29.06.2020 Views

ConnectING 13

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Viermaandelijks • maart-april-mei-juni 2020 • Afgiftekantoor 3000 Leuven 1 • P919663<br />

Magazine van<br />

de Faculteit Industriële<br />

Ingenieurswetenschappen<br />

KU Leuven<br />

NR. <strong>13</strong> - JUNI 2020<br />

Faculteit Industriële Ingenieurswetenschappen<br />

IN DE WEER TEGEN CORONA<br />

• Tweede ambtstermijn<br />

voor prof. Bert Lauwers<br />

• Nieuwe campusvoorzitters<br />

• Siemens Industry Academy<br />

• TechInVent voor ondernemende<br />

ingenieurs<br />

• Educatieve Master in W&T<br />

• Ingenieursbelevingen<br />

• Ethiek als mindset<br />

• KU Leuven Alumni Chapter<br />

Beijing


BELGISCH KAMPIOENE<br />

BELOFTEN CYCLOCROSS<br />

Marthe Truyen<br />

INHOUD<br />

• Woord vooraf 3<br />

• Nieuws uit de faculteit 4<br />

• Nieuws van de campussen 11<br />

• Onderwijsontwikkeling in de kijker 18<br />

• Studenten in de kijker 22<br />

• Docenten in de kijker 26<br />

• Onderzoek(er) in de kijker 28<br />

• Wetenschapscommunicatie 34<br />

• Faculty Worldwide 36<br />

• Alumni in de kijker 40<br />

COLOFON<br />

<strong>ConnectING</strong> is het magazine van de Faculteit Industriële Ingenieurswetenschappen<br />

van de KU Leuven. Het verschijnt driemaal per jaar en is bestemd voor alle studenten<br />

en medewerkers van de faculteit en haar 7 campussen, alumni, externe relaties en<br />

het brede maatschappelijk veld waarmee de faculteit een netwerk onderhoudt.<br />

Verantwoordelijke uitgever: Prof. Bert Lauwers, decaan Faculteit Industriële<br />

Ingenieurswetenschappen | Redactieraad: Anja Huysmans (voorzitter),<br />

Hilde Bonte, Niels De Brier, Greet Langie, Hilde Lauwereys, Bart Lievens,<br />

Yves Persoons, Sofie Pollin, Inge Van Cauter, Louis van Hoye, Rens Vervaeke<br />

Eindredactie: Yves Persoons | Redactiesecretariaat: Inge Van Cauter<br />

Redactieadres<br />

<strong>ConnectING</strong><br />

Faculteit Industriële Ingenieurswetenschappen<br />

Willem de Croylaan 56, gebouw E bus 2203<br />

3001 Heverlee<br />

053 72 71 86 (secretariaat)<br />

connecting@kuleuven.be<br />

www.iiw.kuleuven.be<br />

Foto’s: Yasmina Besseghir, Julie Feyaerts, Rob Stevens, David Stockman,<br />

Tom Talloen, Johan Van Droogenbroeck en Filip Van Loock.<br />

Grafisch ontwerp en drukwerk:<br />

artoos group – www.artoosgroup.eu<br />

2


WOORD VOORAF<br />

COVID-19:<br />

WAAR ZIJN DE INGENIEURS?<br />

We worden nu, in crisistijd, om de oren geslagen met<br />

meningen van mensen die menen te weten waar het<br />

om draait. Deskundigen van diverse pluimage hebben<br />

hun huiswerk gemaakt. Zelfverzekerd voorspellen ze hoe het<br />

post-coronatijdperk eruit zal zien. De conclusie luidt steevast:<br />

niets zal meer zijn zoals voorheen.<br />

In het publiek debat zetten de wetenschappers de toon.<br />

Virologen, epidemiologen en infectiologen beheersen de<br />

frontpagina’s, de nieuwssites, de journaals en de praatprogramma’s.<br />

Terecht overigens. Als iemand ons wegwijs kan<br />

maken in de omvang, de risico’s, en impact en het verloop van<br />

de pandemie dan zijn zij het wel.<br />

Maar waar zijn de ingenieurs? Ook al voeren ze niet het hoge<br />

woord, toch zijn de ingenieurs meer dan ooit present. In bedrijven,<br />

universiteiten en onderzoeksinstellingen werken ze met<br />

wetenschappers aan oplossingen om uit deze crisis te geraken<br />

en de weg voor het post-coronatijdperk te bereiden. Ook onze<br />

faculteit laat zich niet onbetuigd. Dat blijkt uit onze inzet voor<br />

ziekenhuizen en zorginstellingen. Je leest er meer over in dit<br />

nummer.<br />

Verder hebben we aandacht voor de programmahervorming die<br />

in september 2020 ingevoerd wordt in het eerste bachelorjaar.<br />

Een van de blikvangers –de Ingenieursbeleving– stellen we graag<br />

aan je voor. Dit academiejaar stapten we in de Siemens Industry<br />

Academy en het Stage+ pilootproject. En volgend academiejaar<br />

start het vernieuwd programma ‘Postgraduate Tech Innovation<br />

in Ventures & Teams’.<br />

Docent in de kijker is prof. Martin Meganck. Zijn missie bestaat<br />

erin om aankomende industrieel ingenieurs te sensibiliseren voor<br />

ethiek en maatschappelijke verantwoordelijkheid. Bij de<br />

studenten tillen we onze kampioenen op het schild: het Agoria<br />

Solar Team en Marthe Truyen, Belgisch kampioene veldrijden.<br />

In de onderzoeksrubriek focussen we op het werk van Esmael<br />

Kedir en Carlos André Munoz. Esmael ontwikkelde een<br />

technologie om bij de bevolking in de rurale gebieden in Ethiopië<br />

tijdig een kwalijke oogziekte te detecteren. En Carlos André<br />

belicht de voordelen van een VLAIO-mandaat voor postdocs.<br />

Alumnus in de kijker is Lin Zhang, de voorzitter van het nieuwe<br />

Alumni Chapter in Beijing. Aan de (pas) afgestudeerden met<br />

onderwijsambitie stellen we de Educatieve Master W&T voor.<br />

Tot slot nog dit. Op 1 augustus 2020 nemen drie nieuwe<br />

campusvoorzitters de fakkel over in resp. Campus Brugge,<br />

Campus De Nayer en Campus Groep T. Bij hun verkiezing was<br />

corona nog een ver-van-mijn-bed-aandoening. Zes maanden<br />

later zitten ze in het oog van de storm. Hen wacht de taak om<br />

hun campus behouden het post-coronatijdperk in te loodsen.<br />

We wensen hen veel succes bij deze onderneming.<br />

Prof. Bert Lauwers<br />

Decaan, Faculteit Industriële Ingenieurswetenschappen<br />

CONNECTING<br />

3


NIEUWS UIT DE FACULTEIT<br />

DECAAN BERT LAUWERS:<br />

CONTINUÏTEIT IN VOORTGANG<br />

De rustige vastheid waarmee decaan prof. Bert Lauwers de voorbije vier jaren de<br />

Faculteit Industriële Ingenieurswetenschappen heeft verenigd, uitgebouwd en versterkt<br />

wordt beloond. Op 10 februari 2020 werd hij met brio herkozen. Koers houden waar het<br />

kan, bijsturen waar het moet, wordt het adagium van zijn tweede ambtstermijn.<br />

Een adagium is een idee of een wijsheid die haar waarde<br />

heeft bewezen. Dat het beleid van prof. Lauwers onder<br />

deze noemer valt, wordt algemeen beaamd.<br />

Strategische doelstellingen zoals de profilering van de<br />

opleiding, de vormgeving van het multicampusgegeven en<br />

de verdere internationalisering zijn in volle uitvoering en<br />

hebben al geleid tot nieuwe inzichten en aanzetten voor<br />

verdere ontwikkelingen.<br />

“De meest ingrijpende onderneming is en blijft de programmahervorming”,<br />

vindt prof. Lauwers. “Collega’s van alle<br />

campussen hebben hun schouders gezet onder de<br />

vernieuwing van het curriculum. Dat heeft een ongekende<br />

dynamiek op gang gebracht. We zijn vertrokken voor een<br />

traject van nog minstens vier jaar waarvan het resultaat niet<br />

alleen een scherper profiel van de opleiding moet zijn, maar<br />

ook een waarachtige multi-campusfaculteit waarin iedere<br />

campus zich herkent”.<br />

4


Valorisatie<br />

Tijdens prof. Lauwers’ eerste ambtstermijn zagen niet minder<br />

dan zes nieuwe aanvullende opleidingen het levenslicht; masterna-masters,<br />

postgraduaten en internationale masters. Stuk voor<br />

stuk hebben ze heel wat potentieel in zich voor internationalisering<br />

en levenslang leren.<br />

De voorbije vier jaren steeg het aantal doctorerende industrieel<br />

ingenieurs exponentieel. Daar heeft volgens prof. Lauwers de<br />

inclusie van een component ‘valorisatie’ in elk doctoraat ongetwijfeld<br />

toe bijgedragen. “Het heeft in ieder geval de doctorandus uit zijn/<br />

haar ivoren toren gehaald en met beide voeten in het werkveld<br />

gezet. Als we nu nog de bedrijven kunnen overtuigen van de<br />

meerwaarde ervan zitten we ook hier op een goed spoor”.<br />

Participatie<br />

Aan de studenten biedt het vernieuwde curriculum een nooit<br />

geziene waaier van kansen om zich te ontplooien, d.w.z. zich breder<br />

te oriënteren of verder te verdiepen in keuzepakketten en multicampusmodules.<br />

Verder wil prof. Lauwers een nieuw elan geven<br />

aan de studentenparticipatie op zowel lokaal als op facultair niveau.<br />

Wat het personeelsbeleid betreft, zal het volgens prof. Lauwers<br />

ook de volgende jaren niet eenvoudig zijn om de geschikte<br />

profielen te vinden voor vacante of nieuwe functies. “Daarom<br />

vind ik het niet verstandig om onderwijswerkvormen te sterk te<br />

koppelen aan statuten”.<br />

Doorbraak<br />

Internationaal heeft prof. Lauwers mee voor een doorbraak<br />

gezorgd. “De instroom van buitenlandse studenten in de<br />

Engelstalige bacheloropleiding is de voorbije jaren fors<br />

toegenomen. Tegelijk zien we een groeiend aantal internationale<br />

masters. Wat de impact van de coronacrisis hier zal zijn, valt nog<br />

af te wachten. Inzake internationale samenwerking ben ik<br />

voorstander van een beperkt aantal strategische partners in<br />

verschillende regio’s voor structurele mobiliteit van studenten,<br />

docenten en onderzoekers”.<br />

Een vergelijkbaar ‘quality first’ beleid wenst prof. Lauwers ook te<br />

voeren t.a.v. het werkveld. “Daar komt het erop aan om de<br />

expertise op de campussen nog meer ter beschikking te stellen<br />

van de ondernemingen in de regio. Ook omgekeerd wil ik via<br />

gastdocentschappen en deeltijdse functies voor ervaren<br />

ondernemers nog meer knowhow uit het bedrijfsleven in de<br />

opleiding injecteren”.<br />

Transparant beleid en bestuur zal ook de volgende jaren een<br />

prioritair aandachtspunt van de decaan blijven. “Een goed<br />

geoliede interne communicatie is daarbij onmisbaar. In een grote<br />

universiteit en in een multicampusfaculteit zijn tal van bestuursen<br />

adviesorganen bedrijvig. Hier kan wel een en ander<br />

geoptimaliseerd worden. De regionalisering van de onderwijscommissies<br />

is daar een voorbeeld van”.<br />

Beleidsteam<br />

Op 11 mei 2020 keurde de Faculteitsraad de samenstelling van<br />

het nieuwe beleidsteam goed. De decaan zal de volgende jaren<br />

worden bijgestaan door twee vicedecanen. Prof. Dorine Bruneel,<br />

vicecampusvoorzitter op Technologiecampus Gent, neemt de<br />

fakkel over van prof. Greet Langie als vicedecaan Onderwijs. En<br />

prof. Koen Eneman, uittredend campusvoorzitter op Campus<br />

Groep T Leuven, neemt de taak van vicedecaan Internationalisering<br />

op zich. Met beide vicedecanen weet prof. Lauwers zich omringd<br />

door experten die op het terrein hun sporen hebben verdiend.<br />

Als door de wol geverfde decaan weet prof. Lauwers als geen<br />

ander dat de implementatie van een gedragen facultair beleid tijd<br />

en energie vraagt. Dat zal in zijn tweede ambtstermijn niet anders<br />

zijn. Een goede leidraad hierbij is de uitspraak die aan Vincent<br />

Van Gogh wordt toegeschreven: ‘grote dingen komen niet<br />

impulsief tot stand, ze zijn het resultaat van vele kleinere dingen<br />

die samengebracht worden’. Een multi-campusfaculteit vormt<br />

hierop geen uitzondering.<br />

Yves Persoons<br />

SOCIETY OF MANUFACTURING ENGINEERS<br />

LAURELS PROF. BERT LAUWERS<br />

On 10 March 2020, the Society of Manufacturing<br />

Engineers (SME) announced its annual International<br />

Honour Awards. The prestigious Eli Witney<br />

Productivity Award was granted to Prof. Bert Lauwers, Dean<br />

of the Faculty of Engineering Technology, for his high-level<br />

contribution to manufacturing production, research education<br />

and scientific publications.<br />

SME is an association of professional educators committed<br />

to promoting and supporting the manufacturing industry.<br />

SME helps manufacturers innovate, grow and prosper by<br />

promoting manufacturing technology, developing a skilled<br />

workforce and connecting the<br />

manufacturing industry.<br />

“We are proud to recognize the distinguished honourees for<br />

their essential and ongoing efforts in this vital industry”, said<br />

Sandra L. Bouckley, Executive Director of SME. “Our five<br />

awardees have changed the landscape of manufacturing<br />

and SME, making both stronger, more advanced and<br />

inclusive than ever before”.<br />

Yves Persoons<br />

CONNECTING<br />

5


NIEUWS UIT DE FACULTEIT<br />

TECHINVENT:<br />

VERNIEUWD PROGRAMMA<br />

VOOR ONDERNEMENDE INGENIEURS<br />

Vanaf volgend academiejaar wordt de postgraduaatsopleiding Innoverend Ondernemen voor<br />

Ingenieurs opgesplitst. Het bestaande programma blijft qua opzet identiek, maar zal voortaan<br />

nog enkel bestaan uit in-company projecten. De nieuwe tegenhanger mikt op bachelor- en<br />

masterstudenten die een ambitieus teamproject willen realiseren of een eigen startup voor<br />

ogen hebben. Coördinator Chrisje Haenen stelt het Postgraduate Tech Innovations in<br />

