Scoop 2020
Scoop is traag. Dit blad wil een spiegel voor de gemaakte keuzes zijn – goede en betwistbare – om te leren uit de journalistieke praktijk en te inspireren voor wat komen zal.
Scoop is traag. Dit blad wil een spiegel voor de gemaakte keuzes zijn – goede en betwistbare – om te leren uit de journalistieke praktijk en te inspireren voor wat komen zal.
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
SCOOP
editie 30 2020 arteveldehogeschool, journalistiek
Vraagje over een en ander? Of graag wat extra bijstand en solidaire hulp?
Word dan snel lid van de VVJ /AVBB !
Alle info over onze lidmaatschappen op www.journalist.be.
Of raadpleeg alvast ons Journalistenloket.
P
O
R
D
N
O
J
S
S
F
I
A
E
T
P
R
D
E
O
M
V
B
T
N
O
C
N
E
A
A
R
U
N
U
A
I
O
M
R
R
R
U
Z
I
E
U
P
U
U
R
L
T
N
D
-
T
H
S
T
S
D
R
E
J
A
J
O
S
S
E
I
I
I
R
E
W
W
W
A
E
P
E
T
F
O
T
T
R
N
U
N
-
U
E
O
I
N
A
J
A
V
E
L
I
E
O
C
R
O
A
P
R
T
A
E
E
S
A
A
A
E
C
N
E
N
T
R
A
R
I
A
N
I
N
I
L
H
I
R
S
R
R
R
C
E
E
Z
I
D
I
A
U
E
I
R
R
E
I
E
T
I
J
R
T
T
A
P
E
E
U
O
R
B
E
T
T
U
E
E
N
K
S
S
K
S
L
S
N
H
A
O
I
R
D
G
E
E
E
E
O
A
L
I
U
D
E
A
E
H
N
T
T
O
O
D
N
I
A
A
V
N
C
N
I
R
E
I
T
S
A
I
R
I
I
T
N
N
N
U
R
E
C
V
W
F
U
U
A
E
T
T
P
J
K
B
G
C
N
D
G
H
R
A
R
S
E
S
J
J
N
F
O
S
R
R
T
O
E
E
L
O
R
A
C
K
K
B
L
L
C
T
I
B
D
E
L
T
R
C
O
M
S
I
N
T
C
U
E
U
S
N
R
E
O
N
D
O
N
R
N
N
N
D
N
O
O
A
E
G
O
N
T
E
P
I
R
U
U
U
A
S
E
A
R T K
I
L
I
N
E
Edito
door Arthur Van Belleghem
Journalistiek is liefde. Ploeteren, zwoegen,
wroeten. Schrobben en polijsten. Genieten.
Er zijn geliefden in de journalistiek, je leest
wel eens journalistiek over liefde. Op onze
redactie overheerste wekenlang de liefde
voor de journalistiek.
Liefde voor de journalistiek. Dat is een
redactie vol twintigers ’s morgens vroeg
samen krijgen voor de eerste vergadering,
op een zucht van de Overpoortstraat.
Het land rondrijden om die ene maar o
zo cruciale expert te spreken. Schrijven,
schrappen, schuiven, weten dat het beter
moet, dan gewoon dapper opnieuw
beginnen. Zoeken naar een lettertype,
uren vergaderen over een kleur. Twintig
collages maken om er twee te publiceren.
Journalistiek is een werkwoord.
Liefde is een brandend vuur.
Hartverwarmend. Allesvernietigend.
Vurig boos worden om een planeet die in
brand staat. Kaarsen branden als er weer
eens vroeger dan verwacht een nieuwe
ster aan de hemel fonkelt. Tranen die in
de Seine rollen als het huis van God in
lichterlaaie staat. Je kiezers in het heetst
van de strijd een bak Duvel beloven, om ze
maanden later misschien schoorvoetend
een flesje Paljas te moeten aanbieden.
Journalistiek is kleine inspanningen
leveren, zonder applaus te verwachten.
Onthouden wat iemand weken geleden
vertelde, om dat morgen keihard
opnieuw onder diens neus te duwen.
Fouten rechtzetten, omdat je daar op
lange termijn samen meer vruchten
van plukt. Journalistiek is over je
schouder kijken om te zien of iedereen
nog aan boord is en dan meteen weer
vooruitblikken, nieuwsgierig naar wat
komen zal. Journalistiek is huiselijk. De
ene dag het gespreksonderwerp aan de
keukentafel, de volgende dag lectuur in
het kleinste kamertje.
Ten geleide
Een team studenten Journalistiek van de Arteveldehogeschool in Gent werkt met
tussenpozen van november tot januari aan het jaarlijkse magazine Scoop. Ze gaan
aan de slag met interessante journalistieke trends en gebeurtenissen van het jaar
en proberen daarbij altijd vooruit te blikken. Het concept van Scoop is onder meer
geïnspireerd door Delayed Gratification, een Brits magazine dat sinds 2011 vier keer
per jaar drie tot zes maanden terugkijkt in de tijd.
INHOUD
artikel, maand, jaar pagina titel
a 01.2019
b 01.2019
p 09
p 12
Deze kop brengt je mogelijk in verwarring
'Een boekenbijlage maakt een krant boeiender en rijker’
a 02.2019
b 02.2019
c 02.2019
p 17
p 20
p 22
Lectrr: ‘Tekenen met de handrem op, daar geloof ik niet in’
Reclame in schaapskleren
‘De krant waar ik begon, was niet meer dezelfde
toen ik ze verliet’
a 03.2019
b 03.2019
c 03.2019
p 27
p 28
p 30
Tussen bekroning en zelfbewieroking
Werk, wijn en whisky
Opgelet: expliciete beelden
a 04.2019
b 04.2019
p 35
p 36
Vlaamse mediahuizen: dwergen tussen giganten
‘Vrijwilligerswerk is niet vrijblijvend’
a 05.2019
b 05.2019
b 05.2019
p 41
p 42
p 44
'Je moet er samen door'
(On)betrouwbaar online
Magazineredacties: een romp met ledematen
a 06.2019
b 06.2019
c 06.2019
p 49
p 52
p 54
De brug tussen Karrewiet en het Journaal
Mediahuizen bekennen kleur
Mediavrouwen op leeftijd over leeftijdsdiscriminatie
artikel, maand, jaar pagina titel
a 07.2019
b 07.2019
p 61
p 64
'Communiceren over wetenschap is een kunst'
Niet gezwoegd, geen beeld of klank
a 08.2019
p 69
‘Een podcast is iets intiems’
a 09.2019
b 09.2019
p 75
p 76
De brilscore
Journalist of regisseur?
a 10.2019
b 10.2019
p 81
p 82
Als de liefde je journalistieke pad kruist
De rol van de media in het klimaatdebat
a 11.2019
b 11.2019
c 11.2019
p 87
p 88
p 90
*Ping* *Tsjilp* *Bzzz*
Hoeveel geld krijgt de Vlaamse journalistiek
van overheden?
‘Jonge vrouwen zijn risicogroep voor online-intimidatie’
a 12.2019
a 12.2019
b 12.2019
p 95
p 96
p 99
Deepfakes: de natte droom van een leugenaar
Artificiële intelligentie is dansen op een slappe koord'
Scoopogram
Januari
Fotograaf
Kristof Vadino
Verandering en hoop
‘Januari 2019. De eerste samenkomst van scholieren die spijbelen voor het klimaat. Naar het voorbeeld van de Zweedse Greta
Thunberg komt in België de eerste klimaatbetoging op gang. De politie maant de scholieren aan om op het plein te blijven staan,
met als doel de impact van de betoging te verminderen. Even was er twijfel. ‘’Wat doen we nu? Gehoorzamen of marcheren?’’ Na
een paar minuten beginnen enkelen spontaan en met jeugdige energie te stappen. Iedereen volgt. De toon is gezet. De politie
staat er verbaasd naar te kijken. Het levert een prachtig moment op. De bezorgdheid over de toekomst is te groot om te willen
gehoorzamen.’ ‘Het klimaat is mede dankzij de scholieren niet meer weg te denken uit het politieke debat. Andere groeperingen
zoals Klimaatactie en Extinction Rebellion krijgen meer schwung door de wekelijkse opkomsten van Youth For Climate. De
hoeveelheid cynische bagger die ze over zich heen krijgen, toont aan dat ze een gevoelige snaar raken met hun bezorgdheid,
vraag voor verandering en hoop.’
knkn
‘Vreugdevuur’ in Scheveningen
(+) Etienne Vermeersch
Meest geklikt
van de maand
Tweets
van de maand
Cover
van de maand
Strandjutten is nu
een containerbegrip.
Cynicus des vaderlands
@KarelRosman
4 januari 2019
Op apache.be
Het duistere netwerk
achter Dries Van Langenhove
Oppermachtig. Weergaloos.
Onvoorstelbaar goed: Djokovic
#AustralianOpen
Schild & Vrienden vindt zijn oorsprong
bij andere organisaties, waaronder een
aantal Duitse clubs. Pano ontmaskert
de studentenvereniging als extreem
racistisch en seksistisch. Later zal Dries
Van Langenhove een BV worden die
electoraal zal worden uitgespeeld door
Vlaams Belang.
Tjaard de Vries
@TjaarddeVries
27 januari 2019
De begroting zit vast omdat democraten
en republikeinen het oneens zijn over
de financiering van ‘The wall’. Een deel van
de overheidsdiensten sluit en ambtenaren
vallen zonder inkomen.
Vlaamse onlinemedia duiden hun onduidelijke koppen
Deze kop brengt
je mogelijk in
verwarring
Geregeld lees je een onlinekop waarin geen feiten staan, maar
waarschijnlijkheden. Wanneer breng je nieuws? Als je zeker bent
van de feiten, of eerder? Scoop sprak met de chefs Digitaal en chefs
Online van HLN, De Morgen, VRT NWS, Het Nieuwsblad en De Standaard.
We vroegen hen wat ze van voorwaardelijke koppen vinden,
wanneer gebruik ervan is toegestaan en waarom.
a 01.2019
P09
TRIGGER
Op 8 januari 2019 kopt
De Morgen: 'In 2019
betalen we waarschijnlijk
iets minder voor onze
energie.' Het stuk
schept verwarring.
door Arno Meijnen en
Sibren Dejaegher
Zondagavond 10 november 2019 brandde een
toekomstig asielcentrum in Bilzen uit. Enkele van
de grote Vlaamse onlinemedia berichtten al snel
dat de brand ‘waarschijnlijk’ of ‘met grote zekerheid’
was aangestoken. In de loop van de volgende
dag bevestigde de politie formeel dat de
brand was aangestoken, waarna de 'twijfelende'
koppen werden aangepast.
De populairste Vlaamse nieuwssite, HLN.be, wist
zondagnacht al dat de brand was aangestoken.
Toon Mast, chef Online op de redactie van Het
Laatste Nieuws legt uit waarom: ‘Onze journalist
ter plaatse heeft waarschijnlijk heel goede bronnen
bij brandweer of politie. Als een brandweerman
ter plaatse twee jerrycans benzine heeft
zien staan, kun je schrijven dat de brand is aangestoken.
Wat nu nog niet geweten is, is binnen
een uur misschien wel duidelijk. Dan passen we
het ook zo snel mogelijk aan. Dat is het voordeel
van onlinejournalistiek. Eens een krant gedrukt is,
kun je het verhaal niet meer aanpassen.’
Demorgen.be berichtte anders over de brand
in Bilzen: Uitslaande brand in toekomstig asielcentrum
in Bilzen ‘naar alle waarschijnlijkheid’
aangestoken. Waarom publiceert demorgen.
be een artikel waarvan de feiten nog niet zeker
zijn? Sam Feys, chef Online van De Morgen, verduidelijkt:
‘Die aanhalingstekens verwijzen naar
een letterlijke uitspraak van een burgemeester.
Als een burgemeester zegt dat die brand naar
alle waarschijnlijkheid is aangestoken, heb je iets
om op voort te gaan.’
Pas later die dag zou de politie de brandstichting
formeel bevestigen. Toch is volgens Feys de uitspraak
van de burgemeester nieuws: ‘Want wat
is het alternatief? Dat je het gewoon niet brengt?
Daar zou ik het moeilijk mee hebben. Een kop
zal nooit de volledige waarheid tonen. Je moet
daarvoor het volledige artikel lezen. Een kop is
er deels om te prikkelen, dat is gewoon een feit.’
Feys vindt het zeker geen probleem dat af en
toe eens mogelijk of naar alle waarschijnlijkheid
opduikt. ‘Maar je mag er zeker geen twijfel mee
zaaien. Je mag de lezer niet op het verkeerde
been zetten.’
P010
a 01.2019
Moeilijke afweging
VRT NWS berichtte, zoals demorgen.be,
dat de brand in Bilzen ‘naar alle waarschijnlijkheid’
was aangestoken. Ook
Brecht Decaestecker, toen nog chef
Digitaal bij VRT NWS, vindt dat correct.
‘Omdat het de woorden van de burgemeester
zijn, is het een nieuwsfeit. We
maken een afweging over hoe relevant
dat nieuws op dat moment is. Je kunt
niet zeggen: De burgemeester heeft
een statement gedaan, maar wij gaan
het nog niet publiceren.’
Ook Nieuwsblad.be koos een voorwaardelijke
kop voor de brand in Bilzen: Uitslaande
brand in tijdelijk asielcentrum
Bilzen ‘zo goed als zeker aangestoken’.
Jozef Leysen, chef Nieuws Online bij
Het Nieuwsblad: ‘Als het nieuws maatschappelijk
belangrijk genoeg is, moet
die zekerheid niet absoluut zijn. Je hebt
hier niet louter een asielcentrum dat
uitbrandt. Als de politie zegt: “Op basis
van wat wij nu vaststellen, is de brand
wellicht aangestoken”, krijgt die brand
een fors verzwarend effect.’
Volgens Leysen is het de absolute taak
van een nieuwswebsite om daar zo snel
mogelijk over te berichten. ‘Met feiten
die correct zijn of met mensen die met
gezag iets kunnen vertellen. Liefst zouden
we daar ook zo snel mogelijk een
formele bevestiging van willen hebben.
Maar de tijd die het duurt om die bevestiging
te krijgen, hebben wij niet in
de hand.’
De Vlaamse onlinemedia zijn niet eensgezind
over de berichtgeving van de
brand in Bilzen. DS Online maakte een
kop zonder veronderstellingen: Parket
opent onderzoek naar uitslaande
brand in gebouw Bilzen dat dienst zou
doen als asielcentrum. Michiel Snoeck,
chef Online op de redactie van De Standaard:
‘We hebben daar heel feitelijk
over bericht, omdat het om een gevoelig
dossier ging. Je zou er ook een citaat
van de burgemeester kunnen inzetten,
maar dat is altijd een moeilijke afweging.
Quotes worden heel vaak verkeerd
geïnterpreteerd.’
‘Als je naar alle waarschijnlijkheid is de
brand aangestoken in de kop zet, krijg je
af en toe reactie’, zegt Snoeck. ‘Mensen
interpreteren dat soms alsof de brand
wel degelijk aangestoken is, hoewel het
onderzoek nog loopt. Op de redactie
zijn de meningen daarover verdeeld. De
ene zegt: “Aan de hand van de tekst zal
mijn artikel duidelijk zijn.” De andere zegt
dat veel mensen alleen de kop lezen,
die zonder veel discussie aannemen en
de nuance niet zien. Als er tussen die
twee groepen een discussie ontstaat,
kiezen we meestal voor de veilige optie.
Dan titelen we neutraal.’
'Quotes worden heel
vaak verkeerd
geïnterpreteerd'
Michiel Snoeck
Wereldpers
Regelmatig vind je voorwaardelijke
koppen terug in onlineartikels. Zo verscheen
op 2 augustus 2019 op HLN.be
het artikel Processierupsen zijn volgend
jaar waarschijnlijk met meer. Het is dus
niet zeker, en toch is het nieuws. Waarom
eigenlijk? Mast vindt het geen probleem
dat journalisten rapporteren over
waarschijnlijkheden. ‘De journalist moet
niet altijd alle harde feiten hebben. Wat
er gebeurt met processierupsen houdt
mensen bezig. Toegegeven, het vermoeden
dat er dit jaar waarschijnlijk
meer processierupsen zullen zijn, komt
van een expert bij Natuur en Bos. Die
bewering had dus als citaat in de kop
moeten staan.’
Op 4 december 2019 publiceerde
demorgen.be een artikel met de kop
Impeachment Trump mogelijk dichterbij
met publicatie vernietigend rapport.
‘Over die kop kun je zeker discussiëren’,
zegt Feys. ‘Je kunt jezelf de vraag stellen:
Is die kop feitelijk genoeg? We geven
daarom duiding in het artikel en dat
brengt nuance. Soms is het ook duidelijker
om te zeggen dat zo'n vernietigend
rapport de afzettingsprocedure van
Trump mogelijk dichterbij brengt. Mensen
kunnen zich daar concreet iets bij
voorstellen. Het woord ‘mogelijk’ is hier
dus een duidelijk woord dat betekent:
“We kunnen het niet met honderd procent
zekerheid zeggen.”’
Een artikel op Nieuwsblad.be van 1 augustus
2019 over de dood van Hamza
bin Laden kopt Zo vader zo zoon: ‘Kroonprins
van jihad’ wellicht gedood door
Amerikanen. ‘Niemand, noch de kant
van bin Laden, noch de Amerikaanse
overheid, bevestigt dat formeel’, vertelt
Leysen. Toch vindt de chef Online
van Het Nieuwsblad het een goede kop.
‘Omdat het op dat moment belangrijk
internationaal, politiek nieuws is. Heel
de wereldpers bericht dat bin Laden
uitgeschakeld zou zijn door de Amerikanen.’
Leysen: ‘Je kunt zeggen: “Nee, we gaan
enkel berichten over wat we heel, heel
zeker weten.” Dan krijg je heel voorzichtige,
heel feitelijke en weinig evoluerende
berichtgeving. Daar hebben we niet
voor gekozen. Het is de taak van
de media - of het nu gaat om online,
print, tv of radio - om zo correct mogelijk
te berichten over wat er gebeurt. In het
ideale scenario doe je dat alleen als je
zeker bent over wat er bericht wordt.’
'Een journalist moet
niet altijd alle harde
feiten hebben'
Toon Mast
De regel
Bij een artikel van 5 april 2019 gebruikte
DS Online deze voorwaardelijke kop: Stad
Middelkerke misschien voor rechter na
stopzetten bouw casino. ‘Daar gaat het
om een opvolging van een dossier’, zegt
Snoeck. ‘Het nieuws is eigenlijk dat een
bouwgroep juridische stappen onderneemt.
Maar dat zit anders verpakt in de
kop. Daarom zetten we die voorwaardelijkheid
erin. De kop is iets concreter met
het woord rechter erin. In plaats van het
meer omschrijvende 'juridische stappen'.
In onlineberichtgeving kun je zo’n dossier
snel en kort opvolgen.’
Een laatste voorbeeld, van VRT NWS,
brengt ons terug naar 15 juni 2016. De kop
luidt Bosbranden Canada waarschijnlijk
veroorzaakt door menselijke activiteit.
Zonder aanhalingstekens. In het artikel
lees je dat de Canadese politie zegt dat
de branden waarschijnlijk werden veroorzaakt
door menselijke activiteit.
Decaestecker zegt dat hij het niet op die
manier in de kop zou zetten. ‘We mogen
het zo brengen omdat het ver van ons
staat en relevant is.’ Ook bij VRT NWS vind
je dus af en toe twijfelkoppen. Decaestecker
zegt dat zulke artikels de uitzondering
zijn die de regel bevestigen. ‘De regel is
dat je dat niet doet. Toch is het soms belangrijk
om de laatste stand van zaken
daar mee te geven, ook al ken je nog niet
alle feiten.’
‘We onderzoeken op dit moment welke
koppen misleidend zijn en welke niet.
Veel mensen lezen alleen de kop van
een artikel of zelfs maar een deel ervan.
Bij een kop in de vorm van bron + quote
zien mensen soms de bron niet, alleen
de quote. Op de redactie discussiëren we
daarover’, besluit Decaestecker.
hln.be, 2 augustus 2019
demorgen.be, 4 december 2019
vrtnws.be, 15 juni 2016
a 01.2019
P011
nieuwsblad.be, 1 augustus 2019
'Een boekenbijlage
maakt een krant
boeiender en rijker’
De Standaard trekt elke vrijdag uitgebreid de kaart van het
boek. Niet veel media maken dezelfde keuze. De literatuurbijlage
De Standaard der Letteren verscheen voor het eerst in 1952.
Veerle Vanden Bosch, chef Letteren bij De Standaard, licht toe
waarom de krant het zo belangrijk vindt om aandacht te besteden
aan boeken. ‘Als je een kwaliteitskrant wil zijn, moet je een
literatuurbijlage hebben.’
b 01.2019 P012
TRIGGER
De Morgen doekt zijn
aparte boekenkatern
op woensdag op.
Die verhuist naar
de weekendbijlage.
