Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Vr <strong>18</strong> mrt <strong>2022</strong><br />
Grote Zaal<br />
20.15 uur<br />
<strong>Serie</strong> <strong>Piano</strong><br />
De reïncarnatie van Liszt<br />
Alexandre Kantorow<br />
Het gratis beschikbaar stellen van dit digitale<br />
programmaboekje is een extra service<br />
ter voorbereiding op het concert. Het is<br />
uitdrukkelijk niet de bedoeling deze versie<br />
tijdens het concert te raadplegen via je mobiele<br />
telefoon. Dit is namelijk zeer storend voor de<br />
andere concertbezoekers.<br />
Bij voorbaat dank.
Programma<br />
De reïncarnatie van Liszt<br />
Alexandre Kantorow<br />
<strong>Serie</strong> <strong>Piano</strong><br />
Vr <strong>18</strong> mrt <strong>2022</strong><br />
Grote Zaal<br />
20.15 – 22.00 uur<br />
ca. 40 minuten voor de pauze<br />
ca. 40 minuten na de pauze<br />
Alexandre Kantorow piano<br />
Johann Sebastian Bach (1685 - 1750) / Franz Liszt (<strong>18</strong>11 - <strong>18</strong>86)<br />
Weinen, Klagen, Sorgen, Zagen S.179 (<strong>18</strong>62)<br />
Robert Schumann (<strong>18</strong>10 - <strong>18</strong>56)<br />
<strong>Piano</strong>sonate nr. 1 (‘Grande Sonate’) in fis op. 11 (<strong>18</strong>33/<strong>18</strong>35)<br />
··<br />
Introduzione: Un poco Adagio – Allegro vivace<br />
··<br />
Aria<br />
··<br />
Scherzo: Allegrissimo. Intermezzo: Lento. Tempo I<br />
··<br />
Finale: Allegro un poco maestoso<br />
Pauze<br />
Franz Liszt<br />
Sonetto 104 del Petrarca S.161/5<br />
uit Années de Pèlerinage, Deuxième année: Italie (<strong>18</strong>37/<strong>18</strong>49)<br />
Abschied S.251 (<strong>18</strong>85)<br />
La lugubre gondola S.200/2 (<strong>18</strong>82)<br />
Aleksandr Skrjabin (<strong>18</strong>72 - 1915)<br />
Vers la flamme op. 72 (1914)<br />
Franz Liszt<br />
Après une Lecture du Dante (Fantasia quasi sonata) S.161/7<br />
uit Années de Pèlerinage, Deuxième année: Italie (<strong>18</strong>48)<br />
Staat je mobiele telefoon al uit?<br />
Dank je wel.<br />
2
Toelichting<br />
Met alle respect voor Robert Schumann en Aleksandr Skrjabin, maar het is vandaag Franz<br />
Liszt die centraal staat. Hij is het kloppend hart van het programma; om hem draait het, en<br />
een vroege Schumann en een late Skrjabin flankeren hem als het ware.<br />
Maar liefst vijf werken horen we van Liszt,<br />
waaronder de aanzienlijke Dantesonate. Vijf<br />
werken waarin hij respectievelijk in de weer<br />
is met Johann Sebastian Bach, de dichters<br />
Francesco Petrarca en Dante Alighieri, met<br />
Russische volksmuziek en met Richard<br />
Wagner. En dan is er nog dit feit: Alexandre<br />
Kantorow werd door het magazine Fanfare<br />
‘de reïncarnatie van Liszt’ genoemd.<br />
Le concert c’est moi – het concert, dat ben<br />
ik. Liszt moet het eens gezegd hebben,<br />
misschien niet al te bescheiden. Maar de<br />
optredens van deze pianoleeuw waren dan<br />
ook een fenomeen. Evenementen als betrof<br />
Liszt een popster avant la lettre. Daar zat hij<br />
dan, aan de vleugel. Het lange zwarte haar<br />
over zijn voorhoofd en schouders sliertend.<br />
Vervoering brengend. Er ging ware magie<br />
van hem uit. Vrouwen vielen soms flauw<br />
wanneer hij de fluwelen handschoenen<br />
uittrok en hij zijn lange handen met de al<br />
even lange magische vingers onthulde.<br />
Anderen zagen het als hun levenstaak hem<br />
voor het concert de waskom te brengen,<br />
waarin hij die goddelijke handen waste.<br />
En dan waren er die tijdens het concert<br />
zo ver mogelijk naar voren drongen, hevig<br />
verlangend hem of tenminste zijn kleren<br />
aan te mogen raken. Wat voor kleren dat<br />
waren? Of hij was geheel in ‘t zwart, zijn<br />
dunne gestalte ‘als een uitroepteken’,<br />
of anders droeg hij wel een traditioneel<br />
Hongaars kostuum. En die degen die hij<br />
daar opzij droeg, was die echt met juwelen<br />
bezet? Een optreden als een betovering.<br />
Robert Schumann, die er eens bij mocht<br />
zijn, meldde: ‘Nu begint de demon zich<br />
