08.12.2022 Views

Wijze_Lessen_digitaal_160919

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

130 |

Wijze Lessen

Fase 3: Zelfstandig werken Wanneer je leerlingen tijdens de begeleide Monitorende rol:

oefening bijna geen fouten maken, kun je Jij doet

ze zelfstandig laten oefenen. Als leraar

monitor je meer vanop afstand. Deze

laatste fase biedt de mogelijkheid voor de

leerlingen om bijvoorbeeld de nieuwe

leerstof actief te verwerken (bouwsteen 5),

gespreid te oefenen (bouwsteen 8) en

oefentypen af te wisselen(bouwsteen 9).

Leren in de steigers

Leren gebeurt vaak tijdens een sociale interactie tussen iemand die iets

al kan (een expert) en iemand die iets nog niet kan (een beginner). De

beginner gebruikt de expert als voorbeeld en de expert reikt de beginner

de hand om hem of haar een stapje verder te brengen. In dat geval

voorziet de expert zijn leerlingen van scaffolds. Scaffolds (bouwsteigers)

zijn de tijdelijke ondersteuningen die de expert, in dit geval jij als leraar,

biedt om de individuele leerling te helpen bij moeilijke opdrachten.

Zonder die steun zou je leerling het (nog) niet alleen kunnen. Je biedt

geleidelijk aan minder ondersteuning – je haalt geleidelijk aan de steigers

weg – naarmate de leerling bekwamer wordt. De begeleiding van

de leraar ‘verwelkt’ naarmate de leerling meer zelf kan (tutoring withers

away). Leerlingen die blijvend moeilijkheden ondervinden, kunnen deze

scaffolds blijven gebruiken en verdienen je blijvende ondersteuning. Het

aanbieden van scaffolds is dus een specifieke vorm van begeleide, op de

persoon gerichte ondersteuning. Scaffolds kunnen ‘prompts’ (geheugensteuntjes)

zijn zoals ‘Wat moest je eerst doen bij het oplossen van deze

redoxreactie?’

Andere voorbeelden van scaffolds zijn:

• extra uitleg (voor, tijdens of na je les) geven aan leerlingen die het nog

niet meteen hebben begrepen

• hardop je denkstappen opnoemen terwijl je de oplossing van een probleem

laat zien

• rondwandelen in de klas en monitoren of de leerlingen het goed begrepen

heeft en bij de les zijn

• hints geven; soms kan één blik met je ogen voldoende zijn om een leerling

op het juiste pad te zetten

• het meekijken ‘over de schouder’ van de leerling en suggesties doen

voor verbetering

• een stappenplan met een oplossingsstrategie aanbieden

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!