Knackredacteur Peter
Casteels vraagt zich op
23 januari 2019 af of dat
erg is. ‘Willen mensen
het eigenlijk wel over
boeken hebben?’
door Fien Van Liedekerke
Hoe ziet het team achter
de boekenbijlage eruit?
Veerle Vanden Bosch: Veerle Vanden Bosch:
‘Peter Jacobs en ik zijn de vaste redacteurs
van de letterenredactie. Jozefien Van Beek
vult die kern twee dagen per week aan op
freelancebasis. Verder werken we samen met
een grote groep freelancerecensenten. Allemaal
doorgewinterde lezers met een grote
expertise. Vaak hebben ze een letterenstudie
achter de rug, soms zijn ze ook zelf literair vertaler,
dichter of schrijver. Daarnaast zijn er af
en toe redacteurs van andere afdelingen op
de redactie die een recensie schrijven. Dan
gaat het meestal om onderwerpen die bij hun
vakgebied als journalist aanleunen.’
Hoe bepaalt de redactie de inhoud?
Vanden Bosch: ‘Er komen dagelijks heel wat
boeken aan op de redactie. Uitgeverijen sturen
die op, maar wij bepalen of we er iets mee
doen. Zo bewaren we onze onafhankelijkheid.
Als het gaat om een onbekende schrijver, lezen
we een aantal bladzijden of een hoofdstuk
uit het boek. Doorstaat het de eerste test,
dan sturen we dat door naar een recensent.
De meeste van onze freelancers hebben een
gebied waarin ze gespecialiseerd zijn, bijvoorbeeld
Franse literatuur. Het werk van bekende
auteurs sturen we rechtstreeks naar de
freelancers door. Doordat we samenwerken
met mensen die een grote expertise hebben,
komen er ook voorstellen van hun kant. Het is
tweerichtingsverkeer.ʼ
Is het belangrijk om in de media aandacht
te besteden aan literatuur?
Vanden Bosch: ‘De Standaard der Letteren is
onderdeel van de krant. Het is onze taak om
mensen te informeren over politiek en economie,
maar ook over cultuur. Boeken maken
daar een belangrijk deel van uit. Ik denk dat
Illustratie Pol Cosmo
dat belangrijker wordt, omdat er steeds
minder media uitgebreid over boeken
berichten. Media-aandacht is volgens
mij belangrijk voor de levensvatbaarheid
van literatuur.’
Wie zijn de concurrenten?
Vanden Bosch: ‘Alle grote Nederlandse
kranten beschikken over uitgebreide
boekenbijlages. Wij beschouwen hen
niet als concurrenten, maar we kijken
wel naar hen om te zien of we goed
bezig zijn. Soms halen we er inspiratie
uit. In België vermindert de media-aandacht
voor literatuur. Knack besteedt er
nog aandacht aan en De Morgen ook,
maar helaas minder dan vroeger. Humo
brengt af en toe nog grote interviews.
Ik denk dat media die keuze vooral maken
uit financiële overwegingen. Een
boekenbijlage brengt niet veel op voor
een krant en het aantal advertenties
dat je ermee werft, is zo goed als onbestaande.’
Waarom blijven jullie ervoor kiezen
om de bijlage te maken?
Vanden Bosch: ‘Elke krant heeft een bepaald
budget en kiest waaraan ze dat
besteedt. Wij kiezen ervoor om te investeren
in een boekenbijlage, omdat dat
hoort bij de filosofie van De Standaard.
We willen onze lezers informeren en hen
aanzetten om met een open blik naar
de wereld te kijken. Als je een kwaliteitskrant
wil zijn, heb je daar een boekenbijlage
voor nodig. Dat hoort samen.
Boeken maken het leven, maar ook een
krant boeiender en rijker. Het is een nichepubliek
dat die bijlage leest, maar
wel een belangrijk publiek.’
Media-aandacht is
volgens mij belangrijk
voor de levensvatbaarheid
van literatuur.’
Doet de bijlage het goed?
Vanden Bosch: ‘Er zijn geen exacte cijfers
omdat we samenhangen met het
totaalpakket van de krant. Wel merken
we een meerverkoop op vrijdag. De
boekenbijlage heeft daar zeker een invloed
op. Vroeger verscheen de bijlage
op donderdag, maar die is opgeschoven
naar vrijdag met het oog op het
weekendabonnement. Mensen halen
vaak de boekenbijlage uit de krant om
ze in de loop van de volgende week te
lezen. Ze nemen daar graag hun tijd
voor. Dat merk ik aan de reacties die we
krijgen, daar gaat vaak een weekend
overheen. Er komen positieve en negatieve
kritieken binnen, maar we worden
er niet mee overstelpt.’
Is er nog nood aan een literaire
bijlage in de tijden van internet?
Vanden Bosch: ‘De bijlage wordt ook
digitaal uitgebracht, maar een echte
boekenwebsite hebben we niet. The
Guardian heeft dat bijvoorbeeld wel.
The Guardian Books is volledig gewijd
aan boeken en schrijvers. Daar kijken wij
met grote ogen naar. Jammer genoeg
kunnen we dat financieel niet bolwerken.
Zij beschikken over een team van
een tiental mensen voor de website alleen,
terwijl wij maar met twee zijn voor
de bijlage. Zo’n site is een grote droom,
maar dromen mag. Dan kan je daar
misschien een stukje van waar maken..’
Welke dromen voor de literatuurbijlage
zijn wel realiseerbaar?
Vanden Bosch: ‘Ik zou graag meer
ruchtbaarheid geven aan de boekenbijlage.
Zo’n krant is een hele grote machine.
Alle afdelingen en stukken schreeuwen
om aandacht en dat maakt het
moeilijker om op te vallen. Daarom wil ik
dat de krant meer inspanning levert om
De Standaard der Letteren zichtbaarder
te maken, ook online.’
b 01.2019 P013
Februari
Fotograaf
Nicolas
Maeterlinck
Schauvlieghe? What a Joke!
‘Deze foto van tijdens de klimaatmarsen in Brussel vat voor mij de recente golf van klimaatbetogingen samen. Vooral de creativiteit
in de slogans valt me op. Verbluffend hoe Youth For Climate een volledig politiek establishment voor blok heeft kunnen
zetten met eenvoudige slogans van de klassieke jaren tachtig: No Time to Waste. Ook de meer hedendaagse slogans doen
het goed: Fuck me, not the planet! Daarnaast vallen mij ook de verwijten naar het beleid op.’ ‘Er is al veel veranderd sinds het
No Time To Wastetijdperk. ‘’Niet genoeg en het mag sneller’’, zegt de jeugd ons nu. Gezien de kritische noot in deze foto moet
ik er eerlijkheidshalve aan toevoegen dat ‘Bruxelles Propreté’ nadien de boel is komen opruimen net zoals dat bij alle andere
grote manifestaties gebeurt.’
(+) Willy Willy
(+) Karl Lagerfeld
Meest geklikt
van de maand
Tweets
van de maand
Cover
van de maand
Op trends.knack.be
‘Nationale staking is
schijnvertoning’
Een dikke proficiat aan Dany,
Birgit, Dirk, Elke, Jan, Aagje, Freek,
Lynn, Farouk, An, Nicholas, Bea,
Willy, Cathérine, Niels, Julie, Luk,
Nathalie, David, Jill, Maarten,
Evi, Kürt, Jonas en vele andere
gezichten @VTM. Ook ode aan
Mike & Guido voor hun lef & visie.
#30jaarVTM
Hilde Crevits
@crevits
1 februari 2019
De nationale staking van 13 februari
kost de economie een pak geld. Ook
schaadt ze het imago van België als
investeringsplaats. De werknemer is
niet tevreden over de 0,8% loonstijging
en wil meer. Waarom is de schijnvertoning
van een nationale staking nodig
als de sociale partners al vooraf toegeven
dat ze opnieuw willen samenzitten,
vraagt Trends zich af.
Om 15.00 uur in Ukkel 17,6°C.
#dagrecord. Nog nooit
(sinds 1901) zo vroeg in
het seizoen zo warm geweest.
Diepenbeek 17,8°C
Frank Deboosere
@frankdeboosere
15 februari 2019
Het debat over de invoering van de rijkentaks
opent de ethische kwestie over wat ‘rijk zijn’ is
en waar de ‘rijkengrens’ ligt.
Lectrr:‘Tekenen met
de handrem op,
daar geloof ik niet in’
‘Het zijn wereldwijd barre tijden voor cartoonisten. Enkel in
West-Europa hebben we nog vrijheid’, zegt cartoonist Steven
Degryse, beter bekend als Lectrr. Degryse stuurde zijn cartoons
ook door naar de internationale editie van de Amerikaanse
krant The New York Times. Die besliste echter vanaf 1 juli geen
cartoons meer te publiceren nadat een prent over Netanyahu
in april voor ophef had gezorgd. Cartoons hebben dikwijls een
grotere impact dan een cartoonist zelf bedoeld had.
a 02.2019
TRIGGER
Een cartoon van tennisster
Serena Williams in de Australische
krant Herald Sun wordt
op 25 februari 2019 door
de Australische Raad voor
Journalistiek niet als racistisch
of seksistisch beoordeeld.
De cartoon beeldt haar af met
dikke rode lippen en kroeshaar,
stampvoetend van woede.
Hij was omstreden.
door Lou De Lange
Wat is er precies misgelopen?
Steven Degryse: ‘De internationale editie
van The New York Times publiceerde op
25 april een cartoon waarop de Israëlische
premier Netanyahu staat afgebeeld als een
blindengeleidehond van de Amerikaanse
president Trump. De prent viel in slechte
aarde bij de joodse gemeenschap. Door de
hetze die ontstond, besliste de internationale
editie geen cartoons meer te publiceren.
‘We stoppen ermee’, zo stond het in
het mailtje dat ik van de krant kreeg. Door
die beslissing werden ook andere kranten
gestraft, want The Times International stelt
zijn cartoons ook aan andere kranten ter
beschikking. Van de ene dag op de andere
kwamen zij zonder cartoons te zitten. Ik vind
het nog altijd jammer dat de fotoredacteur
bij The Times niet de moed heeft gehad om
op voorhand de cartoon af te keuren of nadien
zijn verantwoordelijkheid op te nemen.
In dat geval had het wellicht zo geen vaart
gelopen.’
waar van cartoonisten verwacht wordt een
kamp te kiezen: of ze zijn republikeins of ze
zijn democratisch. Wie nuance zoekt, wordt
aan de kant geschoven. Dat geldt ook voor
journalisten en zelfs fotografen. De Verenigde
Staten wordt “the Land of the Free, Home
of the Brave” genoemd, maar het eerste
wat ik kreeg toen ik er ging publiceren, was
een censuurlijst. De eerste regel die daarop
te lezen stond: verboden te spotten met
religie. Dat is zoals in Iran. De Amerikaanse
speelgoedfabrikant Hasbro vroeg me ooit
om Manneke Pis te tekenen op de cover van
Monopoly. Toen ik de tekening opstuurde,
kreeg ik van hen te horen dat de piemel van
Manneke Pis niet te zien mocht zijn. Wat een
verschil met West-Europa. Hier krijg ik soms
de vraag, “kan het nog wat grover?”.
‘Italiaanse media vroegen
me: kan je Berlusconi’s
piemel laten zien?
P017
Hoe is de VS voor cartoonisten?
Degryse: ‘De VS is echt een topland voor
cartoonisten. Er zijn wekelijks gala’s waar
cartoons worden tentoongesteld en in de
prijzen vallen. Anderzijds is het een land
Ik tekende Silvio Berlusconi voor Italiaanse
media alsof hij betrapt werd, met zijn broek
op zijn enkels. De Italianen vroegen me: “kan
je zijn piemel laten zien?”’
‘Charlie Hebdo heeft
meer kapotgemaakt
voor de internationale en
islamkritische cartoonist
dan de islam zelf’
P018
a 02.2019
Europese cartoonisten zijn veel minder
gebonden aan regels. Wat is er
dan misgelopen bij Charlie Hebdo?
Degryse: ‘Charlie Hebdo publiceerde al
jaren Christus- en Mohammedcartoons.
Toen de Deense krant Jyllands-Posten
in 2005 een wedstrijd organiseerde met
als thema Mohammedcartoons werd
daar in Europa weinig aandacht aan
besteed. Maar een half jaar later was
het plotseling groot nieuws in Egypte.
Geestelijken toerden het land rond om
te vertellen hoe hun profeet en geloof
werden afgebeeld. Tijdens die samenkomsten
werden de cartoons nooit getoond
en in de plaatselijke media verschenen
ze met een blur over. Het waren
meer de geestelijken en de media die
de mensen ophitsten dan de cartoons
zelf. Tijdens die protesten heeft Charlie
Hebdo zijn cartoons publiek gemaakt
zodat kranten ze konden publiceren. De
redactie had er niet bij stilgestaan wat
de impact kon zijn.’
Moeten wij Mohammedcartoons maken?
Degryse: ‘Onrechtstreeks heeft Charlie
Hebdo meer kapotgemaakt voor de internationale
en islamkritische cartoonist
dan de islam zelf. Cartoons waren heel
populair in Noord-Afrika en Turkije, ook
islamkritische cartoons. Maar veel tekenaars
zijn gestopt, gevangengenomen,
gevlucht of veroordeeld. Stel dat de Mohammedcartoons
niet bekend waren
geworden en de aanslag niet was gebeurd,
dan zouden cartoonisten daar nu
zelf misschien Mohammed tekenen. Het
is veel krachtiger wanneer een islamitische
cartoonist met zijn profeet lacht,
dan dat een blanke 70-plusser uit een
Franse stad dat doet. Tekenaars werden
door Charlie Hebdo dertig jaar terug in
de tijd gekatapulteerd.’
Wat teken jij sinds de aanslag op
Charlie Hebdo niet meer?
Degryse: ‘Ik denk daar vaak over na:
wat kan en wat niet. Over de aanslag op
Chalie Hebdo tekende ik ook een cartoon.
Die ging viraal. Ik kreeg daarvoor
een doodsbedreiging, waarmee ik naar
het politiekantoor in Gent ging. Daar
begon ik al aan mijn volgende cartoon.
Ik kon gaan voor een harde cynische
grap of een zelfcensuurcartoon. De harde
grap kwam snel, die met handrem
kwam niet. Er was geen handremgrap.
Met de handrem op, daar geloof ik niet
in. Ik geloof niet in censuur. Hoewel ik
collega’s wel eens hoorde beweren dat
ze aan zelfcensuur deden, weet ik dat
ze dat niet kunnen. Marec tekende Mohammed
nog tijdens primetime in Terzake
(6 januari 2020, nvdr.). Wij zoeken
vragen, geen oplossingen. Die zelfcensuur
is even goed een vraag. Mijn enige
regel is spotten met machtige mensen.
Hoge bomen moeten veel wind vangen.
Ik lach niet met een slachtoffer, al wijk ik
daar wel eens van af om die hoge bomen
te raken.’
Wat mag er nog gezegd of getekend
worden?
Degryse: ‘Vrije meningsuiting dient niet
alleen om goede dingen te zeggen. Ook
idiote uitspraken moeten ergens kunnen
en beschermd worden. “Schiet iemand
neer”, dat is erover. Negationisme is bijvoorbeeld
strafbaar. Ik vind negationisten
idioten, want alle bewijzen zijn er dat
de Holocaust heeft plaatsgevonden.
Toch vind ik het gevaarlijk om te zeggen
dat het verboden is. Stel dat het niet
strafbaar zou zijn, dan konden we met
die mensen in discussie treden. Nu leven
ze met hun opvattingen verder. Zo
creëer je een beerput die vroeg of laat
uitbarst. Binnenkort zullen sympathiserende
uitspraken voor IS misschien ook
strafbaar worden.'
Waar moeten we voor opletten in
België dan?
Degryse: ‘Naast negationisme moeten
we opletten voor bedrijven. Vastgoedonderneming
land Invest dat Apache
de kop indrukt met rechtszaken of zakenman
George Forrest die MO* Magazine
aanklaagt. Facebook bijvoorbeeld,
dat legt de racismewetgeving en belastingen
gewoon naast zich neer. We
gaan steeds meer moeten luisteren
naar grote bedrijven en multinationals
die machtiger zijn dan sommige landen.
Ik heb daar geen waardeoordeel
over. Ik vind het vooral interessante tijden
om cartoons te maken. Zolang we
maar vrij mogen spreken.’
a 02.2019
P019
De cartoon van Mark Knight van Serena Williams, die uiteindelijk niet als racistisch of seksistisch
werd beoordeeld.
De gewraakte cartoon van Jean Plantu, die Benjamin Netanyahu afbeeldt als blindengeleidehond, aan
de leiband van een blinde Donald Trump.
Reclame in
schaapskleren
Reclame vindt al een tijd nieuwe sluipwegen naar de lezer.
Door native advertising komt reclame bij de doelgroep in de
vorm van een journalistiek artikel. Daar rijzen vragen bij: is
het verschil nog duidelijk voor de nieuwsconsument? Vlaamse
nieuwsmedia hebben nog een weg te gaan, blijkt uit onderzoek.
b 02.2019
P020
TRIGGER
Op 4 februari 2019
ging de nieuwe ‘Code
over Herkenbaarheid
van Native Advertising
en Aanverwante
Commerciële
Communicatie’
van start.
door Lijs Beeckman
De Code over Herkenbaarheid van Native Advertising
en Aanverwante Commerciële Communicatie
is een initiatief van de Raad voor
Reclame. Door die nieuwe code zou de lezer
de redactionele inhoud beter van de commerciële
inhoud moeten kunnen onderscheiden.
Simone Krouwer is onderzoeker aan de Universiteit
Antwerpen en heeft meegewerkt aan
de code. Volgens haar is er nog werk aan de
winkel op vlak van transparantie van native
advertising in Vlaamse nieuwsmedia.
Diversiteit in labels
Krouwer deed onderzoek naar native advertising
in onlinenieuwsmedia. Zo keek ze naar de
labels die gebruikt worden om aan te geven
dat een artikel eigenlijk gesponsord is. Nieuwsmedia
gebruiken zulke labels wel, maar de diversiteit
daarin is te groot. De ene spreekt over
partnercontent, de ander zet in samenwerking
met… erbij, nog anderen gebruiken advertentie.
'Niet ieder label werkt even goed. Zo
is partnercontent, een label dat De Telegraaf
gebruikt, niet voldoende transparant. Het is
voor de lezer niet duidelijk dat het om een advertentie
gaat', zegt Krouwer. Dat gebrek aan
transparantie komt er volgens Krouwer vooral
door de druk van de adverteerder.
Nieuwsmedia mogen het belang van transparantie
niet onderschatten. Bij een tekort eraan
voelen de lezers zich misleid, wat een negatief
effect heeft op de adverteerder én op de
nieuwsmedia. 'Het vertrouwen van de lezer
is het allerbelangrijkste voor journalisten en
nieuwswebsites. Dat weggooien voor kortetermijninkomsten
is op lange termijn geen goed
idee.'
Goede en slechte leerlingen
Krouwer noemt HLN en Newsmonkey de slechtste
leerlingen van de klas. De Tijd hoort dan weer
bij de beste op vlak van transparantie. Volgens
Lauranne Melaerts, executive campaign manager
bij Newsmonkey, doen zij het wél goed. 'Bij
Newsmonkey hebben we er altijd over gewaakt
dat het redactionele luik gescheiden blijft van
het commerciële luik. Ook aan onze adverteerders
maken we steeds duidelijk dat de redactie
geen gesponsorde artikelen schrijft.' Op de kritiek
van Krouwer reageert Melaerts verrast. 'Er
zijn nu drie plaatsen op onze homepage waar
een nativeadvertisingstuk staat. Binnen elk stuk
zijn er drie kenmerken om aan te geven dat het
wel degelijk om een advertentie gaat. Er staat
bij dat het gemaakt is in samenwerking met de
adverteerder, samen met de volledige naam en
het logo van de adverteerder. Er staat ook nooit
een naam van een journalist bij, aangezien die
artikels geschreven worden door ons team van
copywriters.'
Op de site van Newsmonkey staat bij gesponsorde
artikelen geschreven door Newsmonkey.
Volgens Krouwer klinkt dat nog te veel alsof het
geschreven is door iemand van de journalistieke
redactie. Ook staat op de mobiele versie van
de site pas onderaan het artikel het logo en de
naam van de adverteerder, wat ze niet duidelijk
vindt.
b 02.2019
P021
Illustratie Pol Cosmo
Bij de betere leerling uit het onderzoek, De Tijd,
worden al sinds 2008 nativeadvertisingstukken
gepubliceerd. Volgens Veronique Soetaert, als
head of Creative Studio verantwoordelijk voor de
realisatie van native advertising binnen De Tijd, is
er ook hier altijd een Chinese Muur geweest tussen
de commerciële kant van het bedrijf en de
journalisten.
Maar ook hier worden verscheidene labels gebruikt.
Zo gebruikt De Tijd het label gesponsorde
inhoud, maar staan die artikelen dan ook nog
eens gebundeld onder Tijd Connect. Die verschillende
labels worden volgens Soetaert gebruikt
om zo verschillende toegangspoorten te creëren
naar de gesponsorde artikels.
