Wijze_Lessen_digitaal_160919
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
50 |
Wijze Lessen
antwoord van één enthousiasteling te beluisteren, creëer je geen overzicht
of de groep het heeft begrepen. Zie daarvoor ook bouwsteen 6.
• Verklaar nieuwe begrippen zo nauwkeurig mogelijk door concrete en
uitgewerkte voorbeelden te gebruiken (bouwsteen 3) en de begrippen
te verduidelijken met beeld (bouwsteen 4).
• Geef geen al te grote, onafgebakende of meervoudige opdrachten aan
leerlingen die weinig voorkennis hebben over het onderwerp.
• Heldere communicatie is geen eenrichtingsverkeer. Sta open voor
dialoog in je klas. Uit de vragen van je leerlingen kun je vaak heel wat
onduidelijkheden ontdekken. De open, warme en zorgzame dialoog
tussen leraar en leerling - en ook tussen leerling en leerling - draagt niet
alleen bij tot de helderheid van communicatie maar bouwt ook een
positieve relatie tussen leraar en leerlingen.
Structuur bieden
Daarnaast kan duidelijkheid ook verkregen worden door structuur. Op de
volgende manieren kun je werken aan structuur in je les.
• Het bieden van een advance organizer structureert het verdere verloop
van je les (zie bouwsteen 1).
• Orden je lesfasen op een logische manier voor de leerlingen. Dit kan
deductief of inductief zijn, afhankelijk van de leerstof en je leerlingen
(zie kader). Dit betekent natuurlijk niet dat je les steeds in een vaste
structuur of volgorde gegeven wordt. Sommige onderdelen van effectieve
instructie (zoals het activeren van voorkennis en het regelmatig
herhalen) komen voor op verschillende tijdstippen in een les, of verspreid
over een reeks lessen. 2 Als de leerstof bestaat uit gerelateerde en
opeenvolgende kennis of vaardigheden (bijvoorbeeld, om aan kansrekenen
te kunnen beginnen moet je eerst met breuken kunnen rekenen),
geldt als algemene regel dat je eerst de eenvoudigere, onderliggende
kennis en vaardigheden aanleert en daarna pas de moeilijkere. Dit zorgt
ervoor dat leerlingen vaardigheden worden aangeleerd die op elkaar
voortbouwen.
INDUCTIEF OF DEDUCTIEF
Bij een deductieve opbouw start je met een reeks algemene principes of regels waarna je die nadien
verduidelijkt met concrete voorbeelden. Zo verklaar je bijvoorbeeld eerst wat de kenmerken zijn van een
dictatuur voordat je een aantal voorbeelden geeft van politieke systemen met een dictatuur.
Bij een inductieve opbouw start je met concrete voorbeelden waaruit je algemene regels kunt afleiden.
Zo geef je eerst voorbeelden van een aantal dictatoriale regimes vanwaaruit je de algemene kenmerken
afleidt.