te roeren; als om het publiek te toetsen,<br />
speelde hij er eerst als het ware mee, gaf<br />
het iets vrij melancholieks te horen, tot hij<br />
met zijn kunst iedereen afzonderlijk had<br />
ingesponnen en alles naar zijn believen kon<br />
gaan manipuleren. Hij had het vermogen om<br />
een publiek aan zich te onderwerpen.’<br />
Le concert c’est moi. Maar Liszt kón dan<br />
ook wel wat. Hij was een der grootste<br />
pianisten aller tijden. ‘Na Liszt kan men<br />
de vleugel wel dichtslaan,’ bekende Ignaz<br />
Moscheles, zelf een geducht virtuoos. Een<br />
fenomenale techniek. Sterk staaltje: eens<br />
blesseerde Liszt kort voor een optreden<br />
de wijsvinger van zijn linkerhand, maar<br />
zijn uitvoering van Beethovens Vijfde<br />
pianoconcert ging gewoon door. Hij<br />
verdeelde de ‘ontbrekende’ noten gewoon<br />
over de andere vingers. Techniek was het<br />
zeker niet alleen; zijn spel was uiterst tot de<br />
verbeelding sprekend en ingeleefd. ‘Als hij<br />
bijvoorbeeld een onweer speelde,’ schreef<br />
Heinrich Heine, ‘zagen wij de bliksemflitsen<br />
over zijn gezicht heen en weer flitsen, zijn<br />
ledematen sidderden in de stormwind en<br />
zijn lange lokken dropen als het ware van<br />
gesuggereerde slagregens.’ Andermaal<br />
Robert Schumann: ‘Het is geen pianospel<br />
meer in deze of gene trant, maar de<br />
3
Toelichting<br />
articulatie van een onversaagd individu.’ En<br />
de jonge Clara Wieck: ‘Hij verwekt angst en<br />
verbazing en is een beminnelijk kunstenaar<br />
[…] Zijn hartstocht kent geen grenzen […]<br />
Je raakt totaal geabsorbeerd – je gaat met<br />
hem ten onder.’<br />
Het spel van Liszt was<br />
zeer tot de verbeelding<br />
sprekend en ingeleefd.<br />
Le concert c’est moi. In die woorden school<br />
zelfs een concrete waarheid. Hoewel niet<br />
de uitvinder van het solorecital, was Liszt<br />
wel degene die het solo-optreden van de<br />
intieme, elitaire salon naar de concertzaal<br />
bracht waar hij soms voor duizenden<br />
mensen in zijn eentje optrad. Hij zette de<br />
vleugel dwars op het podium, zodat het<br />
open deksel het geluid naar de zaal kaatste.<br />
Tot dan waren concerten een mengeling<br />
van orkeststukken, solozang en andere<br />
optredens geweest. ‘U moet zich indenken,’<br />
schreef hij eens aan de Italiaanse prinses<br />
Belgiojoso, ‘dat ik, het voortdurende gekibbel<br />
beu en niet in staat een ook maar enigszins<br />
doordacht programma samen te stellen,<br />
het besluit genomen heb om helemaal<br />
alleen een serie concerten te geven en<br />
mijzelf, onder verwijzing naar Lodewijk XIV,<br />
met een zekere schaamteloosheid bij het<br />
publiek te afficheren als ‘le concert c’est<br />
moi’.’ Zo onbescheiden was hij dus niet; het<br />
was artistieke noodzaak dat hij voor de<br />
spectaculaire optredens in zijn pure eentje<br />
koos en inderdaad het concert wás.<br />
Over naar zijn muziek. Op zeker moment,<br />
36 jaar oud, had Liszt genoeg van alle<br />
optredens en drukte. Het was mooi geweest.<br />
‘Componeren nu, dat kan ik ook.’ En hij trok<br />
zich terug in het provinciestadje Weimar om<br />
er aan zijn oeuvre te gaan werken.<br />
Johann Sebastian Bach / Franz<br />
Liszt<br />
Weinen, Klagen, Sorgen, Zagen<br />
Het was ook niet alleen maar glamour<br />
waaruit zijn leven bestond; er vonden ware<br />
rampen in plaats. Hij heeft eens zelfmoord<br />
overwogen, en voelde zich vooral toen hij<br />
ouder werd eenzaam.<br />
Twee van zijn drie kinderen overleden, zoals,<br />
op 11 september <strong>18</strong>62 Blandine Ollivier-<br />
Liszt, 27 jaar oud, in het kraambed. Het<br />
appartement aan de Via Felice 113 in Rome,<br />
waar Liszt verbleef, was maandenlang in<br />
diepe rouw gedompeld. Hij zette zijn verdriet<br />
om in werk en schreef de variaties over<br />
Weinen, Klagen, Sorgen, Zagen – in f-klein,<br />
zijn rouwtoonsoort. Het tragisch dalende<br />
basthema is uit Bachs gelijknamige Cantate<br />
nr. 12. De variaties vormen een nu eens<br />