Ondanks die verschillende labels krijgt De Tijd
daarover geen negatieve feedback van lezers.
Dat blijkt uit onderzoek dat de krant deed. 'Zij
vinden het belangrijk dat we eerlijk en duidelijk
communiceren over wie de adverteerder is', zegt
Soetaert. 'We streven er altijd naar dat die stukken
voldoende informatief en kwaliteitsvol zijn
voor onze lezers. Het is essentieel dat het artikel
nuttige informatie voor onze doelgroep bevat.'
Bert Claerhout deed een nieuwsallergie op als journalist bij De Standaard
P022
‘De krant waar
ik begon, was niet
meer dezelfde toen
ik ze verliet’
Van 1980 tot 1999. Zo lang liep Bert Claerhout rond op de redactie
van De Standaard. Eerst als sportjournalist, later als chef
Cultuur. Maar hoezeer hij genoot van zijn eerste jaren bij het blad,
hoe meer de visies uit elkaar dreven tijdens het laatste decennium.
‘De Standaard verloor steeds meer zijn eigenheid. Het werd
simpelweg een commercieel product.’
c 02.2019
TRIGGER
Voormalig nieuwsanker
Sigrid Spruyt publiceert
op 12 februari 2019
het boek ‘Dagboek
van een anker’. Ze heeft
het over haar nieuwsallergie
die de aanleiding
vormde voor haar vertrek
bij de VRT-nieuwsdienst.
door Sibren Dejaegher
Een combinatie van sociaal engagement en
maatschappijkritiek. Volgens Bert Claerhout is
dat de grootste reden om uit het onderwijs te
stappen en zich volop te focussen op een carrière
in de journalistiek. Hij zoekt en vindt die bij
De Standaard. ‘Mijn eerste jaren op de redactie
waren de boeiendste. Ik leerde het vak kennen
en deelde kennis met collega’s. Dat was
dan ook onze sterkte. Iedereen had zo’n brede
basiskennis dat we stukken schreven vanuit
eigen expertise. We werden als specialisten
beschouwd. Ik coverde eerst voetbal en later
cultuur, waarin ik zowel de religie, kunst als wetenschap
behandelde. Maar dat kennisaspect
veranderde stilaan’, merkt Claerhout op. ‘Een
decennium later was het journalistieke beroep
met eigen vakkennis vervlakt tot rondbellen.
Als journalist moest je minder en minder
over specifieke kennis beschikken, maar veelal
een portie lef aan de dag leggen en kunnen
schrijven. Wanneer vroeger een bekende filosoof
stierf, pende ik een groot stuk neer vanuit
eigen expertise. Jaren later belden collega’s
naar Rik Torfs voor uitleg.’
‘Stierf vroeger een bekende
filosoof, dan schreef ik een
stuk vanuit eigen expertise. Nu
bellen collega’s naar Rik Torfs’
Daarnaast stelt Claerhout nog een andere opvallende
tendens vast: niet enkel de specialist
werd gekozen, steeds vaker behandelde een
onervaren journalist het thema. De niet-expert
kon volgens hoofdredacteurs een nieuw licht
werpen op onbevangen wijze. ‘Maar weten zij
daar zelf wel genoeg over? Ooit weigerde ik
om een HLN-collega meer uitleg te geven over
een religieuze kwestie omdat hij niet eens de
basisbegrippen over het onderwerp beheerste.
Toch maakt zoiets mij nooit kwaad, daarvoor is
de tijd te schaars.’
Sneller
Tijd, het blijkt een veel gebruikt woord
tijdens het gesprek met Bert Claerhout.
Volgens hem was de onwetendheid over
een onderwerp niet altijd de schuld van
de journalist zelf, maar was het De Standaard
die hen ertoe dwong om te gaan
luisteren bij andere experten. De tijdsdruk
zorgde ervoor dat collega's zich
niet konden verdiepen in onderwerpen.
‘De krant is eigenlijk een graadmeter van
de tijd. Toen ik chef Cultuur was, kwam
een encycliek uit over de paus en werd
die gecoverd door iemand van de redactie.
Ik vroeg hem ‘s avonds of het stuk
klaar was, maar hij stak nog een pijp op
en zei dat nog niet alles was afgerond
voor publicatie. Hij wou meer inlichtingen
vragen bij universiteiten, iets dieper
uitwerken. Die tijd kreeg hij dan ook.
Een aantal jaren later kregen enkele journalisten
die niet meer. Alles moest sneller,
maar helaas ook oppervlakkiger.’ Hiermee
kon Claerhout zich niet vereenzelvigen. ‘De
Standaard staat voor kwaliteit en die kan
ze enkel bieden als er ruimte is om zich
in documenten te verdiepen. Zeker voor
cultuur en religie is het belangrijk om de
achterliggende maatschappij te kennen.’
Naarmate Claerhouts carrière vordert,
ondervindt hij als chef Cultuur een groeiende
interesse in religie en zingeving.
Helaas stelt hij vast dat de krant net een
tegenovergestelde beweging maakt.
‘De Standaard vond dat religie minder
belangrijk werd omdat de kerken leegliepen.
Daarin hadden we een verschil in
visie: religie is breder dan dat en werd net
belangrijker in deze wereld. Dat blijkt nu
jaren later nog altijd zo te zijn.’ Claerhout
ijverde voor meer religie en zingeving
in de krant, maar kreeg net minder. ‘De
samenleving was minder bezig met religie
en dat weerspiegelde zich in de krant.
De Standaard verloor zo zijn eigenheid
en speelde net zoals de sensatiekranten
meer en meer in op de consument. Het
werd simpelweg een commercieel product.
Daar stond ik niet meer achter, hoewel
ik er niet door verbitterd geraakte.’
Hoofdredacteur
Claerhout vertrekt eind jaren ‘90 als
journalist bij De Standaard, maar toch
verlaat hij niet het journalistieke veld. Hij
richt samen met anderen het opinieblad
Tertio op en wordt op het einde van zijn
carrière hoofdredacteur bij Kerk & Leven.
'Ik kon diepere onderwerpen behandelen
die misschien meer tijd vragen maar des
te interessanter zijn. Ik kreeg de kans om
Bert Claerhout: ‘Het journalistieke beroep met eigen vakkennis is vervlakt naar rondbellen.’
(foto: Sibren Dejaegher)
zowel bij Tertio als Kerk & Leven steeds
boeiende bijdragen te schrijven over
spiritualiteit en religie, zonder dat iemand
mij hierbij verplichtte om bepaalde
dingen te belichten of onder te belichten.
Er speelde geen commerciële druk,
een waar genot als hoofdredacteur.’
‘De Standaard vond dat
religie minder belangrijk
werd omdat de kerken
leegliepen’
Op de vraag hoe Claerhout vandaag
kijkt naar zijn nieuwsallergie van toen,
antwoordt hij realistisch. ‘De tijdsdruk op
redacties zal nog verder toenemen. Die is
nu al niet meer te vergelijken met een redactie
van twintig jaar geleden. En daarin
ben ik eerlijk: zou De Standaard zoals ze
vroeger was, vandaag nog kunnen overleven?
Ik betwijfel het. De kranten zijn zo
onderdanig geworden aan commercie
dat ze mee moeten met de stroom. Maar
daar was ik waarschijnlijk net te koppig
voor.’
c 02.2019
P023
Maart
Fotograaf
Inge Kinnet
Sea King
‘43 jaar lang vloog de Sea King, een helikopter met mythische status, door weer en wind over de Belgische kust. 21 maart was de
laatste vlucht van de helikopter. Nadien zou hij voorgoed aan de grond blijven staan en opgevolgd worden door de veel modernere
NH-90’s. Ik had het geluk om met een van zijn laatste vluchten te mogen meevliegen. De weersomstandigheden waren
heftig - windkracht 10. Toepasselijker kon het niet: iedereen kent de gelijknamige serie. Ik wilde de foto van de Sea King nemen
vanop een boot. Hiervoor moest ik winchen: met behulp van een duiker via een touw afdalen vanuit de helikopter naar een boot.
De boot, het onbeveiligde dek, de zee, de dreigende wolken, de helikopter, de beweging in de schroeven, de zelfzekerheid van de
crew, het schijnbaar fragiele touw, het “Safety first”-opschrift op de boot. Het vatte alles samen in één beeld. Van de adrenalinekick
heb ik nog de hele dag genoten.’
Prijsduif Armando
(+) Godfried Daneels
Meest geklikt
van de maand
Tweets
van de maand
Cover
van de maand
Op doorbraak.be
Aarde weigert halsstarrig
gevaarlijk op te warmen
Een artikel waarin merkwaardige dingen
worden beweerd. Wetenschappers
geven toe dat de computermodellen
de impact van CO2 in de atmosfeer
hebben overschat. Het tempo van
de klimaatopwarming verloopt veel
trager dan verwacht. Als deskundigen
toegeven dat ze verkeerd zijn, waarom
zou de politiek dan verder op de
computermodellen vertrouwen en ons
energiebeleid afstellen op foute voorspellingen,
vraagt de auteur zich af.
Ik stel voor dat we volgend jaar
#werelddownsyndroomdag
vervangen door een tweedaags
initiatief. Zodat we die andere
sok/kous van dat gemengde
paar ook gewoon kunnen aantrekken!
#dtz
Frederik Noppe
@FreNo74
21 maart 2019
België verlaat de EU alstublieft
dan hoeven we niet naar artikel
13 te luisteren #Bexit #Article13
RobbeB
@BremMeneer
26 maart 2019
De documentaire Leaving Neverland onthult
kindermisbruik en doet de fanclub van
Michael Jackson op zijn grondvesten daveren.
Over de zin en onzin van pers- en fotoprijzen
Tussen bekroning
en zelfbewieroking
Pers- en fotoprijzen kunnen een springplank zijn voor een jonge journalist,
maar kunnen ook een zweem van belangenvermenging of
partijdigheid doen ontstaan. Zowel de voor- als tegenstanders hebben
zo hun argumenten. Journalisten Pol Deltour (nationaal secretaris
van de Vlaamse Vereniging van Journalisten en jurylid van de
Belfiuspersprijs) en Jan Lippens (freelancejournalist voor Knack) laten
hun licht schijnen.
TRIGGER
Brusselaars Dieter Tielemans
en Kristof Vadino
slepen op 28 maart 2019
elk een Nikon Press
Photo Award in de wacht.
door Felix Ferret
Jan Lippens is een koele minnaar als het op persen
fotoprijzen aankomt: ‘Er is vandaag een inflatie
aan prijzen. Iedereen prijs, zo lijkt het wel. Ik
heb er geen probleem mee dat goed werk een
bekroning krijgt, maar ik stel mij wel de vraag of
bepaalde prijzen passend zijn. Journalisten moeten
zich niet laten fêteren door politici, banken,
bedrijven of beroepsorganisaties.' Zo weigerden
twee journalisten in 2008 hun nominatie voor de
persprijs van farmareus Pfizer om ongewenste
beeldvorming tegen te gaan (Ze waren door de
jury voorgedragen voor een artikel over de verhoogde
kans op hart- en vaatziekten bij depressieve
mensen, nvdr.). Als financieel-economisch
journalist kan het vragen oproepen wanneer je
een Belfiuspersprijs krijgt, een van ’s lands grootste
banken. Pol Deltour vindt die vragen niet meer
dan logisch: ‘Ook in het geval van Belfius stelt het
probleem zich scherp, maar ik steek mijn hand
in het vuur als het op onpartijdigheid aankomt.
De jury waarin ik zetel bestaat uit een vijftigtal
onafhankelijke vakmensen.’ Maar ook hij vindt de
vraag legitiem of Belfius ooit een prijs zou willen
uitreiken voor een stuk dat een schandaal bij de
bank aan het licht heeft gebracht.
Voor heel wat pers- en fotoprijzen moet de
journalist of fotograaf zich zelf kandidaat stellen.
Een vreemde procedure, vindt Lippens: ‘Dat
komt soms over als zelfbewieroking, het lijkt ook
een beetje op bedelen. Een jury moet haar werk
doen en zelf een selectie maken van wat zij sterk
vindt.’ Ook de Belfiuspersprijs verloopt volgens
het procedé van kandidering. Pol Deltour spreekt
de visie van Jan Lippens tegen: ‘Mochten de juryleden
zelf een selectie maken dan zouden ze
meer persoonlijke invloed krijgen en zo neemt
ook de subjectiviteit toe. Bovendien is het moeilijk
om zelf een selectie te maken als jurylid omdat
je onmogelijk een zicht kan hebben op alles wat
verschenen of uitgezonden is het afgelopen jaar’.
Door met kandidaturen te werken, neemt de kwaliteit
van de inzendingen ook toe, meent Deltour.
‘Redacties vergaderen over welk stuk of welke foto
ze kunnen insturen, want voor hen is dat een erezaak.
Je krijgt the best of the best.’
De samenstelling van de jury doet ook vaak de
wenkbrauwen van Jan Lippens fronsen. ‘In de
jury van commerciële pers- of fotoprijzen zetelen
vaak geen vakmensen’, vertelt hij. Die kritiek gaat
niet op voor de Belfiuspersprijs, die bestaat uit
een jury van 48 vakmensen. Het gaat om doorgewinterde
leden uit de sector, met heel wat jaren
ervaring op de teller. Voor die omvang is er een
belangrijke reden, licht Deltour toe: ‘We werken
met acht deeljury’s die elk uit zes mensen bestaan.
Zo komen veel verschillende visies samen
tot een breed gedragen consensus.’ Toch ruikt die
werkwijze te veel naar ons-kent-ons voor Lippens:
'het ene jaar kan een jurylid zijn collega bekronen
en het volgende jaar kandidaat zijn voor een prijs
waarbij de bekroonde collega in de jury zit.'
Banken en bedrijven hebben op het eerste gezicht
geen directe link met het journalistieke metier.
Waarom reiken ze dan persprijzen uit? Om
goodwill te creëren, luidt het vaststelling van Lippens.
‘De bedrijven en banken die prijzen uitreiken,
zijn vaak ook adverteerders’, zo verduidelijkt
hij zijn stelling. In het geval van de Belfiuspersprijs
spreekt Deltour over het maatschappelijke engagement
dat de bank wil tonen. ‘De prijs gaat al
ver terug, naar begin jaren zestig. Het toenmalige
Gemeentekrediet, de voorloper van Belfius, had
een sociaal gelaat en wilde zich engageren.’ Toch
is het ook voor hem evident dat er vandaag een
flinke dosis public relations mee gemoeid is. Sowieso
is vriend en vijand het erover eens: de beste
waardering die een journalist kan krijgen is die
van zijn of haar publiek.
a 03.2019
P027
Voormalig BRT-topvrouw Lies Huylebroeck blikt terug op werkcultuur
Werk, wijn en whisky
Begin jaren vijftig zag de openbare omroep er helemaal anders uit.
Verplichte rookpauzes en een glas wijn drinken tijdens een vergadering?
Dat is vandaag ondenkbaar. Lies Huylebroeck (88) werkte mee
aan de opstart van de Vlaamse televisie en werd later producer en
regisseur. ‘In zeventig jaar is de mentaliteit van de programmamakers
zo veranderd.’
P028
a 03.2019
TRIGGER
Op 5 maart 2019
interviewt
Annemie Peeters
Johan De Vogelaer,
een vijftigplusser, voor
het programma ‘fiftyfifty’.
Hij werkte vroeger
bij de VRT en vertelt
over alcohol-gebruik
op het werk.
door Marie-Lien De Herdt
‘Bij de opstart van de televisie werkten we in een
herenhuis waar de bureaus tot in de badkamer
geïnstalleerd waren. In het begin was alles nog
zeer primitief.’ Lies Huylebroeck begon in 1953
als scriptgirl (regieassistente) voor televisieproeven,
een proefproject als voorloper voor
de openbare omroep. ‘Soms moesten we over
stoelen kruipen om in een andere kamer te geraken,
want er kwamen alsmaar meer medewerkers
bij. Maar dat lukte. We waren een jonge
groep en beleefden veel plezier aan de start van
een nieuw project. We organiseerden ook legendarische
feestjes. De buren klaagden altijd’,
vertelt Huylebroeck met een glimlach.
‘We wisten niet dat alcohol zo
verslavend was’
Op dat moment hadden de crewleden nog niet
de nieuwste technologie om te filmen, dus ze
moesten alles live uitzenden. ‘Pas later kwam de
mogelijkheid om op te nemen. In het begin was
het heel spannend. Kleine ongelukken gebeurden
soms in de studio, zoals iemand die over
een kabel struikelde.’ Omdat het een kleine en
redelijk jonge groep was, was de sfeer familiair.
Toch was het niet zo gemakkelijk om een televisieomroep
op te starten. ‘We moesten tot het
uiterste gaan in een studio die veel te klein was.
Dat was een grote uitdaging. Een keer ontvingen
we een volledig orkest in de krappe ruimte.
Je werd gewoon gek. Het was zeer stresserend,
maar het was positieve stress.’
Pintje
Als de uitzending van een programma met succes
was beëindigd, gingen de programmamakers
bij de BRT samen een pintje drinken. ‘De
tijdgeest was anders, toen was er meer tolerantie
tegenover alcohol’, zegt Huylebroeck. Er
waren veel mensen die de grens overschreden
en zelfs verslaafd werden. ‘In die tijd gebruikten
veel mensen alcohol als afleiding. Het was een
manier om met de stress om te gaan.’ De verleidingen
waren groot. In de cafetaria kon je alcohol
drinken à volonté. Tijdens vergaderingen
stonden de flessen wijn op tafel en de bazen
ontvingen hun gasten in hun kantoor met whisky.
‘Tijdens repetities moesten collega’s vaak lang
wachten, het was gezelliger met een pintje erbij’,
vertelt Huylebroeck. ‘Na een tijd erkenden we
het probleem en moesten het aanpakken. Samen
met andere collega’s bij de BRT moest ik
een cursus volgen over alcoholverslaving. We
leerden over hoe je het kan herkennen en voorkomen.
Dat was nieuw voor ons, wij wisten niet
dat alcohol verslavend was.’ Op die manier leerden
werknemers elkaar te controleren en helpen
waar nodig. ‘Vandaag kan je je die mentaliteit
en onze naïviteit niet meer voorstellen’, mijmert
Huylebroeck.
Ook de studiogasten doken soms in de alcohol.
‘Ik was eens een programma aan het regisseren
over een Ierse folkband. De algemene repetitie
verliep perfect en gelukkig hadden we de klank
al opgenomen. De uitzending was live en toen
heb ik dingen gezien die niet door de beugel
konden. De Ierse muzikanten begonnen
plots te kussen en te vrijen, maar dat ging
te ver voor de Vlaamse huiskamer. Toen
heb ik mijn hart vastgehouden’, vertelt
Huylebroeck lachend. 'De BRT had toen
veel strengere regels over wat werd toegelaten
op televisie. Het incident met de
band was echt een uitzondering.'
a 03.2019
P029
‘We waren een spiegel
van de maatschappij,
waarin gerookt en
gedronken werd’
Rookpauzes
De samenleving zag er in de jaren vijftig
en zestig helemaal anders uit. ‘De televisie
en de radio moesten de spiegel zijn
van de maatschappij. Er werd gerookt en
gedronken. We haalden voorbeelden uit
films die we hadden gezien. Een rokende
sigaret op een piano vonden we bijvoorbeeld
een mooi beeld. We hebben dat
heel vaak gebruikt.’ In het werkreglement
stond ook dat er regelmatig rookpauzes
moesten zijn. ‘Dat was toen zo normaal,
maar nu hebben de mensen een andere
mentaliteit. Als ik erop terugkijk, besef ik
wat een geluk ik heb gehad om deel uit te
maken van een belangrijke maatschappelijke
verandering. Vandaag is roken en
drinken niet meer vanzelfsprekend.’
Lies Huylebroeck geeft een nieuwjaarsspeech, eind jaren ‘70. (foto: Gerrit Op de Beeck)
Een vergadering van BRT-departementshoofden in juni 1995 met wining and dining. Van links naar rechts:
Lies Huylebroeck (hoofd programmatie), Marc Gevaert (administrateur-generaal), Jan Ceuleers (directeur-generaal
televisie), Marc Stassijns (sportchef) en Kris Borms (hoofdredacteur nieuwsdienst).
(foto: archief Lies Huylebroeck)
Opgelet: expliciete
beelden
Wanneer overschrijdt een beeld de grens? Hoe komt het dat in
sommige landen expliciete beelden dagelijks in de krant staan
terwijl dat bij ons zelden of nooit het geval is? Elien Spillebeen,
journalist bij MO* magazine en documentairemaakster, was in
2016 in Noord-Kivu in Congo, toen daar geweld losbrak. In Beni
was ze getuige van een bloederige aanval. Dode lichamen, huilende
mensen errond. Daar sta je dan met je camera. Filmen of
niet filmen?
P030
b 03.2019
TRIGGER
Beelden van de schietpartij
in Christchurch
gaan op 15 maart 2019
viraal op sociale media.
