culture
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
De geschiedenis van de Chinezen in Indonesië
gedwongen verhuizing aan die opgedrongen is door de autoriteiten. Yimin zijn in die
optie geen mensen die vrijwillig geëmigreerd zijn. De Chinezen hebben migratie altijd
opgevat als een noodzakelijk kwaad, iets waar men alleen toe overgaat als het absoluut
noodzakelijk is. 51 Toch zijn in China‟s lange geschiedenis migratiegolven geen onbekend
verschijnsel. Er was in de geschiedenis van de Chinezen een voortdurende interactie
tussen bevolkingsgroei, commercialisering, migratie en handel met het buitenland. 52
Zoals overal ter wereld en in alle tijden was de mate waarin men migreerde afhankelijk
van binnenlandse noden en externe factoren. Nieuwe gronden werden ontgonnen voor
verbouwing, mensen verhuisden na natuurrampen. Een mislukte oogst en hongersnood
als gevolg daarvan waren voldoende om een nieuwe golf van migratie te doen ontstaan.
Migratie (verplaatsing binnen het land) was behalve spontaan ook bewust door de
regering geregeld. 53 Naast migratie kwam al vroeg in de Chinese geschiedenis ook
emigratie (verplaatsing of uitwijking naar het buitenland) voor, hoewel er een lange
periode was waarin emigratie met de dood gestraft werd. 54
Wang Gungwu onderscheidt vier patronen van emigratie, naargelang de aard en het
doel ervan: het handelaarspatroon, het koeliepatroon, het trekkerspatroon en het
remigratiepatroon. 55 Het handelaarspatroon is het oudste en meest stabiele patroon. Het
koeliepatroon leverde koelies op voor Amerika, Australië en Zuidoost-Azië, en was hevig
maar van korte duur. Het trekkerspatroon vond zijn aanvang in het begin van de
twintigste eeuw, toen bij de Chinezen in het buitenland sterke resinificatie plaats vond en
er behoefte was aan leerkrachten die de kinderen de Chinese taal en cultuur konden
bijbrengen. Het remigratiepatroon houdt in dat nakomelingen van de Chinese
immigranten uit hun land trekken en ofwel naar China emigreren bij een heropleving van
hun Chinese cultuurbewustzijn, of naar een ander land in geval zij juist niets te maken
willen hebben met hun Chinese wortels of in hun land niet kunnen aarden wegens
discriminatie of minder aangename economische of politieke omstandigheden.
Chinezen die naar Indonesië emigreerden deden dat eeuwen geleden volgens het
handelaarspatroon. 56 Mannelijke immigranten uit China werden blijvers en stichtten in
Indonesië gezinnen. Chinese vrouwen mochten niet emigreren. Daarom gingen de
mannen een seksuele relatie aan met inheemse vrouwen. Hun nakomelingen werden de
peranakan Chinezen genoemd. In het laatste kwart van de negentiende eeuw vond
emigratie, naast het steeds voortgaande handelaarspatroon, ook plaats volgens het
koeliepatroon. China leverde duizenden koelies vooral voor de rubber- en
tabaksplantages op Sumatra, en mijnwerkers voor de tinmijnen op Bangka (Banka) en
Belitung (Biliton). De geschiedenis van de gouddelvers op Kalimantan (Borneo) verschilt
van die van de plantage- en tinmijnkoelies.
Tijdens ongeveer dezelfde periode lokten de situatie in China en de sociaalpolitieke
omstandigheden in Nederlands-Indië bij de Chinezen in Nederlands-Indië een
resinificatieproces uit. Er werden Chinese scholen opgericht, terwijl de meeste
51 Wang 2001, pag. 56. Dit aspect van de emigratie van de Chinezen wordt in de literatuur over het hoofd gezien.
52 Angehaald door Pan 1998, pag. 46.
53 Dit gebeurde in hoge mate in Indonesië tijdens het bewind van Soeharto. De bedoeling was om de bevolking
gelijkmatiger over het land te verspreiden en vooral het overbevolkte Java minder te belasten. De gedwongen migratie
had desastreuze gevolgen op sommige plaatsen, waar het tot gewelddadige conflicten kwam met de oorspronkelijke
bewoners, die in opstand kwamen tegen de 'javanisering' van de plaatselijke bevolking.
54 Zhung 1998, pag. 98.
55 Wang 1991.
56 Door Wang Gungwu wordt dit het huashang patroon genoemd. Wang 2001, pag. 57.
50