Ventures and Teams (‘TechInVenT’) voor.<br />

“ Met TechInVenT willen we om te beginnen de continuïteit<br />

van onze studententeams garanderen”, legt Chrisje<br />

Haenen uit. “Het Agoria Solar Team, Formula Electric<br />

Belgium, Innovived, CORE, Flacra en iGEM zijn inmiddels zowat<br />

het uithangbord van onze faculteit en de Groep Wetenschap &<br />

Technologie geworden. Studenten die in hun voetspoor willen<br />

treden zijn bij TechInVenT aan het juiste adres. Maar er is meer.<br />

Verschillende teamleden hebben na hun studie effectief de stap<br />

naar het ondernemerschap gezet en zijn met een eigen bedrijf<br />

begonnen. Zulke entrepreneurs in spe vormen onze tweede<br />

doelgroep. Wat beide groepen met elkaar gemeen hebben, is<br />

gedrevenheid en passie voor innovatie en ondernemerschap. Als<br />

ingenieur willen zij de betreden studie- en carrièrepaden verlaten<br />

en zelf hun toekomst in handen nemen. Ook al betekent dit in<br />

menig opzicht een sprong in het onbekende”.<br />

Op maat gesneden<br />

“Onbekend terrein vraagt om een goede voorbereiding”, vervolgt<br />

Chrisje Haenen. “TechInVenT wil er precies voor zorgen dat<br />

kandidaat ingenieurs-ondernemers niet onbeslagen op het ijs<br />

komen. Daarom bieden we hun een vrijwel op maat gesneden<br />

programma aan waarin niet alleen technologie maar ook<br />

professionele skills aan bod komen. Tevens zorgen we voor een<br />

intensieve coaching door professionals”.<br />

De hoofdbrok van het programma bestaat uit het team- of<br />

startup project, goed voor 44 ECTS. Studenten die opteren voor<br />

het teamproject, kunnen bij een bestaand team de knepen van<br />

het vak leren. En er voldoende inspiratie opdoen om zelf een<br />

eigen teamproject op te starten. Wie gaat voor het startup traject<br />

kan rekenen op ondersteuning en coaching om een business<br />

plan te ontwikkelen dat hem/haar in staat stelt om na de opleiding<br />

zelf de vleugels uit te slaan. “Maar ook wie nog geen concreet<br />

business idee in mind heeft en toch gebeten is door het<br />

ondernemen vindt bij TechInVenT de voedingsbodem waarin<br />

nieuwe ideeën kunnen ontkiemen”, merkt Chrisje Haenen op.<br />

Technovation Hub Academy<br />

Het programma bestaat verder uit een reeks workshops,<br />

verzorgd door bedrijfspartners van de Technovation Hub<br />

Academy, en een pakket optionele vakken, samen goed voor<br />

minimum 12 ECTS.<br />

“Technovation Hub werd in 2016 opgericht met als doel de<br />

studententeams binnen de Groep Wetenschap & Technologie te<br />

ondersteunen en nieuwe initiatieven een kans te geven”, vertelt<br />

Chrisje Haenen. “De Technovation Hub Academy die in<br />

september 2020 van start gaat, organiseert specifiek voor de<br />

studenten van TechInVenT hands-on workshops over<br />

onderwerpen zoals product design, artificiële intelligentie, 5G, IP,<br />

wetgeving en digitale marketing. Hiervoor doen we een beroep<br />

op ervaren professionals uit de beroepspraktijk”.<br />

De optionele vakken stellen de toekomstige teamleden en<br />

starters in staat om de opleiding nog meer te personaliseren. “Dit<br />

onderdeel kunnen de studenten inderdaad volledig zelf invullen”,<br />

bevestigt Chrisje Haenen. “Uit het immense studieaanbod van<br />

de KU Leuven kiezen ze wat hen interesseert of wat ze menen<br />

nodig te hebben voor hun project. Het initiatief ligt bij hen. Leren<br />

ondernemen begint met in je eigen leren te ondernemen”.<br />

Yves Persoons<br />

www.techinvent.be<br />

6


xxx<br />

Chrisje Haenen<br />

CONNECTING<br />

7


NIEUWS UIT DE FACULTEIT<br />

EDUCATIEVE MASTER W&T:<br />

INGENIEURS VOOR DE KLAS<br />

Ingenieurs zijn van alle markten thuis. Met een educatieve master op zak gaan ook de<br />

schoolpoorten voor hen open. Als ingenieur-leraar kun je aan de slag in de tweede en derde<br />

graad van het secundair onderwijs en in de volwasseneneducatie. Je kunt er niet alleen<br />

specifiek wetenschappelijke of technische vakken geven, maar je ook uitleven in<br />

interdisciplinair onderwijs en STEM-activiteiten. Jolien De Meester, verantwoordelijk voor<br />

Didactiek Interdisciplinair Onderwijs en haar collega’s Hanne Deprez, Kristien Van Loon en<br />

