07.01.2021 Views

culture

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

De geschiedenis van de Chinezen in Indonesië

In 1893 werd door de opheffing van het oude verbod op emigratie wettelijk het

recht van de Chinezen erkend om te emigreren en hun thuisland te bezoeken en

daarnaartoe terug te keren. Oei Tjie Sien, de vader van Oei Tiong Ham, die de

geschiedenis zou ingaan als de eerste miljonair in Azië, kwam in 1858 naar Semarang, 88

en toen hij een grote firma had opgericht spaarde hij geld om aan de Manchu-regering af

te staan, opdat zij hem vergiffenis zou schenken en hij terug kon keren naar China om

zijn zoon voor te stellen aan de familie en het graf van zijn vader te bezoeken. 89 In zijn

tijd was het nog verboden om naar China terug te gaan.

Reeds voordat het verbod op emigratie was opgeheven, werd in 1877 het eerste

Chinese consulaat geopend in Singapore. Toen de Qing-dynastie in 1911 ten val kwam,

waren er al 46 consulaten. 90 Deze waren voornamelijk opgezet om van overzeese

Chinezen (vooral van de handelaars) financiële steun te verzamelen voor de economische

ontwikkeling van China. De consulaten bevorderden de ontwikkeling van Chinees

onderwijs en de oprichting van Chinese handelskamers overzee.

Ook in Nederlands-Indië werd er aan het begin van de twintigste eeuw aandacht

geschonken aan onderwijs voor Chinese kinderen. Daar wordt later in dit hoofdstuk op

teruggekomen.

3.5. De Chinezen in Indonesië

Wanneer de eerste Chinezen zich in Indonesië kwamen vestigen is niet bekend. 'Probably

as far back as the dawn of history', denkt de peranakan-historicus Onghokham. 91 Zeker is

dat er reeds Chinezen in Indonesië woonden voordat de Europeanen er voet aan wal

zetten. Hoewel geschiedenis niet echt in stukjes gehakt kan worden, zijn er periodes te

herkennen in de geschiedenis van de Chinezen in Indonesië, die uiteraard samen oploopt

met de geschiedenis van Indonesië, waarbij iedere periode aanvangt en eindigt met

ingrijpende sociaal-politieke veranderingen. Achtereenvolgens zullen vijf periodes

besproken worden.

1. Vóór 1600: de periode voor de komst van de VOC

2. 1600-1799: de periode van de VOC (Oost-Indië)

3. 1800-1879: Nederlands-Indië en het einde van het cultuurstelsel

4. 1880-1941: de ‟liberale periode‟, de opkomst van de ethische politiek en het Chinees

nationalisme 92

5. 1942-1950: de Japanse bezetting en de Indonesische vrijheidsstrijd.

3.5.1. Vroege geschiedenis tot 1600

De aanwezigheid van de Chinezen in Indonesië en de invloed daarvan op het leven in de

archipel kent een lange geschiedenis. Volgens Go Gien Tjwan, een antropoloog die mede

de onafhankelijkheid van Indonesië voorbereidde, bezochten reeds in het begin van de

88 Oei Tjie Sien kwam uit Fujian naar Indonesië als vluchteling van de Taiping-opstand. Dick 1993, pag. 273.

89 Setiono 2002, pag. 254; Dick 1993, pag. 273.

90 Volgens Fromberg waren er geen Chinese consuls in Nederlands-Indië, omdat de koloniale regering dat niet

toestond. (Fromberg 1911, pag. 2).

91 Onghokham 2003, pag. 183.

92 Bij de behandeling van de literatuur worden in deze tijdsspanne twee periodes onderscheiden, nl. 1880-1919 en

1920-1941, dit omdat er vanaf 1920 een opvallende stijging in volume te zien is in de onderzochte literatuur en omdat

de aard van de literatuur tussen 1920-1941 verschilt van die van de literatuur tussen 1880-1919. Wat betreft de

geschiedenis van de Chinezen in Nederlands-Indië is dit onderscheid niet van noemenswaardig belang.

58

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!