ConnectING 7 juni 2021
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Viermaandelijks • maart-april-mei-<strong>juni</strong> <strong>2021</strong> • Afgiftekantoor 3000 Leuven 1 • P919663<br />
Magazine van<br />
de Faculteit Industriële<br />
Ingenieurswetenschappen<br />
KU Leuven<br />
NR. 16 - <strong>juni</strong> <strong>2021</strong><br />
Serge de Gheldere<br />
SERGE DE GHELDERE,<br />
WINNAAR EERSTE<br />
ALUMNI AWARD<br />
• AI in Business & Industry<br />
• Mentoring project voor<br />
doctorandi<br />
• Jobbeurzen <strong>2021</strong><br />
• Terugblik op Ingenieursbeleving 1<br />
• Ijkingstoets: een opportuniteit?<br />
• Studentenparticipatie in<br />
de faculteit<br />
• Race naar 6G<br />
• E-Health care and privacy<br />
• Zandvangen in Oostende<br />
• Solar Olympiade <strong>2021</strong><br />
1
FORMULA ELECTRIC BELGIUM BOUWT<br />
EERSTE ZELFRIJDENDE ELEKTRISCHE RACEWAGEN<br />
De Aurora MkII zit proppensvol technologische hoogstandjes: een nieuw aerodynamisch pakket, superlichte velgen, een efficiëntere koeling van de<br />
batterijen en de motoren, 11% meer elektrisch vermogen, de nieuwste glasversterkte composieten, innovatieve ophanging en controlesysteem, …<br />
Het neusje van de zalm is het driverless platform wat van de Aurora II een autonoom rijdende race car maakt. Klaar om te stunten in de Formula<br />
Student Competition in Nederland, Tsjechië en Hongarije.<br />
INHOUD<br />
• Woord vooraf 3<br />
• Nieuws van de faculteit 4<br />
• Nieuws van de campussen 6<br />
• Onderwijsontwikkeling in de kijker 10<br />
• Studenten in de kijker 18<br />
• Docenten in de kijker 24<br />
• Onderzoek(er) in de kijker 26<br />
• Doctoraten 36<br />
• Wetenschapscommunicatie 37<br />
• Faculty Worldwide 38<br />
• Alumni in de kijker 40<br />
• Nieuws van alumni 44<br />
COLOFON<br />
<strong>ConnectING</strong> is het magazine van de Faculteit Industriële Ingenieurswetenschappen<br />
van de KU Leuven. Het verschijnt driemaal per jaar en is bestemd voor alle studenten<br />
en medewerkers van de faculteit en haar 7 campussen, alumni, externe relaties en<br />
het brede maatschappelijk veld waarmee de faculteit een netwerk onderhoudt.<br />
Verantwoordelijke uitgever: Prof. Bert Lauwers, decaan Faculteit Industriële<br />
Ingenieurswetenschappen | Redactieraad: Anja Huysmans (voorzitter), (Hilde<br />
Bonte) Kris Henrioulle a.i., Dorine Bruneel, Niels De Brier, Ellen Demarsin, Koen<br />
Eneman, Hilde Lauwereys, Bert Lauwers, Yves Persoons, Sofie Pollin, Inge Van<br />
Cauter, Louis van Hoye, Bart Vanrumste, Rens Vervaeke<br />
Eindredactie: Yves Persoons | Redactiesecretariaat: Inge Van Cauter<br />
Redactieadres<br />
<strong>ConnectING</strong><br />
Faculteit Industriële Ingenieurswetenschappen<br />
Willem de Croylaan 56, gebouw E bus 2203<br />
3001 Heverlee<br />
053 72 71 86 (secretariaat)<br />
connecting@kuleuven.be<br />
www.iiw.kuleuven.be<br />
Foto’s: Yasmina Besseghir, Dries De Krom, Joren Deweerdt, Julie Feyaerts,<br />
Glenn Strypsteen, Tom Talloen en Filip Van Loock.<br />
Grafisch ontwerp en drukwerk:<br />
artoos group – www.artoosgroup.eu<br />
4 KLIMAATNEUTRAAL BEDRIJF<br />
4 ISO 14001<br />
4 100% GROENE ENERGIE<br />
KLIMAATNEUTRAAL GEDRUKT CERT. NUMMER: 53520-2009-1003<br />
2
WOORD VOORAF<br />
AANSTEKELIJK OPTIMISME<br />
De komende twaalf maanden is meer dan twee derde van<br />
de CEO’s van grote ondernemingen zinnens om fors te<br />
investeren in data en technologie. Daarbij gaat het om het<br />
beheren van gecollecteerde data, Artificiële Intelligentie en<br />
transparantie. 61% verklaart initiatieven te nemen voor een grote<br />
transformatie gericht op de human resources, met name op het<br />
cultiveren van het talent in en de cultuur van het bedrijf. Dat blijkt<br />
uit de EY CEO Imperative Study <strong>2021</strong> waarin 305 CEO’s uit de<br />
Forbes Global 2020 zijn bevraagd.<br />
Bij de ingenieurs moet dit nieuws als muziek in de oren klinken.<br />
Na meer dan een jaar in duisternis te zijn gehuld, begint het<br />
opnieuw te dagen en dat niet alleen in het oosten dit keer. Hier te<br />
lande zit het ondernemersvertrouwen eveneens opnieuw in de lift.<br />
Dit optimisme is niet toevallig de rode draad die zich doorheen<br />
dit nummer ontspint. De jobbeurzen in het voorjaar op onze<br />
campussen beten de spits af. Tegen vele verwachtingen in<br />
kenden de virtuele evenementen een hoge opkomst en moesten<br />
ze in menig opzicht niet onderdoen voor hun live tegenhangers<br />
in het pre-coronatijdperk. Sterker nog, naarmate het vertrouwen<br />
van de ondernemers en de consumenten toeneemt, staan de<br />
virtuele beurzen op de campussen na de examens wellicht een<br />
tweede leven te wachten. Bleven de industrieel ingenieurs op het<br />
dieptepunt van de coronacrisis nog fel gegeerd, dan zullen ze<br />
dat nog meer zijn wanneer de economie opnieuw aantrekt.<br />
Het optimisme ontkiemt ook in het onderwijs en het onderzoek.<br />
Met het nieuwe postgraduaat Artificial Intelligence in Business &<br />
Industry trekken we resoluut de kaart van de toekomst, te meer<br />
omdat het programma een verlengstuk krijgt in een nieuwe<br />
master-na-master. De Ingenieursbelevingen -het paradepaardje<br />
van het vernieuwde curriculum- slaagden erin om het coronajaar<br />
van de eerstejaars goed te maken met uitdagende open<br />
opdrachten waarin de studenten zich zowel online als on campus<br />
konden uitleven. Tijdens het online Innovation & Networking Event<br />
van Technovation Hub begin mei blaakten de studententeams<br />
van zelfvertrouwen om zich opnieuw te overtreffen in innovatie en<br />
ondernemerschap. Het Formula Electric Belgium Team kon zelfs<br />
niet zolang wachten om uit te pakken met zijn autonoom rijdende<br />
elektrische racewagen. Een primeur waarmee ze willen schitteren<br />
tijdens de internationale Formula Electric competitie op de<br />
Europese circuits. Hun collega’s van het Agoria Solar Team<br />
staken de Solar Olympics voor scholenteams in een nieuw<br />
kleedje. De Vlaamse ministers van Onderwijs en van Jeugd gaven<br />
het startschot voor een geslaagde Solar Olympiade.<br />
De onderzoekers delen in het optimisme. Zo bouwen doctorandi<br />
van Campus Diepenbeek in nauwe samenwerking met de<br />
industrie speciale robots om anomalieën in bedrijfsprocessen snel<br />
te detecteren en onmiddellijk op te lossen. De Technologiecampus<br />
Gent neemt dan weer het voortouw in de race naar 6G. De<br />
nieuwe standaard zal tot nog efficiëntere netwerken leiden, met<br />
nog meer interactie en nog hogere datasnelheden. Op Campus<br />
Groep T worden oplossingen gezocht voor een probleem dat<br />
almaar acuter wordt: dat van de privacy in de gedigitaliseerde<br />
gezondheidszorg.<br />
Positieve geluiden komen ook vanuit de hoek van de alumni.<br />
Serge de Gheldere, het boegbeeld van de klimaatzaak, won de<br />
eerste Alumni Award van Alumni Ingenieurs KU Leuven. Met deze<br />
vereniging sloot de faculteit een samenwerkingsakkoord af dat<br />
de alumniwerkingen op campus- en op facultair niveau op elkaar<br />
afstemt en versterkt.<br />
‘Don’t limit yourself’. Nu het optimisme opnieuw veld wint, is het<br />
motto van Gerwout Van Hoefs, alumnus in de kijker in dit nummer,<br />
brandend actueel. Van grenzen verleggen heeft hij zijn job<br />
gemaakt. De coronarestricties hebben hem daarbij weinig<br />
gehinderd, ook al omdat zijn grenzen de fysieke limieten<br />
overstijgen. Bij Gerwout gaat het om een mindset, een geestelijke<br />
ingesteldheid, een mentale mobiliteit om meer te zien en verder<br />
te kijken. Dat is precies wat we op onze campussen de studenten<br />
willen bijbrengen in vakoverschrijdend werken, in ingenieursbelevingen,<br />
in contacten met het werkveld, in teamwork en leren<br />
ondernemen. Het optimisme dat dit genereert, dat nemen we er<br />
graag bij.<br />
Prettige vakantie.<br />
Prof. Bert Lauwers<br />
Decaan Faculteit Industriële Ingenieurswetenschappen<br />
CONNECTING<br />
3
NIEUWS VAN DE FACULTEIT<br />
IJKINGSTOETS:<br />
VAN TEST NAAR<br />
OPPORTUNITEIT<br />
Vanaf dit jaar is de ijkingstoets verplicht voor de nieuwe eerstejaars industrieel ingenieur.<br />
De resultaten hebben evenwel geen gevolgen voor de toelating voor de studie. En wie<br />
goede scores haalt, kan evenmin rekenen op een bonus. ‘Verplicht maar vrijblijvend’,<br />
heet dat. Toch zit er meer in, meent prof. Greet Langie, verantwoordelijke voor de<br />
ijkingstoets industrieel ingenieur binnen de KU Leuven.<br />
“ Over het woord ‘ijkingstoets’ alleen<br />
al kun je een hele boom opzetten”,<br />
zegt prof. Langie. “IJken betekent<br />
letterlijk ‘onderzoeken of iets aan de<br />
gestelde eisen voldoet’. Dat ‘iets’ heeft<br />
meestal betrekking op maten en<br />
gewichten. Het gaat om het relateren van<br />
een meetmethode aan een vastgelegde<br />
standaard. Door ijking wordt een<br />
instrument geschikt verklaard om geldige<br />
metingen uit te voeren. Van de ijkingstoets<br />
hebben we de validiteit onderzocht en<br />
vastgesteld dat het testresultaat een<br />
adequaat beeld geeft van de wiskundige<br />
en wetenschappelijke kennis van de<br />
student t.o.v. het verwachte instapniveau.<br />
Maar er is meer. De ijkingstoets<br />
positioneert de student ook t.o.v. de<br />
andere deelnemers aan de toets. Het<br />
resultaat kan dus wel degelijk als een<br />
referentie of ijking worden aangezien”.<br />
Spiegel<br />
“De ijkingstoets houdt de studiekiezer een<br />
spiegel voor van zijn wiskundekennis op<br />
het moment van de testafname”, vervolgt<br />
prof. Langie. “Wie een goed resultaat<br />
behaalt, zou bijgevolg gerustgesteld<br />
moeten zijn om de studie aan te vatten.<br />
Wie minder goed scoort, wordt<br />
verondersteld zich nog eens te bezinnen<br />
en voor de start van het academiejaar zijn<br />
of haar wiskunde kennis op peil te<br />
brengen via een zomercursus en/of de<br />
Massive Open Online Course basiswiskunde.<br />
In dat opzicht heeft de<br />
ijkingstoets een activerende functie:<br />
aanzetten tot reflectie en tot handelen.<br />
Dat blijkt duidelijk uit ons onderzoek. Hoe<br />
lager de score, hoe meer de student<br />
aangeeft gebruik te zullen maken van de<br />
ondersteuning in aanloop naar de eerste<br />
lesdag”.<br />
Sinds 2020 bestaat de ijkingstoets uit<br />
twee delen: 10 vragen basiswiskunde en<br />
15 vragen die geënt zijn op het verwachte<br />
instapniveau. Onderzoek heeft<br />
aangetoond dat de score behaald op de<br />
10 basisvragen helpt om de ‘risicostudenten’<br />
nauwkeuriger te identificeren<br />
en te gidsen doorheen het verdere studiekeuzeproces.<br />
Aangezien er naast het afleggen van de<br />
toets geen andere verplichting geldt, ligt<br />
het initiatief volledig in handen van de<br />
aankomende student. “Eigenlijk past dit in<br />
onze visie van de ondernemende<br />
ingenieurs die we willen opleiden”, vindt<br />
prof. Langie. “Wat evenwel geenszins<br />
uitsluit dat de nieuwkomers recht hebben<br />
op een optimale ondersteuning tijdens het<br />
kritische eerste bachelorjaar”.<br />
Die support is nu al ten dele voorhanden<br />
in de vorm van een vrij toegankelijke<br />
MOOC basiswiskunde en zomercursussen<br />
op alle campussen. De MOOC is een<br />
online leeromgeving waarmee de<br />
aankomende studenten op eigen tempo<br />
kun voorkennis kunnen opfrissen of<br />
bijspijkeren. De zomercursussen worden<br />
in september live gegeven en gestreamd<br />
als de coronabeperkingen dat vereisen.<br />
“Beide producten hebben hun diensten al<br />
ruimschoots bewezen”, aldus prof.<br />
Langie. “Vanaf volgend academiejaar<br />
willen we ze samen met de ijkingstoets<br />
integreren in een facultair ondersteuningstraject<br />
voor beginnende eerstejaars”.<br />
Traject<br />
In het ondersteuningstraject onderscheidt<br />
prof. Langie twee fasen, één voor en één<br />
tijdens het eerste bachelorjaar. “Het<br />
traject start eigenlijk bij de infomomenten.<br />
Tijdens de SID-in beurzen, info- en<br />
bezoekdagen worden de potentiële<br />
studenten al gesensibiliseerd voor de<br />
ijkingstoets als diagnosemoment en de<br />
remediëringsmogelijkheden bij eventuele<br />
lacunes. De MOOC dient om zich<br />
zelfstandig de echt noodzakelijke<br />
basiskennis wiskunde eigen te maken. De<br />
zomercursus brengt de voorkennis bij die<br />
nodig is voor een vlotte start. Maar -zoals<br />
4
Prof. Greet Langie<br />
© Joren De Weerdt<br />
gezegd- hiermee stopt het niet. Tijdens<br />
het academiejaar openen we een ‘online<br />
adaptive learning path’, opgebouwd uit<br />
een combinatie van theorie en veel<br />
oefeningen, aangevuld met individuele<br />
vakbegeleiding op de campus. Op basis<br />
van de resultaten van de ijkingstoets<br />
worden de studenten ingedeeld in drie<br />
groepen. Er is de groep die geslaagd is<br />
op beide delen en in principe geen<br />
behoefte heeft aan extra ondersteuning.<br />
Een tweede groep die enkel geslaagd is<br />
op de 10 basiswiskundevragen en die we<br />
aanbevelen om in functie van de hiaten<br />
gebruik te maken van de ondersteuning.<br />
En een derde groep die over de hele lijn<br />
beneden peil scoort en die we aanraden<br />
om zich nog eens te bezinnen over de<br />
studiekeuze. Wie er toch wil voor gaan,<br />
krijgt een stellig advies om het aanbod<br />
met beide handen aan te grijpen”.<br />
Opwaardering<br />
Critici zullen opwerpen dat behalve een<br />
verruiming van het ondersteuningsaanbod<br />
er ten gronde weinig verandert: de<br />
ijkingstoets blijft niet-bindend en het<br />
traject is gebaseerd op vrijwilligheid. “Dat<br />
klopt”, antwoordt prof. Langie. “Het<br />
verschil en tegelijk de meerwaarde van de<br />
nieuwe aanpak is dat de verschillende<br />
initiatieven nu ingebed worden in een<br />
totaalconcept met een logische opbouw.<br />
De niet-bindende ijkingstoets wordt op<br />
die manier opgewaardeerd van een<br />
diagnose tot een opportuniteit die de<br />
nieuwkomers stimuleert om de uitdaging<br />
aan te gaan en hun studie al onmiddellijk<br />
zelf in handen te nemen”.<br />
Yves Persoons<br />
CONNECTING<br />
5
NIEUWS VAN DE FACULTEIT<br />
Ellen Demarsin<br />
© Julie Feyaerts<br />
TECHNOVATION HUB:<br />
THE CHALLENGE OF (GLOBAL)<br />
NETWORKED ENGINEERING<br />
COMMUNITIES<br />
6
On May 6, <strong>2021</strong>, Technovation Hub organised its third Innovation & Networking Evening,<br />
for the first time entirely online. For the student teams, it was a ‘moment de gloire’ to<br />
show off their achievements and to share expertise with the participants and with each<br />
other. Ellen Demarsin made her widely acclaimed entrance as the new Executive<br />
Committee member of Technovation Hub.<br />
E<br />
llen inherits one of the faculty’s<br />
showpieces from her predecessor<br />
Chrisje Haenen. Since 2016,<br />
Technovation Hub has been the<br />
breeding ground in which engineering<br />
talent and entrepreneurship merge and<br />
result in innovative projects set up by<br />
ambitious student teams. These teams<br />
in turn attract other students, take part<br />
in international competitions and have<br />
themselves become examples of<br />
networked engineering communities.<br />
Excellent mix<br />
“The COVID-19 restrictions and lack of<br />
direct contact did not negatively affect<br />
attendance”, Ellen noted. “With more<br />
than 100 participants we remained at<br />
the same level of the previous live<br />
editions. In terms of audience diversity,<br />
we are doing even better: 21%<br />
students, 42% professionals from<br />
companies and 37% professors and<br />
researchers. An excellent mix of profiles<br />
and backgrounds for cross-fertilisation<br />
and networking”.<br />
The programme contained the by now<br />
classic ingredients: a welcome by the<br />
dean, a prominent guest speaker, a<br />
panel discussion, workshops by the<br />
student teams and a networking<br />
moment at the end. Prof. Bert Lauwers,<br />
Dean of the Faculty of Engineering<br />
Technology opened the event with a<br />
comparison: “Our multicampus faculty<br />
in itself is a model of a networked<br />
engineering community. The<br />
cooperation between seven campuses<br />
has led to a new engineering curriculum,<br />
intense involvement of the business<br />
world, participation in the international<br />
Design Factory Global Network, joining<br />
the Siemens Industry Academy and<br />
much more. Technovation Hub can be<br />
called the emanation of the profile of<br />
our education and the mission of our<br />
faculty”.<br />
T-shaped engineers<br />
Further in his speech, Prof. Lauwers<br />
called interdisciplinary cooperation the<br />
engine of innovation. “The increasing<br />
complexity of engineering has torn<br />
down the fences between disciplines.<br />
Therefore, engineers are required to<br />
master knowledge, skills and attitudes<br />
outside their traditional comfort zone.<br />
This has led to the rise of what is<br />
known as the ‘T-shaped engineer’.<br />
Essentially, the T-shaped concept is a<br />
metaphor for the depth and the breadth<br />
that a professional needs in his/her<br />
competence. The vertical bar<br />
represents the depth of related skills<br />
and expertise in a single field, whereas<br />
the horizontal bar represents the<br />
breadth of skills and the ability to<br />
collaborate across disciplines with<br />
experts in other areas. For engineers,<br />
this means not only possessing deep<br />
technical skills, but also having broader<br />
attitudes such as empathy,<br />
entrepreneurial and communication<br />
skills, team spirit and the ability to<br />
collaborate. Characteristic of the<br />
T-shaped engineers is their dynamic<br />
versatility: the continuous alternation of<br />
deepening and broadening. The<br />
T-shaped concept is the success<br />
formula of each of our student teams”.<br />