Dat leidt tot een discussie
over expliciete beelden
online.
door Eline Timperman
en Frederik Laurens
Wat gebeurde er precies in 2016 in Beni?
Elien Spillebeen: ‘Sinds 2014 is er een toename
van wrede aanslagen in Oost-Congo. Er is
altijd al geweld geweest in de streek, van ontvoeringen
tot overvallen, maar nu waren het
gerichte aanvallen op dorpen. Het enige doel
van die aanvallen was om zo brutaal mogelijk
mensen te vermoorden. Niemand weet precies
hoeveel slachtoffers er zijn en er is geen
volledige namenlijst. Nochtans weten mensen
heel goed wie er in hun dorp gestorven is.
Die desinteresse van een regering voor haar
burgers vind ik frapant. Daarom besliste ik in
2016 om met enkele journalisten naar Beni te
gaan. Een week na onze aankomst werd een
buitenwijk van de stad aangevallen. Toen ik
op een ochtend met mijn brommertje naar
de buitenwijk reed, vluchtten mensen onze
kant uit. De rebellen hadden de wijk vroeg in
de ochtend aangevallen. Het was een korte,
bloederige aanval die veel onschuldigen
dood achterliet. De rebellen zelf waren alweer
verdwenen in het woud.’
Hoe beslis je dan om te beginnen filmen?
Spillebeen: ‘Dat is een heel moeilijke beslissing.
Voor ons in het Westen is zoiets tegennatuurlijk,
omdat wij denken dat het respectloos
is tegenover de slachtoffers. Zeker wanneer er
huilende mensen bij het lichaam staan. Mijn
natuurlijke reflex is dus om niét te filmen. Ik
zou het zelf ook niet willen dat iemand op zo’n
moment zijn camera op mij richt. Maar de
mensen daar werden kwaad dat ik niet onmiddellijk
alles filmde; ze dachten dat we de
aanval wilden toedekken. Daardoor voelde ik
eigenlijk een omgekeerde druk om wél te filmen,
wat ik niet had verwacht. Het bleef wel
moeilijk. Je ziet een dode vrouw op de grond
liggen en je ziet het kind dat ernaast staat.’
‘Ik geloof niet dat het nodig
is om een onthoofding te
tonen om weer te geven hoe
gruwelijk IS is’
Hoe ga je daarmee om?
Spillebeen: ‘De camera helpt. Je kijkt door
je lens en niet meer rechtstreeks. Het werkt
als een soort mentale buffer om dergelijke
beelden aan te kunnen. Ik focuste me op de
sfeer, het gevoel. Hieruit kan de kijker ook afleiden
dat er iets ergs is gebeurd. De lokale
bevolking pushte me om de meest expliciete
beelden te nemen. Ik probeerde hen steeds
duidelijk te maken dat er op dat vlak culturele
verschillen zijn met wat bij ons werkt. Zo probeer
ik altijd om de lichamen niet herkenbaar
te filmen. Dan nog weet ik nooit of ik op dat
moment de juiste inschatting maak. Ik geloof
niet dat je het drama duidelijk maakt met
gruwelijke beelden. Mensen worden daar
misselijk van. Neem nu het voorbeeld van
IS en de onthoofdingen. Is het nodig om een
onthoofding te tonen om weer te geven hoe
gruwelijk IS is? Ik geloof dat niet.’
Had je hetzelfde kunnen bereiken met
je documentaire als je daar op dat moment
niet aanwezig zou zijn geweest?
Spillebeen: ‘Nee, ik ben ervan overtuigd dat
het op journalistiek vlak veelzeggend was.
Als kijker hoor je de getuigenissen van de
mensen die het meemaakten. Wanneer je
ook nog eens kan tonen hoe het er echt uitzag,
dan versterkt dat het gevoel zeker. Het
is een dunne grens. Ik denk dat die beelden
van Beni zeker choquerend zijn. Maar
doordat we niemand herkenbaar filmden
en geen verminkte lichamen toonden, werd
het iets minder extreem. Ik zou niet kunnen
zeggen waarom het ene beeld werkt en het
andere niet. Voor mij is het iets gevoelsmatigs.’
‘Fictie beïnvloedt wat we
in non-fictie aankunnen.
Als Hollywood meer toelaat,
kunnen wij ook meer
laten zien’
b 03.2019
P031
Zou het kunnen dat de impact van dergelijke
beelden afneemt doordat we ze
overvloedig in films zien?
Spillebeen: ‘Fictie beïnvloedt volgens mij
zeker wat we in non-fictie aankunnen. Als
Hollywood meer toelaat, kunnen wij ook
meer laten zien. Omdat een beeld minder
impact heeft, zoek je naar nieuwe manieren
om iets te laten zien. Maar ik geloof dat een
herkenbaar emotioneel verhaal minstens
even goed kan werken. Als iemand iets vertelt
en je voelt menselijke emotie, dan kan
dat even veel impact hebben. Mensen herkennen
wat er gebeurt met die persoon. Dat
raakt soms meer dan een gruwelijk beeld.’
Zijn niet-expliciete beelden even
effectief als expliciete?
Spillebeen: ‘Het hangt ervan af, maar ik heb
een voorkeur voor het niet-expliciete. Hoewel
beide effectief kunnen zijn, geloof ik in
het menselijke aspect.’
FOTO BOVEN: Elien Spillebeen is naast journalist ook activist in Congo met haar vzw Mama Kivu.
(Foto: Michiel Devijver)
FOTO MIDDEN EN ONDER: 'Ik probeerde niet al te expliciet te filmen. Dus geen gapende wonden of opengesperde
ogen', vertelt Spillebeen aan Scoop.
(Stills uit de webdocumentaire Beni Files)
April
Fotograaf
Mine
Daelemans
Schapenprotest
‘Ik woonde een persconferentie bij waarbij de burgemeester en ministers de boeren motiveerden om
hun schapen te beschermen tegen de wolf. Boeren die de weiden van hun schapen omheinden, zouden
subsidies krijgen. De foto is gemaakt tijdens een protest van schapenboeren. De beloofde subsidies
bleven uit, dus op een ochtend brachten herders hun schapen over de openbare weg naar hun weide.’
Samson moet alleen verder
Notre-Dame brandt
Meest geklikt
van de maand
Tweets
van de maand
Cover
van de maand
Iemand geld op Bettiol gezet?
#RVV
Marijn de Vries
@marijnfietst
7 april 2019
Op flair.be
ZIEN: van deze bekende
Vlamingen wist je misschien
niet dat ze broers en
zussen zijn
Uit de Facebookreacties:
'Geubels doet vorst ontdooien.'
Denny Baert
@aaiBoek
15 april 2019
Op ‘Brother and Sister Day’ brengt Eline
Debie de verborgen familiebanden
binnen de BV-wereld aan het licht. Van
de zussen Heidi en Erika Van Tielen tot
de onverwachte bloedband tussen
Showbizz Bart en de acteur die Bumbalu
speelt.
De Notre-Dame staat in lichterlaaie. De
wereld doneert enorme bedragen voor de
heropbouw.
Vlaamse mediahuizen:
dwergen tussen giganten
TRIGGER
30 april 2019 koopt
Mediahuis het Ierse
Independent News &
Media voor
145 miljoen euro
door Lou De Lange
DPG Media (voorheen Medialaan en Persgroep
Publishing) en Mediahuis zijn in Vlaanderen de
grootste private mediahuizen. DPG Media had in
2018 een omzet van 1,5 miljard euro en in datzelfde
jaar zette Mediahuis 0,8 miljard euro om. De
twee mediabedrijven kopen steeds meer invloed
in het buitenland. Hun bereik, aantal titels en omzet
groeit jaarlijks. De Vlaamse media-uitbreidingen
zijn het resultaat van een succesvolle manier
van werken.
Vlaamse mediahuizen in het buitenland
In Nederland maken DPG Media en Mediahuis
deel uit van de vijf grootste mediaproducenten.
DPG Media bezit in Nederland 26 titels waaronder
Q-Music, Algemeen Dagblad en Het Parool.
Ook Mediahuis heeft 26 titels in bezit zoals
De Telegraaf en Metro. Daarnaast zijn NPO
(Nederlandse Publieke Omroep), Talpa Network en
RTL Group (die tot Bertelsmann behoren) de andere
groten in het Nederlandse medialandschap.
In Nederland zetelt ook een van de grootste combedrijven
van Europa: het Franse Altice, al biedt het
bedrijf weliswaar geen diensten aan in Nederland.
In Denemarken heeft DPG Berlingske Media in zijn
portefeuille en Mediahuis bezit nu ook het Ierse Independent
News & Media.
Miljoenenbusiness
Maar hoe groot zijn de Vlaamse mediahuizen
nog in vergelijking met Europese spelers? In Europa
steken een aantal mediagiganten boven de
Vlaamse mediahuizen uit. De mediasector is een
miljoenenbusiness. Het Italiaanse Mediaset van
Berlusconi en het Spaanse Telefonica zijn miljardenbedrijven.
De Vlaamse private mediahuizen
worden omringd door mediagiganten die veel
groter zijn.
a 04.2019
Waar staan DPG Media
en Mediahuis t.o.v. buurlanden?
Volgende vergelijkingen zijn gebaseerd op jaarrapporten en websites van private
mediahuizen uit België, Frankrijk, Duitsland en het Verenigd Koninkrijk.
P035
Top 3: aanwezigheid in aantal landen
1. Vivendi (FR): 78 landen
2. Bertelsmann (DE): 50 landen
3. Hubert Burda Media (DE): 29 landen
DPG Media: 3 landen en Mediahuis: 3 landen
Top 3: aantal titels
1. Bauer Media Group (DE): 700 titels
2. Hubert Burda Media (DE): 600 titels
3. Bertelsmann (DE): 600 titels
DPG Media: 53 titels en Mediahuis: 76 titels
Top 3: omzet (2018)
1. Bertelsmann (DE): € 17,7 miljard
2. Sky Limited (UK): € 16,2 miljard
3. Altice (FR): € 14,2 miljard
DPG Media: € 1,5 miljard en Mediahuis: € 0,8 miljard
Stijn Depoorter maakt ZIZO-magazine met losse medewerkers
‘Vrijwilligerswerk is
niet vrijblijvend’
Hij heeft autoriteit, wil zo snel mogelijk nieuws brengen en moet
zijn journalisten aansturen. Een hoofdredacteur is de motor die
een redactie met beroepsjournalisten draaiende houdt. Maar
wat als de redactie enkel bestaat uit vrijwilligers?
b 04.2019
P036
TRIGGER
Op 23 april 2019 kondigt
hoofdredacteur Stijn
Depoorter aan dat de
printversie van ZIZOmagazine
wordt
opgedoekt. Het gratis
LGBTI+-magazine werkt
voortaan digitaal.
door Mauran Verniers
Stijn Depoorter is hoofdredacteur van ZIZO,
een tijdschrift van Çavaria, de Vlaamse belangenverdediger
van LGBTI+-mensen en
koepel van LGBTI+-organisaties. Depoorter
is meteen de enige betaalde werkkracht bij
ZIZO. Zijn redactie bestaat uit vrijwilligers die
elkaar enkel op redactievergaderingen zien.
‘Er is geen gemeenschappelijke werkplek.
De losse medewerkers maken hun stukken
thuis. We proberen de redactie levend te
houden door de auteurs feedback te geven,
waardering te tonen of door stukken uit te
lichten in onze nieuwsbrief. Vrijwilligerswerk
is niet vrijblijvend, dus ik verwacht wel dat ze
op regelmatige basis een artikel schrijven. Ik
heb voornamelijk contact met hen via onlinekanalen.
Ze engageren zich na hun werkuren
voor ZIZO en dan ben ik meestal niet aan het
werk. Daardoor is de ZIZO-redactie niet voortdurend
bereikbaar. Wel motiveer ik de vrijwilligers
om zo veel mogelijk naar de redactievergaderingen
te komen. Zo creëren we een
groepsgevoel en kunnen we eens een praatje
slaan met elkaar’, zegt Depoorter.
Vrijwilligers engageren zich vanuit een bepaalde
interesse. Toch zijn er een aantal basisverwachtingen
wanneer iemand zich aanmeldt.
‘Als ik een tijdje niets meer
van een vrijwilliger hoor,
vraag ik of alles wel in orde is.
Ik ben oprecht geïnteresseerd
en bezorgd’
‘Ik wil altijd eerst een stuk lezen van de potentiële
auteur, want ik verwacht wel een
basis van schrijfvaardigheid en taalkennis.
Wat niet wil zeggen dat er geen ruimte is
voor groei, integendeel. Het is belangrijk dat
de vrijwilligers openstaan voor feedback en
aanpassingen. Ze engageren zich omdat ze
iets willen doen voor de LGBTI+-community
of omdat ze graag schrijven en daarin willen
groeien’, vertelt Depoorter. De instroom van
vrijwilligers fluctueert en dat heeft Stijn Depoorter
niet in de hand.
b 04.2019
Stijn Depoorter, hoofdredacteur van ZIZO-magazine (Foto: Sarah Van Looy)
'Ze worden vrijwilliger op een bepaald
moment in hun leven. Als die levenssituatie
wijzigt, kan ook het engagement
veranderen. Ik verwacht dat ze op regelmatige
basis een artikel schrijven. Als ik
een tijdje niets meer van een vrijwilliger
hoor, vraag ik of alles wel in orde is. Ik
ben oprecht geïnteresseerd en bezorgd
in hun leven en welzijn. Die vorm van betrokkenheid
is ook heel belangrijk.’
Algoritmes
Stijn Depoorter zorgt voor de organisatie,
de coaching van de vrijwilligers
en de planning, maar hij voelt zich niet
superieur. ‘Ik ben hoofdredacteur en ik
heb de eindverantwoordelijkheid, maar
ik ben geen baas. Ik heb geen medewerkers.
Wanneer we samen aan tafel
zitten tijdens een redactievergadering,
staan we op gelijke hoogte. Ik heb het
roer in handen, maar er is ruimte om
aan het roer te draaien. Ik moet wel de
richting aangeven, maar dat gebeurt
niet op een dwingende of autoritaire
manier’, legt Depoorter uit. ZIZO kent een
andere dynamiek dan nieuwsredacties.
Je kan vrijwilligers iets vragen, maar je
kan geen eisen stellen. ‘Je wordt geen
vrijwilliger om het gevoel te krijgen dat
je een werknemer bent. We hebben een
open relatie. De sfeer op een redactievergadering
is altijd heel gemoedelijk. Er
is ruimte om te lachen of om een persoonlijk
verhaal te vertellen. Ik heb een
cursus gevolgd om te leren hoe ik moet
omgaan met vrijwilligers. Dat was zeer
interessant, maar het buikgevoel primeert.
Je kan niet alles in modellen en
schema’s gieten. Mensen zijn geen algoritmes.’
‘Je moet energie krijgen
van vrijwilligerswerk,
het mag je er geen kosten’
ZIZO functioneerde een aantal jaar geleden
als nieuwssite. Aangezien de redactie
niet altijd bemand is, was het bijna
onhaalbaar om als eerste naar buiten
te komen met een nieuwtje. ‘Enerzijds
kon ZIZO niet meer opboksen tegen VRT
NWS, De Standaard of De Morgen, die
dag en nacht werken. Anderzijds kregen
we ook te maken met een evolutie.
Toen ZIZO in 1993 werd opgericht, was
er zelden berichtgeving over holebi’s en
transgenders in de reguliere media. Nu
concentreert ZIZO zich vooral op diepgaandere
interviews en human interest.
Zo proberen we ons te onderscheiden
van andere magazines of redacties’,
legt Depoorter uit. Hoewel de strakke
deadlines zijn weggevallen, verwacht
hij wel dat de vrijwilliger zich inzet voor
het online LGBTI+-magazine. ‘Wanneer
een auteur een stuk toch niet afgewerkt
krijgt, wil ik dat hij dat eerlijk zegt. Ik wil
niet dat vrijwilligers te veel hooi op hun
vork nemen. Het moet leuk blijven. Je
moet energie krijgen van vrijwilligerswerk,
het mag je er geen kosten. Ik zal
altijd zoeken naar een oplossing. Ik ben
afgestapt van het idee om ’s morgens
op te staan en een beeld te vormen van
hoe mijn dag er zal uitzien. Dat geeft
soms stress, maar dat maakt mijn job
ook heel boeiend.’
P037
Mei
Fotograaf
Franky
Verdickt
Nooit meer verdriet
‘Het Ladeuzeplein in Leuven op een zonnige marktdag. De verkiezingen zijn in aantocht en Knack vraagt me de militanten van
het Vlaams Belang te volgen. Twee Getuigen van Jehova staan met hun simplistische slogan ‘Nooit meer verdriet’ op een moreel
aanvaardbare afstand van elkaar. Luid scanderende Vlaams Belangers passeren met hun evenzeer simplistische slogans,
maar niemand die hen lijkt op te merken. Iedereen die in zijn wereldje vertoeft. Iedereen die beloftes maakt. Geen enkele die te
vertrouwen is.’
File op de Mount Everest
50 jaar Kennedytunnel
Meest geklikt
van de maand
Tweets
van de maand
Cover
van de maand
De vraag die mij het meest
bezighoudt, is of #Kompany in
trainingspak of in kostuum gaat
spelen. #spelertrainer
Op kerknet.be
De Heer is mijn beschermer
- homilie uitvaart
Julie Van Espen
Op zaterdag 4 mei verdween de 23-jarige
Julie Van Espen. Twee dagen later
vond de scheepvaartpolitie haar lichaam
in het Antwerpse Albertkanaal.
De studente werd gedood door Steve
Bakelmans, die al meerdere correctionele
veroordelingen opliep voor onder
andere diefstal en verkrachting.
Bisschop Johan Bonny las tijdens de
uitvaart van Julie Van Espen de homilie
voor. ‘Ze was een kind van de zon en
van het licht’, vertelde hij daarin. ‘Daarom
ook had ze geen vijanden, alleen
vrienden. Haar enige vijand was die
van het laatste ogenblik.’
Koen MP
@KoenVanderElst
19 mei 2019
26 mei: kiezen tussen de pest,
de cholera, leukemie, dementie,
kanker en een verkoudhied met
onwetenschappelijke ideeën over
kernenergie.
Jeroen Baert
@jbaert
19 mei 2019
Bij de federale en Vlaamse verkiezingen van
26 mei komt Vlaams Belang als grote winnaar
uit de (stem)bus.
Als een collega plots sterft op de redactie
'Je moet er samen door'
Het bericht over het overlijden van StuBru-icoon Christophe Lambrecht
haalde uitgebreid alle nieuwsmedia. Familie, vrienden en collega’s
deelden hun verdriet. Maar hoe ging de redactie daar binnenshuis mee
om? Hoe werk je verder wanneer een vaste waarde als nonkel Tof, zoals
Studio Brussel hem noemde, er van de ene op de andere dag niet meer
is?
TRIGGER
Op 5 mei 2019
overlijdt radiopresentator
Christophe Lambrecht
op 48-jarige leeftijd
aan hartfalen.
door Melisse Riems
Studio Brusselpresentator
Christophe Lambrecht
(Foto: Studio Brussel)
Het plotse verlies van Christophe Lambrecht was
voor alle Studio Brusselmedewerkers een enorme
klap. Hun collega en goede vriend liet een leegte
achter. Toch is Christophe er tot op vandaag nog
zeer aanwezig. ‘Er wordt veel over hem gepraat.
We missen hem hier hard. Zeker de eerste weken
en maanden na zijn overlijden ging het tijdens
besprekingen vaak over hem. Christophe is er op
de een of andere manier nog altijd’, vertelt Jan
Van Biesen, nethoofd van Studio Brussel.
‘Ik herinner me een moment
waarbij we allemaal samen
gewoon een kwartier zaten.
Niemand kreeg iets
over zijn lippen’
Jan Van Biesen
‘Christophe werkte het langste bij ons. Hij zat zoveel
jaren prominent op dezelfde stoel. Ik was niet
alleen zijn baas, we hadden ook twintig jaar een
persoonlijke relatie’, gaat Van Biesen verder. ‘Als
vriend kwam het nieuws hard aan. Of je hem nu
heel goed of minder goed kende, iedereen was
hier verslagen. Op zo’n moment heb ik me niet als
nethoofd opgesteld, maar luisterde ik vooral naar
de collega’s en vroeg ik hen hoe zij zich voelden.
Iedereen verwerkte het nieuws op zijn manier. Tegelijkertijd
verbond het ons allemaal.’
‘Na de dood van Christophe zorgden we goed voor
elkaar op de redactie’, bevestigt ook hoofdredacteur
van Studio Brussel en dichte collega, Bram
Willems. ‘We beslisten toen samen wanneer we
weer programma’s zouden maken en hoe we het
blok van Christophe zouden invullen. Dat heeft
ons ongelofelijk samengebracht. We waren al
een hechte groep, maar zijn verlies heeft ons nog
sterker gemaakt. Die keuzes die we toen maakten,
werden ingegeven door onze gevoelens en wat
de luisteraars ons vertelden. Dat is het mooie eraan.