Kristiaan Mannaert geven tekst en uitleg.<br />

Jolien De Meester heeft haar naam niet gestolen. Na haar<br />

studie industrieel ingenieur trok ze resoluut de kaart van het<br />

onderwijs. De polyvalentie van haar opleiding maakte in<br />

haar de fascinatie wakker voor het interdisciplinaire lesgeven en<br />

de vakoverschrijdende didactiek. In haar doctoraal proefschrift<br />

‘Designing iSTEM Materials for secondary education’ aan de<br />

Faculteit Ingenieurswetenschappen ontwikkelde ze een<br />

instrument om STEM-activiteiten te transformeren in kwalitatief<br />

geïntegreerd STEM-onderwijs. Het engageren van lerarenteams<br />

bij het ontwerpen ervan genereerde overtuigende leerwinsten.<br />

“STEM-onderwijs wil jongeren voorbereiden op de uitdagingen<br />

van de toekomst”, merkt Jolien op. “Die uitdagingen overstijgen<br />

de grenzen van vakken en disciplines, dus vraagt STEMonderwijs<br />

om een aangepaste didactiek. Daarom is het zo<br />

belangrijk dat iedere student in de Educatieve Master getraind<br />

wordt in het ontwerpen, implementeren en coachen van<br />

interdisciplinaire leeractiviteiten. Het kan de brede kijk van leraren<br />

op hun taak enkel ten goede komen. Bovendien is binnen de<br />

Groep Wetenschap & Technologie heel wat expertise aanwezig<br />

inzake vakdidactisch onderzoek. Zoals elke academische<br />

opleiding moet ook de Educatieve Master onderzoeksgebaseerd<br />

zijn. Daarom bevat elke masterproef eveneens een<br />

onderzoeksluik”.<br />

Twee trajecten<br />

Als educatieve master W&T kun je lesgeven in elk wetenschappelijk,<br />

technologisch, engineering- of wiskundevak.<br />

Afhankelijk van je vooropleiding kun je twee vakdidactieken<br />

kiezen uit: aardrijkskunde, bio-engineering, biologie, chemie,<br />

engineering & technologie, fysica, informatica en wiskunde. Eén<br />

van de twee vakdidactieken kan uit een andere educatieve<br />

master gekozen worden: economie, maatschappijwetenschappen,<br />

NT² (Nederlands als niet-thuistaal) of Project Algemene<br />

Vakken. En –zoals vermeld- leren de leraren in spe ook<br />

interdisciplinair lesgeven in wetenschap en technologie.<br />

“De Educatieve Master bieden we aan in twee formules”, legt<br />

Hanne uit. “Een integraal traject van twee jaar (120 sp) voor<br />

studenten met een academisch bachelordiploma. En een<br />

verkorte opleiding van één jaar (60 sp) voor studenten die al<br />

master zijn. Ingenieursstudenten die leraar willen worden,<br />

opteren bijna altijd voor de verkorte versie. Na afloop hebben ze<br />

immers twee masterdiploma’s op zak”.<br />

Hanne Deprez staat in voor de coaching van teams van studentleraren.<br />

Haar ervaring als onderwijsondersteuner/monitor en<br />

medewerker aan de STEM-workshops voor leraren en leerlingen<br />

op de Technologiecampus Gent komt daarbij goed van pas. “In<br />

Didactiek van Interdisciplinair Onderwijs ontwerpen<br />

multidisciplinaire teams van 4 à 5 studenten leermateriaal over<br />

thema’s zoals ‘ontwerpen van een slimme koelkast’, ‘groene<br />

daken’ of ‘serres’. Met het eindproduct moet een leraar in de<br />

klas aan de slag kunnen. Deze manier van werken haalt de<br />

studenten uit de vertrouwde omgeving van hun vakgebied. En<br />

het anticipeert bovendien op de latere beroepspraktijk. Deze<br />

didactiek is creatieve en ondernemende ingenieursstudenten als<br />

het ware op het lijf geschreven”.<br />

Werkveld<br />

Kristien Van Loon en Kristiaan Mannaert staan als resp. lerares<br />

Wiskunde en leraar Informatica met beide voeten in het werkveld.<br />

Naast haar lesopdracht in het secundair onderwijs, is Kristien<br />

praktijklector Didactiek Interdisciplinair Onderwijs in de Educatieve<br />

8


Jolien De Meester<br />

Master W&T. Kristiaan is er praktijklector<br />

Vakdidactiek Informatica. Net als Hanne<br />

zijn beiden actief in de stagebegeleiding<br />

en de coaching van studententeams<br />

binnen het vak Didactiek Interdisciplinair<br />

Onderwijs.<br />

“Leraar en ingenieur:<br />

geen beroep maar<br />

een roeping”<br />

“Zoals in elke lerarenopleiding nemen de<br />

stages een belangrijke plaats in”, vertelt<br />

Kristien. “Daar kunnen de studenten hun<br />

kennis, vaardigheden en attitudes toepassen<br />

in een authentieke leeromgeving. Van<br />

observatie en participatie tot zelfstandig<br />

leren, stap voor stap dompelt de stage<br />

hen onder in de beroepspraktijk. We<br />

besteden ook aandacht aan de diversiteit<br />

in interesse en talenten bij leerlingen en<br />

hoe daar op een creatieve manier kan<br />

worden mee omgegaan.”<br />

“Stages zijn er in verschillende vormen en<br />

soorten”, vervolgt Kristiaan. “De meest<br />

voorkomende is de klassieke ‘pre-service<br />

training’, waarbij de student stageloopt<br />

als onderdeel van zijn/haar opleiding.<br />

Daarnaast heb je de ‘leraar-in-opleiding’<br />

(LIO) of ‘in-service training’, waar de<br />

student al effectief aan het werk is in een<br />

school en het praktijkgedeelte via<br />

werkplekleren realiseert. Deze formule is<br />

evenwel minder evident, want moeilijk te<br />

combineren met een voltijdse opleiding’.<br />

Roeping<br />

Jolien besluit als volgt: “Een leraar is veel<br />

meer dan een lesgever. Net zoals een<br />

ingenieur veel meer is dan een<br />

klussendoener of dépanneur bij problemen.<br />

Leraren en ingenieurs zijn professionals<br />

met capaciteiten en talenten die geroepen<br />

zijn om die te blijven ontwikkelen en in te<br />

zetten voor anderen. Wat zij doen is meer<br />

dan een beroep, het is een roeping”.<br />

Yves Persoons<br />

www.kuleuven.be/educatievemaster<br />

www.edu-leraar.be<br />

CONNECTING<br />

9


NIEUWS UIT DE FACULTEIT<br />

FACULTEIT INDUSTRIËLE<br />

INGENIEURSWETENSCHAPPEN EN<br />

SIEMENS INDUSTRY ACADEMY<br />

SLAAN BRUG TUSSEN INDUSTRIE EN UNIVERSITEIT<br />

Siemens Industry Academy staat voor een nieuw structureel<br />

samenwerkingsverband tussen de academische wereld en<br />

een aantal grote industriële spelers in Vlaanderen. In een<br />

eerste fase worden vierentwintig studenten van de Faculteit<br />

Industriële Ingenieurswetenschappen gelinkt aan bedrijven voor een<br />

unieke Stage+-ervaring. In een tweede fase staan o.m. gastcolleges,<br />

job shadowing en bedrijfsbezoeken in binnen- en buitenland op het<br />

programma. De Faculteit IIW stapte als eerste in dit project.<br />

In het kader van de Siemens Industry Academy werd - in een<br />

eerste fase - voor een unieke aanpak gekozen, namelijk ‘Stage+’.<br />

Studenten gaan gedurende een af te spreken periode aan de<br />

slag bij een industrieel topbedrijf. Tien ondernemingen met een<br />

vestiging in Vlaanderen dienden automatisering- of<br />

digitaliseringsprojecten in die door Siemens werden gescreend<br />

op hun relevantie. Het gaat om Actemium, Agidens, Cloostermans,<br />

Kaneka, Lapauw, Merco, Soleras, Vandemoortele, VolvoCars en<br />

Wienerberger. Ook andere bedrijven hebben zich aangemeld om<br />

in een tweede fase in te stappen.<br />

Vierentwintig studenten Industrieel Ingenieur van de KU Leuven<br />

tekenden in voor dit traject en werden door Siemens en KU<br />

Leuven gekoppeld aan een bedrijf en een project. Siemens zorgt<br />

voor de omkadering, coaching en de technologie waarmee de<br />

student aan de slag gaat. De KU Leuven staat garant voor de<br />

inbedding in een academisch kader.<br />

“Met dit traject willen we de studenten verder op weg helpen in<br />

hun zelfontwikkeling tot ‘future-proof engineers’: ingenieurs die<br />

intelligente oplossingen vinden voor technologische problemen<br />

en daarbij steevast ruimdenkend en systematisch te werk gaan”,<br />

vertelt prof. Bert Lauwers, decaan van de Faculteit Industriële<br />

Ingenieurswetenschappen.<br />

Academische excellentie<br />

De betrokken partners benadrukken dat dit traject veel meer is<br />

dan een gewone stage voor de student. Thierry Van Eeckhout,<br />

Vice President Sales van Siemens: “De ‘plus’ in ‘Stage+’ duidt<br />

op de grondige omkadering en de reële connectie met het<br />

werkveld die tot een unieke samenwerking leiden. De studenten<br />

krijgen een afgelijnd doel voorgesteld waarbij evenveel waarde<br />

wordt gehecht aan de technische vaardigheden als aan de<br />

professionele skills.”<br />

Katrien Valkiers,<br />

Head of Communications Siemens Belgium<br />

10


NIEUWS VAN DE CAMPUSSEN<br />

PROF. PIETER RAUWOENS (CAMPUS BRUGGE):<br />

INZETTEN OP EFFICIËNTIE<br />

EN UITMUNTENDHEID<br />

Met prof. Pieter Rauwoens als nieuwe<br />

campusvoorzitter is in Brugge de jongere<br />

garde aan zet.<br />

Prof. Pieter Rauwoens<br />

“ Een groentje”, zo noemt hij zichzelf, want pas sinds 2014<br />

verbonden aan KU Leuven, eerst in Oostende en dan in<br />

Brugge. Als hoofd van de onderzoeksgroep ‘Kustwaterbouw<br />

en Grondmechanica’ is prof. Rauwoens er in die korte periode<br />

in geslaagd om Campus Brugge op de kaart te zetten als het<br />

expertisecentrum in de ontwikkeling van klimaatscenario’s voor<br />

de Belgische kustlijn en kustgemeenten. Geen toeval dat in<br />

februari 2020 ’s lands eerste leerstoel ‘Kustwaterbouw’ in<br />

Brugge werd ingehuldigd.<br />

“We zijn een relatief kleine maar groeiende campus”, legt prof.<br />

Rauwoens uit. “Dat creëert dynamiek, maar zorgt ook voor<br />

uitdagingen. Om die te kunnen bolwerken, dient aan een aantal<br />

voorwaarden te worden voldaan. Ik heb ze samengebald in vijf<br />

kernwoorden: duidelijkheid, rust, krachtdadig bestuur, uitstraling<br />

en efficiëntie”.<br />

Duidelijkheid moet er volgens prof. Rauwoens spoedig komen<br />

over het toekomstig onderwijsaanbod, vooral dan inzake de<br />

masteropleidingen. “Dat er van iedereen inspanningen gevraagd<br />

zullen worden, dat is inmiddels genoegzaam bekend. Het punt<br />

is dat de bereidheid om een tandje bij te steken beduidend zal<br />

toenemen wanneer duidelijk is binnen welk kader dat moet<br />

gebeuren”.<br />

Prof. Rauwoens’ tweede prioriteit sluit hier nauw bij aan.<br />

“Duidelijkheid creëert mentale rust, stabiliteit en positieve energie.<br />

Let wel, stabiliteit is niet synoniem van status quo. Als<br />

groeicampus willen we op het elan verdergaan. We hebben de<br />

mensen in huis om dat te realiseren. Met duidelijke afspraken<br />

omtrent taken en verantwoordelijkheden kunnen we de positieve<br />

energie omzetten in verdere groei”.<br />

De heldere afspraken kunnen op hun beurt een draagvlak<br />

creëren voor een snel en efficiënt bestuur.<br />

Prof. Rauwoens: “ Een krachtdadig bestuur bestaat uit de<br />

campusvoorzitter die optreedt als moderator en zich weet te<br />

adviseren door een beperkte vertegenwoordiging uit elk van<br />

onze speerpunten in de zoektocht naar een consensus. Dit<br />

beperkt bestuurscollege heeft volheid van bevoegdheid. Efficiënt<br />

overleg en effectieve besluitvorming moeten ervoor zorgen dat<br />

wij als campus met één stem spreken in het Leuvense kapittel<br />

en erbuiten”.<br />

Groei en uitstraling gaan niet alleen hand in hand, ze versterken<br />

ook elkaar. “Excelleren is hier de boodschap”, aldus prof.<br />

Rauwoens. “En dat zowel in onderwijs als in onderzoek. De<br />

programmahervorming stelt ons in staat om het profiel van de<br />

industrieel ingenieur aan te scherpen en de opleiding<br />

aantrekkelijker te maken voor jongeren. En voor ons onderzoek<br />

kunnen we rekenen op de inzet van veelbelovende jonge<br />

professoren en doctorandi. Daarbij komt nog onze sterke<br />

verbondenheid en samenwerking met het werkveld”.<br />

Het vijfde kernwoord ‘efficiëntie’ is inmiddels al een paar keer<br />

gevallen. Prof. Rauwoens wil er nog het volgende over kwijt:<br />

“Campus Brugge is een verzameling van fantastische en<br />

talentvolle mensen. Het is zaak om iedereen optimaal te laten<br />

functioneren door hem of haar de taken toe te wijzen waar hij of<br />

zij de meeste voldoening uit schept”.<br />

Als expert in Kustwaterbouw is prof Rauwoens vertrouwd met<br />

woelige waters, stromingen, storm en ontij. Langs wal blijven<br />

laveren zal er de volgende jaren allicht niet inzitten. Wetende dat<br />

men niet alles kan bezeilen wat men bestevent, rekent de<br />

campusvoorzitter op een hechte crew om het schip met treil en<br />

zeil door zijn ambtsperiode de sturen.<br />

Yves Persoons<br />

CONNECTING<br />

11


NIEUWS VAN DE CAMPUSSEN<br />

PROF. RAF DEWIL (CAMPUS DE NAYER):<br />

INZETTEN OP PROFIEL<br />

EN INFRASTRUCTUUR<br />

De nieuwe campusvoorzitter van Campus De Nayer in<br />

Sint-Katelijne-Waver ressorteert onder het Departement<br />

Chemische Ingenieurstechnieken en is gespecialiseerd<br />

in geavanceerde technologieën voor de behandeling van<br />

(afval)water.<br />

Op zijn thuiscampus leidt hij het<br />

‘Process & Environmental<br />

Technology Lab’ (PETLab). Deze<br />

onderzoeksgroep is bedrijvig in o.m. de<br />

recuperatie van grondstoffen en de<br />

productie van hernieuwbare chemicaliën<br />

en energiedragers uit afval- en nevenstromen.<br />

Prof. Dewils team telt 25<br />

onderzoekers, van wie 15 doctorandi.<br />

Hijzelf is gespecialiseerd in geavanceerde<br />

technologieën voor de behandeling van<br />

(afval)water.<br />

“In de onderzoeksgroepen op onze<br />

campus zijn tientallen jonge en ambitieuze<br />

krachten aan het werk”, vertelt prof.<br />

Dewil. “Sommigen bevinden zich nog in<br />

de opstartfase, anderen zijn al gesetteld<br />

en nemen ook onderwijstaken op. Deze<br />

jonge garde is de toekomst van onze<br />

campus en verdient alle steun en bij-<br />

Prof. Raf Dewil<br />

behorende (interne en externe) middelen<br />

om de vleugels uit te slaan. Dit is meteen<br />

een eerste beleidsprioriteit voor de<br />

komende vier jaar”.<br />

De verdere uitbouw van onderzoek,<br />

onderwijs en dienstverlening veronderstelt<br />

ook ruimte. Dat is de tweede prioriteit<br />

waar prof. Dewil zal op inzetten. “Onze<br />

campus barst uit zijn voegen en de<br />

infrastructuur voldoet op tal van punten<br />

niet meer. Dat is op zich niets nieuws. Er<br />

circuleren al langer plannen voor een<br />

nieuwe campus. Deze komen nu wel in<br />

een finaal stadium waarop cruciale<br />

knopen moeten worden doorgehakt.<br />

Gaat KU Leuven onmiddellijk voor een<br />

complete nieuwbouw of wordt geopteerd<br />

voor en gefaseerde aanpak? Ik zal alvast<br />

ijveren voor de eerste formule”.<br />

Campus De Nayer kan bogen op een rijke<br />

historiek – in 2022 wordt de 100ste<br />

verjaardag gevierd- en een stevige<br />

reputatie inzake kwaliteitsonderwijs in<br />

techniek. “Die troef zullen we blijven<br />

uitspelen”, bevestigt prof. Dewil. “De<br />

voordelen van een multicampusfaculteit<br />

en de solide gemeenschappelijke stam in<br />

de ingenieursopleiding zijn perfect te<br />

combineren met ons profiel en wat wij hier<br />

in huis hebben aan expertise en samenwerking<br />

met het bedrijfsleven. In de<br />

afstudeerrichtingen, opties en keuzepakketten<br />

zullen we eigen accenten<br />

blijven leggen. Al wie op deze campus<br />

afstudeert, zal trots het kwaliteitslabel<br />

‘De Nayer’ blijven dragen”.<br />

De nieuwe campusvoorzitter is ten slotte<br />

ook sterk begaan met het welbevinden<br />

van ‘zijn’ studenten en personeel.<br />

“Periodes van transitie brengen onvermijdelijk<br />

operationele problemen met<br />

zich mee op het gebied van planning,<br />

logistiek, inzet van resources, overgangen,<br />

enz. Als procestechnoloog weet ik dat bij<br />

het omzetten van grondstoffen naar een<br />

eindproduct een en ander fout kan lopen.<br />

De campusvoorzitter is de allround<br />

operator die maakt dat het flowproces<br />

voor iedereen binnen de grenzen van het<br />

mogelijke en het haalbare verloopt. Waar<br />

een wil is, is een weg”<br />

Yves Persoons<br />

12


NIEUWS VAN DE CAMPUSSEN<br />

PROF. WIM DEWULF (CAMPUS GROEP T):<br />

BLIJVEN INZETTEN OP INNOVATIE<br />

De nieuwe campusvoorzitter van Campus Groep T Leuven<br />

maakt deel uit van het Departement Werktuigkunde. Hij is<br />

gekend als een gedreven lesgever en onderzoeksleider in<br />

de domeinen life cycle engineering, ecodesign, dimensionele<br />

kwaliteitscontrole en computertomografie.<br />

“ Als programmadirecteur van de<br />

POC Elektromechanica-Kunststofverwerking<br />

speelde hij al van bij<br />

de aanvang een voortrekkersrol in de<br />

facultaire kerngroep Programmahervorming.<br />

Hij gelooft dan ook sterk in<br />

de troeven van het vernieuwde curriculum:<br />

“Innovatieve technologieën voor Industrie<br />

4.0 krijgen bijvoorbeeld een uitgesproken<br />

plaats in het vernieuwde curriculum<br />

elektromechanica. Daarnaast verweven<br />

we in alle opleidingen training van<br />

professionele skills met de technologische<br />

opleidingsonderdelen, en is er ruimte<br />

voor ingenieursbelevingen, de Ingenieur<br />

voor 1 dag en duurzaamheid. Door de<br />

samenwerking binnen de faculteit zullen<br />

de studenten bovendien meer dan ooit<br />

hun programma volgens hun eigen<br />

interesses vorm kunnen geven. De nieuwe<br />

optie Bedrijfsbeleid in de master<br />

Elektromechanica is dan weer een<br />

voorbeeld van hoe ‘management’, altijd al<br />

een sterkte van Campus Groep T, in het<br />

curriculum verankerd zal blijven.”<br />

Andere troeven die prof. Dewulf wil blijven<br />

uitspelen zijn de samenwerking met het<br />

werkveld, het unieke internationale<br />

programma en de teamprojecten van de<br />

studenten. “We moeten de banden met<br />

het bedrijfsleven nog nauwer aanhalen”,<br />

geeft hij aan. “Ik denk hierbij o.m. aan<br />

keuzemodules i.s.m. de industrie, het<br />

aantrekken van deeltijdse praktijkassistenten<br />

met bedrijfservaring en<br />

opnieuw meer masterproeven in<br />

company.” Inzake internationalisering zal<br />

de nieuwe campusvoorzitter sterk inzetten<br />

op duurzame internationale partnerships<br />

waar ook de onderzoeksgroepen actief bij<br />

betrokken zullen zijn. “De teamprojecten<br />

– die op Campus Groep T ontstaan zijn<br />

– kunnen op blijvende steun rekenen als<br />

voorbeelden van innovatie en ondernemerschap.<br />

En als visitekaartje van de<br />

faculteit in binnen- en buitenland”.<br />

Doorgaan op het elan, dat is ook de<br />

boodschap van prof. Dewulf aan de<br />

onderzoekers. “Met ons toepassingsgedreven<br />

onderzoek creëren we<br />

aantoonbare meerwaarde voor bedrijven<br />

en de social-profitsector, maar ook voor<br />

ons onderwijs. Dat laatste zal in de loop<br />

van de verdere programmahervorming<br />

nog duidelijk blijken”.<br />

Prof. Wim Dewulf<br />

“Geen sterke faculteit zonder sterke<br />

campussen”, besluit prof. Dewulf. “Dat<br />

we op Campus Groep T stijgende<br />

studentenaantallen kunnen combineren<br />

met een snelle groei van onderzoek, is<br />

te danken aan de gedrevenheid,<br />

innovatiegerichtheid en teamspirit die<br />

onze campus kenmerken. Dit toont zich<br />

ook in de schitterende manier waarop we<br />

tijdens deze Corona-periode de stap naar<br />

digitalisering van ons onderwijs genomen<br />

hebben. Ik wil alle collega’s en studenten<br />

hiervoor trouwens van harte bedanken en<br />

hoop alvast deze dynamiek in de<br />

toekomst verder te kunnen ondersteunen”.<br />

Yves Persoons<br />

CONNECTING<br />

<strong>13</strong>


NIEUWS VAN DE CAMPUSSEN<br />

WEST-VLAAMSE CAMPUSSEN<br />

IN DE WEER TEGEN CORONA<br />

In de strijd tegen het coronavirus zijn beschermende kledij en mondmaskers cruciaal.<br />

Op Campus Brugge zijn ingenieurs met hun 3D-printers en lasermachines aan de slag om<br />

onderdelen te produceren voor de bescherming van artsen en verplegend personeel in het<br />

AZ Sint-Lucas. Ook het AZ Groeninge in Kortrijk kreeg hulp vanuit KU Leuven-hoek. Het<br />

ziekenhuis mocht een lading beschermende kledij en mondmaskers in ontvangst nemen.<br />

Beschermende kledij en mondmakers mogen dan wel<br />

onmisbaar zijn, ze zorgen ook voor heel wat ongemakken<br />

bij de dragers ervan. Zo laten de maskers drukwonden na<br />

op het aangezicht, rond de oren en de neus. In samenwerking<br />

met het AZ Sint-Lucas produceerde Campus Brugge o.l.v. prof.<br />

Stijn Debruyne anti-compressie pleisters. “Die worden met<br />

behulp van een laser uitgesneden en aan de binnenkant van het<br />

masker gekleefd om de druk te verzachten. Momenteel zijn er<br />

zowat 400 stuks geleverd en in gebruik”, verduidelijkt doctorandus<br />

Steven Fevery.<br />

In tegenstelling tot de knellende drukmaskers, sluiten de typische<br />

FFP2 en FFP3-mondmaskers niet altijd even goed aan bij<br />

iedereen. Ook daar hebben de ingenieurs op Campus Brugge<br />

iets op gevonden. “De klok rond printen we zogenaamde<br />

mondmaskers comforters naar een ontwerp van 3DPLANNER.<br />

Dit zijn verstelbare elastiekjes die de standaard mondmaskers<br />

beter doen aansluiten. Daarvan zijn er een 200-tal in gebruik in<br />

AZ Sint-Lucas en nog eens 100 zijn in de maak”.<br />

Snorkel- i.p.v. mondmaskers<br />

Tal van landen kampen met een mondmaskerschaarste. Hoewel<br />

in België de voorraden stilaan worden aangevuld, blijven de<br />

ziekenhuizen naarstig zoeken naar manieren om tekorten op te<br />

vangen. In AZ Sint-Lucas liggen gelaatsbedekkende<br />

snorkelmaskers klaar die in geval van nood dienst kunnen doen<br />

als gezichtsmasker voor het verplegend personeel en als<br />

beademingsmasker voor patiënten. Voor beide doeleinden doet<br />

het ziekenhuis een beroep op Campus Brugge. Bij gebruik door<br />

het personeel hebben deze maskers een aangepaste filter nodig<br />

die de uitgeademde lucht zuivert en voorkomt dat een besmette<br />

persoon zonder symptomen toch anderen zou besmetten. Doen<br />

ze dienst voor de beademing van patiënten, dan is er een<br />

koppelstuk nodig dat het masker met de beademingsapparatuur<br />

verbindt. Campus Brugge beschikt over én ingenieurs én een<br />

3D-printer om beide onderdelen te ontwikkelen en te<br />

perfectioneren.<br />

Voorlopig werden al een 100-tal hulpstukken geprint en geleverd<br />

aan het Brugse ziekenhuis. Alex Masquelier, directeur<br />

Infrastructuur en Facilitaire Diensten van AZ Sint-Lucas,<br />

benadrukt: “Het is in de eerste plaats de bedoeling om de<br />

maskers te gebruiken ter bescherming van ons eigen personeel<br />

en pas in tweede instantie bij patiënten. In tegenstelling tot Italië,<br />

dat kampt met een groot tekort aan beademingsapparatuur, is<br />

er in onze contreien niet meteen een gebrek aan machines.<br />

Bovendien bieden dergelijke toestellen veel meer mogelijkheden<br />

in diverse toepassingen van beademing”.<br />

‘Gewone’ beschermende kledij<br />

Daarmee is evenwel de grote vraag naar standaard mondmaskers<br />

nog niet van de baan. Ook daar ondernam Campus Brugge actie<br />

met de schenking van 10.000 exemplaren aan AXXON, de<br />

Beroepsvereniging voor kinesitherapeuten. Deze levering kwam<br />

er dankzij de inspanningen van Provincie West-Vlaanderen en de<br />

connecties van prof. Jiabin Li met het Chinese bedrijf Hangzhou<br />

Lynong Environment Engineering Corporation dat in oktober<br />

2018 de Lynong-leerstoel in Construction Waste Recycling mee<br />

oprichtte om het onderzoek in deze materie te stimuleren.<br />

Nog in West-Vlaanderen laat Campus Kortrijk zich niet onbetuigd<br />

in de strijd tegen COVID-19. In samenwerking met het IRF<br />

schonk de campus nitril handschoenen, FFP3-mondmaskers en<br />

wegwerp isolatiejassen aan het AZ Groeninge. IRF staat voor<br />

Interdisciplinary Research Facility. Onderzoekers van diverse<br />

disciplines wisselen er expertise uit en maken gebruik van<br />

gemeenschappelijke apparatuur.<br />

“Als universiteit beschikken we niet alleen over een hoop bruikbare<br />

kennis en tools, maar hebben we ook een voorbeeldfunctie”,<br />

verklaarde vicerector Piet Desmet. “De zorgsector verdient meer<br />

dan ooit alle steun. En zeker die van ons”.<br />

Brugfunctie<br />

Prof. Frederik Desplentere, campusvoorzitter Industriële<br />

Ingenieurswetenschappen in Brugge, sluit zich daarbij aan.<br />

“Onze campus huisvest twee faculteiten: Industriële<br />

Ingenieurswetenschappen enerzijds en Revalidatiewetenschappen<br />

& Kinesitherapie anderzijds. We slaan hier<br />

dagelijks de brug tussen technologie en zorg. Het is onze plicht<br />

om in deze moeilijke tijden deze rol te blijven spelen. Bovendien<br />

hebben we op onze campus al langer nauwe banden met de<br />

Brugse ziekenhuizen en werken we nauw samen in zowel<br />

onderwijs als onderzoek”.<br />

Elke Van Nieuwenhuyse<br />

14


v.l.n.r.: Prof. Stijn Debruyne, Steven Fevery, Korneel Van Massenhove en Alex Masquelier<br />