opstandig, dan weer geresigneerd requiem<br />
dat behalve hoog-romantiek en pathos ook<br />
al de kale soberte en onbestemdheid van<br />
zijn late revolutionaire scheppingen kent.<br />
De chromatiek van de 43 variaties verdwijnt<br />
wanneer het pastorale slotkoraal Was Gott<br />
tut, das ist wohlgetan van Martin Luther, zijn<br />
opwachting maakt.<br />
4
Toelichting<br />
Robert Schumann<br />
<strong>Piano</strong>sonate nr. 1<br />
Dan Robert Schumann, dezelfde die zulke<br />
rake dingen over hem wist te schrijven. Er<br />
schuilt wat autobiografie in Schumanns<br />
Eerste pianosonate.<br />
De sonate werd geschreven tegen de<br />
achtergrond van de opbloeiende liefde<br />
tussen de jonge Schumann en Clara Wieck<br />
– liefde, romantisch en intens, die door<br />
Clara’s vader jarenlang gedwarsboomd<br />
werd. Schumann verbindt twee oudere,<br />
ongepubliceerde stukken van zichzelf<br />
met elkaar: een fandango van toen hij 22<br />
en het lied Für Anna van toen hij <strong>18</strong> was.<br />
De ‘fandango’ van het eerste deel leidt<br />
Schumann in met een thema van niemand<br />
anders dan Clara. Schumann schreef haar<br />
noten e-ais-e-ais-e-ais-b-ais niet in de<br />
g-sleutel, zoals zij, maar in de f-sleutel,<br />
en maakte er zo een effectief hoppendtokkelende<br />
bas van: gis-cis-gis-cis-giscis-dis-cis.<br />
Het motief keert als een soort<br />
idee-fixe in elk deel terug. Für Anna is<br />
de basis van het tweede deel, de lieflijke<br />
Aria. Volgens Liszt (ja, deze kunstenaars<br />
schreven enthousiast over elkaar) is het<br />
‘een van de mooiste bladzijden muziek<br />
die we kennen; ondanks de aanwijzing<br />
‘senza passione’ is het in feite een zeer<br />
gepassioneerd lied.’ In deze Aria zijn de<br />
stemmen zo over de registers verdeeld, dat<br />
je er een dialoog in kunt horen tussen een<br />
‘zij’ en een ‘hij’.<br />
Autobiografie is ook terug te vinden in<br />
de oorspronkelijke titel van de sonate,<br />
‘<strong>Piano</strong>forte-Sonate; Clara zugeeignet von<br />
Florestan und Eusebius.’ Wie die twee figuren<br />
dan wel mochten wezen? De twee zijden van<br />
Schumanns gesplitste persoonlijkheid; de<br />
pseudoniemen waaronder hij publiceerde<br />
in zijn Neue Zeitschrift für Musik. Florestan<br />
was een enthousiast, vurig karakter, altijd<br />
in voor nieuw en revolutionair; Eusebius<br />
juist bedachtzaam, zwaarmoedig, ‘hij voelt<br />
moeilijker doch zekerder aan’. Toen de sonate<br />
in <strong>18</strong>36 werd gepubliceerd, reageerde men<br />
wat geschokt. Wat een vreemd werk! Zo láng,<br />
vooral de hoekdelen. Bovendien, sonates<br />
waren in die tijd na Beethovens dood nogal<br />
intellectueel van aard; een beetje high brow,<br />
geconstrueerd, voor connaisseurs en dat<br />
ten koste van de zeggingskracht. ‘Het lijkt<br />
er op dat de klassieke sonate zijn tijd heeft<br />
gehad,’ beklaagde Schumann de situatie. Dit<br />
hartstochtelijke Opus 11 was zijn antwoord.<br />
Onwennige muziek misschien, hoewel Liszt<br />
er in de Gazette Musicale dus zeer lovend<br />
over was. Het enige wat hem verbaasde was<br />
dat het stuk anoniem verschenen was en zich<br />
verschool achter die ‘Florestan und Eusebius’.<br />
Waarom? Die componist hoefde zich echt niet<br />
te schamen. Tegenwoordig heet de auteur<br />
dan ook ronduit Robert Schumann.<br />
Franz Liszt<br />
Sonetto 104 del Petrarca<br />
In zijn jaren als virtuoos reisde Liszt veel.<br />
Van de Oeral tot Spanje en Constantinopel.<br />
5
Al die indrukken gleden niet zomaar<br />
van hem af; hij nam ze op in zijn<br />
kunstenaarsziel.<br />
‘Nu ik recent naar vele nieuwe landen ben<br />
gereisd, door verschillende […] plaatsen ben<br />
ingewijd door geschiedenis en literatuur;<br />
nu ik heb ervaren dat de fenomenen van de<br />
natuur […] niet aan mijn ogen voorbij trokken<br />
als zinloze beelden maar diepe emoties in<br />
mijn ziel deden opstaan, en dat er tussen ons<br />
een vage maar directe relatie ontstond […],<br />
een niet te verklaren maar onbetwistbare<br />
