03.04.2020 Views

Kempense Vrouwenkracht

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

kempense<br />

vrouwenkracht<br />

in 21 verhalen<br />

met foto’s van An Nelissen<br />

1


Een uitgave van het Platform <strong>Vrouwenkracht</strong> Kempen<br />

Samensteller: Iris Baetens<br />

Vormgeving: Vormingplus Kempen<br />

Druk: www.gbmaes.be<br />

Foto’s: An Nelissen<br />

Publicatiedatum: maart 2009<br />

ISBN 9789081162869<br />

D/2009/11.195/1<br />

2<br />

Verantwoordelijke uitgever: Martine Coppieters, p/a Otterstraat 109/4, 2300 Turnhout


kempense<br />

vrouwenkracht<br />

in 21 verhalen<br />

met foto’s van An Nelissen<br />

3


4<br />

Een uitgave van het Platform <strong>Vrouwenkracht</strong> Kempen met de ondersteuning van


Inleiding<br />

Dit boek is een initiatief van het Platform Wereldvrouwenmars Kempen dat werd<br />

opgericht in september 2004 naar aanleiding van de Wereldvrouwenmars in 2005.<br />

Dit Platform werd in het leven geroepen tijdens een infoavond over de<br />

Wereldvrouwenmars in de Kempen.<br />

Tijdens de periode 2004-2005 sensibiliseerde het Platform de Kempen i.v.m. eisen van<br />

de Wereldvrouwenmars. Dit gebeurde door gezamenlijke initiatieven op te zetten<br />

en deel te nemen aan provinciale, nationale en zelfs Europese activiteiten. Enkele<br />

voorbeelden: de patchworkdag, een modeshow met eerlijke kleding, de actie Awa en<br />

Mia in bedrijven, deelname aan de provinciale vrouwenmars, het organiseren van een<br />

Kempisch slotevenement, de uitgave van twee edities van een wereldvrouwenkrant,...<br />

Na afronding van het wereldvrouwenmarsjaar besliste het platform om de werking<br />

niet te stoppen maar de krachten verder te bundelen.<br />

Momenteel maken volgende organisaties deel uit van het Platform<br />

Wereldvrouwenmars Kempen: 11.11.11-comité Geel, ABVV Mechelen+Kempen, ACV<br />

Kempen, vzw AIF, vzw EVA, Herentalse Vrouwenraad, KAV, Linx+ Mechelen &<br />

Kempen, Mondiale Raad Turnhout, OKRA Trefpunt 55+ Regio Kempen, VIVA-SVV vzw<br />

Provincie Antwerpen, Vormingplus Kempen, Welzijnsschakels, Wereldraad Westerlo,<br />

Wereldsolidariteit. Daarnaast zijn er een aantal verenigingen die ons een warm hart<br />

toedragen en mee helpen bij promotie en activiteiten. Vormingplus Kempen is de<br />

stuwende kracht achter dit platform, coördineert de werkzaamheden en zorgt ook<br />

voor de grootste financiële input.<br />

In 2007 nam het platform de nodige tijd om de bakens voor de toekomst uit te zetten.<br />

En dat resulteerde in ons groots project <strong>Vrouwenkracht</strong>.<br />

Onlangs kreeg het platform een nieuwe naam en een nieuw logo: “<strong>Vrouwenkracht</strong><br />

Kempen”. De website www.vrouwenkracht.org werd in het leven geroepen en bundelt<br />

alle informatie die met het project te maken heeft.<br />

Gedurende drie jaar (2008-2010) werkt het platform <strong>Vrouwenkracht</strong> Kempen rond<br />

het thema “<strong>Kempense</strong> vrouwenkracht”. De Kempen kent heel wat sterke vrouwen,<br />

vrouwen die op één of andere manier engagement opnemen. En dat willen we met dit<br />

project in de kijker zetten.<br />

Eerste wapenfeit van dit project heeft u nu in handen. Een verhalenboek waarin 21<br />

<strong>Kempense</strong> vrouwen getuigen over hun inzet en engagement. 21 vrouwen die zich, op<br />

vrijwillige basis, sociaal engageren in onze regio, doen hun verhaal. Hun actieterrein<br />

reikt van de vierdewereldbeweging tot de Wereldwinkel, van kookmoeder bij de Chiro<br />

5


tot vrijwilliger in het naaiatelier van het asielcentrum in Arendonk. Onder hen ook<br />

Barbara Dex die vertelt over haar inzet voor de vzw Help Brandwonden Kids.<br />

Voor enkele vrouwen is vrijwilligerswerk een deel van hun leven, ze leven voor hun<br />

engagement. Voor andere, vaak jongere vrouwen is het engagement afgelijnd, het past<br />

in hun leven, werk, gezin. In een tijd waarin de combinatie van werk en gezin al een<br />

uitdaging op zich vormt, is elk bijkomend engagement een pluim waard. Sommige<br />

vrouwen beleven hun engagement dan weer vanuit een diepgewortelde ideologie,<br />

het streven naar een ideaalbeeld, vaak een betere wereld. Het is een drijfveer op<br />

zich. Anderen verrichten wonderen op kleinere schaal, zonder morren, zonder grote<br />

levensvragen, doe wel en zie niet om. Beiden zijn nodig en zinvol, de ene beleving is<br />

niet meer waard dan de andere.<br />

Er is één ding wat hen allen bindt: de passie voor wat ze doen. Vaak in de vereniging<br />

gerold, van een klein beetje tot heel intensief, omdat het zinvol is, omdat ze resultaat<br />

boeken maar vooral, omdat ze het graag doen. Elke vrouw vertelde mij dat ze het niet<br />

zou kunnen volhouden als ze het niet zo graag deed.<br />

Alle gezichten in dit boek, alle verhalen zijn inwisselbaar. Voor elke geselecteerde<br />

vrouw zijn er honderden andere geëngageerde vrouwen die we niet hebben<br />

opgenomen. Met dit boek willen we ‘dank je wel’ zeggen aan àlle vrouwen die<br />

vrijwilligerswerk doen. Misschien ben jij één van hen… of misschien heb jij de kans<br />

nog niet gehad om vrijwilligerswerk te doen en krijg je via deze verhalen ook goesting<br />

om één of ander engagement op te nemen. Kortom, hebben we jouw verhaal gemist<br />

of moet het nog geleefd worden, geen zorg, op onze website komt er in de toekomst<br />

plaats voor meer verhalen.<br />

Je vindt in dit boek tevens een interview met Louis Bruyninckx, de man van<br />

Judith Hiwat. Judith is overleden in januari 2007. Judith was o.m. bezielster van de<br />

allochtonenvereniging EVA, maar heel de Kempen kende haar als geëngageerde vrouw<br />

die in elke parochiezaal wel eens gezorgd heeft voor multiculturele hapjes. Judith was<br />

ook lid van ons platform. Haar engagement is nog steeds een voorbeeld voor velen<br />

van ons. We willen dit boek dan ook liefdevol aan haar opdragen.<br />

Viviane Schuer (Vormingplus Kempen) en<br />

Iris Baetens (boodschapper van de godinnen)<br />

maart 2009<br />

6


kempense<br />

vrouwenkracht<br />

7


8


Barbara Dex<br />

In deze verhalenbundel zijn alle vrouwen gelijk en allemaal bv’s,<br />

Bijzondere Vrouwen. Helemaal bv is Barbara Dex. Gesculptuurd<br />

uit Kempens zand engageert zij zich als meter voor verschillende<br />

organisaties uit de regio. De samenwerking met “De Schakel” uit<br />

Balen, een instelling voor gehandicapten, dateert al van jaren terug.<br />

Barbara komt de bewoners in de kerstperiode groeten, komt al eens<br />

proeven van het resultaat na een kooknamiddag, foto’s signeren of<br />

mee muziek beluisteren.<br />

Help Brandwonden Kids<br />

Van veel recentere datum is haar engagement voor de vzw “Help Brandwonden Kids”,<br />

een organisatie die zich specifiek richt tot de jongste slachtoffers van brandwonden.<br />

Bezieler is Mollenaar Jo Mertens, zelf slachtoffer van zware brandwonden. Tijdens zijn<br />

eigen pijnlijke revalidatie zag hij het schrijnende leed van kinderen met brandwonden.<br />

Gespecialiseerd medisch personeel begeleidt deze kinderen met de grootste zorg. Maar<br />

eens deze kinderen het ziekenhuis verlaten wacht hen nog een zeer lange, moeilijke<br />

en vaak erg dure periode. De vzw komt o.a. tussen met financiële hulp voor de<br />

gezinnen die dat nodig hebben. Er is ook aandacht voor preventie via voordrachten en<br />

lezingen op scholen en dergelijke voor kinderen met en zonder brandwonden.<br />

Een kind met brandwonden laat geen mens onberoerd. Barbara heeft de organisatie<br />

dan ook in haar hart gesloten.<br />

“Ik heb zelf 2 kinderen, ik word daardoor dagelijks geconfronteerd met de gevaren<br />

van brandwonden. Wellicht is het daardoor dat ik er zoveel voeling mee heb. Zonder<br />

verwijt naar de ouders of andere betrokkenen toe, een kind heeft er zelf nooit de<br />

schuld aan, het had beschermd moeten zijn.”<br />

Er zijn<br />

“Mijn rol is op zich beperkt tot er gewoon zijn op allerlei activiteiten zoals een<br />

opendeurdag of bij de overhandiging van een cheque. Ik doe ook al eens een<br />

benefietoptreden om geld in het laatje van Help Brandwonden Kids te brengen. Ik doe<br />

allemaal leuke dingen. De ontmoeting met de kindjes en hun verhalen ontroeren mij<br />

telkens weer. Ook al kennen die kleine dropkes mij meestal niet, ik merk dat het de<br />

ouders helpt en ik kan voor publiciteit zorgen die de vereniging ten goede komt.”<br />

9


Het engagement van Barbara Dex is<br />

niet uit de lucht komen vallen. Zus<br />

werkt in het Zwart Goor in Merksplas,<br />

een dienstverleningscentrum voor<br />

volwassenen met een handicap, broer<br />

heeft het ook in zich om zich in te<br />

zetten. Allen zagen ze het wellicht van<br />

vader Marc Dex die zich altijd openstelt<br />

voor iedereen.<br />

“De keuzes van goede doelen die we<br />

maken liggen in dezelfde lijn. Het gaat<br />

om de mensen, om genegenheid en<br />

aandacht geven. Doordat we van een<br />

andere generatie zijn richten we ons<br />

anders, hij treedt veel op in rusthuizen, ik<br />

ben meer betrokken bij kinderen omdat<br />

dat dichter bij mij staat. In het begin van<br />

mijn carrière ging ik al eens mee naar<br />

de oudjes. Ik haalde daar toen al erg veel<br />

voldoening uit. Als we het liedje “jonger<br />

dan je denkt” inzetten kon je tijdens de<br />

turnbewegingen armen zien zwieren die<br />

anders stil op de schoot blijven liggen.<br />

Zoiets kunnen teweegbrengen bij mensen<br />

geeft ontzettend veel voldoening. Een<br />

goede knuffel aan iemand geven die je<br />

niet kent en dan zien hoeveel deugd die<br />

gedaan heeft is al even onbeschrijflijk.<br />

Dat sociale aspect zit er bij alle Dexen in.”<br />

Van en voor de Kempen<br />

Ondanks al dat losse zand in de<br />

ondergrond laten Kempenaars zich niet<br />

gemakkelijk verplanten naar andere<br />

landsgebieden. Hetzelfde geldt voor de<br />

familie Dex.<br />

10<br />

“Naast de grote nationale initiatieven<br />

zet ik mij haast uitsluitend in voor de<br />

Kempen. Daar voel ik mij het best bij.<br />

De mensen van de regio kennen mij, ze<br />

weten wie ik ben, waar ik voor sta.


De verenigingen waar ik mij voor<br />

inzet zijn niet super bekend. Het is<br />

ook niet mijn bedoeling om ermee in<br />

“de boekskes” te staan. Voor hen is<br />

de belangstelling wel belangrijk. Een<br />

mediafiguur trekt altijd aandacht. Maar<br />

het gaat niet over Barbara Dex, het gaat<br />

over de kinderen.”<br />

Net dat maakt het engagement van<br />

Barbara Dex zo oprecht en onvoorwaardelijk.<br />

Ze is er voor de vereniging en niet<br />

omgekeerd.<br />

Zoals nagenoeg elke bekende Vlaming<br />

krijgt Barbara meer aanvragen van<br />

goede doelen dan er dagen in een jaar<br />

zijn. Selectie is noodzakelijk, een taak<br />

waarbij Barbara ook haar gevoel volgt.<br />

Zelfs als ze niet kan ingaan op de vraag<br />

wordt er altijd een eerlijk antwoord<br />

teruggezonden.<br />

Wout ‘ga maar eens mee om te zien<br />

waar mama mee bezig is’. Hij is 7 en er<br />

was ter plaatse een tentoonstelling met<br />

foto’s van kinderen met brandwonden.<br />

Die confrontatie met leeftijdsgenootjes<br />

– en deze keer geen tekenfilm of<br />

computerspelletje – heeft hem<br />

aangegrepen. Hij was zeer onder de<br />

indruk en was er even niet goed van. Hij<br />

vond het heel interessant en kreeg zelfs<br />

het inzicht om voortaan voorzichtig te<br />

zijn.”<br />

Barbara Dex voelt zich zichtbaar vereerd<br />

dat ze mee een plaats krijgt in het<br />

verhalenboek. Ook dat maakt van haar<br />

een geschikte ambassadrice voor de<br />

<strong>Kempense</strong> vrouwenkracht. Of in haar<br />

woorden: “Ik heb zoveel te danken aan<br />

de mensen, mij zoveel mogelijk inzetten<br />

is het minste wat ik kan terugdoen.”<br />

Neen zeggen<br />

“Gelukkig heb ik mensen rond mij die<br />

deze taak op zich nemen. Ik kan moeilijk<br />

neen zeggen en ik ben heel gevoelig<br />

en emotioneel. Dat maakt mij heel<br />

snel betrokken bij de miserie van de<br />

mensen. Tegelijk weet ik dat ik mezelf<br />

moet beschermen. Ik zou mij de ellende<br />

te nauw aantrekken en maar moeilijk<br />

van mij af kunnen zetten. Zoiets is niet<br />

constant mogelijk. Ook mijn kinderen<br />

hebben recht op een vrolijke mama.<br />

Dat is wellicht het moeilijkste aan de<br />

combinatie van mijn vrijwilligerswerk en<br />

mijn gezin.<br />

Ik heb zo mijn oudste zoon eens<br />

meegenomen naar een wandeling<br />

die door Help Brandwonden Kids<br />

georganiseerd werd. Ik moest daar<br />

gewoon aanwezig zijn en ik zei tegen<br />

De vzw Help Brandwonden<br />

Kids ondersteunt kinderen met<br />

brandwonden financieel omdat<br />

heel veel aspecten van herstel en<br />

revalidatie niet via de reguliere<br />

wegen worden vergoed. De vzw<br />

wil ook een aanspreekpunt zijn<br />

voor kinderen met brandwonden.<br />

Er is bovendien aandacht voor<br />

preventie via voordrachten en<br />

lezingen op scholen en dergelijke<br />

zowel voor kinderen met en<br />

zonder brandwonden.<br />

Alle steun is welkom.<br />

www.helpbrandwondenkids.be of<br />

via de secretaris van de vzw, Griet<br />

Drees, Groot Kapellen 18, 2400 Mol,<br />

tel 014 31 02 39.<br />

11


12


Denise Verhaert<br />

Het gesprek met Denise heeft plaats in haar kantoor in het hoekhuis<br />

waar de armenverenigingen De Dorpel en De Fakkel gehuisvest zijn.<br />

In de Sint-Waldetrudisstraat van Herentals staat evenwel geen glazen<br />

paleis met hoogpolig tapijt en zoemende airco. Het kantoortje is<br />

iets breder dan een trapgat, er staat een simpel bureautje en de<br />

temperatuur volgt er deze van de seizoenen.<br />

We gaan zitten aan een tafeltje – nauwelijks groter dan een<br />

schaakbord – en Denise neemt me mee van Herentals naar de<br />

Filippijnen en terug.<br />

Lopen<br />

“Ik ben geboren in Herentals. Ik heb een zus en een broer. Mijn moeder was lange tijd<br />

huisvrouw. Toen de kinderen naar school gingen is ze gaan poetsen in het ziekenhuis.<br />

Mijn vader was arbeider en hij is ook een verdienstelijk wielrenner geweest. Het<br />

stond dan ook vast dat mijn broer, zus en ik zouden sporten. Voor mij werd het<br />

marathonlopen. De winnaarsmentaliteit, altijd de beste willen zijn, kreeg ik er van<br />

thuis uit ingelepeld. Ik deed het graag en was zelfs redelijk goed. Ik behoorde tot de<br />

subtop van België. Na mijn studies regentaat wiskunde ben ik les beginnen geven in<br />

het Heilig Grafinstituut in Turnhout. Alle energie en alle tijd ging in die tijd naar de<br />

competitiesport.<br />

Stilstaan<br />

Op een gegeven moment, het moet in 1984 geweest zijn, nodigde de atletiekbond mij<br />

uit om de marathon van Manilla in de Filippijnen te lopen. Ik verbleef er in grote luxe<br />

en pater Fred van de Scheutisten nam de Belgen mee naar de sloppenwijken om er de<br />

leefomstandigheden te zien. Het zien en ervaren van het contrast tussen arm en rijk<br />

was een keerpunt in mijn leven.<br />

Na mijn terugkeer naar België en mijn vaste job in het onderwijs bleef het vuur<br />

smeulen, ik kon de derde wereld niet loslaten. In 1985 heb ik de marathon van Manilla<br />

opnieuw gelopen en is mijn contact met pater Fred intenser geworden. Eind 1986 heb<br />

ik de marathon van Singapore gelopen en in plaats van in februari 1987 terug naar de<br />

regio af te reizen voor de marathon van Manilla ben ik meteen van Singapore naar<br />

13


Manilla gereisd om er 3 maanden te blijven. Om dit te kunnen doen, had ik een jaar<br />

onbetaald verlof genomen. Ik moest en ik zou naar de derde wereld gaan.<br />

Via pater Fred ben ik bij zuster Mathilde terechtgekomen. In haar “Senden Home” in<br />

Binangonan op 30 km van Manilla, werden een 30-tal straatkinderen uit de hoofdstad<br />

opgevangen.”<br />

Na dat relatief korte verblijf in de buurt van Manilla vindt Denise in de<br />

organisatie Volens de ondersteuning om terug naar “Senden Home” te gaan. De<br />

loopbaanonderbreking wordt verlengd en Denise blijft 2 jaar in de Filippijnen. Ze leert<br />

er haar ex-man kennen. Hij komt later naar België, ze trouwen en krijgen 3 kinderen.<br />

Hij is inmiddels 6 jaar terug in de Filippijnen.<br />

Herentals - Manilla - Herentals<br />

“Ik ben teruggekomen omdat mijn ouders het er zo moeilijk mee hadden. En Zuster<br />