Enabling breakthrough<br />
Koen Verhaert, CEO of Verhaert<br />
Masters in Innovation, was the keynote<br />
speaker. He runs a group of product<br />
innovation companies helping other<br />
companies and entrepreneurs to<br />
innovate, creating new products,<br />
business and services. According to<br />
Koen Verhaert, innovation must meet<br />
the following criteria: user-centred,<br />
business-driven, multidisciplinary and<br />
enabled by technology. Only an<br />
integrated approach allows you to align<br />
products, markets and investments in<br />
the most optimal way. “Innovation is<br />
possible on different levels and in<br />
different phases. To start with, you can<br />
inject innovation into your core business<br />
by attracting specialists or calling in<br />
external experts. When it comes to<br />
adjacent innovation, you move into<br />
other areas and have to introduce new<br />
technologies. A third option is the<br />
disruptive approach, in which you<br />
resolutely take a completely different<br />
path. Each of these formulas has its<br />
own approach and methodology”.<br />
After the innovative workshops<br />
traditionally provided by the student<br />
teams, Prof. Gerard Govers, Vice<br />
Rector Science, Engineering and<br />
Technology of KU Leuven, pronounced<br />
the closing words. He emphasised the<br />
educational added value of the student<br />
projects and the exemplary role of<br />
Technovation Hub in creating and<br />
supporting so much innovation and<br />
entrepreneurship.<br />
And Ellen? She could not wish for a<br />
better total immersion in her new job<br />
and professional environment. Grateful<br />
for the preparatory work of her<br />
predecessor and her colleagues, she<br />
takes up the torch, determined to<br />
tackle the challenge of (global)<br />
networked engineering communities.<br />
Yves Persoons<br />
www.technovationhub.be<br />
CONNECTING<br />
7
NIEUWS VAN DE CAMPUSSEN<br />
JOBBEURZEN <strong>2021</strong>:<br />
INDUSTRIEEL INGENIEURS<br />
BLIJVEN GEGEERD<br />
Online rekruteren en solliciteren is de norm dit jaar. De transitie van reëel naar virtueel is<br />
op alle campussen van de Faculteit Industriële Ingenieurswetenschappen snel en soepel<br />
verlopen. Tegen vele verwachtingen in kenden de virtuele jobbeurzen een hoge opkomst en<br />
moesten ze in menig opzicht niet onderdoen voor de live edities in het pre-coronatijdperk.<br />
De pandemie heeft de vraag naar industrieel ingenieurs niet aangetast, zoveel is duidelijk.<br />
Bij de start van het academiejaar zag<br />
het er niet goed uit. Na vijf<br />
opeenvolgende jaren van groei in de<br />
technologiesector kwam de federatie<br />
Agoria met sombere cijfers voor de dag. In<br />
de eerste zes maanden van 2020 was de<br />
omzet met 5,5% gedaald in vergelijking<br />
met de eerste helft van 2019. In het tweede<br />
kwartaal was er zelfs een terugval van<br />
13,5%. Vooral tijdens de eerste lockdown<br />
kelderden de cijfers over de hele lijn. Bij de<br />
export van technologische producten<br />
werd zelfs een daling van 15% genoteerd.<br />
De weerslag op de tewerkstelling liet niet<br />
op zich wachten. Van januari tot <strong>juni</strong> 2020<br />
gingen 3.200 banen verloren in de<br />
technologische industrie. Een daling die<br />
zich volgens Agoria nog zou blijven<br />
doorzetten tot het eerste kwartaal van<br />
2022 en in totaal 12.000 jobs zou kosten.<br />
Andere prognoses - zoals die van de<br />
Economic Risk Management Group<br />
(ERMG) - voorspelden voor <strong>2021</strong> een<br />
verlies van 23.000 banen.<br />
Gezamenlijk<br />
Onder zulk gesternte een jobbeurs<br />
organiseren die dan ook nog eens virtueel<br />
moest verlopen, creëerde op de<br />
campussen geen hoge verwachtingen.<br />
Campus De Nayer en de hogeschool<br />
Thomas More die traditioneel de grootste<br />
jobbeurs inrichten, openden samen met<br />
de collega’s op Campus Geel een<br />
gezamenlijk platform, kwestie van zeker<br />
te zijn van voldoende bedrijven en<br />
vacatures. Lieze Rombauts, communicatieverantwoordelijke<br />
op Campus De<br />
Nayer, spreekt van een goede beslissing.<br />
“Met 245 bedrijven benaderen we het<br />
aantal van de fysieke jobbeurs vorig jaar.<br />
De onlineformule heeft onze trouwe<br />
klanten er niet van weerhouden om zich<br />
opnieuw in te schrijven. Samen boden ze<br />
930 vacatures aan, niet alleen voor<br />
industrieel ingenieurs maar ook voor<br />
professionele bachelors”.<br />
“Dat de gezamenlijke beurs geslaagd is,<br />
blijkt ook uit de andere cijfers”, aldus<br />
Ellen Mostmans, communicatieverantwoordelijke<br />
op Campus Geel. “Zo<br />
werden 2.500 laatstejaarsstudenten<br />
geregistreerd in het systeem. 940<br />
voorlaatstejaars, docenten en externe<br />
bezoekers registreerden zich. Dat<br />
resulteerde in 35.000 bezoeken aan de<br />
stands, 8.600 jobconsultaties, 435 directe<br />
sollicitaties, 1.780 chatgesprekken en<br />
660 direct messages verstuurd door de<br />
bezoekers”.<br />
De gemeenschappelijke jobbeurs van de<br />
campussen De Nayer en Geel voorzag<br />
verder in een online sollicitatietraining en<br />
keuzesessies over o.m. doctoreren,<br />
innoverend ondernemen, verder studeren<br />
in de faculteit en aan KU Leuven en de<br />
educatieve master voor ingenieurs. Met<br />
studenten Arbeids- en Organisatiepsychologie<br />
konden een-op-een<br />
gesprekken gevoerd worden.<br />
Panelgesprek<br />
Bij de opening van de beurs op 9 maart<br />
stond er een panelgesprek i.s.m. Kanaal<br />
Z op het programma met Martine<br />
Reynaerts, CEO van Reynaerts Aluminium,<br />
Hans Maertens, gedelegeerd bestuurder<br />
van VOKA, prof. Luc Sels, rector van KU<br />
Leuven en Stijn Coenen, algemeen<br />
directeur van Thomas More. De sprekers<br />
benadrukten het cruciaal belang van<br />
innovatie, ondernemerschap en<br />
multidisciplinariteit voor de afgestudeerde<br />
ingenieurs. Naast een solide technische<br />
kennis zijn ook professionele vaardigheden<br />
onmisbaar voor een jonge professional.<br />
En wil je gebeiteld zitten in je carrière, dan<br />
is levenslang leren een natuurlijke<br />
ingesteldheid. Na afloop van het<br />
panelgesprek opende Hilde Crevits,<br />
viceminister-president en Vlaamse<br />
minister van Economie, Innovatie en Werk<br />
de gezamenlijke virtuele beurs.<br />
Primeur<br />
Technologiecampus Gent organiseerde<br />
dit jaar voor het eerst een volledig virtuele<br />
beurs en ging hierbij in zee met de Odisee<br />
Hogeschool. “Met 75 bedrijven haalden<br />
we niet de 130 van de voorbije jaren,<br />
maar met 860 vacatures maakten we dit<br />
ruimschoots goed”, vertelt<br />
communicatieverantwoordelijke Laura<br />
Taelman. “De 254 laatstejaars die de<br />
beurs bezochten, zorgden voor 1.878<br />
jobconsultaties en 110 directe sollicitaties.<br />
Aan de chatgesprekken namen 178<br />
8
studenten deel en 450 stuurden een<br />
bericht naar een bedrijf. Gedurende de<br />
jobbeurs konden de studenten hun cv<br />
laten screenen bij Randstad en het<br />
Student Career Center. Verder waren er<br />
nog informatiesessies over o.m.<br />
doctoreren, verder studeren en<br />
innoverend ondernemen”.<br />
Campus Brugge opteerde voor een<br />
kleinschalig initiatief als vervanger voor de<br />
fysieke jobbeurs. Gedurende een halve<br />
dag werden online parallelle sessies van<br />
30 minuten ingericht waarbij de studenten<br />
telkens konden kiezen uit vier sessies die<br />
op hetzelfde moment gepland waren”,<br />
vertelt organisator Isabelle Vervenne. “Op<br />
die manier kon elke student met minstens<br />
acht bedrijven kennismaken. In totaal<br />
waren 30 ondernemingen van de partij en<br />
namen 125 studenten deel, onder wie<br />
ook laatstejaars professionele bachelor<br />
van de Vives Hogeschool”.<br />
“De studenten waren best tevreden over<br />
het format”, vervolgt Isabelle. “Tijdens de<br />
sessies werden veel vragen gesteld. Maar<br />
iedereen was het erover eens dat een<br />
fysieke beurs te verkiezen valt boven een<br />
onlineversie”.<br />
Career Days<br />
Dezelfde boodschap horen we ook op<br />
Campus Groep T in Leuven. Daar opende<br />
de virtuele beurs op 10 februari de deuren<br />
met 87 standhouders. “Dat was<br />
beduidend minder dan de 150 van vorig<br />
jaar, maar inzake vacatures kan de virtuele<br />
editie wel de vergelijking doorstaan”,<br />
meldt Vanessa Elsen, medewerker<br />
Communicatie & Events. “De 419<br />
vacatures werden tot nog toe 6046 keer<br />
geconsulteerd, wat resulteerde in 506<br />
sollicitaties. De standen zelf werden<br />
15.284 keer bezocht. Studenten en<br />
exposanten startten samen 653<br />
gesprekken op. De studenten zelf namen<br />
564 keer het initiatief. Tevens werden<br />
druk boodschappen uitgewisseld: 2.421<br />
door de standhouders en 1.002 door de<br />
studenten. Deze cijfers dateren van eind<br />
april. De virtuele beurs loopt nog tot eind<br />
september. We verwachten nog een<br />
nieuwe golf van registraties na de<br />
examenperiode”.<br />
Ook op Campus Groep T ging de virtuele<br />
beurs gepaard met flankerende en<br />
complementaire activiteiten waaronder de<br />
Online Career Days van de studentenorganisatie<br />
Industria. Die bestonden uit<br />
bedrijfspresentaties en ontmoetingsmomenten<br />
van laatstejaars en recruiters.<br />
Tweede leven<br />
De virtuele beurzen kunnen dan wel hun<br />
fysieke tegenhanger niet evenaren, daar<br />
staat tegenover dat ze zich niet beperken<br />
tot een eendagsevenement. De beurzen<br />
op de meeste campussen blijven online<br />
tot in het najaar. Nu blijkt dat het<br />
ondernemersvertrouwen opnieuw in de lift<br />
zit, zou dat weleens een belangrijke troef<br />
kunnen zijn. Uit de eerdergenoemde<br />
ERMG-enquête blijkt dat de paaspauze<br />
nog maar weinig negatieve impact heeft<br />
gehad op de economie. Volgens de<br />
Wereldhandelsorganisatie herstelt de<br />
wereldhandel beter van de pandemie dan<br />
verwacht: de handelsvolumes zouden in<br />
<strong>2021</strong> met 8% stijgen. Daarnaast voorspelt<br />
de WHO ook een wereldwijde groei van<br />
5,1% na een daling van 3,8% in 2020. In<br />
de cijfers van de Startersatlas die Graydon<br />
samen met de werkgeversorganisatie<br />
Unizo op 21 april bekendmaakte, zetten<br />
nog nooit zoveel Vlamingen de stap naar<br />
het ondernemerschap. Met 65.555 zijn<br />
ze, 1,1% meer dan in 2019.<br />
Als ten gevolge van de vaccinatie en de<br />
dalende besmettingen het vertrouwen<br />
van de ondernemers en de consumenten<br />
herstelt, dan staan de virtuele jobbeurzen<br />
op de campussen misschien wel een<br />
tweede leven te wachten. Bleven de<br />
industrieel ingenieurs zelfs op het<br />
dieptepunt van de coronacrisis nog erg<br />
gegeerd, dan zullen ze dat nog meer zijn<br />
wanneer de economie opnieuw aantrekt.<br />
Yves Persoons<br />
CONNECTING<br />
9
ONDERWIJSONTWIKKELING<br />
ARTIFICIAL INTELLIGENCE<br />
IN BUSINESS & INDUSTRY:<br />
VAN POSTGRADUAAT<br />
NAAR MASTER-NA-MASTER<br />
Volgend academiejaar start op Campus Kortrijk een nieuw interdisciplinair postgraduaat. Het<br />
is een initiatief waar vier faculteiten van KU Leuven en evenveel campussen bij betrokken zijn.<br />
Het postgraduaat is niet alleen een opleiding op zich maar fungeert ook als opstap naar een<br />
gelijknamige master-na-master die in 2022-2023 op Campus Brugge gelanceerd wordt.<br />
Programmadirecteur prof. Joost Vennekens en prof. Lieven De Lathauwer, AI-coördinator op<br />
Campus Kulak Kortrijk, geven uitleg.<br />
De voorbije decennia is de aandacht<br />
verschoven van ‘digital first’ over<br />
‘mobile first’ naar ‘AI first’. Daarbij<br />
komt naast de VS ook China almaar sterker<br />
opzetten. De Volksrepubliek heeft een<br />
stappenplan klaar om tegen 2030 wereldleider<br />
te zijn: eerst de achterstand inlopen,<br />
over vijf jaar toonaangevend zijn op enkele<br />
AI-terreinen en over tien jaar in het hele<br />
AI-veld vooroplopen. “Het zou verkeerd<br />
zijn te denken dat we de technologie uit<br />
de VS of China maar moeten aankopen<br />
om daarna in Europa uit te rollen”, meent<br />
prof. Vennekens. “De AI die wij nodig hebben,<br />
krijg je alleen als je die van de grond<br />
zelf ontwikkelt en bouwt”.<br />
Ook de Vlaamse overheid laat zich niet<br />
onbetuigd. In 2019 werden Flanders AI<br />
Research en Flanders AI Academy opgericht.<br />
Tot 2024 kunnen de hoger<br />
onderwijsinstellingen in West-Vlaanderen<br />
rekenen op steun om gespecialiseerde<br />
opleidingen in te richten die aansluiten bij<br />
technologische speerpunten. Dit maakt<br />
dat de nieuwe programma’s over AI een<br />
opstartfinanciering ontvangen om levenslang<br />
leren in de provincie een boost te<br />
geven.<br />
Pijlers<br />
“Het nieuwe postgraduaat steunt op drie<br />
pijlers”, legt prof. De Lathauwer uit. “Dat<br />
zijn technologie, business en industrie. Dit<br />
verklaart meteen de samenwerking tussen<br />
de Faculteit Industriële Ingenieurswetenschappen<br />
(industrieel ingenieur), de<br />
Faculteit Ingenieurswetenschappen (burgerlijk<br />
ingenieur), de Faculteit Wetenschappen<br />
en de Faculteit Economie en<br />
Bedrijfswetenschappen. De ingenieursfaculteiten<br />
staan in voor de technologische<br />
basis in de cursussen ‘Fundamentals of<br />
AI’, ‘Machine Learning and Inductive<br />
Inference’ en ‘Artificial Neural Networks<br />
and Deep Learning’. De expertise die in<br />
dat verband in Leuven is opgebouwd,<br />
komt ons goed van pas. In Leuven loopt<br />
al sinds 1988 een Master in AI, een van<br />
de eerste programma’s op dit gebied dat<br />
jaarlijks meer dan 300 studenten van over<br />
de hele wereld aantrekt. Vorig jaar werd<br />
de expertise die binnen de universiteit is<br />
opgebouwd erkend door de oprichting<br />
van een KU Leuven Instituut, één van de<br />
eerste in zijn soort”.<br />
“Onder de pijler ‘AI & Business’ ressorteert<br />
de cursus ‘Business Analytics’. Die<br />
wordt verzorgd door docenten uit de<br />
Faculteit Economie en Bedrijfswetenschappen”,<br />
vervolgt prof.<br />
Vennekens. “De industriële aspecten<br />
komen aan bod in ‘Computer Vision &<br />
NLP’ met o.a. inbreng vanuit de Faculteit<br />
Industriële Ingenieurswetenschappen<br />
(Campus De Nayer). Dit samenspel van<br />
expertisedomeinen en de bijbehorende<br />
docenten maakt dat we kunnen uitpakken<br />
met een sterk programma: stevig wetenschappelijk<br />
en technologisch onderbouwd,<br />
maar tegelijk ook resoluut toepassings-<br />
en praktijkgericht. AI zal de<br />
volgende jaren almaar meer doordringen<br />
in onderwijs, gezondheidszorg, intelligent<br />
manufacturing, beeld- en spraakherkenning,<br />
enz.”<br />
Ethiek<br />
In de MaNaMa of master-na-master komt<br />
er nog een vierde pijler bij, ‘AI & Society’,<br />
met daarin aandacht voor de legale aspecten,<br />
cognitieve wetenschap en ethiek.<br />
“Het is duidelijk dat Europa moet inzetten<br />
op een verantwoorde AI”, vindt prof. De<br />
Lathauwer. “Aan de ene kant moet AI voldoen<br />
aan de bestaande wetten en<br />
regelgeving. Aan de andere kant moet de<br />
EU in nieuwe wetgeving voorzien voor<br />
toepassingen die er nog aankomen.<br />
10
Prof. Joost Vennekens en prof. Lieven De Lathauwer<br />
© Tom Talloen<br />
Anders komen we terecht in Amerikaanse<br />
toestanden waar sommige staten een<br />
verbod uitgevaardigd hebben op gezichtsherkenning<br />
in publieke ruimtes. In<br />
andere zijn dan weer surveillantierobots<br />
op straat uit den boze. Parallel met de<br />
juridische zijn er de ethische implicaties.<br />
De Digital Service Act die de Europese<br />
Commissie in december vorig jaar goedkeurde<br />
betekent al een hele stap vooruit.<br />
Daarin wordt o.m. de disproportionele<br />
macht van enkele grote technologiebedrijven<br />
aan banden gelegd”.<br />
prof. Vennekens. “Experten uit die bedrijven<br />
verzorgen ook modules zoals ‘AI in<br />
Practice’ en ‘ Realisation of AI’ in het<br />
nieuwe programma. Ook in het onderzoek<br />
verwachten we een sterke impuls<br />
vanuit die hoek”.<br />
Perspectieven<br />
Over hun professionele toekomst hoeven<br />
de afgestudeerden zich geen zorgen te<br />
maken. “De wereldwijde AI-race maakt<br />
dat er nu en de volgende jaren beduidend<br />
meer vraag naar AI-expertise zal zijn dan<br />
er aanbod beschikbaar is. Bedrijven verdringen<br />
zich nu al om AI-talent aan te<br />
trekken. Naarmate machinaal redeneren<br />
en machinaal leren - de belangrijkste<br />
taken van AI - een vaste plaats krijgen in<br />
alle sectoren van het economische en sociale<br />
leven, zal de vraag enkel toenemen”.<br />
Yves Persoons<br />
Werkveld<br />
Een bijzondere troef van het nieuwe postgraduaat<br />
en bij uitbreiding ook de<br />
MaNaMa is de samenwerking met bedrijven<br />
die in de sector actief zijn. Bij de<br />
partners zien we belangrijke spelers als<br />
Barco, Vandewiele, Renson, Cronos en<br />
Van Marcke. “De samenwerking gaat verder<br />
dan stages of masterproeven”, zegt<br />
Postgraduate Certificate<br />
Artificial Intelligence in Business and Industry<br />
Kortrijk<br />
Les op dinsdagnamiddag en -avond<br />
Van 21 september <strong>2021</strong> tot 28 <strong>juni</strong> 2022<br />
Meer info via www.puc.kuleuven.be of benedicte.seynhaeve@kuleuven.be<br />
Contactpersoon: Lieven De Lathauwer (academisch coördinator)<br />
lieven.delathauwer@kuleuven.be<br />
CONNECTING<br />
11
ONDERWIJSONTWIKKELING<br />
INGENIEURSBELEVING<br />
MAAKT CORONAJAAR GOED<br />
Dat je ondanks de COVID-19 restricties toch creatief teamwerk kunt verrichten, bewezen de<br />
eerstejaars industrieel ingenieur tijdens de Ingenieursbeleving (IB). Ze gingen de uitdaging<br />
aan om al hun kennis, vaardigheden en talenten in te zetten waardoor ze konden uitpakken<br />