wisselwerking – nu heb ik geprobeerd<br />
in muziek een paar van mijn sterkste<br />
sensaties en meest levendige impressies<br />
te portretteren.’ Dat deed hij in de Années<br />
de Pèlerinage, Pelgrimsjaren of Jaren van<br />
omzwerving, refererend aan Goethes roman<br />
Wilhelm Meisters Wanderjahre.<br />
Drie cycli van pianostukken. Het tweede ‘jaar’<br />
voerde Liszt naar Italië. De meren, steden,<br />
natuur, de kerken en pleinen maakten grote<br />
indruk op hem, maar ook de literatuur – in het<br />
bijzonder de renaissancedichter Francesco<br />
Petrarca. Deze bezong in zo’n 350 sonnetten<br />
zijn grote liefde voor het onbereikbare<br />
meisje Laura. Drie ervan vertaalde Liszt naar<br />
de piano. Het is een bepaald door liefde<br />
bevangen man die je leert kennen uit het<br />
eerste couplet van Sonnet 104:<br />
Ik vind geen vrede, en bezit ook geen wapen<br />
voor de oorlog<br />
Ik vrees, ik hoop, ik brand, ik ben koud als ijs<br />
Ik smeek de hemel, maar lig in de aarde<br />
In deze toestand, vrouwe, kwam ik tot U.<br />
Abschied<br />
Zijn de vroege werken van Liszt zacht<br />
gezegd niet van virtuositeit gespeend, later<br />
slaat Liszt hele andere wegen in. Vaarwel<br />
klaterende octaven en parelende loopjes,<br />
welkom soberheid en eenvoud.<br />
Abschied schreef hij in <strong>18</strong>85, één jaar voor<br />
zijn dood. Liszt had een sterke band met<br />
Rusland sinds hij in <strong>18</strong>42 in Sint-Petersburg<br />
voor een publiek van 3000 man had<br />
opgetreden; Russische contacten koesterde<br />
hij. Zo werd de jonge pianist Aleksandr<br />
Siloti een van zijn leerlingen. Waarschijnlijk<br />
bracht die hem in contact met de Russische<br />
volksliedjes over het afscheid die Liszt in zijn<br />
Abschied zo simpel en ontroerend toonzette.<br />
Twee pagina’s zijn het maar, maar hoe<br />
bijzonder.<br />
La lugubre gondola<br />
Een laat werk is ook La lugubre gondola. De<br />
titel mag vreemd zijn, het verhaal erachter<br />
is nog vreemder.<br />
Het stuk gaat over de dood van Richard<br />
Wagner en is geschreven toen Wagner nog<br />
leefde. Bovenaan het manuscript, daterend<br />
van eind <strong>18</strong>82, schreef Liszt ‘Im Vorahnung<br />
von Rich. Wagners Tod.’ Inderdaad zou de<br />
grote componist, schoonzoon van Liszt,<br />
niet lang daarna onverwachts overlijden. In<br />
Venetië. La lugubre gondola: hoe luguber<br />
kan muziek zijn? Vreemde muziek is het óók<br />
nog. De toonsoort valt niet te duiden. Quasiatonaal<br />
dan maar? Liszt, ooit traditioneel<br />
6
omanticus, schreef op het eind van zijn<br />
leven veel van dit soort muziek die zijn tijd<br />
vooruit was. De detonerende fis aan het<br />
begin en het eind is theoretisch nog altijd<br />
moeilijk verklaarbaar.<br />
Aleksandr Skrjabin<br />
Vers la flamme op. 72<br />
Ook Skrjabin schreef met Vers la flamme<br />
een gedurfd werk. De schrijver Tolstoj<br />
noemde zijn muziek een ‘oprechte<br />
uitdrukking van genie.’ Verder waren<br />
de meningen verdeeld en zullen dat<br />
waarschijnlijk ook altijd blijven.<br />
Een excentriekeling als Aleksandr Skrjabin<br />
roept en riep nu eenmaal bewondering óf<br />
verguizing op. Geen andere componist werd<br />
‘zo bedolven onder liefde’ én ‘zo bejegend<br />
met hoon en verachting,’ zoals ooit in de<br />
Grote Sovjetencyclopedie te lezen stond.<br />
Zijn werk zelf kan vooral bewondering<br />
oproepen. Het kwam voort uit Frédéric<br />
Chopin en het eindigde bij… ja, waar?<br />
Vooral een van zijn laatste werken, Vers la<br />
flamme uit 1914, een jaar voor zijn dood,<br />
kijkt de toekomst in. Oorspronkelijk zou<br />
het een meerdelige sonate worden, zijn<br />
elfde, maar Skrjabin was om financiële<br />
redenen genoodzaakt het los als ‘poème’<br />
te publiceren. Technisch is het zeer<br />
veeleisend, vooral de enorme sprongen<br />
van de handen en de lange, ongebruikelijke<br />
dubbeltrillers op de laatste pagina’s. Volgens<br />
de pianist Vladimir Horowitz zou Skrjabin<br />
Vers la flamme (Richting de vlam) hebben<br />