Mathilde zei, ‘daar waar je vandaan komt is ook nog veel werk’. Die gedachte<br />

inspireert mij nog steeds. Ik ben via mijn ouders bij De Dorpel, een ontmoetingshuis<br />

voor mensen die in armoede leven terechtgekomen. Zij wonen immers aan de rand<br />

van Diependael, een sociale woonwijk in Herentals waar ook mensen in armoede<br />

wonen. Op een dag kwam Zuster Maria van de Zusters van de Voorzienigheid bij<br />

hen langs op zoek naar vrijwilligers. Ik ben eens een kijkje gaan nemen en zo is mijn<br />

engagement bij De Dorpel ontstaan en het is alleen maar gegroeid.”<br />

14


De Dorpel is een laagdrempelige<br />

ontmoetingsplaats en biedt een ruim<br />

en gevarieerd aanbod aan diensten en<br />

activiteiten. Ze wil mensen in armoede<br />

erkennen en groeikansen geven zodat<br />

hun gevoel van eigenwaarde en<br />

gelijkwaardigheid verhoogt en dat ze<br />

krachtig genoeg worden om voor zichzelf<br />

op te komen. Er wordt ook gewerkt aan<br />

een positieve beeldvorming van mensen<br />

in armoede in onze maatschappij. Want<br />

voor veel mensen ben je arm in België<br />

omdat het je eigen schuld is.<br />

Armoede in België: eigen schuld<br />

dikke bult<br />

“Dat valt bijvoorbeeld op als we acties<br />

doen om geld binnen te halen. Naar<br />

mijn ervaring is rondgaan voor de derde<br />

wereld veel makkelijker. We worden<br />

erg vaak met ‘eigen schuld, dikke bult’<br />

geconfronteerd. Ik zal nooit zeggen dat<br />

de problematiek van armoede in de derde<br />

wereld niet groter is, maar is er wel een<br />

cruciaal verschil. Daar hoor je als arme<br />

tot de meerderheid, hier behoren mensen<br />

in armoede tot de minderheid en de<br />

uitsluiting die daarbij hoort is erger dan<br />

het financiële probleem. Trouwens, het<br />

is mijn overtuiging dat als we willen dat<br />

de derde wereld het echt beter krijgt,<br />

we in het Westen met z’n allen onze<br />

levensstandaard moeten aanpassen.<br />

De groep van mensen in armoede wordt<br />

bovendien alsmaar groter, ook in België,<br />

ook in Herentals. In deze crisis en om tal<br />

van redenen krijgt ook de middenklasse<br />

het stilaan moeilijk. Dat kan in 2<br />

richtingen evolueren, ofwel groeit het<br />

begrip voor mensen in armoede omdat<br />

een grotere groep de hete adem van<br />

armoede in zijn nek voelt, ofwel groeit<br />

de verstarring en vermindert het begrip<br />

voor de problematiek.”<br />

Vanuit De Dorpel is in 2007 De Fakkel<br />

ontstaan, een organisatie die erkend is<br />

als vereniging waar armen het woord<br />

nemen. Waar De Dorpel ontmoeting<br />

en ontspanning aanbiedt en mensen<br />

individueel helpt, wil De Fakkel<br />

beleidsbeïnvloedend werken met als<br />

voornaamste doel armoede op een<br />

structurele manier aan te pakken.<br />

“De algemene aanpak van armoede is<br />

veranderd van louter caritatief naar<br />

structureel. Het beleidsniveau luistert<br />

inmiddels naar mensen in armoede. Die<br />

eerste stap is al genomen. Als er nu ook<br />

nog eens rekening gehouden wordt met<br />

onze aanbevelingen is dat weer een stap<br />

verder.<br />

Ik hoop, als de kinderen het huis uit zijn,<br />

ooit terug te kunnen keren naar de derde<br />

wereld. Ik weet dat ik er geen oplossing<br />

kan brengen voor de armoede maar het<br />

gaf mij toch veel voldoening, net zoals<br />

mijn werk hier in De Fakkel.”<br />

De Dorpel vind je in de Sint-<br />

Waldetrudisstraat 37, 2200<br />

Herentals, tel 014 21 40 73<br />

of via www.dedorpel.org.<br />

Meer informatie over een<br />

kansamenwerking in jouw<br />

gemeente kan je verkrijgen via het<br />

OCMW of via Welzijnsschakels,<br />

Pastorijstraat 37, 2060 Antwerpen,<br />

tel 03 217 24 90 of<br />

raf.janssen@bdwzz.be en<br />

www.welzijnsschakels.be.<br />

15


16


Dimp Van Hemelen,<br />

Flora Raskin<br />

& Luce Roeymans<br />

Bij opstart van de Galbergse “De Witte Mol” in 1999 reageerden<br />

Dimp Van Hemelen, 82 in juni 2008, en Josée Ruts (overleden in<br />

2007) op de oproep in het Parochieblad. Ze kenden elkaar van de<br />

KVLV-vrienden en kwamen quasi tegelijk bij elkaar met het voorstel<br />

om in te gaan op de vraag naar naaimoekes. 3 maanden na de<br />

pioniers vervoegde Flora Raskin (77) de naaimoekes. Recent is Luce<br />

Roeymans (69) er ook nog bij gekomen. In de tijd van Josée hebben<br />

de naaimoekes zelfs ook een naaivake gehad. Ze werd immers elke<br />

week gebracht door haar echtgenoot, Domien. Hij bleef vaak ter<br />

plaatse wachten en las intussen de krant. Zo af en toe begon Josée<br />

hem eens een broek toe te stoppen waar de rits eerst verwijderd<br />

moest worden. Op den duur naaide hij ook al knopen aan en liet hij<br />

zijn krant thuis.<br />

De Witte Mol is een modern dienstencentrum dat zorgt voor de opvang en<br />

begeleiding van kinderen en volwassenen met een zware handicap en hun familie.<br />

De kleren van de bewoners moeten vaak op de meest creatieve manier hersteld of<br />

aangepast worden. Tijdens mijn bezoek zie ik enkele aan elkaar genaaide pyjama’s,<br />

een reeks in te naaien naamlintjes, een op maat gemaakte armhouder, een groot<br />

U-kussen inclusief bolletjesvulling passeren.<br />

Christelijke waarden<br />

Voor Dimp is herstelwerk geen vreemde bezigheid. In het verleden heeft ze tot in<br />

39 huizen herstelwerk gedaan. Maar dat is allemaal lang geleden. Afkomstig van een<br />

boerderij heeft ze afwisselend uit huis gewerkt en de zorgen voor familieleden op<br />

17


18<br />

zich genomen. Zorgen voor is wat Dimp<br />

heel haar leven heeft gedaan. Toen ze<br />

twee jaar terug door een plotse ziekte<br />

geveld werd zag het er niet naar uit dat<br />

ze terug zou kunnen komen naar de<br />

naaimoekes. Haar herstel verliep echter<br />

voorspoedig en de laatste weken is ze<br />

weer op het appel. Op het gemak de<br />

voorbereidingen doen voor het echte<br />

naaiwerk van Flora en Luce, minder lang<br />

ook dan vroeger maar ze is voortaan elke<br />

week op post! Dimp is zielsgelukkig dat<br />

ze terug kan komen ; dat ze terug kan<br />

komen zorgen voor de bewoners. Ook<br />

voor de overige dames is zorg de sleutel<br />

van hun engagement. Geïnspireerd door<br />

diepchristelijke waarden hebben ze zich<br />

– vaker in alle discretie dan verenigd<br />

– ingezet voor zowel hun naasten als zij<br />

die het nodig hadden.<br />

Tijdens ons gesprek verwijzen ze vaak<br />

naar vroeger en hoe het toen anders was.<br />

Flora, die afkomstig is van Diepenbeek,<br />

herinnert zich een gezin met 21<br />

kinderen en hoe hen, en zovele andere<br />

boerenkinderen, helpen de grootste<br />

voldoening bracht. Flora komt uit het<br />

onderwijs en heeft tot haar huwelijk<br />

naad gegeven in zowel Diepenbeek als<br />

Hasselt. De beste herinneringen houdt ze<br />

over aan de beroepsafdelingen. Sommige<br />

van haar leerlingen zoeken zelfs nu nog<br />

contact met haar. Ze heeft bovendien<br />

haar sporen verdiend als voorzitster van<br />

de lokale afdeling van de KVLV en was


ook politiek actief in de gemeente- en<br />

provincieraad. Na het plotse overlijden<br />

van haar echtgenoot geeft Flora veel van<br />

haar activiteiten op. Ze wordt wel lid van<br />

de gepensioneerden van Mol Achterbos.<br />

Ze is er inmiddels dienstdoende<br />

voorzitster en verzorgt ook nog het<br />

parochiesecretariaat.<br />

Luce Roeymans is met haar 69 jaar de<br />

benjamin van de groep. Zij doet het<br />

werk nog niet zo erg lang en zoekt haar<br />

weg nog tussen het geroutineerde duo<br />

dat Flora en Dimp in de loop der jaren<br />

geworden zijn. Ook voor Luce zijn naaien<br />

en zorg dragen voor de rode draden van<br />

haar leven. Luce is nooit getrouwd en<br />

heeft altijd bij haar moeder, die overigens<br />

102 geworden is, gewoond. Ze is<br />

afkomstig van Mol Sluis en heeft ook een<br />

verleden in het onderwijs. Ze gaf zowel<br />

naad in Wezel, en daarna etalage in Genk.<br />

Luce is altijd onder de mensen geweest,<br />

ze kan zich niet anders herinneren. Van<br />

monitor zijn op de speelpleinen en de<br />

Chiro, tot samen met de Bouworde een<br />

maand lang huizen bouwen in Sleeswijk-<br />

Holstein, altijd gebeurde er wat. Luce<br />

heeft nooit anders gezien, is nooit anders<br />

gewoon geweest dan dat mensen elkaar<br />

hielpen waar het nodig was.<br />

inzet, veel inzicht en een minimum aan<br />

materialen worden dikwijls varianten<br />

gemaakt voor duur en zelfs onvindbaar<br />

orthopedisch materiaal. De taken zijn<br />

verdeeld, Dimp bereidt de stukken voor<br />

door de kapotte rits al te verwijderen<br />

of de naad van een in te korten broek<br />

los te maken, Luce en Flora hanteren de<br />

naaimachine. Door hun inspanningen<br />

wordt het op zich al complexe leven van<br />

de bewoners eenvoudiger gemaakt, ook<br />

voor de begeleiders.<br />

Erkenning en voldoening<br />

De voldoening die de naaimoekes vinden<br />

in hun engagement is dan ook erg groot.<br />

De dankbaarheid van de bewoners voelen<br />

zij goed aan, zelfs van diegenen die het<br />

door de aard van hun handicap niet<br />

echt kunnen uitdrukken. De erkenning<br />

komt ook van de instelling zelf. Elke<br />

november vindt er een feest plaats voor<br />

alle vrijwilligers. Naast de naaimoekes<br />

zijn immers ook vrijwilligers betrokken<br />

bij het onderhoud van de tuinen, als<br />

strijkmoeders of om met bewoners een<br />

wandeling te maken enz.<br />

Inzet en creativiteit<br />

Elke woensdag vanaf 8u30 en tot het<br />

werk gedaan is zijn de naaimoekes in<br />

hun ruime lokaal te vinden. Wat tegen<br />

de avond niet klaar is gaat vaak mee<br />

naar huis. In het begin zaten ze mee in<br />

een leefgroep maar de combinatie van<br />

bewoners en naalden was te gevaarlijk.<br />

Hier wordt fatsoenlijk werk geleverd. De<br />

herstellingen of aanpassingen zijn van<br />

erg hoog niveau. Met een maximum aan<br />

Er zijn nooit teveel vrijwilligers<br />

voor een instelling als De Witte<br />

Mol. Elkeen die zich geroepen<br />

voelt om zich in te zetten kan<br />

vrijblijvend contact opnemen<br />

met Werner Welkenhuizen, de<br />

vrijwilligerscoördinator van De<br />

Witte Mol. Dit kan via 014 34 63 89<br />

of staf.wittemol@stijn.be<br />

19


20


Ellen Elalili<br />

Ellen Elalili (die exotische naam heeft ze van haar Marokkaanse<br />

vader) is een brok energie. Hoe anders kan je een halftijdse job als<br />

verpleegster in het ziekenhuis van Herentals combineren met 4<br />

jonge kinderen, een zelfstandig werkende man, een huishouden en<br />

vrijwilligerswerk.<br />

Gezinsbond<br />

“Na de bevalling van de tweeling kon ik, uiteraard, een<br />

hele tijd niet buiten met die twee kleintjes. Ik keek er toen<br />

ontzettend naar uit om terug onder de mensen te zijn. Vanuit<br />

de instelling dat ik mij beter kan inzetten voor anderen in<br />

plaats van thuis op de zenuwen van mijn man te werken ben ik<br />

vrijwilligerswerk gaan doen.<br />

Alles begint en eindigt bij de kinderen want door hen zijn<br />

we lid geworden van de Gezinsbond. Toen de oudste naar<br />

school gingen, kregen we een brief mee met de vraag naar<br />

bestuursleden. Ik ben er met een vriendin op ingegaan vanuit<br />

de motivatie dat er toch al zo weinig te doen is voor gezinnen<br />

en als we de bond ook nog laten doodbloeden het wel erg<br />

pover wordt. Vanuit een persoonlijke drijfveer dus en niet<br />

vanuit een zware ideologische dwang. We gingen naar de<br />

vergadering met de ingesteldheid ‘als het ons aanstaat, dan<br />

blijven we.’<br />

Goede ploeg, alles is bespreekbaar<br />

Er kruipt aardig wat werk in de Gezinsbond. Maandelijks<br />

komen we bijeen voor een bestuursvergadering, de<br />

activiteiten worden ingepland en er wordt afgesproken wie<br />

wat doet. We organiseren elk jaar o.a. een Sinterklaasfeest,<br />

nieuwjaarsreceptie, ledenfeest met brunch, een filmvoorstelling<br />

voor de kinderen, 2dehandsbeurs, fietstocht, Halloweenfeest en<br />

een heksentocht.<br />

21


Ik heb het gevoel dat ik dit mijn<br />

leven lang kan doen. Het vraagt een<br />

aanvaardbare inspanning en het is nog<br />

plezant ook! We hebben een goede<br />

ploeg van 10 bestuursleden. Alles is<br />

bespreekbaar, de inzet van elkeen<br />

is gelijk en iedereen deelt dezelfde<br />

mening dat het vrijwillig en vrijblijvend<br />

dient te gebeuren. Door mijn job als<br />

verpleegkundige werk ik soms in het<br />

weekend en als ik daardoor niet kan<br />

deelnemen aan een activiteit is dat geen<br />

probleem. Het vrijwilligerswerk past in<br />

mijn leven, mijn leven past zich niet aan<br />

mijn vrijwilligerswerk aan.<br />

De Gezinsbond (vroeger Bond<br />

voor Grote en Jonge Gezinnen)<br />

verdedigt de belangen van de<br />

gezinnen en is zeker gekend voor<br />

het boekje met kortingsbonnen<br />

dat leden jaarlijks krijgen. De<br />

Gezinsbond is wellicht ook in<br />

jouw gemeente actief met allerlei<br />

activiteiten. Ook gebeten ? Meer<br />

info vind je op www.gezinsbond.<br />

be of bij de Gezinsbond van het<br />

Gewest Turnhout, Graatakker 150<br />

bus 1, 2300 Turnhout, tel 014 41 86<br />

16.<br />

Sinds kort ben ik bestuurslid geworden<br />

van de cultuurraad Laakdal afdeling<br />

Groot- Vorst en recent heb ik mij ook<br />

als kandidaat voor het oudercomité<br />

opgegeven. Dat engagement zal tijdelijk<br />

zijn tot zolang de kinderen er naar school<br />

gaan. Of eerder, als ik er mij niet goed<br />

voel.<br />

Onder de mensen<br />

Met mijn 4 gezonde en brave<br />

kinderen voor mijn dertigste zijn<br />

mijn kinderdromen verwezenlijkt. De<br />

uitdaging rust nu in hen mooi te laten<br />

opgroeien. Moest ik de lotto winnen, ik<br />

zou niet weten wat ik ermee zou doen.<br />

De kinderen staan centraal in mijn leven.<br />

Maar na mijn zwangerschappen was ik<br />

zo blij dat ik terug onder de mensen kon<br />

zijn.<br />

22<br />

Als iets mij motiveert dan is het dat.<br />

Een groot sociaal netwerk, vrienden en<br />

familie om ons heen en er leuke dingen<br />

mee doen waar anderen ook nog bij<br />

gebaat zijn.”


23


24


Ellie Van Goethem<br />

In het modernistische huis van Ellie in Mol staat een klein,<br />

oud, houten bureautje. Het valt op omdat het passend kleine<br />

bureaulampje er een warme gloed over giet. Nog voor Ellie het mij<br />

zegt voel ik dat het een geschiedenis heeft.<br />

“Het is van mijn vader geweest. Hij zat er altijd aan te werken. Ik<br />

gebruik het nog alle dagen.”<br />

Rijk verleden<br />

Ellie vertelt het verhaal van haar ouders met een precisie die de gebeurtenissen van<br />

dik 60 jaar geleden naar gisteren brengt. Het is een verhaal op zich. Moeder, Gentse<br />

onderwijzeres en vader, germanist, waren progressief, geëngageerd en avontuurlijk.<br />

“Doordat mijn vader enkel in staatsscholen, athenea en normaalscholen lesgaf, zijn we<br />

van Gent via Blankenberge in Brussel, Bosvoorde terechtgekomen. We spreken over<br />

de periode van eind jaren ’20, tot eind jaren ’30. Mijn moeder is altijd geëngageerd<br />

geweest. Als aanhangster van de Montessori-methode was ze tegen een strenge<br />

opvoeding en stond ze zeer sceptisch tegenover het onderwijs. Uiteindelijk heeft ze<br />

mij en mijn zussen thuis les gegeven. In Blankenberge heeft ze begin jaren ’30 zelfs<br />

nog actie gevoerd tegen een stortplaats.<br />

Oorlogen<br />

Mijn vader volgde de politiek waar in die tijd de Spaanse burgeroorlog centraal stond.<br />

Hij was een overtuigde Vlaming in Brussel en hij was lid van de communistische<br />

partij. Ik herinner mij vergaderingen bij ons thuis in Brussel waarbij er vogelpik werd<br />

gespeeld op een foto van Hitler. Er logeerden bij ons leden van internationale brigades<br />

die in Spanje tegen Franco zouden gaan strijden en ook de eerste vluchtelingen uit<br />

Duitse concentratiekampen. De oorlog was nog geeneens begonnen in die tijd. Toen<br />

de oorlog uitbrak had mijn vader zoveel angst voor de Duitsers dat we allemaal op<br />

fietsen zijn gevlucht. Van Brussel naar Gent naar Blankenberge tot in Boulogne in<br />

Frankrijk en weer terug toen de Duitsers ons ingehaald hadden. Nog in de oorlog ben<br />

ik aan mijn middelbare school gestart. Ik wist al heel snel dat ik verder wou studeren<br />

en lichamelijke opvoeding wou doen.<br />

25


Les in Duitsland<br />

Wat ik ook wist, maar het hield mij niet tegen, was dat er<br />

weinig plaats is voor lesgevers LO. Ik heb van het ministerie een<br />

plaats gekregen op een militaire basis in Duitsland, in Rösrad. Ik<br />

moest er lesgeven aan kinderen van militairen. Het was er zeer<br />

militaristisch, zowel ikzelf als de kinderen moesten een uniform<br />

dragen. Ik ben er van ’52 tot ’55 geweest en ik heb er mijn man<br />

leren kennen. Hij gaf er ook les en zijn vader was ook bij de<br />

communistische partij geweest.”<br />

Ellie komt terug naar België en samen met haar echtgenoot<br />

krijgt ze 2 zonen. Wat volgt is een trektocht van de ene<br />

gemeente naar de andere op zoek naar een plaats of een<br />

benoeming in het onderwijs, net zoals haar ouders een<br />

generatie eerder deden. Haar gezin landt uiteindelijk in Mol.<br />

Vereniging voor Ontwikkelingssamenwerking Mol<br />

In Turnhout komt Ellie in contact met de socialistische<br />

partij en de turnkring. In Mol gaat ze bij SVV (Socialistische<br />

Vooruitziende Vrouwen, nu Viva-SVV). Vanuit gespreksgroepen<br />

in de scholen waar ze lesgeeft, geraakt Ellie gebeten<br />

door de derde wereld. Vanuit de VOM (Vereniging voor<br />

Ontwikkelingssamenwerking Mol), een pluralistisch platform,<br />

groeit de tweede wereldwinkel die in Vlaanderen de deuren<br />

opent in 1971.<br />

“Heel veel acties en comités zijn hieruit vertrokken:<br />

het vredescomité, Nicaraguacomité en acties tegen het<br />

apartheidsregime in Zuid-Afrika enz. Mijn man was een<br />

theoreticus, geboeid door grote betogingen, hij hield zich<br />

minder bezig met kleine dingen die mij dan weer aanspraken.<br />

Hij is snel ziek geworden en gestorven in 1973.<br />

De jaren ’80 waren een mijlpaal voor de Wereldwinkel. Wat met<br />

de beste bedoelingen amateuristisch begon, werd uitgebouwd<br />

tot een organisatie waarin alles in gezamenlijke beheerraden,<br />

open en democratisch werd ondergebracht. Ik ben trots op de<br />

rol die ik in dat proces gespeeld heb. We konden in die tijd ook<br />

beroep doen op gewetensbezwaarden. Velen ervan zijn na hun<br />

alternatieve legerdienst blijven hangen.<br />

26<br />

We hebben een prachtige Wereldwinkel. Ik hoop dat we nog<br />

lang in dit gebouw kunnen blijven. Ook nadat mijn rol is<br />

uitgespeeld.”


