moeder van een dochter en zoon. Dochter is bekend<br />

met autisme en woedeaanvallen, zoon is licht verstandelijk<br />

beperkt (LVB) en heeft lichamelijke handicaps. ‘Mijn<br />

kinderen begrepen elkaar totaal niet. Wiebelen, praten<br />

of geluid maken lokte agressie uit bij mijn dochter. Mijn<br />

zoon snapte dat niet. Hen alleen laten in één ruimte? Dat<br />

was onmogelijk. Ik stond hierdoor altijd ‘aan’. Klaar om te<br />

sussen en te beschermen.’<br />

Na de escalatie in januari, gaat haar dochter tijdelijk naar<br />

een crisisopvang. Een plek waar ze uiteindelijk ruim zeven<br />

weken blijft. Bianca: ‘Die eerste dagen huilde ik non-stop.<br />

Je eigen kind wegsturen? Dat doe je toch niet? Ik zei tegen<br />

onze hulpverleners: Ik kan mijn eigen kinderen niet aan.<br />

Wat thuis kan, doen we thuis is een kernwaarde van i<strong>HUB</strong>.<br />

Bianca: ‘Dat werd direct na opname ingezet. De zwemlessen<br />

van mijn dochter bijvoorbeeld, die gingen gewoon door. Ik<br />

haalde haar elke woensdag op en in de weekenden was ze<br />

thuis. Jouw opname is tijdelijk, je mag weer naar huis. Ik laat<br />

je niet vallen. Dat heb ik steeds tegen mijn dochter gezegd.’<br />

Het eerste weekend thuis was spannend. Bianca was bang<br />

voor escalatie. ‘Een groepsleider bood aan mijn dochter op<br />

te halen mocht het mis gaan. Dat stelde mij gerust.’<br />

Gezin Totaal wil uithuisplaatsingen voorkomen. Soms is een<br />

tijdelijke uithuisplaatsing nodig, dan wordt er gewerkt aan<br />

de terugkeer naar huis. Bianca reageert sceptisch wanneer<br />

ze wordt gevraagd mee te doen aan het programma.<br />

‘Ik had er niet veel vertrouwen in, we hadden al zoveel<br />

53


‘Wij luisterden<br />

slecht en<br />

stelden geen<br />

vragen.<br />

Uit de<br />

observaties<br />

bleek dat dit<br />

tussen ons<br />

vaker<br />

gebeurde.’<br />

geprobeerd. Toch stemde ik in. Wat had ik te verliezen?’ Het programma start<br />

met de gezinsweek. Bianca, haar man en de kinderen logeren een week op een<br />

boerderij. i<strong>HUB</strong>-medewerkers observeren hen en geven opdrachten. Bianca:<br />

‘Die eerste dag moesten we bekertjes stapelen. Mijn dochter stond in de keuken<br />

en maakte een bouwwerk. Aan ons, zittend in de woonkamer, legde zij uit hoe<br />

wij haar toren moesten nabouwen. Dit mislukte compleet. Mijn dochter was<br />

onduidelijk in haar uitleg en wij? Wij luisterden slecht en stelden geen vragen. Uit<br />

de observaties bleek dat dit tussen ons vaker gebeurde. Die simpele opdracht<br />

gaf inzicht in onze reactiepatronen.’<br />

Gezin Totaal focust zich op het hele gezin, niet alleen op het kind. Daardoor doen<br />

ook ouders nieuwe inzichten op. Bianca: ‘Prikkels die een woedeaanval uitlokten<br />

wilde ik altijd voorkomen. Dit deed ik door alles van mijn dochter over te nemen.<br />

Ze kreeg van mij nul ruimte zichzelf te ontwikkelen. Gevolg? Ze werd onzeker.<br />

Dacht dat ze niets kon. En mijn zoon kreeg weinig aandacht, hij moest zich altijd<br />

aanpassen.’ Een wandeling door de tuin met een ambulant begeleider levert<br />

Bianca nog iets op. ‘Ik bleek al twaalf jaar nooit meer iets voor mijzelf te doen.<br />

Na de logeerweek heb ik weer wat hobby’s opgepakt.’<br />

Na de gezinsweek gaat het hele gezin naar huis. ‘Sindsdien krijgen we twee keer<br />

per week ambulante hulp. We hebben allemaal onze eigen hulpverlener. Een<br />

eigen praatpaal. Dat is fijn.’ Ook volgt het gezin trainingen. ‘Die trainingsdagen<br />

zijn in het weekend. Mijn dochter spreekt liever met vriendinnen af dan dat ze<br />

met ons meegaat. Toch heeft ze nog nooit afgezegd. Iets wat ze bij andere<br />

hulpverleners wel deed. Mijn dochter voelt zich serieus genomen. Ze heeft een<br />

stem gekregen. “Nu weten jullie ook hoe het is om therapie te krijgen” zegt ze.<br />

Daar heeft ze gelijk in. Het draait om ons allemaal, niet alleen om het ene kind<br />

wat ‘moeilijk’ is.’<br />

‘Iedereen in ons gezin heeft een rugzak. Gezin Totaal heeft die rugzakken naast<br />

elkaar gelegd, uitgepakt en heringepakt. Mijn dochters autisme bijvoorbeeld is<br />

blijvend, dat ging terug in haar rugzak, maar dat ik nooit een moment voor<br />

mijzelf had is verdwenen uit die van mij. Nu voelen al onze rugzakken lichter.<br />