met vaak verbluffende realisaties. De demonstraties en presentaties op de campussen waren<br />
de hoogtepunten van het academiejaar. Een greep uit het rijke en gevarieerde aanbod.<br />
De serre van de toekomst op<br />
Campus De Nayer<br />
In het centrum van de groententeelt lag<br />
het thema voor IB1 voor het rapen. “De<br />
opdracht was zodanig geconcipieerd dat<br />
alle afstudeerrichtingen aan bod kwamen”,<br />
zegt prof. Greet Langie. “Meer nog,<br />
om de interdisciplinariteit te stimuleren,<br />
kregen teams die afstudeerrichtingen integreerden<br />
een bonus”. Bij Elektromechanica<br />
en Elektronica-ICT kwam de samenwerking<br />
vrijwel vanzelf tot stand. Deze teams<br />
bouwden een serre waarvan het dak automatisch<br />
open en dicht gaat. Sensoren<br />
registeren de omgevingsparameters en<br />
sturen de gegevens door naar een apparaat<br />
dat het dak bedient.<br />
De Chemieteams gingen aan de slag met<br />
het afvalwater van de serre. Daarin<br />
kweekten ze algen die het water zuiveren.<br />
Via sensoren wordt de lichtintensiteit gecontroleerd<br />
zodat de algen optimaal<br />
kunnen groeien. En dat deden ze ook, tot<br />
drie keer beter dan in natuurlijke omstandigheden.<br />
Dat deze teams ook in<br />
Elektromechanica beslagen zijn, toonden<br />
ze met een hydrocycloon om de algen te<br />
oogsten. De planten worden gebruikt als<br />
veevoeder, biobrandstof of voedingssupplement.<br />
“Daarmee slaan we twee vliegen<br />
in één klap”, aldus prof. Langie. “Het afvalwater<br />
wordt gezuiverd en we kweken<br />
een product dat je op de markt kunt brengen.<br />
Een mooi voorbeeld van circulaire<br />
economie”.<br />
Ook van de bouwkundigen in spe werd<br />
een duurzame reflex verwacht. Zij moesten<br />
een dakserre bouwen. Het dak van<br />
het hoofdgebouw van de campus bleek<br />
een uitgelezen plek. De resultaten van<br />
metingen en berekeningen vertaalden<br />
zich in originele maquettes. De demodag<br />
was eveneens origineel opgevat. Via<br />
streaming konden de presentaties van de<br />
teams op TV-schermen gevolgd worden.<br />
Kettingreacties op Campus<br />
Groep T<br />
In Leuven bouwden de eerstejaars in<br />
groepjes van acht elk een Rube<br />
Goldbergmachine. Dit is een complex apparaat<br />
dat een op zich eenvoudige<br />
opgave (zoals een balletje brengen van<br />
punt A naar B) op een ingenieuze manier<br />
uitvoert waardoor een kettingreactie ontstaat.<br />
“Het programma van eisen was<br />
zodanig opgesteld dat alle afstudeerrichtingen<br />
in het toestel geïntegreerd moesten<br />
worden”, legt coördinator Christel<br />
Willemaerts uit. “Tijdens de demonstraties<br />
koppelden we vijf tot zeven toestellen aan<br />
elkaar. Was er ruimte genoeg geweest<br />
dan hadden we een kettingreactie van wel<br />
80 m kunnen realiseren”.<br />
12
“Het project bestond uit verschillende<br />
fasen”, vervolgt Nicolas De Hertoghe.<br />
“Eerst stelden de teams een bouwdossier<br />
samen, bestaande uit technische tekeningen,<br />
een wiskundig model en een plan<br />
van aanpak. Vervolgens werd het toestel<br />
gebouwd in Fablab met gebruik van<br />
3D-printers. Daarna volgden een testweek<br />
en de finale demonstratie op de<br />
campus.”<br />
Elk toestel diende te beschikken over vier<br />
in- en evenveel uitgangen waardoor het<br />
balletje 16 trajecten kon afleggen. Om de<br />
spanning erin te houden, hadden de<br />
teams 15 minuten om hun toestel startklaar<br />
te maken.<br />
“Niet alleen voor de studenten, ook voor<br />
de docenten was het een huzarenstukje”,<br />
merkt Christel op. “32 experts zorgen<br />
voor inhoudelijke input via seminaries.<br />
Voeg daarbij nog eens 12 coaches en je<br />
planningstabel moet niet onderdoen voor<br />
de kettingreactie van de studenten”.<br />
Ingenieur@home op<br />
Technologiecampus Gent<br />
Om je uit te leven als ingenieur hoef je het<br />
niet ver te zoeken, vond men in Gent. Je<br />
huis bevat voldoende elektronica, chemie,<br />
elektromechanica, energie en bouwkunde<br />
om er een boeiende Ingenieursbeleving in<br />
op te zetten. Coördinator Micheline<br />
Bekaert geeft uitleg: “De teams van elk<br />
vier studenten volgden eerst een aantal<br />
workshops van elke afstudeerrichting.<br />
Daarbij kregen ze telkens een concrete<br />
onderzoeksvraag mee (zie afbeelding). Elk<br />
team koos vervolgens een vrijstaande woning.<br />
Daarin gingen de studenten<br />
opmeten, bodemstalen nemen, het energiegebruik<br />
in kaart brengen, het<br />
leidingwater analyseren, de levenscyclus<br />
van de huishoudapparaten verifiëren, enz.<br />
Naast de vakspecifieke input waren er<br />
ook ondersteunende sessies over lab<br />
skills, professionele competenties, CAD<br />
en ruimtelijk inzicht. Die zorgden ervoor<br />
dat de eerstejaars niet onbeslagen op het<br />
ijs kwamen.”<br />
Gelet op de hoeveelheid van onderzoeksvragen,<br />
hoefden de teams slechts één<br />
willekeurig gekozen onderwerp effectief te<br />
presenteren. Ook Micheline wijst op de<br />
bijzondere inzet van het docentencorps.<br />
“Voor hen was de Ingenieursbeleving<br />
eveneens nieuw en de omstandigheden<br />
verre van ideaal. Ze blikken met minstens<br />
evenveel voldoening als de studenten<br />
terug op een geslaagde primeur”.<br />
Bruggen bouwen op Campus<br />
Brugge<br />
Campus Brugge doet haar naam alle eer<br />
aan in de keuze van het thema van IB1.<br />
“Na het geïntegreerde lab en de seminaries<br />
professionele competenties gingen<br />
de studenten in het tweede semester aan<br />
de slag met het bouwen van een brug”,<br />
zegt coördinator Isabelle Vervenne. “We<br />
richtten vier modules in. De eerste handelde<br />
over materialen met aandacht voor<br />
o.m. belasting en verbindingsmogelijkheden.<br />
Daarna was het de beurt aan<br />
bouwkunde. De opdracht bestond erin<br />
een vakwerkbrug te bouwen die 90 cm<br />
kon overspannen. De brug moest zo licht<br />
mogelijk zijn, maar toch in staat om een<br />
zo zwaar mogelijke belasting te dragen.<br />
Het beste team pakte uit met een brug<br />
van amper 90 gr. die een gewicht van 7<br />
kg aankon.”<br />
In de module Elektromechanica stond de<br />
beweegbare brug centraal, uitgerust met<br />
rekstrookjes om de doorbuiging te meten.<br />
Die strookjes werden tijdens de module<br />
Elektronica-ICT uitgelezen en de gegevens<br />
gevisualiseerd om er vervolgens een<br />
app mee te bouwen die de brug aanstuurt<br />
en monitort. De Brugse IB1 werd afgesloten<br />
met de presentatie van een module<br />
naar keuze.<br />
Isabelle kijkt tevreden terug op het project:<br />
“Ondanks de moeilijke tijden hebben<br />
de studenten en de docenten alles gegeven<br />
om van IB1 een succes te maken”.<br />
Yves Persoons<br />
CONNECTING<br />
13
ONDERWIJSONTWIKKELING<br />
PROF. ANNEMIE VORSTERMANS,<br />
PROGRAMMADIRECTEUR<br />
ELEKTRONICA-ICT<br />
Ingenieur is een beroep, lesgeven is een roeping. Als je beide combineert, ben je de geknipte<br />
programmadirecteur. Deze ‘boutade’ is zonder meer van toepassing op prof. Annemie<br />
Vorstermans. Sinds 1 augustus 2020 is ze voorzitter van de Permanente Onderwijscommissie<br />
Elektronica-ICT, de tweede grootste afstudeerrichting van de faculteit met een stevige<br />
verankering op alle campussen.<br />
Prof. Vorstermans is burgerlijk elektrotechnisch ingenieur<br />
van de UGent. Ze doctoreerde er over spraakherkenning<br />
en ging na een tussenstop bij Lernout & Hauspie in 2007<br />
aan de slag bij KAHO Sint-Lieven, de voorloper van de<br />
Technologiecampus Gent. Daar behoort ze tot de eenheid<br />
‘Gedistribueerde en Veilige Software’ (DistriNet) binnen het<br />
Departement Computerwetenschappen.<br />
“Toen ik bij KAHO Sint-Lieven begon, vormden Elektriciteit en<br />
Elektronica nog één studierichting”, vertelt prof. Vorstermans.<br />
“Pas later werd Elektronica afgesplitst van de sterkstroom en<br />
kwam ICT erbij. Bij de uitbouw van het ICT-gedeelte was ik van<br />
meet af aan betrokken, eerst als docent en vervolgens als vice-opleidingshoofd.<br />
Inmiddels staat er een opleiding op de kaart<br />
met twee profielen: Elektronica (hardware) en ICT (software). Dit<br />
onderscheid biedt het voordeel van duidelijkheid, al zijn er ook<br />
collega’s die voor een mengvorm opteren. Ook zij hebben daar<br />
goede argumenten voor. Dat binnen de afstudeerrichting<br />
Elektronica-ICT de campussen verschillende opties inrichten beschouw<br />
ik als een verrijking van het aanbod. Het vergroot de<br />
keuzemogelijkheden van de studenten en past helemaal in het<br />
plaatje van de multicampusfaculteit”.<br />
Draagvlak<br />
Zoals bij de andere programmadirecteurs zal ook prof.<br />
Vorstermans’ ambtsperiode grotendeels in het teken staan van<br />
de programmahervorming. Inzake curriculumontwikkeling heeft<br />
ze al genoeg watertjes doorzwommen om te weten dat belangrijke<br />
vernieuwingen de beste kans op slagen hebben als ze door<br />
de docenten te velde worden gedragen. Of als ze direct vanuit<br />
de basis komen. “De campussen in Gent en Brugge werken al<br />
nauw samen lang voor er van een multicampusconcept sprake<br />
was. Dat is nooit opgelegd of gedecreteerd. Ik ben er dan ook<br />
van overtuigd dat de programmacommissies maar ook de docententeams<br />
een goede voedingsbodem zijn waarin meer<br />
samenwerking kan ontkiemen. Het gras groeit niet door eraan te<br />
trekken, wel door het terrein vruchtbaar te maken”.<br />
Over de POC-overschrijdende samenwerking kan volgens prof.<br />
Vorstermans hetzelfde gezegd worden. “Neem nu de ingenieursbelevingen,<br />
het paradepaardje van de programmahervorming.<br />
Het is de plaats bij uitstek waar verschillende leerlijnen, werkvormen<br />
en disciplines samen komen en niet alleen de<br />
wetenschappelijke of de technische. Met het docententeam<br />
Professionele Competenties werken we nauw samen om de soft<br />
skills optimaal te integreren zodat het belevingsaspect ten volle<br />
tot zijn recht kan komen. Een andere ‘good practice’ is het interdisciplinair<br />
project in de masteropleiding”.<br />
Digitaal<br />
Samen met haar collega’s van de POC Elektronica-ICT bevindt<br />
prof. Vorstermans zich midden in de digitale revolutie die zich<br />
momenteel voltrekt. De digitale transformatie is volgens haar<br />
geen sprint waar je even alles moet geven. Het is veeleer een<br />
marathon waarin je moet doseren en anticiperen op wat komen<br />
gaat. Dat geldt niet alleen voor bedrijven maar ook voor universiteiten.<br />
“COVID-19 heeft aangetoond dat consumenten zich<br />
snel kunnen aanpassen en nieuwe manieren vinden om dagelijkse<br />
dingen digitaal te doen. Docenten en studenten hebben in<br />
een recordtempo digitaal een paar versnellingen hoger moeten<br />
schakelen. Deze klok zal niet worden teruggedraaid. Het is onze<br />
taak ervoor te zorgen dat onze studenten en medewerkers op<br />
een continue verandering zijn voorbereid. Het gaat om het creëren<br />
van een digitale cultuur en het inzetten op levenslang leren”.<br />
Tot slot wil de nieuwe programmadirecteur nog een lans breken<br />
voor een gedegen kwaliteitsbewaking. “Hervormen en vernieuwen<br />
zijn noodzakelijk, maar geregeld even terugblikken en<br />
reflecteren zijn dat ook. Dat geldt evenzeer voor het consolideren<br />
van de vooruitgang die geboekt is. Innoveren doe je beter niet<br />
op drijfzand”.<br />
Yves Persoons<br />
14
Prof. Annemie Vorstermans<br />
© Yasmina Besseghir<br />
CONNECTING<br />
15
ONDERWIJSONTWIKKELING<br />
Prof. Wim De Roeck<br />
© Julie Feyaerts<br />
16
PROF. WIM DE ROECK,<br />
PROGRAMMADIRECTEUR<br />
ELEKTROMECHANICA EN<br />
KUNSTSTOFVERWERKING<br />
Sinds augustus 2020 zit Wim De Roeck de permanente onderwijscommissie voor van de<br />
grootste opleiding van de faculteit. Een opleiding die bovendien op alle campussen prominent<br />
aanwezig is. Wim mag dan wel nieuwkomer zijn in beleidsaangelegenheden -hij doorliep niet<br />
het klassieke traject van leerlijnverantwoordelijke over opleidingshoofd- toch weet hij wat hij<br />
wil en waar hij over vier jaar met zijn opleiding wil staan.<br />
Wim is burgerlijk ingenieur<br />
Bouwkunde, maar doctoreerde<br />
in de Werktuigkunde met een<br />
proefschrift over stromingsgeleiding. Als<br />
postdoc specialiseerde hij zich in aeroakoestische<br />
onderwerpen als<br />
geluidscontrole en -reductie in ventilatiesystemen<br />
en voertuigen.<br />
In 2012 nam Wim zijn intrek op Campus<br />
Groep T als docent Mechanisch Ontwerp<br />
en Sterkteleer. Hij raakte ook vlug<br />
betrokken bij de focus Intelligent Mobility in<br />
de masteropleiding Elektromechanica.<br />
Samen met de optie Automotive<br />
Engineering op Campus De Nayer hoopt<br />
hij eerlang met een nieuwe master in<br />
Voertuigentechnologie van start te gaan.<br />
Op de Leuvense campus vertegenwoordigt<br />
Wim de onderzoeksgroepen Mecha(tro)<br />
nische Systeem Dynamica (LMSD) en<br />
Applied Fluid Mechanics & (Aero-)<br />
Acoustics.<br />
Domeinspecifiek<br />
De nieuwe programmadirecteur kreeg bij<br />
zijn aantreden meteen een stevig dossier<br />
op zijn bord: de programmahervorming.<br />
Die wordt volgend academiejaar in de<br />
tweede bachelorfase ingevoerd en bereikt<br />
hiermee het domeinspecifieke gedeelte<br />
van de opleiding. “Voor de afstudeerrichting<br />
Elektromechanica en de opties<br />
‘Automatisering & Mechatronica’,<br />
‘Ontwerp & Productie’ en ‘Energie’ hebben<br />
we ons huiswerk gemaakt”, zegt Wim. “In<br />
de masteropleiding wordt het nog puzzelen<br />
met de keuzepakketten: wat bieden we<br />
waar aan? Gaan we meteen voor<br />
internationale multicampusmodules, enz.”<br />
Uiteraard is niet alles programmahervorming<br />
wat de klok slaat. In zijn ambtstermijn wil<br />
de programmadirecteur ook in twee<br />
andere gebieden de bakens verzetten. Een<br />
eerste dossier dat hem na aan het hart ligt,<br />
is de introductie van nieuwe<br />
onderwijsconcepten. “De coronacrisis<br />
heeft de digitalisering van het onderwijs in<br />
een stroomversnelling gebracht. Online<br />
lesgeven en -krijgen behoort tot het nieuwe<br />
normaal, wat niet betekent dat het<br />
contactonderwijs compleet van het toneel<br />
verdwijnt. Integendeel, het komt erop aan<br />
om het beste uit deze twee werelden te<br />
halen en te combineren. De ‘flipped<br />
classrooms’ zijn in dat opzicht interessant.<br />
Daarin bereiden de studenten de<br />
contactmomenten voor zodat de<br />
contacttijd optimaal benut kan worden<br />
voor het verduidelijken, verdiepen en<br />
verwerken van de leerstof. Deze aanpak<br />
verhoogt niet alleen het leerrendement, het<br />
is ook stimulerend voor de student en<br />
motiverend voor de docent”.<br />
Werkveld<br />
Wims’ tweede prioriteit is het versterken<br />
van de band met de industrie. Niet toevallig<br />
is dit ook een van de belangrijkste<br />
doelstellingen in het facultaire beleidsplan<br />
2018-2022. Wim verwijst in dat verband<br />
naar de positieve ervaringen met het<br />
pilootproject Stage+ van de Siemens<br />
Academy. “In het kader van hun<br />
bachelorproef kregen 24 derdejaars vorig<br />
academiejaar de kans om in 10 industriële<br />
bedrijven een geautomatiseerde machine<br />
te ontwerpen. Ook al was dit bij de uitbraak<br />
van de coronacrisis niet evident, toch<br />
hebben zij er heel wat opgestoken over<br />
o.m. technisch ontwerpen en het werken<br />
met simulatiepakketten. Het was een goed<br />
voorbeeld hoe een Ingenieursbeleving niet<br />
alleen kan focussen op professionele<br />
vaardigheden, maar eveneens op<br />
domeinspecifieke inhouden in een reële<br />
bedrijfscontext. Ik ben er trouwens<br />
voorstander van om de masterproeven<br />
opnieuw meer in of met de industrie te<br />
organiseren. De finaliteit van de meeste<br />
afstuderenden is het bedrijfsleven, dus is<br />
het onze taak hen hierop zo goed mogelijk<br />
voor te bereiden.”<br />
“Een moeilijk dossier voor de richtingen<br />
Elektromechanica en Kunststofverwerking<br />
zijn de stages”, besluit Wim. “Uiteraard zijn<br />
wij er voorstander van, maar in het huidige<br />
eenjarige masterprogramma is het<br />
ondoenbaar om honderden studenten in<br />
eenzelfde aaneengesloten periode op<br />
stage te sturen en ook nog naar behoren<br />
op te volgen. Daarom overwegen we om<br />
van de stage een keuzepakket te maken<br />
dat de studenten zelf kunnen inplannen in<br />
een periode die hen het beste past. Het is<br />
tevens een manier om hen verantwoordelijk<br />
te maken voor hun leerproces”.<br />
Yves Persoons<br />
CONNECTING<br />
17
STUDENT IN DE KIJKER<br />
DE STEM VAN DE STUDENT:<br />
STUDENTENPARTICIPATIE AAN<br />
DE FACULTEIT INDUSTRIËLE<br />
INGENIEURSWETENSCHAPPEN<br />
Decaan Bert Lauwers sprak vorig jaar in zijn beleidsverklaring duidelijke taal: er moet werk<br />
gemaakt worden van een actieve studentenparticipatie en dat zowel op facultair als op<br />
campusniveau. Dat is niet alleen goed voor het democratisch gehalte van het bestuur, maar<br />
biedt de studenten ook de kans om zich te ontwikkelen tot mondige en kritische industrieel<br />
ingenieurs. De woorden van de decaan zijn niet in dovemansoren gevallen. De kopstukken<br />
van de Studentenraden maken de balans op.<br />
“ Als je voor industrieel ingenieur studeert,<br />
ben je eigenlijk drievoudig<br />
student: op je campus, aan de<br />
faculteit en aan de universiteit”, zegt<br />
Sophie Verbergt, voorzitter van het<br />
Studentenoverleg Industrieel Ingenieur<br />
(StII). “Aangezien op elk niveau beslissingen<br />
worden genomen die de studenten<br />
aanbelangen, is er ook telkens in medezeggenschap<br />
voorzien. Op campusniveau<br />
is dat de Studentenraad (SR), aan de faculteit<br />
is dat StII en nog een niveau hoger<br />
heb je Stura, het overkoepelend orgaan<br />
van alle studenten van KU Leuven. Op elk<br />
