Syndicate of Belgian painters
Onder de noemer Syndicate of Belgian painters brengt Peter Weidenbaum een aantal kunstenaars samen die een carrière in de kunst uitbouwen met een focus op de schilderkunst. Elk met hun eigen schriftuur, voelt men in hun werk een doorgedreven zoektocht, naar wat voor hen relevant is in de schilderkunst. Geen mode of namedropping maar een groep van schilders die zoals de filosoof Immanuel Kant het stelt bezig zijn met ‘het ding zoals het op zichzelf bestaat’. Elk bewandelen zij een parcours dat oplossingen vindt in de eigenheid van het werk en geen rekening houdt met tendensen. Het canvas staat centraal in hun oeuvre.
Onder de noemer Syndicate of Belgian painters brengt Peter Weidenbaum een aantal kunstenaars samen die een carrière in de kunst uitbouwen met een focus op de schilderkunst. Elk met hun eigen schriftuur, voelt men in hun werk een doorgedreven zoektocht, naar wat voor hen relevant is in de schilderkunst. Geen mode of namedropping maar een groep van schilders die zoals de filosoof Immanuel Kant het stelt bezig zijn met ‘het ding zoals het op zichzelf bestaat’. Elk bewandelen zij een parcours dat oplossingen vindt in de eigenheid van het werk en geen rekening houdt met tendensen.
Het canvas staat centraal in hun oeuvre.
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Men zou kunnen stellen dat de in 1978 te Hasselt geboren kunstenaar Steven
Peters Caraballo, een rastalent is uit een vervlogen post-modernisme. Het
post-modernisme van de jaren tachg introduceerde de vanzelfsprekendheid
om kunstuingen uit het verleden te recupereren. Het modernisme was in
haar drang naar vernieuwing tot het uiterste gegaan, zowel in de figurae als
de abstrace, waardoor men haar in de overgang van de 20e naar de 21e eeuw,
als fundamenteel deel van de kunstgeschiedenis mocht aanschouwen.
Hierdoor worden we in de hedendaagse creae geconfronteerd met
kunstenaars die de vormentalen herarculeren uit de oude – en moderne
kunsten als respectvolle inspiraebron van hun creaeproces. In de
schilderijen van Steven Peters Caraballo wordt men doorheen een
doorwrochte méer met verwondering uitgedaagd om zonder schroom
opnieuw te kijken naar de kracht van de beeldtaal van erkende meesters uit de
kunstgeschiedenis. Velasquez, Manet en Rembrandt om er maar enkele te
noemen, prikkelen als arseke artefacten ons geheugen in de aanblik van zijn
werken. Zoals desjds het realisme zich verzee tegen het academisme van
het classicisme en de idealen van de romanek, kan men stellen dat een
nieuwe generae kunstenaars zich vandaag met hun uitmuntend schilderspalet
verzeen tegen het in onze beeldcultuur inmiddels overvloedig aanwezige en
als realiteitsgetrouw aanvaarde fotografisch- en gedigitaliseerde beeld. Een
generae Belgische nieuwe meesters waaronder men in één adem Steven
Peters Caraballo kan vernoemen samen met Michael Borremans, Cindy Wright,
Stephan Balleux en nog vele anderen. Zowel de compulsieve veelheid aan
fotografische snapshots als de pseudo virtuele realiteit overspoelen onze
werkelijkheid en tarten hiermee de referenële capaciteit van ons visueel
geheugen. Deze tsunami aan beelden genereren een connue prikkeling, maar
tegelijkerjd een volael emoeloos apathisch scrollen. De overload aan
beelden in een overwoekerend medialandschap smuleren een onverschillig
kijken naar de werkelijkheid en ontnemen ons de verwondering van de
verslling in de observae. Een verdrinken van het zien, in een oceaan aan
beelden. Het is in deze veelheid aan schone-schijn werkelijkheid dat Steven
Peters Caraballo een schilderkundig standpunt inneemt. Aan de hand van een
verworven overvloed aan méer doet Caraballo ons opnieuw slstaan bij de
schaal van een detail, de glans op een soepterrine, de blik van een vervaagde
gelaatstrek, de duistere confrontae met een clair-obscur serenpoot, laat
staan ons de adembenemende sculpturaliteit ervaren van een besale ser.
Vroeger konden we er nog een glimp van opvangen - althans van een deel van
deze schierende aardse anatomie - in de roos verlichte koelkamer van de
lokale beenhouwer, maar deze hee spijg genoeg plaats moeten ruimen voor