www.nicamol.be<br />

Ellie is niet voor één kooi te vangen. Naast haar engagement in<br />

de Wereldwinkel, haar liefde voor sporten, turnen en volleybal<br />

in het bijzonder bepaalt het Molse Nicaraguacomité een ander<br />

deel van haar leven. En ook hier is er weer een opvallende<br />

parallel met haar vader.<br />

“Na de revolutie van dictator Ortega en zijn Sandinisten tegen<br />

de pluralistische regering van Nicaragua in 1979 trokken<br />

progressieven van overal in de wereld naar Nicaragua om<br />

te gaan helpen in de strijd tegen de Sandinisten. Toen in ’84<br />

iemand van Mol met zo’n brigade mee was geweest om de<br />

bevolking te helpen tijdens de koffiepluk en hij na terugkomst<br />

zijn verhaal bracht maakte dat terstond veel indruk. Het<br />

stond vast, we zouden ons organiseren om te helpen. Een gans<br />

programma leidde tot de verzustering in ’85 met Santo Tomás,<br />

een dorpje in Chontales. Die verzustering rust op verschillende<br />

poten. Zowel vrouwenorganisaties, de kerk, jongeren, de<br />

burgemeester die de politiek vertegenwoordigt zijn betrokken.<br />

Eén van de activiteiten van de vrouwen was samenwerken<br />

aan projecten ten voordele van vrouwen en kinderen in<br />

Santo Tomás. Om de steun een structureel karakter te geven,<br />

organiseren alle vrouwenverenigingen van alle gezindheden van<br />

Mol 9 wandelingen op 9 woensdagen tijdens 9 weken van de<br />

zomervakantie in de 9 gehuchten van Mol. We doen dat al bijna<br />

25 jaar.<br />

De Viva-SVV-vrouwen doen nog bijkomende activiteiten zoals<br />

een pannenkoekennamiddag en het pioniersrestaurant.”<br />

Zonder grenzen<br />

Het engagement van Ellie kent geen grenzen. Op dit moment<br />

houdt ze zich nog het meeste bezig met de nationale<br />

organisatie “Vrienden van Cuba”. Dat resulteerde in de<br />

herdenking van de 80ste geboortedatum van Che Guevara in<br />

2008 met tal van activiteiten onder de noemer “Mol herdenkt El<br />

Che”. Ellie is ook in haar element bij betogingen zoals tegen de<br />

kernwapens.<br />

“Ik was flink de 50 voorbij toen ik opgepakt werd door de<br />

oproerpolitie tijdens een betoging tegen kernwapens in Kleine<br />

Brogel. Mijn engagement kent geen grenzen. Voor mij kan dat<br />

niet. Ik heb respect voor mensen die keuzes maken, ik kan het<br />

niet.”<br />

Wil je je ook inzetten voor het<br />

Nicaraguacomité van Mol of<br />

meer te weten komen over de<br />

stedenband tussen Mol en Santo<br />

Tomás, neem dan contact op via<br />

014 32 08 90 of nicacomitemol@<br />

hotmail.com. Het Nicacomité<br />

is gehuisvest op het Santo<br />

Tomásplein 1 in 2400 Mol. Voor alle<br />

bijkomende info: www.nicamol.be.<br />

27


28


Gerarda Hoes &<br />

Det Van Lommel<br />

Sommige dingen veranderen gelukkig nooit. Als ik speeltuin “Kinderweelde” op<br />

een zonnige woensdagnamiddag in mei van vorig jaar bezoek, loopt deze vol met<br />

uitgelaten kinderen die zich te goed doen aan de speeltuigen. Naast de moderne<br />

constructies, hebben vooral de oude klassiekers zoals dubbele schommels, wippen,<br />

draaitonnen en allerhande draai- en zwiermolens het meeste succes. Dankzij de<br />

inzet van een ganse ploeg vrijwilligers, onder de deskundige leiding van Rik Wilms<br />

blinkt deze speeltuin elk seizoen opnieuw in volle glorie. Uit de ploeg van een 20-tal<br />

vrijwilligers kozen we 2 vrouwen, met Gerarda Hoes, bijna 80, de oudste en Det Van<br />

Lommel is met haar 49 jaar de jongste.<br />

In afwachting van de aankomst van de dames vertelt Rik mij de geschiedenis van de<br />

speeltuin.<br />

Geschiedenis<br />

“Kindervreugde werd in 1959-1960 onder impuls van toenmalig onderpastoor Vennekens door vrijwilligers<br />

van alle katholieke verenigingen opgericht als een onderdeel van de vzw parochiale werken van de Dekenij<br />

Geel, afdeling Meerhout Sint-Trudo. Naast een cafetaria en een voetbalplein werden enkele zelfgemaakte<br />

speeltuigen geplaatst. In de loop van de voorbije jaren werd het speelplein uitgebouwd tot de huidige<br />

speeltuin Kinderweelde waarop nu bijna 50 verschillende speeltuigen staan. Al deze speeltuigen zijn in orde<br />

met de huidige veiligheidswetgeving en voorschriften. Door verschillende generaties vrijwilligers werd<br />

regelmatig bijgebouwd zoals een zaaltje (De Schob) waar familiefeestjes kunnen georganiseerd worden voor<br />

maximum 100 personen en een ander (Schooltje) dat voor groepen tot 50 personen dient. Ook de cafetaria<br />

werd enkele jaren terug volledig vernieuwd.”<br />

Rik maakt plaats en Gerarda begint te vertellen over hoe het vroeger was.“Ik ben sinds 1967 in de speeltuin.<br />

We waren toen met 5 vrijwilligers. Het begon toen aan mijn man gevraagd werd om mee aan de poort<br />

te staan voor het entreegeld. Ik ben dan eens mee in het café gaan helpen. Zo ben ik er van vandaag op<br />

morgen mee begonnen. De sfeer was toen heel streng. De speeltuin valt eigenlijk onder de dekenij van<br />

Meerhout en de toenmalige baas had ‘inspannen’ vooraan in zijn woordenboek staan. We moesten ons altijd<br />

maar ‘inspannen’. Het werk in de speeltuin was goed te combineren met mijn drie kinderen. Mijn man was<br />

chef garde op de trein en werkte in ploegen, ook op zondag en woensdag. Ik zette mij liever in dan alleen<br />

thuis te zitten. Op een dag is hij verongelukt door thuis van de trap te vallen. Onder de mensen zijn, op de<br />

29


30


speeltuin, werd toen nog belangrijker<br />

voor mij. Ik stond altijd aan de toog. Ik<br />

deed dat voor mijn plezier, ik kon lange<br />

dagen werken zonder dat ik er moe van<br />

werd. Op drukke dagen liepen hier wel<br />

500 kinderen rond. Ik hoop dat ik tot<br />

mijn laatste dag naar hier mag komen.<br />

Fysiek sukkel ik, maar ik ben nog goed<br />

bij mijn verstand. Ik zit nu alle dagen aan<br />

de snoepkes. Rekenen en tellen gaat nog<br />

prima!”<br />

Nostalgie<br />

Ook dat is een klassieker. In een platte<br />

kast, opgedeeld in kleine vakjes en<br />

met een glazen blad erop staan de<br />

snoepjes uitgestald. Kinderen wachten<br />

vol ongeduld tot het hun beurt is om te<br />

kiezen. Gerarda houdt er de wacht en telt<br />

en puzzelt mee met de kinderen tot het<br />

budget opgebruikt is.<br />

Het verbaast niet dat het hier net<br />

de speeltuigen van vroeger zijn die<br />

vandaag nog het meeste succes hebben.<br />

Vele ouders van nu waren toen zelf<br />

kinderen en herbeleven hun eigen jeugd.<br />

De formule is nagenoeg ongewijzigd<br />

gebleven. Voor 1 euro krijg je een ganse<br />

dag speelpret. De speeltuin opent elk<br />

jaar bij het begin van de paasvakantie<br />

of ten laatste op 1 april en doet zijn<br />

deuren toe op 30 september. In oktober<br />

breken de mannen de speeltuigen af en<br />

krijgen ze een onderhoudsbeurt of een<br />

lik verf. De terreinen worden het jaar<br />

door onderhouden en dat dat met zorg<br />

gebeurt, is er aan te zien.<br />

Det vult het verhaal verder aan: “We<br />

krijgen veel hulp van de gemeente.<br />

Ze komen hier onder andere het gras<br />

afrijden. Zelf maak ik nu al 6 jaar deel<br />

uit van de ploeg. Toen Rik het hier in<br />

handen nam, moest hij een nieuwe<br />

ploeg samenstellen en hij is het ook aan<br />

mij komen vragen. Ik heb toen meteen<br />

gezegd dat ik het wel wou doen maar<br />

niet elke dag. In de schoolvakanties is<br />

de speeltuin alle dagen open, anders<br />

enkel op woensdagnamiddag en in het<br />

weekend. Het moet plezant blijven. Rik<br />

heeft een schema uitgewerkt zodat het<br />

werk afwisselend is ; dan eens aan de<br />

poort, of aan de toog. Iemand opent, een<br />

ander sluit. Het is haast als een bedrijfje<br />

georganiseerd. We hebben ook een goede<br />

groep, we komen goed overeen. Iedereen<br />

doet wat hij of zij kan en we springen<br />

voor elkaar in waar het nodig is. Veel<br />

handen maken zwaar werk licht.”<br />

Er zijn in verschillende gemeenten<br />

van de Kempen speeltuinen. Voor<br />

meer info kan je terecht bij de<br />

gemeentelijke diensten of bij<br />

de lokale toeristische dienst.<br />

Wil je vrijwilliger worden bij<br />

Kinderweelde in Meerhout,<br />

Speeltuinstraat, neem contact<br />

op met Rik Wilms, 014 30 34 07 of<br />

rikwilms@tele2allin.be.<br />

Meer info vind je ook op<br />

www.kinderweelde.be.<br />

31


32


Ine Theunissen<br />

“Hoe kan ik mij voorbereiden ?” vraagt een opvallend spraakzame<br />

Ine Theunissen mij als ik telefonisch met haar afspreek. “Niet,” zeg<br />

ik, “je moet enkel jezelf zijn.”<br />

Enkele dagen later dien ik mij aan bij Ine thuis in Westerlo. Mijn<br />

jongste zoon van 9 maanden is erbij. Hij zit in een periode van<br />

eenkennigheid en zet zijn keel al open als een vreemd gezicht<br />

hem aankijkt. Ine neemt hem meteen op schoot. Hij laat het toe,<br />

meer nog, hij joelt, kraait, knuffelt en speelt. Hij voelt zich thuis<br />

en vertrouwd. “Kinderen voelen het meteen als iemand positieve<br />

energie in zich draagt,” zegt Ine.<br />

Respect<br />

“Ik heb mij altijd al, van kindsaf, ingezet voor de 3e wereld. Ik had een nonkel witte<br />

pater in Congo. Op familiefeesten mochten de kinderen de bar doen en op die manier<br />

verdienden we een centje voor nonkel Karel. Als kind, toen ik een jaar of 8 was, wou<br />

ik al lekenhelpster worden. Dat is er wel uitgegroeid maar ook in het middelbaar en<br />

hoger onderwijs heb ik mij altijd ingezet voor de goede zaak. Voor mij ging het er<br />

steeds om dat anderen er beter van werden. Na mijn opleiding sociaal assistent ben<br />

ik in de personeelszaken terechtgekomen. Ik ben 12 jaar personeelsverantwoordelijke<br />

geweest. In 2000 ben ik door een “burn-out” gestopt met werken. Die “burn-out”<br />

had twee redenen. Ten eerste, klassiek verhaal bij een “burn-out”, mijn grenzen niet<br />

kennen. En ten tweede, de manier waarop mensen met elkaar omgaan. Hoe ze niet<br />

respectvol met elkaar omgaan. Op een personeelsdienst is het sowieso moeilijk voor<br />

iedereen goed te doen. De cijfers zijn er heel belangrijk. Ik moest bijvoorbeeld iets<br />

doen aan het ziekteverzuim. Mijn instinct vraagt dan om de mensen te helpen, naar<br />

hun verhaal te luisteren. Het druiste allemaal erg in tegen mijn persoonlijkheid. Ik<br />

ben er helemaal leeggezogen.”<br />

Wat volgt is een periode van herstel. Georganiseerd vrijwilligerswerk was niet meteen<br />

aan de orde voor Ine maar hier en daar toonde ze wel engagement, in de school van<br />

de zoon, het oudercomité, enz.<br />

“Ik ben altijd de organisator. Als ik dingen verkeerd zie lopen, als ik wantoestanden<br />

zie, dan kan ik dat niet laten gebeuren. Nooit. Nergens. Ik leg snel goede contacten,<br />

in elk geval toch met mensen die op een positieve manier in het leven staan of met<br />

mensen die het moeilijk hebben. Dan wil ik een luisterend oor zijn.<br />

33


Waardigheid<br />

Ik ben terug gaan studeren in 2001.<br />

Gezondheidstherapeut in Antwerpen en<br />

de herboristenopleiding in Hasselt. Ik heb<br />

nu mijn eigen praktijk waar ik mensen<br />

op een zachte, natuurlijke manier tracht<br />

te begeleiden op weg naar gezondheid. Ik<br />

heb altijd interesse gehad in natuurlijke<br />

geneeswijzen. Vooral sinds het overlijden<br />

van mijn moeder in mijn studententijd,<br />

na een periode van zware medicatie en<br />

erg veel pijn.<br />

Wereldwinkel<br />

Het belangrijkste voor mij, in alles wat<br />

ik doe, is iets te kunnen bijbrengen aan<br />

de levenskwaliteit van mensen. Dat is<br />

ook zo in de Wereldwinkel in Westerlo.<br />

Het werk van Wereldwinkel is een<br />

kleine druppel op een hete plaat maar<br />

mensen in hun waardigheid laten en<br />

op een respectvolle manier behandelen,<br />

hen de kans geven een eigen leven op<br />

te bouwen, dat is mijn motivatie. Ik<br />

kan mij hier veel meer in vinden dan<br />

in liefdadigheid, dat gericht is op louter<br />

geven.<br />

Het persoonlijke voordeel voor mij is<br />

dat ik in de Wereldwinkel ‘op afstand’<br />

kan werken. Ik ben te gevoelig voor<br />

het echte gezicht van de ellende in de<br />

3e wereld, een inleefreis is voor mij<br />

momenteel onmogelijk. Het zou veel te<br />

diep binnenkomen.<br />

Ik ben stilaan in de Wereldwinkel gerold,<br />

van een klein beetje tot vrij, zelfs heel<br />

actief. Ik vind het heel leuk, ik organiseer<br />

graag. We werken met een groep mensen<br />

voor hetzelfde doel. Ik hou er ook van<br />

34


om mensen te overtuigen, de zaken<br />

goed uit te leggen en anderen op een<br />

zo respectvolle en zo correct mogelijke<br />

manier te benaderen. Ik ga ervan uit dat<br />

mensen zijn zoals ze zijn en dat daar<br />

een reden voor is. Ik probeer daar begrip<br />

voor te hebben. Veroordelen probeer<br />

ik te vermijden,want dat maakt veel<br />

kapot. Een goed contact wordt er ook<br />

onmogelijk door gemaakt.<br />

De Wereldwinkel openhouden op zich<br />

vind ik best leuk, de filosofie die erachter<br />

zit des te meer. De activiteiten dienen<br />

ook maar voor het groter geheel, niet<br />

voor de activiteit op zich. Dat grotere<br />

geheel, de totaliteit, is voor mij van<br />

belang en dan gaat het ook over zich<br />

solidair, respectvol, sociaal en correct<br />

voor anderen inzetten binnen een (liefst<br />

warme) groep.”<br />

mij maar ik slaag er steeds beter in. Ik<br />

vind wat ik doe niet zwaar, juist omdat<br />

ik het zo graag doe. Indien het niet leuk<br />

was zou ik er zoveel energie niet kunnen<br />

insteken.”<br />

Mijn zoon heeft inmiddels enthousiast<br />

een flesje kruidenthee naar binnen<br />

gewerkt. Ine geeft me een voorraadje<br />

mee voor thuis. Het is groene rooibos,<br />

goed voor van alles en nog wat en ik<br />

geloof het zonder meer. ’s Anderendaags<br />

wil ik hem nog eens thee geven maar<br />

hij wil het niet drinken. Neen, geen thee<br />

zonder Ine.<br />

Lierse<br />

“Mijn man en mijn zoon zijn totaal niet<br />

geëngageerd. Ja, toch, in voetbal. Mijn<br />

zoon is keeper bij de U15 van SK Lierse<br />

en mijn man is zijn mentale coach en<br />

chauffeur van dienst. Al hun vrije tijd<br />

gaat naar het voetbal. De combinatie van<br />

mijn engagement met mijn gezin is nooit<br />

een probleem geweest. Ik ben niet het<br />

huishoudelijke type, de strijk mag al eens<br />

blijven liggen. De eindejaarsperiode is<br />

wel altijd een erg drukke periode voor de<br />

Wereldwinkel. Dan durven mijn mannen<br />

al eens een opmerking geven. Dat<br />

compenseer ik achteraf met een periode<br />

van minder engagement in januari.<br />

Het komt er trouwens altijd op neer<br />

grenzen te bewaken in het leven. Dat ik<br />

daar van nature niet zeer sterk in ben<br />

heeft mijn “burn-out” mij met scha en<br />

schande geleerd. Het blijft moeilijk voor<br />

Wil je de hete plaat mee helpen<br />

bedruppelen ? Loop dan gerust<br />

binnen bij je lokale Wereldwinkel.<br />

Meer algemene informatie vind<br />

je bij Oxfam-Wereldwinkels vzw,<br />

Ververijstraat 17, 9000 Gent,<br />

09 218 88 99 of www.oww.be.<br />

35


36


Josepha Boogaerts<br />

Chiro bestaat 75 jaar. Voor die gelegenheid mochten de<br />

kookmoeders van de Chiro van Gierle op uitstap naar een groot<br />

feest in Brugge. Ze waren – op aanbeveling van de lokale leiding<br />

– genomineerd in verschillende categorieën waaronder die van<br />

meest creatieve kookploeg en kookmoeder met de langste staat van<br />

dienst. Ze zijn met de zilveren medaille naar huis teruggekeerd in<br />

die laatste categorie. In de ploeg zit een kookmoeder met 40 jaar<br />

dienst, net geklopt door een flinke dame van 85 uit Laakdal met 42<br />

jaar kookmoederervaring.<br />

Onder de mensen<br />

“Onze 5 kinderen waren bij de Chiro<br />

en gingen aansluitend in de leiding.<br />

Mijn man was bakker en ik deed de<br />

broodronde. Ik was altijd al onder<br />

de mensen. Op een keer ergens in de<br />

tweede helft van de jaren ‘80, belde een<br />

dochter van ons van op een kamp dat<br />

in volle gang was. De broer van een van<br />

de kookmoeders was gestorven en de<br />

moeder in kwestie had het kamp moeten<br />

verlaten. Of ik niet wou komen helpen.<br />

Mijn man en ik waren toen 2 jaar uit de<br />

bakkerij en een zus van mij, de moeder<br />

van voetbalcoach Walter Meeuws, ging<br />

al langer mee op kamp. Ik ging uit nood<br />

helpen en ik ben er gebleven. Ik ga nu al<br />

25 jaar mee.”<br />

Koken op kamp<br />

De Chiro van Gierle leeft. Er gaan<br />

gemiddeld zo’n 230 deelnemers mee op<br />

10-daags kamp. Elke 3 jaar wordt er een<br />

buitenlands “klein kamp” georganiseerd<br />

voor alle leden vanaf 13 jaar. De jongere<br />

kinderen trekken er dan vòòr het “klein<br />

kamp” al op uit. In zo’n jaar doen veel<br />

kookmoeders een dubbele shift en gaan<br />

ze twee keer mee.<br />

“Vroeger was het behelpen met wat we<br />

hadden. Het was soms pierken dun. Nu<br />

is er meer variatie in het eten. Elke dag<br />

wordt er lekker gekookt. Eerst verse soep,<br />

vervolgens een hoofdschotel en dan een<br />

dessertje. We stellen alles in buffetvorm<br />

op want de ene lust dit niet, de andere<br />

dat niet. Op die manier is er keuze en<br />

gaat er minder verloren.”<br />

Josepha houdt een schriftje bij met<br />

daarin handige tips (hoe kook je immers<br />

spaghetti voor 230 man zonder mee in<br />

de pot te belanden?) en indrukwekkende<br />

boodschappenlijstjes, waarvan dit er<br />

slechts een greep uit is. O.a. nodig voor<br />

één kamp:<br />

37


38<br />

500 liter melk, 1080 eieren, 45 kg<br />

gehakt, 33 kg spek, 70 kg wortelen, 500<br />

appels, 14 kg bakboter, 14 broodkazen,<br />

425 bakworsten, 350 kg aardappelen,<br />

40 bloemkolen, 250 appelsienen, 260<br />

nectarines, 130 doosjes smeerkaas en 30<br />

broden/maaltijd.<br />

10 kleinkinderen mee op kamp<br />

“Ik heb van in het begin alles wat<br />

ik belangrijk vond opgeschreven.<br />

Hoeveelheden, manieren van bereiden,<br />

enz. We leerden veel uit ondervinding.<br />

Stilaan is het materiaal ook steeds<br />

beter geworden. Nu kunnen we de<br />

aardappelen koken in grote potten met<br />

onderaan een kraantje om het water<br />

af te laten. Dat zorgde meteen voor<br />

een veiliger werkomgeving. Ik heb een<br />

tijdlang de leiding van de kookploeg op<br />

mij genomen. Iemand moet de leiding<br />

en de verantwoordelijkheid op zich<br />

nemen. Ervoor zorgen dat de bestellingen<br />

kloppen, dat het vlees voor de volgende<br />

dag uit de diepvriezers wordt gehaald en<br />

zo.<br />

Na het kamp van 2003 ben ik evenwel<br />

2 jaar gestopt om voor mijn zieke man<br />

te zorgen. Ik had toen 10 van mijn 13<br />

kleinkinderen mee op kamp. Toen mijn<br />

man overleden was hebben ze het mij<br />

opnieuw gevraagd of ik mee wou gaan.<br />

Ik heb daar dan met mijn kinderen over<br />

gesproken en ze zeiden ‘ga maar moeder,<br />

je leeft er van op’. Sinds 2005 ga ik weer


mee. Ik ben er eigenlijk nooit helemaal<br />

uit geweest. In de 2 jaar dat ik er niet bij<br />

was, ben ik telkens voor een paar dagen<br />

op bezoek gegaan.”<br />

En na de dagtaak...<br />

De Chiro van Gierle kan beroep doen<br />

op 9 kookmoeders. ’s Avonds, als het<br />

werk van de afgelopen dag gedaan is en<br />

de nieuwe dag is voorbereid, wordt er<br />

gekaart.<br />

“Vroeger sliepen we mee in tenten, de<br />

laatste jaren wordt er voor ons een<br />

chaletje of andere vorm van onderdak<br />

voorzien. We lachen wat af onder<br />

elkaar. Toen we in tenten sliepen<br />

was Gusta eens in het donker van de<br />

nacht gestruikeld op weg naar het wc.<br />

Resultaat was een gebroken pols en de<br />

aanschaf van een oude wc-emmer om<br />

soortgelijke ongevallen in de toekomst te<br />

vermijden.<br />

Ik herinner mij ook nog van het<br />

allereerste kamp dat het op een nacht<br />

vreselijk onweerde. De kampplaats was<br />

gelegen aan een voetbalplein. Er hadden<br />

die nacht zoveel kindjes van de schrik in<br />

hun slaapzak geplast dat we de gewassen<br />

slaapzakken ‘s anderendaags aan de<br />

goalen van het voetbalveld hebben<br />

gehangen. De wasjes en de plasjes<br />

tussendoor, daar zorgen we ook voor.<br />

Het is een groot plezier om tussen de<br />

jeugd te zitten. Ik moet steeds meer<br />

moeite doen om tegen het lawaai te<br />

kunnen maar dat ongemak weegt niet op<br />

tegen het plezier. Ik kijk er elk jaar naar<br />

uit om weer mee te gaan. Ik hoop dat ik<br />

nog vele jaren mee kan gaan.”<br />

Je mag maar moet geen<br />

kinderen of kleinkinderen in<br />

de jeugdvereniging hebben<br />

om je pollepel bij te dragen.<br />

Naast kookmoeders kunnen<br />

jeugdverenigingen allerlei<br />

vrijwilligers gebruikers voor hun<br />

activiteiten.<br />

Neem contact op met de leiding<br />

van de jeugdvereniging in je<br />

gemeente. Je vindt hun gegevens<br />

ook via de jeugddienst van elke<br />

gemeente.<br />

39


40


Lieselotte Bartels<br />

Putje zomer 2008 spreek ik af met Lieselotte Bartels. Zoals bij<br />

zoveel gezinnen met grote kinderen is het huis in de zomervakantie<br />

een draaischijf van komen en gaan. De ouders zijn op vakantie, de<br />

zoveelste pizza schuift in de oven, broer en zus Bartels maken zich<br />

op voor hun – verschillend – kamp met KAZOU, vroeger Jeugd en<br />

Gezondheid van de CM, Katholieke Ziekenkas Op Uitstap voor de<br />

vrienden.<br />

Lieselotte is met haar 23 jaar de jongste vrijwilligster uit onze reeks, bij KAZOU mag<br />

ze zich al tot de anciens rekenen. KAZOU richt zich tot valide kinderen tot 18 jaar.<br />