CONNECTING<br />

15


NIEUWS VAN DE CAMPUSSEN<br />

JOBBEURZEN 2020:<br />

VOOR EN NA 03/11<br />

De jobbeurs behoort op alle campussen tot de belangrijkste evenementen.<br />

Het is de jaarlijkse hoogmis waar de samenwerking met het werkveld wordt<br />

gecelebreerd en honderden studenten, docenten, onderzoekers, alumni en<br />

ondernemers elkaar ontmoeten. De editie 2020 kondigde zich veelbelovend<br />

aan met een recordaantal inschrijvingen. Tot op 11 maart bekend raakte dat<br />

COVID-19 een eerste dode had geëist en twee dagen later fase 3 van het<br />

noodplan in voege trad.<br />

Campus De Nayer kon nog net de dans ontspringen. Op<br />

10 maart namen 300 bedrijven deel aan het ‘Technologie,<br />

ICT, Engineering & Management’-event, een gemeenschappelijk<br />

initiatief van KU Leuven en Thomas More. Hiermee<br />

is de jobbeurs in Sint-Katelijne-Waver uitgegroeid tot de grootste<br />

in haar soort. Dat geldt ook voor de opkomst van studenten. Dat<br />

zijn niet alleen masterstudenten industrieel ingenieur maar ook<br />

professionele bachelor- en graduaatsstudenten in technologische,<br />

ICT en managementrichtingen. “In twee weken waren<br />

alle standplaatsen de deur uit”, zegt communicatieverantwoordelijke<br />

Lieze Rombauts. “Bedrijven die geen<br />

felbegeerde plek op de fysieke jobbeurs konden bemachtigen,<br />

kregen de kans om zich voor te stellen op de aansluitende<br />

virtuele jobbeurs.<br />

Extra-activiteiten<br />

Wim Adriaens, gedelegeerd bestuurder van de VDAB, opende<br />

de beurs: “In de lijst van knelpuntenberoepen staan –op<br />

verpleegkundige na- uitsluitend beroepen waarvoor een STEMopleiding<br />

nodig is. Alleen al in het beroep ICT-analist/ontwikkelaar<br />

stonden eind januari 2020 zo’n 800 vacatures open. Er is dus<br />

ongelofelijk veel vraag naar technische profielen en dat zal niet<br />

snel veranderen. Het is dan ook goed dat VDAB en de<br />

campussen nauw samenwerken om zo goed mogelijk te kunnen<br />

inspelen op de krapte”.<br />

Naar goede gewoonte voorziet Campus De Nayer tijdens de<br />

jobbeurs in tal van extra-activiteiten. “Dat was dit jaar niet<br />

anders”, bevestigt Lieze. “Tijdens de ochtend kregen de<br />

laatstejaars info over o.m. solliciteren, ondernemen, doctoreren,<br />

maar ook over verder studeren in postgraduaten, verkorte<br />

programma’s of een educatieve master. Wie dat wenste, kon<br />

individuele feedback krijgen over zijn/haar cv of een<br />

proefsollicitatiegesprek voeren. ’s Namiddags werden de<br />

derdejaars bachelor en de schakelstudenten gebriefd over de<br />

stages en de masterproef, waarna ook zij de beurs konden<br />

bezoeken”.<br />

Geel<br />

Leuven<br />

16


Campus te klein<br />

Op 19 februari beten de campussen Geel en Groep T Leuven de<br />

spits af. Van een corona-pandemie was toen nog geen sprake.<br />

In Sportoase Leuven verwelkomde burgemeester Mohamed<br />

Ridouani de vertegenwoordigers van 150 bedrijven. “Voor het<br />

eerst sinds de start van de onder-nemersdagen moet Campus<br />

Groep T uitwijken naar een andere locatie”, aldus de<br />

burgemeester. “De campus was te klein om iedereen een<br />

standplaats te geven. Het succes bewijst niet alleen de kwaliteit<br />

van de afgestudeerden maar ook de aantrekkelijkheid van onze<br />

stad. Wie in Leuven studeert en afstudeert, doet dat niet alleen<br />

aan de meest innovatieve universiteit maar ook in een stad die<br />

Europees in de eerste klasse speelt”.<br />

“De virtuele versie<br />

heeft onze jobbeurs gered”<br />

Campusvoorzitter Koen Eneman toonde zich eveneens<br />

opgetogen. In een interview met de regionale tv verklaarde hij:<br />

“Onze industrieel ingenieurs zijn erg gegeerd op de arbeidsmarkt.<br />

En daar is een logische verklaring voor. Naarmate computers en<br />

machines almaar slimmer worden en effectief taken overnemen,<br />

groeit de vraag naar professionals die deze technologieën<br />

kunnen ontwikkelen, implementeren en beheren. En dan kom je<br />

onvermijdelijk bij de ingenieurs terecht”.<br />

Toeloop in Geel<br />

Op Campus Geel stelden 205 bedrijven uit Vlaanderen en<br />

Nederland hun vacatures voor. “De plaatsen in de landbouwhal<br />

van Thomas More vlogen de deur uit”, zegt communicatieverantwoordelijke<br />

Ellen Mostmans. “Zelfs met 40 extra<br />

standplaatsen was er niet voldoende ruimte om aan alle aanvragen<br />

een positief gevolg te geven”.<br />

“Voor wie er geen plaats meer is, organiseren we al enkele jaren<br />

een virtuele jobbeurs”, zegt campusvoorzitter Paul Leroux. “De<br />

deelnemers kunnen hun vacatures posten en krijgen toegang tot<br />

een online databank met cv’s van onze masterstudenten en<br />

alumni. De rekruteerders kunnen zo gericht op zoek gaan naar<br />

interessante profielen. En de studenten kunnen op hun beurt<br />

gericht solliciteren. Ook dit jaar was het een succes. Op de<br />

‘reële’ jobbeurs in Geel waren nog infosessies te volgen over<br />

solliciteren en verder studeren. Professionele bachelors van de<br />

hogeschool konden deelnemen aan presentaties van de<br />

schakelprogramma’s naar master.<br />

Een grotere tent in Gent<br />

Op Technologiecampus Gent was de jobbeurs gepland op<br />

<strong>13</strong> maart. “Net als vorig jaar waren de plaatsen in een mum van<br />

tijd uitverkocht”, zegt communicatieverantwoordelijke An<br />

Devuyst. “En dat terwijl we net een extra grote tent hadden<br />

besteld waarin we 150 bedrijven konden huisvesten. Sinds<br />

enkele jaren geven we de deelnemers de kans om op de website<br />

van de jobbeurs een pagina aan te maken waarop ze zich<br />

kunnen voorstellen en vacatures plaatsen. We communiceren dit<br />

goed op voorhand naar de studenten zodat zij hun cv kunnen<br />

uploaden als ze gecontacteerd willen worden door de bedrijven<br />

met een interessant aanbod. Deze versie van een virtuele beurs,<br />

heeft uiteindelijk onze jobbeurs ‘gered’. Op 12 maart besliste de<br />

federale regering immers tot een feitelijke lockdown over te<br />

gaan”.<br />

Daarmee was meteen een streep getrokken door de jobbeurs<br />

op Campus Brugge. Op 23 maart –de datum van het evenementmaakten<br />

de statistieken melding van 263 overlijdens en meer<br />

dan 6000 besmettingen. Drie dagen eerder waren de<br />

landsgrenzen gesloten.<br />

Op Campus Groep T kwam de virtuele beurs, die in februari maar<br />

matig aansloeg, in april tot leven tijdens drie chatsessies van<br />

rekruteerders en laatstejaars studenten.<br />

Yves Persoons<br />

De Nayer Virtuele beursstand<br />

CONNECTING<br />

17


ONDERWIJSONTWIKKELING IN DE KIJKER<br />

INGENIEURSBELEVING:<br />

ANTICIPEREN OP DE BEROEPSPRAKTIJK<br />

Het vernieuwde curriculum van de Faculteit Industriële Ingenieurswetenschappen<br />

zet niet alleen in op de beheersing van de technologie maar ook op vele andere<br />

kwaliteiten en capaciteiten die van een industrieel ingenieur worden verwacht. Een<br />

opvallende nieuwigheid in de opleiding is de ‘Ingenieursbeleving’, in het eerste<br />

bachelorjaar alleen al goed voor 9 ECTS. Waar staat dit opleidingsonderdeel voor?<br />

En wat valt er te beleven? Christel Willemaerts, coördinator van het docententeam,<br />

geeft het antwoord.<br />

Een ingenieursbeleving is zowel een opleidingsonderdeel als<br />

een werkvorm”, legt Christel uit. “Ze behoort tot de categorie<br />

van alternatieve werk- en leervormen die tot doel hebben<br />

het probleemoplossend vermogen, de zelfstandigheid en de<br />

creativiteit te bevorderen evenals professionele competenties<br />

zoals communicatie, teamwork, ondernemingszin en kritische<br />

reflectie bij te brengen. Wat de ingenieursbeleving bijzonder<br />

maakt, is dat ze de studenten ‘raakt’ en daardoor memorabel<br />

–dus leerrijk- is. Pine en Gilmore, die de term ’experience<br />

economy’ bedachten, maken een onderscheid tussen ‘absorptie’<br />

en ‘immersie’. Waar bij klassiek projectwerk veelal sprake is van<br />

absorptie, zorgt een beleving voor een onderdompeling, een<br />

‘totaalervaring’ die ook appelleert aan emoties en zodoende een<br />

grotere en langere herinneringswaarde oplevert. Wat maakt een<br />

ingenieursbeleving nu echt beklijvend? Om te beginnen de<br />

aantrekkelijkheid uiteraard, maar andere factoren spelen<br />

eveneens een rol: de uitdaging, het competitie-element, de<br />

beloning of –gewoon- de fun. Ingenieursbelevingen maken het<br />

leren leuker”.<br />

Inzet<br />

“In de ingenieursbeleving kun je er helemaal voor gaan”, vervolgt<br />

Christel. “Je wordt uitgedaagd om al je kennis, vaardigheden en<br />

attitudes aan te spreken en samen te brengen. Bovendien kun<br />

je ook volop je eigen talenten of elders verworven competenties<br />

naar believen inzetten. Dat gebeurt in opdrachten die van die<br />

aard zijn dat de uitkomst of het resultaat niet altijd vooraf vastligt.<br />

Hoe opener de opdracht, hoe meer je er zelf een creatieve<br />

invulling kunt aan geven”.<br />

“Niet alleen de mate van openheid varieert, ook de aanpak:<br />

individueel of in teamverband. Verder neemt de complexiteit en<br />

de authenticiteit –d.i. de mate van betrokkenheid van het<br />

werkveld- toe naarmate de opleiding vordert. Belangrijk is verder<br />

dat van de student, resp. het team, een concreet resultaat of een<br />

tastbaar product wordt verwacht. Dit al doende leren met vallen<br />

en opstaan draagt eveneens in grote mate bij tot de intensiteit<br />

en het leerpotentieel van de beleving. Het ultieme doel van de<br />

ingenieursbeleving is een afspiegeling te zijn van de latere<br />

beroepspraktijk”.<br />

Onderwijsleeractiviteit<br />

Ingenieursbeleving 1 in het eerste bachelorjaar bestaat uit vier<br />

onderwijsleeractiviteiten; een, geïntegreerd lab, een project,<br />

ruimtelijk inzicht & CAD en een reeks ondersteunende seminaries<br />

die focussen op professionele competenties. “Hierin leren de<br />

studenten de methodieken en de skills die vereist zijn om in de<br />

loop van de studie almaar complexere opdrachten en uitdagingen<br />

aan te kunnen “, aldus Christel.<br />

Het Geïntegreerd Lab bestaat uit het uitvoeren van afgelijnde<br />

hands-on opdrachten waarbij verschillende disciplines aan bod<br />

komen. De proeven gaan over valversnelling, massaversnelling,<br />

microscopie en elektrochemie.<br />

18


Christel Willemaerts<br />

Het project is een open opdracht die elementen uit de<br />

afstudeerrichtingen bevat waaruit de studenten na het eerste jaar<br />

moeten kiezen. De studententeams bouwen een onderdeel van<br />

een grote Rube Goldbergmachine, dit is een ingenieus apparaat<br />

dat zodanig in elkaar steekt dat het een mechanische<br />

kettingreactie teweegbrengt die aan het eind haar doel bereikt.<br />

“Kettingreacties maken zorgt niet alleen voor spanning en<br />

suspense, maar is ook bijzonder leerzaam”, merkt Christel op.<br />

“Energieomzetting, wrijvingsweerstand, sterkteberekening,<br />

sensoren, actuatoren, materialen, constructietechnieken, … de<br />

studenten kunnen echt alles tonen wat ze in hun mars hebben”.<br />

Ruimtelijk inzicht & CAD handelt over het lezen, interpreteren en<br />

maken van technische tekeningen. Deze worden gebruikt in de<br />

voorbeelden en ontwerpen die in het project moeten worden<br />

gerealiseerd.<br />

Professionele competenties<br />

De seminaries Professionele Competenties zijn een wezenlijk<br />

bestanddeel van Ingenieursbeleving 1. “Hier worden de studenten<br />

vertrouwd gemaakt met het wetenschappelijk kader en leren ze<br />

specifieke skills zoals schrijfvaardigheden, projectmanagement,<br />

presentatietechnieken, groepsdynamica en creativiteit”,<br />

verduidelijkt Christel. “Daarvoor is een facultair team van experten<br />

samengesteld dat voor de input zorgt. Het inoefenen van de<br />

competenties gebeurt in het project en het Geïntegreerd Lab”.<br />

“De experten staan eveneens in voor de coaching van de<br />

studenten. Een en dezelfde coach begeleidt de student, resp.<br />

het team, gedurende de hele ingenieursbeleving. Binnen<br />

eenzelfde onderdeel kan de coach niet tegelijk docent of<br />

vakinhoudelijk begeleider zijn. Zo ontstaat geen rolvermenging<br />

en weten de studenten duidelijk bij wie ze met wat terechtkunnen”.<br />

Vervolgtraject<br />

In september 2020 gaat het nieuwe curriculum, inclusief<br />

Ingenieursbeleving 1, van start. “De experts werken nu al volop<br />

aan een vervolgtraject dat het ‘trackrecords’ van de studenten<br />

gedurende hun hele opleiding zichtbaar maakt”, meldt Christel.<br />

“Dit moet op termijn resulteren in een e-portfolio gekoppeld aan<br />

een persoonlijk ontwikkelingsplan waarin de studenten zelf<br />

leerdoelen kunnen uitzetten en bewezen competenties inbrengen.<br />

Na de studie beschikken ze meteen over een cv-supplement om<br />

hun startbekwaamheid aan te tonen. En –niet te vergeten- een<br />

instrument om hun ontwikkeling tijdens hun loopbaan te blijven<br />

documenteren. Leren houdt immers nooit op. En de échte<br />

ingenieursbeleving, die begint bij het uitoefenen van het beroep.<br />

Onze taak bestaat erin hierop zo goed mogelijk te anticiperen”<br />

Yves Persoons<br />

CONNECTING 19


ONDERWIJSONTWIKKELING IN DE KIJKER<br />

STAGE+:<br />

DE PROEF OP DE SOM<br />

Tijdens het tweede semester draaide het<br />

Stage+ project van de Siemens Industry<br />

Academy proef in de bacheloropleiding<br />

Elektromechanica op Campus Groep<br />

T. Vierentwintig studenten werden<br />

door Siemens gekoppeld aan<br />

een industrieel topbedrijf en een<br />

automatiseringsproject. “Evident<br />

was het niet in volle coronacrisis,<br />

maar het concept heeft de<br />

vuurdoop doorstaan. Stage+<br />

verdient een plaats in onze<br />

opleiding”, aldus coördinator<br />

prof. Wim De Roeck.<br />

Prof. Wim De Roeck<br />

20


Siemens Industry Academy is een samenwerkingsverband<br />

tussen Siemens, de academische<br />

wereld en de industrie. Een van de doelen bestaat<br />

erin om aankomende ingenieurs vertrouwd te maken<br />

met de nieuwste technologieën en met het werkveld,<br />

waar naast vakkennis ook professionele vaardigheden<br />

van tel zijn.<br />

“Onze faculteit sprong als eerste op de kar om Stage+<br />

uit te proberen en liet haar oog vallen op de bachelorproef<br />

in de afstudeerrichting Elektromechanica”, legt prof. De<br />

Roeck uit. “Engineering Experience nr.5 –zo heet de<br />

bachelorproef op Campus Groep T- bestaat in het<br />

ontwerpen van een geautomatiseerde machine. Zoals in<br />

alle Engineering Experiences gaat het om een open<br />

opdracht, uit te voeren in teamverband, die moet leiden<br />

tot een concreet resultaat: in dit geval een gedetailleerd<br />

ontwerp. Belangrijk is ook dat de projecten vraaggestuurd<br />

zijn, d.w.z. ze worden gerealiseerd voor een industrieel<br />

bedrijf dat als opdrachtgever fungeert. Gedurende het<br />

eerste semester maken de studenten een conceptueel<br />

ontwerp en de bijbehorende technische tekeningen (6<br />

ECTS). In het tweede semester wordt het goedgekeurde<br />

ontwerp verder uitgewerkt en gefinaliseerd (4 ECTS)”.<br />

Meerwaarde<br />

“Een ander kenmerk van Engineering Experience nr. 5 is<br />

de flexibiliteit”, vervolgt Wim. “Die was nodig want de<br />

projecten verschillen in omvang en in de mate van<br />

persoonlijke invulling. Voor de Erasmusstudenten is er<br />

sowieso al een apart traject. Welnu, het is die flexibiliteit<br />

met variabele weging van de scores op specifieke<br />

competenties die het mogelijk maakte om Stage+ uit te<br />

proberen in het tweede semester. Uiteraard waken we<br />

erover dat op het einde van de rit alle studenten de<br />

vooropgestelde leerdoelen bereikt hebben”.<br />

“Al van bij de opzet van het pilootproject kwamen een<br />

aantal troeven van Stage+ aan het licht”, zegt Wim. “De<br />

technologische meerwaarde stond buiten kijf, maar wat<br />

opviel was de aandacht voor professionele vaardigheden<br />

en het belang van coaching. Daarbij waren de rollen<br />

netjes verdeeld. Siemens staat in voor de softwaresupport<br />

en de technische training. De industriële partner is<br />

verantwoordelijk voor de projectdefinitie, de training van<br />

de professionele skills en de coaching door een<br />

bedrijfsmentor. Op de campus zorgen wij voor de<br />

administratieve afhandeling en de coördinatie van de<br />

evaluatie”.<br />

Hard & soft skills<br />

De vierentwintig studenten kwamen in groepjes van<br />

twee terecht in tien industriële bedrijven die vooraf door<br />

Siemens waren gescreend. “Bij de start waren tien<br />

dagen aanwezigheid in het bedrijf vooropgesteld, maar<br />

door de coronaperikelen waren we genoodzaakt deze<br />

te reduceren tot vier. Na elk bezoek moest wel een<br />

voortgangsrapport ingediend worden”.<br />

De evaluatie bestond uit twee delen. “De zgn. hard skills<br />

weren geëvalueerd aan de hand van een wetenschappelijke<br />

paper en een presentatie. De beoordeling<br />

van de soft skills gebeurde door de bedrijfsmentor in<br />

samenspraak met Siemens en de campus”.<br />

Gemengde teams<br />

“Het pilootproject was niet alleen voor de studenten een<br />

bijzondere ervaring”, merkt Wim op. “Ook wij hebben er<br />

veel uit geleerd. De onvermijdelijke kinderziekten en<br />

praktische problemen bij de implementatie wegen niet<br />

op tegen de voordelen. Wij zijn er alvast voorstander van<br />

om in het kader van de programmahervorming Stage+<br />

meer gewicht te geven (9 i.p.v. 4 ECTS). Gemengde<br />

teams met studenten uit verschillende afstudeerrichtingen<br />

kunnen dan weer voor interdisciplinariteit zorgen. Maar<br />

het meest doorslaggevende pluspunt is dat de<br />

toekomstige ingenieur niet meer hoeft te wachten tot de<br />

masterproef om in de bedrijfspraktijk te duiken maar dat<br />

al tijdens de bachelorstudie kan doen”.<br />

Yves Persoons<br />

CONNECTING<br />

21


STUDENT IN DE KIJKER<br />

MARTHE TRUYEN:<br />

KAMPIOENE IN HET VELD<br />

Op vrijdag een examen ‘Bedrijfsmanagement’ afleggen en een dag later<br />

schitteren als Belgisch Kampioen Veldrijden bij de beloften. Weinigen<br />

hebben het haar voorgedaan. Op 10 januari 2020 haalde Marthe Truyen<br />

haar eerste nationale titel in volle examenperiode. “Veldrijden en studeren<br />

