Helly Hansen 2021

HELLY HANSEN WORKWEAR 2021
CE MARKING CONT.
EN 14404:2004 + A1:2010
BESCHERMENDE KLEDING
BESCHERMING TEGEN HITTE EN VLAMMEN. BEPERKT VLAMVERSPREIDEND MATERIAAL,
MATERIAALASSEMBLAGE EN KLEDING.
Deze norm vermeldt de prestaties voor de beperkte vlamverspreidende eigenschappen van
materiaal, materiaalassemblages en beschermende kleding om te voorkomen dat de kleding
vlam vat en daardoor zelf een gevaar vormt. Het kledingstuk beschermt de gebruiker tegen
verspreiding van hitte en vlammen, in overeenstemming met de Europese norm EN ISO 14116.
De beperkte vlamverspreiding -
Index 1: verspreidt vlammen niet, maar kan een gat vormen bij contact met vlammen. Nagloeien
≤ 2 sec.
Index 2: verspreidt vlammen niet, vormt geen gat ≥ 5 mm bij contact met vlammen.
Index 3: verspreidt vlammen niet en vormt geen gat ≥ 5 mm bij contact met vlammen en geeft
maximale navlam 2 sec.
Kledingstukken goedgekeurd in navolging van index 1 mogen niet worden gebruikt in direct
contact met de huid en kunnen alleen worden gebruikt in combinatie met werkkleding
goedgekeurd in overeenstemming met index 2 of 3.
KNIEBESCHERMERS VOOR WERKEN IN KNIELENDE POSITIE.
Kniebeschermers type 1: Onafhankelijk van andere kleding en worden vastgemaakt rondom het been.
Kniebeschermers type 2: Schuimplastic of ander vullingsmateriaal in zakken op de pijp van een broek of
permanent bevestigd aan een broek. Positie kan vast of verstelbaar zijn. (de meest gangbare kniebescherming voor
timmerlieden, enz.)
Kniebeschermers type 3: Niet bevestigd aan het lichaam, maar geplaatst, bijvoorbeeld op de vloer, terwijl de
gebruiker rond beweegt. Deze kunnen voor afzonderlijke knieën of beide knieën tezamen zijn.
Kniebeschermers type 4: Voor één of beide knieën, die onderdeel zijn van apparaten met extra functies zoals een
frame om te helpen bij opstaan of een zitting voor het knielen. De kniebeschermers kunnen op het lichaam of
onafhankelijk worden gedragen.
Niveau 0: Alleen voor platte vloer. Geen bescherming tegen penetratie.
Niveau 1: (het meest gangbare niveau voor timmerlieden, enz.). Bescherming tegen penetratie met een kracht van
minimaal 50 N.
Niveau 2: Voor zware omstandigheden. Bescherming tegen penetratie met een kracht van minimaal 250 N.
EN ISO 11611:2015
BESCHERMENDE KLEDING VOOR GEBRUIK BIJ LASSEN EN VERWANTE
PROCESSEN.
Deze norm vermeldt minimale basisveiligheidsvereisten en testmethoden voor beschermende
kleding, zoals beschermkappen, schorten, mouwen en beenkappen die zijn gemaakt voor het
beschermen van het lichaam van de drager tijdens lassen en verwante processen met een
vergelijkbaar risico.
Voor de bescherming van het hoofd en de voeten van de drager geldt deze norm alleen voor
beschermkappen en beenkappen.
Deze standaard bevat geen vereisten voor hoofd-, hand-, voet- of oogbescherming.
IMPACT VAN SPATTEN (kleine spetters gesmolten metaal)
Indien getest volgens ISO 9150, vereist de buitenlaag of de materiaalassemblage het volgende:
Klasse 1: minimaal 15 druppels gesmolten metaal voor het verhogen van de temperatuur achter het
testobject met 40K,
en
Klasse 2: minimaal 25 druppels gesmolten metaal voor het verhogen van de temperatuur achter het
testobject met 40K.
Materiaal en materiaalassemblages die vlam vatten tijdens de test voldoen niet aan dit vereiste.
HITTEOVERDRACHT (STRALING)
Indien getest in navolging van ISO 6942, methode B, moeten enkellaagse of multilaagse
kledingstukken die bescherming beweren te bieden tegen hittestraling voldoen aan RHTI 24
(Radiant Heat Transfer Index for 24°C/hittestralingsoverdachtindex voor 24°C)
- Voor klasse 1: RHTI 24 ≥ 7,0
- Voor klasse 2: RHTI 24 ≥ 16,0.
WAARSCHUWING:
- DE ELEKTRISCHE ISOLATIE VAN KLEDING WORDT VERMINDERD ALS DE KLEDING NAT, VUIL OF
DOORDRENKT IS MET ZWEET!
- ALS DE GEBRUIKER SYMPTOMEN VERGELIJKBAAR MET VERBRANDING DOOR DE ZON
ERVAART, WORDT HET GEPENETREERD DOOR UVB.
IN BEIDE GEVALLEN: MOET DE KLEDING WORDEN GEREPAREERD OF VERVANGEN. En in de
toekomst moeten aanvullende, beter bestendige, beschermende lagen worden overwogen.
24