Daarnaast richten zij zich ook nog tot mindervalide kinderen en volwassenen.<br />

KAZOU organiseert uitstappen, vakanties en kampen in elke schoolvakantie. Het<br />

aanbod is uitgebreid en richt zich zo goed mogelijk tot de verschillende doelgroepen.<br />

Intense inzet<br />

“Ik richt mij vooral tot kinderen en volwassenen met een handicap zoals bijvoorbeeld<br />

een kamp voor gedragsgestoorde kinderen met hun broertjes of zusjes. Zo’n kamp is<br />

uiteraard zeer intens en de begeleiding is navenant.”<br />

De goede begeleiding, structuur en de duidelijk hiërarchie van de verantwoordelijken<br />

maken dat de KAZOU-machine geolied draait. Je kan namelijk niet zomaar mee als<br />

begeleider van zo’n kamp. Alle vrijwilligers volgen een traject van instroomcursus<br />

tijdens een weekend of de basiscursus van een week en als laatste een stagekamp. Na<br />

elke fase staat het de kandidaat-animator vrij om af te haken of verder te gaan. Indien<br />

de eindevaluatie van de kandidaat positief is krijgt deze een attest, het brevet van<br />

monitor.<br />

Eens dat brevet op zak, kiest de vrijwilliger vrij welke kampen hij of zij wil begeleiden.<br />

“Elk jaar komen er in totaal 100 à 120 monitoren bij, er vallen er jaarlijks ook veel af.<br />

Het zijn allemaal jonge mensen die als vrijwilliger meegaan. Van zodra die gaan<br />

werken is het moeilijker om een al beperkt aantal verlofdagen op te geven voor de<br />

kampen. Het wordt al helemaal moeilijk als er een partner of kinderen bijkomen.<br />

41


42


De ‘oudere’ vrijwilligers zijn dan ook<br />

meestal werkzaam in het onderwijs<br />

of in de zorgsector. Ik heb zelf<br />

kleuteronderwijs gedaan, al heb ik lang<br />

getwijfeld om opvoedster te worden voor<br />

mensen met een handicap. Het besef dat<br />

het tijdens de kampen allemaal leuk is,<br />

ontspanning en vakantie en dat het leven<br />

in een instelling veel complexer is dan<br />

wat ik zie, deed mij ervoor kiezen om het<br />

als hobby te houden en niet als job.”<br />

“Ik heb altijd een heel druk leven gehad,<br />

veel babysitten, bij de scouts als lid,<br />

gitaar spelen … Kortom, geen tijd genoeg<br />

om alles te kunnen doen. Ik had van<br />

de kampen gehoord via mijn ouders<br />

en oudste broer die ook monitor zijn<br />

geweest maar ik deed er verder niets<br />

mee. Tot een goede vriend er mij over<br />

aansprak, mijn interesse gewekt was<br />

en ik samen met mijn jongste broer de<br />

cursus gevolgd heb. Ik was 19, mijn broer<br />

17. Het was de bedoeling dat ik maar 1<br />

kamp zou doen in de zomervakantie, ik<br />

deed uiteindelijk 4 kampen deze zomer.<br />

Ze duren een week à 10 dagen. Thuis<br />

vinden ze het aan de ene kant wat veel,<br />

anderzijds vinden ze het ferm dat we ons<br />

inzetten.”<br />

Wil je meer te weten komen over<br />

het monitor-zijn bij KAZOU ?<br />

Schrijf je dan in voor één van<br />

de basiscursussen. Ze geven je<br />

de kriebels en leren je buiten je<br />

creatieve grenzen te kleuren!<br />

Neem contact op met het verbond<br />

van de regio waar je woont. Voor<br />

de Kempen is dat Kazou Turnhout,<br />

Korte Begijnenstraat 22, 2300<br />

Turnhout, tel 014 40 34 81 of<br />

kazou.turnhout@cm.be. Deze en<br />

meer informatie vind je ook op<br />

www.kazou.be.<br />

Vakantie<br />

“Uitleven, er zijn voor de gasten en<br />

vooral gek doen dat is voor mij echt<br />

vakantie! Doordat ik steevast voor<br />

de personen met een verstandelijke<br />

handicap kies zijn de kampen zeer intens.<br />

Ik krijg zoveel vriendschap van die gasten<br />

en hun spontaniteit en eerlijkheid is zo<br />

hartverwarmend dat ik elke keer weer<br />

zeg ‘ik kom zeker terug’.”<br />

43


44


Lieve Leppens<br />

In de schaduw van het stadspark in Turnhout staan enkele stevige<br />

appartementsblokken. Ze verzamelen een bonte mengeling van<br />

bewoners. Op het gelijkvloers, met het stadspark als het ware als<br />

tuin, woont Lieve Leppens met haar echtgenoot. Hij is conciërge<br />

voor de blokken en klusjesman van dienst.<br />

Voor mij zit een knappe en dynamische vrouw die gemakkelijk tien<br />

jaar van haar leeftijd kan liegen. En toch...<br />

Nuttig zijn onder de mensen<br />

“Ik kom uit een moeilijke periode. In 2006 heb ik mijn job verloren na 15 jaar dienst.<br />

Ook al was het een aangekondigd ontslag, ik stond meteen voor het zwarte gat. Voor<br />

mij begon een zoektocht naar mij zinvol bezighouden en onder de mensen zijn. De<br />

overgang van actief naar non-actief was een grotere slag dan ik vermoed had. Het<br />

idee om niets meer waard te zijn, niet meer nuttig te zijn, het was zwaar om dragen.”<br />

Lieve bleef evenwel niet bij de pakken zitten, bekeek het aanbod aan vrijwilligerswerk<br />

en stapte de Wereldwinkel van Turnhout binnen.<br />

“Ik ben gewoon gaan vragen of ze nog mensen nodig hadden. Na mijn proefperiode<br />

van 3 maanden was het wederzijdse vertrouwen groot genoeg om er te blijven. Ik sta<br />

er nu in de winkel en wanneer nodig (b.v. om cadeautjes te verpakken) steek ik een<br />

extra handje toe.”<br />

Het engagement van Lieve in de Wereldwinkel was nog maar het begin van wat nu<br />

uitgegroeid is tot een stevig gevulde agenda.<br />

Allochtone vrouwen leren fietsen<br />

“Een tijd geleden zocht Vormingplus Kempen vrijwilligers om allochtone vrouwen te<br />

leren fietsen. Ik heb daar op gereageerd. Dat was zo’n leuke ervaring. De vrijwilligers<br />

kregen een initiatieles van Pro-Vélo, want ja, het is niet omdat je zelf kan fietsen dat<br />

je een volwassene ook kan leren fietsen. Dat gaat zeer moeizaam. Kleuters kennen<br />

geen gevaar en trappen maar, voor een volwassene is de combinatie van coördinatie,<br />

evenwicht en durf echt niet evident.<br />

45


De cursus bestond uit 5 voormiddagen.<br />

Als eerste les: rondwandelen met de<br />

fiets aan de hand. Tweede les: op en<br />

van de fiets stappen en stilaan leren<br />

fietsen. Derde les: een beetje mechaniek,<br />

wat is de ketting, de dynamo, hoe<br />

werkt het stuur. En zo ging het verder.<br />

De preventiedienst van de politie<br />

van Turnhout stelde minifietsjes ter<br />

beschikking.<br />

Hoewel ik er als lesgever voor anderen<br />

optrad, heb ik zelf ook erg veel geleerd.<br />

De lesdagen waren erg vrolijke dagen<br />

en sleurden mij uit de moeilijke periode<br />

waar ik nog in zat. De contacten met de<br />

allochtone vrouwen waren bovendien<br />

ook erg waardevol. Ik haalde er veel<br />

voldoening uit. Ook al waren de lessen<br />

geen blinkend succes, af en toe kom ik<br />

nog eens één van mijn cursisten tegen,<br />

op de fiets. Het zou kunnen dat Viva-<br />

SVV, de vrijetijdsorganisatie van de<br />

socialistische mutualiteit in de toekomst<br />

deze cursussen ook gaat inrichten. Ik zal<br />

dan weer kandidaat zijn!”<br />

hoorde van die job via iemand in mijn<br />

linedancegroep. Zo’n opdrachten zijn<br />

nogal gegeerd en ik ben naar de directeur<br />

toe gestapt en heb gezegd ‘ik kom hier<br />

zitten en mij verkopen voor die job.’ Het<br />

heeft in ieder geval gewerkt. Het leven<br />

moet je zelf zoeken, het komt niet op een<br />

presenteerblaadje naar je toe.”<br />

“Ik droom er van om mijn eigen zoon en<br />

schoondochter kinderen te zien krijgen.<br />

Onze 4 kleinkinderen komen allemaal<br />

van de kant van mijn tweede man. Mijn<br />

zoon is zeer gedreven en geëngageerd.<br />

Hij geeft les in het vijfde leerjaar van een<br />

stadsschool in Antwerpen waar een grote<br />

concentratie aan allochtone leerlingen<br />

zit. Zijn vriendin is trouwens doventolk.<br />

Afgelopen zomer heeft hij Levis zover<br />

gekregen om 1000 liter verf te schenken<br />

aan de school en hij is er nagenoeg de<br />

ganse vakantie samen met zijn collega’s,<br />

ouders en andere vrijwilligers aan het<br />

schilderen geweest. ‘Jongen,’ zeg ik dan,<br />

‘het is vakantie.’ En hij dan: ‘Ja mama,<br />

van wie zou ik het hebben...’”<br />

46<br />

Weegmoeder bij Kind en Gezin<br />

Naast de Wereldwinkel en zo nu en dan<br />

tijdelijke initiatieven kan je Lieve twee<br />

keer per maand als weegmoeder bij de<br />

Kind en Gezinsafdeling van de Voorzorg<br />

in Turnhout vinden.<br />

“Recent doe ik ook een PWA-job bij de<br />

muziekacademie. Ik doe er vanaf 15u45<br />

opvang van de kindjes die aansluitend op<br />

de schooldag naar de academie komen.<br />

Ik begeleid de kleintjes ook bij hun<br />

verdriet en pijntjes. Op zaterdag zit ik<br />

op het bureel om de boel in de gaten te<br />

houden en zorg ik na de laatste les dat<br />

de gebouwen veilig zijn afgesloten. Ik<br />

Heb je op regelmatige basis enkele<br />

uurtjes de tijd en heb je zin om<br />

ouders en hun baby’s te begeleiden<br />

bij hun bezoek aan Kind en Gezin<br />

en de kindjes te wegen en te meten,<br />

neem dan contact op met Kind<br />

en Gezin Provincie Antwerpen,<br />

Lange Kievitstraat 111/113 bus<br />

32, 2018 Antwerpen, tel 03 224 61<br />

01 of antwerpen.secretariaat@<br />

kindengezin.be. Je vindt zeker<br />

een afdeling bij jou in de buurt.<br />

Meer informatie vind je ook op de<br />

website van Kind en Gezin, www.<br />

kindengezin.be.


47


48


Lisette Van Gorp<br />

Eén van de lekkerste afspraken heb ik bij Lisette Van Gorp uit<br />

Rijkevorsel. Omdat we kort na de middag afspreken staat de tafel<br />

onverwachts gedekt. Echtgenoot Stannie schuift mee aan en ook<br />

Lina, de pas uit het asiel geadopteerde loebas die op sneltempo<br />

bekomen is van jarenlange verwaarlozing, vat strategisch post naast<br />

Lisette.<br />

“Allez, dat ge daar nu voor bij mij komt. Anderen hebben er zoveel<br />

meer recht op om hun verhaal te doen. Mensen die naar bejaarden<br />

gaan en zo, die zijn toch veel meer waard. Ik doe enkel leuke<br />

dingen.”<br />

Ik leg uit dat diegenen die naar de bejaarden gaan ook in het boek komen en dat zij<br />

dat dan weer leuk vinden. Ieder verhaal is even veel waard. Het gaat om de inzet, om<br />

vrijwillig dingen doen voor anderen. Elk zijn goesting en gelukkig doen we allemaal<br />

verschillende dingen graag.<br />

En dan begint het verhaal bij het begin.<br />

‘Ik heb – voor die tijd – heel laat één kind gekregen op mijn 36ste, mijn moeder was 71,<br />

te oud om voor de kleine meid te zorgen en kinderopvang bestond nog niet. Ik werkte<br />

in de sigarenfabriek. Doordat het minder goed ging in de fabriek heb ik mijn ontslag<br />

gekregen en kon ik zo, na 22 jaar dienst, stempelen. Ik ben eerst terechtgekomen in de<br />

Vrouwengilde als kernlid. In de loop der jaren heb ik er leren naaien en toen er bij de<br />

werklozenwerking van het ACV een lesgeefster wegviel heb ik het aangedurfd om die<br />

lessen op mij te nemen. Ik ben nogal moedig in die dingen, ik durf veel en zelfs al was<br />

ik geen gediplomeerd lesgeefster, ik heb het toch 20 jaar als vrijwilligster gedaan.<br />

Spek en eieren<br />

Rond dezelfde tijd is mijn man, een postbode, bij de KWB gegaan. Hij is een echte<br />

werker, een betrouwbare doener. Hij is ook al 20 jaar bestuurslid van het buurtcomité<br />

dat al meer dan 50 jaar bestaat en het is hier heel normaal dat de partner ook<br />

meehelpt. Elk jaar werken we zeer intensief voor de “Spek en Eieren”. Onder die<br />

naam houden we in de zomer, in een grote tent in de wei, een 14-daagse boordevol<br />

activiteiten voor jong en oud. Het is altijd hard werken maar voor velen onder ons<br />

het hoogtepunt van het jaar!<br />

49


50<br />

Toen mijn man (manusje van alles) in<br />

2004 op pensioen ging is hem gevraagd<br />

om het molenhuisje bij de molen van<br />

Rijkevorsel op vrijwillige basis te helpen<br />

metsen en dat heeft hij gedaan. Het VVVkantoor<br />

van de toeristische dienst van<br />

de gemeente beheert de molen en het<br />

is op die manier dat ik met het VVV in<br />

contact gekomen ben. Mijn man is dan<br />

bij de VVV gegaan. En zoals altijd wordt<br />

er van de wederhelft een helpende hand<br />

verwacht bij allerlei activiteiten rond en<br />

om de molen en bij vele activiteiten die<br />

de VVV organiseert. Zo komt het dat ik<br />

al verschillende wandelingen gegidst heb.<br />

Het enige probleem dat ik heb is dat ik<br />

geen schoon AN spreek.”<br />

Wandelend toneelspel<br />

Het kan geen probleem genoemd<br />

worden. Lisette spreekt dan wel het<br />

dialect van de streek, doorspekt van<br />

woorden en termen die je nergens<br />

anders hoort, die je zelfs hier zelden<br />

nog hoort. Maar ze doet dat krachtig<br />

en verstaanbaar. Als het maar even kan<br />

maakt Lisette van de wandelingen een<br />

wandelend toneelspel. En dan komt haar<br />

eindeloze, sappige woordenschat pas<br />

echt tot haar recht. Ze zoekt een rode<br />

draad uit oude verhalen en vertelt deze<br />

op gepaste locaties tijdens de wandeling.<br />

Ze leert mij dat “Den brandende scheper”<br />

van Hendrik Conscience al het voorwerp<br />

uitmaakte van een vertelwandeling.<br />

Conscience situeerde dat verhaal in<br />

Rijkevorsel.<br />

Aster Berkhof<br />

Lisette heeft ook al verschillende keren<br />

de Aster Berkhofwandeling gegidst.<br />

Aster Berkhof is, net als Lisette, geboren<br />

en getogen op de St-Jozefparochie van<br />

Rijkevorsel. Lisette is een grote fan en<br />

een kenner van alle werken van Berkhof.<br />

Ze vindt het dan ook een eer om deze<br />

wandeling te mogen gidsen.<br />

Het hart van Lisette gloeit voor het<br />

toneelspel “Duivelse molens” dat ze zelf<br />

, samen met twee andere medespelers<br />

geschreven heeft en in november 2008<br />

met hun gezelschap van zeven leden<br />

in het molenhuisje opgevoerd hebben.<br />

Terstond wordt de tekst aan mij<br />

voorgedragen en word ik meegesleept in<br />

de volkse warmte van weleer.<br />

Gedroomde schrijfster<br />

Lisette droomde ervan schrijfster te<br />

worden maar spijtig genoeg is dat niet<br />

gelukt.<br />

“Ik heb in 2004 al wel 2 verhalen<br />

geschreven over vroeger. Het eerste heet<br />

“Zwoegen en zwijgen” en gaat over de<br />

periode waarin ik als 14-jarig meisje ben<br />

gaan “dienen”. Sint-Jozef-Rijkevorsel werd<br />

vroeger beschouwd als een gemeente<br />

van arme mensen. Dat kwam omdat<br />

de steenfabrieken aan het kanaal een<br />

mengeling van arme mensen aantrokken<br />

als werknemers. Van heinde en verre<br />

kwamen de mensen te voet werken in de<br />

cementfabriek en in de steenfabrieken.<br />

Ze bleven in de buurt wonen en zo is<br />

de Sint-Jozefparochie 100 jaar geleden<br />

ontstaan. Er was veel armoede maar<br />

ik herinner mij ook veel plezier en de<br />

verhalen die avond na avond verteld<br />

werden rond de stoof. Als klein meisje<br />

was ik hier zeer door geboeid en ik<br />

ken ze nog allemaal uit het hoofd. Mijn<br />

fascinatie voor oude verhalen en ze


tot leven brengen komt ongetwijfeld<br />

nog van die tijd. Het tweede verhaal<br />

gaat over de tweede wereldoorlog en<br />

de miserie die mijn familie, de familie<br />

Van Gorp, heeft meegemaakt. Beide<br />

verhalen zijn gepubliceerd , één in het<br />

jaarboek 2006 van de Heemkundige<br />

kring van Rijkevorsel , het andere in het<br />

jaarboek 2007 van Beerse. Ik heb deze<br />

verhalen ook al dikwijls verteld tijdens<br />

ontmoetingsnamiddagen en avonden<br />

van OKRA , KVLV , KAV, en ook voor<br />

het Davidsfonds, in de twee rusthuizen<br />

hier in Rijkevorsel, op lagere scholen<br />

enzovoort. De reacties zijn altijd zeer<br />

enthousiast en positief, de kindjes<br />

luisteren muisstil. Omdat ik tenslotte<br />

maar tot mijn 14 jaar naar school geweest<br />

ben, ben ik daar toch wel trots op.<br />

Als geroepen schuift Stannie weer aan<br />

tafel. In zijn kielzog trouwe Lina. Een<br />

lekker taartje sla ik niet af.<br />

Lisette besluit smakelijk “Ons eerste<br />

kleinkind is op komst en dat zal een<br />

nieuwe uitdaging in ons leven worden.<br />

Ook dàt vrijwilligerswerk zullen we er<br />

met veel liefde bij doen.”<br />

Zin om je creativiteit ook een<br />

plaats te geven ? Neem zeker<br />

contact op met de toeristische<br />

dienst, VVV-kantoor of culturele<br />

dienst van je gemeente.<br />

51


52


Marie-Augustine<br />

Diouf<br />

Elk vrouw is een verrassing wanneer ik haar bezoek. Ik weet<br />

Saridjé<br />

meestal weinig over haar en laat mij meenemen in haar verhaal.<br />

De telefonische afspraak is een formaliteit die weinig onthult.<br />

Tenminste, zo is het telkens gegaan tot ik Marie-Augustine Diouf<br />

belde. Ze wil mij behoeden voor de nodeloze omweg die GPStoestellen<br />

naar Mol-Wezel steevast doen en legt mij haarfijn uit hoe<br />

ik moet rijden. Ik laat haar vriendelijk doen en luister maar half<br />

omdat ik weet dat het een onmogelijke zaak is om mij de weg uit<br />

te leggen. Dat is buiten Marie-Augustine gerekend. Ze laat mij het<br />

traject zo vaak herhalen tot ik het vanbuiten ken.<br />

Senegal, geboorteland van Marie-Augustine. Ze groeit er op in een familie die rijk noch<br />

arm is. Haar grootmoeder trekt zo vaak ze kan, de steekkar geladen met rijst en zeep,<br />

naar de dorpen in de buurt die het nodig hadden. Marie-Augustine gaat vaak mee en<br />

leert er dat solidariteit normaal is. Dat je niet moet wachten tot iemand hulp komt<br />

vragen; meer nog, dat je beschaamd moet zijn als je pas geeft op het moment dat<br />

iemand al zijn moed bijeengeraapt heeft om hulp te komen vragen. Ze noemen het<br />

daar “Saridjé”, wellicht een verbastering van het Franse charité, liefdadigheid.<br />

