07.01.2021 Views

culture

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

De geschiedenis van de Chinezen in Indonesië

reizen van op Java gevestigde niet-Europeanen weer aanzienlijk ingekort. 153 Pas vanaf

1914 werd het reizen voor Vreemde Oosterlingen over geheel Java en Madura, de

Vorstenlanden inbegrepen, vrij verklaard. 154 In 1919 kwam voor Java en Madura bij

ordonnantie eindelijk ook de woonvrijheid voor de Vreemde Oosterlingen en het einde

van het wijkenstelsel. Twee jaar eerder al besloot het gemeentebestuur van Semarang om

de grenzen van de Chinese wijk te doen samenvallen met die van de gemeente, waardoor

het wijkenstelsel in Semarang in feite werd opgeheven. 158

De beperking van bewegings- en woonvrijheid en het gebrek aan rechtszekerheid

zorgde voor grote ontevredenheid onder de Chinezen, ontevredenheid die in het begin

van de twintigste eeuw belangrijke veranderingen zou doen ontstaan in de houding van

deze bevolkingsgroep tegenover de koloniale regering.

3.5.4. De Chinezen rond 1880-1941: de opkomst van de ethische politiek en

het Chinees nationalisme

Voor de gemiddelde bestuursambtenaar waren Chinezen bijna per

definitie parasitaire elementen, uitzuigers van de inheemse bevolking.

Hoewel het gouvernement in de negentiende eeuw van hun diensten

als pachters van belastingen en monopolistische rechten met graagte en

profijt gebruik maakte, poseerden de bestuursambtenaars tegelijkertijd

als de natuurlijke beschermers van de inheemse bevolking tegen

Chinees machtsmisbruik. Met de komst van de ethische politiek, die

het belang van de bevolking centraal stelde, ontwikkelde het bestuur

een uitgesproken anti-Chinese houding. Margadant noemde de

Chinezen „een kanker‟, „gespuis‟ en „hyena‟s‟. Abendanon sprak

honend over „het edele genus Vreemde Oosterlingen‟ die „den inlander

tot een prooi hunner hebzucht makten‟, als „ware roofvogels‟.

Daarentegen werden Chinezen in de landbouwindustrie en bij de bouw

van infrastructurele werken als waardevolle en zelfs onmisbare

arbeidskrachten beschouwd. Zo kwam de hoofdingenieur De Bordes,

die bij de aanleg van de eerste spoorlijn op Java ervaring opdeed met

Chinese opzichters en ambachtslieden, ondanks allerlei strubbelingen

tot een bijzonder positief oordeel. Hij noemde hen „de beste arbeiders

der wereld‟. “Het is een volk, dat in Indië eene groote toekomst heeft.

Zuinig, ijverig, slim, veel meer ontwikkeld dan de Inlanders, en

geschikt om in een tropisch klimaat hard te werken, heeft het alle

eigenschappen om een overheerschend ras in die landen te worden.”

Een zo uitgesproken mening werd zelden gehoord.

J.A.A. Doorn. De laatste eeuw van Indië. Ontwikkeling en ondergang van een

koloniaal project. Amsterdam: Ooievaar. 1996, pag. 154

153 Liem 1997, pag. 61

154 Liem 1997, pag. 62

158 Liem 1997, pag. 77-78

68

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!