Wij hebben afscheid genomen, maar onze
luisteraars ook.’
Samen rouwen
‘Als een collega onverwacht sterft, ligt er nooit
een plan klaar. Er was wel bijstand vanuit VRT
en die hadden we ook nodig. Zo stond er steeds
iemand stand-by om de mensen die het moeilijker
hadden op te vangen. We hebben ook
veel groepsmomenten ingelast om te praten,
samen te rouwen of om verhalen over Christophe
te delen. Ik herinner me een moment waarbij we
daar allemaal samen gewoon een kwartier zaten.
Niemand kreeg iets over zijn lippen. Samenkomen
is op zo’n moment belangrijk’, zegt Van Biesen.
De vergaderruimte werd als rouwkapel ingericht.
Een plaats waar de collega’s van Christophe
zich even konden terugtrekken om bij hem te zijn.
Hier en daar hangt een sticker van hem op de
computers. Aan de muur hangt een cartoon van
MAT waarop Christophe met zijn twee muziekhelden
Prince en David Bowie staat afgebeeld. ‘We
merkten ook dat veel luisteraars iets kwijt wilden.
Daarom installeerden we een antwoordapparaat.
Dan merk je pas echt de kracht van radio. Je
voelt je enorm verbonden met je luisteraars’, legt
Willems uit.
‘Een van de eerste zaken die ik na de dood van
Christophe beslist heb, was om hem dagelijks
te herdenken. Omdat hij een grote fan van Prince
was, spelen we sinds mei telkens om 10 uur
speciaal voor nonkel Tof een nummer van de
Amerikaanse zanger. Christophe was ook gek op
de groep Underworld. Onlangs gaf die band een
concert in de Lotto Arena. Daar zijn we samen
met de hele redactie naartoe gegaan. We hebben
de band toen zelfs zover gekregen om een
nummer aan hem op te dragen. Hij leeft verder in
wat we doen’, vertelt Jan Van Biesen. (MR)
a 05.2019
P041
Chef Online Het Laatste Nieuws en brandmanager De Standaard
over het vertrouwen in nieuws op papier en digitaal
(On)betrouwbaar
online
Onlinemediaplatformen kampen met een vertrouwensprobleem.
Volgens Toon Mast, chef Online bij Het Laatste Nieuws, is dat
te wijten aan de luchtige en vermakelijke thema’s die er online
meer uitspringen dan in de papieren krant. Emmanuel Naert,
brandmanager bij De Standaard, denkt vooral aan fake news:
‘Door sociale media is de verspreiding van nieuws nog nooit zo
makkelijk geweest en daardoor gaat fake news als een lopend
vuurtje rond.’
P042
b 05.2019
TRIGGER
Op 6 mei 2019 publiceert
Pub een artikel over het
rapport ‘Trust in media
2019’ van European
Broadcasting Union.
Daarin staat dat slechts
32% van de EU-burgers
het internet vertrouwt en
maar 19% sociale media.
door Lore Joos
Toon Mast – Chef online bij
Het Laatste Nieuws
Volgens Toon Mast heeft HLN.be vaker dan
gewild de perceptie tegen op gebied van geloofwaardigheid.
‘Online springen de luchtige
en vermakelijke thema’s er meer uit dan in de
papieren krant. Dat komt de geloofwaardigheid
misschien niet altijd ten goede. Al brengen
wij ook hard en politiek nieuws dat zowel
op de website als in de krant verschijnt. Maar
de mensen willen niet altijd zwaarbeladen
nieuws lezen, daarom blijven wij ook minder
serieuze thema’s brengen.’
Vroeger stonden de papieren en onlinekrant
los van elkaar, zelfs fysiek waren de afdelingen
gescheiden. ‘Het kon wel eens gebeuren
dat je op de website iets las terwijl de volgende
dag net het tegenovergestelde in de
krant stond. Dat is niet de bedoeling’, vertelt
Mast. Sinds 2012 is er daarom een nauwere
samenwerking tussen de krant en de website.
De chefs van beide afdelingen zitten een hele
dag samen aan tafel waardoor kruisbestuiving
en uitwisseling van ideeën plaatsvinden.
‘Wat betreft geloofwaardigheid leek het wel
of voor 2012 alles mogelijk was. Er werden op
onze onlineplatformen vaak de wildste verhalen
gepubliceerd, maar daar zijn we gelukkig
definitief van afgestapt. Het is belangrijk
om nieuws te factchecken en niet zomaar alles
over te nemen, louter omdat het een leuke
titel is of een groots verhaal. Bij HLN zijn we
daar nu veel strenger in.’
De geloofwaardigheid opkrikken
Mast stelt dat niet alleen de hogeropgeleiden
het nieuws moeten begrijpen, maar evengoed
de arbeiders. ‘Neem nu de impeachmentprocedure
van Trump: elke lezer wordt
overspoeld met informatie uit diverse bronnen.
Wij proberen dan uit te leggen wat impeachment
precies is en bieden een antwoord
op de vragen van de lezer’, zegt Mast. Het feit
dat je gebeurtenissen contextualiseert, geeft
volgens hem een boost aan de geloofwaardigheid.
VTM Nieuws werkt bijvoorbeeld met
een telefoonpanel om na de uitzending na
te gaan of alles duidelijk was voor de kijker.
Het Laatste Nieuws hoopt ook iets soortgelijks
op te bouwen. ‘Daarin willen we nagaan wat
leeft onder de lezers. Zo een initiatief kan een
grote meerwaarde zijn voor de redactie, marketing
en lezer’, aldus Mast.
‘Als president Trump verkondigt dat media
enkel fake news brengen, is dat zeer nadelig
voor het vertrouwen. Bij Het Laatste Nieuws
proberen we alles zo goed mogelijk te checken,
maar fake news kan soms tussen de
mazen van het net glippen en in een publicatie
terechtkomen. Vroeger zou Het Laatste
Nieuws het artikel gewoon verwijderd hebben
zonder verdere uitleg. Nu proberen we dat zo
snel mogelijk recht te zetten en de lezer uit
te leggen waarom het fout gelopen is’, vertelt
Mast. Volgens hem moet je als krant je fouten
kunnen toegeven. ‘Dat creëert een sfeer van
vertrouwen.’
Emmanuel Naert – Brandmanager
bij De Standaard
Naert constateert, na het lezen van het
meest recente Reuters Digital News
Report, dat de geloofwaardigheid van
nieuwsmedia de laatste jaren een grote
deuk heeft gekregen. Heel wat factoren
hebben daar een invloed op. ‘Door
sociale media is de verspreiding van
nieuws nog nooit zo makkelijk geweest
en daardoor gaat fake news als een lopend
vuurtje rond. Ook politieke figuren
beïnvloeden het vertrouwen. Ze willen
een bepaald mensbeeld aanprijzen en
komen scherp uit de hoek tegenover
nieuwsmedia. Dat stelt ook hoofdredactrice
Katharine Viner van The Guardian
in haar artikel over de missie van
haar krant. De Standaard wil zich daar
als kwaliteitskrant tegen wapenen’, legt
Naert uit. ‘Hoe doen we dat? Vooreerst
door de journalistieke deontologie hoog
in het vaandel te dragen: we factchecken
bronnen en filteren de fouten eruit.
Daarnaast maken we in onze communicatiecampagnes
duidelijk dat in onze
berichtgeving de waarheid centraal
staat. De lezer kan op De Standaard rekenen.
Eind vorig jaar publiceerden we
voor het eerst een journalistiek jaarverslag.
In dat verslag bespreken we successen,
maar ook mislukkingen. Kortom,
we maken een balans op van het journalistieke
jaar van De Standaard. De lezer
heeft nood aan dergelijke inzichten
en die bieden wij hen aan.’
'Elke dag is er een pak informatie in omloop.
Het is moeilijk daarin een onderscheid
te maken tussen wat waar is en
wat onwaar. Dat merkt de hoofdredacteur
van De Standaard aan het aantal
berichten in zijn mailbox’, stelt Naert. ‘De
ene dag mag je als krant wel over een
bepaald thema schrijven, de andere
dag niet. De ene dag is een onderwerp
een trending topic, de volgende dag al
niet meer. Toch zijn die berichten in de
mailbox belangrijk, ze bieden inzichten
in onze lezer en hoe die denkt. De vraag
naar factchecking is groot en de lezer
wil weten wat waar is en wat niet. Het
belang van factchecking neemt toe in
onze berichtgeving.’
Online
Naert maakt duidelijk dat de berichten
op de website en de sociale media
van De Standaard nog steeds van
De Standaard zijn. ‘Er is geen verschil
met de krant. De nieuwsgaring en kwaliteitsnorm
is voor elk nieuwsartikel
Toon Mast: ‘De chefs van beide afdelingen zitten een hele dag
samen aan tafel waardoor een kruisbestuiving en uitwisseling
van ideeën plaatsvindt.’ (foto: Bart Leye)
hetzelfde ongeacht het platform.’ Bepaalde
artikels kunnen wel sneller
gepubliceerd worden via de onlineplatformen,
omdat bijvoorbeeld de
nieuwswaarde groot is. ‘Maar we gaan
niet een ander soort nieuwsstuk schrijven
voor Facebook louter om de Facebookgebruiker
te behagen’, zegt Naert.
Waarom is er dan minder vertrouwen
in sociale media en internet? ‘De perceptie
van de nieuwsconsument op
onlineplatformen is anders. Wie enkel
via sociale kanalen aan nieuwsgaring
doet, consulteert ook onbetrouwbare
bronnen en dat weerspiegelt helaas in
onze krant. De Standaard is een kwaliteitsmerk,
maar verdwijnt al eens naar
de achtergrond in het allegaartje van
soms onbetrouwbaar nieuws.’
‘We schrijven geen ander
soort nieuwsstuk louter
om de Facebookgebruiker
te behagen’
Emmanuel Naert
Naert merkt dat een heleboel lezers
op Facebook een artikel aanklikken, lezen,
eventueel leuk vinden en dan weer
weggaan. ‘Ze gaan niet verder door
naar onze website. We noemen dat
fly-byverkeer. Dat zijn lezers die zonder
enige regelmaat naar De Standaard
komen.’ Toch heeft de website van De
Emmanuel Naert: ‘De nieuwsgaring en kwaliteitsnorm is
voor elk nieuwsartikel hetzelfde ongeacht het platform.’
(foto: Katrien De Marez)
Standaard een loyaal lezerspubliek dat
steeds terugkeert. ‘Voor hen is De Standaard
een belangrijke nieuwsbron en
misschien worden ze ooit wel abonnee’,
verklaart Naert. ‘Abonnees zijn de belangrijkste
lezersgroep en onze trouwste
klanten. We merken dat die groep al jaren
toeneemt en dat is een mooi tegengif
tegen het wankelende vertrouwen in
nieuwsmedia.’
Geslaagd huwelijk
De redactie is verantwoordelijk voor de
inhoud. Ze bepaalt wat het nieuws van
de dag is en doet een factcheck. De
marketing staat in voor de communicatie,
merkbewaking en community
building. ‘Ieder heeft zijn eigen taken,
niettemin werken wij samen op één
werkvloer. Bij De Standaard is er dan ook
dagelijks een overleg tussen marketing
en hoofdredactie over wat we moeten
communiceren, welk nieuws vandaag
primeert en hoe we onze lezers op de
hoogte houden.’ Volgens Naert is er inhoudelijk
een muur tussen redactie en
marketing, maar geen muur inzake initiatieven
om de inhoud te verspreiden
en te marketen. ‘Hoe groter de afstand
met de redactie, hoe zwakker de marketing.
Een intense samenwerking waar
mogelijk is de sleutel tot succes’, aldus
Naert.
b 05.2019
P043
TRIGGER
De laatste uren slaan voor
de vaste redactie van Vrij
Nederland, een iconisch
Nederlands opinieblad.
Met uitzondering van
twee medewerkers,
zet hoofdredacteur
Ward Wijndelts iedereen
op straat.
door Charlotte Allefs
Magazineredacties:
een romp met
ledematen
‘Rompredacties’ zijn bij onze noorderburen al langer in opmars.
De kernredactie krimpt in, vaste redacteurs worden voor hun
diensten bedankt en ingewisseld voor freelancers. Bij ons gaat
de Nederlandstalige redactie van Elle vanaf 2020 verder met een
kleine kern. Hoewel freelancers een toegevoegde waarde voor
magazines zijn, geloven andere tijdschriften nog in de kracht van
hun romp.
P044
c 05.2019
EOS Wetenschap
1983: ●●● (3)
2020: ●●●●●●●● (8)
Maandelijks ligt er een nieuwe editie van EOS Wetenschap in
de rekken. In 1983 verscheen het eerste nummer. Drie vaste redactieleden
maakten het magazine. Nu werkt het tijdschrift met het meeste
aantal vaste journalisten ooit. Al heeft EOS Wetenschap ook altijd met
freelancers gewerkt. ‘Met drie schrijf je geen blad vol. Nu brengen we
meer uit dan vroeger, vooral online dan. En met enkel onze vaste redactie
kun je het niet bolwerken’, zegt hoofdredacteur Raf Scheers.
Marco Goole, Peter Vanwijnsberghe, Marieke van Schoonhoven, Dieter De Cleene, Judith Stegen,
Liesbeth Gijsel, Kim Verhaeghe, Raf Scheers. Ontbreekt: Els Verweire. Foto: Maksim Marissen
Sport/Voetbalmagazine
Jaren ’80:
Sport Magazine: ●●●●●●● (7)
Voetbalmagazine: ●●● (3)
2001: ●●●●●●●●●●●●●● (14)
2020: ●●●●●●●●●●● (11)
Sport/Voetbalmagazine verschijnt wekelijks. In de jaren ’80 waren Sport Magazine
en Voetbalmagazine twee aparte bladen. Allebei hebben ze één redactie voor de
Nederlandstalige en een Franstalige editie. De redactie van Sport Magazine bestond
vroeger uit zeven journalisten, Voetbalmagazine had drie vaste werkkrachten. In
2001 werden de magazines samengebracht tot één tijdschrift met de naam Sport/
Voetbalmagazine. Ze hebben een vaste redactie van elf journalisten. ‘Het blad heeft
altijd met een beperkte kernredactie gewerkt’, zegt hoofdredacteur Jacques Sys.
Hij is voorstander van een sterke freelanceploeg. ‘Daarmee bedoel ik mensen die
regelmatig voor het blad schrijven. Niet voor één of twee keer per maand.’ Een betrokken
freelanceploeg als ledematen van de vaste romp dus.
Marie Claire
2002: ●●●●● (5)
2013: ●●●● (4)
2020: ●● (2)
Vooraan v.l.n.r. Frédéric Vanheule, Bruno Govers, Jacques Sys, Thomas Bricmont. Achteraan v.l.n.r. Pierre Danvoye,
Christiaan Vandenabeele, Steve Van Herpe, Geert Foutré, Guillaume Gautier, Peter T’Kint; (Foto: Wim Denolf)
Het maandblad Marie Claire verscheen in België tot 2012 als bijlage van de Franse
en Nederlandse editie. In Vlaanderen verscheen de Nederlandse editie met een
bijgevoegd Vlaams katern, in Wallonië verscheen de Franse versie met een Waalse
bijlage. In 2013 werd Marie Claire een volwaardig Belgisch tijdschrift. De Waalse en
Vlaamse redactie werkten altijd samen als één team, maar kromp in doorheen de
jaren. Sinds 2019 gaat Marie Claire alleen met freelancers aan de slag voor hun
printversie. Voor de onlineversie zijn er nog twee medewerkers. Hoofdredacteur Marie
Geukens en haar zeskoppig freelanceteam werken in de redactieruimte aan het
magazine.
c 05.2019
P045
(Foto: Marie Geukens)
Juni
Fotograaf
Stefaan
Temmerman
Popdiva
"Het was voor mij de tweede keer dat ik P!nk fotografeerde. Ik herinner me dat ik de eerste keer de zoveelste platte Amerikaanse
popdiva verwachtte, maar al snel moest ik mijn mening herzien. Ze is zoveel meer dan dat. De show is een gestroomlijnde, tot
in de details voorbereide act. Maar verdomme, je moet het maar kunnen! Ze zingt én danst én performt alsof haar leven ervan
afhangt. Mijn respect voor de zangeres is groot. Ook deze keer verheugde ik mij er dus op om haar weer aan het werk te zien.
Zonder al te grote verwachtingen, want ik ken mezelf: te veel verwachten is nooit goed. Maar P!nk was opnieuw een wervelwind
die passeerde! De moeilijkheid wanneer je zo’n popster fotografeert, is dat je niet in herhaling mag vallen of dezelfde beelden
als je collega-fotografen mag maken. Bij zo een show wordt het al snel eenheidsworst. Daarom was ik meteen blij met dit exclusieve
beeld.’
Veroordeling cannabisclub 'Trekt uw Plant’
(+) Gloria Vanderbilt
Meest geklikt
van de maand
Tweets
van de maand
Cover
van de maand
Goed dat ze nu van kant
wisselen. Zien de supporters
aan de overkant de Rode Duivels
ook eens van dichtbij. #belkaz
Ministerie van Sport
@SportMinisterie
8 juni 2019
Op knack.be
‘Waarom verkrachten
mannen?’
Sohaila Abdulali schrijft in ‘Waar we
over praten als we over verkrachting
praten’ over haar eigen ervaring, verhalen
van slachtoffers en internationaal
onderzoek. Zelf was ze slachtoffer
van een groepsverkrachting in Mumbai.
Omdat de gebeurtenis stil werd
gehouden, schreef ze een artikel. Pas
dertig jaar na de feiten ging haar artikel
viraal.
In Brussel-Noord Station moeten
wonen is mensonterend maar
je hebt wel een perfecte
#mobiscore.
Xander De Rycke
@xanderycke
18 juni 2019
Na aanhoudende demonstraties tegen de
omstreden uitleveringswet van Carrie Lam
komen in Hongkong op 9 juni ruim een half
miljoen mensen op straat.
Het Instagramkanaal NWS.NWS.NWS van de VRT brengt
nieuws op maat van jongeren
De brug tussen
Karrewiet en
het Journaal
Jongeren van twaalf tot achttien zijn geïnteresseerd in de actualiteit.
Alleen sluit de manier waarop media nieuws brengen niet aan bij hun
leefwereld. Daarom lanceerde de VRT in april 2019 het Instagramkanaal
NWS.NWS.NWS. Marijn Van Damme is een van de zes redacteurs.
De JONG-redactie post dagelijks korte nieuwsvideo’s op maat van
jongeren. Een schot in de roos, als je het stijgend aantal volgers mag
geloven.
a 06.2019
P049
TRIGGER
Op 1 juni 2019 gaat
The Dallas Morning op
TikTok. Een populair
jongerenplatform met
korte video's. Ook The
Washington Post en NBC
News posten er sinds een
maand nieuwsitems.
door Mona Dewaele
Marijn Van Damme studeerde journalistiek.
Na zijn studies dook hij meteen het werkveld in.
Sinds juni 2019 werkt hij mee aan de uitbouw van
het Instagramkanaal NWS.NWS.NWS.
‘Lagereschoolkinderen kijken naar Karrewiet en
volwassenen volgen het Journaal. Daartussen
zit een hiaat: middelbareschooljongeren die nergens
terechtkunnen voor nieuws op hun maat',
vertelt Van Damme. ‘Een tv-programma was
geen optie omdat jongeren steeds minder televisiekijken.
Ze zitten wel vaak op Instagram, het
medium bij uitstek om nieuws op jongerenmaat
te brengen.’ Van Damme wijst erop dat de jeugd
afhaakt bij journaals, omdat die te lang duren en
ze niemand herkennen. ‘Wij maken daarom elke
dag vijf korte nieuwsvideo’s van maximaal één
minuut.’
‘We speelden ook met het idee om nieuws naar
jongeren te brengen via Snapchat of YouTube.
Maar de jeugd zoekt geen nieuws via deze platformen.’
Marijn Van Damme wijst erop dat ze nu
nog Instagram gebruiken, maar dat het snel kan
veranderen. ‘Het probleem met sociale media is
dat je niet kunt voorspellen welke app volgend
jaar populair zal zijn.’
Balans
De JONG-redactie selecteert nieuws op basis van
twee criteria: thema’s waarvan ze weten dat jongeren
ze interessant vinden en thema's die ze als
redactie willen brengen. ‘Er zijn wel topics die we
niet meer posten, omdat we uit ervaring weten
dat ze niet werken. De post over een olifantenverhuizing
in Zimbabwe scoorde slecht, maar de
nieuwe film van F.C. De Kampioenen was wel een
succes. Achteraf maken we altijd een afweging
welke thema’s we wel of niet meer brengen’, verklaart
Van Damme.
NWS.NWS.NWS zoekt dagelijks een goede balans
tussen serieus en luchtig nieuws. ‘Als de posts in
de ochtend zware thema’s behandelden, zijn de
avondtopics lichter. Daarvoor gaan we soms op
zoek naar nieuws over wereldsterren zoals Justin
Bieber of Billie Eilish.’