hebben meer met elkaar gemeen dan je zou denken”, zegt Marthe. “Met<br />

talent alleen kom je er niet. Het is vooral keihard knokken. Maar de<br />

voldoening achteraf is des te groter”.<br />

Marthe is derdejaars bachelor industriële<br />

wetenschappen afstudeerrichting<br />

Elektromechanica op Campus De Nayer.<br />

Dat elektromechanica en veldrijden bekend staan<br />

als ‘mannenbastions’, is Marthe geen zorg.<br />

“Technologie is de toekomst en veldrijden mijn<br />

passie. Voor mij is het niet het ene of het andere.<br />

Integendeel, als je in het ene goed presteert, straalt<br />

dat positief af op het andere. Een koers winnen<br />

geeft goesting om harder te studeren”.<br />

Motivatie<br />

Veldrijden is Marthes kinderdroom. Haar idool was<br />

(en is) Sven Nys. In zijn fietssporen kunnen rijden is<br />

haar hoogste betrachting. Vader en moeder<br />

daarvan overtuigen, dat was een ander paar<br />

mouwen. Zij zagen dochterlief niet graag door<br />

modderige velden en beemden ploeteren. “Daar<br />

kwam nog bij dat veldrijden geen goedkope sport<br />

is”, vervolgt Marthe. “Een wedstrijdfiets kost al<br />

gauw 6000 euro. En je hebt er minstens twee of<br />

drie nodig om een cross te kunnen uitrijden”.<br />

Marthes debuut in het veldrijden was niet bepaald<br />

een succes. “Ik zat toen in het vierde jaar middelbaar<br />

en de prestaties bleven ondermaats. Toen ik<br />

mijn motivatie voelde afnemen, heb ik een trainer<br />

onder de arm genomen en mezelf een ijzeren<br />

discipline opgelegd om te blijven trainen. Dat wierp<br />

uiteindelijk vruchten af. Na een jaar afzien, klom ik<br />

op tot de vijfde plaats. Daarna ging het in stijgende<br />

lijn met vorig jaar een zilveren medaille en dit jaar<br />

goud op het Belgisch kampioenschap”.<br />

Troef<br />

Op Campus De Nayer heeft Marthe het statuut van<br />

topsporter. “Dat biedt zeker een aantal voordelen.<br />

Zo hoef ik niet per se deel te nemen aan alle<br />

activiteiten waar aanwezigheid verplicht is en kan ik<br />

mij permitteren om twee weken op trainingsstage<br />

te gaan. Maar het blijft een zware dobber. Ik weet<br />

nu al dat ik een jaar langer zal doen over mijn<br />

studie, maar zo uitzonderlijk is dat ook niet. Het<br />

ingenieursdiploma behalen blijft een topprioriteit.<br />

Die troef wil ik achter de hand houden”.<br />

Hoe groot de impact van Marthes sport wel is, blijkt<br />

uit de volgende cijfers. “Gemiddeld train ik 15 uur<br />

per week. Als je daar nog verplaatsingen, het<br />

onderhoud van het materiaal en de kine bij telt, kom<br />

je tot ongeveer 25 uur, wedstrijden niet inbegrepen.<br />

Voor een doorsnee wedstrijd ben je een hele dag<br />

in de weer”.<br />

Bicycling engineering<br />

Marthe fietst bij de beloften in de groep ‘elite met<br />

contract’. “Stel je bij dat ‘contract’ vooral geen riante<br />

geldsommen voor”, merkt Marthe op. “In de praktijk<br />

betekent het dat je ploeg –in mijn geval Telenet-<br />

Baloise- je materiaal, uitrusting en kledij voor zijn<br />

rekening neemt en ook je stage betaalt. De meeste<br />

eliterenners met contract combineren sport dan ook<br />

met een job of –in mijn geval- met een studie. Bij de<br />

profs liggen de kaarten anders. Zij zijn wel fulltime in<br />

dienst van de ploeg en leven van hun sport”.<br />

Prof veldrijden of industrieel ingenieur? “Een moeilijke<br />

keuze”, vindt Marthe. “Het liefst van al zou ik beide<br />

combineren. De moderne wielersport, inclusief het<br />

veldrijden, dat is niet harde business, maar ook<br />

hightech. De nieuwste generatie koersfietsen zijn<br />

uitgerust met de laatste snufjes inzake aerodynamica,<br />

materiaalkeuze, ergonomie, enz. ‘Bicycling<br />

engineering’ is een vak met toekomst”<br />

Yves Persoons<br />

22


Marthe Truyen<br />

CONNECTING<br />

23


STUDENT IN DE KIJKER<br />

NIEUWE DAGERAAD<br />

BIJ FORMULA ELECTRIC BELGIUM<br />

De morgenstond heeft goud in de mond. Als deze spreuk<br />

nog altijd klopt, dan ziet de toekomst voor het Formula<br />

Electric Belgium Team er rooskleurig uit.<br />

In mei 2020 legde het team de laatste<br />

hand aan zijn nieuwste elektrische<br />

racewagen. Met de Aurora –genoemd<br />

naar de Romeinse godin van de dageraad<br />

en naar het Latijnse woord voor<br />

‘noorderlicht’- wil het team stunten tijdens<br />

de internationale Formula Student<br />

Competition 2020. Tegelijk wordt de<br />

Eclipse van de editie 2019 omgebouwd<br />

tot een volledig zelfrijdende bolide. Lorenz<br />

Van Damme, Chief Engineer Electronics<br />

& Control, doet het verhaal.<br />

De Aurora is de twaalfde elektrische racewagen<br />

van Formula Electric Belgium.<br />

“Met de jaren zijn onze wagens almaar<br />

performanter geworden”, vertelt Lorenz.<br />

“Oordeel zelf: het eerste exemplaar –de<br />

LRT02- had een vermogen van 120 kW,<br />

een gewicht van 340 kg en accelereerde<br />

van 0 tot 100 km/uur in 4,1 seconden. De<br />

Eclips van vorig jaar beschikte over 145<br />

kW power, woog 200 kg en trok op naar<br />

100 km/uur in 2,6 seconden. Uiteraard<br />

zaten onze concurrenten in die periode<br />

ook niet stil. Maar het illustreert wel dat de<br />

uitdagingen elk jaar groter zijn geworden”.<br />

Statisch en dynamisch<br />

Het Formula Electric Belgium Team telt<br />

32 leden, 30 studeren aan de KU Leuven<br />

(Campussen Groep T en De Nayer) en<br />

twee aan de hogeschool Thomas More.<br />

Zij engageerden zich in 2019 om in amper<br />

negen maanden tijd een compleet nieuwe<br />

elektrische racewagen te ontwerpen, te<br />

bouwen en te prepareren voor de<br />

competitie tegen de beste soortgenoten<br />

ter wereld.<br />

race”, legt Lorenz uit. “De performantie<br />

van de auto, maar ook de competenties<br />

van het team worden getoetst in twee<br />

reeksen van proeven of ‘events’. Tijdens<br />

de ‘dynamics events’ wordt gekeken naar<br />

o.m. de acceleratie, de wegligging en het<br />

uithoudingsvermogen van de wagen. De<br />

‘static events’ dienen dan weer om het<br />

design, het kostenplaatje en het<br />

businessplan te beoordelen. Bij de<br />

presentatie van dat plan moet je de jury<br />

kunnen overtuigen om te investeren in je<br />

project. Tijdens de voorbije edities<br />

scoorden we altijd goed op acceleratie en<br />

design, ook al omdat we onze auto’s<br />

volledig zelf ontwerpen en bouwen”.<br />

Paradepaardje<br />

Zoals haar voorgangers is ook de Aurora<br />

uitgerust met een aantal technologische<br />

nieuwigheden. “Het neusje van de zalm is<br />

de semi-actieve ophanging”, zegt Lorenz.<br />

“Die maakt dat we energie kunnen halen<br />

uit de dempers. Via de boordcomputer<br />

kan de piloot dit systeem activeren. Het<br />

moet zorgen voor een betere weglogging<br />

in de bochten en een snellere acceleratie<br />

op de rechte stukken van het parcours”.<br />

Het paradepaardje van het team is<br />

evenwel niet de Aurora, maar wel de<br />

Eclips van de Formula Student<br />

Competition 2019. Die wordt namelijk<br />

omgebouwd tot een autonoom rijdend<br />

voertuig voor de Formula ATA in Italië.<br />

“Zelfrijdende auto’s vertrouwen op<br />

camera’s, sensoren en software”, vervolgt<br />

Lorenz. “Een van de centrale elementen<br />

is de LiDAR-technologie. Die staat voor<br />

‘Light Detection and Ranging of Laser<br />

Imaging Detection and Ranging’. Hierbij<br />

worden korte pulsen laserlicht uitgezonden<br />

en gemeten hoe lang het duurt voor die<br />

naar de bron worden terug gereflecteerd.<br />

Op basis van de tijd tussen uitzenden en<br />

ontvangen wordt de afstand t.o.v. een<br />

object of een oppervlakte berekend. Daar<br />

komen nog een paar extra 3D-camera’s<br />

bij om te assisteren bij het nauwkeurig<br />

uitstippelen van de te volgen weg en van<br />

alles wat rondom te voertuig gebeurt”.<br />

Toekomst<br />

“Van het succes van de autonoom rijdende<br />

Eclips zou weleens de toekomst van het<br />

Formula Electric Belgium Team afhangen”,<br />

meent Lorenz. “Aan de competitie volgend<br />

jaar in Duitsland mogen bijvoorbeeld nog<br />

enkel wagens deelnemen die met én<br />

zonder piloot rijden. Als deze trend gevolgd<br />

wordt in de andere Europese wedstrijden,<br />

dan zou de Aurora weleens onze laatste<br />

‘klassieke’ elektrische racewagen kunnen<br />

zijn. De ‘dageraad’ zou tegelijk de<br />

‘avondschemering’ van een generatie<br />

worden.”<br />

Yves Persoons<br />

Meer info: www.formulaelectric.be<br />

“In tegenstelling tot de World Solar<br />

Challenge in Australië, is de Formula<br />

Student Competition geen<br />

24


STUDENT IN DE KIJKER<br />

STAD EN UNIVERSITEIT HULDIGEN<br />

AGORIA SOLAR TEAM<br />

Leuven kent een lange traditie van feestelijke intredes. Op 25 februari 2020 was het de beurt<br />

aan de twintig ingenieursstudenten van het Agoria Solar team van de KU Leuven. Zij wonnen op<br />

17 oktober 2019 met hun zelfgebouwde zonnewagen ‘BluePoint’ de Bridgestone World Solar<br />

Challenge in Australië, het wereldkampioenschap voor wagens op zonne-energie. Zowel de stad<br />