van deze niveaus zijn we vertegenwoordigd,<br />
al zijn er nog verschillen en<br />
werkpunten die meestal terug te voeren<br />
zijn op het hogeschoolverleden van de<br />
campussen. Maar dat het de goede kant<br />
opgaat, dat staat buiten kijf”.<br />
Complex<br />
Margot Vander Elst is voorzitter van de SR<br />
op Campus De Nayer. Die telt 20 leden<br />
en vertegenwoordigt de studenten in de<br />
onderwijscommissies op de campus.<br />
Veel aandacht gaat naar het onthaal en<br />
de begeleiding van eerstejaars. “Naast de<br />
SR zijn er nog eens zes studentenverenigingen<br />
actief, elk met een eigen<br />
preses”, zegt Margot. “Er wordt wel<br />
samengewerkt in een overkoepelend<br />
verbond, maar het blijft een complexe<br />
situatie. Het zou de studentenwerking in<br />
het algemeen ten goede komen, mocht<br />
er naast de SR een eengemaakte<br />
studentenvereniging ontstaan”.<br />
Op de Technologiecampus Gent heeft<br />
Ambroos Broes de SR Ingenia opnieuw<br />
moeten uitvinden. “We zijn vorig jaar met<br />
een schone lei begonnen en zijn erin<br />
geslaagd om een representatieve<br />
vertegenwoordiging op de been te<br />
brengen. Ook in Gent zijn er meerdere<br />
studentenverenigingen: ASR en nog twee<br />
verenigingen die onder de hogeschool<br />
Odisee ressorteren”.<br />
Huang Swennen heeft het voorbije<br />
academiejaar aan de weg getimmerd op<br />
Campus Geel. Met zeven companen<br />
richtte hij een SR op die zowel de<br />
studenten van industriële als van<br />
biowetenschappen vertegenwoordigt.<br />
“Oorspronkelijk waren er studentenvertegenwoordigers<br />
per klas.<br />
Laagdrempelig was het zeker, maar de<br />
coördinatie liet vaak te wensen over.<br />
Gelukkig hebben we één studentenvereniging<br />
II Geel, al behoort die statutair<br />
nog bij Atmos, de vereniging van de<br />
hogeschool Thomas More”.<br />
Bevoegdheden<br />
Op Campus Diepenbeek heeft Nicolas<br />
Derom een dubbele pet op. Hij<br />
vertegenwoordigt de Limburgse<br />
studenten zowel in StII als in de SR van<br />
UHasselt waar hij ondervoorzitter<br />
Onderwijs is. “Aangezien we studenten<br />
zijn van KU Leuven én UHasselt is het<br />
onze taak om het beste uit de twee<br />
werelden te combineren. De<br />
communicatielijnen op onze campus zijn<br />
kort waardoor we kort op de bal kunnen<br />
spelen. Met de Algemene Studentenvereniging<br />
ASG werken we goed samen<br />
ook al omdat de industrieel ingenieurs de<br />
grootste groep vormen”.<br />
Op Campus Groep T functioneert al sinds<br />
1991 een onafhankelijke SR. Daar zijn van<br />
bij het begin duidelijke afspraken met de<br />
studentenvereniging gemaakt. “Industria<br />
en SR zijn twee aparte entiteiten met<br />
eigen statuten, een eigen budget en eigen<br />
verantwoordelijkheden”, bevestigt Sophie.<br />
“In de SR hebben we de voorbije jaren<br />
speciale aandacht besteed aan de<br />
internationale studenten die nu al meer<br />
dan 25% van de populatie uitmaken. Met<br />
succes, overigens. In die mate dat zich<br />
inmiddels meer gemotiveerde<br />
internationale studenten aanmelden dan<br />
Vlaamse”.<br />
18
Doorstroming<br />
Na de integratie van de opleidingen in de<br />
universiteit en de start van de nieuwe<br />
faculteit in 2013 werd de overkoepelende<br />
studentenraad StII opgericht. “Die bestaat<br />
uit studentenvertegenwoordigers die<br />
worden voorgedragen door de SR’s op<br />
de campussen”, vervolgt Sophie. “Tijdens<br />
de Algemene Vergaderingen bespreken<br />
we de onderwerpen die aan de orde zijn<br />
en nemen we een standpunt in dat we<br />
vervolgens verdedigen in de facultaire<br />
advies- en beslissingsorganen. StII zorgt<br />
eveneens voor studenteninspraak in de<br />
permanente onderwijscommissies”.<br />
“StII kwam aanvankelijk moeilijk van de<br />
grond -zeker op de campussen buiten<br />
Leuven- maar daar is onder impuls van de<br />
decaan verandering in gekomen.<br />
Naarmate de SR’s op de campussen<br />
aansterken, zal ook StII aan belang en<br />
gewicht winnen. Het is vanuit de basis dat<br />
de studentenparticipatie moet groeien.<br />
De rol van de campussen en de faculteit<br />
bestaat erin dit proces te faciliteren en te<br />
ondersteunen. Of zoals het spreekwoord<br />
zegt: het gras groeit niet door eraan te<br />
trekken”.<br />
Professionalisering<br />
Alexander Konstantinov is ondervoorzitter<br />
van de SR op Campus Groep T en zetelt<br />
ook in de Algemene Vergadering van de<br />
overkoepelende Studentenraad van KU<br />
Leuven. “In Stura hebben we 7 van de 75<br />
zetels en bijbehorende stemmen, goed<br />
voor een gewicht van 9%”, zegt<br />
Alexander. “Mathematisch is het wel niet<br />
helemaal correct, omdat de studenten<br />
van Campus Diepenbeek niet worden<br />
meegeteld. Maar dan nog is het moeilijk<br />
om die zeven zetels te bezetten. Een en<br />
ander heeft te maken met het feit dat in<br />
pre-coronatijden altijd in Leuven werd<br />
vergaderd. Bij de eerste online Algemene<br />
Vergadering vorig jaar waren bijvoorbeeld<br />
wel zeven vertegenwoordigers present.<br />
Dat Stura voor de niet-Leuvense<br />
studenten een ver-van-mijn-bed show is,<br />
moet dus vooral letterlijk opgevat<br />
worden”.<br />
Tot slot pleit Alexander voor een<br />
doorgedreven professionalisering van de<br />
studentenparticipatie. “Het zou de<br />
werking en de continuïteit van de inspraak<br />
zeker ten goede komen mochten de SR’s<br />
en ook StII een juridische entiteit worden<br />
in de vorm van een vzw, dus met eigen<br />
statuten en budget. De meeste<br />
studentenverenigingen functioneren al op<br />
die manier en met succes. De dossiers<br />
zijn te complex geworden om ze louter<br />
aan vrijblijvend en wisselvallig vrijwilligerswerk<br />
over te laten”.<br />
Yves Persoons<br />
http://stii.ulyssis.be/over-stii/<br />
Sophie Verbergt<br />
© Julie Feyaerts<br />
CONNECTING<br />
19
STUDENT IN DE KIJKER<br />
DE TELOORGANG VAN<br />
NATUURGEBIED DE ZEGGE<br />
Ten zuiden van de Kleine Nete en ten noorden van het Kempens kanaal in de gemeenten<br />
Geel en Olen ligt een van Vlaanderens oudste en waardevolste natuurgebieden. De Zegge<br />
herbergt zeldzame vogel- en plantensoorten en er leven zelfs ringslangen. Dit paradijs is<br />
echter zwaar bedreigd. Meer nog, het vormt zelf een bedreiging voor de natuur en het<br />
klimaat. Valerie Moris, studente Biowetenschappen op Campus Geel, trok vorig jaar op<br />
onderzoek. Dit resulteerde in een masterproef waarmee zij laureate werd van de VBI<br />
Research Award.<br />
Wie herinnert zich nog de film ‘Mira, de Teleurgang van<br />
de Waterhoek’? De kaskraker uit 1971 was gebaseerd<br />
op de streekroman van Stijn Streuvels en vertelt het<br />
verhaal van een gesloten dorpsgemeenschap (Waterhoek) die<br />
bedreigd wordt door de vooruitgang en de moderne techniek (in<br />
de vorm van een brug over de Schelde). Is het Kempisch natuurgebied<br />
hetzelfde lot beschoren? In 2019 trok medebeheerder de<br />
Koninklijke Maatschappij voor Dierkunde in Antwerpen aan de<br />
alarmbel. Door het systematisch oppompen van grondwater voor<br />
de naburige landbouw en veeteelt komt het voortbestaan van het<br />
reservaat in gevaar. Masterstudente Valerie ging ter plaatse een<br />
kijkje nemen en ontdekte dat het probleem nog veel groter is dan<br />
gedacht.<br />
Natuur en milieu<br />
Valerie rijmt niet toevallig op biologie. Van kindsbeen af was<br />
Valerie al gefascineerd door al wat leeft, groeit en bloeit op dit<br />
ondermaanse. Haar studiekeuze was dan ook snel gemaakt: bioingenieur<br />
aan KU Leuven. Na twee jaar theorie snakt Valerie naar<br />
het echte leven en stapt ze over naar industrieel ingenieur in de<br />
biowetenschappen op Campus Geel. In de afstudeerrichting<br />
land- en tuinbouwkunde kiest ze voor de optie ‘Natuur en Milieu’.<br />
“Planten en dieren kun je niet los zien van hun omgeving”, merkt<br />
Valerie op. “Die omgeving maakt op haar beurt deel uit van het<br />
leefmilieu en alles wat daarbij komt kijken in termen van klimaat,<br />
grondstoffen, energie, water en bodem. Toen in 2019 het<br />
natuurgebied De Zegge negatief in het nieuws kwam, lag een<br />
onderwerp voor mijn masterthesis voor het rapen”.<br />
In haar onderzoek kijkt Valerie ook eerst naar het brede plaatje.<br />
“De Zegge is eigenlijk al een restant van een immens<br />
laagveenmoeras. ’t Geels Gebroekt was oorspronkelijk 500 ha<br />
groot, maar werd in de vorige eeuw systematisch ingepalmd door<br />
de landbouw zodat er nu nog slechts 110 ha overblijft. Een<br />
dergelijk fenomeen deed zich ook elders voor, waardoor<br />
Vlaanderen 75% van zijn wetlands verloor. Deze teloorgang is om<br />
twee redenen zorgwekkend. Om te beginnen zorgen wetlands<br />
voor ‘klimaatmitigatie’. Dat betekent dat ze koolstofdioxide uit de<br />
atmosfeer opnemen en opbergen in de bodem. Ten tweede zijn<br />
de wetlands natuurlijke schokdempers om extreme weersomstandigheden<br />
op te vangen. Dat is dan weer een voorbeeld<br />
van klimaatadaptatie.”<br />
Uitdroging<br />
“De grootste bedreiging voor De Zegge is ongetwijfeld uitdroging”,<br />
vervolgt Valerie. “De boosdoener is de grondwaterwinning in de<br />
omgeving. Maar ook de klimaatopwarming en de hittegolven van<br />
de voorbije zomers hebben het veen geen goed gedaan. In dat<br />
veen zit het equivalent van 200.000 ton CO 2 opgeslagen, dat is<br />
evenveel als 60.000 auto’s per jaar uitstoten. Als de afbraak van<br />
het plantaardig materiaal sneller verloopt dan de aanmaak of de<br />
aanvoer ervan, degradeert het veen en komt die koolstofdioxide<br />
vrij. En CO 2 is -zoals we weten het broeikasgas bij uitstekverantwoordelijk<br />
voor de opwarming van de aarde en de<br />
klimaatverandering”.<br />
Gedurende vijf maanden deed Valerie opmetingen op verschillende<br />
plaatsen in het natuurgebied. Ze verzamelde gegevens over o.m.<br />
de zuurtegraad, de bulkdensiteit en het koolstof- en<br />
nutriëntengehalte. Daarbij stelde ze een lineair verband vast<br />
tussen het stikstof- en het koolstofgehalte in de hoogste<br />
bodemlagen. Verder bracht ze ook de bodemrespiratie in kaart,<br />
d.i. de CO 2 -uitstoot van de bodem veroorzaakt door<br />
wortelademhaling en de microbiële afbraak van organisch<br />
materiaal.<br />
Vicieuze cirkel<br />
“Tijdens de observatieperiode kon je de bodemrespiratie duidelijk<br />
zien toenemen bij stijgende temperatuur en dalende bodem pH”,<br />
zegt Valerie. “Als ten gevolge van de klimaatverandering de<br />
temperatuur met 1°C stijgt, betekent dit een toename van 1g<br />
CO 2 /m²/d. Door deze extra uitstoot gaat de aarde nog meer<br />
opwarmen waardoor je in een vicieuze cirkel terechtkomt. Daar<br />
komt nog eens bij dat als de degradatie van het veen zo<br />
20
Valerie Morris<br />
© Joren De Weerdt<br />
verdergaat er een negatieve spiraal ontstaat die zorgt voor een<br />
onherstelbare schade. Conclusie: als het veentapijt van De Zegge<br />
afsterft, wordt het hele gebied in Geel en Olen een immense bron<br />
van CO 2 -uitstoot”.<br />
Op Campus Geel volgen prof. Karen Vancampenhout en haar<br />
team de evolutie van het natuurgebied op de voet. Op 24 maart<br />
verscheen in Gazet van Antwerpen een interview met de Geelse<br />
professor. De titel van het artikel spreekt boekdelen:<br />
’Natuurreservaat De Zegge zingt zijn zwanenzang en loopt stilaan<br />
leeg’. Valerie heeft na haar ingenieursstudie haar zinnen gezet op<br />
een Educatieve Master die ze combineert met een halftijdse job<br />
in het onderwijs. Als industrieel ingenieur biowetenschappen met<br />
een bijkomend masterdiploma op zak kan ze straks alle kanten<br />
uit. Ook die van het onderzoek als zich de kans voordoet. De<br />
Zegge spreekt haar nog altijd aan.<br />
Yves Persoons<br />
CONNECTING<br />
21
STUDENT IN DE KIJKER<br />
DE PR VAN PAULINE<br />
‘The more you tell, the more you sell’. De uitspraak van David Ogilvy -de vader van de<br />
moderne publiciteit- is zowat de hoeksteen van Industria’s communicatiestrategie. Vanaf<br />
dit academiejaar steekt de studentenvereniging een tandje bij met een gloednieuw, glossy<br />
magazine. Het is het werk van Pauline Vanvuchelen, vice-communicatie bij Campus<br />
Groep T’s studentenvereniging. Een portret van een communicatieve duizendpoot.<br />
De vereniging van de ingenieursstudenten<br />
van Campus Groep T<br />
zit in de top vier in Leuven. Dat is<br />
niet nieuw. Lang voor de integratie van de<br />
opleiding in de universiteit was Industria al<br />
niet meer weg te denken uit het rijke<br />
Leuvense studentenleven. “Wie Industria<br />
enkel associeert met een clubje olijke fuifnummers<br />
en dilettanten moet zijn/haar<br />
beeld dringend bijstellen”, meent Pauline.<br />
“Industria is een forse KMO die gerund<br />
wordt als een bedrijf met aan het hoofd<br />
een general manager (de preses) en een<br />
directieteam (het presidium). Zoals in elke<br />
onderneming worden er ideeën ontwikkeld<br />
die vervolgens in productie gaan (als<br />
events of diensten) ten behoeve van de<br />
klanten (de studenten) en de stakeholders<br />
(docenten, ondernemers, andere studentenkringen,<br />
enz.). Succes-vol ondernemen<br />
kun je niet zonder centen en financieel<br />
beheer (de quaestoren) en evenmin zonder<br />
een goed uitgekiende communicatie<br />
en pr”. Hiermee komen we meteen op het<br />
terrein van Pauline en haar team.<br />
Gecoöpteerd talent<br />
Pauline is derdejaars industrieel ingenieur<br />
Elektronica-ICT. Ze studeerde eerst een<br />
semester Industrieel Design aan de TU<br />
Eindhoven, maar al vlug bleek haar<br />
interesse in technologie groter te zijn.<br />
Eenmaal in Leuven bleef Paulines aanleg<br />
voor design en grafiek niet onopgemerkt<br />
bij de studenten-vereniging. Die nam haar<br />
wat graag op in het presidium als<br />
gecoöpteerd (want niet verkozen) lid.<br />
“Uiteraard kende ik Industria al”, vertelt<br />
Pauline. “Als nieuwe eerstejaars had ik<br />
nog deelgenomen aan de kennismakingstweedaagse.<br />
Daar stond natuurlijk het<br />
studentikoze centraal. Mij interesseerde<br />
meer de machinerie achter de schermen<br />
die een organisatie met zo’n breed scala<br />
van producten en diensten draaiende<br />
houdt. Dit kun je pas ontdekken als je in<br />
dat raderwerk een rol van betekenis<br />
speelt”.<br />
Ondersteuning<br />
Paulines taken en verantwoor-delijkheden<br />
bij Industria zijn op z’n minst gezegd<br />
impressionant. “Sport, cultuur,<br />
ontspanning, events, bedrijfsrelaties, de<br />
kursusdienst (met k), de fakbar, de<br />
internationale werking, … allemaal hebben<br />
ze behoefte aan ondersteuning en<br />
materiaal voor de promotie van hun<br />
activiteiten. Dat gaat van folders, affiches,<br />
foto’s en filmpjes tot een drukke<br />
bedrijvigheid op de sociale media. Nu<br />
door de COVID-19 restricties tal van<br />
events fysiek niet kunnen plaatshebben,<br />
moet in online alternatieven worden<br />
voorzien.”<br />
Gelukkig staat Pauline er niet alleen voor.<br />
Ze kan rekenen op haar teamgenoten<br />
Rebecca Tang, Geraldine Claes en Jelle<br />
Smolders. Met hen is de hele<br />
communicatie-business van Industria<br />
overwegend in vrouwelijke handen.<br />
Volgens Pauline is dat geen toeval.<br />
“Industria is niet meer het mannenbastion<br />
van weleer. Meer dan 1 op 3 presidiumleden<br />
zijn meisjes. Dat is nog niet<br />
spectaculair veel, maar toch al beduidend<br />
meer dan het vrouwelijk aandeel in de<br />
studenten-populatie op de campus”.<br />
Nieuwe look<br />
Door toedoen van Pauline heeft het<br />
T-Magazine van Industria een ware<br />
metamorfose ondergaan. Het wekelijks<br />
gekopieerde A5-bundeltje heeft<br />
plaatsgemaakt voor een zes wekelijks full<br />
colour tijdschrift van 32 pagina’s met een<br />
uitnodigende lay-out, aantrekkelijke foto’s<br />
en gedrukt op kwaliteitspapier. De<br />
gegeerde puzzels en quizvragen van het<br />
magazine oude-stijl zijn gebleven, maar<br />
worden nu aangevuld met (beeld)<br />
verslagen van activiteiten, gezondheidstips,<br />
sollicitatieaanbevelingen,<br />
studeren in coronatijden, een internationale<br />
rubriek, enz. De aankondiging<br />
van de activiteiten gebeurt nu via wekelijkse<br />
flyers, wat maakt dat het magazine zelf een<br />
langer leven beschoren is dan zijn<br />
voorganger.<br />
Voor Pauline maakt de restyling van het<br />
T-Magazine deel uit van de verdere<br />
professionalisering van de studentenvereniging.<br />
“Bij PR draait het om imago<br />
en reputatie. Het is onze taak om de<br />
studenten en stakeholders accuraat te<br />
informeren om te voorkomen dat er een<br />
kloof ontstaat tussen imago en reputatie.<br />
Het nieuwe T-Magazine is een uithangbord<br />
dat toont dat we daadwerkelijk de<br />
ondernemende en communicatieve<br />
industrieel ingenieurs zijn waarvoor<br />
Campus Groep T alom bekend is. Dat we<br />
hiervoor kiezen voor een beproefd<br />
medium als een gedrukt magazine past<br />
helemaal in deze strategie. Onze faculteit<br />
geeft ook een klassiek en klassevol<br />
magazine uit. En heeft de KU Leuven zelf<br />
dit academiejaar de Campuskrant niet<br />
afgevoerd om te kunnen uitpakken met<br />
een prestigieus tijdschrift?”.<br />
Yves Persoons<br />
Het T-Magazine is beschikbaar op<br />
Campus Groep T en online te lezen op de<br />
Facebookpagina van Industria.<br />
22<br />
CONNECTING
Pauline Vanvuchelen<br />
© Julie Feyaerts<br />
CONNECTING<br />
23
DOCENT IN DE KIJKER<br />
MENTORING VAN<br />
DOCTORANDI EN<br />
POSTDOCS: GESLAAGD<br />
MET ONDERSCHEIDING<br />
Luisteren. Vertrouwen. Motiveren. Niet alleen de eerstejaarsstudenten hebben er behoefte<br />
aan. Ook aan doctorandi en pas gepromoveerden is het goed besteed. Meer nog, het schenkt<br />
eveneens veel voldoening aan de mentor. Een geslaagde win-win dus. Het pilootproject aan<br />