Ondanks de omstandigheden van haar land krijgt Marie-Augustine de kans om school<br />

te volgen, ze mag zelfs op internaat. De families die hun kinderen naar kostschool<br />

kunnen laten gaan nemen ook de kosten op zich voor enkele kinderen van de<br />

dorpsgemeenschap. Saridjé.<br />

Hoewel Marie-Augustine een veelbelovende studente was vond haar vader het niet<br />

nodig dat een meisje verder zou studeren, veel liever zag hij haar broers verder<br />

school lopen. Marie-Augustine, niet het type dat bij de pakken blijft zitten – toen al<br />

niet – neemt op dat moment haar lot in eigen handen en met het geld dat ze als<br />

kinderoppas verdient maakt ze haar middelbare studies af.<br />

Moed en volharding<br />

Wat volgt, is een levensverhaal waar je een boek over kan schrijven. Marie-Augustine<br />

belandt met een nicht en haar gezin in Lyon waar ze, geregeld via een zusterorde die<br />

53


Senegal en Marie-Augustine gewoonweg<br />

niet in Frankrijk kan blijven omdat haar<br />

identiteitspapieren achtergehouden<br />

werden.<br />

Rik uit België<br />

54<br />

ook in Senegal actief was, een opleiding<br />

tot verpleegster zou volgen. Twee jaar<br />

later is Marie-Augustine huishoudster<br />

van dienst en heeft ze de kans niet gehad<br />

om haar studies aan te vatten. Dankzij<br />

een plaatselijke geestelijke volgt ze<br />

toch een cursus steno-dactylo. Het lot<br />

is haar wel zeer ongunstig gestemd als<br />

de familie 2 dagen voor de afsluitende<br />

examens van de cursus terugkeert naar<br />

Terug in Senegal kan ze toch bij de<br />

pastoor aan de slag als secretaresse en<br />

het is daar dat de directeur van een<br />

plaatselijk hotel haar opmerkt. In het<br />

hotel leert ze op alle diensten staan. Van<br />

het onthaal naar de afhaaldienst op de<br />

luchthaven, van begeleider op excursies<br />

tot kamermeisje, en van de keuken<br />

belandt ze eindelijk in de boetiek die ze<br />

van een postkaartmolentje uitbouwt tot<br />

een lucratieve zaak. Het is daar dat ze<br />

Rik leert kennen. “Malheureusement”<br />

kreunt Rik vanuit de zetel. Hij volgt<br />

met een oog ons gesprek, het andere<br />

is op de tv gericht (de jonge Belgische<br />

duivels winnen die dag van Italië op de<br />

Olympische Spelen). We spreken over 1<br />

november 1981, Rik is er met een vriend<br />

op vakantie en blijft 3 weken in het hotel.<br />

3 jaar lang zien Rik en Marie-Augustine<br />

elkaar niet, ze corresponderen per brief,<br />

er wordt al eens getelefoneerd. Rik trekt<br />

nog een paar keer naar Senegal en in<br />

augustus 1985 komt Marie-Augustine voor<br />

het eerst naar de Kempen. Ze blijft hier<br />

twee weken en keert terug want het was<br />

hier toch wel erg koud. In 1986 wordt<br />

Jan, hun eerste zoon, geboren in Senegal.<br />

In juni 1987 komt ze definitief naar België<br />

en in oktober van dat zelfde jaar wordt<br />

ze lid van de plaatselijke KAV.<br />

KAV<br />

“Jan ging naar de kleuters en als vreemde<br />

eend in de bijt viel ik op natuurlijk. Op


een dag is Liliane naar mij toe gekomen<br />

voor een gesprekje. Onze kinderen<br />

zaten bij elkaar in de klas en ze was<br />

ongetwijfeld meer benieuwd dan oprecht<br />

geïnteresseerd. Zo hebben we elkaar<br />

leren kennen, ook al kende ik geen<br />

Nederlands en zij geen Frans. Op een<br />

keer ben ik beginnen vertellen over hoe<br />

in Senegal de jonge vrouwen rond de<br />

kerk bij elkaar komen om samen eten<br />

te maken en te kletsen. ‘Hier ook’ was<br />

haar antwoord en een week later ging<br />

ik mee naar de bijeenkomsten van de<br />

KAV. Zo ben ik begonnen in de parochie.<br />

Ik begon al doende de taal te leren en<br />

met cassettes taallessen in de walkman<br />

stofzuigde ik om wat meer te leren.”<br />

Een opsomming geven van alle<br />

verenigingen waarvoor Marie-Augustine<br />

zich inzet is haast onmogelijk. Om er<br />

toch enkele te noemen: Broederlijk Delen,<br />

Actie Min die zich in Mol-Balen inzet<br />

voor de 4 e wereld, Wereldsolidariteit,<br />

Explorat, dat ten goede komt aan een<br />

schoolproject in Senegal, Welzijnszorg,<br />

enzovoort.<br />

Marie-Augustine is de vrouw die tijdens<br />

haast elke activiteit van haast elk goed<br />

doel uit de regio in de keuken te vinden<br />

is. Van hapjes tot heuse menu’s, zelfs<br />

voor een grote groep, niets is haar<br />

vreemd. In de keuken staan is voor<br />

Marie-Augustine een zaak van het hart.<br />

“Ik zou het nooit commercieel kunnen<br />

doen want dan word je een fabriek, het<br />

moet een plezier blijven. Mijn keuken is<br />

mijn engagement. Ik heb niet veel om te<br />

geven maar ik heb mijn hoofd, mijn hart<br />

en mijn handen.”<br />

Dat Marie-Augustine bij voorkeur<br />

Afrikaanse gerechten presenteert is voor<br />

haar een manier om mensen via smaken<br />

een reis te laten maken naar haar land.<br />

Als verenigingen haar toch iets willen<br />

geven, omdat haar inzet te groot is<br />

om belangeloos te laten voorbijgaan,<br />

dan vraagt ze niets maar geeft ze een<br />

rekeningnummer waarmee ze projecten<br />

ondersteunt in Senegal.<br />

We voeren ons gesprek in het Frans. Ik<br />

weet niet beter dan dat Marie-Augustine<br />

zich in die taal beter op haar gemak<br />

voelt. En dan gaat de telefoon. Ze neemt<br />

aan en in haast naadloos Kempisch<br />

doet ze haar uitleg. “Awel merci”, zeg<br />

ik wanneer ze terug aan tafel schuift,<br />

“we zitten hier al 2 uur in het Frans te<br />

praten en jij spreekt gewoon erg goed<br />

Nederlands”. “Dat weet ik”, zegt ze<br />

smalend, “maar ik heb er zo’n deugd van<br />

om terug eens in het Frans te kunnen<br />

spreken.”<br />

Wereldsolidariteit, een onderdeel<br />

van de koepel die het ACW omvat,<br />

gelooft heel sterk in de kracht<br />

van mensen samen. Wil je hier zelf<br />

deel van uitmaken en meehelpen<br />

bij acties, neem dan contact op met<br />

Wereldsolidariteit Kempen,<br />

Liesbeth Geboers, Korte<br />

Begijnenstraat 18, 2300 Turnhout,<br />

014 40 31 51 of<br />

liesbeth.geboers@acw.be<br />

55


56


Mieke Daems<br />

Het prototype van de vrouw die zich als vrijwilligster inzet: 40+,<br />

kinderen de deur uit of bij voorkeur alleenstaand en maximaal<br />

halftijds aan het werk, gaat niet op voor Mieke Daems uit Herselt. Al<br />

jaren actief in de jeugdbeweging is ze, samen met enkele vrienden,<br />

zowat 5 jaar geleden begonnen met een uitwisseling met een dorpje<br />

in Roemenië, Berbesti (spreek uit: Berbescht).<br />

Van jongerenwerking...<br />

De Roemeniëwerkingen uit de Kempen worden ondersteund door Somepro, een vzw<br />

die de krachten van de verschillende werkingen bundelt. Via Somepro kwam Kathleen<br />

Helsen, schepen in Herselt, te weten dat Berbesti een gemeente zocht om mee uit te<br />

wisselen. Na een eerste verkennende reis van enkele gemeenteraadslieden en leden<br />

van de jeugd- en cultuurraad, bleek al vlug dat het vooral de jongeren waren die<br />

onderling contact bleven houden. De start van het project was gegeven.<br />

“Hoewel Roemenië volledig onbekend en tot dan onbemind gebied was, kon ik na<br />

die verkennende reis, enkele vrienden uit de jeugdbeweging overtuigen om mee te<br />

gaan. Met onze ervaringen binnen de jeugdbeweging hoopten we de jongeren van<br />

Berbesti te kunnen ondersteunen in de opstart van hun eigen werking. In de zomer<br />

van 2003 trokken we met een minibusje naar ginder en hebben daar samen o.a.<br />

een speeldag georganiseerd. De organisatie in Berbesti werd voortgeduwd door 2<br />

zussen, Alina en Ramona Sinca. Gezien er geen verleden is van jeugdbewegingen in<br />

Roemenië, is het niet vanzelfsprekend om dit concept duidelijk te maken en uit te<br />

voeren. De jongeren kennen bijvoorbeeld geen spelletjes en zijn niet gewend om zelf<br />

initiatieven te nemen of dingen te organiseren. Die eerste zomer was een superleuke<br />

ervaring en het smaakte meteen naar meer. In het aansluitend jaar zijn we gestart<br />

met geldinzamelacties om het vervoer te kunnen betalen voor een groot kamp dat de<br />

zomer erop zou gehouden worden. We waren daar voor 4 weken met 4 verschillende<br />

groepen vanuit Herselt en hebben die zomer een speelpleinwerking uitgebouwd.<br />

Sindsdien organiseren we elke zomer, samen met de Roemenen, een zomerkamp<br />

waarop Herseltse en Roemeense jongeren elkaar ontmoeten en de jeugdbeweging<br />

verder ondersteunen. Het programma wordt altijd in samenspraak opgesteld.”<br />

Van daaruit is HUT gegroeid, het Herselts UitwisselingsTeam. Deze jonge vrijwilligers<br />

zetten zich elk jaar weer in om de uitwisselingsreizen in goede banen te leiden. Het<br />

principe van het uitwisselingsproject is om van Berbesti een buurdorp te maken.<br />

57


We willen de kosten van de afstand via<br />

geldinzamelacties overbruggen, zodat we<br />

de nadruk kunnen leggen op uitwisselen,<br />

om van elkaar te leren. Voor ons is dit<br />

iets anders dan ontwikkelingshulp. In<br />

Berbesti heerst geen grote armoede, de<br />

mensen komen er rond. Het is er zoals<br />

hier 50 jaar geleden maar denk er dan<br />

wel een tv en een gsm bij. De evolutie die<br />

het dorp (en Roemenië) de laatste 5 jaar<br />

maakte is enorm en is goed te zien aan<br />

de nieuwe, westerse auto’s die er meer<br />

en meer het straatbeeld uitmaken. Juist<br />

doordat Berbesti, net zoals de meeste<br />

andere dorpen van Roemenië, de tijd van<br />

grootste miserie achter zich heeft, komt<br />

er stilletjesaan ruimte voor ontspanning<br />

en voor de uitbouw van faciliteiten voor<br />

allerlei activiteiten.<br />

naar vrouwenwerking<br />

58<br />

“8 maart, Internationale Vrouwendag,<br />

wordt heel erg gevierd in Roemenië. Het<br />

geldt er als dé feestdag van de vrouwen:<br />

élke vrouw wordt in de bloemetjes gezet.<br />

Toen ik een sms’je uit Berbesti kreeg<br />

met ‘Gelukkige vrouwendag’ wist ik zelf<br />

niet wat het betekende. Tegelijk werd<br />

het tijd om naar een andere project<br />

over te stappen. De jongerenwerking<br />

draaide in Berbesti en zowel de zussen<br />

Sinca als wijzelf ontgroeiden stilaan de<br />

doelgroep. De tijd was rijp om anderen<br />

bij de uitwisseling te betrekken. De<br />

vrouwenverenigingen uit Herselt waren<br />

in eerste instantie niet geïnteresseerd in<br />

een uitwisseling met vrouwen uit een<br />

ver Roemeens dorp. Kort daarop kwam<br />

evenwel de vraag van Somepro of twee<br />

vrouwen, afkomstig uit Berbesti, die<br />

een cursus in België zouden volgen, in<br />

Herselt konden logeren. Hier hebben ze


de activiteiten van de KAV en de KVLV<br />

bijgewoond en zijn zo rechtstreeks<br />

in contact gekomen met de Herseltse<br />

vrouwenverenigingen. Dat was een<br />

cruciaal moment voor onze uitwisseling.<br />

Het waren nu eens niet de jongeren die<br />

uitwisselden – die doen wel vaker gekke<br />

dingen. Dit keer kwamen volwassen<br />

vrouwen uit Roemenië. Het persoonlijk<br />

contact met deze lieve enthousiaste<br />

vrouwen bleek dé motor te zijn om<br />

de nieuwsgierigheid van de Herseltse<br />

vrouwen te prikkelen.<br />

en een onderwijsproject<br />

De uitwisseling geraakte in een<br />

stroomversnelling en op 8 maart 2008<br />

trok ik met Kathleen Helsen en een<br />

delegatie van de vrouwenverenigingen<br />

vanuit Herselt naar Berbesti. Samen<br />

met een leerkracht die ook meeging,<br />

konden we de basis leggen van een<br />

onderwijsproject: onze basisscholen<br />

zouden ook starten met een uitwisseling.<br />

De schooldirecteur van Berbesti is daarop<br />

naar het schoolfeest in Herselt gekomen<br />

en de trein was vertrokken.”<br />

Alina en Ramona Sinca, die oorspronkelijk<br />

als vrijwilligsters begonnen waren met<br />

het project zijn erin geslaagd om een<br />

ploeg rond zich te verzamelen die de<br />

opgezette werking doorzetten en verder<br />

uitbouwen. Zelf heeft Alina een fijne,<br />

goed betaalde job gevonden, mede door<br />

haar werk binnen de jeugdbeweging<br />

en de uitwisseling. Ramona zit in haar<br />

laatste jaar aan de universiteit en werd<br />

al een aantal keer gevraagd om bij de<br />

gemeente te komen werken. Zij zet haar<br />

werk bij de jongerenvereniging verder op<br />

nationaal niveau.<br />

De rol van Mieke Daems is mee<br />

geëvolueerd. Zij treedt momenteel op<br />

als voorzitster van het HUT (Herselts<br />

UitwisselingsTeam) en neemt op die<br />

manier een coördinerende functie op.<br />

Het HUT bestaat uit een 12 à 14 leden,<br />

velen van hen overblijvers van het eerste<br />

grote kamp.<br />

“Ik zie het als een gezamenlijke<br />

hobby die ik met mijn man heb. Hij is<br />

zelfstandige, ik werk als wetenschappelijk<br />

medewerkster aan de KULeuven. De<br />

jongeren van 5 jaar geleden krijgen<br />

stilaan ook kinderen, onze keuzes<br />

veranderen mee. In het HUT zijn zoveel<br />

projecten gaande dat er voor elk wat wils<br />

is. Het engagement kan prima afgelijnd<br />

worden zonder dat de vereniging er<br />

schade van ondervindt. Voor mij is de<br />

drijfveer, naast dat ik het gewoon leuk<br />

vind, het doorbreken van het westers<br />

individualisme waar we in dit project<br />

toch in slagen. De vooroordelen die velen<br />

hebben tegenover andere culturen in het<br />

algemeen, en mensen uit Oost-Europa<br />

in het bijzonder stoot mij telkens weer<br />

tegen de borst.”<br />

Ook zin om actief te worden in het Roemeniëcomité<br />

van je gemeente ?<br />

Alle informatie is te verkrijgen bij Somepro vzw via<br />

www.somepro.be, of neem contact op met Marleen<br />

Smeyers, Korte Begijnenstraat 18, 2300 Turnhout, tel<br />

014 40 31 64 of marleen.smeyers@somepro.be.<br />

Het Herselts Uitwisselings Team, Jeugddienst Herselt,<br />

kan je bereiken via www.hutroemenie.be of Kerkstraat<br />

1, 2230 Herselt, tel 014 53 98 43, jeugd@herselt.be.<br />

59


60


Mireille Govaerts<br />

Bij het afscheid na ons gesprek zeg ik tegen Mireille Govaerts: “Ik<br />

heb het gevoel dat je verhaal niet af is, als je me nog iets te vertellen<br />

hebt, dan mag je gerust contact met mij opnemen.” Die boodschap<br />

miste zijn effect niet. Nauwelijks enkele dagen later ontvang ik een<br />

mail met daarin het uitgebreide antwoord op twee vragen: waarom<br />

engageer ik me voor 11.11.11? Wat wil ik nog meemaken in mijn leven,<br />

wat is mijn grote droom?<br />

Ik stel u Mireille Govaerts voor, een straffe madam.<br />

“Ik heb 33 jaar bij Atea, later Siemens, gewerkt. In de fabriek zag ik onrecht,<br />

ongelijke behandeling van arbeiders en bedienden, tussen mannen en vrouwen. Ik<br />

engageerde mij snel als delegee en als vrijwilligster in het vormingswerk van de<br />

socialistische vakbond ABVV. Ik geloofde en geloof nog steeds in de mogelijkheid<br />

van een andere, betere maatschappij. Voor mij is dat het socialisme. Nog steeds<br />

probeer ik mijn enthousiasme en engagement binnen de vakbond te uiten. Als<br />

bruggepensioneerde ga ik nog naar vergaderingen, doe ik mee met acties of spring ik<br />

in bij vakbondsvorming.”<br />

11.11.11<br />

“Tegenover de grote problemen van de maatschappij en in de wereld, voel ik me, net<br />

als veel mensen, vaak zo vreselijk machteloos. Want wat doe je tegen het feit dat een<br />

miljard mensen het moeten stellen met één dollar per dag, dat 800 miljoen mensen<br />

honger lijden, dat 1,2 miljard mensen geen drinkwater hebben…. Alleen kan je daar<br />

al helemaal niets aan doen, samen met anderen heb je al iets meer impact. Daarom<br />

ben ik actief bij 11.11.11. Ik ben er in 2000 mee gestart. Het sprak me wel aan dat ze<br />

daar niet aan liefdadigheid doen en louter centen geven, maar dat ze de mensen in<br />

de derde wereld helpen sterker te worden en zich beter te organiseren, zodat zij hun<br />

situatie zelf verbeteren.<br />

Ik vond het ook enorm belangrijk dat 11.11.11 probeert elk paternalisme te weren. We<br />

kunnen op veel punten echt van de mensen uit het zuiden leren. Daar geraakte ik nog<br />

meer van overtuigd door de bezoeken van mensen uit de derde wereld aan Geel.<br />

In 2007 hadden we zo twee boeren uit Togo te gast in ons huis. Zij vertelden ons<br />

hoe ze met hun boerenorganisaties opkomen voor de kleine boeren en tegen de<br />

vrijhandel. Ze bleken maar al te goed te weten hoe het er in de wereld aan toe gaat.<br />