als de universiteit zorgden voor een feestelijke ontvangst van het team.<br />

Op 17 oktober 2020 schreven de<br />

studenten van het Agoria Solar<br />

Team geschiedenis toen ze met<br />

hun zonnewagen, de ‘BluePoint’, als<br />

eerste over de finishlijn van de Bridgestone<br />

World Solar Challenge reden. Aan de race<br />

van maar liefst 3021 km namen in totaal<br />

46 andere teams uit 23 verschillende<br />

landen deel. De overwinning was de<br />

ultieme bekroning voor de Leuvense<br />

studenten die 15 maanden lang hard<br />

gewerkt hadden aan hun wagen.<br />

Blijde Inkomst<br />

De festiviteiten in Leuven begonnen al ’s<br />

ochtends met een huldiging op Campus<br />

Groep T. Na de verwelkoming door<br />

campusvoorzitter prof. Koen Eneman<br />

evoceerden teamleider Willem-Jan Claes<br />

en piloot Nelis Geurts in een levendige<br />

presentatie de spannende wedstrijd in<br />

Australië en de intensieve voorbereidingen<br />

die eraan voorafgingen.<br />

’s Namiddags werd verzameld in de<br />

rectorale salons voor de plechtige<br />

ontvangst door prof. Luc Sels, rector van<br />

KU Leuven; prof. Gerard Govers,<br />

vicerector Groep Wetenschap &<br />

Technologie en prof. Hilde Feys, vicerector<br />

Diversiteits- en Studentenbeleid.<br />

De kers op de taart was de officiële<br />

ontvangst op het stadhuis door Mohamed<br />

Ridouani, burgemeester van de stad<br />

Leuven. Met de Blijde Inkomst van het<br />

Agoria Solar Team werd aangeknoopt bij<br />

een eeuwenlange Leuvense traditie van<br />

blijde intredes. Hiermee traden de<br />

teamleden in het voetspoor van de grote<br />

Leuvenaars en vele andere prominenten<br />

uit kerk en staat, wetenschap en kunst en<br />

economie en politiek die hen de voorbije<br />

zes eeuwen vooraf zijn gegaan.<br />

Voorbeeldfunctie<br />

In zijn toespraak op het stadhuis beklemtoonde<br />

prof. Bert Lauwers, decaan van<br />

de Faculteit Industriële Ingenieurswetenschappen,<br />

de voorbeeldfunctie van<br />

het Agoria Solar Team. “Dit team<br />

belichaamt het profiel van de industrieel<br />

ingenieur dat onze faculteit wil opleiden:<br />

hoogtechnologisch geschoold, veelzijdig,<br />

ondernemend, communicatief en<br />

internationaal georiënteerd”, aldus de<br />

decaan. “Hiermee is het Solar Team het<br />

gezicht van onze faculteit in binnen- en<br />

buitenland. Het team staat eveneens<br />

model voor de samenwerking met het<br />

bedrijfsleven en het geloof in hernieuwbare<br />

energie als alternatief voor de vervuilende<br />

en almaar schaarser wordende fossiele<br />

brandstoffen. Het Solar Team is tenslotte<br />

ook een inspirerend voorbeeld voor<br />

jongeren. Het ontwerpen en bouwen van<br />

een zonnewagen toont hoe boeiend en<br />

uitdagend de ingenieursstudie wel kan<br />

zijn”.<br />

Yves Persoons<br />

CONNECTING<br />

25


DOCENT IN DE KIJKER<br />

ETHIEK ALS MINDSET<br />

VOOR DE INGENIEUR<br />

“Wat ben je aan het doen? En waarom doe je dat? En waarom<br />

doe je dat op die manier?” Vragen die aan iedereen gesteld<br />

worden – ook aan organisaties en ingenieurs. Die vragen au<br />

sérieux te willen nemen, en er in alle eerlijkheid op te willen<br />

antwoorden: dat is de basishouding die prof. dr. ir. Martin<br />

Meganck aan zijn studenten op de Technologiecampussen<br />

Gent en Aalst wil meegeven.<br />

In wie heb je het meeste vertrouwen: in<br />

een leraar die gewoon goed les kan<br />

geven, of in een leraar die niet alleen<br />

goed lesgeeft, maar daarnaast ook nog<br />

een wijze kijk lijkt te hebben op opvoeding<br />

en onderwijs? In een arts die alleen maar<br />

goede diagnoses kan stellen en<br />

behandelingen begeleiden, of in een arts<br />

die daarnaast ook verstandige dingen<br />

weet te zeggen over gezondheid en<br />

ziekte? In een ingenieur die creatief en<br />

trefzeker producten en processen weet te<br />

ontwerpen en op te volgen, of een<br />

ingenieur die daarnaast ook nog kan<br />

meepraten over hoe techniek een rol<br />

speelt in de samenleving?<br />

Leraren, artsen of ingenieurs die niet<br />

alleen pragmatisch efficiënt optreden,<br />

maar die daarnaast ook nog bewust<br />

nadenken over hun functioneren in de<br />

maatschappij: ze worden weleens<br />

“reflective practitioners” genoemd. Bij<br />

studenten die reflex losweken, hoort bij<br />

het werken aan de “disciplinary future<br />

self” waar KU Leuven volgens haar<br />

onderwijsvisie naar streeft. Soms wordt<br />

beweerd dat dit allemaal weinig<br />

onmiddellijk nut heeft. Toch blijf ik ervan<br />

overtuigd dat je daardoor betere<br />

professionals krijgt.<br />

Sociaal vs. Exact<br />

“Op de campussen in Gent en Aalst<br />

doceer ik wetenschaps- en techniekfilosofie<br />

in de tweede bachelor en<br />

beroeps- en bedrijfsethiek in het masterprogramma.<br />

Mijn vakken behoren tot de<br />

zgn. ‘sociale’ of ‘geesteswetenschappen’<br />

terwijl wiskunde, fysica, chemie en<br />

technische vakken bij de ‘exacte wetenschappen’<br />

worden gerekend.<br />

Deze opdeling is niet alleen artificieel, ze<br />

is stilaan ook achterhaald. Wetenschappen<br />

en techniek zijn net zo goed sociale<br />

werkelijkheden. Techniek is een product<br />

van menselijke activiteit en daar spelen<br />

altijd sociale factoren mee. Dat is trouwens<br />

nu meer dan ooit het geval. Techniek<br />

doordringt het totale leven: van prenatale<br />

diagnostiek tot psychotherapie, van<br />

mobiliteit tot telematica. Dus is het niet<br />

meer dan normaal dat mensen zich<br />

vragen stellen bij de impact ervan en de<br />

gevolgen voor de samenleving, de cultuur<br />

en de natuur.<br />

Verantwoordelijkheid<br />

In de maatschappelijke discussies rond<br />

techniek staan ingenieurs vaak aan de<br />

techniek optimistische kant van het<br />

spectrum. Als je voor ingenieursstudies<br />

kiest, houdt dat wellicht in dat techniek je<br />

interesseert, en dat je gelooft in de<br />

positieve mogelijkheden van techniek. In<br />

ingenieursverenigingen vond je vroeger<br />

vaak een nogal éénzijdig, blind vooruitgangsoptimisme:<br />

wie vragen durfde te<br />

stellen bij het vanzelfsprekend goede van<br />

technische groei, werd beschuldigd van<br />

domheid of slechte bedoelingen. Vandaag<br />

realiseren bedrijven en ingenieursverenigingen<br />

zich dat techniek geen<br />

tovermiddel is: dat sommige problemen<br />

toch wel zéér weerbarstig zijn, en dat er<br />

zelfs problemen zijn die mede veroorzaakt<br />

worden door techniek. Dat zoveel<br />

Prof. Martin Meganck<br />

ingenieursverenigingen nu gedragscodes<br />

ontwikkelen, en dat zoveel bedrijven de<br />

‘sustainable development goals’ in hun<br />

beleid opnemen, is alvast een teken dat<br />

men geen vrede meer neemt met de<br />

kritiekloze goede bedoelingen van weleer.<br />

Hoe ga je daar als individu én ingenieur<br />

mee om? Soms is het verleidelijk om de<br />

verantwoordelijkheid van zich af te<br />

wentelen: door te zeggen dat techniek<br />

neutraal is, bijvoorbeeld, en dat alles<br />

afhangt van hoe de gebruiker ermee<br />

omspringt. Of door te beweren dat je de<br />

vooruitgang toch niet kan sturen of<br />

tegenhouden. Of door zich te verschuilen<br />

achter een rolverantwoordelijkheid: ik doe<br />

alleen maar wat van mij gevraagd wordt.<br />

Of door verantwoordelijkheid te laten<br />

verdwijnen in ‘het systeem’: structuren of<br />

26


procedures waardoor men de indruk<br />

heeft dat men als individu toch geen<br />

verschil kan maken. Of de dag van<br />

vandaag: achter ‘de computer’, die alles<br />

zou berekenen en beslissen.<br />

Al bij al is en blijft het beter om wél voor<br />

je verantwoordelijkheden uit te komen. Als<br />

je iets doet, kan je niet zeggen dat je er<br />

niets mee te maken hebt. Het traject rond<br />

filosofie, RZL en beroeps- en bedrijfsethiek<br />

dat in het nieuwe curriculum is uitgetekend,<br />

heeft als bedoeling om beter<br />

voorbereid dat gesprek aan te gaan:<br />

gesprek met familie en vrienden, met<br />

opdrachtgevers, klanten en medewerkers,<br />

en met de maatschappij als geheel. En<br />

soms zal dat inhouden dat je ook<br />

vervelende beslissingen moet durven<br />

nemen. Ik geloof zo niet in de ethiek van<br />

de ‘propere handjes’. Soms bestaat<br />

ethiek er vooral in dat je durft uitleggen<br />

waarom je je handen wél vuilmaakt aan<br />

dit, en niet aan iets anders. Ethiek moet<br />

vooral realistisch zijn. Aan een ethiek die<br />

alleen geldt voor de engelen in de hemel,<br />

hebben we niet veel. Ethiek gaat precies<br />

over de spanning tussen ‘het leven zoals<br />

het is’, en ‘het leven zoals we het zouden<br />

willen’.<br />

Ethiek voor elke dag<br />

Over ethiek wordt vooral gesproken naar<br />

aanleiding van schandalen of ongelukken,<br />

of wanneer iemand een moment van<br />

uitzonderlijke moed heeft getoond. In mijn<br />

cursussen heb ik het weleens over die<br />

uitzonderlijke momenten waarop iemand<br />

zijn of haar nek heeft moeten uitsteken.<br />

Maar als je de indruk geeft dat ethiek<br />

vooral iets is voor morele helden, maak je<br />

er iets wereldvreemds van. In mijn<br />

contacten met ingenieurs merk ik vooral<br />

dat de meesten proberen in eer en<br />

geweten hun werk goed te doen: op een<br />

professionele manier, met zorg. Net zoals<br />

ze hun leven als vader of moeder ernstig<br />

nemen, of als partner, of in hun<br />

verhoudingen met vrienden, buren… , in<br />

het alledaagse leven. Eigenlijk bestaat er<br />

geen ethiek die alleen voor ingenieurs zou<br />

gelden. Er is alleen de ethiek van alle<br />

mensen, die ingenieurs ook in hun werk<br />

meenemen.<br />

Prof. Martin Meganck<br />

CONNECTING<br />

27


ONDERZOEK IN DE KIJKER<br />

KONINKLIJK BEZOEK<br />

AAN ALAMIRE INTERACTIVE SOUND LAB<br />

Prof. Toon Van Waterschoot<br />

Op 4 februari 2029 was H.M. Koningin Mathilde te gast bij<br />

de Alamire Foundation, het interdisciplinair studiecentrum<br />

van de muziek in de Lage Landen, gevestigd op de site van<br />

de Abdij van Park in Heverlee. Op het programma stond<br />

ook een voorstelling van het Alamire Interactive Sound Lab<br />

van prof. Toon van Waterschoot (Campus Groep T).<br />

De Alamire Foundation werd in 1991<br />

opgericht als een joint venture<br />

tussen KU Leuven (Onderzoeksgroep<br />

Musicologie) en het impulscentrum<br />

Musica met als doel het onderzoek naar<br />

de oude muziek –meer in het bijzonder de<br />

rijke Vlaamse polyfonie- te coördineren en<br />

te stimuleren. Bijzondere aandacht gaat<br />

daarbij naar het inventariseren, conserveren<br />

en toegankelijk maken van dit<br />

waardevolle erfgoed. De onlangs<br />

gerestaureerde Norbertuspoort van Abdij<br />

Van Park huisvest de Library of Voices<br />

waar kostbare muziekhandschriften<br />

28


DOCTORATEN<br />

worden ontsloten, gedigitaliseerd en ‘geprepareerd’<br />

voor uitvoering. Dat laatste gebeurt<br />

in twee sound labs. In het Alamire Analytical<br />

Sound Lab van prof. Bart De Moor wordt de<br />

gelaagdheid van de meerstemmige muziek<br />

ontrafeld. Het Alamire Interactive Sound Lab<br />

van prof van Waterschoot concentreert zich<br />

op het vertolken van de polyfonie in akoestisch<br />

gereconstrueerde historische ruimtes. Het<br />

onderzoek in de Library of Voices gebeurt<br />

i.s.m. de onderzoeksafdeling ESAT-STRADIUS.<br />

In het Huis van de Polyfonie krijgt het publiek<br />

de resultaten van het onderzoek te horen. Het<br />

huis biedt onderdak aan een concertruimte en<br />

een collectie historische muziekinstrumenten.<br />

Akoestiek<br />

Prof. van Waterschoot en zijn team<br />

onderzoeken geluid niet alleen als een fysisch<br />

fenomeen, maar ook als een drager van<br />

informatie in de communicatie tussen mensen<br />

onderling en tussen mens en machine en<br />

omgeving. Dit resulteerde in een multidisciplinaire<br />

onderzoeksmethodologie waarin<br />

ingenieurs, wiskundigen, musicologen en<br />

uitvoerders samenwerken. Een sub domein<br />

van dit onderzoek is de zgn. ‘archaeaakoestiek’,<br />

meer specifiek de reconstructie<br />

van de kerk-akoestiek in de late middeleeuwen<br />

en haar impact op de uitvoering van de<br />

Gregoriaanse en polyfone muziek in de Lage<br />

Landen.<br />

I Fiamminghi<br />

Vanaf de 15de eeuw verdrongen pausen,<br />

vorsten, hovelingen en al wie naam en faam<br />

had elkaar voor de sterren van de nieuwe<br />

meerstemmige muziek, die later de ‘Vlaamse<br />

polyfonie’ genoemd zal worden. De<br />

‘Fiamminghi’ waren de idolen van hun tijd met<br />

ware cultfiguren als Guillaume Dufay,<br />

Johannes Ockeghem, Josquin Des Prez,<br />

Jacob Olbrecht, Pierre De la Rue; … Petrus<br />

Alamire (Nürnberg 1470 – Mechelen 1536) –<br />

naar wie de Leuvense Foundation werd<br />

genoemd- maakte hen ‘wereldberoemd’ met<br />

fraai verluchte kopieën van hun werk die lange<br />

tijd de belangrijkste relatiegeschenken van<br />

de Europese vorstenhuizen waren. Petrus<br />

Alamire heette eigenlijk Imhoff. Zijn artiestennaam<br />

verwijst naar de toonhoogte A en de<br />

noten la-mi-re. H.M. Koningin Mathilde is<br />

sinds 2018 de Beschermvrouwe van de<br />

Alamire Foundation in Leuven.<br />

Yves Persoons<br />

DOCTORATEN AAN FIIW<br />

(JANUARI – JUNI 2020)<br />

20/02/2020<br />

Jurgen Vanhamel<br />

Campus Geel<br />

Analysis, design and realization of<br />

an RF driving system for spacebased<br />

Acousto-Optical Tunable<br />

Filter applications<br />

• Prof. dr. ir. Paul Leroux<br />

(promotor)<br />

• Dr. Eduard Neefs<br />

(co-promotor), Belgisch Instituut<br />

voor Ruimte-Aëronomie<br />

• Prof. dr. ir. Emmanuel Van Lil<br />

(co-promotor)<br />

03/03/2020<br />

Jori Winderickx<br />

Campus Diepenbeek<br />

Energy-efficient and secure<br />

implementations for the IoT<br />

• Prof .dr. ir. Nele Mentens<br />

(promotor)<br />

• De heer Dave Singelée<br />

(co-promotor)<br />

03/03/2020<br />

Frederico Mosquera Nuñez<br />

Technologiecampus Gent<br />

Personalized decision support<br />

models<br />

• Prof. dr. ir. Greet Vanden<br />

Berghe (promotor)<br />

• De heer Pieter Smet (copromotor)<br />

09/03/2020<br />

Tim Goelen<br />

Campus Groep T<br />

Potential of insect-microbe<br />

chemical interactions to improve<br />

biological control of insect pests<br />

• Prof. dr. ir. Bart Lievens<br />

(promotor)<br />

• Prof. dr. ir. Hans Rediers<br />

(co-promotor)<br />

• Prof. dr. Hans Jacquemyn<br />

(co-promotor)<br />

02/04/2020<br />

Venu Babu Thati<br />

Campus Brugge<br />

Software Strategies to Improve<br />

Immunity of Programmable<br />

Embedded Systems against<br />

Disturbances<br />

• Prof. dr. ir. Jeroen Boydens<br />

(promotor)<br />

• Prof. dr. ir. Davy Pissoort<br />

(co-promotor)<br />

26/05/2020<br />

Marlies Govaert<br />

Technologiecampus Gent<br />

Cold Atmospheric Plasma (CAP)<br />

for inactivation of pathogenic<br />

biofilms -Case study on foodborne<br />

Listeria monocytogenes and<br />

Salmonella Typhimurium<br />

• Prof. Jan Van Impe (promotor)<br />

• Mevrouw. Cindy Smet<br />

(co-promotor)<br />

29/05/2020<br />

Davy Verheyen<br />

Technologiecampus Gent<br />

Micro- and macroscopic<br />

investigation of the food<br />

microstructural influence on<br />

microbial dynamics: Case study<br />

in/on fish products<br />

• Prof. dr. ir. Jan Van Impe<br />

(promotor)<br />

• Dr. Maria Baka (European<br />

Commission) (co-promotor)<br />

• Dr. Torstein Skåra (Nofima)<br />

(co-promotor)<br />

CONNECTING<br />

29


ONDERZOEK IN DE KIJKER<br />

INDUSTRY OR ACADEMIA?<br />

THE ANSWER IS BOTH<br />

Every year, Flanders Innovation & Entrepreneurship (VLAIO- Vlaams<br />

Agentschap Innoveren en Ondernemen) provides funding for doctoral and postdoctoral<br />

research in close collaboration with a Flemish company. In 2019, thirty<br />

Baekeland-mandates (PhD) were submitted in collaboration with an academic<br />

promotor from KU Leuven. Nineteen projects were approved amounting to a<br />

success rate of 63%. We caught up with André Carlos Munoz Lopez (Ghent<br />

Technology Campus), current Baekeland mandate –holder.<br />

Could you introduce your research project?<br />

After an initial pre-doctoral phase at the KU Leuven research<br />

group, BioTeC+, I am now in my second year of PhD supported<br />

by a Baekeland mandate from VLAIO. The project plan was<br />

developed during that pre-doctoral phase and successfully<br />

defended in front of a mixed academia-industry jury. The scope<br />

of my research falls within the framework of Industry 4.0. It aims<br />

at developing novel methods for data-driven modelling, control,<br />

and optimization of chemical production processes. I use data that<br />

is continuously generated at the production sites of Janssen<br />

Pharmaceutica (Johnson & Johnson) to construct mathematical<br />

models for a better understanding, controlling and optimizing their<br />

processes. My PhD research contributes to a more efficient<br />

production of medicines to meet the volumes required for the<br />

patients but also, and more importantly, to the quality standards<br />

of those medicines.<br />

What was your motivation to collaborate with a company?<br />

As a student finishing my studies in chemical engineering, I was<br />

intrigued by science and research. Having the opportunity to<br />

contribute to novel ideas and developments to the understanding<br />

of a given phenomenon, and building new possibilities to exploit<br />

that understanding to improve human life, is something that<br />

attracts many young students. But as a rather practical person,<br />

with a strong feeling for engineering, I was also aware that<br />

transformations do not occur from one moment to the next by<br />

themselves. Someone needs to put the effort in bringing powerful<br />

ideas and technologies to practice in order to demonstrate their<br />

benefits and limitations in the real world. I am quite sure that<br />

many others before and after me, had and will face the same<br />

question: Industry or Academia? Well, with this Baekeland<br />

mandate, the answer is both.<br />

Which type of work do you perform at which location?<br />

What I love about the Baekeland formula is that, today, I share an<br />

office with my colleagues from KU Leuven –BioTeC+: an<br />

internationally recognized research group at Ghent Technology<br />

Campus, founded by Professor Jan Van Impe and with over 25<br />

years of research experience in model-based design, monitoring,<br />

optimization, and control of (bio)chemical conversion processes.<br />

Tomorrow, I will sit at my desk at Janssen Pharmaceutica, the<br />

largest pharmaceutical company in Belgium. With my colleagues at<br />

the university, I have the opportunity to discuss fundamental topics<br />

related to process modelling, monitoring and optimisation, while<br />

with my colleagues from industry I contribute to the continuous<br />

improvement of production processes to bring medicines to the<br />

patients.<br />

What will be the tangible outcomes from your research?<br />

Towards the end of my PhD, my goal is to have developed novel<br />

and broadly applicable approaches for data-driven modelling of<br />

(bio) chemical production processes. These will have been validated<br />

directly on the production of medicines and will have resulted in<br />

significant improvements that guarantee meeting the stringent<br />

quality standards. Meanwhile, I have already obtained significant<br />

progress in this direction. For example, I have developed a new<br />

method to train tensor-based models that result in more informative<br />

models that allow a more robust identification and factorization of<br />

the system variability. The more interpretable data-driven models<br />

help engineers to identify the root cause for deviations, monitor the<br />

processes and offers the opportunity for continuous improvement<br />

of these processes. The application of this methodology to a largescale<br />

spray-drying unit used in the commercial production of an<br />

Active Pharmaceutical Ingredient has resulted in a benefit to<br />

Janssen Pharmaceutical in fault identification and quality prediction.<br />

Similar applications in other production lines are currently ongoing,<br />

with objectives such as process optimisation and real time release.<br />

Iason Passaris<br />

www.vlaio.be/nl/subsidies-financiering/<br />

baekeland-mandaten<br />

30


André Muñoz Lopez<br />

CONNECTING<br />

31


ONDERZOEK IN DE KIJKER<br />

Esmael Kedir<br />

32


HOW TO SAVE THE SIGHT OF<br />

MILLIONS OF PEOPLE?<br />

Glaucoma is a chronic eye disease that leads to irreparable damage of the visual field. It affects<br />