Weet je wat het is? Een moeder met zorgenkinderen heeft amper keus. Je<br />

krijgt wekelijks één uurtje ambulante hulp óf je kind moet uit huis. Daartussenin<br />

zit niets. Wat moet je dan doen als ouder? Thuis is het onveilig, maar je kind<br />

wegsturen? Dat nooit! Gezin Totaal is echt een hele mooie tussenoplossing. Dit<br />

programma is geen garantie dat mijn dochter thuis kan blijven. Feit is wel dat ze<br />

nu thuis woont en niet sinds de escalatie in januari in een groep. Alleen dat al is<br />

een enorme winst voor ons allemaal.’<br />

Judith, 39 jaar<br />

Favoriete nummer: William Joseph and Lindsey Stirling - Halo theme song<br />

Je hoeft je nergens<br />

voor te schamen en je<br />

bent echt niet alleen<br />

Op het schoolplein praat iedereen<br />

wel over die fijne vakantie en hoe<br />

goed het gaat bij de voetbal, maar je<br />

hoort vrijwel nooit iemand zeggen: ik<br />

worstel met de opvoeding en krijg<br />

hulp. En de jeugdzorginstellingen<br />

zitten vol, maar toch hoor je zelden<br />

iemand zeggen: mijn kind is uithuis<br />

geplaatst. Ouders bij wie het thuis<br />

lastig gaat, schamen zich vaak zo,<br />

dat ze er niet over durven te praten.<br />

Deden ze dat maar wel, want dan<br />

zouden ze merken dat ze niet de<br />

enige zijn.<br />

Ik zie dat bij het Expertpanel, waar ouders<br />

van kinderen die begeleid worden bij<br />

i<strong>HUB</strong> bij elkaar komen. Als er eenmaal<br />

één eerlijk begint te vertellen over zijn of<br />

haar situatie, hoor je van alle kanten: oh,<br />

heb jij dat ook? Wat fijn om te horen! Door<br />

die herkenning en opluchting, durven de<br />

anderen ook en komen de verhalen los.<br />

Zo’n gezin heb ik ook en<br />

toch is mijn zoon ontspoort!<br />

Ik vind het belangrijk dat er meer<br />

openheid komt want het beeld dat er is<br />

over cliënten van jeugdzorg klopt niet.<br />

Mensen denken vaak: dat gebeurt niet bij<br />

ons. Zo ook een jonge vrouw die laatst<br />

een workshop gaf bij het Expertpanel.<br />

Onder de indruk van alle verhalen zegt ze:<br />

“Wat heftig, dit komt helemaal niet voor<br />

bij ons. Ik kom uit een doorsnee gezin,<br />

woon in een klein dorp en mijn ouders<br />

zijn nog bij elkaar.” Waarop een vader<br />

antwoordt: “Zo’n gezin heb ik ook en toch<br />

is mijn zoon ontspoort!” Toen werd ze stil.<br />

Ze bedoelde het helemaal niet verkeerd,<br />

maar het zegt iets over de vooroordelen<br />

die er zijn. Als je kind uit huis geplaatst is<br />

zal je wel in een vechtscheiding zitten of<br />

je kind slaan. Natuurlijk zijn die gevallen<br />

er, maar dat hoeft echt niet. En het zijn<br />

ook niet alleen gezinnen uit een bepaalde<br />

groep. Ik zie ouders van allerlei rangen en<br />

standen. De één komt voorrijden in een<br />

Rolls Royce terwijl de ander het openbaar<br />

vervoer niet kan betalen.<br />

Ik moest een enorme drempel<br />

over om hulp te vragen<br />

Ik weet uit ervaring hoe moeilijk het is<br />

om open te zijn, ik schaamde me ook<br />

dat het mij niet lukte om mijn kind te<br />

beschermen. Mijn jongste werd vreselijk<br />

gepest op school. De docenten deden<br />

niets. Ik kreeg wel allerlei tips van de IB-er<br />

op school hoe ik ermee om moest gaan,<br />

maar daar kon ik helemaal niets mee. Ik<br />

voelde me zo machteloos, toch hield ik op<br />

het schoolplein mijn mond. Ik moest een<br />

enorme drempel over om hulp te vragen.<br />

Maar ik ben heel bij dat ik het uiteindelijk<br />

wel heb gedaan. De gezinstherapeut<br />

van i<strong>HUB</strong> was fantastisch. Zij was<br />

onafhankelijk, ging mee naar de school en<br />

de zwemclub om te kijken hoe het ging. Ze<br />

ging écht naast me staan en gaf adviezen<br />

hoe ik mijn zoon kon helpen en hoe ik het<br />

met school aan kon pakken. Uiteindelijk<br />

dacht ik: iedereen mag weten hoe erg hij<br />

getreiterd wordt. Ik ben op het schoolplein<br />

bij allerlei groepjes ouders gaan staan en<br />

zei: “Weet jij hoe erg er gepest wordt op<br />

deze school?” Helaas heeft het op school<br />

niet veel effect gehad, maar het voelde<br />

wel goed om het eruit te gooien.<br />

Ik hoop echt dat het veel normaler wordt<br />

om erover te praten als je hulp krijgt<br />

bij de opvoeding of je kind uit huis is<br />

geplaatst. Want je hoeft je nergens voor<br />

te schamen en je bent echt niet alleen.<br />

Blog<br />

54<br />

55


Het jaarplan uitgelicht<br />

i<strong>HUB</strong> zet<br />

koers<br />

naar <strong>2023</strong><br />

Het meerjarenbeleid, schoolplan,<br />

de evaluatie van 2022 en onze<br />

ambities voor het komend jaar<br />

vormen samen de basis voor<br />

het jaarplan voor <strong>2023</strong>.<br />

Dit jaarplan inspireert en<br />

concretiseert de programma’s<br />

voor alle regio’s en<br />

serviceafdelingen van i<strong>HUB</strong>.<br />

Wat wordt onze focus?<br />

Waar liggen de uitdagingen?<br />

Focus in aanbod<br />

(Gedwongen) opnames willen we voorkomen, verkorten en<br />

verbeteren. Wij vragen locaties en scholen te uniformeren<br />

waar dat kan en af te wijken waar dat moet. Leren<br />

vertrouwen op elkaars kennis en expertise is daarom<br />

essentieel. We hebben veel moois in huis, hoe beter we<br />

afstemmen, hoe makkelijker het wordt om maatwerk te<br />

leveren. Als professionals hebben we elkaar keihard nodig.<br />

We zetten daarom verder in op leiderschap en ontwikkeling.<br />

Passende ondersteuning door je collega’s en leidinggevende<br />

zien wij als belangrijke motor voor werkgeluk en<br />

professionaliteit. Een balans is nodig: zorgen dat wat we<br />

doen goed is en verdragen dat niet alles kan. We gaan<br />

daarom niet voor meer collega’s en groei, maar juist voor<br />

het behouden van collega’s en het aanbrengen van focus<br />

in ons aanbod.<br />

Focus op netwerken<br />

i<strong>HUB</strong> sluit zich aan bij de landelijke missie om jeugdzorg en<br />