61


62<br />

De vrijhandel zorgt ervoor dat lokale<br />

boeren hun producten niet meer kwijt<br />

kunnen op de eigen lokale markten. 11.11.11<br />

voerde in 2008 actie tegen de Europese<br />

Partnerschapsakkoorden waarmee de<br />

Europese Unie de Zuiderse landen wil<br />

dwingen hun landbouwmarkten nog<br />

verder open(?) te stellen. In Senegal<br />

bijvoorbeeld kwamen in januari van vorig<br />

jaar 200.000 hiertegen op straat!<br />

In 2005 logeerden bij ons twee activisten<br />

van het MAB (Movimento dos Atingidos<br />

por Barragens of organisatie voor de<br />

slachtoffers van stuwdammen) van<br />

Brazilië: veel families verliezen zonder<br />

enige compensatie hun gronden, hun<br />

werk (boeren, goudzoekers, vissers)<br />

omdat grote stukken land onder water<br />

worden gezet. Waar de centrales vroeger<br />

in handen waren van overheidsbedrijven,<br />

worden de aanleg en uitbating nu<br />

allemaal in concessie gegeven van privéinvesteerders,<br />

vooral buitenlandse en<br />

multinationale bedrijven. Het Belgische<br />

bedrijf Tractebel bv, dat nu deel uitmaakt<br />

van de Franse Suez-groep is één van<br />

de grootste investeerders in de hydroelektrische<br />

sector in Brazilië. Naast de<br />

financiële steun aan het MAB, die deze<br />

slachtoffers groepeert om op te komen<br />

voor hun rechten, probeert 11.11.11 hier te<br />

lobbyen opdat ze in dialoog zouden gaan<br />

en (betere) schadevergoedingen zouden<br />

betalen.<br />

Als je rechtstreeks met zulke activiteiten<br />

uit het Zuiden in contact komt worden<br />

technische dossiers veel concreter.<br />

Sinds kort ben ik ook vertegenwoordiger<br />

van 11.11.11 binnen de Geelse<br />

Derdewereldraad. We proberen via deze<br />

raad de Geelse bevolking bewust te<br />

maken, onder andere door een filmcyclus.<br />

We proberen ook de eis om 0,7% van het<br />

bnp aan ontwikkelingssamenwerking te<br />

besteden warm te houden….”<br />

Blank in Congo<br />

“Ik ben geboren in Congo. Mijn ouders<br />

waren kolonialen. We zijn moeten<br />

vluchten na de onafhankelijkheidsstrijd<br />

van 1960. Mijn vader werd nog gevraagd<br />

om te blijven en mee te werken aan de<br />

opbouw na de onafhankelijkheid maar<br />

door de onlusten is hij toch teruggekeerd.<br />

Met het allerlaatste vliegtuig nota bene.<br />

Ik was 11 jaar, de oudste van 4 kinderen.<br />

Ik herinner mij het systeem van<br />

apartheid, ook al heb ik het achteraf pas<br />

gesnapt. De luxe waarin wij leefden, het<br />

contrast met de bevolking, het verschil<br />

tussen blank en zwart, ik vond het als<br />

kind al raar. We leefden in Mbandaka<br />

(in Coquilhatstad). Lingala was de eerste<br />

taal die ik sprak omdat we toen in de<br />

brousse zaten. De onafhankelijkheid kon<br />

trouwens niet goed verlopen, er waren<br />

in die tijd amper een 10-tal Congolezen<br />

die universitaire studies hadden gedaan,<br />

ze waren er doodgewoon niet voor<br />

opgeleid.”<br />

Terugkeer naar een land in crisis<br />

“De terugkomst was al even chaotisch<br />

als ons vertrek. Uiteindelijk zijn we in<br />

Brasschaat terechtgekomen. Mijn vader<br />

vond er werk in een drukkerij. Toen<br />

hij 49 jaar was is hij gestorven aan een<br />

hartaanval. De terugkeer naar België en<br />

de gevolgen ervan hadden van hem een<br />

andere man gemaakt. In Congo was hij<br />

een man van aanzien, in België bleef<br />

daar niets van over. Die financiële en<br />

mentale terugval heeft hij volgens mij


nooit verteerd. Ik zat in die periode in<br />

de Latijn-Griekse in het Sint-Lutgardis<br />

in Brasschaat. De kadaverdiscipline, het<br />

gevoel van elite en luxe die daar heersten<br />

overtuigden mij steeds meer van het<br />

andere, solidaire kamp. In Brasschaat<br />

werd ik lid van de 3 e -wereldbeweging,<br />

groeiden de protesten tegen het<br />

neokolonialisme. Ik volgde ook de<br />

beweging rond Martin Luther King, de<br />

Black Pantherbeweging, de overwinning<br />

van Fidel en Che Guevara in Cuba, en<br />

de opkomst van de Palestijnse kwestie.<br />

Mijn moeder (een sterke vrouw en<br />

geëngageerde kunstenares!) zorgde er<br />

voor dat we allemaal konden studeren.<br />

Het werd sociologie.”<br />

“Mijnen, arbeiders, studenten:<br />

1 strijd”<br />

Maar Mireille kiest er bewust voor<br />

om geen carrière te maken. “Ik ben<br />

een kind van mei ’68. Als student aan<br />

de universiteiten van Antwerpen en<br />

Leuven was ik volop betrokken bij<br />

de democratiseringsbeweging van de<br />

universiteiten en zelfs de bezetting van<br />

de bibliotheek van Leuven. Na mijn<br />

opleiding ben ik gaan werken in de<br />

fabriek. Het was de tijd van stakingen en<br />

leuzes als “mijnen, arbeiders, studenten:<br />

1 strijd”. Op een personeelsdienst gaan<br />

werken zou verraad aan de basis geweest<br />

zijn. Ook hiervoor klopte mijn hart<br />

voor de 3 e wereld. Ik was en ben er nog<br />

steeds van overtuigd dat als je dingen wil<br />

veranderen aan het kolonialisme, hiér de<br />

dingen moeten veranderen. Hiér moeten<br />

de structuren en de handelsrelaties eerst<br />

rechtvaardiger.”<br />

Wat ik nog wil meemaken in mijn<br />

leven?<br />

“Dat er meer vrede komt in de wereld,<br />

vooral in het Midden-Oosten, in Irak, in<br />

Afghanistan, in Congo... Oorlog is een<br />

verschrikking. De grote oorlogsstoker<br />

vandaag is de Verenigde Staten. Die<br />

besteden enorme bedragen aan oorlog en<br />

wapens. Geld dat dan niet kan gaan naar<br />

projecten voor landbouw, drinkwater,<br />

gezondheidszorg, onderwijs enz. in het<br />

Zuiden. Dan zouden heel wat minder<br />

mensen op de vlucht moeten en zouden<br />

mensen daar eindelijk een menswaardig<br />

bestaan kunnen opbouwen.”<br />

Wat me hoopvol stemt is wat we nu<br />

zien gebeuren in Zuid-Amerika: een<br />

heel continent waar nieuwe leiders<br />

opstaan die proberen de rijkdom van<br />

hun land te herverdelen met echte<br />

structuurveranderingen.”<br />

Interesse om net als Mireille wat<br />

aan te doen aan de problematieken<br />

van de derde wereld?<br />

De dienst<br />

ontwikkelingssamenwerking<br />

of de derdewereldraad van je<br />

gemeente wijst je de weg. In<br />

de meeste gemeentes vind je<br />

ook een 11.11.11-comité. Voor<br />

deze contactgegevens kan je<br />

eveneens terecht bij de dienst<br />

ontwikkelingssamenwerking van<br />

je gemeente of bij het Provinciaal<br />

secretariaat van 11.11.11,<br />

Patriottenstraat 27, 2600 Berchem,<br />

tel 03 281 06 62. Op www.11.be<br />

vind je gegevens over de meeste<br />

derdewereldbewegingen.<br />

63


64


Myriam Pelckmans<br />

Aan de straatkant van het huis waar Myriam Pelckmans woont , kan<br />

je, op een bordje naast de brievenbus na, niet vermoeden op welke<br />

ecologische manier er in haar gezin geleefd wordt. Pas na mijn<br />

rondleiding in de grote ecologische moestuin merk ik de installatie<br />

op het dak op: een veld fotovoltaïsche panelen waarmee de zon het<br />

huis goeddeels van elektriciteit voorziet en een zonneboiler voor<br />

warm water, iets wat ik zelfs nooit eerder gezien had.<br />

“Maar Myriam toch,” zo zeg ik, “dat had ik je helemaal niet aangegeven”. “Tja”, zegt<br />

ze, “we zien het ook als een investering. Wat brengt geld tegenwoordig nog op?<br />

Op deze manier stijgt de waarde van ons huis en de investering betaalt zichzelf na<br />

verloop van tijd terug. Dat het ook nog goed is voor het milieu is komt er ook nog<br />

eens bij.”<br />

Ik kom bij Myriam omdat zij zich vrijwillig inzet voor Velt vzw, de Vereniging voor<br />

Ecologisch Leven en Tuinieren. Myriam en haar echtgenoot Jef zijn zo’n 20 jaar lid.<br />

“Het begon toen mijn man ook zin kreeg om te tuinieren. Zijn vader deed dat destijds<br />

ook maar spoot veel vergif. Wij besloten om het op een ecologisch verantwoorde<br />

manier te gaan doen, anders kan je de groenten en het fruit even goed gaan kopen.”<br />

Groene vingers<br />

“Mij zal je niet zo vaak in de tuin vinden. Ik neem het over in de keuken, alles<br />

klaarmaken om in te vriezen. Het begon dus bij mijn man die lid werd. Na een tijdje<br />

ben ik lid geworden van de afdeling “Kruidenvelt” maar die bestaat nu niet meer. Met<br />

het groter en zelfstandiger worden van de kinderen konden we al eens weg ’s avonds.<br />

Mijn man was toen ook al bestuurslid en wanneer een ander bestuurslid wegviel zei<br />

mijn man “mijn vrouw zal dat misschien wel willen doen”. En dat deed ik dus. Ik had<br />

vroeger al de administratie bij de handbal gedaan, ik zag het best wel zitten. Ik ben<br />

dus secretaris en aangezien mijn man penningmeester is doe ik dit ook (lacht).”<br />

Het jaarprogramma bij Velt Turnhout volgt het ritme van de seizoenen. In de winter<br />

worden vooral praatavonden gehouden in de Warande in Turnhout rond bepaalde<br />

thema’s. Het afgelopen seizoen wordt er geëvalueerd, het nieuwe voorbereid. De<br />

praatavonden gaan door tot in april. Weerkerend onderwerp is steevast “Wat zaaien<br />

we deze maand?” Van mei tot september gaat het gezelschap op tuinbezoek bij<br />

leden. De afdeling Turnhout telt een 170-tal leden waarvan er een 40-tal actief zijn.<br />

65


De meeste leden hebben genoeg aan<br />

de nieuwsbrief die we maandelijks<br />

rondsturen en aan het tweemaandelijkse<br />

magazine “Seizoenen”.<br />

Nieuwe tijden<br />

“Ik werk halftijds en met zeer veel<br />

plezier als administratief bediende<br />

bij de RVA in Turnhout. Door die<br />

halftijdse job viel de combinatie met<br />

3 kinderen en het vrijwilligerswerk<br />

goed mee. Er kruipt behoorlijk wat<br />

werk in Velt. Het jaarprogramma,<br />

de maandelijkse nieuwsbrieven, de<br />

ledenadministratie... Gelukkig heeft<br />

haast iedereen tegenwoordig internet.<br />

De nieuwsbrief wordt per mail verstuurd<br />

en enkel het jaarprogramma wordt per<br />

post verzonden naar de leden die geen<br />

mailadres hebben.<br />

Zo schreef er zich onlangs een nieuw<br />

lid in. Ik vroeg naar zijn e-mailadres,<br />

waarop hij zei: mevrouw, ik ben 82 jaar!<br />

De gemiddelde leeftijd is vrij hoog maar<br />

er zijn tendensen naar een jonger en<br />

zelfs vrouwelijk publiek. Het is moeilijk<br />

meetbaar want het lidmaatschap geldt<br />

voor het gezin maar we merken toch<br />

dat weer meer mensen een moestuin<br />

aanleggen, zelfs op een klein perceel.<br />

Groenten of fruit in de siertuin zijn<br />

tegenwoordig trouwens ook zeer oké.<br />

Wil je weten hoe je groenten<br />

teelt zonder pesticiden? Hoe je<br />

een siertuin aanlegt in harmonie<br />

met landschap en milieu? Zoek<br />

je recepten voor een heerlijke<br />

maaltijd met seizoensgroenten,<br />

met minder of geen vlees? Of<br />

betrouwbare informatie over<br />

milieuvriendelijke wasmiddelen?<br />

Dan ben je bij Velt aan het juiste<br />

adres.<br />

Velt is de Vereniging voor<br />

Ecologisch Leven en Tuinieren<br />

en fundeert haar werking op<br />

het respect voor de samenhang<br />

van alle dingen op aarde. Velt<br />

wil de ecologische leefwijze<br />

concreet gestalte geven via tips<br />

en adviezen tijdens praatavonden,<br />

het tweemaandelijkse tijdschrift<br />

“Seizoenen”, tuinbezoeken en<br />

doe-lessen. Velt is een nationale<br />

vereniging, provinciaal ingedeeld<br />

in verschillende afdelingen (o.a.<br />

Velt Turnhout en Velt Midden-<br />

Kempen).<br />

Voor meer info kan u terecht bij<br />

het secretariaat Velt Turnhout<br />

via breugelmans.pelckmans@<br />

skynet.be, 014 88 28 87 of via de<br />

website van Velt, www.velt.be<br />

66


67


68


Pascale<br />

Raeymaekers<br />

Elk derde weekend van september gaan in Vlaanderen vrijwilligers<br />

van deur tot deur en vatten ze post in winkelcentra en<br />

supermarkten om azalea’s te verkopen voor Kom op Tegen Kanker.<br />

In de Turnhoutse regio alleen al gaan elk jaar zo’n 200, waarvan de<br />

helft buurtverenigingen, vrijwilligers op pad. Achter de schermen<br />

ontstaat er elk jaar een gedreven strijd om welke stad de meeste<br />

planten verkoopt. Turnhout wordt al enkele jaren net geklopt door<br />

Kortrijk. Drijvende kracht achter de Kom-op vrienden van Turnhout<br />

is Pascale Raeymaekers.<br />

“Ik ben al erg lang geëngageerd. Op mijn zes- of zeventiende ben ik bij Akabe, de<br />

scoutsafdeling die zich specifiek richt op activiteiten voor personen met een handicap<br />

terechtgekomen. Ik heb er de tijd van mijn leven beleefd. De puurheid, de echtheid<br />

van die mannen is hartverwarmend. Komt daarbij dat je zelf mee kind mag zijn tussen<br />

de kinderen, zelfs al draag je de verantwoordelijkheid.<br />

Ik ben dat blijven doen tot ik verder ging studeren aan de normaalschool in Herentals.<br />

Tijdens mijn studentenperiode heb ik geen vrijwilligerswerk gedaan. Met 2 zonen,<br />

en één ervan die het bijvoorbeeld nodig vond om, zoals hij de kat zag doen, op<br />

de metershoge tussenmuur met de buren te lopen, vond ik het wenselijk om een<br />

doorgedreven kennis te hebben van EHBO. Ik zocht aansluiting bij het Vlaamse Kruis<br />

(de Vlaamse tegenhanger van het Rode Kruis). Jarenlang ben ik actief lid geweest,<br />

nu ben ik alweer een tijdje papieren lid. Er zijn te veel andere dingen in de plaats<br />

gekomen.”<br />

De kracht van Chris<br />

Pascale is zo’n 7 jaar geleden begonnen met planten verkopen voor Kom op Tegen<br />

Kanker. Dat was toen in de Gasthuisstraat, de drukste winkelstraat van Turnhout<br />

en gebeurde op aangeven van vrienden. Wat begon als “gewoon eens gaan kijken”<br />

eindigde meteen als mee verkopen tot alles uitverkocht was. Toen er enige tijd<br />

later een kaartje in de bus zat vanwege initiatiefneemster Chris Peeters, met daarop<br />

“Bedankt voor je hulp, Chris en Co” was Pascale helemaal verkocht, enerzijds voor<br />

69


70<br />

het doel op zich, anderzijds voor de<br />

manier waarop de vrijwilligers werden<br />

gewaardeerd. Haar besluit stond vast,<br />

volgend jaar zou Pascale weer van de<br />

partij zijn. Ze was zelfs het volledige<br />

weekend op post en maakte deel uit van<br />

de voorbereidende vergadering. Op die<br />

manier rolt Pascale dieper en dieper in<br />

de organisatie van Kom op en wordt ze<br />

stilaan de rechterhand van Chris Peeters.<br />

De overname komt er op het moment<br />

dat Chris hervalt. Nadat ze de eerste<br />

keer van borstkanker hersteld was kreeg<br />

ze opnieuw borstkanker. De prognose<br />

was niet positief. Chris is 2 jaar geleden<br />

overleden, zo’n 14 dagen na het weekend<br />

van Kom op Tegen Kanker, waar ze zo<br />

naartoe had geleefd.<br />

“Ze werd op handen gedragen. Iedereen<br />

wist dat het einde naderde ; het werd<br />

een ontroerend eerbetoon. Zelfs de<br />

burgemeester heeft haar eer betuigd.<br />

Chris was sowieso klein en tenger, en<br />

broos door haar ziekte, maar haar kracht<br />

en haar openheid van hart voor iedereen<br />

is niet te evenaren.”<br />

Passie<br />

“Mijn overname van de organisatie<br />

is eigenlijk zeer sec gegaan. Ik ben er<br />

afstandelijk, uit noodzaak, aan begonnen<br />

en nu is het een passie geworden, vooral<br />

de mensen bedanken achteraf. Ik hou<br />

ervan erkentelijkheid te tonen voor het<br />

gezicht achter de vrijwilliger. Het is ook<br />

schitterend om te zien hoe intens de<br />

verkopers van de azalea’s zich inzetten.<br />

Die adrenaline straalt op mij af, het is<br />

een energieboost om de hele winter mee<br />

door te komen. Op de maandag voor het<br />

derde weekend van september worden<br />

de planten geleverd. Naar de dozen gaan<br />

kijken van die pakweg 6000 plantjes<br />

geeft telkens een kick. Er is even paniek<br />

‘gaan we dàt verkocht krijgen?!’ en dan<br />

komt de warme gloed over ons want het<br />

gaat weer gebeuren. We doen dan een<br />

paar dozen open om ze te kunnen zien<br />

en er eens aan te snuiven. De komende<br />

dagen barsten van de praktische<br />

regelingen van dispatching van de<br />

bloempotten naar de buurtwerkingen.<br />

Het is alsof ik een trein van Chris heb<br />

overgenomen. De locomotief is als het<br />

ware gewisseld maar de lading zijn de<br />

wagonnetjes, de buurtwerkingen die zich<br />

mee engageren. We zijn altijd op zoek<br />

naar bijkomende wagonnetjes.”<br />

Voor veel vrijwilligers is kanker een<br />

bekende die henzelf of dierbaren heeft<br />

getroffen. Pascale is één van de weinigen<br />

die dat onheil gespaard is gebleven. Het<br />

maakt er haar gedrevenheid niet minder<br />

door.<br />

“Op donderdag begint de officiële<br />

verkoop. Dan gaan we langs in<br />

kantoorgebouwen zoals bij de<br />

socialistische mutualiteit. Iedereen<br />

koopt een plantje en het blijft meestal<br />

op kantoor staan. Iedereen wordt er zo<br />

vrolijker van. Ik loop zelf mee met de<br />

14 jongeren van minder dan 18 jaar die<br />

zich elk jaar inzetten. Ga ze maar eens<br />

zoeken! Als de zaterdag, de hoofddag van<br />

de verkoop, zijn einde nadert en we aan<br />

de laatste doos beginnen doen we een<br />

wedstrijdje. Diegene die de laatste plant<br />

verkoopt, mag trakteren. Bij mij thuis<br />

wordt er nagebabbeld en Roger, de stille<br />

werker van de Kom op vrienden, gaat de<br />

centen tellen en brengt de uitslag.<br />

Ik maak er een erezaak van om de<br />

inzet van de vrijwilligers voortdurend<br />

te appreciëren. Het begint met


langsgaan wanneer de buurtwerkingen<br />

een activiteit plannen. Op die manier<br />

probeer ik iets terug te doen, weliswaar<br />

enkel door aanwezig te zijn, interesse<br />

te tonen. Alle vrijwilligers krijgen<br />

achteraf een kaartje om ze extra te<br />

bedanken en we organiseren ook elk<br />

jaar een terugkommoment. Dat kan<br />

een ‘afterparty’ zijn in het inloophuis of<br />

een bezoek aan de afdeling palliatieve<br />

zorgen van een ziekenhuis. Op die<br />

manier worden de vrijwilligers meteen<br />

geconfronteerd met waar hun centen<br />

naartoe gaan, naar wat voor positieve<br />

gevolgen een halve dag inzet per jaar<br />

kan hebben en op welke manier het<br />

terugkomt waar het nodig is. Zo’n<br />

rondleiding geeft de vrijwilligers ook<br />

informatie die nuttig kan zijn als ze<br />

met de planten rondgaan. Mensen met<br />

kanker richten zich vaak tot iemand die<br />

een plantje verkoopt. Alle vrijwilligers<br />

krijgen foldertjes mee om desgewenst<br />

af te geven aan iemand die steun zoekt.<br />

De reacties op de deur-aan-deur-verkoop<br />

zijn overigens niet altijd even positief,<br />

sommige mensen reageren bitter. Ik<br />

probeer mijn vrijwilligers daarvoor te<br />

wapenen. Zij verdienen het niet om bot<br />

toegesnauwd te worden, en evengoed<br />

heeft iedere betrokkene recht op<br />

informatie over de begeleidingen die<br />

bestaan.”<br />

Pascale droomt er uiteraard van dat er<br />

een middel wordt gevonden om kanker<br />

zonder slachtoffers te genezen. Maar zelfs<br />

dan nog zou Kom op Tegen Kanker zijn<br />

nut hebben want het genezingsproces<br />

is voldoende zwaar om acties te blijven<br />

doen.<br />

“Een middel om kanker te vermijden zou<br />

ideaal zijn. Tot zolang is het een groot<br />

genoegen om zoveel onbaatzuchtige<br />

mensen tegen te komen die zich willen<br />

inzetten voor hun medemensen. Het is<br />

een gezamenlijk teken dat we ons niet<br />

gewonnen geven...”<br />

Ben je lid van een buurtcomité<br />

of een andere vereniging en wil<br />

je het engagement aangaan om<br />

mee plantjes te verkopen in het 3 e<br />

weekend van september, neem dan<br />

zeker contact op met de Kom op<br />

vrienden van Turnhout via Pascale<br />

Raeymaekers, Patriottenstraat 55,<br />

2300 Turnhout, tel 014 41 73 90<br />

71


72


Ria Adriaensen<br />

Als je de spreiding van gevangenissen op een kaart van België bekijkt<br />

dan valt het meteen op dat de concentratie in de Kempen groot<br />

is. Dat betekent meteen dat een aanzienlijk aantal mensen uit de<br />

Kempen betrokken is bij een strafinrichting, hetzij als werknemer,<br />

aannemer of leverancier maar ook als vrijwilliger. Gezien de<br />

specifieke situatie van de gevangenissen wordt het vrijwilligerswerk<br />

geregeld door het JWT (Justitieel Welzijnswerk Turnhout), een<br />

onderdeel van het CAW (Centrum Algemeen Welzijnswerk) De<br />

Kempen. Ria Adriaensen (56) is zo’n vrijwilliger.<br />

Wanneer ik bij haar op bezoek kom liggen op de keukentafel rune-steentjes, tarotkaarten<br />

en een paar boeken over astrologie.<br />

“Al van toen ik klein was heb ik dingen aangevoeld of gehoord en die bleken te<br />

kloppen. Het heeft mij altijd aangetrokken en na enkele keren ‘als dit waar is, twijfel<br />

ik nooit meer aan mijn intuïtie’ heb ik het toch maar jarenlang opzij gezet. Nu vind<br />

ik het gewoon leuk om ermee bezig te zijn. Ik leer er zelf het meeste van. Ik maak er<br />

geen business van. Als ik mensen kan helpen om bepaalde inzichten te krijgen, graag,<br />

maar ik pak er niet mee uit. Ik kom er pas recentelijk mee naar buiten. Maar dat is<br />

een ander verhaal...”<br />

Alleen zijn<br />

“Mijn man is 26 jaar van huis geweest als buitenlands projectbegeleider voor een<br />

