31.03.2022 Views

Profeten en Koningen - Ellen G. White

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Ook had God door Mozes onderwezen; "Indien gij aan mijn volk, aan de

arme bij u, geld leent, zult gij u niet als een schuldeiser jegens hem gedragen:

gij zult hem geen rente opleggen" "Gij zult van uw broeder geen rente nemen

noch van geld noch van levensmiddelen noch van iets, dat men tegen rente

lenen kan". Verder had Hij gezegd: "Wanneer er onder u een arme mocht

zijn, een van uw broeders, in een van uw woonplaatsen, in het land, dat de

Here, uw God, u geven zal, dan zult gij uw hart niet verstokken noch uw

hand gesloten houden voor uw arme broeder, maar gij zult uw hand wijd

voor hem openen en hem met mildheid lenen, voldoende voor wat hem

ontbreekt". "Want armen zullen nooit in het land ontbreken; daarom gebied

Ik u aldus: Gij zult uw hand wijd openen voor uw broeder, voor de ellendige

en de arme in uw land". 1

In de tijd die volgde na de terugkeer van de ballingen uit Babel, hadden

de rijke joden in strijd met deze geboden gehandeld. Als de armen verplicht

waren geld te lenen om de belasting voor de koning te betalen, hadden de

welgestelden hun tegen hoge woeker geld geleend. Door het land van de

armen als onderpand te nemen, hadden ze geleidelijk de onfortuinlijke

schuldenaars tot de diepste armoede gebracht. Velen waren gedwongen

geweest hun zonen en dochters te verkopen als slaven; en het zag niet ernaar

uit dat hun toestand zou verbeteren, er leek geen uitweg om hun kinderen of

land los te kopen, er was geen vooruitzicht op betere tijden, maar wel op

steeds toenemende zorgen, met blijvend gebrek en blijvende dienstbaarheid.

Toch behoorden ze tot hetzelfde volk, kinderen van het hetzelfde verbond,

als hun beter gesitueerde broeders.

Eindelijk bracht het volk zijn zorgen bij Nehemia. "Zie", zeiden ze,

"wij moeten onze zonen en onze dochters tot slaven laten worden, en

sommige van onze dochters zijn reeds tot slavinnen vernederd, zonder dat

wij er iets tegen vermogen; en anderen hebben onze velden en wijngaarden

in bezit". Toen Nehemia van deze wrede verdrukking hoorde, werd hij diep

494

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!