de Faculteit Industriële Ingenieurswetenschappen is daar een voorbeeld van. Administratief<br />
directeur Dafne Reymen en Andrea Bardyn, adviseur Dienst Diversiteitsbeleid en<br />
projectcoördinator inclusie en mentoring bij de Groep Wetenschappen & Technologie,<br />
blikken tevreden terug.<br />
“ Mentoring is al langer ingeburgerd in<br />
het personeelsbeleid van KU<br />
Leuven”, zegt Andrea. “Mentoren<br />
zijn medewerkers die hun kennis en ervaring<br />
delen met minder ervaren of nieuwe<br />
collega’s. Vanuit een open en coachende<br />
houding vormen ze een klankbord en zijn<br />
ze een vertrouwenspersoon voor de mentee<br />
en dragen op die manier bij tot diens<br />
persoonlijke ontwikkeling en welbevinden.<br />
De laatstejaars PhD en de postdocs vormen<br />
een groep die bijzondere aandacht<br />
verdient. Zij spelen een uiterst belangrijke<br />
rol in onderwijs en onderzoek aan hun faculteit<br />
en bevinden zich op een<br />
scharniermoment in hun loopbaan. Voor<br />
hen hebben we een mentorprogramma<br />
ontwikkeld dat vorig jaar in de Faculteit<br />
Wetenschappen in première is gegaan.<br />
Het succes werkte aanstekelijk. De<br />
Faculteit Industriële Ingenieurswetenschappen<br />
was er als de kippen bij<br />
voor een volgend pilootproject”.<br />
Zes duo’s<br />
“Doctoreren en postdoctoraal onderzoek<br />
is bij de industrieel ingenieurs een recent<br />
fenomeen”, legt Dafne uit. “Na de integratie<br />
van de opleidingen in de universiteit heeft<br />
het aantal doctorandi een spectaculair<br />
hoge vlucht genomen: van een 30-tal<br />
doctoraatsstudenten in 2013 tot meer dan<br />
430 vandaag. Op onze campussen is er<br />
dus in een vrij korte periode een nieuwe<br />
groep van medewerkers-onderzoekers<br />
bijgekomen met verwachtingen en wensen<br />
die een specifieke aanpak vragen inzake<br />
coaching en ondersteuning. De<br />
professoren Martin Meganck en Luc<br />
Geurts van de facultaire Werkgroep<br />
Diversiteit hebben hun schouders onder<br />
Andrea’s mentorproject gezet. Met als<br />
gevolg dat we in november 2020 met zes<br />
duo’s (mentor en mentee) van start zijn<br />
gegaan: vier laatstejaars doctorandi en<br />
twee postdocs”.<br />
Over de mentees hadden we het al. Wie<br />
zijn de mentoren en wat bezielt hen om<br />
deze taak op zich te nemen? “Het gaat<br />
telkens om iemand uit het professorenkorps<br />
die een vrijwillig engagement aangaat”,<br />
verduidelijkt Andrea. “De mentor is op<br />
geen enkele manier hiërarchisch noch<br />
organisatorisch verbonden met de mentee.<br />
Wat mentoren doen, is niet onder één<br />
noemer te plaatsen. Ze zijn gids, rolmodel,<br />
klankbord, adviseur, supporter, coach, …<br />
welke accenten ze wanneer en waar<br />
leggen bepalen ze zelf samen met hun<br />
mentee. De duo’s geven samen vorm en<br />
inhoud aan het traject en dat is voor beiden<br />
een groeiproces. We bieden wel een<br />
duidelijk kader over ieders rol. Zo<br />
verwachten we van de mentees dat zij het<br />
traject in handen nemen en zelf oplossingen<br />
zoeken. De mentoren anderzijds worden<br />
niet verondersteld de rol van een<br />
leidinggevende op te nemen of alle<br />
antwoorden te hebben. Een goede mentor<br />
beschikt over competenties zoals empathie<br />
en luisterbereidheid en een assortiment<br />
van communicatieve vaardigheden. Hij/zij<br />
is open, toont begrip en geeft raad. De<br />
relatie met de mentee is vooral gebaseerd<br />
op wederzijds vertrouwen. Bij de start van<br />
het traject maken de duo’s duidelijke<br />
afspraken over doelstellingen en<br />
verwachtingen. Dat is een cruciale stap om<br />
vertrouwen op te bouwen en aan het<br />
mentortraject richting en structuur te<br />
geven.”<br />
Parcours<br />
Zijn mentoren idealisten? “Ongetwijfeld”,<br />
meent Andrea. “Maar wat een goede<br />
mentor vooral drijft is een nieuwsgierigheid<br />
naar andere perspectieven en de wens om<br />
ervaringen te delen met een jongere<br />
generatie. ‘Generativiteit’ noemt de Duits-<br />
24
Amerikaanse psychoanalyticus Erik<br />
Homburger Erikson de drang die veel<br />
mentoren kenmerkt: impact willen creëren<br />
door een volgende generatie te gidsen.<br />
Dat levert hun naast voldoening nog<br />
andere voordelen op: ze scherpen hun<br />
coachende vaardigheden aan en de open<br />
gesprekken bieden de mogelijkheid om te<br />
reflecteren over de eigen carrière of zaken<br />
vanuit een andere invalshoek te bekijken.”<br />
Het mentorproject bestrijkt een periode<br />
van zes maanden -van november tot meien<br />
volgt een duidelijk uitgestippeld<br />
parcours. “Mentor en mentee worden niet<br />
onvoorbereid op elkaar losgelaten”, zegt<br />
Dafne. “De eigenlijke matching gebeurt<br />
door de projectcoördinatoren. Voor zowel<br />
de mentoren als de mentees is er een<br />
voorbereidende workshop waarin het<br />
opzet uit de doeken wordt gedaan en de<br />
basisvaardigheden van mentoring worden<br />
bijgebracht. Tijdens het traject zijn<br />
momenten ingebouwd voor overleg,<br />
reflectie en terugkoppeling. Het geheel<br />
wordt ondersteund door de mentoring<br />
module op het elektronisch leerplatform<br />
Toledo”.<br />
Verscheidenheid<br />
Prof. Joost Vennekens (Campus De Nayer)<br />
en de Turkse postdoctoraal onderzoeker<br />
Cihan Kayaçetin (Technologiecampus<br />
Gent) stapten beiden in het pilootproject<br />
en vormden een duo. Voor Cihan was het<br />
een godsgeschenk. Hij arriveerde in<br />
september 2020 op een quasi verlaten<br />
campus en greep de kans met beide<br />
handen. “De maandelijkse online meetings<br />
met mijn mentor waren telkens momenten<br />
om naar uit te kijken. Elke sessie was een<br />
goede mix van vooraf afgesproken<br />
gespreksthema’s en een informele<br />
babbel”. Prof. Vennekens van zijn kant<br />
benadrukt de meerwaarde van de<br />
verscheidenheid. “Cihan en ik zijn<br />
verbonden aan verschillende campussen,<br />
we zijn gespecialiseerd in verschillende<br />
disciplines en hebben een verschillende<br />
culturele achtergrond. Een schoolvoorbeeld<br />
van multimentorschap dus. En een<br />
leerschool voor beide partijen”.<br />
“Mentor en mentee hebben al afgesproken<br />
dat ze na afloop hoe dan ook in contact<br />
blijven. De proef op de som dat het<br />
pilootproject met onderscheiding geslaagd<br />
Dafne Reymen en Andrea Bardyn<br />
© Julie Feyaerts<br />
is”, besluit Dafne. Trots voegt ze eraan toe<br />
dat het mentorproject niet alleen zal<br />
worden verdergezet maar ook uitgebreid<br />
naar alle faculteiten van de Groep W&T.<br />
Yves Persoons<br />
In oktober <strong>2021</strong> start een nieuw<br />
mentorprogramma voor postdoctorale<br />
onderzoekers. Geïnteresseerde mentoren<br />
of mentees kunnen contact opnemen met<br />
Andrea.Bardyn@kuleuven.be<br />
CONNECTING<br />
25
ONDERZOEK IN DE KIJKER<br />
HOW CERTAIN<br />
IS UNCERTAINTY?<br />
We know how much certainty the Covid-19 vaccines offer in terms of protection against the<br />
virus. But who can confirm whether this percentage will still be valid next month? At that<br />
point, today’s fixed uncertainty suddenly becomes imprecise or undetermined. Researchers<br />
from the campuses Bruges and De Nayer are joining forces to find out how artificial<br />
intelligence can deal with this kind of uncertainty. Keivan Shariatmadar, senior researcher<br />
and mathematician at Bruges Campus, tells the story.<br />
e<br />
to the π is known as the first part of<br />
the most remarkable and beautiful<br />
identity in mathematics, named after<br />
the Swiss scholar Leonhard Euler, who<br />
invented it in 1748. However, E-pi also<br />
stands for Epistemic AI. That is the name<br />
of the European research project of Prof.<br />
Hans Hallez and Keivan Shariatmadar<br />
from the M-Group at Bruges Campus and<br />
Prof. David Moens from the LMSD group<br />
at De Nayer Campus. The other project<br />
partners are Oxford Brookes University<br />
and TU Delft.<br />
FET Open European project<br />
The Epistemic AI project is part of the<br />
prestigious European FET program,<br />
where FET stands for Future and<br />
Emerging Technologies. “FET’s mission is<br />
not only visionary but also very concrete”,<br />
explains Keivan. “How to turn Europe’s<br />
excellent science base into competitive<br />
advantage? FET projects are expected to<br />
initiate radically new lines in technology<br />
through unexplored collaborations<br />
between advanced multidisciplinary<br />
science and cutting-edge engineers. It all<br />
helps Europe grasp leadership in those<br />
promising future technology areas able to<br />
renew the basis for future European<br />
competiveness and growth”.<br />
The FET program has three<br />
complementary lines of action to address<br />
different methodologies and scales, from<br />
new ideas to long-term challenges. “Our<br />
project belongs to the FET Open<br />
category”, Keivan continues. “FET Open<br />
funds projects on new ideas for radically<br />
new future technologies at an early stage.<br />
FET Open calls for collaborative research<br />
and innovation actions (RIA), satisfy the<br />
FET Open ‘gatekeepers’, which are:<br />
radical vision, breakthrough technological<br />
target and ambitious interdisciplinary<br />
research.<br />
This may involve a wide range of new<br />
technological possibilities, inspired by<br />
cutting-edge science, unconventional<br />
collaboration or new research and<br />
innovation practices”.<br />
Next-generation AI<br />
“Reality is all about uncertainties”, says<br />
Keivan. “What if sensors are drifting away<br />
from calibration? What if a production<br />
process is very prone to the uncertainty<br />
of manual intervention? What if a trained<br />
model is not accurate enough and hard<br />
to learn from the uncertain data? Our<br />
project will investigate how the novel<br />
indeterministic uncertainty models can<br />
cope with these uncertainties”.<br />
“The main goal of E-pi is to create new<br />
methodologies and paradigms for a nextgeneration<br />
artificial intelligence, providing<br />
specific guaranties on its predictions<br />
through proper modelling of real-world<br />
uncertainties. Although artificial<br />
intelligence has improved remarkably over<br />
the last years, its inability to deal with<br />
fundamental uncertainty severely limits its<br />
applications. Our project will re-imagine AI<br />
with proper treatment of the uncertainty<br />
stemming from our forcibly partial<br />
knowledge of the world”.<br />
“As currently practiced, AI cannot<br />
confidently make predictions robust<br />
enough to stand the test of data generated<br />
different from those studied at training<br />
time. While recognizing this issue under<br />
different names - e.g., ‘overfitting’ -<br />
traditional machine learning seems unable<br />
to address it in non-incremental ways. As<br />
a result, AI suffers from brittle behaviour<br />
and finds it difficult to operate in new<br />
situations, e.g., adapting to driving in<br />
heavy rain or to other road users’ different<br />
style of driving e.g., deriving from cultural<br />
traits. Our objective is to create a new<br />
paradigm providing worst-case guaranties<br />
on its predictions, thanks to a proper<br />
modelling of real-world uncertainties”.<br />
Ultimate Factory lab<br />
The Epistemic AI project has a duration of<br />
four years and will focus on the lab ‘The<br />
Ultimate Factory” to implement the results<br />
and techniques. To this end, the project<br />
has hired one post-doc and two PhD<br />
students within the departments of<br />
Computer Sciences and Mechanical<br />
Engineering at KU Leuven”.<br />
Yves Persoons<br />
26
Keivan Shariatmadar<br />
© Tom Talloen<br />
CONNECTING 27
ONDERZOEK IN DE KIJKER<br />
ZANDVANGEN<br />
IN OOSTENDE<br />
Aan het strand van Oostende op de Oostoever is een strook van 2400 m² verboden zone voor<br />
toeristen. Daar is namelijk helmgras aangeplant in zes percelen van elk 20m². De bedoeling<br />
is om zoveel mogelijk zand vast te houden, zodat er op termijn een duinstrook ontstaat.<br />
Het project maakt gebruik van de krachten van de natuur om de kust te beschermen. Glenn<br />
Strypsteen, senior researcher op Campus Brugge, coördineert het zandvangen. In april vangt hij<br />
er alvast de VLIZ Brilliant Maritime Research Idea <strong>2021</strong> mee.<br />
‘ Over Oostende waait een wolk van<br />
zand vanuit de onzichtbare<br />
overkant’, dichtte Hugo Claus.<br />
“Die wolk van zand vasthouden op het<br />
strand, daar is het ons om te doen”, vertelt<br />
Glenn. “Zo voorkomen we dat elk jaar<br />
opnieuw tonnen zand op de dijk<br />
terechtkomen. Bovendien is het een goede<br />
zaak voor de zeewering en de bescherming<br />
van de kust tegen storm en ontij”.<br />
Building with Nature<br />
Zee en zand zijn voor Glenn niet synoniem<br />
van vakantie of zonnekloppen. De kust is<br />
in eerste instantie zijn vertrouwd studieen<br />
werkterrein. Aan het voormalige KHBO<br />
op de zeedijk in Oostende studeerde hij<br />
voor industrieel ingenieur Bouwkunde. Hij<br />
doctoreerde vervolgens over<br />
windgedreven zandtransport aan de<br />
Belgische kust en is nu als senior<br />
researcher verbonden aan de onderzoeksgroep<br />
van prof. Pieter Rauwoens op<br />
Campus Brugge, het ‘mekka’ van de<br />
kustwaterbouw in dit land.<br />
“In ons onderzoek gaan we uit van het<br />
‘Building with Nature’-beginsel”, zegt<br />
Glenn. “Dit betekent dat we inzetten op<br />
natuurlijke krachten en middelen. Dat zijn<br />
-in ons geval- de zee, de golven, de wind<br />
en het zand. Hiermee willen we een<br />
natuurlijke zeewering creëren en een<br />
veerkrachtige kust die bestand is tegen<br />
stormen en de gevolgen van de<br />
klimaatopwarming”.<br />
Patroon<br />
Tot de natuurlijke middelen behoort ook<br />
het helm- of duingras. “Het is een plant<br />
die goed gedijt in dynamische duinen”,<br />
legt Glenn uit. “Dit is een soort dat snel<br />
een leeg gebied kan inpalmen. Als de<br />
wijdvertakte wortels met licht in contact<br />
komen, ontstaan er spontaan nieuwe<br />
spruiten. Met zijn ingerolde bladeren<br />
voorzien van uitspringende en<br />
dichtbehaarde ribben is de plant in staat<br />
om flink wat rondstuivend zand vast te<br />
houden en zo de duingroei te bevorderen”.<br />
Op papier lijkt het eenvoudig, maar de<br />
realiteit is complexer. “Wat we bijvoorbeeld<br />
nog niet weten is welk patroon van<br />
plantjes het best werkt om zand te<br />
vangen. Om dat te achterhalen, hebben<br />
we het proefterrein opgedeeld in zes<br />
vakken van ieder 20 m². In elk vak is<br />
helmgras geplant volgens een ander<br />
patroon van dichtheid, gaande van zes<br />
plantjes per vierkante meter tot vijftien, nu<br />
eens in rijen dan weer in kruisvorm”.<br />
“Gedurende zes maanden heeft een<br />
masterstudente metingen uitgevoerd bij<br />
wind uit zee. Via zandvangers is in elk<br />
perceel nagegaan hoeveel zand er<br />
wegwaait. Verder plaatsten we mobiele<br />
windmeters op drie verschillende hoogtes<br />
om te meten of en in welke mate het<br />
helmgras de windsnelheid beïnvloedt. De<br />
windsnelheid is namelijk een cruciale<br />
factor in de duinvorming”.<br />
Grootschalig<br />
Uit de resultaten van het proefproject in<br />
Oostende willen de Brugse onderzoekers<br />
lessen trekken die van toepassing kunnen<br />
zijn op de hele Belgische kust. Dit kadert<br />
in een grootschalig onderzoek waarbij<br />
naast KU Leuven ook andere partners<br />
betrokken zijn zoals het Agentschap<br />
Maritieme Dienstverlening en Kust,<br />
UGent, het Instituut voor Natuur- en<br />
Bosonderzoek, het Agentschap Natuur<br />
en Bos, ATO, de stad Oostende en het<br />
Waterbouwkundig Laboratorium. Er staat<br />
immers veel op het spel. De duinen zijn<br />
een uniek ecosysteem. Ze zorgen niet<br />
alleen voor een natuurlijke kustbescherming,<br />
maar bieden ook een schat<br />
aan biodiversiteit.<br />
Het Vlaams Instituut voor de Zee (VLIZ)<br />
hoeft al niet meer overtuigd te worden.<br />
Het kende in april <strong>2021</strong> aan Glenn een<br />
BMRI-beurs toe ter waarde van 5000<br />
euro. De ‘Brilliant Marine Research Idea’-<br />
beurzen zijn uniek in Vlaanderen. Ze<br />
onderscheiden zich van andere<br />
financieringsbeurzen door de klemtoon<br />
op het out-of-the-box-denken. Voor<br />
Glenn is het een opsteker om door te<br />
gaan met het briljant zandvangen in<br />
Oostende.<br />
Yves Persoons<br />
28
Glenn Strypsteen<br />
© Glenn Strypsteen<br />
CONNECTING 29
ONDERZOEK IN DE KIJKER<br />
LIMBURGSE ONDERZOEKERS<br />
GAAN MET ROBOTS<br />
‘ANOMALIEËN’ TE LIJF<br />
IN FARMA EN CHEMIE<br />
De samenwerking met het werkveld staat hoog in het facultaire<br />
vaandel geschreven. Een schoolvoorbeeld daarvan zijn de<br />
Baekeland-mandaten. Hiermee kunnen jonge onderzoekers<br />
doctoraatswerk verrichten met een aantoonbare meerwaarde<br />
voor zowel de universiteit als voor het betrokken bedrijf.<br />
Op Campus Diepenbeek zijn dit academiejaar twee zo’n<br />
projecten van start gegaan bij resp. Pfizer in Puurs en BASF<br />
in Antwerpen. Een gesprek met de doctorandi Ivo Dekker en<br />
Toon Stuyck en de promotoren prof. Eric Demeester en prof.<br />
Karel Kellens van de onderzoeksgroep ACRO.<br />
ACRO staat voor ‘Automation,<br />
Computer Vision & Robotics’. De<br />
groep kan bogen op een jarenlange<br />
ervaring in het vertalen van fundamenteel<br />
onderzoek naar industriële toepassingen.<br />
“Onze scope is erg breed”, bevestigt prof.<br />
Demeester. “We zijn bezig met o.m.<br />
mens-robotinteractie, flexibele productmanipulatie,<br />
botsingsvrije padplanning en<br />
navigatie, en geautomatiseerde assemblage<br />
en disassemblage. De rode draad<br />
doorheen onze activiteiten is de samenwerking<br />
met het bedrijfsleven”.<br />