Nederlandse firma. Om de 3 maanden kwam hij een week naar huis. Je kiest daar<br />

niet voor, het gebeurde gewoon. Ik ben er erg zelfstandig door geworden, moest<br />

alles alleen beslissen. Nu komt hij alle dagen thuis. Hij belde vanuit Thailand met dat<br />

nieuws. Ik moest er even bij gaan zitten. Ik had er eigenlijk ook schrik voor om het<br />

leven dat ik nagenoeg alleen had ingericht weer alle dagen met hem te delen. Het is<br />

heel goed meegevallen. Hij stimuleert mij om mezelf te ontplooien. We kunnen allebei<br />

goed alleen zijn, we hebben daar af en toe zelfs behoefte aan.<br />

Toeval bestaat niet<br />

Op een dag zag ik in de bibliotheek van Baarle-Nassau, waar ik werk, een affiche<br />

hangen van het JWT. Een uitnodiging voor een infoavond want er werden vrijwilligers<br />

73


gezocht voor de bibliotheek in de<br />

gevangenis. Ook daar is een uitleendienst,<br />

nog met zo’n ouderwetse fichenbak. Ik<br />

ben naar die infoavond geweest en daar<br />

werd ook gesproken over vrijwilligers<br />

die ze zochten voor gesprekken met<br />

gedetineerden. Uiteindelijk interesseerde<br />

dat mij toch meer, ik zit ganse dagen in<br />

de bibliotheek.”<br />

Vooraleer het tot een gesprek komt<br />

tussen vrijwilliger en een gedetineerde<br />

dient er een vrij uitgebreid proces<br />

gevolgd te worden. De vrijwilligers<br />

volgen een cursus die dieper ingaat<br />

op wat een gevangenis nu eigenlijk<br />

is, gesprekstechnieken aanleert en die<br />

met de vrijwilligers duidelijke grenzen<br />

afbakent voor hun eigen veiligheid en<br />

die van de gedetineerden. De vrijwilliger<br />

kent het dossier van de gedetineerde niet<br />

maar kan bij het JWT wel zijn of haar<br />

gevoeligheden doorgeven ; op die manier<br />

wordt getracht om persoonlijkheden bij<br />

elkaar te brengen waartussen het kan<br />

klikken.<br />

Het gesprek, dat altijd plaats heeft in<br />

de advocatenruimte, komt altijd tot<br />

stand op vraag van de gedetineerde. In<br />

Turnhout zijn het vaak mensen zonder<br />

papieren, vaak jonge jongens ook. Wat<br />

volgt is een intakegesprek tussen de<br />

vrijwilliger en de gedetineerde. Als het<br />

klikt dan zien vrijwilliger en gedetineerde<br />

elkaar terug.<br />

Een gesprek wordt ten laatste 2 dagen<br />

tevoren door de vrijwilliger aangekondigd<br />

bij het JWT. Zij sturen dan een fax naar<br />

de portier van de strafinrichting. Je kan<br />

er dus niet zomaar binnenlopen voor een<br />

babbeltje.<br />

74


Mijn jongens<br />

“Ik probeer elke week eens langs te<br />

gaan bij Sami en Hassan, mijn jongens.<br />

Ze hebben er toch zoveel deugd van.<br />

Omdat ik rekening wil houden met<br />

hun werkregime ga ik ’s avonds of op<br />

zaterdag. Er gewoon zijn, luisteren en<br />

samen flink wat aflachen, dat zijn de<br />

sleutels voor een goed gesprek. Ik ben<br />

het enige aanspreekpunt dat ze hebben<br />

buiten de regels van de gevangenis. Op<br />

den duur krijg je een erg goede band<br />

met elkaar en dat maakt het soms niet<br />

gemakkelijk om hun lot van mij af te<br />

zetten. Hoezeer de band ook innig is, ik<br />

bewaak mijn grenzen. Ze kennen mij als<br />

Ria, ik heb voor hen geen achternaam,<br />

geen adres, geen telefoonnummer. Bij elk<br />

bezoek passeer ik door de scanner, ik kan<br />

niets meenemen. De begeleiding vanuit<br />

het JWT is erg zinvol. Elke paar maanden<br />

komen we met alle vrijwilligers bijeen<br />

voor intervisiemomenten.<br />

Het JWT heeft mij deze buitenlandse<br />

jongens toevertrouwd. Zij krijgen<br />

doorgaans weinig of geen bezoek omdat<br />

hun familie te ver woont. De vrijwilligers<br />

zijn vaak hun enige contact met de<br />

buitenwereld. Eens ze een andere taal<br />

kunnen spreken dan het Nederlands is<br />

dat een extra plus voor hen. In elk geval,<br />

het zouden mijn zonen kunnen zijn.<br />

We praten over allerlei zaken. Ik ken bij<br />

aanvang van het gesprek hun dossier<br />

niet, dat vertellen ze op den duur toch<br />

wel. We leren met handen en voeten<br />

elkaars taal. Zij willen Nederlands leren<br />

en ik Frans. Het is een wisselwerking<br />

en, zelfs al is het soms met handen en<br />

voeten, we verstaan elkaar.<br />

Soms voel ik dat ze alle frustraties van<br />

een ganse week opgespaard hebben om<br />

bij mij los te laten. Ik laat ze eens goed<br />

razen en als ze dan tot rust komen, daar<br />

doe ik het voor. Ze geven mij ook zoveel<br />

terug. De energie gaat over en weer. Op<br />

sommige dagen ga ik moe en weemoedig<br />

naar hen toe en ik keer altijd goed gezind<br />

terug naar huis. Ik ben geen opvoeder, ik<br />

ben een klankbord. Het gaat ook niet om<br />

mij, ik sta ten dienste van de gevangenen.<br />

Het doet mij trouwens veel deugd om<br />

menselijkheid en samenhorigheid te zien<br />

in een erg kille omgeving. Tijdens het<br />

zomerprogramma in Merksplas wordt er<br />

al eens een bingoavond georganiseerd.<br />

Je moet ze daar dan zien zitten, de ruige<br />

mannen, geconcentreerd en stil over hun<br />

blad gebogen!”<br />

Gebeten om meer te weten?<br />

Neem contact op met de<br />

vrijwilligerscoördinator van het<br />

CAW De Kempen, Stationstraat 82,<br />

2300 Turnhout, tel 014 43 80 88 of<br />

jww@cawdekempen.be<br />

75


76


Simonne Mermans<br />

& Marga Willems<br />

In het stille Arendonk, aan het einde van onze landsgrenzen,<br />

wachten 210 asielzoekers op de uitslag van hun asielaanvraag. Dit is<br />

niet het grote verhaal over de (on)menselijkheid van het systeem,<br />

niet over het opsluiten van kinderen of uitwijzingen met de dood als<br />

gevolg. Ik ontmoet 2 dames die met kleine dingen een groot verschil<br />

maken in het leven van erg veel mensen.<br />

Toen Marga en Simonne hun vrienden in het centrum vertelden dat ze geïnterviewd<br />

zouden worden, vroegen ze of ze geen goed woordje voor hun zouden kunnen doen.<br />

Een interview in de wereld van asielzoekers is namelijk naar Brussel gaan en bevraagd<br />

worden over de aard van hun aanvraag. Dat is geen vrijblijvend gesprek en dat wil dit<br />

verhaal eigenlijk ook niet zijn...<br />

Het begon zo: hoezeer vaak de ouders de kinderen inspireren tot engagement was<br />

het in dit geval de zoon van Simonne Mermans die 4 jaar lang opvoeder was voor<br />

de minderjarigen die alleen in het opvangcentrum verbleven. Hij vroeg geregeld aan<br />

Simonne om eens mee te komen maar, meer uit onwetendheid, had ze nooit tijd of<br />

zin. Uiteindelijk wou ze het toch proberen en vertelde ze dat tegen Marga Willems –<br />

die in dezelfde straat woont – en ze zijn meteen samen gekomen. Dat was voor het<br />

eerst op een vrijdag in december 2006. Nu hebben ze spijt dat ze het nooit eerder<br />

gedaan hebben.<br />

Naai-atelier<br />

“Elke vrijdagnamiddag doen we ons naai-atelier open. We begeleiden dan de bewoners<br />

die hun kleren willen herstellen of nieuwe kleren willen maken. In het centrum<br />

zijn veel alleenstaanden, vaak jonge mannen, en het valt ons op dat mannen uit het<br />

Midden-Oosten goed kunnen naaien. Het materiaal wordt door het centrum voorzien<br />

of het wordt gesponsord door bedrijfjes hier en daar. We komen hier altijd met een<br />

auto vol gerief toe.<br />

We proberen zoveel mogelijk Nederlands te praten met de bewoners. Het is soms<br />

behelpen maar iedereen heeft goede wil. De kinderen tolken als het nodig is. Zij leren<br />

Nederlands op school en ze zijn supersnel met onze taal weg. We hebben altijd ons<br />

77


78<br />

snoepdoosje mee. We weten meteen dat<br />

de schooltijd om is. Het is hier helpen<br />

en behelpen. Ook de bewoners onderling<br />

helpen elkaar, zelfs al komen ze uit<br />

verschillende werelddelen. Rondzeulen<br />

met mekaars baby’s, tolken voor elkaar,<br />

enzovoort. Ons atelier bevindt zich<br />

naast de keuken. Elke vrijdag mogen de<br />

bewoners koken waar ze zin in hebben.<br />

Als we dan passeren om naar het toilet<br />

te gaan komen we altijd met wat lekkers<br />

terug. Het weinige dat de mensen hier<br />

hebben, delen ze nog uit ook!<br />

We lachen vaak wat af. In een lokaal in<br />

de buurt van het naai-atelier bevindt<br />

zich de vestiaire waar de geschonken<br />

tweedehandskleren toekomen. Als<br />

die jonge mannen dan snel wat<br />

kledingstukken uitkiezen komen ze<br />

vaak meteen naar het naai-atelier met<br />

een broek die 5 maten te groot is of zo.<br />

Ook al is de kleding tweedehands, de<br />

bewoners hebben ook hun eigenwaarde,<br />

hun fierheid.”<br />

Het opvangcentrum voor asielzoekers<br />

van Arendonk is een open<br />

opvangcentrum en dat betekent dat<br />

bewoners vrij in en uit kunnen. Er zijn<br />

wel regels die gerespecteerd moeten<br />

worden en, ook al doen de medewerkers<br />

en de vrijwilligers hun uiterste best, de<br />

omstandigheden waarin de bewoners<br />

leven zijn niet ideaal. Gezinnen leven<br />

vaak met velen in een kleine ruimte.<br />

Iedereen slaapt in stapelbedden, er is<br />

weinig privacy. Veel zwaarder dan alle<br />

leefomstandigheden weegt de stress en<br />

de angst om uitgeprocedeerd te geraken<br />

en België te moeten verlaten. Het is een<br />

proces dat meestal enkele maanden<br />

duurt en het is er één van proberen en<br />

hopen. Intussen lopen de kinderen school<br />

in de buurt en integreert het gezin zich<br />

compleet. De menselijke drama’s zijn<br />

voor alle betrokkenen groot als ineens<br />

de definitieve afwijzing en dus uitwijzing<br />

komt.<br />

Het standpunt van Marga en Simonne is<br />

duidelijk, menselijk.<br />

“We willen ons niet moeien met politiek<br />

maar het gesol met die mensen is<br />

ondraaglijk. Eens ze ons land binnen<br />

zijn, zet ze dan meteen aan het werk of<br />

stuur ze na ten laatste 6 maanden terug.<br />

Laat hen desnoods vrijwilligerswerk<br />

doen. Laat de mensen hun waardigheid<br />

behouden en hou hen niet aan het lijntje.<br />

En dan steekt de snelle naturalisatie van<br />

topsporters ons wel heel erg de ogen uit.<br />

Ook hier zitten mensen met talenten,<br />

advocaten, chef-koks, naaisters, grafische<br />

vormgevers, noem maar op. Het zijn<br />

trouwens niet de armsten die hun land<br />

verlaten. De reis kost erg veel en er<br />

wordt dan ook vaak met hele families<br />

gespaard om 1 gezin naar België te laten<br />

komen in een poging om er een betere<br />

toekomst te vinden.<br />

Door hier te komen is ons wereldbeeld<br />

heel erg veranderd. Als we andere<br />

mensen commentaar horen geven op “die<br />

profiteurs” zitten we altijd op onze tong<br />

te bijten. Kom maar eens mee, zeggen we<br />

dan. We proberen anderen mee te krijgen<br />

om ze kennis te laten maken met de<br />

bewoners van het opvangcentrum. Eens<br />

we ze mee krijgen zijn de ervaringen<br />

altijd positief. Het mooiste voorbeeld is<br />

dat van één van de meest geëngageerde<br />

vrijwilligers hier. Hij richtte destijds een<br />

actiegroep tegen het opvangcentrum<br />

op, nu is hij een van de begeleiders die<br />

de bewoners leert fietsen en de buurt<br />

verkennen.


Nuttig zijn zit in kleine dingen. Een lach,<br />

een koekje, luisteren, samen lachen en<br />

samen huilen. Voor ons is het ook fijn om<br />

gewaardeerd te worden. Onze kinderen<br />

zijn het huis uit, zij hebben ons niet meer<br />

nodig. In het centrum zijn we nodig,<br />

nuttig. We doen kleine dingen en hopen<br />

op wonderen.”<br />

Ook geraakt door de getuigenis<br />

van Simonne en Marga ? De<br />

opvangcentra voor asielzoekers<br />

kunnen je hulp goed gebruiken.<br />

Je vindt ze via de website www.<br />

fedasil.be. Het opvangcentrum van<br />

Arendonk bereik je door contact<br />

op te nemen met Truus Boenders<br />

van het Fedasil Opvangcentrum<br />

Arendonk, Grens 77, 2370<br />

Arendonk, 014 40 52 50 of Truus.<br />

Boenders@fedasil.be en www.<br />

fedasil.be/arendonk en www.<br />

color-ado.be.<br />

79


80


Sonja Boeckx<br />

Sonja Boeckx woont in de Radiumstraat in Olen in een huis dat<br />

vroeger van Umicore was. Alle straten in de naaste omgeving zien<br />

er net hetzelfde uit. Vroeger kende iedereen iedereen in de “cité” en<br />

werd de voordeur nooit gebruikt. “Kom maar langs achter” klinkt<br />

tegenwoordig echter veel minder door de straten, oude bewoners<br />

(vaak collega’s van de fabriek) vertrekken, nieuwe bewoners kennen<br />

de buurt en haar oude gewoonten niet.<br />

“Ik ben afkomstig van Herentals. Op mijn zestiende mocht ik al eens mee met mijn<br />

oudere broer naar het jeugdcafé in de Boskant in achter-Olen. Ik heb er mijn man<br />

leren kennen. Nu, 34 jaar later, wonen we nog steeds waar we begonnen zijn. We<br />

konden het huurhuis van Umicore kopen.<br />

In het begin kende ik hier niet veel mensen. Ons verenigingsleven is pas begonnen<br />

toen de kinderen -een zoon en een dochter- wat ouder werden. ‘Ons’, want mijn<br />

man en ik zijn 2 handen op 1 buik. We kozen voor de KWB, later ging ik ook naar de<br />

Vrouwengilde. Ik had er op dat moment echt nood aan om buiten te komen. Ik voelde<br />

mij een echte kloek, alleen maar met en voor de kinderen in de weer.<br />

Eens we ons begonnen te mengen in het verenigingsleven hadden ze ons rap in de<br />

gaten. We werden snel gevraagd om mee te helpen bij activiteiten en we werden<br />

steeds meer en meer actief. Zo heb ik 13 jaar lang zwarte piet gespeeld op de school<br />

van de kinderen, ging ik helpen bij de koffietafels van begrafenissen. De KWB bleef de<br />

hoofdmoot uitmaken want die activiteiten konden we met het ganse gezin doen.<br />

Tegenwoordig proberen we zo veel mogelijk mijn hulpbehoevende schoonouders bij<br />

te staan. Dat hebben we eerst voor mijn ouders ook gedaan. Als we veel geld hadden<br />

zou ik met de ganse familie onder één dak willen wonen.<br />

Zwerfvuilmeter<br />

Mijn man heeft zich ook altijd ingezet voor de toenmalige CVP, nu CD&V. Hij is<br />

opgekomen met de laatste gemeenteraadsverkiezingen en was tot zijn eigen verbazing<br />

verkozen in de gemeenteraad. ‘Dat is omdat gij zoveel mensen kent’, zegt hij altijd. Hij<br />

zet zich hiervoor enorm in.<br />

Ik heb eveneens nooit kunnen stilzitten. Ik heb altijd van alles gedaan en ik heb altijd<br />

wat te doen. Toen de gemeente startte met zwerfvuilacties hebben we geen seconde<br />

getwijfeld. Ik kan er niet tegen dat er vuil rondslingert.<br />

81


De gemeente stelt ons het materiaal ter<br />

beschikking. Sorteerbakken op wieltjes,<br />

de vuilniszakken, een grijptang en fluovestjes.<br />

Van zodra we vinden dat er<br />

veel zwerfvuil ligt doen we onze ronde<br />

in de buurt. Dat moet zo om de 3 à 4<br />

weken zijn. Pas op, als ik met de fiets<br />

in tussentijd wat tegenkom kan het<br />

goed zijn dat ik het in mijn fietszak<br />

stop en meeneem naar huis. De volle<br />

vuilniszakken laten we aan de kant staan,<br />

die halen we achteraf op met de auto.<br />

We kleven er een sticker “zwerfvuil” op<br />

en de gemeente komt ze dan erg snel bij<br />

ons thuis ophalen.<br />

We halen erg veel blikjes op en afval dat<br />

afkomstig is van meeneemmaaltijden<br />

van MacDonalds. Op eenzelfde plek<br />

liggen haast elke keer een heleboel<br />

lege bierblikjes. Ik stel mij dan voor<br />

dat het afkomstig is van iemand die<br />

thuis niet mag drinken en zijn afval<br />

dan maar op straat gooit. We vinden<br />

ook zakjes gewoon vol met huisvuil.<br />

Ik moet mij soms inhouden om er niet<br />

eens in te zoeken naar adresgegevens<br />

van de eigenaar. Er wordt ook veel vuil<br />

verdoezeld. Lege plastic flessen die in een<br />

dichte haag gestoken zitten. Hondenpoep<br />

82


vind ik zo ongeveer het ergste wat er is.<br />

Op een gegeven moment heb ik iedereen<br />

met een hond op straat aangesproken<br />

met ‘da’s nu toch geen doen, he, zoveel<br />

hondenpoep op straat’. Ik moet op een<br />

keer prijs gehad hebben want het was<br />

ineens veel beter!<br />

Soms krijgen we negatieve commentaren<br />

in de zin van ‘jullie krijgen jullie<br />

vuilnis wel weg zeker!’ en ik zweer<br />

dat ik nog geen snoeppapierke in de<br />

zwerfvuilzakken gesmeten heb.<br />

Bankcontact<br />

In het buurtcomité ben ik ook erg actief.<br />

Net door de evolutie dat buren elkaar<br />

niet meer kennen of leren kennen, ben<br />

ik juist meer gedreven om de mensen<br />

met elkaar in contact te brengen. Samen<br />

met Vormingplus Kempen hebben we<br />

de actie “Bankcontact” opgezet. Op<br />

een centrale plaats in de wijk is er een<br />

zitbank geplaatst met een waterdicht<br />

mededelingbord. Ondanks veel moeite<br />

hebben we daar nog maar weinig<br />

berichten, meldingen van geboorten of<br />

overlijdens of andere dingen, in gekregen.<br />

Ik geef niet op. Ik blijf halsstarrig<br />

goedendag zeggen tot ik er één terug<br />

krijg. Als ik rondga voor 11.11.11 dring ik<br />

aan zonder onbeleefd te zijn. Krijg ik<br />

geen gehoor aan de deurbel dan durf ik<br />

langs achter gaan.<br />

Ik hou er altijd het plezier in. De<br />

motivatie vind ik bij mezelf. Niet te veel<br />

nadenken, gewoon doen, daar heb ik<br />

altijd in geloofd. Het hart volgen en niet<br />

te veel stilstaan bij de commentaar van<br />

anderen. Ik heb niet het gevoel dat er<br />

van mij geprofiteerd wordt. Ik zou dat<br />

niet kunnen zien, laat staan geloven, zelfs<br />

indien het zo zou zijn. Ik ben niet liever<br />

dan onder de mensen.<br />

Met een glimlach en een goeiedag.”<br />

Misschien is jouw gemeente ook<br />

wel op zoek naar zwerfvuilmeters<br />

en –peters. Indien interesse: neem<br />

contact op met de milieudienst<br />

van je gemeente.<br />

83


84


Tilly Thimm<br />

Toen ik de naam “Tilly Thimm” op mijn lijst zag staan kon ik niet<br />

wachten om deze vrouw te ontmoeten. Tilly Thimm klinkt toch<br />

minstens even goed als Laura Lynn, vindt u niet? Ik heb in haar<br />

een vedette leren kennen, maar dan wel één zonder sterallures. “Ik<br />

ben in 1963 mee afgezwaaid met mijn man Jacques uit het leger,”<br />

lacht ze mij toe. Voor mij zit, nou ja zit, ze jogt het hele interview<br />

de kamer door, een stralende vrouw die mij met zoveel warmte<br />

omringt dat ik haar haast meteen wil knuffelen.<br />

“Ik ben mijn man 4 maanden na zijn legerdienst gevolgd naar Mol. We hebben 6<br />

maanden bij mijn schoonouders gewoond. Mijn schoonmoeder nam mij alle dagen<br />

mee naar de winkel om de taal te leren. Zij was een Kortrijkse en voelde zich hier<br />

destijds even goed een vreemdelinge als ik, ook al kom ik van Kassel in Duitsland.<br />