geschreven na een psychose, waarin hij het<br />
einde van de wereld zag naderen. De titel<br />
zou wijzen op de voortdurend toenemende<br />
verhitting van de aarde (hoe profetisch) en<br />
haar uiteindelijke vernietiging door vuur. Het<br />
werk bestaat uit één grote climax, met alle<br />
mogelijke middelen, en doet haast orkestraal<br />
aan – er is dan ook een orkestrale versie van<br />
gemaakt.<br />
Franz Liszt<br />
Après une Lecture du Dante<br />
In zijn razend virtuoze ‘fantasia quasi<br />
sonata’ Après une lecture du Dante (Na<br />
het lezen van Dante) wisselt Liszt van<br />
gedachten met de 14e-eeuwse Dante<br />
Alighieri.<br />
Het is een soort muzikale vertaling van het<br />
eerste deel Inferno (De Hel) uit diens Divina<br />
Commedia. Beschreven wordt hoe een<br />
man – Dante zelf – tijdens een midlifecrisis<br />
verdwaald raakt:<br />
Precies midden op de reis van ons leven,<br />
bevond ik mij verloren in een donker woud<br />
omdat ik van het goede pad was afgeweken.<br />
luiden de beroemde eerste regels. Steeds<br />
dieper afdalend in de Hel, ziet Dante hoe<br />
de mensen die op aarde faalden – dieven,<br />
echtbrekers maar ook de lafhartigen en<br />
twijfelaars – gruwelijk worden gestraft.<br />
7
In het binnenste van de hel zit natuurlijk<br />
Lucifer, de Duivel zelf. Dantes Hel vindt een<br />
louterend vervolg in Vagevuur en Paradijs,<br />
maar daar is Liszt nooit aan toegekomen,<br />
zijn godvruchtigheid ten spijt – hij ontving<br />
de laagste priesterwijdingen van de roomskatholieke<br />
kerk. De Duivel speelt een<br />
centrale rol in dit stuk; hij treedt al direct in<br />
de eerste maten op met zijn eigen thema. Dit<br />
is gebouwd op het interval van de tritonus,<br />
sinds de Middeleeuwen de ‘diabolus in<br />
musica’ genoemd: de ‘duivel in de muziek’. De<br />
tritonus is het interval van de verminderde<br />
kwint (hier fis-c), een vrijwel onzingbare<br />
toonafstand die men vroeger ervoer als<br />
bijzonder dissonant (= lett. ‘wanluidend’).<br />
Stephen Westra<br />
8
Biografieën<br />
Componisten<br />
Franz Liszt<br />
Franz Liszt (<strong>18</strong>11 – <strong>18</strong>86)<br />
groeide in de eerste helft<br />
van de negentiende eeuw<br />
uit tot een van de grootste<br />
pianovirtuozen van zijn tijd.<br />
Aan het einde van de jaren<br />
veertig van de negentiende<br />
eeuw beëindigde hij zijn<br />
solocarrière en accepteerde<br />
hij een aanstelling in Weimar<br />
als Kapellmeister om zich<br />
zo veel mogelijk aan het<br />
componeren te kunnen<br />
wijden. Als componist werd<br />
hij net zo’n revolutionair<br />
denker en groot hervormer<br />
als de pianist in hem. Liszt<br />
bracht de pianotechniek<br />
in de eerste helft van de<br />
negentiende eeuw tot grote<br />
virtuoze hoogten en was<br />
een van de eersten die het<br />
begrip pianorecital in het<br />
leven riep. Als componist<br />
staat hij te boek als de man<br />
die het symfonisch gedicht<br />
vorm en bestaansrecht<br />
gaf en als de avonturier<br />
die vooral in zijn laatste<br />
werken harmonisch nog<br />
een paar stappen verder<br />
ging dan zijn goede vriend<br />
en schoonzoon Richard<br />
Wagner. Daarmee deed hij<br />
de romantische harmonie,<br />
en in het verlengde daarvan<br />
de tonaliteit, in zijn voegen<br />
kraken.<br />
Johann Sebastian<br />
Bach<br />
Johann Sebastian Bach<br />
(1685 - 1750) kwam uit een<br />
muzikantenfamilie en leerde<br />
als kind zingen, orgel en<br />
viool spelen. Op negenjarige<br />
leeftijd werd hij wees en<br />
kwam in huis bij zijn oudste<br />
broer, waar hij begon te<br />
componeren.<br />
Zijn carrière begon op zijn<br />
zeventiende als koorknaap,<br />
violist en toetsenist in<br />
Lüneburg. Hij werkte<br />
achtereenvolgens in Weimar,<br />
Arnstadt en Mühlhausen.<br />
Toen hij 22 jaar was trouwde<br />
hij met Maria Barbara met<br />
wie hij zeven kinderen kreeg.<br />
Zij stierf in 1720, waarna hij<br />
opnieuw trouwde met de<br />
zangeres Anna Magdalena.<br />
Hij werkte inmiddels als<br />