onderwijs zoveel mogelijk kleinschalig en dichtbij huis<br />

plaats te laten vinden. Wij zijn intensief betrokken bij<br />

StroomOP en het Consortium Kleinschaligheid. Onder<br />

andere deze netwerken helpen ons om nog betere zorg en<br />

onderwijs – afgestemd op de jongeren en hun gezinnen –<br />

aan te kunnen bieden. Er wordt volop samengewerkt en<br />

van elkaar geleerd.<br />

Focus op onze professionals<br />

Inhoudelijke regioprofessionals van zorg en onderwijs<br />

vormen met Innovatie & Kwaliteit een netwerk in het Intern<br />

Beleidsoverleg (IBO). Klinisch psychologen en psychiaters<br />

vormen samen een specialistische adviesraad.<br />

Ervaringsdeskundigheid, cliënt-, ouderparticipatie en medezeggenschap<br />

worden steeds beter ondersteund vanuit<br />

het Ervaringshuis.<br />

Uitdagingen<br />

Hoe gaan we om met de krapte op de arbeidsmarkt? Hoe<br />

laten wij jeugdigen, gezinnen en professionals optimaal<br />

profiteren van ons aanbod? Hoe verlagen we de druk op<br />

onze financiën? Focus, scherpte op onze registratie en<br />

doelmatige inzet van mensen en middelen is nodig om<br />

deze uitdagingen het hoofd te bieden.<br />

Focus op koers<br />

Tijdens de Koersdagen in juni en september 2022 zijn de<br />

bovenstaande onderwerpen besproken met een<br />

vertegenwoordiging van medewerkers vanuit heel i<strong>HUB</strong>, de<br />

medezeggenschap en cliënten. Sjoerd Sinke, manager<br />

Leren en ontwikkelen zegt hierover: ‘Zet 72 i<strong>HUB</strong>’ers bij<br />

elkaar in één zaal en er ontstaat iets moois. De Koersdagen<br />

geven richting aan i<strong>HUB</strong> voor het komend jaar en de jaren<br />

erna. Alle aanwezigen, van regiodirecteur tot IBO-lid, waren<br />

blij elkaar weer te zien. Er was zoveel te bespreken. Dit<br />

typeert de gedrevenheid van onze organisatie. Iedereen wil<br />

bijdragen.’ Er werd gesproken over de concretisering van<br />

de jaardoelen voor <strong>2023</strong>, inspiratie opgedaan tijdens<br />

koffiegesprekken en workshops gegeven. Onder andere:<br />

Wat kunnen we leren van data over de GGZ, inspiratie uit<br />

het Ervaringshuis, en Toptrajecten Amsterdam. ‘Wat<br />

kunnen wij van elkaar leren? Wat breng jij de organisatie?<br />

Deze vragen stonden centraal’ aldus Sjoerd.<br />

Op basis van de input heeft het i<strong>HUB</strong> MT verder gewerkt<br />

aan de strategische doelen en het jaarplan voor <strong>2023</strong>.<br />

De zes Succesbepalende Factoren (SBF’s) van 2022 zijn<br />

onze leidraad voor <strong>2023</strong>:<br />

1. Succesvol binden & boeien van medewerkers. i<strong>HUB</strong><br />

ontwikkelt zich naar een vitale, lerende organisatie met<br />

aandacht en ruimte voor alle medewerkers;<br />

2. Goede samenwerking tussen regio’s en Service Centrum.<br />

Primair proces en Service Centrum kennen en begrijpen<br />

elkaars wensen en dilemma’s;<br />

3. Van Jeugdzorg naar Familiezorg en netwerkverantwoordelijkheid.<br />

Wij ondersteunen aantoonbaar de<br />

veerkracht van kinderen met als uitgangspunt het kind<br />

en zijn relaties, autonomie en competenties. Problemen<br />

van kinderen en jongeren zien wij altijd in de context<br />

van het gezin en behandelen we ook zo.<br />

4. Onderwijs-zorgtrajecten implementeren. We willen bekend<br />

staan als vernieuwende, verbindende organisatie die durft<br />

te staan voor haar principes om kansengelijkheid te<br />

bieden. i<strong>HUB</strong> realiseert onderwijs-zorgtrajecten die<br />

jongeren op een haalbaar spoor zetten. Hierbij staat<br />

ontwikkeling centraal. Onderwijs-zorgtrajecten zullen<br />

steeds meer de kern zijn van waaruit wij organiseren;<br />

56 57


wegnam ontstond er frustratie en verzet. Hierdoor nam<br />

agressie op de groep toe en liepen burn-outs en verzuim bij<br />

medewerkers op. Door dit programma voelen jongeren<br />

zich gelukkiger en veiliger. Medewerkers ervaren dat ze<br />

verschil kunnen maken.’<br />

5. Meten van de waarde van ons onderwijszorg aanbod<br />

(ons arrangementenportfolio). Wij sturen aan op de<br />

verbinding tussen de waarde die een onderwijszorgarrangement<br />

oplevert in relatie tot de kosten die<br />

daarvoor gemaakt worden, zodat we komen tot een zo<br />

maximaal mogelijke waarde van de zorg en het<br />

onderwijs in een arrangement;<br />

6. Financieel gezond. De continuïteit van onze organisatie<br />

vraagt om een gezonde bedrijfsvoering.<br />

Sjoerd: ‘Het afgelopen jaar waren we vooral bezig met het<br />

inrichten van de organisatie. Onze focus lag bij interne<br />

processen. Het is tijd om te leren vertrouwen op de kennis<br />

Sjoerd Sinke<br />

45 jaar<br />

manager Leren & Ontwikkelen<br />

Favoriete nummer:<br />

Jeroen van Merwijk - Ik geloof<br />

en expertise van een ander. Dit jaar leren wij elkaar beter<br />

kennen en gaan we nog meer samenwerken. Ik zie<br />

afstemming ontstaan tussen regio’s, locaties en afdelingen.<br />

Dat is mooi.’<br />

Interessante netwerken, gezamenlijke opleidingen en<br />

arbeidsmobiliteit, het zijn zaken waar medewerkers van<br />

profiteren en die leiden tot passende zorg, plaatsing en<br />

doorverwijzing. Sjoerd: ‘i<strong>HUB</strong> is een club waar je wat aan<br />

hebt. Dat gaan medewerkers, ouders en jongeren merken.’<br />

Wat gaan we concreet doen?<br />

Zes programmamanagers delen in dit <strong>magazine</strong> hoe zij het<br />

komend jaar gaan werken aan hun programma’s.<br />

Sophie de Valk, Programmamanager<br />

Favoriete nummer: Bryn Christopher - The Quest<br />

‘Zo vroeg mogelijk de<br />

best passende hulp<br />

inzetten voorkomt schade’<br />

Hoe draagt dit programma bij<br />

aan een veerkrachtige generatie?<br />

‘Uithuisplaatsingen, opnames en doorplaatsingen leveren<br />

onbedoeld schade op. Er zijn JeugdzorgPlus-jongeren die<br />

tientallen i<strong>HUB</strong>-medewerkers zagen, verschillende scholen<br />

bezochten en op meer groepen woonden dan wij hadden<br />

gewild. Er ontstaat dan schade in ontwikkeling, relaties en<br />

schoolcarrière. Binnen i<strong>HUB</strong> lukt het gelukkig steeds beter<br />