Mijn schoonvader was een echte rode die bij de harmonie “Onze Toekomst”<br />

speelde, schoonmoeder was bij de Socialistische Vooruitziende Vrouwen (SVV) en<br />

zo ben ik er ook vrijwel meteen ingerold. Ik ging mee naar de koffietafels en via de<br />

bestuursvrouwen ben ik vrijwilligerswerk beginnen doen. Sinds 1965 maak ik ook deel<br />

uit van het bestuur van de SVV, dat inmiddels Viva-SVV heet.”<br />

Een (g)roo(t)d hart<br />

De activiteiten in die tijd waren vrij beperkt en bestonden uit niet veel meer dan 4<br />

keer per jaar een zondagse koffietafel. Het was voor veel vrouwen, moeders, het enige<br />

moment waarop ze er eens zonder man en kinderen op uit konden gaan. Uit die<br />

koffietafels is ook het jaarlijkse Kerstfeest gegroeid dat voor de leden en hun kinderen<br />

wordt georganiseerd. In maart wordt elk jaar de handwerktentoonstelling gehouden,<br />

het moment waarop de hobbyclub de resultaten van een jaar ijver toont en verkoopt.<br />

“Elke maandagnamiddag is het hobbyclub. We maken er werkjes, doen verstelwerkjes<br />

voor elkaar, kortom de ene leert van de andere. Ik leid al 5 jaar de groep hobby binnen<br />

ons Viva-SVV. De hobbyclub zelf bestaat al 28 jaar. Heel veel dingen van vroeger<br />

bestaan nog steeds. Elke tweede donderdag van de maand houden we clubavond.<br />

Bij elk begin van het werkjaar bespreken we wat het volgende jaar zal bieden. Het<br />

aanbod is afwisselend, informatief en soms gaat het over dingen die iedereen aangaan<br />

maar daarom niet gemakkelijk zijn. Er komt elk jaar een dokter spreken over allerlei<br />

kwaaltjes, de apotheker van de mutualiteit komt langs, we leren er juwelen maken en<br />

tegen kerst houden we een kookavond. Elke clubavond wordt reclame gemaakt voor<br />

de minder populaire avonden.”<br />

85


Harmonieus samenleven<br />

Net zoals andere verenigingen die zich<br />

tot vrouwen richten is het voor de Molse<br />

afdeling van Viva-SVV niet evident om<br />

nieuwe leden bij te krijgen. Waar vroeger<br />

moeders hun dochters zonder meer<br />

volgden is dat nu lang niet meer altijd<br />

het geval.<br />

“Zelfs mijn eigen dochter is nooit<br />

geïnteresseerd geweest. Ik heb het<br />

daar moeilijk mee gehad. En mijn zoon<br />

heeft nooit een instrument gespeeld,<br />

daar heeft mijn man het dan weer<br />

moeilijk mee gehad. Hij speelt, net als<br />

zijn vader vroeger, als trompettist bij<br />

de harmonieën van Mol, Meerhout en<br />

Turnhout. Nu gaat hij ook nog 1 keer per<br />

maand naar het Vlaams seniorenorkest in<br />

Lille. Hij heeft zijn hobby’s, ik de mijne.<br />

We hebben elkaar altijd ons zin laten<br />

doen. Zolang het huishouden gedaan<br />

was en het eten op tafel stond was hij<br />

content. Ik heb een goede man. Hij laat<br />

mij al eens in een Duitse colère schieten,<br />

we blijven toch nooit lang boos op<br />

mekaar.”<br />

Nicaragua<br />

86<br />

Het engagement van Tilly binnen Viva-<br />

SVV is lang niet het enige dat haar bezig<br />

houdt. Zo is ze al 23 jaar weegmoeder<br />

bij Kind & Gezin. Ze is betrokken bij het<br />

wereldwinkelrestaurant dat 1 keer per<br />

jaar wordt georganiseerd, net zoals bij de<br />

pionierswerking, het pannenkoekenfeest<br />

en de wandelingen op woensdag in de<br />

zomer, gaat de opbrengst naar Santo<br />

Tomás in Nicaragua. Het is vooral<br />

Ellie Van Goethem, ook bestuurslid<br />

van Viva-SVV en opgenomen in deze<br />

verhalenbundel, die deze werkingen<br />

trekt.


In de periode oktober-november start het<br />

toneelseizoen voor Tilly Thimm en het<br />

gezelschap “De roodborstjes”. Wat begon<br />

als een manier om de koffietafels en het<br />

kerstfeest op te vrolijken is uitgegroeid<br />

tot een waar amateur-gezelschap dat elk<br />

jaar een klucht ten tonele brengt.<br />

In het rusthuis<br />

“Ik heb altijd iets willen doen voor oude<br />

mensen. Veel mensen zijn er eenzaam,<br />

dat merkte ik zelf toen ik er de moeder<br />

van een vriendin van mij bezocht.<br />

Toen ik mij bij het OCMW-rusthuis van<br />

Mol aanmeldde, vroegen ze wat ik te<br />

bieden had. In de academie van Laakdal<br />

had ik leren schilderen en via een<br />

tweedaagse Viva-SVV-vorming heb ik<br />

leren masseren. Ik ga nu zo vaak ik kan,<br />

3 à 4 keer per week, naar het OCMWrusthuis<br />

om handmassages te geven<br />

aan dementerende bewoners. Ik vraag<br />

naar de mensen die het minst bezoekers<br />

krijgen. Iedereen heeft nood aan sociaal<br />

contact en aanrakingen. Het begint<br />

meestal met vertrouwen winnen, ruiken<br />

aan de producten en zo zachtjes aan een<br />

band creëren. Ik probeer ook een beetje<br />

aan braintraining te doen door de delen<br />

van de hand te benoemen. Het is heel<br />

intensief, ik voel ook dat ik mij zelf goed<br />

moet voelen om dat gevoel te kunnen<br />

doorgeven. Maar ik doe het heel graag.<br />

Ik hoop nog meer arrangementen uit het<br />

Well2Day-gamma te kunnen volgen om<br />

er dan later iets mee voor de mensen te<br />

kunnen doen. Tijd voor mezelf heb ik niet<br />

nodig. Met en voor anderen bezig zijn<br />

beschouw ik als tijd voor mezelf. Ik doe<br />

heel veel en alles heel graag.”<br />

Je moet geen artiest of<br />

massagespecialist zijn om het<br />

verschil te maken voor de<br />

bewoners van het rusthuis. Een<br />

babbeltje, een wandeling met de<br />

rolstoel, elke doorbreking van<br />

het dagelijkse ritme, het doet vaak<br />

wonderen. Het vrijwilligerswerk<br />

wordt vaak gecoördineerd, neem<br />

daarom contact op met een OCMW<br />

Rusthuis of ander rusthuis in je<br />

buurt.<br />

87


88


Judith Hiwat<br />

Eén van de eerste gesprekken die ik voor deze verhalenreeks voerde,<br />

bracht mij naar het Vosselaarse huis van Judith Hiwat. Het is het<br />

laatste verhaal dat ik neerschrijf. Mijn slotstuk. Het is mij met een<br />

onnoemelijke liefde toevertrouwd want Judith kan het zelf niet<br />

meer vertellen. Zij is in januari 2007 overleden. Judith wordt in haast<br />

elke <strong>Kempense</strong> vereniging gemist. Waar helpende handen nodig<br />

waren was Judith. Onverstoorbaar. Onvermoeibaar. Nergens is haar<br />

gemis groter dan thuis. Louis Bruyninckx, haar man, laat mij, laat<br />

ons, delen in zijn liefde en bewondering voor haar.<br />

Lieve Judith, dit boek is voor jou.<br />

“Judith is in Nederland komen wonen omdat ze zich in het onderwijs in Suriname<br />

niet volledig kon ontplooien als lerares. Ik heb haar 7 jaar later leren kennen tijdens<br />

een gezamenlijk babybezoek aan het kindje van mijn broer die met haar achternicht<br />

getrouwd was. Ik deed mijn best om netjes Nederlands te praten en dat stond haar<br />

aan. Zo hebben we elkaar leren kennen. We konden meteen goed met elkaar praten.<br />

Na een paar maanden ben ik naar Amsterdam getrokken en zijn we er samen gaan<br />

wonen. Nathalie, onze oudste dochter, is er geboren. Omdat kinderopvang onmogelijk<br />

was in Nederland en Judith haar baan als leerkracht toch moest opgeven zijn we<br />

eerder dan voorzien, na 2 jaar, naar België teruggekeerd. We hebben vervolgens 6 jaar<br />

in Turnhout gewoond, daarna in ons huis dat we gebouwd hebben in Vosselaar.<br />

Emancipatie en integratie<br />

Stoppen met lesgeven viel Judith erg zwaar. In Nederland was Judith vastbenoemd,<br />

in België heeft het 10 jaar geduurd eer haar diploma regent gelijkgesteld werd met<br />

het niveau lagere school. Ook daar had ze het erg moeilijk mee. Surinaamse vrouwen<br />

studeren om het te maken in het leven, om zelfstandig te kunnen zijn. Ze willen dat<br />

diploma dan ook gebruiken. Dat zelfstandig zijn heeft ze ook onze dochters Nathalie<br />

(30), Sabine (26) en Daniëlle (20) geleerd.<br />

89


90


91


92<br />

In Turnhout heeft Judith zich<br />

kunnen ontplooien door onder meer<br />

integratielessen te geven bij Prisma en<br />

door naailessen te volgen bij de KAV.<br />

Maar, haar grote gave lag in het koken.<br />

Judith kon heel goed koken. Ze heeft<br />

20 jaar lang als vrijwilliger kookles<br />

gegeven bij Dinamo, het verzamelpunt<br />

voor vorming voor volwassenen dat<br />

verbonden is aan de Warande in<br />

Turnhout. Haar grootste passie was die<br />

voor de vreemde keuken. Tot ieders<br />

tevredenheid overigens. Behalve thuis,<br />

wij waren proefkonijn en onze meisjes,<br />

de afwassers van dienst, gromden al<br />

eens. Judith kookte elke dag minstens 3<br />

gerechten. Dat gaf een berg afwas. Als er<br />

iemand jarig was werd het ganse gezin<br />

gegijzeld om samen te koken. Was er niet<br />

uitvoerig gekookt, dan was er geen feest<br />

geweest! Zo was Judith.<br />

Ik herinner mij dat Judith zou koken voor<br />

het huwelijksfeest van een fijn koppeltje<br />

uit Veerle. Ze hadden voor de gelegenheid<br />

enkele vakantiehuizen afgehuurd in<br />

Bastogne en ze zouden het eten komen<br />

halen en zich dan zelf beredderen. We<br />

hadden het evenwel meteen door dat ze<br />

het niet zouden redden. Uit sympathie<br />

en behulpzaamheid zijn we dan zelf nog<br />

naar Bastogne gereden om mee te helpen<br />

op het feest. Als dank hebben we in het<br />

huwelijksbed mogen slapen.<br />

Vreemde keuken<br />

Judith heeft overal kooklessen gegeven,<br />

van Dilbeek tot Overpelt. Ze kookte<br />

soms voor feestjes van 200 genodigden.<br />

Op een gegeven moment mocht ze van<br />

KAV Nationaal, geen kookles meer geven<br />

omdat ze het diploma van kok niet had.<br />

Daar was ze zo van onder de indruk dat<br />

ze meteen zelf kooklessen is gaan volgen<br />

en het diploma gehaald heeft.<br />

Judith droomde ervan om zelfstandig<br />

traiteur te worden. De module<br />

Bedrijfsbeheer van tijdens de<br />

koksopleiding bleek onvoldoende en<br />

hup, weer een jaar naar Syntra om het<br />

diploma Bedrijfsbeheer te halen. Ze was<br />

toen 53 jaar. Was het dan nog de moeite?<br />

Ze had het zeker in zich!”<br />

Bonte vogel<br />

Louis is nooit in Suriname, het<br />

geboorteland van Judith, geweest. Judith<br />

zelf is pas na 20 jaar in Nederland en<br />

België teruggekeerd. De teleurstelling was<br />

erg groot toen ze een land terugvond<br />

dat inmiddels helemaal verwesterd was.<br />

Ze vond er geen thuis meer. Ginder<br />

was ze niet meer op haar plaats, hier<br />

voelde ze zich ook nog steeds een<br />

vreemde. Het heeft haar gemotiveerd<br />

om zich bij EVA aan te sluiten waar ze<br />

uiteindelijk voorzitster van werd. Van de<br />

wijkvereniging Het Akkerveld , de KAV,<br />

Dinamo tot alle andere verenigingen of<br />

activiteiten waar Judith vol overgave<br />

voor gekookt heeft, is net de Turnhoutse<br />

vereniging voor Allochtone vrouwen,<br />

EVA (Een Voor Allen), haar grote ding<br />

geweest.<br />

“Judith heeft altijd de ruimte nodig gehad<br />

om haar ding te doen. Ze was een bonte<br />

vogel, geen saaie mus. Judith moest<br />

kunnen vliegen. Ik was een nieuwe man<br />

die meehielp in het huishouden. Het deed<br />

mij veel plezier toen mensen mij na haar<br />

overlijden kwamen zeggen dat ze zichzelf<br />

kon zijn omdat ik achter haar stond.<br />

Ik heb 30 jaar met veel liefde in haar<br />

schaduw gestaan. In het belang van de<br />

kinderen steek ik mij nu niet meer weg.


Jelle (Daniëlle) studeert nog. Nathalie<br />

en Sabine staan allebei in het onderwijs.<br />

Sabine heeft ook het koken in zich.”<br />

Niet opgeven<br />

In oktober-november van 2006<br />

voelde Judith zich niet lekker. Na vele<br />

onderzoeken werd de diagnose op 16<br />

januari 2007 gesteld: een vorm van<br />

longkanker die vooral mensen die niet<br />

roken krijgen. 6 dagen nadien was Judith<br />

niet meer. Op maandag 8 januari was ze<br />

nog aanwezig op een vergadering van<br />

de Vosselaarse Wereldwinkel voor de<br />

jaarlijkse brunch die ze zou begeleiden.<br />

Op woensdag 10 januari is ze opgenomen<br />

in het ziekenhuis. 10 dagen later, op 22<br />

januari is ze gestorven. Niet opgeven. Als<br />

iets Judith typeert, dan is het dat.<br />

In het huis waar Judith zo gemist<br />

wordt is ze overal aanwezig op foto’s<br />

en in betekenisvolle spulletjes. Met<br />

veel trots en dankbaarheid toont<br />

Louis mij een aquarel die Judith op 4<br />

april 2007 postuum kreeg van ACW<br />

Wereldsolidariteit en KAV ACW Vosselaar.<br />

Het staat voor de Gouden Duim, die werd<br />

uitgereikt aan de meest verdienstelijke<br />

persoon van Vosselaar van 2006. Er<br />

zijn ook schriftjes waarin Judith haar<br />

gedachten neerschreef. Louis staat mij<br />

toe er in te lezen. Judith, in haar eigen<br />

woorden: “Begrafenis met veel zang,<br />

Vosselaar mag shaken”<br />

En ik lees ook: “Judith heeft zich altijd<br />

aan xenofobie van de omringenden<br />

geërgerd. Koken met mensen, eten met<br />

mensen, vooral schoolgaande jeugd,<br />

is mensen minder bang maken voor<br />

vreemden en laten zien dat we allemaal<br />

mensen zijn met rijkdommen en cultuur<br />

en emoties.”<br />

De Internationale<br />

vrouwenwerking vzw EVA<br />

(Eén Voor Allen) waar Judith<br />

zich bijzonder voor heeft<br />

ingezet richt zich vooral<br />

tot allochtone vrouwen uit<br />

Turnhout en omgeving, maar<br />

autochtone vrouwen die<br />

sympathie hebben voor zo’n groep<br />

zijn zeker welkom. EVA wil op<br />

verschillende manieren werken<br />

aan emancipatie en participatie<br />

van allochtone vrouwen in<br />

de Belgische samenleving. De<br />

activiteiten van EVA gaan door op<br />

donderdagnamiddag vanaf 13 uur.<br />

(niet tijdens de schoolvakanties)<br />

in Villa Mescolanza,<br />

Begijnenstraat 39, 2300 Turnhout<br />

of neem contact op met Chris<br />

Pijpers, 0474 61 30 35 en<br />

vzw.eva@hotmail.com<br />

93


De organisaties die deel uitmaken van het Platform <strong>Vrouwenkracht</strong> Kempen op een rij:<br />

11.11.11-comité Geel<br />

014 58 67 24 of<br />

mireille.govaerts1@telenet.be<br />

ABVV Mechelen+Kempen<br />

www.abvvmechelenkempen.be,<br />

014 40 03 31 of mechelenkempen@abvv.be<br />

ACV Kempen<br />

www.acv-online.be, 078 15 16 16 of<br />

kdaems@acv-csc.be<br />

vzw AIF, Multiculturele<br />

Federatie van<br />

Zelforganisaties<br />

aif.scw.be, 0496 95 16 78 of<br />

klaartje.aif@skynet.be<br />

vzw EVA<br />

www.villamescolanza.be, 0474 61 30 35 of<br />

vzw.eva@hotmail.com<br />

Herentalse Vrouwenraad<br />

014 22 00 55<br />

KAV, Kristelijke Arbeiders<br />

Vrouwenbeweging<br />

www.kav.be, 03 220 12 34 of<br />

hilde.beyens@kav.be<br />

LINX+ Mechelen & Kempen<br />

www.linxplus.be, 014 40 03 60 of<br />

leen.proost@abvv.be<br />

Mondiale Raad Turnhout<br />

www.turnhout.be/mora of<br />

marc.boogers@telenet.be<br />

OKRA Trefpunt 55+, Regio<br />

Kempen<br />

www.okra.be/kempen of 014 40 33 50 of<br />

fons.janssens@okra.be<br />

VIVA-SVV vzw provincie<br />

Antwerpen<br />

www.viva-svv.be, 03 285 43 04 of<br />

annick.haesen@socmut.be<br />

Vormingplus Kempen<br />

www.vormingpluskempen.be,<br />

014 41 15 65 of<br />

viviane.schuer@vormingpluskempen.be<br />

Welzijnsschakels<br />

www.welzijnsschakels.be, 03 217 24 90 of<br />

raf.janssen@bdwzz.be<br />

Wereldraad Westerlo<br />

ww.westerlo.be, 014 53 92 11 of<br />

annelies.van.de.wouwer@westerlo.be<br />

Wereldsolidariteit<br />

www.wereldsolidariteit.be, 014 40 31 60<br />

of elke.gelens@acw.be<br />

94<br />

www.vrouwenkracht.org<br />

© 2009


95


vrouwenkracht kempen<br />

gedreven om de wereld te verbeteren<br />

96

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!