De redactieleden deden vanaf februari research
in scholen en op straat. Ze vroegen jongeren
naar hun interesses. Wat bleek? Een aantal
van die thema’s maken dagelijks deel uit van het
Journaal. ‘Daarnaast zijn ze ook geboeid door het
P050
a 06.2019
leven van beroemdheden als Kylie Jenner
of bekende gamers. We weten welke
muziekartiesten ze leuk vinden en daar
spelen we op in.’
Marijn Van Damme wijst erop dat protesten,
verdraagzaamheid en racisme
vaak aan bod komen omdat jongeren
dat belangrijke thema’s vinden. ‘Er zijn
uiteraard thema’s die jongeren minder
boeien, zoals de impeachmentprocedure
van Trump of de Brexit. Het is onze
taak om hen hierover toch betrouwbare
informatie te geven.’ Marijn Van Damme
vertelt dat ze grotere thema’s vaak met
een andere insteek brengen dan het
klassieke journaal. ‘Tieners staan altijd
centraal.’ Bij de Brexit-procedure zocht
de redactie jongeren in het Verenigd Koninkrijk
die een video maakten met hun
visie op het vertrek.
Sporza is leider als het aankomt op sport.
Daarom besloot de JONG-redactie om
minder de nadruk te leggen op sportnieuws.
‘Belangrijke nieuwtjes, zoals een
Belgische wereldkampioen, brengen we
wel. Maar uitspraken van voetballers zijn
niet relevant op ons kanaal’, verklaart
Van Damme.
Inlevingsvermogen
‘Het feit dat we ons dagelijks moeten inleven
in de wereld van jongeren is het
moeilijkste aan onze job. Vaak kunnen ze
nieuwsitems niet verwerken zoals Martine
Tanghe ze brengt op het Journaal.
De vertaling naar hoe jongeren het willen
lezen is een van de moeilijkste uitdagingen.’
Van Damme vertelt dat jongeren
er heel gevoelig voor zijn. Goed mee
zijn in het jongerentaaltje is cruciaal als
redactielid van NWS.NWS.NWS. ‘Het zijn
kleine dingen die ik in het achterhoofd
moet houden. Hoe zou ik als 16-jarige
iets willen lezen?’
Marijn Van Damme krijgt regelmatig
schrijfassistentie. ‘In het begin kreeg ik
de opmerking dat mijn schrijfstijl nog
te droog was en niet zoals jongeren het
zeggen. Andere nieuwskanalen zouden
brengen 8-jarig jongetje is de bestbetaalde
YouTuber van 2019, wij transformeren
dat tot Bestbetaalde YouTuber
van 2019 is een kind van 8. De gepaste
schrijfstijl ontwikkelen is iets dat je al
doende leert en moet blijven bijschaven.’
Herkenbaarheid is cruciaal en daarom
plaatst de redactie zo veel mogelijk jonge
gezichten op een coverbeeld. ‘Jongeren
klikken minder snel op een post met
twee oude rakkers. Nieuws op jongerenmaat
moet altijd flitsend zijn. We plakken
korte beelden na elkaar om te voorkomen
dat het één lange video wordt
met een tekst op.’ Volgens Marijn Van
Damme werkt het om snel te switchen
van beelden en standpunten. Flitsende
en visuele elementen vallen in de smaak
en daar zet de redactie sterk op in.
Een journalistiek diploma is volgens Marijn
Van Damme geen vereiste om bij
NWS.NWS .NWS te werken. Drie van de zes
redactieleden studeerden journalistiek.
De drie andere collega’s volgden een
opleiding aan de universiteit, in de richtingen
Latijn-Grieks, Spaans en Meertalige
Communicatie. ‘Het is belangrijker
dat je goed kan schrijven, monteren en
dat je mee bent met de leefwereld van
jongeren’, vult Van Damme aan.
'Dat we ons dagelijks
moeten inleven in
de wereld van jongeren
is het moeilijkste aan
onze job'
Volgers
De NWS.NWS.NWS-redactie bestaat uit
jonge twintigers. Volgens Marijn Van
Damme kunnen 40-plussers ook nieuws
maken op jongerenmaat. ‘Bij Karrewiet
werken veertigers, die al 20 jaar ervaring
hebben en dat werkt perfect. Onze eindredacteur
is wat ouder en heeft jonge
kinderen. Ze is daardoor vertrouwd met
de leefwereld van jongeren. Het is fijn
dat de eindredacteur ouder is, om ons
jeugdig enthousiasme soms in toom
te houden.’
Marijn Van Damme vindt de opzet
van het kanaal geslaagd. ‘Toen ik bij
NWS.NWS.NWS begon te werken, hadden
we 7.000 volgers. Een half jaar later
overschrijden we bijna de 30.000.
Dat zegt genoeg.’ Volgers zijn belangrijk
voor het kanaal. ‘Toen we in december
het tienerwoord van het jaar bekendmaakten,
leverde ons dat veel nieuwe
volgers op. Als we voxpops doen
op straat, merken we dat jongeren ons
beginnen te herkennen en dat is wel
leuk’, lacht Van Damme.
In januari 2020 smolt NWS.NWS.NWS
samen met de Instagrampagina van
mnm-be, die 120.000 volgers heeft. ‘Dagelijks
verschijnen drie posts van onze
pagina op hun feed. Als de volgers van
mnm-be onze berichten interessant vinden,
ontdekken ze hopelijk ons kanaal.’
Engagement per post (reacties en likes
per post) is een andere succesfactor.
De JONG-redactie weet ongeveer op
voorhand waar er veel of weinig op gereageerd
zal worden. ‘De post over een
16-jarige jongen met de grootste mond
ter wereld lokte bijvoorbeeld veel reacties
uit. Maar als een bericht minder
comments krijgt, klasseren we de post
niet als slecht.’
Marijn Van Damme verklaart dat jongeren
willen weten wie het nieuws voor hen
maakt. ‘Mijn collega Louise wordt nu al
vaker ingezet als gezicht van ons kanaal.
Op onze nieuwjaarspost en selfie met
Koning Filip kregen de volgers wel al het
voltallige redactieteam te zien. We krijgen
logopedie en begeleiding van een
coach om de schermgezichten van ons
kanaal te worden.’
Marijn Van Damme hoopt om tegen juni
50.000 volgers te hebben en opnieuw
in te zetten op festivals, want daar zijn
jongeren. ‘Vorige zomer interviewden we
Billie Eilish en hopelijk volgen in de toekomst
nog meer wereldsterren.’
Ook de Nederlanders bieden nieuws
op maat van jongeren. Sinds 2018 is de
Nederlandse Omroep Stichting (NOS)
te vinden op Snapchat, YouTube en
Instagram. Nieuws brengen uit de
belevingswereld van jongeren is in
Nederland een succes. Het Instagramaccount
‘NOS Stories’ groeide
uit tot het grootste nieuwskanaal op
Instagram en heeft vandaag bijna
600.000 volgers. Het initiatief werd in 2018
bekroond tot beste nieuwspagina en
beste bedrijfsaccount. De VRT treedt
met zijn kanaal NWS.NWS.NWS in
de voetsporen van onze noorderburen.
a 06.2019
P051
Marijn Van Damme (25) zat vorig jaar nog op de schoolbanken. Vandaag is hij lid van een kersverse JONG-redactie.
(Foto: Levi Verbauwhede)
Vlaamse redacties blijven witter dan de maatschappij
Mediahuizen
bekennen kleur
Onze samenleving mag dan wel diverser worden, op je televisiescherm
zie je voornamelijk blanke gezichten. Ook de namen
onder artikels in kranten en magazines klinken vaak oer-Vlaams.
Scoop ging langs bij DPG Media en Roularta om te horen of zij
zich bewust zijn van het diversiteitsprobleem. Beide mediabedrijven
willen graag een afspiegeling van de maatschappij zijn,
maar de weg daar naartoe is bezaaid met obstakels.
P052
b 06.2019
TRIGGER
Op 12 juni 2019 verschijnt
in De Morgen: 'De VRT
heeft een probleem. Enkel
Ketnet redt de meubels.'
Uit de Monitor Diversiteit
2018 van de openbare
omroep blijkt dat de
VRT-zenders ‘witter dan
wit’ zijn. Ketnet is de uitzondering
en behaalt wel
een goed diversiteitscijfer.
De beperkte diversiteit op de redacties bij
News City betekent volgens Lataire niet dat
je geen gevarieerde doelgroep kan bereiken.
'Met het merk Het Laatste Nieuws bereiken we
dagelijks twee miljoen mensen. Die komen
uit alle lagen van de bevolking. Ook met VTM
Nieuws bereiken we een breed publiek.' Dat
wil niet zeggen dat Lataire diversiteit op de
redactie zelf niet belangrijk vindt. 'Onze samenleving
wordt steeds diverser en als mediabedrijf
wil je een afspiegeling zijn van de
samenleving. We proberen vooral mensen
aan te trekken die openstaan voor veel medoor
Laurane Berkein
'We moeten het diversiteitsprobleem
bij de basis aanpakken
door de instroom te vergroten.'
(foto: Laurane Berkein)
De Monitor Diversiteit 2018 die de VRT in samenwerking
met de Universiteit Antwerpen
vorig jaar publiceerde, toont aan dat de VRT
niet goed scoort op vlak van diversiteit. Enkel
kinder- en jeugdzender Ketnet haalde
een aanvaardbare score. In 2018 waren 9,7
procent van de mensen in die uitzendingen
nieuwe Vlamingen. Eén en Canvas, de andere
zenders van de VRT, behaalden met
6,7 procent en 7,7 procent zwakke resultaten.
Nochtans heeft de VRT een cel Diversiteit die
de beeldvorming voor en achter de schermen
bewaakt. Daarenboven is de publieke
omroep gebonden door een beheersovereenkomst.
Daarin legt de Vlaamse gemeenschap
de VRT doelstellingen op in verband
met diversiteit in bereik, beeldvorming en
personeelssamenstelling. Als de VRT zelfs
mét richtlijnen niet goed scoort, hoe doen de
commerciële mediabedrijven het dan voor
en achter de schermen, zonder opgelegde
diversiteitsquota?
Aantrekkingspool
DPG Media, de nieuwe naam voor MEDIALAAN
en De Persgroep Publishing, zegt vooral talent
te willen verzamelen in het bedrijf. 'We
zijn heel open van geest. Als een werknemer
getalenteerd is, spelen geslacht, afkomst en
andere vormen van diversiteit geen rol', verklaart
Nicholas Lataire, adjunct-directeur bij
News City. 'Nu News City in Antwerpen is gevestigd,
hopen we in de toekomst nog meer
een aantrekkingspool te zijn voor talent. De
bruisende stadsomgeving en locatie aan het
station zijn daarbij zeker een voordeel. Een
gevarieerde redactie is bovendien belangrijk
om de nieuwsinstroom divers te houden.' Dat
bevestigt ook Jos Grobben, directeur Magazines
bij Roularta Media Group, de Belgische
multimediagroep die marktleider is op vlak
van magazines. 'Als je werkvloer niet divers
is, ontbreken er verschillende invalshoeken
en thema’s in de producten die je naar buiten
brengt', vertelt Grobben. 'Je redactie wit houden?
Daar heb je als bedrijf geen voordeel bij.
Elk bedrijf wil ongetwijfeld de beste mensen
aan boord houden, maar het is ook belangrijk
om zicht te hebben op wat er speelt in de
samenleving.'
ningen, strekkingen en achtergronden.
Op die manier behouden we onze voeling
met de maatschappij.'
Schaars
Hoe komt het dan dat de redacties toch
‘te wit’ zijn? 'Het probleem zit bij het aanbod',
legt Grobben uit. 'De instroom van
mensen met een allochtone achtergrond
is zeer beperkt. Bovendien weigeren we
om aan positieve discriminatie te doen.
Hogescholen en universiteiten ondervinden
trouwens hetzelfde probleem. Zolang
opleidingen te weinig studenten met een
allochtone achtergrond aantrekken, blijft
de instroom naar mediabedrijven heel
schaars.'
'Onze samenleving wordt
steeds diverser en als
mediabedrijf wil je een
afspiegeling zijn van de
samenleving'
Nicholas Lataire
Esther van Tilburg, opleidingsdirecteur
Bachelor in de Journalistiek aan de Arteveldehogeschool,
bevestigt dat het
moeilijk is om studenten met een allochtone
achtergrond aan te trekken. 'Het
gebrek aan diversiteit binnen hogescholen
is een algemeen Vlaams probleem',
vertelt Van Tilburg. 'De doorstroom van
het secundair naar het hoger onderwijs
is heel beperkt. We zijn ons daarvan bewust.
Met de volledige hogeschool hebben
we een strategisch plan opgesteld
voor de komende jaren. Een van de strategische
doelen heet Kleurrijk en kansrijk
studeren. Daarmee hopen we opnieuw
een afspiegeling te kunnen zijn van wat
er in de maatschappij gebeurt.'
Energie
Ondanks hun beperkt diverse redacties
vinden de mediabedrijven dat ze er
toch in slagen gevarieerde producten
uit te brengen. 'Elke week opnieuw is het
een uitdaging om een veelzijdig magazine
aan te bieden', vertelt Bert Bultinck,
hoofdredacteur van Knack. 'We kiezen
voor nieuwswaardige stukken en sterke
achtergrondverhalen. Maar ook de keuze
van interviewees is gevarieerd. We
krijgen geen quota opgelegd, maar we
proberen wel divers te zijn als we kijken
naar gender en allochtone achtergrond.'
Al geeft Bultinck ook toe dat het altijd beter
kan. 'Als vrouwelijke interviewees niet
beschikbaar zijn of als we geen mensen
met een allochtone achtergrond vinden,
gebeurt het wel eens dat er veel witte,
oude mannen in Knack staan. Energie is
eindig en op het einde van de week moeten
we een deadline halen.'
Zou het in de toekomst een oplossing zijn
als ook commerciële omroepen richtlijnen
zouden krijgen over diversiteit? 'Voor
de beeldvorming van onze producten
zeker niet', verzekert Grobben. 'De hoofdredacteurs
bepalen wat er in de magazines
verschijnt. Slechts één keer in al
mijn jaren dienst vond ik een editie niet
veelzijdig genoeg.' Dat er dringend iets
moet veranderen op de redacties, ziet
Grobben wel in. 'Richtlijnen voor ons personeel
zouden misschien wel helpen, al
was het maar om een bredere bewustwording
te creëren. Maar een dwingende
maatregel is geen oplossing op lange
termijn. We moeten het probleem bij
de basis aanpakken door de instroom
te vergroten. En in de tussentijd zorgen
we ervoor dat mediabedrijven aandacht
blijven hebben voor diverse thema’s en
diverse invalshoeken.'
Illustratie Pol Cosmo
b 06.2019
P053
Mediavrouwen
op leeftijd over
leeftijdsdiscriminatie
‘Blijkbaar gelden op de radio nu dezelfde wetten als op tv: mannen
van 58 worden niet als oud beschouwd, vrouwen wel. Een oude
vrouw is een heks, een oude man een lieve tovenaar. Van oude
vrouwen hoor je bang te zijn’, vertelde Leen Demaré na haar ontslag
bij Joe in een interview met De Morgen. Harde woorden. Scoop
vroeg Annemie Peeters, Phara de Aguirre en Lynn Wesenbeek naar
hun ervaring met leeftijdsdiscriminatie bij vrouwen in de radio- en
televisiewereld. Zij voelen het niet zo aan als Leen Demaré.
c 06.2019
P054
TRIGGER
Op 1 juni 2019 vertelt
VTM-nieuwsgezicht Dany
Verstraeten in De Morgen
dat het voor vrouwen
moeilijker is om ouder te
worden op het scherm.
door Melissa Riems
‘Ik geloof wel dat het als vrouw moeilijker is om
oud te worden in de journalistiek, zeker op het
scherm’, legt onderzoeker in genderongelijkheid
Sara De Vuyst (UGent) uit. ‘Het gebeurt zelfs dat
je als oudere vrouw van het scherm verdwijnt.
Stereotypen rond uiterlijk liggen aan de basis
van het probleem. Ook het vooroordeel dat je
als oudere vrouw niet meer meetelt, speelt een
rol. Oudere mannen stralen daarentegen voor
velen autoriteit en kennis uit. Dat komt voort uit
een commercieel idee waarbij de omroepen
denken dat een jongere vrouw op het scherm
meer kijkers trekt. Wat niet altijd waar is natuurlijk’,
verduidelijkt De Vuyst.
‘Uit interviews met vrouwelijke journalisten die
op het scherm verschijnen, bleek dat zij vaak
meer negatieve berichten via sociale media
krijgen. Dikwijls zijn dat reacties op hun uiterlijk.
Sommigen dachten er op een bepaald moment
zelfs aan om uit het beroep te stappen’,
gaat De Vuyst verder. ‘De reacties waren erg
confronterend en persoonlijk, soms met doodsbedreigingen
erbij. Ook mannelijke journalisten
krijgen opmerkingen, al gaan die minder over
hun uiterlijk of persoonlijkheid, maar meer over
inhoud.’
De gegevens van Het profiel van de Belgische
journalist in 2018 tonen aan dat de genderverdeling
onder 35 jaar gelijkmatig is. Maar bij de
leeftijdsgroep ouder dan 55 jaar zijn de vrouwen
nog maar voor 20 procent vertegenwoordigd.
‘Dat is weinig en je ziet inderdaad vooral
in die leeftijdscategorie vrouwen vertrekken. In
dat geval kan je spreken van leeftijdsdiscriminatie’,
legt De Vuyst uit. ‘Bovendien zijn er op het
scherm meer vrouwen aanwezig dan in werkelijkheid
in de journalistiek. Hierdoor krijg je
als kijker een vertekend beeld terwijl het aantal
vrouwelijke en mannelijke journalisten nog
steeds niet in balans is.’
Lynn Wesenbeek: ‘Vooral de commerciële omroep bezondigt zich aan leeftijdsdiscriminatie’
(Foto: VTM)
Gevoeligheid
Worden vrouwen op leeftijd sneller als
oud gepercipieerd dan mannen? Radio
1-stem Annemie Peeters (60) vindt
van wel. ‘Het is heel jammer, maar de
schoonheidscultuur zit daar voor iets
tussen. Schoonheid is belangrijk. Ik wil
daar niet mee zeggen dat oudere vrouwen
niet mooi zijn, integendeel. Wel ben
ik ervan overtuigd dat die schoonheidscultuur
ook voor mannen geldt. Maar
nieuwsprogramma’s mag je niet vergelijken
met amusementsprogramma’s.
Bij die laatste draait het meer om beeld
dan om inhoud. Waar zie je nu een oudere
vrouw met een jongere man presenteren?
Nergens. Enkel de combinatie
van jongere vrouwen met oudere mannen
lijkt acceptabel’, vertelt Peeters.
‘Je kan inderdaad stellen dat er een
verschil is tussen nieuws en entertainment.
Als vrouw kan je ouder worden
in een nieuwsdienstprogramma. Mannelijke
presentatoren gaan dan weer
langer mee in entertainmentprogramma’s.
Hoe dan ook denk ik dat vrouwen
er voor om het even welk programma
goed moeten uitzien’, merkt VRT-gezicht
Phara de Aguirre (58) op. Toch ziet zij
een positieve verandering. Zo is er volgens
haar een gevoeligheid bij de VRT
om steeds voldoende vrouwen in beeld
te brengen. ‘Wij hebben bijvoorbeeld bij
De Afspraak de regel om, buiten de presentator,
steeds één vrouw aan tafel te
hebben.’
Daarnaast kaart Lynn Wesenbeek (57)
het verschil tussen openbare en commerciële
omroep aan. ‘VTM is als commerciële
omroep afhankelijk van wat de
markt wil, in het bijzonder de reclame.
En net die reclamesector is in hetzelfde
bedje ziek. Antirimpelcrèmes bijvoorbeeld
werden jarenlang aangeprezen
door jonge vrouwen. Het is dus vooral
de commerciële omroep die zich bezondigt
aan leeftijdsdiscriminatie.’
‘Vertrekken is alleen leuk
als je er zelf voor kiest’
Phara de Aguirre
Opschuiven
Zijn de mediagezichten het er dan mee
eens dat oudere vrouwen vervangen
worden door iemand jonger? ‘Nee, natuurlijk
niet. Maar dat oudere mensen al
eens moeten opschuiven, snap ik’, vindt
Annemie Peeters. ‘Je moet jezelf blijven
heruitvinden. Je kan niet eeuwig je rol
en privileges claimen. Jongeren moeten
ook een kans krijgen. Dat geldt voor elk
beroep trouwens. Wat ik wel belangrijk
vind, is dat je je capaciteiten kan blijven
inzetten. Je mag niet zomaar aan de
kant geschoven worden. Opschuiven wil
niet zeggen verdwijnen.’