om trajecten vorm te geven dankzij een verklarende<br />

analyse bij de start. Wij zetten zo vroeg mogelijk de best<br />

passende hulp in zodat schade wordt voorkomen. De<br />

jongeren kunnen op eigen kracht verder. Professionele hulp<br />

is dan in de toekomst vaak niet nodig.’<br />

Wat levert dit programma concreet op?<br />

‘Lange tijd hebben zorg en onderwijs gewerkt vanuit macht,<br />

procedures en controle. Dat bood veiligheid. Dachten wij.<br />

Als je jongeren op een groep allemaal om acht uur ’s<br />

avonds naar bed stuurde bijvoorbeeld, was het op de groep<br />

rustig en veilig. Maar omdat je autonomie bij de jongere<br />

Met wie doe je dit samen?<br />

‘We werken samen vanuit een multidisciplinair team van<br />

kwaliteitsmedewerkers, onderzoekers, gedragswetenschappers<br />

en trainers. Ook vragen we jongeren en ouders<br />

om hun mening. Ons team doet gezamenlijke voorstellen<br />

voor beleid. Een voorbeeld? Als wij zeggen: ‘Wij kiezen, als<br />

de-escaleren niet lukt, voor déze manier van fysiek<br />

ingrijpen, want die is zo humaan mogelijk’ dan moeten we<br />

consequenties afwegen, alle medewerkers trainen en<br />

monitoren of de keuze positief effect heeft. Dit heeft impact<br />

op alle jongeren, medewerkers en locaties, dus moet je<br />

diverse partijen aan tafel hebben.’<br />

Waarom gaat dit thema jou aan het hart?<br />

‘Ik heb veel onderzoek gedaan naar repressie en relationele<br />

veiligheid en ik heb gewerkt in de gesloten jeugdzorg. Ik<br />

heb mijzelf altijd afgevraagd of de zorg beter kon. Om<br />

daadwerkelijk dingen te veranderen is kennis nodig, een<br />

veilig werkklimaat en vertrouwen in elkaar. Hiervoor is tijd<br />

en ruimte voor reflectie cruciaal. Vallen er gaten in het<br />

rooster? Dan wordt intervisie als eerste geschrapt. Daar<br />

moeten we vanaf. Deze nieuwe werkwijze vraagt om<br />

leiderschap. Dat besef ik mij heel goed.’<br />

Waar staan we in <strong>2023</strong>?<br />

‘Volgend jaar zijn de verbindingen in de organisatie sterker,<br />

werken we multidisciplinair en monitoren we de resultaten.<br />

De inzet van middelen en maatregelen is afgenomen en<br />

meer medewerkers zijn getraind in het werken volgens<br />

onze methode Relationele veiligheid.’<br />

58 59


Chris Kuiper, Waarnemend programmamanager<br />

Favoriete nummer: Baia – Chora<br />

‘Weet wie je hulpbronnen<br />

zijn en hoe deze te gebruiken’<br />

Wat is jouw programma in het kort?<br />

‘Er is veel aandacht voor het voorkomen van<br />

uithuisplaatsingen, maar veel minder voor uitschoolplaatsingen<br />

terwijl die ook schadelijk zijn. Wij kijken naar<br />

wat er nodig is om in allerlei verschillende situaties, zorg én<br />

onderwijs zo ‘thuis mogelijk’ te organiseren. Leerlingen<br />

voelen een stigma als ze naar het speciaal onderwijs<br />

moeten. Het is heftig om je vertrouwde schoolomgeving te<br />

moeten verlaten. Wij proberen een kind of jongere op de<br />

eigen school te houden door bijvoorbeeld ambulante zorg<br />

in te zetten en de docenten te ondersteunen zodat zij de<br />

jongere beter kunnen begeleiden vanuit bijvoorbeeld<br />

Ambulante hulp Thuis & Op School en Educé. Als een<br />

leerling toch tijdelijk uitvalt op school, kijken we met Team<br />

Thuiszitters en Onderwijs-OpvangVoorziening hoe de<br />

leerling zo snel mogelijk terug kan naar de eigen school in<br />

plaats van naar het speciaal onderwijs. Wanneer<br />

specialistisch onderwijs de beste optie is, hebben we cluster<br />

vier scholen en een scala aan onderwijszorg-arrangementen<br />

van BEO-groepen tot aan School2Care.<br />

Als een jongere in een residentiele setting wordt opgenomen,<br />

kijken we of hij of zij gewoon op de eigen school kan blijven<br />

of het Doorlopend Integraal Dagprogramma (DID)<br />

aldaar kan volgen.’<br />

Hoe gaat jouw programma bijdragen<br />

aan die veerkrachtige generatie?<br />

‘Een van de belangrijkste elementen van veerkracht is dat<br />

je weet wie je hulpbronnen zijn en dat je deze kunt gebruiken.<br />

School is zo’n hulpbron. Door docenten in staat te stellen<br />

goed met een jeugdige om te gaan én ouders te<br />

ondersteunen, werk je aan de veerkracht van het hele<br />

netwerk. Als leerlingen met een erkend diploma van school<br />

afkomen, geeft hen dat veel betere kansen op een<br />

zelfstandig leven.’<br />

Met wie doe je dit samen?<br />

‘We hebben een innovatienetwerk van ervaringsdeskundige<br />

ouders, jongeren, docenten en zorgprofessionals. Het is een<br />

samenspel tussen zorg en onderwijs en tussen regulier en<br />

speciaal onderwijs. Niet alleen binnen i<strong>HUB</strong> maar ook<br />

daarbuiten.’<br />