hofmusicus in Köthen<br />
en daar ontstond een<br />
stroom aan instrumentale<br />
en vocale muziek<br />
waaronder belangrijke<br />
kamermuziekwerken. In<br />
1722 solliciteerde hij in<br />
Leipzig naar de functie<br />
van cantor van de<br />
9
Biografieën<br />
Thomaskirche. Daar schreef<br />
hij voornamelijk<br />
kerkmuziek, gaf les aan<br />
de Thomasschule en<br />
had de leiding van het<br />
instrumentale ensemble<br />
Collegium Musicum.<br />
Robert Schumann<br />
Robert Schumann<br />
(<strong>18</strong>10 –<strong>18</strong>56) was een<br />
van de belangrijkste<br />
componisten en<br />
muziekcritici uit de eerste<br />
helft van de negentiende<br />
eeuw. Hoewel hij zijn<br />
educatie startte als<br />
rechtenstudent, was de<br />
roep om een virtuoos<br />
pianist te worden sterker.<br />
10<br />
Schumann studeerde<br />
bij Ferdinand Wieck,<br />
de vader van zijn latere<br />
echtgenote Clara, maar een<br />
hardnekkige handblessure<br />
gooide roet in het eten.<br />
Schumann concentreerde<br />
zich vervolgens compleet<br />
op het schrijven over<br />
muziek – vooral in het<br />
mede door hem opgerichte<br />
toonaangevende Neue<br />
Zeitschrift für Musik – en<br />
het componeren. Tot <strong>18</strong>40<br />
schreef hij nagenoeg<br />
exclusief voor piano en<br />
zette hij de miniatuur<br />
en de cycli van korte<br />
pianocomposities op de<br />
kaart. Na <strong>18</strong>40, het jaar<br />
waarin hij tegen de wil<br />
van vader Wieck, met<br />
Clara trouwde, maakte<br />
hij zichzelf onsterfelijk<br />
als liedcomponist. Ook<br />
de andere genres zoals<br />
de symfonie, de opera,<br />
de kamermuziek en de<br />
koorwerken liet hij niet<br />
onberoerd. Schumann had<br />
zijn hele leven last van<br />
depressies. In <strong>18</strong>54 deed<br />
hij een zelfmoordpoging<br />
waarna hij werd opgenomen<br />
in een inrichting in<br />
Endenich. Daar leefde hij<br />
redelijk geïsoleerd en stierf<br />
hij twee jaar later.<br />
Aleksandr Skrjabin<br />
De Russische componist en<br />
pianist Aleksandr Skrjabin<br />
(<strong>18</strong>72 - 1915) werd geboren<br />
in een aristocratische<br />
familie. Al op vijfjarige<br />
leeftijd bleek hij een<br />
groot muzikaal talent te<br />
hebben en hij studeerde<br />
piano en compositie aan<br />
het Conservatorium van<br />
Moskou.<br />
Toen hij in <strong>18</strong>92 zou<br />
afstuderen werd hij door<br />
een conflict niet toegelaten<br />
tot het compositieexamen<br />
en verliet hij het<br />
conservatorium zonder<br />
diploma. Hij bouwde een
Biografieën<br />
goede praktijk op als<br />
componist en concertpianist.<br />
Hij was van <strong>18</strong>92 tot<br />
1902 pianodocent aan<br />
het Conservatorium van<br />
Moskou en leefde daarna<br />
als freelancecomponist<br />
en -pianist. In het eerste<br />
decennium van de<br />
twintigste eeuw raakte<br />
hij in de ban van het<br />
mystieke gedachtengoed.<br />
Zijn composities werden<br />
atonaler en mysterieuzer.<br />
Zijn ‘Gesamtkunstwerk’<br />
Mysterium moest de kroon<br />
op zijn werk worden; door<br />
een bloedvergiftiging die<br />
leidde tot zijn dood bleef het<br />
onvoltooid.<br />
Uitvoerende<br />
Alexandre Kantorow<br />
In 2019 won Alexandre<br />
Kantorow, toen<br />
tweeëntwintig jaar oud, als<br />
eerste Franse pianist op<br />
het Tsjaikovski Concours in<br />
Moskou de gouden medaille<br />
en de Grand Prix, die nog<br />
maar drie keer eerder in de<br />
concoursgeschiedenis was<br />
uitgereikt. Hij is door critici<br />
bejubeld als de ‘jonge tsaar<br />
van de piano’ (Classica) en<br />
‘de reïncarnatie van Liszt’<br />
(Fanfare).<br />
Hij begon zijn carrière al<br />
vroeg en maakte op 16-jarige<br />
leeftijd zijn debuut op het<br />
festival La Folle Journée<br />
in Nantes. Sindsdien heeft<br />
hij met veel van ‘s werelds<br />
grootste orkesten gespeeld<br />
en zal te horen zijn met<br />
onder andere het Orchestre<br />
de Paris, Staatskapelle Berlin<br />
en het Royal Philharmonic<br />
Orchestra. Recitals geeft hij<br />