‘Leen Demaré die zomaar verdwenen is
bij DPG Media, dat zou op de VRT nooit
gebeuren. VRT zou je niet ontslaan omdat
je niet meer bij het profiel van de
luisteraars past. Ze zouden je ontslaan
omdat je niet voldoet, er de kantjes van
afloopt of je werk erbarmelijk uitvoert’,
benadrukt Peeters. ‘Bij mijn radioprogramma
Fifty-fifty heb ik gezien hoeveel
vijftigers geen werk meer vinden nadat
ze ontslagen zijn. Dat is heel jammer. Zo
blijft veel talent onbenut.’
De Aguirre hoopt dan weer dat oudere
collega’s kunnen blijven werken zolang
ze willen. Voor zichzelf hoopt ze hetzelfde.
‘Ik zou het er moeilijk mee hebben
als ik vervangen zou worden, enkel en
alleen omdat ik te oud ben. Vertrekken
is alleen leuk als je er zelf voor kiest. Als
je gedwongen wordt om te gaan dan
vraagt dat wel wat verwerking. Op de
nieuwsdienst hebben we vandaag een
mooie mix tussen vrouwelijk oud en
jong. Martine Tanghe wordt dit jaar 65.
Daarna volg ik, en Kathleen Cools is 56.
Op de redactie hebben we dus twintigers,
dertigers, veertigers, vijftigers én
c 06.2019
P055
Illustratie Pol Cosmo
P056
‘Het clichébeeld
dat vrouwen per se
jong moeten zijn,
is achterhaald’
Lynn Wesenbeek
c 06.2019
ook een zestiger. Het zit goed.’
‘Wens ik meer vrouwen tot hun pensioen
op het scherm? Ja, maar ze zijn
gelukkig al aanwezig. Als je VTM als
voorbeeld neemt, krijg je de indruk
dat oudere vrouwen het lastig hebben.
Maar VTM is niet de norm’, verklaart
Wesenbeek. ‘De commerciële omroep
zal op termijn de openbare omroep wel
volgen. Het clichébeeld dat vrouwen per
se jong moeten zijn, is achterhaald. We
zijn 2020. Zelfs in Hollywood hebben ze
dat al begrepen.’
Bagage
‘Ouderen moeten op een bepaald moment
plaatsmaken voor jongeren. Dat
is de cyclus van het leven en dat geldt
zowel voor vrouwen als voor mannen’,
gelooft Wesenbeek. ‘Het is vooral belangrijk
om relevant te blijven. Ik zet met
plezier mijn ervaring en energie in om
jongeren te begeleiden. En omgekeerd
werkt het ook. Ik steek bijvoorbeeld veel
op van de socialmediaskills van mijn
dochters.’
‘Je hebt als oudere meer bagage. Na
al die jaren heb ik bijvoorbeeld meer
interviewervaring. Toch moet je jonge
mensen de kans geven om het ook te
proberen. Alleen zo worden ze er beter
in’, meent Peeters. Daarnaast vindt ze
dat oudere journalisten zich minder willen
profileren. ‘Als je jonger bent, wil je
jezelf hard bewijzen. Dat geeft niet altijd
de beste radio of tv. Oud en jong samen
brengt de mooiste mix. Jonge mensen
kunnen dingen waar wij moeizamer
mee omspringen en wij beheersen dan
vaak inhoudelijk de zaken beter. Die samenwerking
zou overal zo moeten zijn’,
benadrukt ze.
De Aguirre bevestigt dat. ‘Er worden wel
eens grappen gemaakt over ouderen,
want ik ben vaak de oudste op een redactie.
Dat is niet erg. Het is juist fijn om
met jongere collega’s te mogen samenwerken.
Ik vind het ook belangrijk om als
‘senior’ mijn kennis te kunnen doorgeven.
Zo hoop ik dit jaar met een jongere collega
een Panoreportage te draaien.’
Commerciële logica
Peeters denkt dat knap zijn wel meespeelt
in de selectie van televisiegezichten.
‘Je moet er op tv een beetje
fatsoenlijk uitzien. Tenzij je te gast bent
in een programma, dan telt dat niet.
Op de radio moet je tenslotte ook een
mooie stem hebben.’ Verdwijnen oudere
vrouwen en mannen dan van televisie
omdat ze te oud lijken? ‘Dat weet ik niet,
je kan daar uiteindelijk nooit de vinger
op leggen’, meent ze.
Daarnaast vermoedt Peeters dat een
ouder publiek voor commerciële zenders
minder interessant is. ‘Mensen ouder
dan 45 zijn waarschijnlijk voor hun
reclamecampagnes niet meer interessant.
En als je doelpubliek jong is, dan
kies je vanzelf ook voor jongere presentatoren:
dat is de commerciële logica’,
denkt de Radio 1-stem.
De Aguirre vertelt dat er een screentest
gebeurt voordat je op het scherm mag
komen. ‘Screentests zijn er niet alleen
om te controleren of je er goed uitziet,
maar ook om na te gaan of je goed
presenteert. En of het klikt met de camera.
Die criteria zijn voor mannen en
vrouwen dezelfde.’ Toch stelt ze vast
dat minder knappe mannen makkelijker
hun weg naar het scherm vinden
dan minder mooie vrouwen. Bij mannen
wordt er volgens haar minder naar het
criterium knapheid gekeken.
De vier vrouwen zijn vastberaden. Hoewel
er volgens hen voldoende oudere
vrouwen op het scherm verschijnen,
mogen het er altijd meer zijn. Maar dat
geldt voor alles: zo mag er ook meer
kleur in de media zijn. ‘Alleen maar jong
en mooi is niet genoeg’, vindt Peeters.
Ankers VTM Nieuws
Dany Verstraeten
Stef Wauters
Birgit Van Mol
Cathérine Moerkerke
Freek Braeckman
Andere VTM-gezichten
Faroek Özgünes
David Dehenauw
Frank Duboccage
Julie Colpaert
Maarten Breckx
64 jaar
52 jaar
51 jaar
42 jaar
40 jaar
56 jaar
49 jaar
46 jaar
40 jaar
34 jaar
Ankers Het Journaal
Martine Tanghe
Wim De Vilder
Annelies Van Herck
Goedele Wachters
Hanne Decoutere
Xavier Taveirne
Fatma Taspinar
Andere VRT-gezichten
Frank Deboosere
Rudi Vranckx
Phara de Aguirre
Lieven Verstraete
Kathleen Cools
64 jaar
50 jaar
44 jaar
44 jaar
40 jaar
38 jaar
38 jaar
61 jaar
60 jaar
58 jaar
57 jaar
56 jaar
Ivan De Vadder
55 jaar
Lieven Van Gils
55 jaar
Stef Wijnants
53 jaar
Eddy Demarez
52 jaar
Sabine Hagedoren
51 jaar
Catherine Van Eylen 49 jaar
Karl Vannieuwkerke
49 jaar
Annelies Beck
46 jaar
Bart Schols
45 jaar
Lisbeth Imbo
44 jaar
Maarten Vangramberen 41 jaar
Bram Verbruggen
33 jaar
Ruben Van Gucht
34 jaar
Danira Boukhriss Terkessidis 29 jaar
Aster Nzeyimana
26 jaar
FOTO BOVEN: Phara de Aguirre: ‘Op de nieuwsdienst hebben we een mooie mix tussen vrouwelijk oud en jong’ (Foto: Melissa Riems)
FOTO ONDER: Annemie Peeters: ‘Alleen maar jong en mooi is niet genoeg’ (Foto: Melissa Riems)
Juli
Fotograaf
Filip Claus
Rijk en arm
‘In juli viert Yerevan (Armenië) de dag van het water. Tijdens het Armeense festival ‘Vardavar’ gooit men met emmers water, zodat
iedereen nat wordt. Ik dacht: dat moeten we tijdens de zomer ook op het Sint-Baafsplein in Gent doen. Ik zorg dan wel voor
emmertjes! Het was heel grappig om er als buitenstaander tussen te lopen. Iedereen, rijk én arm, deed mee en voor je het wist
had je een emmer water over je heen gekregen. Ik probeerde toch mijn camera wat te beschermen. Zelf was ik kletsnat, mijn
camera overleefde het en ik heb goed gelachen. Ik vind het jammer dat zo’n event maar één keer per jaar georganiseerd wordt.’
b 01.2019 P059
Charles Michel voorzitter van de Europese Raad
Faillissement erotiekbedrijf Pabo
Meest geklikt
van de maand
Tweets
van de maand
Cover
van de maand
‘’Al vijftigtal festivalgangers
Tomorrowland naar ziekenhuis
gebracht.’’ Jonge mensen
hebben blijkbaar een zwakke
gezondheid.
Rik Torfs
@torfsrik
21 juli 2019
Op mo.be
De kiezer heeft gesproken,
maar wat heeft hij gezegd?
Om 16.00 uur in Ukkel 39,5°C.
Beitem 40,3°C Diepenbeek
40,2°C #voldoendewaterdrinken
In zijn column blikt Walter Zinzen terug
op de verkiezingsuitslag. Hij vraagt zich
af of de kiezer gelijk heeft. Media praten
vaak over 'het signaal van de kiezer',
maar hij vindt dat een foute veralgemening.
‘Het signaal’ gaat over de
18% van de Vlaamse bevolking die op
Vlaams Belang stemde, maar niet over
de rest. De kiezer kan geen gelijk hebben,
want dé kiezer bestaat niet, schrijft
Zinzen.
Frank Deboosere
@frankdeboosere
25 juli 2019
Greta Thunberg zet gedreven haar strijd
verder tegen de klimaatverandering en ontkennende
politici.
Wetenschapsjournalistiek wordt gretig gelezen
'Communiceren
over wetenschap
is een kunst'
Menselijke nieuwsgierigheid bracht ons tot op de maan. Toen
de BRT in 1969 Neil Armstrongs eerste stappen live uitzond,
zaten miljoenen Vlamingen aan hun scherm gekluisterd. Een
halve eeuw later kopten kranten wereldwijd met de eerste foto
van een zwart gat in het heelal. Ook nu scoort wetenschapsjournalistiek
nog steeds bij het brede publiek.
a 07.2019
P061
TRIGGER
Op 5 juli 2019 kondigt
Het Laatste Nieuws aan
dat Instagramwetenschapper
en
influencer Martijn
Peters aangeworven is
als wetenschapsjournalist
voor News City
door Eline Timperman
Koen Wauters is sinds 2011 gezondheidsen
wetenschapsjournalist bij de openbare
omroep. Volgens hem interesseert
de Vlaming zich voor wetenschap. Daarbij
stelt hij een opvallende trend vast: ‘Als we
interne peilingen houden, dan steekt het
thema gezondheid er met kop en schouders
bovenuit. Dat is voor mij erg logisch. Als
mensen elkaar tegenkomen, dan hebben ze
het over twee onderwerpen: het weer en hun
gezondheid.’
Volgens Wauters is de moeilijkheid aan
wetenschapsjournalistiek het gebrek aan
hard afgebakend nieuws. ‘Als Groot-Brittannië
zich wil afscheiden van Europa, dan heb
je meteen een wie, wat, waar, wanneer en
waarom. Ontwikkelingen in de wetenschap
spelen zich daarentegen af over een lange
tijd. De overlevingskans bij kanker steeg over
een periode van 25 jaar van vijftig procent
naar zeventig procent. Dat is fantastisch,
maar dat verliep niet in één keer. Wetenschappers
dagen niet op met onverwachte
wondermiddelen op persconferenties.’
‘Wat vanzelfsprekend is
voor de ene lezer, is Chinees
voor de andere’
Pepijn van de Gulden
Daarnaast merkt Wauters op dat niet iedere
journalist weet hoe wetenschapsnieuws te
nuanceren. ‘Een geneesmiddel dat goed
werkt bij dieren werkt niet altijd bij mensen.
Stel dat er een veelbelovende pil bestaat
die kanker bij ratten geneest, zet dan niet
P062
a 07.2019
zomaar in je kop dat het geneesmiddel
voor kanker er bijna is. Ook zieke mensen
lezen de krant. Dat alleen al is reden
genoeg om niemand valse hoop te
geven.’
Checken en dubbelchecken. Het zit in
het journalistieke DNA. Maar hoe doe
je dat bij een wetenschappelijke studie
of een ingewikkeld persbericht? ‘Normaal
publiceren wetenschappers hun
bevindingen in een vakblad. Via een
persbericht of onlinebewering belandt
het nieuws vaak bij de wetenschapsjournalist’,
zegt Wauters. ‘Dan moet je
op zoek naar de originele publicatie of
je contacteert de woordvoerders en
onderzoekers achter het project. Best
controleer je ook het onderzoek zelf.’
‘Vakbladen werken met peer reviews.
Hierbij controleren onafhankelijke
onderzoekers het wetenschappelijke
artikel. Enkel wanneer er een review is,
kan een stuk in een vakblad gepubliceerd
worden’, voegt Wauters eraan toe.
‘Als een arts opmerkt dat het merendeel
van zijn patiënten met ademhalingsproblemen
in de buurt van de ring
wonen, dan is dat geen onderzoek maar
nattevingerwerk.’ Toch is een officieel
gepubliceerd rapport geen garantie op
correcte conclusies.
Hoe weet je dan of een onderzoek correct
is? 'Daarvoor bestaan metastudies.
Dat zijn studies over studies. Ze zoeken
een algemene lijn bij onderzoeken over
een bepaald thema. Er bestaan ook
schalen gebaseerd op het aantal keren
dat een publicatie gemiddeld geciteerd
wordt. Maar een vakblad over Nederlandse
literatuur zal minder geciteerd
worden dan een internationaal wetenschapsmagazine,
wat niet betekent
dat het blad onbetrouwbaar is’, zegt
Wauters.
Het populairwetenschappelijk blad EOS
verhuisde begin dit jaar van Medialaan
- De Persgroep Publishing naar een
eigen onafhankelijke vzw. Hoofdredacteur
Raf Scheers settelde zich met zijn
redactie in Antwerpen. Volgens Scheers
blijft het maandelijkse tijdschrift sterk
staan dankzij diversificatie en samenwerking.
Naast een print- en onlineversie
investeert EOS in verschillende
projecten. Zo heeft het met iedereenwetenschapper.be
een platform voor
burgerwetenschap. Verder startte het
tijdschrift het onlineonderzoek EOS Tracé
dat de herkomst en impact van onze
voeding achterhaalt. De meest recente
creatie is de podcast Vraag het aan.
‘Als een pil kanker bij
ratten geneest, zet dan
niet in je kop dat
het geneesmiddel voor
kanker er bijna is.
Ook zieke mensen lezen
de krant’
Koen Wauters
‘Maar je moet natuurlijk al die inhoud
nog tot bij de lezer krijgen’, merkt
Scheers op. ‘Daarvoor zijn nieuwsbrieven
erg belangrijk. We gebruiken die voor
al onze platformen. Onze tweewekelijkse
nieuwsbrief voor EOS Wetenschap
bereikt 50.000 abonnees. Die invloed is
niet te onderschatten.’ EOS heeft ook een
eigen extra verdienmodel voor advertenties,
namelijk aparte nummers onder
de titel A-Special. Die minimagazines
bevatten gesponsorde stukken. ‘Toch is
er een duidelijk onderscheid tussen onze
artikels en de branded content. Dat is
nodig voor onze geloofwaardigheid.’
Scheers’ redactie bestaat vooral uit
journalisten, op enkele uitzonderingen
na. Volgens de hoofdredacteur is
iemand met een wetenschappelijke
achtergrond én een vlotte pen eerder
zeldzaam, maar door die zeldzaamheid
net erg gewild. Hij benadrukt dat de
belangrijkste kwaliteiten nieuwsgierigheid
en interesse zijn.
‘Journalisten die de overstap willen
maken naar wetenschapsjournalistiek
specialiseren zich het best. Er bestaan
zoveel disciplines: astronomie, psychologie,
milieu. Als je kennis en expertise
binnen een domein opbouwt, is dat
een aanwinst. Het risico daarvan is dat
je een tunnelvisie krijgt. Een brede kijk
blijft een must. Vooral in België', merkt
Scheers op. 'Er zijn nu eenmaal minder
wetenschapsjournalisten, waardoor er
meer algemene kennis verwacht wordt.
In Nederland kun je je meer specialiseren.’
Pepijn van der Gulden is journalist bij
Quest Nederland met een diploma
Politicologie en Sociologie. Hij laat zich
door zijn eigen interesse leiden om te
bepalen wat hij schrijft. Dat gaat van
de samenstelling van frikandellen tot
de beste methode om je vaatwasser te
legen. Hij beaamt dat een passie om bij
te leren belangrijker is dan een harde
wetenschappelijke achtergrond.
Van der Gulden benoemt twee grote verschillen
tussen wetenschapsjournalistiek
in Vlaanderen en Nederland. ‘Nederland
is groter en heeft meer potentiële
lezers, waardoor we op redacties meer
wetenschapsjournalisten aannemen.
Bovendien hebben we ook de Vereniging
voor Wetenschapsjournalistiek en Communicatie
Nederland (VWN). Ik ben zelf
ook lid. We organiseren onder meer activiteiten
en bijeenkomsten voor leden.’
De VWN accepteert ook Belgische
journalisten, maar er is dus geen equivalent
in ons land. Toch zien Scheers,
Wauters en van der Gulden wel heil
in een aparte Vlaamse of Belgische
vereniging.
Net zoals EOS diversifieert ook Quest. Zo
brengt de redactie een jongerenblad
uit met toegankelijke taal en illustraties.
‘Een jongereneditie is voordelig, want je
kan artikels recycleren.
Soms verschijnen stukken zowel in de
volwassenen- als jongereneditie’, vertelt
van der Gulden. Het Nederlandse blad
werkt ook regelmatig samen met andere
partners. Zo ontwikkelde Quest met
speelgoedbedrijf Yalp een pakket met
quizvragen voor kinderen.
Volgens van der Gulden zijn er voordelen
verbonden aan wetenschapsbladen. ‘Ik
heb nog stage gelopen bij De Volkskrant.
Wetenschapsjournalisten bij algemene
bladen zijn meer gebonden aan strakke
deadlines om hun feiten te verzamelen,
waardoor je minder je tanden kan zetten
in een stuk. Extra tijd is in de journalistiek
altijd mooi meegenomen, maar zeker bij
een constant bewegende wereld als die
van de wetenschap.’
‘De belangrijkste kwaliteit voor een
wetenschapsjournalist is dat je complexe
concepten begrijpbaar kan maken voor
iedereen. Dat betekent korte, heldere
paragrafen zonder al te veel vakjargon’,
zegt van der Gulden. ‘Wat vanzelfsprekend
is voor de ene, is Chinees voor de
andere. Communiceren over wetenschap
is een kunst, daarom is het ook een apart
vakgebied. Kunst perfectioneer je door
te oefenen. Een wetenschapsjournalist
vertaalt ingewikkeld ver-van-mijn-bednieuws
naar de persoonlijke leefwereld
van de lezer. Bij Quest doen we dat door
wist-je-datjes. Mensen delen vaker dan je
denkt interessante weetjes aan de tap of
keukentafel.’
b 07.2019
P063
Illustratie Pol Cosmo
Opnameomstandigheden belasten het lichaam
Niet gezwoegd,
geen beeld of klank
Zwaar opnamemateriaal in je nek, koukleumen in de regen
en onregelmatige uren. Camera- en klankmannen moeten
fysiek in vorm zijn om hun job uit te oefenen. ‘Ik heb geen
enkele collega zonder rugklachten’, klinkt het bij klankman
Koen De Leeuw. Ook cameraman Hans De Baere ondervindt
hoe belastend zijn job kan zijn voor het lichaam.
b 07.2019
P064
TRIGGER
Op 11 juli 2019 neemt
Kris Van Dijck ontslag
als Vlaams Parlementsvoorzitter.
Tijdens zijn
vlucht naar de auto
rent Wetstraatjournalist
Pieterjan De Smedt hem
letterlijk achterna. Zijn
cameraman moet maar
meehollen.
door Lotte De Bock
‘Als klankman moet je in goede conditie zijn’,
zegt Koen De Leeuw. ‘Sommige situaties
vragen veel van het lichaam.’ Cameraman
Hans De Baere bevestigt dat: ‘Lichamelijk
moet je hoe dan ook paraat zijn, dat is een
voorwaarde voor je job. Ik werk met zware
broadcastcamera’s die zo'n tien kilogram
wegen. Soms draag ik een hele dag een
zwaar statief op mijn schouder, wat fysiek
zeer belastend is. Maar je lichaam went
eraan omdat je er al op jonge leeftijd mee
start.’
Lichamelijke klachten
Koen De Leeuw heeft twee hernia’s en volgt
elke week rugrevalidatie. ‘Veel collega’s
hebben hetzelfde probleem en werden
zelfs geopereerd aan hun schouders. Ik ken
geen enkele klankman zonder rugklachten.
Ik train niet om mijn lichaam fit te houden,
want mijn job is al een goede training op
zich.
‘Ik train niet om mijn lichaam
fit te houden, mijn job is al
een goede training op zich’
Koen De Leeuw
De meeste camera- en klankmannen zijn al
door hun werk gespierd.’ Ook cameraman
Hans De Baere traint niet in het bijzonder
voor zijn job. ‘Ik heb wel hobby’s zoals ijshockey,
klimmen en lopen. Ik kan me voorstellen
dat een cameraman die gamet in zijn vrije
tijd, wel nog extra traint om zijn lichaam in
vorm te houden.’