Wat gaat het programma concreet opleveren?<br />

‘Onze onderwijsmedewerkers krijgen de training<br />

Traumasensitief werken in het onderwijs. Belangrijk, want<br />

veel van onze jongeren hebben een getraumatiseerd<br />

opgelopen. Het is belangrijk om als een kind heel agressief<br />

wordt, blijft spijbelen of zichzelf snijdt, niet op dat gedrag te<br />

focussen, maar op wat daar achter zit. Dat zijn vaak<br />

gevoelens van eenzaamheid, angst of gebrek aan<br />

vertrouwen. Een ander punt dat we invoeren is Eten in het<br />

onderwijs. Niet alleen omdat er steeds meer sprake is van<br />

armoede, maar ook omdat het samen eten een belangrijke<br />

sociale functie heeft.’<br />

Waarom gaat dit thema jou aan het hart?<br />

‘Toen mijn oudste dochter zorg nodig had, was ze bang dat<br />

ze naar een andere school moest. Ik heb gezien hoe<br />

belangrijk het is dat zorg en ondersteuning samen gaan en<br />

ze gewoon op haar vertrouwde school kon blijven.’<br />

Waar staan we eind <strong>2023</strong>?<br />

Dan zien we het effect van zowel Eten op school,<br />

traumasensitief werken in het onderwijs en is het DID ook<br />

geïmplementeerd voor jongeren van de open groepen.<br />

Chris Kuiper is waarnemend programmamanager<br />

tijdens het zwangerschapsverlof van Sanne Pronk.<br />

Audri Lamers, Programmamanager<br />

Favoriete nummer: Automatisch – Flemming<br />

‘Onze focus verschuift van<br />

problemen naar krachten’<br />

Wat houdt het programma in?<br />

‘Omdat we weten dat een jeugdige zich ontwikkelt binnen<br />

een gezin en netwerk, willen we de focus verschuiven van<br />

het kind met een probleem naar de krachten van het hele<br />

gezin en zijn netwerk.’<br />

Hoe draagt jouw programma bij aan<br />

die veerkrachtige generatie?<br />

‘Op veel plekken werken we al met het hele gezin en leggen<br />

we de nadruk op het versterken van hun kracht. Dit zijn<br />

gezinnen met complexe problematiek en veel stress op<br />

verschillende leefgebieden. Zij gaan nu vaak van<br />

hulpverlener naar hulpverlener en van zorg naar zorg,<br />

zonder dat hun situatie verbetert. Hiervoor ontwikkelden<br />

we FamilieKracht (ambulant), Gezin Totaal (hybride) en de<br />

gezinsbehandeling (residentieel). De basis is een integraal<br />

team waarin verschillende hulpverleners samenwerken<br />

zoals jeugdzorgwerkers, medewerkers van volwassenzorg<br />

en schuldhulpverleners. Bij veel van onze jongeren is een<br />

gezinssituatie niet altijd vanzelfsprekend. Daarom zoeken<br />

we samen met jeugdigen, ouders en professionals naar<br />

innovatieve oplossingen voor vraagstukken als: hoe werken<br />

we toch aan een netwerk voor een gezin dat helemaal<br />

geen netwerk heeft of een jongere zonder familie? En wat<br />

draagt echt bij aan de veerkracht van een gezin, zodat ze<br />

voelen: ik kan tegenslagen aan.’<br />

Wat gaat het programma concreet opleveren<br />

voor de medewerkers en de gezinnen?<br />

‘Als we veerkrachtige gezinnen willen, moeten wij bij<br />

medewerkers beginnen. Om te onderzoeken in hoeverre zij<br />

verbinding en kracht ervaren, doen we de komende periode<br />

verschillende experimenten. Zo organiseren we binnenkort<br />

een online sessie ‘Ademruimte’ waarin een<br />

ervaringsdeskundige ouder een ademhalingssessie<br />

begeleidt. Een ander initiatief is het project Ouders in beeld.<br />

Uit onderzoek weten we dat professionals het lastig vinden<br />

om kwetsbaarheid bij ouders te signaleren en bespreekbaar<br />

te maken. We gaan hierover met elkaar in gesprek. Ten<br />

eerste om bewustwording te creëren en daarna te kijken:<br />

wat heb je nodig om dat gesprek aan te gaan en wat<br />

kunnen wij als organisatie bieden om je daarbij te helpen?’<br />

Met wie doe je dit samen?<br />

‘In eerste instantie met de jongeren en ouders zelf. En om<br />

deze beweging verder te kunnen maken, werk ik samen<br />

met de programmamanagers, projectmanagers,<br />

inhoudelijk beleidsmakers, communicatieadviseurs,<br />

kwaliteitsmedewerkers en de onderzoekers.’<br />

Waarom gaat dit thema jou aan het hart?<br />

‘Toen ik twintig jaar geleden begon in de kliniek in de<br />

kinderpsychiatrie, werden ouders nauwelijks betrokken.<br />

Ik dacht: waarom? Zo werken we relatiebreuken juist in<br />

de hand.’<br />

Waar staan we eind <strong>2023</strong>?<br />

‘Dan ligt de focus van al onze zorg op het hele gezin en het<br />

netwerk eromheen. En we hebben allerlei nieuwe manieren<br />

gevonden om relaties rondom jongeren en gezinnen<br />

te versterken.’<br />

60 61


Frederique, Programmamanager<br />

Favoriete nummer:<br />

Ir Sais featuring Kilate Tesla – Juntos<br />