“Het is beslist geen toeval dat vooraanstaande<br />
ondernemingen in Diepenbeek<br />
komen aankloppen voor onderzoeksprojecten”,<br />
vervolgt prof. Kellens. “De<br />
Baekeland-mandaten zijn hier echt voor<br />
geknipt. Ze worden toegekend aan<br />
kandidaten die een duidelijk bedrijfsregelateerd<br />
project voorleggen. De<br />
aanvraag moet trouwens door het bedrijf<br />
gebeuren. Het Vlaams Agentschap<br />
Innoveren & Ondernemen co-financiert de<br />
personeels- en de werkingskosten”.<br />
Detectie en verwijdering<br />
De samenwerking tussen universiteit en<br />
bedrijf werkt in twee richtingen. Zo is<br />
Toon al twee jaar actief als data-analyst<br />
bij de chemiereus BASF in Antwerpen en<br />
gaat hij nu doctoreren in Diepenbeek. Ivo<br />
van zijn kant is verbonden aan de<br />
Limburgse campus, maar zal ook bedrijvig<br />
zijn bij Pfizer in Puurs. Beide doctorandi<br />
hebben hun zinnen gezet op de tijdige<br />
detectie van anomalieën in verschillende<br />
bedrijfsprocessen, alsook op het<br />
automatisch oplossen ervan via<br />
robothandelingen of processturing. “In<br />
een sterk gereglementeerde sector als de<br />
chemie gelden strenge veiligheidsnormen<br />
en -voorschriften”, merkt Toon op. “Ook<br />
een efficiënt en kwaliteitsvol productieproces<br />
is noodzakelijk op een site als<br />
BASF. Toch is het nooit compleet uit te<br />
sluiten dat zich ergens een anomalie<br />
voordoet. Sommige hebben geen impact<br />
op het proces en zijn bijgevolg niet<br />
waarneembaar met de bestaande<br />
temperatuur of druksensoren. Niettemin<br />
zijn en blijven ze ongewenst. Precies voor<br />
deze groep van anomalieën zijn visuele<br />
controles of camera’s nodig om te kunnen<br />
waarnemen en erop te reageren”.<br />
30
Precisiewerk<br />
Bij het farmabedrijf Pfizer onderzoekt Ivo<br />
de mogelijkheden van een<br />
cameradetectiesysteem op een kleinere<br />
maar wel cruciale schaal: de afvulling van<br />
flesjes, spuiten en andere recipiënten.<br />
“Een precisiewerk dat volledig automatisch<br />
verloopt, maar waar soms toch weleens<br />
iets fout loopt”, zegt Ivo. “Meestal gebeurt<br />
dat bij de aanvoer. Door een snelle<br />
detectie en gerobotiseerde rechtzetting<br />
van de anomalie willen we voorkomen dat<br />
de productie stilvalt en er kostbare tijd<br />
verloren gaat. Op termijn moet dit<br />
onderzoek leiden tot de ontwikkeling van<br />
een nieuwe generatie van controle- en<br />
detectiesystemen bij Pfizer. Ik beschouw<br />
het als een hele eer om daaraan te kunnen<br />
meewerken”.<br />
Dezelfde boodschap horen we bij Toon.<br />
”BASF Antwerpen is één van de meest<br />
efficiënte productievestigingen van de<br />
hele groep. Het Baekeland-mandaat past<br />
goed binnen de bedrijfsstrategie om deze<br />
positie te kunnen behouden. Als dit<br />
project een succes wordt, willen we<br />
uitgroeien tot een kenniscentrum in dit<br />
domein voor de hele BASF-groep”.<br />
Verwachtingen<br />
Een Baekeland-mandaat duurt vier jaar.<br />
Ivo en Toon verdelen hun tijd half om half<br />
tussen campus en bedrijf, al is dat geen<br />
vaste of opgelegde regel. Zoals andere<br />
doctorandi nemen ze op de campus een<br />
aantal onderwijsondersteunende en<br />
-begeleidende taken op zich. Bij de<br />
Arenberg Doctoral School in Leuven<br />
volgen ze een flankerende opleiding. De<br />
promotoren maken zich sterk dat beide<br />
doctorandi zeker 80% van hun tijd aan<br />
onderzoek zullen kunnen besteden. De<br />
verwachtingen zijn immers hooggespannen.<br />
Promotoren, doctorandi en<br />
beide bedrijven zijn vastbesloten om van<br />
hun driehoeksverhouding een ‘best<br />
practice’ te maken.<br />
Yves Persoons<br />
www.vlaio.be/nl/subsidies-financiering/<br />
baekeland-mandaten<br />
Prof. Eric Demeester, Ivo Dekker, prof. Karel Kellens en Toon Stuyck<br />
© Dries De Krom<br />
CONNECTING 31
ONDERZOEK IN DE KIJKER<br />
DOES E-HEALTH CARE<br />
ALSO TAKE CARE<br />
OF YOUR PRIVACY?<br />
“Trust in technology is failing”, recently warned Margrethe Vestager, Executive Vice-President of<br />
the European Commission, responsible for ‘A Europe Fit for the Digital Age’. She was referring<br />
to the risks associated with the growing impact of Artificial Intelligence (AI) in everyday life. The<br />
health sector is also in the danger zone. The Reinitialise project investigates how fundamental<br />
human rights may be safeguarded in e-health services. Prof. Bart Vanrumste and researcher<br />
Hannelore Strauven (Group T Leuven Campus) are members of the project consortium.<br />
Digital technologies based on AI<br />
have a crosscutting impact in all<br />
areas of our life and especially in<br />
the domain of health. On the one hand,<br />
these technologies are the basis for<br />
innovation and growth, but on the other<br />
hand, they pose a threat to essential<br />
human rights such as privacy, data<br />
ownership, etc. “This problem does not<br />
only concern AI specialists”, says prof.<br />
Vanrumste. “Only an interdisciplinary<br />
approach may provide a solution where<br />
technology is designed in compliance<br />
with ethics and the preservation of<br />
human rights”.<br />
“Reinitialise stands for ‘preserving<br />
fundamental rights in the use of digital<br />
technologies for e-health services”,<br />
Hannelore explains. “The project is part of<br />
the European Horizon 2020 Training<br />
Programme. It aims to increase the<br />
capacity for the design and use of digital<br />
technologies in the sector of health, in<br />
order to integrate the potential of<br />
technology with the awareness of its<br />
ethical, legal and socio-economic<br />
dimensions. Within the extensive domain<br />
of e-health services, we focus on two<br />
sub-areas: technologies for active ageing<br />
and digital tools for prevention care in<br />
nutrition and dietetics”.<br />
Partnership<br />
“The initiative comes from the Marie<br />
Curie-Sklodowska University in Lublin,<br />
Poland”, prof. Vanrumste continues. “The<br />
university has mobilised specialists from<br />
seven of its research institutes and<br />
departments for the design and use of<br />
digital technologies in the sector of health<br />
in a way that adheres to ethical principles.<br />
In order to strengthen its own expertise, it<br />
called on three leading institutes in<br />
Europe: KU Leuven, the University of<br />
Macerata (Italy) and Eurocentro S.r.l., an<br />
Italian institute that specialises in setting<br />
up interdisciplinary and inter-sectoral<br />
EU projects”.<br />
In addition to prof. Vanrumste and<br />
Hannelore Strauven, the multidisciplinary<br />
KU Leuven team consists of prof. Helder<br />
De Schutter (Social and Political<br />
Philosophy), prof. Jannique van Uffelen<br />
(Physical Activity, Sports and Health<br />
Research Group), prof. Elske Vrieze<br />
(University Psychiatric Centre), Marc Van<br />
Aken (lecturer Communication and<br />
Entrepreneurship at Group T Leuven<br />
Campus) and Greet Bilsen (valorisation<br />
coordinator of the LICT research<br />
centre on ICT).<br />
The project should result in a Knowledge<br />
Platform that brings together researchers<br />
and experts in experimental learning and<br />
co-creation of innovative e-health services<br />
and products. Its members may interact<br />
in joint activities and discussions and<br />
share knowledge, experiences and<br />
resources.<br />
Knowledge transfer<br />
“The first phase of the project consists of<br />
giving a boost to the scientific expertise of<br />
the Marie Curie-Sklodowska University”,<br />
Hannelore says. “The knowledge transfer<br />
will take place through symposia and<br />
transnational staff exchange. Polish<br />
researchers will work together with their<br />
colleagues in Leuven and Macerata.<br />
Subsequently, Belgian and Italian<br />
experts will travel to Lublin to assist<br />
in the consolidation of knowledge<br />
and experience.”<br />
“In the second phase, attention will be<br />
paid to the transfer of research to the<br />
market and society. This will be done<br />
through showcases of best practices, a<br />
winter school on innovation in Lublin and<br />
a Venture Lab involving all relevant actors<br />
in jointly designing and implementing their<br />
experiences of collaboration in the field<br />
of e-health”.<br />
Mutual interests<br />
“At the end of the project, all partners<br />
should benefit”, concludes prof.<br />
Vanrumste. “Interesting business ideas<br />
and start-up proposals are just as useful<br />
elsewhere. This also applies to the Joint<br />
Research Roadmap. In time, it should<br />
serve as a model for cooperation in future<br />
international research projects”.<br />
Yves Persoons<br />
www.reinitialise.eu<br />
32
Prof. Bart Vanrumste en Hannelore Strauven<br />
© Julie Feyaerts<br />
CONNECTING 33
ONDERZOEK IN DE KIJKER<br />
TECHNOLOGIECAMPUS GENT<br />
NEEMT VOORTOUW IN<br />
DE RACE NAAR 6G<br />
Terwijl hier te lande nog druk wordt gepalaverd over de komst van 5G, zijn de onderzoekers<br />
van de WaveCore groep op de Technologiecampus Gent en Campus Arenberg al druk in de<br />
weer met de opvolger. De zesde generatie netwerken wordt niet alleen 100 keer sneller, ze<br />
zullen ook beduidend energiezuiniger zijn met onwaarschijnlijk meer connecties tussen mensen<br />
en machines. ‘Science fiction becomes science fact’, aldus prof. Liesbet Van der Perre van<br />
de Gentse onderzoeksgroep WaveCore en technology lead van het ambitieuze Europese<br />
REINDEER-project.<br />
“ Tot vandaag zit er tussen elke G een<br />
periode van tien jaar”, zegt prof.<br />
Van der Perre. “Dit betekent dat<br />
voor ons, ontwikkelaars, 5G al passé is en<br />
we al met de volgende generatie<br />
draadloze communicatietechnologieën<br />
bezig zijn. Daarbij gaat het om netwerken<br />
die snelheden van 1 terabits per seconde<br />
halen om de data te verwerken. Ter<br />
vergelijking: de 5G die eraan komt haalt<br />
een snelheid van 1 tot 10 gigabits per<br />
seconde. Het volgende voorbeeld zegt<br />
misschien meer. Bij 3G duurde het een<br />
week om een film te downloaden. Bij 4G<br />
is dat 1 uur en bij 5G 40 seconden. Met<br />
6G is de klus geklaard binnen een halve<br />
seconde. Met zulke snelheid opent zich<br />
een nieuwe wereld van toepassingen<br />
waar we nu nog niet aan gedacht hebben<br />
of zelfs niet eens voor mogelijk houden.”<br />
Consortium<br />
Inzake 6G zijn alle ogen nu gericht op<br />
R&D initiatieven als REINDEER, een<br />
project waarin negen Europese partners<br />
uit vier landen zich geëngageerd hebben<br />
om een nieuw intelligent<br />
connectiviteitsplatform te ontwikkelen met<br />
quasi onbeperkte mogelijkheden tot<br />
interactie. De technische leiding van dit<br />
miljoenenproject is in handen van prof.<br />
Van der Perre. Tot het consortium<br />
behoren niet alleen Europese topuniversiteiten<br />
als Lund University en<br />
Linköpings University (Zweden) en de<br />
Technische Universiteit van Graz<br />
(Oostenrijk), maar ook zwaargewichten<br />
als Ericsson en hightech KMO’s als<br />
Blooloc in Hasselt. “Zulke mix brengt de<br />
expertise bij elkaar die nodig is om een<br />
project van die omvang te realiseren”,<br />
meent prof. Van der Perre.<br />
REINDEER staat voor ‘REsilient INteractive<br />
applications through hyper Diversity in<br />
Energy-Efficient RadioWeaves technology’.<br />
“Dat is inderdaad een hele mond<br />
vol, maar in essentie komt het hierop<br />
neer”, legt prof. Van der Perre uit. “We<br />
gaan een nieuwe generatie van draadloze<br />
netwerken ontwikkelen die op een<br />
energiezuinige manier nog meer<br />
connecties kunnen ondersteunen,<br />
interacties mogelijk maken en Internet-of-<br />
Things diensten leveren. De nieuwe<br />
infrastructuur bestaat uit een weefsel van<br />
gedistribueerde radio’s, rekenkracht en<br />
opslagcapaciteit. Daarvoor hebben we<br />
met het team de term RadioWeaves<br />
bedacht.<br />
“In tegenstelling tot de huidige<br />
energieverslindende technologieën gaan<br />
wij voor een energiezuinige aanpak. Dat<br />
doen we door de radio’s en de rekenkracht<br />
niet meer te centraliseren maar wel te<br />
distribueren en dicht bij de toepassing te<br />
brengen. Als je vandaag je stofzuigerrobot<br />
aanzet, is het best mogelijk dat de<br />
dataverwerking op een server aan de<br />
andere kant van de wereld gebeurt. Dat<br />
slorpt niet alleen bandbreedte maar ook<br />
energie. Door de intelligentie dichter bij de<br />
gebruiker te brengen verhogen we de<br />
snelheid en besparen we energie.<br />
Tweemaal prijs dus”.<br />
Leidt dit dan tot (nog) meer zendmasten<br />
in het landschap? “Er zullen inderdaad<br />
meer maar vooral kleinere antennes nodig<br />
zijn om de grote hoeveelheid data snel<br />
aan te leveren”, antwoordt prof. Van der<br />
Perre. “De infrastructuur die sommige<br />
steden nu opzetten voor 5G zou in<br />
principe ook door de opvolger gebruikt<br />
kunnen worden. Een andere manier<br />
bestaat erin om access points in te<br />
bouwen in constructies en objecten De<br />
intelligente schakelaars van Niko zijn daar<br />
een goed voorbeeld van in de domotica.<br />
Ook slimme algoritmes kunnen ertoe<br />
bijdragen dat het systeem zichzelf gaat<br />
organiseren om optimaal samen te<br />
werken”.<br />
VR en AR-brillen<br />
Je kunt je afvragen of al die snelheid wel<br />
zin heeft. Maakt het veel uit of je een film<br />
in 1 minuut of een halve seconde<br />
34
Prof. Liesbet Van der Perre<br />
© Yasmina Besseghir<br />
binnenhaalt? Volgens prof. Van der Perre<br />
zullen de gevolgen wel degelijk ingrijpend<br />
zijn. Tegen de tijd dat 6G verschijnt zal<br />
bijvoorbeeld je smartphone gedateerd<br />
zijn. In de plaats daarvan draag je een<br />
virtual of augmented reality bril en zie je<br />
de realiteit door een digitale filter. Met 6G<br />
‘weet’ het netwerk welke informatie je<br />
precies waar en wanneer nodig hebt.<br />
Omstreeks etenstijd kan het 6G netwerk<br />
je eettenten in de buurt tonen, precies<br />
naar je smaak, je budget en de duur van<br />
je lunchpauze. De mogelijkheden in de<br />
industrie, de zorg, de domotica en de<br />
entertainment zijn nog groter.<br />
Tienduizenden mensen zullen tegelijk<br />
filmpjes kunnen doorsturen tijdens een<br />
evenement of herhalingen van bepaalde<br />
fases in een sportwetstrijd bekijken. In de<br />
bedrijven zullen mensen en machines<br />
samenwerken met robots en autonome<br />
voertuigen en drones. Artsen zullen via<br />
een lichtgewicht AR-bril op afstand<br />
patiënten kunnen opvolgen en toestellen<br />
aansturen. De energie die daarbij nodig is<br />
wordt draadloos aangeleverd door het<br />
platform. Tegen 2030 zijn er mogelijkheden<br />
voor een mixed reality waarbij je<br />
tegelijkertijd in de fysieke en een virtuele<br />
wereld kunt begeven”.<br />
Koploper<br />
Het REINDEER-project is in januari <strong>2021</strong><br />
gestart en duurt 42 maanden. Om<br />
praktische redenen is het opgedeeld in<br />
zeven werkpakketten, waarbij de Gentse<br />
onderzoekers instaan voor het proof-ofconcept<br />
van het RadioWeaves-platform<br />
en de interactieve applicatie. Als<br />
technologiehoofd heeft prof. Van der<br />
Perre een vinger in de pap in alle<br />
werkpakketten.<br />
Hoe futuristisch het allemaal nog lijkt, toch<br />
is 6G nu al een race tegen de tijd. Een<br />
race waarin China op dit moment manifest<br />
de koploper is. In november 2020 schoot<br />
het land een 6G-satelliet in de ruimte om<br />
te experimenteren met datatransmissies<br />
in het teraherz spectrum. Eind vorig jaar<br />
ontwikkelden Nanyang Technology<br />
University in Singapore en Osaka<br />
University in Japan een chip voor 6G die<br />
gebruik maakt van THz golven en<br />
gespecialiseerde lasers. In Europa loopt<br />
vooralsnog Finland in de kijker met de<br />
universiteit van Oulu. “Eén zaak is zeker.<br />
Wil Europa überhaupt nog een stem in het<br />
6G-kapittel hebben, dan moet er<br />
onverwijld hoger geschakeld worden. In<br />
het REINDEER-project zijn we de<br />
uitdaging aangegaan”, aldus prof. Van<br />
der Perre.<br />
Yves Persoons<br />
www.reindeer-project.eu<br />
CONNECTING 35
DOCTORATEN<br />
DOCTORATEN AAN FIIW<br />
(FEBRUARI - JUNI <strong>2021</strong>)<br />
25/02/<strong>2021</strong><br />
Jana Scholliers<br />
TECHNOLOGIECAMPUS GENT<br />
Structure and physical stability of insect-containing hybrid<br />
cooked sausages as affected by formulation and processing<br />
• Prof. Ilse Fraeye (promotor)<br />
• Mevr. Liselot Steen (co-promotor)<br />
5/03/<strong>2021</strong><br />
Gerben Peeters<br />
CAMPUS GROEP T<br />
Towards unmanned inland shipping<br />
• Prof .René Boonen (promotor)<br />
• Prof. Maarten Vanierschot (co-promotor)<br />
• Prof. Peter Slaets (co-promotor)<br />
9/03/<strong>2021</strong><br />
Reshma Chirayil Chandrasekharan<br />
<br />
TECHNOLOGIECAMPUS GENT<br />
Constructive matheuristics for combinatorial optimization<br />
problems<br />
• Prof. Tony Wauters (promotor)<br />
• Dr. Pieter Smet (co-promotor)<br />
12/04/<strong>2021</strong><br />
Celina Angela Dugulin TECHNOLOGIECAMPUS GENT<br />
Brewing with green malt for an energy and water efficient<br />
process: challenges and opportunities<br />
• Prof. Luc De Cooman (promotor KU Leuven)<br />
• Prof. David Cook (promotor University of Nottingham)<br />
• Dr. Gert De Rouck (co-promotor KU Leuven)<br />
• Dr. Chris Powell (co-promotor University of Nottingham)<br />
15/04/<strong>2021</strong><br />
Burak Karabulut<br />
TECHNOLOGIECAMPUS GENT<br />
Fatigue behaviour of duplex welded details<br />
• Prof. Barbara Rossi (promotor)<br />
• Prof. Geert Lombaert (co-promotor)<br />
24/04/<strong>2021</strong><br />
Dimitrios Zouzias<br />
CAMPUS DE NAYER<br />
Development of new cycling helmet standard test for improved<br />