more than 60 million people worldwide. Only an early diagnosis can prevent blindness. However,<br />

this requires expensive and non-transportable equipment, which means that a large part of the<br />

population in developing countries is deprived of this aid. Esmael Kedir, PhD student at the<br />

e-Media Research Lab of Group T Leuven Campus, has developed an affordable and mobile<br />

solution. At the annual conference of the European Association for Visual and Eye Research,<br />

he won the Best Paper Award in the Glaucoma Category.<br />

Esmael comes from Oromia, a region in Western Ethiopia.<br />

He went to school there and then studied Computer<br />

Science at Haramaya University (BSc) and Addis Ababa<br />

University (MSc). After graduation, Esmael became lecturer at<br />

Jimma University, a partner university of KU Leuven. The<br />

collaboration between the two universities brought Esmael to<br />

Leuven in 2016, first as a predoc, then as PhD student at Group<br />

T Leuven Campus.<br />

“As a miracle there was a project that was, as it were, written for<br />

me”, Esmael explains. “As you know, the e-Media Research Lab<br />

is specialised in human centred systems that can be applied in<br />

various areas such as health care, learning, arts and entertainment.<br />

Shortly before my arrival, a proposal had been received from the<br />

Ophthalmology Department of the Leuven University Hospitals<br />

to develop a visual screening tool for the detection of a malignant<br />

eye disease: glaucoma. Not only did this offer fit in perfectly with<br />

the activities of the lab, it also enabled me to contribute to a<br />

better health care in my home country”.<br />

Silent thief<br />

What exactly is Glaucoma? Esmael describes it as follows:<br />

“Glaucoma is caused when pressure builds up inside the eye,<br />

damaging the optic nerve that connects the eye to the brain. If<br />

it is not treated in time, it may cause irreversible blindness. It is<br />

thought that 4.5 million people across the globe are blind<br />

because of glaucoma, making it the third highest cause of<br />

blindness worldwide. The condition is difficult to diagnose<br />

because symptoms do not appear straight away. Instead, they<br />

develop slowly over many years. That is why glaucoma is called<br />

‘the silent thief of sight’. This means that many patients only seek<br />

treatment when they notice they are losing their sight, when<br />

significant damage has already occurred. Prevention through<br />

early detection is the only effective remedy for the time being”.<br />

“That’s exactly where the problem lies”, Esmael continues. “In<br />

many countries, the detection equipment is not available to the<br />

inhabitants of poor rural areas. This gave us the idea to come up<br />

with an affordable and mobile solution. After a thorough study of<br />

the devices in the University Hospitals in Leuven, we decided to<br />

develop an Android app for a smartphone that can function as<br />

an alternative Glaucoma Easy Screener (GES)”.<br />

Virtual Reality<br />

Esmael’s tool consists of a virtual reality head set, a smartphone<br />

and a gaming joystick. “The smartphone sends light signals that<br />

vary in size and intensity to the headset. The test subject uses<br />

the joystick to indicate if he/she has observed something in the<br />

visual field. If it turns out that certain signals are systematically<br />

not or incorrect responded to, the local nurse knows that<br />

something is wrong. What is more, the tool allows him/her to<br />

determine where in the visual field the problem arises. The nurse<br />

can then refer the person in question to the hospital for the<br />

treatment of the disease in the making.”<br />

For his research, Ismael works closely with the Ophthalmology<br />

Department of the University Hospitals in Leuven and the Medical<br />

Centre of Jimma University in Ethiopia. Several versions of his<br />

application have been tested and validated in Leuven. In addition<br />

to the clinical validation, usability tests have been carried out at<br />

Jimma University. The results are promising. In terms of specificity<br />

and sensitivity, Esmael’s tool easily achieves 85 to 90% of what<br />

the professional equipment in university hospitals can do”.<br />

Affordable technology<br />

Other critical success factors of Esmael’s tool are its userfriendliness<br />

and cost. “A complete test run on site takes about<br />

10 minutes: 2.5 minutes for the test itself and the rest for<br />

explanation. The cost of the complete set, including the<br />

smartphone, is 200 euro, which is only a fraction of the price of<br />

the specialized equipment in hospitals”.<br />

Esmael is convinced that he has developed an affordable, accessible<br />

and effective testing platform that can significantly improve the<br />

quality of life and prospects of countless potential eye patients in<br />

Ethiopia and elsewhere in the world. “Even if the silent thief of sight<br />

is still sneaking around in the poor rural areas, he will soon be faced<br />

with an unexpected strong resistance”, Esmael concludes.<br />

Yves Persoons<br />

CONNECTING<br />

33


WETENSCHAPSCOMMUNICATIE<br />

GELIJKGESTEMD PARTNERSCHAP<br />

IN OOST-VLAANDEREN<br />

‘Samen sterk. Gelijke kansen. Co creatie. Duurzaam’. Onder deze vlag zijn in<br />

het najaar van 2019 dertien STEM-partnerschappen in Vlaanderen van wal<br />

gestoken. Met de steun van het Agentschap Innoveren en Ondernemen (VLAIO)<br />

steunen en stimuleren ze buitenschoolse STEM-belevenissen voor jongeren<br />

van 5 tot 18 jaar. In het Oost-Vlaamse partnership ‘GelijkgeSTEMd’ van Odisee<br />

en HoGent is ook de Technologiecampus Gent van de partij.<br />

Aan “ de buitenschoolse STEM-activiteiten nemen nog altijd<br />

sommige groepen van jongeren weinig of niet deel”, zegt<br />

Fatima Diouani, doelgroep coördinator (Odisee). “Dan<br />

hebben we het niet alleen over etnisch-culturele minderheden,<br />

maar ook over meisjes en leerlingen uit het TSO-BSO-onderwijs.<br />

De STEM-partnerschappen hebben precies tot doel om de<br />

drempel te verlagen en het aanbod te verbreden. Dit gebeurt<br />

door de creatie van netwerken van bedrijven, kennisinstellingen,<br />

overheid en burgers, de zgn. ‘quadrupel helix’. De partnerschappen<br />

krijgen twee jaar de tijd (en de middelen) om zulk<br />

netwerk tot stand te brengen”.<br />

Pilootprojecten<br />

“In een eerste fase zijn we begonnen met de actoren in de<br />

provincie te inventariseren”, vervolgt Fatima. “Dat zijn de bekende<br />

STEM-aanbieders maar ook organisaties uit het middenveld en<br />

bedrijven, kortom al wie expertise heeft in het werken met of voor<br />

kansengroepen. Op basis van deze bevindingen stellen we<br />

richtlijnen op, bouwen we een website en organiseren we een<br />

vijftiental workshops over o.m. diversiteit en co creatie. Dit alles<br />

wordt gepresenteerd tijdens een eerste netwerkmoment. Daarna<br />

lanceren we een oproep voor pilootprojecten. We rekenen op<br />

een tiental projecten die we zowel inhoudelijk als materieel<br />

ondersteunen”.<br />

“Per project mikken we op gemiddeld vijftien deelnemers. Dat is<br />

goed voor 900 kinderen, wat overeenkomt met zes uren<br />

workshops per groep. In het voorjaar van 2021 volgt een tweede<br />

netwerkevent voor terugkoppeling en evaluatie met het oog op<br />

het continueren van de samenwerking en een mogelijke<br />

verlenging van het project”.<br />

Troeven<br />

Aan de Technologiecampus Gent hebben Hanne Deprez en<br />

Dimitri Coppens, twee door de wol geverfde wetenschapscommunicatoren,<br />

hun schouders onder het partnerschap gezet.<br />

“We hebben hier niet alleen wetenschappelijke en technologische<br />

knowhow in huis, maar ook heel wat materiaal en infrastructuur<br />

die we ter beschikking kunnen stellen”, merkt Dimitri op.<br />

Hanne van haar kant wijst op de didactische troeven. “In de<br />

Educatieve Master in Wetenschap en Technologie staan wij in<br />

voor de vakdidactiek STEM en de opleiding van de leraren die<br />

mee de STEM-Academies zullen bevolken”.<br />

Dimitri hoopt bovendien de ervaring te kunnen inbrengen van<br />

collega’s als Alexis Versele die vertrouwd zijn met kansengroepen.<br />

“Alexis is voorzitter van Domus Mundi vzw dat duurzaam (ver)<br />

bouwen en wonen wil mogelijk maken voor en met kwetsbare<br />

groepen. Momenteel werkt hij met zijn collega’s Lode Lefevre en<br />

Stijn Verdoodt van de onderzoeksgroep Duurzaam Bouwen aan<br />

een ‘Living Lab,’ dat – in het kader van het Europees project<br />

CBCI rond circulair en bio-based bouwen - op de campus een<br />

plaats zal krijgen en waar workshops voor een breed doelpubliek<br />

zullen plaatsvinden. Deze expertise willen we uiteraard meenemen<br />

in het partnerschap. Gelijkstemmen begint met eerst samen af<br />

te stemmen.”<br />

Yves Persoons<br />

Partners: UGent, Artevelde Hogeschool, HoGent, Odisee<br />

Hogeschool, Steunpunt Diversiteit & Leren, KU Leuven –<br />

Technologiecampus Gent, Provincie Oost-Vlaanderen, RTC<br />

Oost-Vlaanderen, Fedustria, Ekoli vzw, Beroepenhuis, Divengo<br />

vzw, Fablab Erpe-Mere, De Creatieve STEM vzw, TAJO<br />

talentatelier voor jongeren Gent.<br />

www.hogent.be/projecten/gelijkgestemd/<br />

34


Dimitri Coppens (KU Leuven Technologiecampus Gent), Fatima Diouani (Odisee) en Fien Nelis (HoGent)<br />

CONNECTING<br />

35


FACULTY WORLDWIDE<br />

UNA.TEN….<br />

A LIVING LAB CHALLENGE<br />

FOR NEW FORMATS<br />

IN EDUCATION AND MOBILITY<br />

On 8th May, UNA EUROPA concluded UNA.TEN – “Transform<br />

Emergency Now! 10 days for change”. UNA.TEN was set up<br />

as a pan-European student hackathon to tackle challenges in<br />

COVID19 post-emergency times. Based on an open innovation<br />

design process, student teams from all participating UNA<br />

EUROPA universities joined forces with local partners to<br />

find solutions to four specific COVID-related challenges:<br />

(1) Rethinking entertainment and culture, (2) Securing privacy<br />

and preventing misconceptions in a digital world, (3) Ensuring<br />

traveller safety, and (4) Avoiding food waste.<br />

UNA EUROPA is a unique alliance of<br />

eight European research universities,<br />

with KU Leuven as one of<br />

the leading members. Funded among the<br />

first “European University” pilot projects<br />

selected by the European Commission in<br />

June 2019, UNA EUROPA’s 1Europe<br />

project will establish a Europe-wide living<br />

lab for testing Joint Innovative Formats for<br />

education and mobility.<br />

One of KU Leuven’s four student teams<br />

in the UNA.TEN challenge was set up by<br />

KU Leuven KICK in collaboration with<br />

Technovation Hub of the Faculty of<br />

Engineering Technology.<br />

Online digital consent<br />

Chrisje Haenen, Executive Committee<br />

Member of Technovation Hub, together<br />

with the coaches Rudi Lenaerts (Laurion<br />

BV) and Prof. Wim Van Petegem, joined<br />

forces to support the student team on the<br />

“online digital consent” theme. The team<br />

worked on the question of “How to protect<br />

our privacy and help fight dangers, fears,<br />

and misconceptions in a digital world?”<br />

The student team worked ten days<br />

intensively and in an agile way on this<br />

challenge, with sprint meetings every day<br />

and four intermediate milestone meetings<br />

where they met with other teams in<br />

Bologna and in Krakow working on the<br />

same challenge. A Slack and Google<br />

Drive environment ensured a fluent<br />

sharing of insights and materials. This<br />

resulted in a new, challenge-based type<br />

of collaboration with virtual mobility.<br />

36


Prof. Wim Van Petegem, Chrisje Haenen en Rudi Lenaerts<br />

“Actually coaching this team was easy,”<br />

explains Prof. Van Petegem. “We started<br />

each day with a short stand-up meeting<br />

with the team. Our main role as coaches<br />

was to bring students in contact with<br />

stakeholders in the field of education,<br />

research and industry so that they could<br />

get feedback for their ideas”.<br />

“The multidisciplinarity in<br />

the team proved to be a<br />

main asset in coming up<br />

with the challenge”.<br />

Jorrit Willaert and Anirudh Pabba, two of<br />

the team members, add: “The multidisciplinarity<br />

in the team proved to be a<br />

main asset in coming up with an approach<br />

to the challenge. The mix of expertise in<br />

our team with law (from Isidora Gonzalez<br />

Rios, a third team member), science<br />

(Anirudh) and engineering (Jorrit) turned<br />

out to be very successful, and resulted in<br />

a holistic experience.”<br />

Roles<br />

The roles in the team were clearly defined<br />

in the first few days. Anirudh took the<br />

responsibility as a project planner,<br />

whereas Isidora worked on the legal and<br />

juridical aspects and Jorrit was responsible<br />

for the practical implementation of the<br />

choices made. All their hard work<br />

eventually resulted in a blueprint for a<br />

customisable add-on for browsers to<br />

protect the user’s digital rights. Needless<br />

to say that this solution was highly<br />

appreciated by all participants of the final<br />

presentation at the end of the two weeks<br />

challenge.<br />

“I was pleasantly surprised by the<br />

eagerness and the willingness of the team<br />

to pick-up the challenge and to really<br />

deliver a solution” adds Rudi Lenaerts,<br />

“Moreover, working with an international<br />

team (Anirudh is from India, Isidora from<br />

Chile and Jorrit from Belgium) added an<br />

extra very positive dimension to it”.<br />

In total, UNA.TEN attracted more than<br />

100 students who worked together in 19<br />

teams, in this way paving the road for<br />

challenge-based learning, not only in<br />

times of virtual mobility, but maybe for the<br />

future of higher education in Europe and<br />

beyond.<br />

Hilde Lauwereys<br />

www.una-europa.eu<br />

CONNECTING<br />

37


FACULTY WORLDWIDE<br />

TECHNOVATION HUB JOINS<br />

DESIGN FACTORY GLOBAL NETWORK<br />

From its founding in 2016, Technovation Hub had big plans. Where the assignment initially<br />

was to support the student teams on the faculty’s campuses, the organization had grown<br />

into an incubator of engineering talent and an accelerator of innovation. On 8 January 2020,<br />

Technovation Hub joined the Design Factory Global Network at Aalto University in Helsinki.<br />