‘Gedeelde<br />

verantwoordelijkheid<br />

maakt ouders en<br />

jongeren zelfstandig’<br />

Hoe draagt dit programma bij aan<br />

een veerkrachtige generatie?<br />

‘Een veerkrachtige jongere is onafhankelijk door studie<br />

of werk en heeft een steunend netwerk om zich heen.<br />

Onze zorg, hulpverlening en onderwijs is tijdelijk. Wat is<br />

jouw netwerk, jouw steun als wij (i<strong>HUB</strong>) zijn vertrokken?<br />

Bij deze essentiële vraag staan wij te weinig stil. Ons<br />

programma gaat daar verandering in brengen door het<br />

ondersteunen van ouders en jongeren. Hoe bouw en<br />

onderhoud je zo’n netwerk?’<br />

Wat gaat dit programma concreet opleveren?<br />

‘Ouders en jongeren krijgen de regie. Zij gaan zelf<br />

nadenken over hun netwerk. Wie kan mij helpen? Hoe<br />

kan ik meedoen op een reguliere werkplek, school of<br />

sportclub? Op de lange termijn neemt bij medewerkers<br />

de werkdruk af. Hulpverleners gaan loslaten en taken<br />

overdragen. Die gedeelde verantwoordelijkheid maakt<br />

ouders en jongeren zelfstandig.’<br />

Met wie werk je samen?<br />

‘Wij gaan starten met ons multidisciplinair overleg.<br />

Medewerkers van de afdeling onderzoek, kwaliteit, leren<br />

en ontwikkelen en het IBO sluiten hierbij aan.’<br />

Waarom gaat dit thema jou aan het hart?<br />

‘Ik werkte op een behandelgroep voor zestienplussers.<br />

Terug naar het ouderlijk huis, een gezinsleven, is niet<br />

meer het perspectief op die leeftijd, maar wat dan wel?<br />

Als je zelfstandig gaat wonen, wie is er dan om jou te<br />

helpen? Ik ben met een jongen op bezoek geweest bij zijn<br />

schaakclub. Deze autistische jongen maakte moeizaam<br />

contact. Die avond, zag ik hem opbloeien. Hij had contact<br />

met leeftijdsgenoten en de oudere mannen (vrouwen<br />

ontbraken) die daar waren. Ik dacht: dit moet jij behouden.<br />

Dit is écht van jou en kunnen wij als hulpverleners nooit<br />

vervangen. Het is een simpel voorbeeld, maar voor mij<br />

raakt het de kern van dit programma.’<br />

Waar staan we in <strong>2023</strong>?<br />

‘Dat is een moeilijke vraag. We zijn nog maar net gestart.<br />

Mag ik even hardop dromen?<br />

“Een voetbaltrainer heeft mijn jongere helpen verhuizen’<br />

of “Dankzij de kerk kan een gezin zelfstandig verder.”<br />

Dat soort verhalen hoop ik eind volgend jaar vaker te<br />

horen. Een ouder die een hulpverlener belt om een lekke<br />

band, niet meer wetend wat te doen, dat willen we als<br />

organisatie toch niet? Liever hoor ik achteraf dat vader<br />

of moeder gebeld heeft naar de buurman en zo op tijd<br />

op het werk is gekomen.’<br />

Petra van Ginkel, Programmamanager<br />

Favoriete nummer: Martin Hoogkamer - ik ga zwemmen<br />

‘Breuken voorkomen,<br />

dat is onze missie’<br />

Wat is jouw programma in het kort?<br />

‘In dit programma kijken we aan welke randvoorwaarden<br />

moet worden voldaan om breuken in de ontwikkellijn van<br />

een kind te voorkomen. Breuklijnen ontstaan bijvoorbeeld<br />

als een jeugdige van zorgtraject wisselt, van regulier naar<br />

speciaal onderwijs gaat en achttien wordt. En breuklijnen<br />

ontstaan ook in de tijd tussen de hulp aan ouders en de<br />

hulp aan het kind. We bepalen eerst samen met de<br />

organisatie de kaders. Dit programma wordt volgend jaar<br />

verder ingevuld.’<br />

Hoe gaat jouw programma bijdragen<br />

aan die veerkrachtige generatie?<br />

‘We zetten in op zorg- en onderwijsontwikkeling waarvan<br />

we uit onderzoek weten dat ze kinderen écht helpen beter<br />

om te omgaan met tegenslagen. Concrete voorbeelden uit<br />

de afgelopen periode: we weten dat kinderen die goed<br />

gehecht zijn met hun ouders, later in het leven veel<br />

veerkrachtiger zijn en minder een beroep doen op<br />

maatschappelijke voorzieningen. De eerste duizend dagen<br />

in het leven zijn essentieel voor de ontwikkeling. Nu wij bij<br />

i<strong>HUB</strong> ook zorg bieden aan hele jongere kinderen kunnen<br />

wij onze zorg doorontwikkelen. Daar zetten we expliciet op<br />

in met de internationale visie Infant Mental Health. Ook<br />

hebben we met veel meer zorgverzekeraars contracten<br />

afgesloten. We willen dat jongeren niet hoeven te stoppen<br />

met hun zorgtraject als zij achttien worden en de<br />

behandeling nog niet is afgerond. Ook willen we dat andere<br />

gezinsleden bij ons behandeld kunnen worden als dat<br />

nodig is en we hen niet hoeven door te verwijzen naar een<br />

andere zorgaanbieder.’<br />

Met wie doe je dit samen?<br />

‘Ik heb iedereen nodig. Allereerst ouders, jongeren en de<br />

medewerkers in de uitvoering. Zij weten als geen ander<br />