head impact protection<br />
• Prof. Jan Ivens (promotor)<br />
• Prof. Guido De Bruyne (co-promotor), Universiteit Antwerpen<br />
10/05/<strong>2021</strong><br />
Kristof Verreydt<br />
CAMPUS BRUGGE<br />
Design parameters for construction of dikes with treated<br />
sludge at redevelopment of sludge reservoirs<br />
• Prof. Pieter Rauwoens (promotor)<br />
• Prof. Dionys Van Gemert (co-promotor)<br />
12/05/<strong>2021</strong><br />
Ahmed Youssef Ali Amer<br />
CAMPUS GROEP T<br />
Machine Learning for Human Health: From Activity and Vital-<br />
Sign Monitoring to Mortality Prediction<br />
• Prof. Bart Vanrumste (promotor)<br />
• Prof. Jean-Marie Aerts (co-promotor)<br />
• De heer Stijn Luca (co-promotor)<br />
19/05/<strong>2021</strong><br />
Mathias Bonduel<br />
TECHNOLOGIECAMPUS GENT<br />
A Framework for a Linked Data-based Heritage BIM<br />
• Prof. Ralf Klein (promotor)<br />
• Prof. Maarten Vergauwen (co-promotor)<br />
• Prof. Pieter Pauwels (co-promotor), UGent<br />
19/05/<strong>2021</strong><br />
Jan Christiaens<br />
TECHNOLOGIECAMPUS GENT<br />
Solving Vehicle Routing Problems<br />
• Prof. Greet Vanden Berghe (promotor)<br />
• Prof. Patrick De Causmaecker (co-promotor)<br />
28/05/<strong>2021</strong><br />
Julie Legrand<br />
CAMPUS GROEP T<br />
Single-handed, flexible, steerable instruments for constrained<br />
workspace surgery<br />
• Prof. Emmanuel Vander Poorten (promotor)<br />
• Prof. Kathleen Denis (co-promotor)<br />
• De heer Jun Qian (co-promotor)<br />
8/06/<strong>2021</strong><br />
Karsten Gielis<br />
CAMPUS GROEP T<br />
Assessment of Cognitive Performance in Elderly Life via<br />
Meaningful Play<br />
• Prof. Veronika Vanden Abeele (promotor)<br />
• Prof. Jos Tournoy (co-promotor)<br />
• Prof. Katrien Verbert (co-promotor)<br />
6/05/<strong>2021</strong><br />
Inge Coudron<br />
CAMPUS DE NAYER<br />
Incorporating prior knowledge in 3D scene understanding<br />
• Prof. Patrick Vandewalle (promotor)<br />
• Prof. Toon Goedemé (co-promotor)<br />
• De heer Steven Puttemans (co-promotor)<br />
36
WETENSCHAPSCOMMUNICATIE<br />
SOLAR OLYMPIADE <strong>2021</strong>:<br />
BUITENGEWONE PRESTATIES<br />
IN ONGEWONE TIJDEN<br />
Op 6 mei organiseerde het Agoria Solar Team de zestiende editie van de Solar Olympics.<br />
Dit is een jaarlijks event waarbij middelbare schoolstudenten van over heel Vlaanderen<br />
uitgedaagd worden om in team een mini-zonnewagen of een origineel gadget te bouwen<br />
dat werkt op zonne-energie. De editie <strong>2021</strong> diende zich aan als een Solar Olympiade en<br />
ging voor het eerst volledig online. De ministers Ben Weyts en Benjamin Dalle spraken<br />
de 150 deelnemers moed in.<br />
Beide excellenties staken hun<br />
bewondering voor het initiatief en<br />
de resultaten niet onder stoelen of<br />
banken. “Dit is STEM die zichtbaar,<br />
tastbaar en voelbaar wordt gemaakt”,<br />
aldus Vlaams onderwijsminister Ben<br />
Weyts. “Hier zie je dat STEM verdomd<br />
plezierig is. Uit de projecten straalt de<br />
liefde voor wetenschap en technologie”.<br />
Vlaams minister voor Brussel, Jeugd en<br />
Natuur Benjamin Dalle bevestigde: “Ik vind<br />
het ongelooflijk knap hoe de deelnemende<br />
jongeren hun straffe projecten tot een<br />
succesvol resultaat hebben kunnen<br />
brengen in dit ongewone jaar”.<br />
Finalisten<br />
In september 2020 schreven 50 teams<br />
zich in voor de solar competitie. Uit hun<br />
concepten werden er 28 gekozen<br />
afkomstig uit 16 scholen voor de finale.<br />
Deze teams kregen elk een coach van het<br />
Agoria Solar Team toegewezen. Ieder<br />
ontving ook een zonnepaneel om er ofwel<br />
een mini-zonnewagen mee te bouwen of<br />
een creatief gadget. Wie voor de gadget<br />
opteerde, moest de wedstrijdjury kunnen<br />
overtuigen dat de uitvinding niet alleen<br />
origineel, maar ook duurzaam was en op<br />
termijn de weg naar de markt zou vinden.<br />
De teams die een mini-zonnewagen<br />
bouwden moesten het tegen elkaar<br />
opnemen in een kleine, maar wel zeer<br />
competitieve snelheidsrace.<br />
Tijdens de liveshow op 6 mei stelden de<br />
teams hun creaties voor aan de jury en het<br />
publiek dat kon meestemmen voor de<br />
publiekprijs. Tijdens de finale werden meer<br />
dan 2.000 stemmen uitgebracht. Stephane<br />
Berghmans, CEO van Technopolis, Bart<br />
Bosmans van Colruyt Group Technics en<br />
Ruben Holsbeekx keken toe vanuit de<br />
studio in Mechelen en kenden acht prijzen<br />
toe. De felbegeerde Technologieprijs ging<br />
naar het team The Flop van het college<br />
O.L.V. Ten Doorn uit Eeklo met een digitaal<br />
pokerspel. De ‘Innovative Solar Guys’ van<br />
Don Bosco uit Sint-Denijs-Westrem<br />
wonnen met een digitale Gentse Monopoly<br />
het Gat-in-de-markt-prijs. De minizonnewagen<br />
van de ‘Turboslakken’ van<br />
het Sint-Romboutscollege in Mechelen liet<br />
alle tegenstanders achter zich en sleepte<br />
de Snelste Challenger in de wacht. “Er<br />
zaten dit jaar echt straffe projecten bij”,<br />
aldus Ruben Holsbeekx, event manager<br />
van het Solar Team. “Sommige moesten<br />
niet onderdoen voor de Ingenieursbelevingen<br />
in de bacheloropleiding. Maar<br />
ook de andere teams manifesteerden zich<br />
als getalenteerde ingenieurs in spe.”<br />
Yves Persoons<br />
Nog te bekijken op<br />
www.solarteam.be/nl/solar-olympiade<br />
CONNECTING<br />
37
FACULTY WORLDWIDE<br />
STUDENT AMBASSADORS<br />
PROMOTE OUR FACULTY<br />
WORLDWIDE<br />
Chimene El Boustany and Philip Lepoutre are two of the team of seven student ambassadors<br />
of the Faculty of Engineering Technology. In normal circumstances, they would now be in<br />
the middle of their Erasmus exchange semester, but COVID-19 decided otherwise. This does<br />
not mean that they are not internationally engaged; as student ambassadors they coach<br />
prospective international students.<br />
Philip Lepoutre was born in UK, lived<br />
in Romania, studied in a Romanian-<br />
Turkish High-School, and then<br />
decided to join KU Leuven’s community at<br />
the Group T Campus. He joined a wide<br />
range of student activities ranging from<br />
chess, gliding, to being a radio presenter<br />
and a volunteer in Aether, a brand new<br />
team of the postgraduate programme of<br />
entrepreneurship for engineers. Very early<br />
in his student career he also became our<br />
faculty’s first student ambassador.<br />
Chimene El Boustany is from Lebanon<br />
and choose KU Leuven to be close to her<br />
friend who studies medicine. She is active<br />
in AEISEC and is vice-president in an<br />
association for spacecraft students.<br />
Philip set up the student ambassador<br />
team at Group T Campus and invited<br />
Chimene to join. The student ambassador<br />
programme of KU Leuven, has become<br />
quite popular among international students<br />
who are happy to represent and to<br />
promote their alma mater and their faculty<br />
to possible new internationals.<br />
Chimene specifies: “as a student<br />
ambassador, you are expected to spend<br />
some time each week chatting with<br />
interested candidates” , and Philip adds<br />
that “a list of FAQ was provided by the<br />
marketing service and guidance sessions<br />
were aimed at preparing the student<br />
ambassadors for being able to highlight<br />
distinctive features of KU Leuven”. This<br />
takes up a few hours each week, with a<br />
busier period just before the application<br />
deadlines. Philip regularly asks students<br />
during the chat to set up a Zoom or Skype<br />
meeting. The marketing office also<br />
organises two ‘student ambassador<br />
events’ each year where they bring all<br />
student ambassadors together to learn<br />
from each other and to network.<br />
The chat sessions may lead to funny<br />
anecdotes, like the time a student tried to<br />
convince Chimene to skip the application<br />
deadline by offering her some bribe<br />
presents… or the Albanian girl who<br />
confused the student ambassador<br />
platform with Tinder and started flirting<br />
with Philip.<br />
Being international students themselves<br />
has helped both Chimene and Philip to be<br />
better student ambassadors. Chimene:<br />
“We’ve been there, we’ve been in their<br />
shoes, and we know which advice they<br />
need.”<br />
“What advice would you give to your<br />
former self, is a good guideline”, Philip<br />
adds.<br />
Volunteering work, social engagement, or<br />
social engineering are some of the names<br />
used to describe co-curricular activities<br />
such as student ambassadors. Both Philip<br />
and Chimene confirm that being a student<br />
ambassador has provided them with<br />
essential skills to become better engineers:<br />
“engineering is all about people”, Chimene<br />
quotes one of her Group T lecturers. Their<br />
interpersonal skills, presentation skills,<br />
service attitude, communication skills<br />
were developed by being a student<br />
ambassador.<br />
Philip: “It also makes you culturally aware,<br />
you can adapt your communication<br />
depending on the audience, you learn to<br />
work on skills such as how to communicate<br />
a message clearly and effectively”.<br />
When Chimene and Philip started their<br />
student career 3 years ago, student<br />
ambassadors did not exist and so they<br />
had to get their information in a different<br />
way: Chimene actually travelled to<br />
Group T Campus during the Christmas<br />
holidays before deciding to apply.<br />
Philip was attracted to KU Leuven and<br />
later Group T Campus, and notes that in<br />
recent years the campus info has focused<br />
strongly on promo-tional videos and a lot<br />
of activity on social media. Many initiatives<br />
now exist to involve international students<br />
in the student life.<br />
Personal development<br />
“Creative thinking, teambuilding skills,<br />
leadership skills have all benefited from my<br />
engagement as a student ambassador”,<br />
confirms Philip. “The student ambassadors<br />
complement very well with the engineering<br />
training we get, the theoretical concepts<br />
38
Chimene El Boustany and Philip Lepoutre<br />
© Julie Feyaerts<br />
we learn in our soft skills courses can be<br />
implemented in a real life context.”<br />
Chimene: “The activities as a student<br />
ambassador help me on a larger scale,<br />
realising that “experience is simply a<br />
name we give to our mistakes” (dixit<br />
Oscar Wilde) to become a better engineer.<br />
They are learning labs for skills we need<br />
in our later career.”<br />
Recently Philip spoke to a student from<br />
Poland who doubted whether to apply to<br />
TU Delft or to KU Leuven, and in the end,<br />
the student decided to apply to KU<br />
Leuven. “Knowing that your advice is<br />
valued by a prospective student is very<br />
rewarding and fulfilling. Being a student<br />
ambassador actually it doesn’t feel like<br />
work, it is a fun activity and it looks great<br />
on your cv.”<br />
Both students don’t stop at this<br />
engagement: they both aspire a future job<br />
in the field of aerospace industry.<br />
Hilde Lauwereys<br />
39
ALUMNUS IN DE KIJKER<br />
GERWOUT VAN HOEFS:<br />
SLUIT JE NIET OP<br />
IN TECHNOLOGIE<br />
‘Don’t limit yourself’ is zowat het levensmotto van Gerwout Van Hoefs, industrieel ingenieur<br />
Elektromechanica van de Technologiecampus Gent. Zijn carrière is daar een sprekend<br />
voorbeeld van. Als manager van de EU Central Flow Operations bij retail en tech gigant<br />
Amazon in Barcelona heeft hij van grenzen verleggen zijn job gemaakt. Zijn raad aan de<br />
toekomstige ingenieurs is dan ook goud waard.<br />
‘ We aim to be Earth’s most customer-centric<br />
company’. Van bij<br />
de stichting van Amazon in<br />
1994 heeft CEO Jeff Bezos van zijn ambitie<br />
geen geheim gemaakt. In 2011<br />
realiseerde zijn bedrijf al een omzet van<br />
100 miljard dollar, dat het in 2020 wist te<br />
verviervoudigen tor 386 miljard. Gestart in<br />
Seattle groeide Amazon snel uit tot het<br />
grootste e-commercebedrijf met vestigingen<br />
over de hele wereld. “Amazons<br />
succes steunt op vier pijlers”, vertelt<br />
Gerwout. “Dat zijn: obsessie voor de<br />
klant, passie voor innovatie, operationele<br />
excellentie en langetermijndenken. Daarbij<br />
is de eerste pijler veruit de belangrijkste.<br />
Alles wordt in het werk gesteld om de<br />
klant zo snel mogelijk op zijn of haar wensen<br />
te bedienen”.<br />
Vuurdoop<br />
Gerwout start zijn hogere studies aan de<br />
toenmalige KAHO Sint-Lieven in Aalst met<br />
een professionele bachelor<br />
Elektromechanica, schakelt daarna in<br />
Gent verder om in 2015 af te studeren<br />
met een masterdiploma industriële<br />
wetenschappen: Elektromechanica van<br />
KU Leuven. Als ingenieur Elektromechanica,<br />
optie Scheepstechnologie<br />
steekt hij van wal bij Volvo Trucks in Gent.<br />
“Ik kon er meteen aan de slag als<br />
productiemanager in de cabine-afdeling.<br />
Mijn taak bestond er o.m. in de bewaking<br />
van de kwaliteit en de veiligheid en de<br />
optimalisering van de processen. Voor<br />
een pas afgestudeerde is dit de vuurdoop.<br />
Om units van 120 operatoren en<br />
specialisten aan te sturen, moet je niet<br />
alleen technisch stevig in je schoenen<br />
staan, maar ook al je social skills uit de<br />
kast halen, om te beginnen de<br />
communicatieve vaardigheden. De tien<br />
maanden bij Volvo Trucks hebben mijn<br />
verdere carrière ingrijpend beïnvloed”.<br />
Polen<br />
In april 2016 trekt Gerwout naar Poznan<br />
(Polen) in het voetspoor van zijn Poolse<br />
vriendin. Hij vindt er snel een job bij het<br />
prestigieuze organisatieadviesbureau<br />
McKinsey & Company. “Ik was er<br />
executive assistant van verschillende<br />
seniorpartners en van de directie. Ik<br />
beheerde hun agenda’s, belegde<br />
vergaderingen en organiseerde events.<br />
Niet meteen superingenieurswerk maar<br />
wel leerrijk. Bovendien bood het me de<br />
kans om te beginnen met de uitbouw van<br />
een eigen netwerk, onmisbaar voor elke<br />
professional”.<br />
Gerwouts prille netwerk bewijst al snel zijn<br />
nut, want in januari 2017 kan hij<br />
overstappen naar het Amazonfiliaal in<br />
Poznan. Als Central Flow Leader en<br />
vervolgens Process Control Specialist<br />
krijgt hij een centrale functie in de core<br />
business van het bedrijf: het optimaliseren<br />
van de workflow in de verschillende<br />
fulfilment centres, wat in de praktijk<br />
neerkomt op het verbeteren van customer<br />
experience via het bevorderen van de<br />
efficiëntie en het reduceren van de kosten.<br />
“Een fulfilment centre is meer dan een<br />
magazijn”, legt Gerwout uit. “Het is het<br />
brein en het kloppend hart van de hele<br />
business: van de aanname en controle<br />
van de goederen over de stockage tot de<br />
order picking en packing tot de verzending<br />
en het retourmanagement. Het hele<br />
raderwerk moet snel en gesmeerd<br />
functioneren. Vanuit de Hub in Poznan<br />
bedienden we Duitsland, Tsjechië en<br />
Polen. In Poznan besteedt Gerwout veel<br />
aandacht aan de bijscholing van het<br />
personeel, zowel intern als senior<br />
leiderscha van onze fulfilment centers in<br />
Europa. Hij groeit er snel door tot area<br />
manager.<br />
Spanje<br />
Na welgeteld één jaar en zes maanden<br />
dient zich bij Amazon een nieuwe<br />
uitdaging aan, dit keer in Barcelona. Daar<br />
is het bedrijf bezig met de uitbouw van de<br />
grootste hub in Europa, dus is er nood<br />
aan competente medewerkers. “De<br />
voorbije tien jaar heeft Amazon zo’n 6,8<br />
miljard dollar in Spanje geïnvesteerd”,<br />
zegt Gerwout. “Meer dan 9.000 Spaanse<br />
KMO’s verkopen hun producten via<br />
Amazon, wat goed is voor een export van<br />
450 miljoen dollar en 12.000 permanente<br />
jobs. Vorig jaar werden nog twee<br />
bijkomende fulfilment centres en drie<br />
leveringsstations geopend. Spanje huist<br />
sinds 2017 ook twee Tech Hubs; hier<br />
alleen al zijn 600 softwareontwikkelaars,<br />
computeringenieurs en data-analysten<br />
aan de slag”.<br />
40
Gerwout Van Hoefs<br />
In Barcelona wordt Gerwout People<br />
Manager binnen een team van meer dan<br />
130 supply chain specialisten. Na één jaar<br />
en vier maanden groeit hij door tot<br />
Operations Manager van het departement<br />
dat <strong>2021</strong> zal afronden met 190 supply<br />
chain specialists. Zij werken aan de<br />
permanente verbetering van de<br />
operationele flow binnen Europa als<br />
onderdeel van het Amazon Customer<br />
Excellence System. In die functie leidt en<br />
begeleidt Gerwout eveneens de oprichting<br />
van 15 nieuwe fulfilment centres binnen<br />
en buiten Spanje. “In tegenstelling tot de<br />
uniforme Amerikaanse markt, is de<br />
Europese erg divers”, vervolgt Gerwout.<br />
“De belastingtarieven op de verkoop van<br />
goederen zijn bijvoorbeeld in elk land<br />
verschillend. Ook de normen en<br />
standaarden zijn niet overal dezelfde, kijk<br />
maar naar de voltage van elektrische<br />
apparaten. Deze complexiteit stelt het<br />
flow management voor extra-uitdagingen.<br />
Dit maakt dat we binnen de Amazon<br />
groep wereldwijd toonaangevend<br />
geworden zijn op dit gebied”.<br />
De Europese markt mag dan wel complex<br />
zijn, er is nog een enorm groeipotentieel.<br />
“In vergelijking met de USA is Europa nog<br />
een jonge markt”, bevestigt Gerwout. “Dit<br />
maakt een aangepast people management<br />
zo belangrijk. Ons departement<br />
bestaat uit hoogopgeleide jonge krachten<br />
met diverse achtergrond, zowel in<br />
opleiding als in nationaliteit. Van talentvolle<br />
ingenieurs tot gedreven business<br />
administrators. Even divers als de markt<br />
is, zo verscheiden moeten we zelf zijn”.<br />
