Mundikat Magazine edition 2-2017

Daarbij hebben zowel de heterozygote b b l als de homozygote
bb het chocolade-bruine fenotype. Men kan zich de verrassing
indenken als men uit een Havana x Havana combinatie cinnamon
Oosterlingen fokt, terwijl die op de gehele stamboom niet
voorkomen.. Recessieve genen kunnen wel 20 generaties lang
ongemerkt meegevoerd worden.
De bruin-allelen schijnen geen invloed uit te oefenen op rood
pigment (phaeomelanine).
Rood blijft dus voor het oog rood en crème blijft crème. Het is er
wel maar het wordt gemaskeerd (phaeo-melanine is epistatisch
t.o.v. Cinnamon).
De Stamboekcommissie werd kortgeleden voor het probleem
gesteld, dat uit de combinatie van 2 cinnamon (b l b l D-) Noorse
Boskatten zwarte (B-D-)-kittens geboren werden, hetgeen
genetisch natuurlijk niet mogelijk is. Uit testkruising van een
dergelijke cinnamon Noorse Boskat met een sorrel Somali (sorrel
= ook de benaming voor cinnamon bij de ticked katten Abessijn
en Somali), werden toen ook helemaal geen cinnamons/sorrels
geboren maar ook zwart, blauw enz.. De Noorse Boskatten
bleken dus helemaal niet cinnamonkleurig te zijn, maar het was
eerder de wens, die de vader van de gedachte van de fokker
was, omdat men bij dit ras er bij de GA-FIFe in 2000 te Worthing
voor ging de kleur cinnamon erkend te krijgen. Dit werd
afgestemd, ondanks de gehouden erkenningsshow van deze
kleur op een tentoonstelling in Duitsland, waarbij tenminste 15
Noorse Boskatten van deze kleur geëxposeerd en beoordeeld
moeten worden.
Albino allelen – C, c b , c s , c a , c [in volgorde van (semi-)dominantie]
Het belangrijke enzym tyrosinase wordt aangemaakt op de
albino-locus en werkt in (als een katalisator) op het aminozuur
tyrosine bij de pigmenten eumelanine en phaeomelanine en
is zodoende verantwoordelijk voor de verschillend gekleurde
populaire pointkatten in de diverse rassen (o.a. Siamees,
Balinees, Heilige Birmaan, Rag Bij katten zijn vier albino allelen
bekend:
- C = volledig gekleurd; productie van zwart pigment of rood
pigment op volle sterkte.
Heilige Birmaan
Siamees
Bij katten zijn vier albino allelen bekend:
- C = volledig gekleurd; productie van zwart pigment of rood
pigment op volle sterkte.
- c b = Burmees; bij c b c b verandert het zwart pigment in donker
sepia of sable
- c s = Siamees; bij homozygoot c s c s beperkt het donker sepia
zich tot points.
- c a = Blauwogige albino; bij homozygoot c a c a geen pigmentontwikkeling
in de vacht.
- c = Rose-ogige albino; bij homozygoot cc is pigment totaal
absent.
Het c b -gen is onvolledig dominant aan het c s -gen hetgeen
resulteert bij de heterozygoten (c b c s ) in een intermediair
fenotype, dat in kleur net tusen Burmees en Siamees in ligt
en dat Tonkanees genoemd wordt. Het Burmese bruin moet
niet verward worden met het chocolade bruin dat onder
invloed van het gen “b” gevormd wordt en dat op een ander
locus ligt. Kittens van Siamezen en Burmezen worden heel
licht van kleur geboren tengevolge van de hoge temperatuur
in de baarmoeder. Naarmate de kittens ouder worden, zakt de
algehele lichaamstemperatuur dat uiteindelijk resulteert in de
donkerder kleur bij oude Siamezen en Burmezen.
Kleurverdunning - dd
De verdunning- of maltese-locus produceert een factor die
essentiëel is voor de gelijkmatige distributie van pigmentkorrels
(gen D = Dark = Diepe pigmentering) door de gehele
haarschacht. In gemuteerde vorm (d) worden pigmentkorrels
vergroot en onregelmatig verdeeld in de haarschacht .
Het desbetreffende allel “d” veroorzaakt een samenklonteren
van pigmentkorrels van verschillende grootte in de haarschacht,
waartussen spaarzaam pigment aanwezig is of zelfs lege ruimten
zonder pigment ontstaan, vooral aan de haarwortels.
Het effect voor het menselijk oog is het verbleken van de kleur.
Bij katten die homozygoot zijn voor dit allel (dd) zal zwart
veranderen in blauw, bruin wordt lilac, cinnamon verandert in
fawn en rood wordt crème.
Verdunningswijziger of dilute modifier - Dm-
Het veranderende vermogen van het dominante gen Dm
(theorie van een Oosters Korthaarfokster Patricia Turner) tast
alleen de vachtkleur aan van katten, die een verdunde kleur
hebben. Het gen wordt als modificator beschouwd omdat het
geen invloed heeft op donker gekleurde dieren.
- Blauw neemt onder invloed van deze mutatie een
bruinachtige schijn aan, maar wordt niet zo licht van tint als de
lilac. Deze kleur wordt caramel genoemd.
- Met de verdunning van chocolate (lilac) wordt de kleur
bleker en dit staat bekend onder de naam taupe.
- Het crème is ook bleker dan gewoonlijk en wordt
apricot genoemd.
De kleuren en hun respectievelijke genotypes kunnen als volgt
weergegeven worden:
Zwart aaBBDD(Dm-* of dmdm)
Blauw aaBBdd dmdm
Caramel aaBBdd Dm-
Chocolate aabbDD (Dm-* of dmdm)
Lilac aabbdd dmdm
Taupe aabbdd Dm-
40 jaar Mundikat — Mundikat Magazine nummer 2 2017— 17