waar de breuken ontstaan en wat er nodig is om dit te<br />

voorkomen. Maar ook mijn collega programmamanagers<br />

en de collega’s van het servicecentrum zijn onmisbaar.’<br />

Wat gaat het programma concreet opleveren?<br />

‘Ik wil dat zij zien dat dit geen hoog-over ambitie is. Dat het<br />

voor iedereen helder is: hier gaan we het over hebben en<br />

dit gaan we doen. Zo zien ze waar ze zelf een bijdrage aan<br />

kunnen leveren en wat het effect is van hun inzet.’<br />

Waarom gaat dit thema jou aan het hart?<br />

‘Ik heb zelf twee kinderen die ieder op hun eigen manier<br />

een breuk ervaarden in de zorg. Mijn zoon was een tijdje<br />

een thuiszitter en mijn dochter kon door lichamelijke<br />

problemen letterlijk niet meedoen met school, sport en<br />

vrienden. Dat gevoel van afwijzing, niet goed genoeg zijn<br />

en het verlies van het vertrouwen in volwassenen, ebt nog<br />

heel lang na. Dat vraagt om zoveel veerkracht. Nu hebben<br />

wij een stabiel gezin. Kun je nagaan als je anderstalig bent,<br />

alleenstaand bent of in de financiële problemen zit. Mijn<br />

kinderen stonden al met één nul achter, voor kinderen in<br />

kwetsbare gezinnen is dat misschien drie nul.’<br />

Waar staan we eind <strong>2023</strong>?<br />

‘Dan voelen we allemaal de urgentie om dit aan te pakken<br />

en vullen we met elkaar in hoe we dat gaan doen.’<br />

62 63


ingrijpend; het moet bijdragen aan de behandeling, maar is<br />

altijd onderdeel van het maatwerk dat bij een jongere past.’<br />

Wat is de grootste verandering ten opzichte van de<br />

gesloten jeugdzorg zoals het vroeger was?<br />

‘De groepen zijn verkleind naar zes jongeren. Dat brengt<br />

rust en geeft medewerkers meer tijd om te kijken wat een<br />

jongere nodig heeft en het gezin of netwerk te betrekken.<br />

Leren en ontwikkelen is de leidraad. Het hebben van<br />

vooruitzicht - een plek om te leren, wonen of werken -<br />

motiveert. We werken vanuit het perspectief van de jongere.<br />

Welke vaardigheden zijn helpend? Wat gaat er al goed en<br />

wat is verder nodig? Een behandeling met verblijf kan<br />

een onderdeel binnen deze ontwikkeling zijn, maar nooit<br />

het doel.‘<br />

Hoe ziet de ideale JeugdzorgPlus eruit?<br />

Waar droom je van?<br />

‘Ik zou willen dat onze jongeren in de toekomst op één plek<br />

hun behandeling doorlopen. Dat we verhuizingen en<br />

schoolwijzigingen voorkomen als een behandeling<br />

verandert en dat verschillende fases binnen een hulptraject<br />

vloeiend in elkaar overlopen.’ Onlangs vertelde een moeder,<br />

haar zoon zit op School2Care; ‘School belde om mij te<br />

vertellen wat er allemaal goed ging deze week. Dat is nog<br />

nooit gebeurd. Ik werd altijd gebeld als het hommeles was.’<br />

Haar reactie is toch prachtig? Het past in onze nieuwe<br />

denkrichting: wat gaat goed en hoe kunnen we dat<br />

uitbreiden? Vanuit mijn ondersteunende rol werk ik graag<br />

mee om JeugdzorgPlus verder door te ontwikkelen en te<br />

verbeteren. Als ik collega’s hoor vertellen over hun<br />

ervaringen ben ik onder de indruk van hun inzet, zeker nu<br />

de maatschappij het liefst helemaal geen JeugdzorgPlus<br />

meer ziet.’<br />

Johanneke Smeding, Programmamanager<br />

Favoriete nummer: Daddy’s Groove & Little Nancy<br />

- It’s not right, but it’s okay<br />

‘Relatiegericht,<br />

maatwerk en denken<br />

in mogelijkheden.<br />

Dat is onze<br />

koers voor <strong>2023</strong>’<br />

De doorontwikkeling van de JeugdzorgPlus loopt al<br />

even, wat is het streven voor <strong>2023</strong>?<br />

Johanneke: ‘Voor iedere jongere een ‘maatwerkbehandeling’,<br />

dat willen we voor <strong>2023</strong>. We zoeken naar<br />

oplossingen samen met het gezin, want een behandeling is<br />

altijd effectiever als ook achterliggende problematiek<br />

wordt aangepakt. Als er bijvoorbeeld zorgen zijn over de<br />

veiligheid van een jongere dan kijken we naar de<br />

thuissituatie. Is een behandeling thuis mogelijk? Zo ja, wat<br />

hebben ouders dan nodig? Het afgelopen jaar hebben we<br />

hard gewerkt aan het ontwikkelen van alternatieven voor<br />

gesloten jeugdzorg, zodat maatwerk ook mogelijk is.<br />

School2Care bestaat al langer en sinds twee jaar is Team<br />

Marathon opgericht. Ambulant medewerkers uit dit team<br />

kunnen, als er veel veiligheidszorgen zijn, instappen om<br />

goede afspraken te maken zodat de zorg toch thuis plaats<br />

kan vinden. Alleen wanneer thuisblijven écht onmogelijk is,<br />

volgt een plaatsing in JeugdzorgPlus. Zo’n plaatsing is<br />

Hoe zie jij de rol van het programmateam als het gaat<br />

om doorontwikkeling JeugdzorgPlus?<br />