in zalen als het Konzerthaus<br />
Berlin, Philharmonie de<br />
Paris, BOZAR in Brussel<br />
en Stockholm Konserthus.<br />
Kamermuziek is bij hem<br />
ook populair en hij treedt<br />
regelmatig op met Victor<br />
Julien-Laferrière, Renaud<br />
Capuçon, Daniel Lozakovick<br />
foto: Sasha Gusov<br />
en Matthias Goerne. Hij<br />
neemt uitsluitend op voor<br />
het label BIS Records en<br />
hij ontving meerdere keren<br />
een Choc de l’Année en een<br />
Diapason d’Or. Voor zijn<br />
laatste opname met werken<br />
van Brahms ontving hij<br />
een Diapason d’Or en een<br />
Trophée Radio Classique.<br />
Kantorow is laureaat van<br />
de Safran Foundation en<br />
Banque Populaire en werd<br />
in 2019 uitgeroepen tot<br />
‘Musical Revelation of the<br />
Year’ door de Professional<br />
Critics Association. In<br />
2020 won hij de Victoires<br />
de la Musique Classique<br />
in twee categorieën:<br />
Opname van het Jaar en<br />
Instrumentale Solist van het<br />
Jaar. In 2021 ontving hij de<br />
Trophée d’Année van Radio<br />
Classique.<br />
11
Verwacht<br />
<strong>Serie</strong> <strong>Piano</strong><br />
Wo 20 apr <strong>2022</strong><br />
Grote Zaal<br />
20.15 uur<br />
De droomwereld van<br />
Nelson Goerner<br />
Nelson Goerner<br />
In december 2020 zou de gevierde Argentijnse pianist<br />
Nelson Goerner eindelijk zijn debuut maken in het<br />
Muziekgebouw. Corona gooide roet in het eten, maar dit<br />
seizoen staat zijn langverwachte komst opnieuw op de<br />
agenda. Met de romantische Symphonische Etüden van<br />
Schumann, het daarop geïnspireerde Thème et variations<br />
van Fauré en de meeslepende droomwereld van Debussy<br />
neemt hij de luisteraar mee op een virtuele reis vol rust,<br />
opwinding en verbeelding.<br />
‘Soeverein in Chopin, onbetwistbaar in Debussy’, schreef<br />
Le Monde al over Nelson Goerner. De afgelopen dertig<br />
jaar bouwde de Argentijnse ‘goudsmid van het klavier’<br />
een internationale carrière op met dito gezaghebbende<br />
uitvoeringen. Hij speelt samen met de muzikale groten der<br />
aarde, zoals Martha Argerich, Janine Jansen en Renaud<br />
Capuçon. En brengt de ene referentie-opname na de andere<br />
uit op het label Alpha. Een pianist om je met een gerust hart<br />
aan over te geven.<br />
Nelson Goerner<br />
foto: Marco Borggreve<br />
Programma: Claude Debussy Estampes / Gabriel<br />
Fauré Thème et variations op. 73 / Robert Schumann<br />
Symphonische Etüden op. 13 (met de 5 postume variaties)<br />
12
Verwacht<br />
Jussens versus slagwerk<br />
Arthur & Lucas Jussen<br />
+ Alexej Gerassimez<br />
+ Emil Kuyumcuyan<br />
Donderdag<br />
avondserie<br />
Do 12 mei <strong>2022</strong><br />
Grote Zaal<br />
20.15 uur<br />
Publiekslievelingen Lucas en Arthur Jussen zijn altijd<br />
op zoek naar een nieuwe uitdaging. Vanavond bundelen<br />
de pianobroers hun krachten met de slagwerkers Alexej<br />
Gerassimez en Emil Kuyumcuyan voor een programma<br />
met een onweerstaanbare, percussieve drive. Zo klinkt<br />
er swingende muziek van George Gershwin en Leonard<br />
Bernstein, die vorige eeuw een brug sloegen tussen<br />
populaire en klassieke muziek. Het klapstuk is de<br />
baanbrekende Sonate voor twee piano’s en slagwerk van<br />
Béla Bartók: een grillig meesterwerk dat je meesleept op<br />
een achtbaanrit.<br />
De jonge Amerikaan Andrew Norman koos in Frank’s house<br />
voor dezelfde opvallende bezetting als Bartók, wat zijn<br />
stuk de allure van een eerbetoon geeft. Norman liet zich<br />
inspireren door de woning die architect Frank Gehry voor<br />
zichzelf bouwde in Santa Monica. Zoals Gehry een bungalow<br />
‘door elkaar husselde’, zo ging Norman flarden van bekende<br />
en gezapige muziek te lijf. Het resultaat is een theatrale tour<br />
de force voor piano’s en slagwerk – typisch een stuk waar de<br />
avontuurlijke Jussens zich in kunnen vastbijten.<br />
Andrew Norman<br />
foto: Craig T. Matthew<br />
Programma: Béla Bartók Sonate voor twee piano’s en<br />