Blikveld<br />
Voor de aankomende en pas<br />
afgestudeerde ingenieurs wil Gerwout<br />
nog het volgende kwijt: “Je brede<br />
wetenschappelijke en technische vorming<br />
maakt dat je meer in je mars hebt dan je<br />
wel denkt of vermoedt. De voorwaarde is<br />
wel dat je bereid bent je blokveld te<br />
verruimen en de begane paden te<br />
verlaten. Daarom, sluit je niet op in je<br />
vakgebied. Ingenieurs zijn per definitie<br />
problem solvers. Hun analytisch denken<br />
stelt hen in staat om snel complexe<br />
situaties of problemen te doorzien en<br />
oplossingen te vinden. Als je dan je<br />
professionele skills en managementvaardigheden<br />
kunt inzetten, gaan alle<br />
deuren open”.<br />
Yves Persoons<br />
CONNECTING 41
ALUMNUS IN DE KIJKER<br />
SERGE DE GHELDERE WINT<br />
EERSTE AWARD ALUMNI<br />
INGENIEURS KU LEUVEN<br />
Op 6 mei <strong>2021</strong> werden de Alumni Awards uitgereikt aan een<br />
burgerlijk en aan een industrieel ingenieur die zich nationaal<br />
en internationaal, binnen of buiten hun vakgebied<br />
onderscheiden hebben. Winnaar Serge de Gheldere kon<br />
in principe in aanmerking komen voor elk van beide prijzen.<br />
Hij gaf de voorkeur zich te beroepen op zijn opleiding van<br />
industrieel ingenieur, waar de basis gelegd is van zijn<br />
succesrijke carrière als ondernemer en als boegbeeld<br />
van de klimaatzaak.<br />
Serge is drievoudig ingenieur<br />
(Hogeschool Groep T, KU Leuven<br />
en TU Delft) en geëngageerd ondernemer.<br />
Zijn studie, werk en streven<br />
staan helemaal in het teken van de klimaatproblematiek<br />
en het ontwikkelen van<br />
technologisch en economisch haalbare<br />
oplossingen voor bedrijven, overheden en<br />
regio’s. In deze materie geldt hij als een<br />
autoriteit en wordt hij algemeen beschouwd<br />
als een rolmodel voor jonge<br />
ingenieurs.<br />
Futureproofed<br />
Als ingenieur ontwierp Serge een online<br />
platform waar met behulp van een SDGframework<br />
steden en gemeenten<br />
geholpen worden bij het ontwikkelen,<br />
implementeren en monitoren van een<br />
klimaatplan. Futureproofed Cities helpt<br />
steden om zo snel mogelijk over te gaan<br />
tot de uitvoeringsfase en zo de<br />
klimaatdoelstellingen te halen. Alle steden,<br />
groot en klein, koplopers en twijfelaars<br />
kunnen aansluiten. Inmiddels maken 136<br />
steden ervan gebruik, met 2.675<br />
maatregelen voor klimaatmitigatie, goed<br />
voor 2,6 miljard euro aan investeringen,<br />
een reductie van de CO ² uitstoot van<br />
1 miljoen ton per jaar en een jaarlijkse<br />
besparing van 375 miljoen euro.<br />
Als ondernemer richtte Serge in 1999<br />
Futureproofed op met als doel bedrijven,<br />
organisaties en overheden te<br />
ondersteunen bij de transitie naar een<br />
duurzaam en rendabel businessmodel.<br />
Futureproofed is ervan overtuigd dat het<br />
versnellen naar een niet-fossiele,<br />
duurzame toekomst een van de grootste<br />
opportuniteiten is voor de bedrijven. De<br />
stap naar een toekomst zonder fossiele<br />
brandstoffen helpt om kosten te<br />
besparen, risico’s te verminderen, nieuwe<br />
producten en diensten te ontwikkelen en<br />
het imago te versterken.<br />
Futureproofed voerde al opdrachten uit<br />
voor honderden bedrijven, steden en<br />
organisaties waaronder DEME, Nike,<br />
Colruyt, het Europees Parlement, Leuven,<br />
Antwerpen, Hasselt, ...<br />
Klimaatactivist<br />
Als klimaatambassadeur begon Serges<br />
carrière in 2006 bij de selectie als ‘Climate<br />
Ambassador’ van de toenmalige<br />
Amerikaanse vicepresident Al Gore. Met<br />
zijn presentatie ‘The Inconvenient Truth’<br />
gaf Serge honderden lezingen in binnenen<br />
buitenlandland, waaronder Stanford,<br />
Yale, Tsinghua University (Beijing), India,<br />
Dubai, Togo en een groot aantal EUlanden.<br />
Nog altijd is Serge een<br />
veelgevraagd spreker op conferenties,<br />
studiedagen of in de media. Zijn jongste<br />
realisatie is de oprichting van de vzw<br />
Klimaatzaak, een drukkingsgroep die vier<br />
42
Belgische regeringen er via juridische weg<br />
toe aan wil zetten om de<br />
klimaatovereenkomsten na te leven. De<br />
organisatie vordert een daling van de<br />
broeikasgasemissies met minstens 42 tot<br />
48% in 2025 en tot 65% in 2030 om te<br />
kunnen evolueren naar een nuluitstoot in<br />
2050. Meer dan 68.000 Belgen hebben<br />
zich al aangesloten bij dit initiatief. Na zes<br />
jaar procederen is het proces van de<br />
eeuw eindelijk van start gegaan.<br />
Verder stond Serge mee aan de wieg van<br />
het ambitieuze project ‘Leuven<br />
Klimaatneutraal 2030’, inmiddels<br />
omgedoopt tot ‘Leuven 2030’. Hij is<br />
vicevoorzitter van het directiecomité en<br />
tevens bestuurder. In Leuven 2030<br />
werken meer dan 600 partners,<br />
overheden, de academische wereld,<br />
bedrijven en burgers samen aan de<br />
ontwikkeling van een roadmap en de<br />
uitvoering van strategische experimenten<br />
op het gebied van klimaatneutraliteit. Dit<br />
project heeft er mee voor gezorgd dat<br />
Leuven dit jaar tot European Capital of<br />
Innovation is uitgeroepen. Leuven 2030<br />
bewijst dat ook een kleine stad een grote<br />
impact kan hebben in het wereldwijde<br />
klimaatdebat. Geen wonder dat de stad<br />
aan Serge de eretitel ‘Held van Leuven’<br />
toekende.<br />
Yves Persoons<br />
Serge de Gheldere en Prof. Sofie Pollin<br />
© Filip Van Loock<br />
CONNECTING<br />
43
NIEUWS VAN ALUMNI<br />
AWARD ALUMNI INGENIEURS<br />
KU LEUVEN: EEN LOGO<br />
MET EEN VERHAAL<br />
De instelling van de Alumni Award 2020-<strong>2021</strong> kostte de Faculteit Industriële Ingenieurswetenschappen<br />
nogal wat hoofdbrekens. Niet om een laureaat te vinden, wel om een<br />
embleem te bedenken dat symbool kan staan voor de prijs en bij uitbreiding voor de<br />
afgestudeerde industrieel ingenieurs. Sarah Verryt van de facultaire Dienst Externe<br />
Relaties vond het ei van Columbus.<br />
De collega’s van de Faculteit<br />
Ingenieurswetenschappen (de burgerlijk<br />
ingenieurs) hoefden niet ver te<br />
zoeken. Het imposante kasteel van de hertogen<br />
van Arenberg in Heverlee is al meer<br />
dan een eeuw het huis én het uithangbord<br />
van de faculteit en de opleiding. Bij de industrieel<br />
ingenieurs die op zeven<br />
campussen in Vlaanderen resideren, liggen<br />
de kaarten anders. Eén gebouw of campus<br />
naar voren schuiven is geen optie.<br />
Maar wat dan wel? De zoektocht naar<br />
een patroonheilige levert evenmin een<br />
bruikbaar resultaat op. Kandidaten zijn er<br />
nochtans genoeg. Sint-Isodorius van<br />
Sevilla waakt over de computer- en de<br />
internetgebruikers. De heilige Barbara van<br />
Nicomedië is de schutspatroon van de<br />
mijningenieurs. Sint-Jozef beschermt als<br />
timmerman de maakindustrie. En de 6de<br />
-eeuwse Sint Eligius (Sint-Elooi) heeft de<br />
metallurgen en materiaalkundigen onder<br />
zijn hoede. De bouwkundig ingenieurs<br />
kunnen dan weer terecht bij de heilige<br />
Bénézet (of Bennet) die in de 13de eeuw<br />
de eerste steen legde voor de beroemde<br />
Pont d’Avignon. Kerkelijke universiteiten<br />
zoeken vaak hun heil bij de heilige Thomas<br />
van Aquino, de scholasticus die geloof en<br />
rede probeerde te verzoenen of bij<br />
Albertus Magnus, de 13de -eeuwse prof<br />
aan de Parijse universiteit die expert was<br />
in zowat alles: van natuur- en scheikunde<br />
tot theologie en metafysica. Kies uit deze<br />
-overigens nog onvolledige- lijst van<br />
kandidaten maar eens een figuur waar de<br />
industrieel ingenieurs zich in herkennen.<br />
De kans is reëel dat je eerder vroeg dan<br />
laat Sint-Rita van Cascia gaat aanroepen,<br />
de heilige voor de onmogelijke zaken.<br />
Techniek<br />
In het Pantheon van de klassieke<br />
mythologie hebben we wel prijs. Het<br />
verhaal begint bij de titaan Epimetheus.<br />
Hij is door de goden gelast om gaven en<br />
talenten uit te delen aan de levende<br />
wezens in het ondermaanse. Als de mens<br />
aan de beurt is, blijkt dat de voorraad<br />
vrijwel uitgeput is. Zowel wat<br />
overlevingsinstincten als natuurlijke<br />
verdedigingsmiddelen betreft zijn de<br />
andere levende schepsels er veel beter<br />
aan toe. Prometheus, de broer van de<br />
kwistige distributeur, heeft medelijden met<br />
de hulpeloze mensheid. Hij rooft het vuur<br />
bij de Olympische goden en brengt het<br />
naar de mensen. Hij leert hen ook de<br />
technische vaardigheden om het te<br />
gebruiken. Met het vuur geeft Prometheus<br />
aan de mens het instrument in handen<br />
om de elementen van de natuur te<br />
transformeren in artefacten die zich verder<br />
ontwikkelen in technologiegebieden als<br />
energie, materie, leven en informatie.<br />
Sinds de Oudheid wordt Prometheus met<br />
techniek in verband gebracht.<br />
Maar er is meer. Het vuur dat Prometheus<br />
brengt, symboliseert ook het licht, wat<br />
maakt dat de mens méér kan zien en<br />
vérder kan kijken. Daaruit ontstaan de<br />
wetenschappen, die dan weer aan de<br />
basis liggen van nieuwe toepassingen en<br />
technieken.<br />
Engagement<br />
Prometheus staat verder ook symbool<br />
voor de inzet voor de mens en het<br />
verbeteren van diens bestaan op aarde.<br />
Sociaal engagement en maatschappelijke<br />
betrokkenheid zijn tot vandaag belangrijke<br />
waarden voor de ingenieur.<br />
De Griekse titaan wist ideeën om te zetten<br />
in daden, theorie in praktijk. Hij was een<br />
doener en een durver die risico’s niet uit<br />
de weg ging. In dit opzicht is hij een<br />
ondernemer die een voor onmogelijk<br />
geachte prestatie wist te volbrengen.<br />
Prometheus betekent letterlijk ‘hij die<br />
vooruitdenkt’ (in tegenstelling tot<br />
Epimetheus die achteruit kijkt). Anticiperen<br />
heet dat nu. Dat veronderstelt visie,<br />
flexibiliteit en een niet aflatende<br />
leergierigheid: de bereidheid te leren van<br />
en voor een toekomst die nooit helemaal<br />
voorspelbaar is. Prometheus leerde de<br />
mensen met vuur spelen. Hij gaf hun het<br />
instrument in handen om van de wereld<br />
een paradijs te maken of een hel.<br />
Dit hele verhaal heeft Sarah creatief weten<br />
te vertalen in een sober beeldmerk.<br />
Gecombineerd met het woordmerk<br />
‘Award Ingenieurs KU Leuven’ vormt het<br />
een logo met een brede waaier van<br />
toepassingen: van opschrift tot medaille.<br />
Eenvoudig maar krachtig. Een brede visie<br />
op de ingenieur in een paar vloeiende<br />
lijnen.<br />
Yves Persoons<br />
44
AWARD<br />
ALUMNI<br />
Serge de Gheldere<br />
INGENIEURS<br />
6 M E I 2 0 2 1<br />
F A C U L T E I T I N D U S T R I Ë L E<br />
KU<br />
I N G E N I E U R S W E T E N S C H A P P E N<br />
LEUVEN<br />
Voornaam Naam<br />
Functie<br />
Voornaam Naam<br />
Functie<br />
Sarah Verryt<br />
© Julie Feyaerts<br />
CONNECTING<br />
45
NIEUWS VAN ALUMNI<br />
FACULTEIT EN ALUMNI<br />
INGENIEURS KU LEUVEN<br />
BUNDELEN DE KRACHTEN<br />
Als afgestudeerde industrieel ingenieur ben je drievoudig<br />
alumnus: van de KU Leuven, van de Faculteit Industriële<br />
Ingenieurswetenschappen (FIIW) en van je campus. Onder de<br />
overkoepelende KU Leuven Alumni ressorteren facultaire<br />
alumnikringen en op campusniveau zijn er lokale<br />
alumniwerkingen actief. Om uit te klaren wie wat doet en<br />
waar, ondertekenden de faculteiten Ingenieurswetenschappen<br />
en Industriële Ingenieurswetenschappen en de<br />
facultaire kring Alumni Ingenieurs KU Leuven op 17 mei een<br />
samenwerkingsovereenkomst. Prof. Kris Henrioulle,<br />
academisch verantwoordelijke Alumni, geeft toelichting.<br />
Alumnikringen hebben een lange traditie<br />
aan KU Leuven. Elke faculteit<br />
heeft (minstens) een kring met een<br />
eigen rechtspersoonlijkheid en bestuur. De<br />
opdracht van de kring bestaat erin om de<br />
afgestudeerden met de faculteit en met<br />
elkaar te verbinden via activiteiten en het<br />
delen van nieuwsberichten.<br />
“In onze faculteit liggen de kaarten<br />
anders”, zegt prof. Henrioulle. “Om te<br />
beginnen hebben wij niet één maar twee<br />
alumnikringen. Dat zijn Alumni Ingenieurs<br />
KU Leuven (AIKULeuven) voor de<br />
afgestudeerden Industriële Wetenschappen<br />
en VBI (Vereniging Bio-<br />
Ingenieurs) voor de masters Biowetenschappen<br />
en Biochemie. Andere<br />
belangrijke spelers zijn de alumniwerkingen<br />
op de campussen. Lang voor de integratie<br />
van de opleidingen in de universiteit<br />
bestonden die al. Weliswaar heel<br />
verschillend in omvang en impact maar<br />
met hetzelfde doel voor ogen. En het<br />
moet gezegd, ook al zijn de afgestudeerden<br />
inmiddels in alle opzichten volwaardige<br />
KU Leuven-alumni, de identificatie met de<br />
eigen campus is en blijft groot. Dit<br />
betekent dat een campusgebonden<br />
alumniwerking noodzakelijk blijft. De<br />
faculteit heeft dat ook van meet af aan<br />
onderkend en gepromoot”.<br />
Partners<br />
“Het samenwerkingsakkoord institutionaliseert<br />
de bestaande situatie en<br />
creëert tegelijk nieuwe mogelijkheden”,<br />
vervolgt prof. Henrioulle. “De Faculteit<br />
Industriële Ingenieurswetenschappen en<br />
AIKULeuven slaan de handen in elkaar als<br />
preferentiële partners die elkaar maximaal<br />
ondersteunen, maar wel onafhankelijk<br />
hun accenten blijven leggen in de uitbouw<br />
van een hecht alumninetwerk. Concreet<br />
betekent dit dat AIKULeuven de samenwerking<br />
met de faculteit consolideert en<br />
de sterke band tussen de alumni en hun<br />
campus erkent. De campussen kunnen<br />
bijgevolg blijven focussen op hun eigen<br />
lokale of regionale alumniwerking. De<br />
kring concentreert zich op het creëren van<br />
een overkoepelend aanbod dat overigens<br />
niet alleen op de industrieel ingenieurs<br />
mikt maar ook op de burgerlijke confraters.<br />
De onderliggende idee is dat de<br />
campuswerking een opstap wordt naar<br />
een grotere alumnigemeenschap”.<br />
46
In de overeenkomst engageert<br />
AIKULeuven zich om de alumniwerking<br />
op de campussen te ondersteunen en te<br />
promoten. “Consistentie en herkenbaarheid<br />
in de communicatie is hierbij een<br />
belangrijk objectief”, aldus prof. Henrioulle.<br />
“Concreet betekent dit dat de campusinitiatieven<br />
voortaan ook onder de<br />
AIKULeuven-vlag varen. Op die manier<br />
worden de alumni - inclusief de grote<br />
groep van voor de integratie- er telkens<br />
aan herinnerd dat ze deel uitmaken van<br />
een grote KU Leuven familie”.<br />
Databank<br />
Een belangrijke clausule handelt over de<br />
databank. Een adequaat databeheerssysteem<br />
met up-to-date<br />
informatie is immers de ruggengraat van<br />
elke alumniwerking. “Sinds kort zijn de<br />
beschikbare gegevens van de preintegratie-alumni<br />
opgenomen in de<br />
centrale alumnidatabank en kunnen zowel<br />
AIKULeuven als de campussen er gebruik<br />
van maken. Op het nieuwe alumniplatform<br />
KU Leuven Connect hebben zowel<br />
AIKULeuven als de faculteit en de<br />
campussen een eigen stek om te<br />
communiceren met en naar alumni”.<br />
Het akkoord regelt eveneens de kwestie<br />
van het al dan niet betalend lidmaatschap.<br />
Als vereniging werkt AIKULeuven<br />
op basis van lidmaatschapsbijdragen. De<br />
campussen kunnen -als ze dat wensenhun<br />
activiteiten gratis blijven aanbieden.<br />
“Tenslotte is in de overeenkomst ook<br />
aandacht voor de internationale dimensie”,<br />
merkt prof. Henrioulle nog op. “De<br />
buitenlandse alumni vormen immers een<br />
sterk groeiende groep van potentiële<br />
ambassadeurs wereldwijd. In het akkoord<br />
zeggende faculteit en AIKULeuven hun<br />
steun toe aan de 13 internationale Alumni<br />
Chapters van de universiteit en het verder<br />
uitbouwen van het internationale netwerk”.<br />
Yves Persoons<br />
Yvan Verbakel, prof. Peter Van Puyvelde, prof. Bert Lauwers en prof. Sofie Polin<br />
© Julie Feyaerts<br />
CONNECTING<br />
47
FACULTY OF ENGINEERING TECHNOLOGY<br />
GROUP T LEUVEN CAMPUS<br />
ADVANCED MASTER OF<br />
SCIENCE IN INNOVATIVE HEALTH<br />
TECHNOLOGY<br />
Health is is a is a a Precious Treasure.<br />
Health Technology its its its Reliable Treasurer.<br />
THE THE THE ADVANCED<br />
MASTER’S PROGRAMME<br />
Offers Offers Offers the the the opportunity to to specialize to in the in the in the<br />
rapidly rapidly rapidly evolving domain of of innovative of health health health<br />
care care care technologies.<br />
Integrates recent recent recent trends trends trends in in electrical in and and and<br />
electronics engineering, mathematical<br />
engineering, mechanical and and and biochemical<br />
engineering into into the into the the design, development<br />
and and and implications of novel of novel of novel practical solutions<br />
for for for patients as as well as well as well as health as health health care care care providers<br />
and and and professionals.<br />
Is a Is a Is one-year a programme aimed aimed aimed at at students at who who have who have have completed a a master’s a programme<br />
in in (bio)engineering in technology.<br />
Consists of of 8 of 8 course 8 units: units: units: 4 4 courses 4 focusing on on on engineering technology, one one one on<br />
entrepreneurship, one one one the on the the human body, body, body, a a a<br />
team-based project and and a and a master’s a thesis, thesis, thesis,<br />
including an an an internship.<br />
Is part Is part Is of part an of an of an international network of of of<br />
universities, renowned institutions (e.g. (e.g. the (e.g. the the<br />
Interuniversity Microelectronics Center, imec, imec, imec,<br />
the the the University Hospitals Leuven) and and hightectectech<br />
companies.<br />
and high-<br />
high-<br />
IN IN COLLABORATION IN WITH WITH WITH<br />
www.iiw.kuleuven.be/innovative-health-technology