‘Eigenlijk willen we met het programmateam vooral de<br />

knelpunten oplossen om het voor medewerkers<br />

“gemakkelijk” te maken op een andere manier te gaan<br />

werken. Perspectief van de jongere centraal zetten is het<br />

uitgangspunt, maar hoe gaat dat in de praktijk? Kan<br />

digitaal onderwijs er bijvoorbeeld voor zorgen dat een<br />

jongere op de eigen school kan blijven? Hoe wordt familie<br />

onderdeel van de behandeling en kunnen bijvoorbeeld<br />

vrienden eenvoudig op bezoek komen? We vinden het<br />

belangrijk om bestaande verbindingen te behouden. En om<br />

dat met elkaar te kunnen organiseren, zijn de juiste<br />

randvoorwaarden nodig. Ik zie het als de taak van het<br />

programmateam om in nauwe samenwerking met de<br />

medewerkers die met de jongeren werken, dat uit te<br />

denken, de juiste voorwaarden te scheppen en natuurlijk<br />

ook knelpunten op te lossen.’<br />

Wat wil je komend jaar bereiken?<br />

‘Ik hoop dat het werken vanuit ‘trajecten’ steeds beter<br />

mogelijk wordt en binnen de organisatie steeds soepeler<br />

gaat. We zijn een grote organisatie, hebben veel in huis,<br />

daarmee kunnen we mooie trajectplannen maken waar<br />

alle gezinsleden bij betrokken zijn. We willen dat onze zorg<br />

beschermend is, liefdevol en niet repressief. i<strong>HUB</strong> werkt<br />

vanuit relationele veiligheid. We ondersteunen medewerkers<br />

om daar invulling aan te geven bij het dagelijks werk. Onze<br />

hulpverleners hebben goede ideeën hoe zorg anders kan.<br />

Initiatieven zoals Gezin Totaal en Familiekracht zijn daar<br />

mooie voorbeelden van. Komend jaar hoop ik dat de<br />

collega’s die betrokken zijn bij de behandeling van een<br />

jongere en gezin elkaar steeds beter weten te vinden.’<br />

Luisteren | i<strong>HUB</strong> Spotify<br />

Playlist<br />

<strong>HUB</strong>! <strong>magazine</strong> heeft haar eigen<br />

playlist. Samengesteld door alle<br />

jongeren, ouders en medewerkers<br />

die een bijdrage leverden aan dit<br />

<strong>magazine</strong>. Luister naar de liedjes<br />

die jouw collega’s inspireren,<br />

ontroeren of die gewoon lekker<br />

dansbaar zijn.<br />

SCAN DE<br />

QR-CODE:<br />

Luisteren | Jeugdbescherming, de podcast<br />

Horen | De Onderwijs Podcast<br />

Wat doe je als een leerling niet kan<br />

meekomen in de klas? Hoe geef je<br />

extra aandacht en ondersteuning?<br />

De experts van Educé maakten<br />

deze podcast voor leerkrachten,<br />

zorgcoördinatoren en teams in<br />

het regulier onderwijs.<br />

Jeugd Bescherming Gelderland neemt je in vier afleveringen mee in de<br />

realiteit van de jeugdbescherming. ‘Iedereen heeft een rol als het aankomt<br />

op de veiligheid van kinderen.’<br />

Gehoord<br />

SCAN DE<br />

QR-CODE<br />

Luisteren | De Pleegzorg<br />

Podcast<br />

DJ en pleegvader Gijs Staverman<br />

praat met bekende en onbekende<br />

pleegkinderen over de moeilijkheden<br />

en fijne kanten van pleegzorg.<br />

Genoeg gehoord,<br />

gezien en gelezen?<br />

Sluit je aan bij iHUPPEL!<br />

Sport jezelf gezond samen met je collega’s.<br />

i<strong>HUB</strong> heeft haar eigen plek op het sociale<br />

sportplatform Strava. Volg je collega’s,<br />

moedig elkaar aan en deel sportprestaties.<br />

Strava download je via Google Play<br />

of de App Store. Zoek in het<br />

platform naar iHUPPEL.<br />

64 65


De familie<br />

COLOFON<br />

(Eind)redactie Josephine Veldhoen-Schras, Jeanette Benschop, Patty Zoet, Petra Spreij & Tamara van der Wind Vormgeving & Art direction Odette Kramps Fotografie Vincent van<br />

Dordrecht en Arend Jan Hermsen Met speciale dank aan alle medewerkers, jongeren, ouders & betrokkenen bij i<strong>HUB</strong>, Horizon, Altra, De Opvoedpoli, De Nieuwe Kans die dit <strong>magazine</strong><br />

mogelijk hebben gemaakt; Emily, Michel, Senna, Larissa, Eryk, Pleuni Stokmans, Jasper ten Dam, Lieke van Domburgh, Anke Wammes, Karin de Laet, Sjoerd Sinke, Mariken Radstaat,<br />

Sabine van der Linden, Anne-Marije Tervooren, Bob Wiggers, Harmke Leloux, Olaf Prinsen (Jeugdzorg Nederland), Jasmijn Verhage, Marjolein van ’t Oever, Carina van Dam, Rogier Toes,<br />

Marjolein Stam, Harrie Janssen, Marylou Apfel, Miranda Maas Hermans, Judith Korver, Bettina, Ciaran Mudde, Frederique van Vugt, Sophie de Valk, Johanneke Smeding, Audri Lamers,<br />

Petra van Ginkel, Chris Kuiper, Eveline Sommeling, Thomas van Arendonk, Lilet Wortmann.<br />

© 2022 • Artikelen uit i<strong>HUB</strong> Magazine mogen alleen met schriftelijke toestemming van de redactie worden overgenomen.<br />

66 67


Titel titel titel<br />

68

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!