slagwerk / Minoru Miki Marimba Spiritual II / George<br />
Gershwin Rhapsody in Blue / Andrew Norman Frank’s house<br />
Leonard Bernstein Symphonic Dances from West Side Story<br />
(arr. voor twee piano’s en slagwerk)<br />
13
Verwacht<br />
Maart<br />
za 19 mrt / 14.15 uur<br />
Händels Theodora<br />
IJ-Salon<br />
za 19 mrt / 20.15 uur<br />
Jonge Duitse<br />
kwartetsensatie<br />
Goldmund Quartett<br />
zo 20 mrt / 16.00 uur /<br />
Kleine Zaal<br />
Quirky<br />
Nieuw Amsterdams Peil<br />
zo 20 mrt / 20.15 uur<br />
Le Vin Herbé<br />
Cappella Amsterdam +<br />
Ulrike Quade Company + ICK<br />
Amsterdam<br />
Pärt festival <strong>2022</strong><br />
di 22 – zo 27 mrt<br />
Zie voor volledig programma:<br />
muziekgebouw.nl/part<br />
di 22 mrt<br />
20.15 uur<br />
De graal van Pärt<br />
Ests Filharmonisch Kamerkoor<br />
+ Tallinn Kamerorkest<br />
wo 23 mrt<br />
20.15 uur<br />
De graal van Pärt<br />
Ests Filharmonisch Kamerkoor<br />
+ Tallinn Kamerorkest<br />
do 24 mrt<br />
20.15 uur<br />
Pärts Magnificat<br />
Ests Filharmonisch Kamerkoor<br />
vr 25 mrt<br />
15.00 uur<br />
De onvoorstelbare<br />
trombone<br />
Jörgen van Rijen +<br />
Camerata RCO<br />
20.15 uur<br />
Fratres / Perspectief op<br />
Pärt<br />
New European Ensemble<br />
za 26 mrt<br />
15.00 uur<br />
Lieder ohne Worte<br />
Cello Octet Amsterdam<br />
20.15 uur<br />
Spiegel im Spiegel<br />
Ralph van Raat + Tai Murray<br />
zo 27 mrt<br />
11.00 + 13 uur / Kleine Zaal<br />
My Heart’s in the Highlands<br />
Laurens de Man + Maarten<br />
Engeltjes + Tai Murray<br />
15.00 uur<br />
Open je Oren (8+)<br />
Met pianist Ralph van Raat +<br />
presentator Dieuwertje Blok<br />
20.15 uur<br />
Kanon pokajanen<br />
Cappella Amsterdam<br />
SoundLAB Workshop<br />
Maak je eigen muziek met de<br />
wonderlijkste instrumenten.<br />
Voor kinderen (7+) met<br />
volwassenen. Elke zondag,<br />
13.00 uur in de Atriumzaal.<br />
Kaartjes via muziekgebouw.nl.<br />
WannaSwing<br />
Op de kade voor het<br />
Muziekgebouw staat de<br />
interactieve muziekinstallatie<br />
WannaSwing van theatermaakster<br />
Caecilia Thunissen<br />
en scenograaf Jan Boiten. Acht<br />
schommels sturen composities<br />
aan van hedendaagse<br />
componisten als Joey Roukens,<br />
Mayke Nas en Rob Zuidam.<br />
Zie voor meer informatie<br />
muziekgebouw.nl/wannaswing<br />
Huil van de Wolff<br />
Elke 22e van de maand klinkt om<br />
20.00 uur het geluidsmonument<br />
Huil van de Wolff van Martijn<br />
Padding ter herinnering aan<br />
oprichter van het Muziekgebouw<br />
Jan Wolff (1941 - 2012).<br />
Zie voor meer informatie<br />
muziekgebouw. nl/huilvandewolff<br />
14
Foto: Erik van Gurp<br />
4’33 grand café<br />
Kom voor of na het concert eten<br />
in 4’33 Grand café. Reserveren:<br />
020 788 2090 of 433grandcafe.nl.<br />
Bij de prijs inbegrepen<br />
Reserveringskosten zijn bij de<br />
kaartprijs inbegrepen.<br />
Ook een drankje, tenzij anders<br />
vermeld op je concertkaartje.<br />
Rondom het concert<br />
- Na aanvang van het concert heb je<br />
geen toegang meer tot de zaal.<br />
- Zet je mobiele telefoon uit voor<br />
aanvang van het concert.<br />
- Het maken van beeld- of<br />
geluidsopnamen in de zaal alleen<br />
met schriftelijke toestemming.<br />
- Algemene Bezoekersvoorwaarden<br />
zijn na te lezen op muziekgebouw.nl<br />
Steun het Muziekgebouw<br />
Inkomsten uit kaartverkoop dekken<br />
ten dele onze kosten. Word vriend<br />
of doneer: met jouw extra steun<br />
kunnen we concerten op het<br />
hoogste niveau blijven organiseren.<br />
Meer informatie:<br />
muziekgebouw.nl/steunons<br />
Op de hoogte blijven?<br />
Blijf op de hoogte van nieuw<br />
geboekte concerten of ander<br />
nieuws. Volg ons via onze<br />
e-nieuwsbrief (aanmelden op<br />
muziekgebouw.nl), Facebook,<br />
Twitter of Instagram.<br />
Dank!<br />
Wij kunnen niet zonder de steun van<br />
onze vaste subsidiënten en Vrienden<br />
van het Muziekgebouw. Wij zijn hen<br />
daarvoor zeer erkentelijk.<br />
Druk binnenwerk<br />
druk & printservice<br />
15