Tuesday 8 January 2020 was a<br />

special day at Aalto University.<br />

The institute not only celebrated<br />

its 10th birthday, but also the entry of<br />

the 30th member to the Design Factory<br />

Global Network (DFGN). Chrisje Haenen<br />

and Stijn De Jonge, administrators of<br />

Technovation Hub, could not have<br />

imagined a better time to sign the<br />

cooperation agreement in Helsinki.<br />

Like-minded<br />

Chrisje Haenen looks back in time.<br />

“Technovation Hub is an initiative of the<br />

Faculty of Engineering Technology. It<br />

was founded five years ago with the<br />

support of the Science, Engineering &<br />

Technology Group of KU Leuven to<br />

support the emerging engineering<br />

talent on the campuses and at the<br />

Stijn De Jonge<br />

same time to be the incubator of new<br />

and promising projects. There are<br />

already six student teams under the wing of Technovation Hub,<br />

each of which is an example of entrepreneurship and innovation.<br />

One of them, the Agoria Solar Team, became world champion<br />

in the World Solar Challenge in October 2019. These examples<br />

work contagiously, also within our community. We found that the<br />

time was ripe to push the boundaries and to look for like-minded<br />

partners in other countries and continents”.<br />

Co-creation<br />

These like-minded partners were found in DFGN. “What brings<br />

us together is passion-based co-creation”, explains Stijn De<br />

Jonge. “The network consists of innovation hubs such as ours<br />

that are active in universities and research centres around the<br />

world, from CERN in Geneva to Tongji University in Shanghai.<br />

Design Factories are platforms for experimentation, action and<br />

co-creation. In addition to the local activities of each factory,<br />

there are also numerous shared initiatives.”<br />

“One of the basic principles of a Design<br />

Factory is that innovation is not<br />

something that is accomplished by an<br />

individual. Instead, innovation is by<br />

definition a social and a collaborative<br />

matter. Another important characteristic<br />

of a Design Factory is the revaluation of<br />

the concept of ‘space’. Creativity needs<br />

a space that is separated from the<br />

activities of daily working life. Building a<br />

space away from the routine job is key<br />

to enhancing a team’s creative<br />

capability. At Aalto University, Design<br />

Factories can have spaces ranging from<br />

5 to 5,000 m². Interesting in that context<br />

are the ‘traveling projects’ that literally<br />

move to the locations where the most<br />

suitable expertise or equipment can be<br />

found”.<br />

Double purpose<br />

As a recognized Design Factory,<br />

Technovation Hub 2.0 pursues a dual goal. “Our main assignment<br />

is to encourage even more scientific or engineering students to<br />

participate in team projects, both inside and outside the<br />

curriculum”, says Chrisje Haenen. “Therefore, we want to appeal<br />

to our partner companies more than ever to serve as a<br />

commissioner or a client. It encourages the teams to think more<br />

thoroughly about the valorisation of their concept or product.”<br />

“A second goal that we have in mind is a proper location where<br />

the teams can get to work. The space we dream of is a casual<br />

meeting area as well as a learning environment that facilitates the<br />

making of physical artefacts and is accessible to the local and<br />

global academic and business community through a virtual<br />

window. We are therefore looking for a location that allows<br />

different ways of learning, working and sharing in a single space.<br />

We are convinced that Technovation Hub 2.0 will soon have its<br />

own place in the sun”.<br />

Yves Persoons<br />

38


FACULTY WORLDWIDE<br />

KU LEUVEN AND HANYANG UNIVERSITY:<br />

COLLABORATING ON PROJECTS<br />

AND STUDENT EXCHANGE<br />

On January 29, 2020, Prof. Luc Sels, Rector of KU Leuven and Prof. Woo-seung Kim, President<br />

of Hanyang University (South Korea) signed two cooperation agreements. The first deals with<br />

the set-up of joint research projects. The second relates to the exchange of students with the<br />

Faculty of Engineering Technology.<br />

Three years of preparation preceded the signing ceremony<br />

at the Rector’s Office in Leuven. In June 2017, Prof.<br />

Sabine Vercruysse, Vice-Campus Chair of Group T Leuven<br />

Campus and Wim Polet, Director of the International Office,<br />

paved the way during the official Belgian trade mission to South<br />

Korea. In November 2017 and 2018, Director Wim Polet<br />

continued negotiations in Seoul, resulting in the signing of a<br />

Memorandum of Understanding during Rector Luc Sels’ visit to<br />

HYU in March 2019.<br />

Growth machine<br />

HYU started in 1939 as the first engineering institute in Korea.<br />

Currently, the university is generally regarded as an essential part<br />

of the growth machine that has made South Korea an economic<br />

and technological global player. HYU has campuses in the capital<br />

Seoul and the nearby city of Ansan. Together they count 25<br />

colleges and 107 departments, good for 24,500 undergraduate<br />

and 8,300 graduate students. The university welcomes 7,500<br />

foreign students annually and more than 3,000 students go<br />

abroad every year. HYU counts Massachusetts Institute of<br />

Technology (MIT), University of Cambridge and Tsinghua<br />

University among its 820 partner universities in 88 countries.<br />

Industry cooperation<br />

Thanks to ERICA Campus (Education Research Industry Cluster<br />

at Ansan), HYU is recognised as the most active industry<br />

cooperation university in South Korea combining research and<br />

education with business. ERICA Campus is famous for its cluster<br />

programme in which students acquire knowledge and skills that<br />

make them immediately employable in professional practice.<br />

The figureheads –the so called ‘proud Hanyangians’- include<br />

Chung Mong-koo, Chairman of Hyundai Motor Group and Yoon<br />

Boo-keun, CEO of Samsung Electronics.<br />

Presentations<br />

After the signing ceremony, President Woo-seung Kim and his<br />

retinue were received at Group T Leuven Campus. Professors<br />

Ronald Cools, Bert Lauwers and Peter Slaets gave a presentation<br />

about, resp. the Science, Engineering & Technology Group, the<br />

Faculty of Engineering Technology and the research on<br />

Autonomous Vehicles.<br />

The programme also included visits to the Department of<br />

Electrical Engineering, more specifically the research group of<br />

Prof. Sofie Pollin, the inter-university microelectronics centre imec<br />

and the high-tech company Materialize, specialized in 3D<br />

printing.<br />

Yves Persoons<br />

CONNECTING<br />

39


ALUMNUS IN DE KIJKER<br />

LIN ZHANG:<br />

CHAIRMAN OF KU LEUVEN<br />

ALUMNI CHAPTER BEIJING<br />

A living signboard of the Faculty of Engineering Technology and at the same time a<br />

model ambassador of KU Leuven abroad. Both descriptions apply to Lin Zhang. As<br />

an alumnus of Group T Leuven Campus, he is not only a brilliant engineer, but also a<br />

driven entrepreneur and an inspiring educator. It was therefore obvious that he was<br />

appointed as the first Chairman of the new KU Leuven International Alumni Chapter<br />

Beijing.<br />

Lin Zhang arrived in Leuven together with 30 fellow<br />

students from Beijing Jiaotong University (BJTU) in<br />

2003. It was a record number of students that has<br />

not been matched since. “It was quite a job before we<br />

could leave”, he remembers vividly. “We arrived with a<br />

month’s delay due to the consequences of the SARS<br />

epidemic. It was hard to make up for the missed lessons,<br />

but once we had met, everything went smoothly”.<br />

At Group T Leuven Campus, Lin Zhang studied<br />

Electronics & ICT Engineering Technology option Hardware<br />

Design. He gained his first business experience at<br />

the high-tech company Agilent during his master’s<br />

thesis. It prompted him to follow an extra master’s in<br />

Industrial Management at KU Leuven after his engineering<br />

study. Both master’s degrees formed a solid steppingstone<br />

for an academic career, first as a teaching assistant<br />

on Group T Leuven Campus, then as a PhD student and<br />

postdoc at the Department of Mechanical Engineering of<br />

KU Leuven.<br />

STEM education<br />

In 2017, Lin Zhang decided to take a different approach<br />

and took his chance as an entrepreneur in China. He had<br />

already discovered a niche in the market in Belgium: a<br />

dire shortage of STEM (Science, Technology, Engineering<br />

and Mathematics) teachers to interest young people in<br />

the jobs of the future. In China, high schools appeared<br />

to be struggling with the same problem, so Lin Zhang<br />

started his own business as an educational consultant in<br />

STEM matters. His clients are high schools that he<br />

advises on the development and implementation of a<br />

STEM policy. This also includes educating teachers<br />

according to the ‘train-the-trainer’ principle and<br />

developing educational materials that teachers can use<br />

in their own class.<br />

Steering Committee<br />

When on 24 August 2019 a new International Alumni<br />

Chapter was officially installed in Beijing together with the<br />

commemoration of the 20th anniversary of the Double<br />

Degree Programme in Engineering Technology from KU<br />

Leuven and BJTU, Martine Torfs, Director of the<br />

university’s International Office did not have to look for a<br />

pioneer for long. All the tracks led to the BJTU student<br />

who came to Leuven in 2003 to study and to teach and<br />

who runs his own business in Beijing today. Together<br />

with five like-minded colleagues, Chairman Lin Zhang<br />

forms a steering committee that is committed to<br />

connecting the 200 KU Leuven alumni in China’s capital<br />

with each other and with their alma mater in the far<br />

Leuven.<br />

Yves Persoons<br />

40


Lin Zhang<br />

CONNECTING<br />

41


NIEUWS VAN ALUMNI<br />

WORDT ISMAËL BEN-AL-LAL DE NIEUWE LIMBURGSE<br />

JONGE ONDERNEMER VAN HET JAAR?<br />

Een jaar na de verkiezing van Filip<br />

Timmermans tot Limburgse Jonge<br />

Ondernemer van het Jaar staat opnieuw<br />

een industrieel ingenieur van Campus<br />

Groep T als opvolger klaar.<br />

Ismaël Ben-al-Lal richtte in 2007 Futech<br />

op, een ingenieurs-bedrijf gespecialiseerd<br />

in fotovoltaïsche installaties. Daar kwam<br />

in 2012 iLumen bij dat met behulp van de<br />

technologie ontwik-keld bij Futech de<br />

opbrengst van zonnepanelen met 7%<br />

wist op te voeren.<br />

Ismaël raakte gefascineerd door zonne-energie én ondernemen<br />

bij het tweede Solar Team van Groep T. Daar bouwde hij met<br />

15 medestudenten de Umicore Infinity die in de World Solar<br />

Challenge, het wereldkampioenschap voor raceauto’s aangedreven<br />

door zonne-energie, als tweede finishte. Nog in hetzelfde<br />

jaar 2007 ging Ismaël met Futech van start. Midden in de<br />

overgesubsidieerde zonnehype, besloot hij om meer te doen dan<br />

Blijf in contact<br />

Word lid van Alumni Ingenieurs KU Leuven of hernieuw je<br />

lidmaatschap<br />

3 3 keer per jaar <strong>ConnectING</strong> in je brievenbus, uitgegeven door de Faculteit<br />

Industriële Ingenieurswetenschappen in samenwerking met de alumni kringen<br />

3 Maandelijkse Campuskrant KU Leuven met alumnibijlage<br />

3 Sponsoring van promotiebijeenkomsten<br />

3 Uitnodigingen voor heel wat universitaire activiteiten en exclusieve events<br />

3 Kortingen op o.a. Festival van Vlaanderen en andere Samenaankoop KU<br />

Leuven-voordelen zoals kortingen op Kinepolis filmtickets, pretpark bezoeken<br />

e.a.<br />

3 …<br />

Bouw aan je kennis. Deel ervaringen.<br />

Verruim je netwerk. Blijf verbonden.<br />

U www.linkedin.com/company/ku-leuven-fiiw/<br />

Je kan je lidmaatschap (25 euro) combineren met een lidmaatschap van<br />

de ie-net ingenieursvereniging.<br />

www.alum.kuleuven.be > Alumninet<br />

zonnepanelen te installeren. De toegevoegde waarde bestond<br />

volgens hem in het optimaliseren van de opbrengst van<br />

zonnepanelen. Tevens introduceerde hij een project business<br />

naar een model met wederkerende inkomsten, waarbij energie<br />

als een dienst wordt opgevat. Dat gaat als volgt: Futech plaatst<br />

gratis zonnepanelen bij particulieren en bedrijven die de energie<br />

daaruit kosteloos mogen gebruiken. In ruil betalen ze voor elke<br />

euro die ze maandelijks aan de elektriciteitsmaatschappij<br />

zouden betalen, 80<br />

euro aan Futech, een bedrag dat niet<br />

geïndexeerd wordt. Na 20 jaar wordt de<br />

installatie eigendom van de klant.<br />

In zijn lab ontwikkelde Ismaël een<br />

technologie om de aftakeling van de<br />

zonnepanelen ten gevolge van de hoge<br />

spanningen quasi ongedaan te maken.<br />

Met die inmiddels gepatenteerde technologie<br />

is het mogelijk om het rendement<br />

van een zonnepark met gemiddeld 7,4%<br />

te verhogen en kan een paneel vijf tot tien<br />

jaar langer dienst doen.<br />

Vandaag telt Ismaëls bedrijf 35 medewerkers<br />

en is het een van de grootste<br />

Belgische spelers op de markt van de<br />

groene energie.<br />

Op 8 oktober 2020 wordt in Hasselt de<br />

JCI Award 2020 uitgereikt en weten we of<br />

Ismaël de Jonge Ondernemer van het<br />

Jaar wordt.<br />

Yves Persoons


POSTGRADUATEN<br />

ACADEMIEJAAR 2020 - 2021<br />

puc.kuleuven.be/opleidingen/postgraduaten<br />

POSTGRADUAAT SMART LOGISTICS<br />

► 25 september 2020 tot 28 maart 2021<br />

Evenwichtige spreiding over Brugge – Gent – Kortrijk<br />

I.s.m. Faculteiten Economie en Bedrijfswetenschappen<br />

en Industriële Ingenieurswetenschappen KU Leuven<br />

POSTGRADUAAT IN HET FINANCIEWEZEN –<br />

CORPORATE FINANCE ► 2 oktober 2020 tot 6 maart 2021<br />

Leuven<br />

I.s.m. Faculteit Economie en Bedrijfswetenschappen KU Leuven<br />

POSTGRADUAAT MENS- EN MILIEUVRIENDELIJK<br />

BOUWEN EN WONEN ► 5 oktober 2020 tot 29 juni 2021<br />

Gent<br />

I.s.m. Faculteiten Industriële Ingenieurswetenschappen<br />

en Architectuur KU Leuven en VIBE vzw<br />

POSTGRADUAAT ONDERNEMERSCHAP EN INNOVATIE<br />

► 15 oktober 2020 tot 20 maart 2021<br />

Kortrijk of Antwerpen<br />

I.s.m. Faculteit Economie en Bedrijfswetenschappen KU Leuven<br />

en Flanders Business School<br />

POSTGRADUATE STUDIES IN BIG DATA AND<br />

ANALYTICS IN BUSINESS AND MANAGEMENT<br />

► 16 oktober tot 11 december 2020<br />

Leuven<br />

I.s.m. Faculteit Economie en Bedrijfsweten schappen KU Leuven<br />

POSTGRADUAAT IN DE VASTGOEDKUNDE<br />

► 4 februari tot 10 december 2021<br />

Leuven of Kortrijk<br />

I.s.m. Faculteiten Economie en Bedrijfswetenschappen, Ingenieurswetenschappen<br />

en Rechtsgeleerdheid KU Leuven<br />

Postuniversitair Centrum • KU Leuven Campus Kulak Kortrijk<br />

E. Sabbelaan 53, bus 7643 - 8500 Kortrijk • +32 56 24 61 84<br />

info.puc@kuleuven.be • puc.kuleuven.be<br />

postuniversitair<br />

centrum


Verkrijgbaar bij Universitaire Pers Leuven<br />

Van fabrieksterrein tot<br />

Technologiecampus Gent<br />

Geschiedenis van de opleiding industrieel ingenieur:<br />

K.I.H.O. - KaHo Sint-Lieven - KU Leuven<br />

Het rijke verleden van de opleiding<br />

industrieel ingenieur aan de KU Leuven<br />

Technologiecampus Gent<br />

Op 1 oktober 20<strong>13</strong> integreerde de KaHo Sint-Lieven in de KU Leuven.<br />

Met dit boek wordt het verhaal dat hieraan vooraf ging, verteld<br />

vanuit een breed historisch perspectief. Zowel de geschiedenis van<br />

de opleiding tot industrieel ingenieur en die van de instellingen<br />

K.I.H.O en KaHo Sint-Lieven als het rijke industriële verleden van de<br />

Gentse Technologiecampus komen aan bod. Tien thema’s vormen de<br />

structuur van het boek.<br />

De geschiedenis start met de oprichting van de Gentse katoenfabriek<br />

La Louisiane in de negentiende eeuw. Dit wordt gekaderd binnen<br />

de ontwikkeling van de Rabotwijk. Met mooie illustraties zien<br />

we hoe een oud fabrieksterrein transformeerde tot een stijlvolle<br />

studentencampus. Vervolgens komt de lezer meer te weten over<br />

de opleiding tot industrieel ingenieur. Wetten en decreten, de<br />

onderwijs- en onderzoekscultuur, de groeiende internationalisering<br />

en de veranderende studentenpopulatie komen aan bod. Er gaat<br />

aandacht naar het ontstaan, de groei en de samenstelling van de<br />

onderzoeksgroepen die de opleiding industrieel ingenieur vandaag<br />

ondersteunen. Tot slot is er een lijst met alle personeelsleden die<br />

tewerkgesteld waren in de periode van 1 oktober 1977 tot<br />

30 september 20<strong>13</strong>.<br />

Met dit boek krijgt de lezer een beeld van hoe het vroeger was, hoe<br />

de opleiding en haar omgeving evolueerden en hoe ze er vandaag<br />

uitzien. Van fabrieksterrein tot Technologiecampus Gent is een rijk<br />

geïllustreerd boek dat met nooit eerder gepubliceerde documenten,<br />

foto’s en getuigenissen een fascinerende campusgeschiedenis<br />

brengt.<br />

Met bijdragen van Frank Baert, Mark D’hoker, Gerda Friant, Marc<br />

Hanson, Frans Ingels, Erik Van Achter, Toon Van den Abeele, Luc<br />

Vanhooymissen, Chris Van Keer en Louis Vos.<br />

€22,00, hardback, 344 p., geïllustreerd in kleur<br />

www.upl.be - info@upl.be<br />

+32 (0)16 32 53 45

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!