Soms moeten klank- en cameramannen
gevaarlijke opdrachten uitvoeren.
‘Zo filmde ik onlangs vanuit een helikopter.
Het is dan handig dat je geen hoogtevrees
hebt’, vertelt De Baere. ‘Vroeger
filmde ik op wielerwedstrijden, maar daar
ben ik mee gestopt omdat het heel belastend
is voor de rug. Er zijn ook te veel
risico’s aan verbonden. Enkele jaren geleden
had ik een zwaar ongeval tijdens een
wedstrijd met twee gebroken ruggenwervels
tot gevolg’.
Extreme weersomstandigheden
Koen De Leeuw heeft het lastig om te werken
bij extreme weersomstandigheden,
omdat de aangepaste kledij het werk
dan bemoeilijkt. ‘In maart film ik twee
weken in Lapland bij -20 graden Celsius.
Maar dankzij een goede voorbereiding is
het wel haalbaar om jezelf ertegen te beschermen.’
De Baeres cameramateriaal
werd al eens beschadigd door hevige regen.
‘Extreme weersomstandigheden beïnvloeden
vaak mijn werk, maar soms kan
je niet anders dan buiten filmen. Ik hou bij
de keuze van mijn opdrachten het weer
zo veel mogelijk in het achterhoofd. Tegen
extreme hitte kan ik bijvoorbeeld niet. Ik
zal niet snel een job aanvaarden waarbij
ik in Indonesië moet filmen bij 40 graden
Celsius. Maar laat mij enkele weken naar
Alaska gaan, dat zal wel lukken.'
b 07.2019
P065
Illustratie Pol Cosmo
Augustus
Fotograaf
Lars
Crommelinck
Zoveel mogelijk clicks
‘De wei van Pukkelpop stond lang voor het optreden van Billie Eilish al afgeladen vol. Iedereen wilde haar zien. Nog nooit
zag ik de mainstage zo stampvol staan. Op de mainstage gebeurt het wel vaker dat artiesten wat later opkomen. Plots
kwam Billie Eilish zonder aankondiging het podium opgestapt. Ik had mijn korte lens nog op, en niet mijn zoomlens die ik
gebruik om artiesten op het podium te fotograferen. Als fotograaf krijg je maar drie minuten om foto’s te nemen. Dan is het
dus heel belangrijk dat je gewoon zoveel mogelijk clicks hebt. Al die fans zullen me voor de rest van mijn leven bijblijven.
Al voor het begin van haar concert stonden ze allemaal vol zenuwen te wenen. Het geschreeuw was werkelijk ongelofelijk.
Het was de eerste keer dat ik een koptelefoon heb opgezet omdat het geschreeuw en het geluid van de mainstage zo oorverdovend
was. Deze foto heb ik net voor het concert genomen. De twee meisjes waren aan het wenen van paniek, maar
ook van geluk. Ik betwijfel of ze veel van het concert gezien hebben. Ik heb al heel wat artiesten gefotografeerd, maar Billie
Eilish blijft voor mij hét concert en de verrassing van 2019.’
Het Amazonewoud brandt
(+) Bjorg Lambrecht
Meest geklikt
van de maand
Tweets
van de maand
Cover
van de maand
De verkleutering/debilisering van
de journalistiek: radionieuws @
radio1 opent met twee panda’s
geboren in Pairi Daiza en in De
Wereld Vandaag leren we dat ze
mooi pipi en kaka doen.
Op sportmagazine.knack.be
‘Het buikje van Hazard is zijn
manier om onder extreme
druk zichzelf te blijven’
Eden Hazard, voetballer bij Real Madrid
en vader van vier kinderen, lijkt stressloos
door het leven te gaan. Bij zijn aankomst
op 13 juni in Madrid springt vooral
het buikje van Hazard in het oog.
Thomas D’havé beweert dat Hazards
extra gewicht een fysiologische strategie
is om stress te verminderen. Hij lijkt
het stresstype ‘habituator’ te zijn. Door
inname van hoogcalorische voeding
behoudt hij normale cognitieve alertheid.
Hans Vandeweghe
@hansvdw
9 augustus 2019
Pukkelpop heeft het vlaggen
de boze bert
@deblindebart
17 augustus 2019
Het Amazonewoud staat wekenlang in brand.
Het zou niet het laatste vuur van het jaar
worden.
De Standaard zet digitaal hoog in: een dag in
de voetsporen van de chef Audio bij De Standaard
‘Een podcast
is iets intiems’
De Standaard daagt haar lezers uit om nieuws op nieuwe
manieren te consumeren. Onder het motto Journalistiek om
naar te luisteren maakt De Standaard al meer dan drie jaar
podcasts. De krant is een voortrekker in het Vlaamse landschap
van de journalistieke podcast. Niet wachten tot de trein
vertrekt, zelf de sporen leggen. Chef Audio bij De Standaard
Wouter Van Driessche: ’Een podcast is meer dan gewoon een
stukje radio dat je later nog eens opnieuw kan beluisteren.’
a 08.2019
TRIGGER
31 augustus 2019:
De redactie van
De Standaard maakt
een doorstart met haar
vernieuwde podcast
‘dSAudio’.
door Arthur Van Belleghem
Wouter Van Driessche is chef Audio &
Video bij De Standaard. Van Driessche (42)
is een jonge oude rot in het vak. Begonnen
als man van het geschreven woord, dook hij
in 2016 de digitale wereld in. ‘Ik kan nog altijd
genieten van een goed geschreven artikel.
Met een krant ga je zitten. Je neemt je tijd
om op te gaan in het verhaal. Het is een andere
ervaring dan wanneer je een podcast
beluistert. Dat is toch een stuk persoonlijker.
Intiemer ook. Een warme, slimme stem die
je wijzer maakt of ontroert op weg naar je
werk. Heerlijk. Er is altijd wel iemand van de
redactie die de podcast in de wagen beluistert
als die online verschenen is. Dat is de
autotest. Op zo’n moment ben je natuurlijk
met het verkeer bezig, maar toch krijg je nog
iets interessants mee onderweg. Als het in
de wagen goed klinkt, dan weten we dat we,
technisch alvast, een goede podcast hebben
afgeleverd. Er zijn luisteraars die ons al
lieten weten dat ze onze podcast opzetten
zodra ze hun motor starten. Dat vind ik een
geweldige gedachte. Dat we op heel nieuwe
momenten – waarin lezen geen optie is
- contact maken met mensen.’
Een klein uur later dan gepland - ‘de eerste
afspraak van de dag liep al meteen uit, sorry’
- komt Van Driessche toe op de redactie.
Gehaast maar met een glimlach stapt hij
de lift in. Blindelings duwt hij op knop drie.
‘Eerst koffie halen.’ Een stomende mok rijker
daalt Van Driessche twee etages af naar de
redactie.
‘Een warme, slimme stem die
je wijzer maakt of ontroert
op weg naar je werk.
Heerlijk.’
Wouter Van Driessche
Zijn bureau staat op een meter of drie van
het audio-eiland. Daar zijn op dat moment
al zes mensen hard aan het werk. Veel
woorden vallen er niet. ‘Onze trein rolt ondertussen
vlot. Iedereen weet waar we mee
bezig zijn en kent haar of zijn taak. Op dit
moment hangen er een achttal podcasts in
de lucht. Het proces beginnen we onder de
knie te krijgen. En voor de rest komt het erop
aan heel flexibel te zijn. Ik maak ’s ochtends
geen vast plan voor de dag. Ik stap veeleer
in een planning die continu verandert. Doorheen
de dag werken we dingen af en komen
er dingen bij. En op goede dagen ontdekken
we ook dingen. Audio is nieuw terrein voor
de krant.’
P069
P070
a 08.2019
Niet brandend actueel
De inspiratie voor de podcasts ligt vaak
in de ochtendvergadering van de redactie.
Een terugblik op de krant van
vandaag, een vooruitblik op de krant
van morgen. De chef Audio heeft op
die vergadering een eerder passieve
rol. Hier en daar werpt hij een balletje
op, maar hij luistert vooral naar wat er
speelt op de redactie. ‘Als ik na dat uurtje
vergaderen buitenwandel, heb ik een
vijftal ideeën neergetikt in een notitie
op mijn smartphone. Dan maak ik even
een rondje op de redactie. Als ik van de
economische ploeg een verhaal hoor
waarvan ik denk: daar zit een podcast
in, dan ga ik daar even mijn oor te luisteren
leggen. Als er nog telefoontjes op
de planning staan, vraag ik altijd of de
redacteur in kwestie ons daarvan op de
hoogte kan houden.
‘Op een klasfoto van dS
Audio, zouden meer dan
honderd mensen staan’
Wouter Van Driessche
Zo kunnen wij het nodige doen om dat
eerste gesprek al op te nemen. Ook als
de redacteur al verder staat met zijn of
haar stuk, bekijken we inhoudelijk of een
podcast een meerwaarde zou kunnen
bieden.’ De podcasts van dS Audio sluiten
dus wel altijd nauw aan bij de actualiteit,
maar toch zijn de verhalen bewust
niet brandend actueel. ‘We willen uiteraard
niet de concurrentie aangaan met
de berichtgeving op de klassieke radio.
Daarvoor kunnen wij niet kort genoeg op
de bal spelen. Daarnaast moet je er ook
rekening mee houden dat onze podcast
niet alleen verspreid wordt via onze digitale
krant en website, maar dat wij ook
te vinden zijn op streamingsdiensten als
Spotify en Apple Podcasts. Mensen die
ons ontdekken en door onze catalogus
scrollen, worden hopelijk twee weken
later nog altijd getriggerd om naar een
podcast te luisteren. Daarom hebben wij
wel actuele thema’s, maar proberen we
in onze insteek wat tijdlozer te zijn.’
‘Op een klasfoto van de redactie van
dS Audio zouden meer dan honderd
mensen staan. In principe werken we
met heel de redactie samen. Elke redacteur
die denkt met de podcast iets te
kunnen toevoegen aan haar of zijn stuk
is welkom. Soms zijn dat twintigers. Soms
zestigers. Soms beide samen.’ Toch is er
een toegewijd dS Audio-eiland. Daar lopen
de rollen sterk door elkaar. Research,
voorbereidende interviews, een script
uitwerken. Iedereen moet een beetje
van alle markten thuis zijn. ‘Onze redactieleden
zijn echte manusjes-van-alles.
Daar is heel onze workflow op gebouwd.
Terwijl links iemand de laatste patches
in de podcast van morgen plakt, telefoneert
rechts iemand voor een podcast
van volgende week. Ook wie het script
uitwerkt, heeft een belangrijke taak. Dat
script is vrij uitgebreid en gedetailleerd
trouwens. Niet alleen onze vragen, maar
ook de antwoorden van de interviewees,
meestal de redacteur van het verhaal,
werken we in overleg in bulletpoints uit.
Dat helpt ons niet alleen het ritme van
onze podcast te bepalen, het brengt ook
de nodige structuur voor de opname.
Door onze voorbereiding kunnen we een
opname meestal in zo’n veertig minuten
inblikken. Uiteraard is er ruimte voor
vragen die toch nog spontaan ontstaan,
maar daar hangt het eindresultaat nooit
van af. Door die manier van werken, weten
redacteurs dat we geen uren beslag
leggen op hun agenda. Heel belangrijk
op een krantenredactie, waar nooit iemand
tijd te veel heeft.’
Moeilijke doelgroep
De podcast van De Standaard slaagt
erin om een nieuw publiek aan het medium
te verbinden. ‘De luisteraars van
podcasts zijn bovengemiddeld jong,
mensen in het spitsuur van hun leven.
Zij vinden vaak minder tijd om nieuws te
consumeren via de klassieke kanalen.
De podcast biedt daar een perfect alternatief
voor. Uit reacties leren we dat de
podcast zowel informerend als ontspannend
werkt. We lanceerden onze dagelijkse
podcast vorig jaar met de slogan
Journalistiek om naar te luisteren. En we
legden uit wat een podcast was en waar
en wanneer mensen konden luisteren:
onderweg, tijdens het sporten of bij het
huishouden. Podcasts waren toen nog
helemaal niet zo’n vanzelfsprekend begrip
als vandaag. Een jaar later merken
we dat het medium echt doorgebroken
is en dat het publiek snel groeit.’ dS Audio
biedt niet alleen voor het eigen huis
een grote meerwaarde. De luisterstukken
van De Standaard introduceerden
ook de krantenlezers in de wereld van
de podcasts. Vandaag haalt de podcast
van De Standaard alleen al gemiddeld
zo’n 10 000 unieke downloads en beluisteringen
per aflevering, met pieken tot
20 000 en meer.
‘Vroeger moesten we
eerst de tl-buizen uit
het plafond draaien
omdat die in onze
opnames zoemden’
Wouter Van Driessche
Rond een uur of twee komen Jan Delvaux
en Jimmy Dewit de redactie binnengewandeld.
Ze komen een podcast
opnemen ter promotie van hun nieuwe
Belpop Bonanzashow. Van Driessche
verwelkomt de twee heren hartelijk en
vrijwel meteen trekt het drietal richting
derde verdieping, waar naast de cafetaria
ook de opnamestudio zit. Daar
heeft Joris Van Damme (34) de apparatuur
al in gereedheid gebracht. Ook Lise
Bonduelle (27) sluit zich bij het gezelschap
in de studio aan. Zij voert vandaag
het gesprek met de gasten.
De studio is niet groter dan de gemiddelde
studentenkamer. Zwarte gordijnen
bekleden de muren. Tegen de wand recht
tegenover de deur staat een bureau met
de computer waar Van Damme de opname
technisch volgt en stuurt. Op twee
tafels in het midden staan twee tablets
en zijn drie microfoons geklemd. Daarop
kunnen de gasten het script van a tot z
volgen. ‘Aan het begin van de podcasts
die nu verschijnen, vraag ik de luisteraar
om een enquête over onze podcast in
te vullen’, vertelt Van Driessche. Op die
manier krijgen luisteraars inspraak in de
evolutie van de podcast. ‘Daarin vertel
ik hoe we vroeger de tl-buizen uit het
plafond moesten draaien omdat hun
gezoem onze opnames verstoorde. Intussen
zijn we erop vooruitgegaan, maar
het is echt uitkijken naar de zomer. Dan
verhuist de redactie en krijgen we een
volwaardige studio.’
Dynamiek
Voor de opname start, wordt er nog even
overlegd. Maar Delvaux en Dewit zijn er
de mannen niet naar om een script te
volgen. Bonduelle: ‘De meeste gesprekken
die we hier voeren, verlopen gestroomlijnd.
We werken met journalisten
die hun research al in een geschreven
artikel hebben verwerkt. Het is duidelijker
waar zo’n gesprek start en waar het eindigt.
Zodra dit gesprek begon, wist ik dat
dit een andere aanpak vroeg. Je moet
die mannen gewoon de vrijheid geven
om hun ding te doen, alleen zo krijg je het
beste resultaat.’ Van Driessche zit mee
aan tafel en luistert en lacht mee. Af en
toe onderbreekt hij het gelach. Er valt een
naam die te weinig duiding krijgt, in hun
enthousiasme spreken de twee gasten
door elkaar of een bekertje water valt
omver. Van Driessche regisseert. Van
Damme, die nog steeds aan de knoppen
zit, begint meteen naarstig te knippen en
te plakken. De dynamiek voelt natuurlijk
aan en toch volgt alles een duidelijk plan.
Een dik anderhalf uur opname zal uiteindelijk
resulteren in een podcast van zo’n
vijfentwintig minuten. Niet alleen schrijven
is schrappen.
‘Wij kruipen in het oor van
onze luisteraar. Dat is een
heel intieme ervaring.’
Wouter Van Driessche
a 08.2019
P071
Later op de dag volgt een tweede opname.
Ditmaal komt redactrice Sarah Vankersschaever
praten over een stuk over
narcisme dat ze voor de krant schreef. Dit
gesprek verloopt gestroomlijnder dan de
opname hiervoor. ‘Vandaag hebben we
weer twee podcasts kunnen opnemen.
Die schonen we nu op en verrijken we
met onze huisstijl. De jingle en achtergrondmuziek
zijn van de hand van Brecht
Plasschaert, de toetsenist van onder andere
Marble Sounds. Er gaat bewust een
zekere melancholie uit van muziek van
dS Audio. We besteden daar veel zorg
en aandacht aan. We kruipen figuurlijk,
maar vaak ook letterlijk in het oor van
onze luisteraars. Dat is een heel intieme
ervaring.’ Met een glimlach verlaat iedereen
de opnamestudio. Morgen is weer
een nieuwe dag.
FOTO BOVEN: Wouter Van Driessche is na zijn printverleden een kenner en liefhebber geworden van de digitale
journalistiek
FOTO ONDER: Lise Bonduelle, Jimmy Dewit, Wouter Van Driessche en Jan Delvaux keuvelen er rustig op los tijdens
een speciale podcast voor de nieuwe Belpopshow, in en over Ancienne Belgique
(Foto's: Arthur Van Belleghem)
September
Fotograaf
Kristof Ramon
Peloton rolling through town
‘Deze foto is genomen tijdens de 17de etappe van La Vuelta a Espana 2019. Tijdens de Vuelta doorkruist het peloton
met enige regelmaat dorpjes die amper bewoond zijn. Wanneer het peloton het dorp binnenrijdt, zijn de straten dus
niet overladen met enthousiaste fans. De fans-bewoners zaten al enige tijd klaar om de coureurs te zien passeren.
Waarschijnlijk zaten ze daar een uur later nog … Er is per slot van rekening geen gebrek aan tijd in deze dorpen.’
P073
Sms-actie baby Pia
Faillisssement Thomas Cook
Meest geklikt
van de maand
Tweets
van de maand
Cover
van de maand
Is er al iemand die weet hoeveel
de tickets voor de 3e afscheidsshow
van Kim Clijsters in het
Sportpaleis zouden kosten ?
Tom Adriaenssens
@TomA3aenssens
12 september 2019
35-jarige vrouw vermoord
in Zoersel, 49-jarige man
gearresteerd
In het Antwerpse Zoersel is een 35-jarige
vrouw om het leven gebracht. De
moordenaar zou haar partner zijn, een
man van 49 jaar oud. De politie arresteerde
hem direct na de feiten. Het
koppel woonde nog maar drie weken in
het appartement waar de moord gebeurde.
Tragiek: Greta Thunberg,
woedend, boos, beschuldigend,
bezwerend.
Hypocrisie: luidruchtig applaudisserende
vips die daarna gewoon
hun bevoorrechte leventje
verderzetten. Een schitterend
portret van onze tijd.
Rik Torfs
@torfsrik
23 september 2019
De Brexit-saga gaat door. Boris Johnson zou
orde in de chaos moeten brengen
De brilscore
Column
door Arthur Van Belleghem
Een fluitsignaal weergalmt doorheen het
stadion. De thuisploeg zit al even in een
negatieve spiraal. FC Journalism weet
wat het is om de rode lantaarn van de
samenleving te zijn. Het is een tijd geleden
dat die wasbordjes nog vol sponsors
stonden. Pas afgestudeerde journalisten
kijken vaak in de richting van de private
sector, want ‘daar zit meer geld’. Alleen
de spionkop lijkt nog in een overwinning
te geloven en blijft trouw zijn abonnement
verlengen. De bal rolt gezapig over
de middellijn, van links naar rechts. Dan
weer terug. Temporiseren. Aftasten. Het
vertrouwen is ver te zoeken. De kritische
lezers zijn die afwachtende houding moe.
De thuisploeg vindt plots de moed en
het gat om een aanval op te zetten. Een
slimme pass in de diepte. Een klimaatnegationist
wordt voor een voldongen
feit gesteld. Ieders adem stokt, het gejoel
sterft abrupt weg. ‘U liegt’, schreeuwt de
verdediger. De rechtsback zag die tackle
nooit aankomen. De verdediger springt
met twee gestrekte benen vol vooruit.
‘Dat is manifest onwaar. De BBC is een
flutmedium. ‘t Is allemaal de schuld van
‘t Blok.’ De stilte verdwijnt een halve seconde
later. Een fluitconcert neemt haar
plaats in. De scheidsrechter heeft niets
gezien. Voortspelen.
te komen. Het is het soort wedstrijd waar
vaak heel wat mooie artikels bij elkaar
worden geschreven, maar negentig minuten
later is er aan het klassement niets
veranderd. Ontkracht je maandag een
leugen, dan staan er dinsdag drieëntwintig
nieuwe online. Een dag later geven
alleen een paar commentaren op
Facebook er nog om. Niemand wordt er
vrolijk van.
a 09.2019
P075
0-0. De brilscore. De thuisploeg
schreef te voorzichtig om het net te
vinden, de repliek van de tegenstanders
bleek te doorzichtig om tot scoren
Do’s and don’ts voor enscenerende persfotografen
Journalist of
regisseur?
Correcte foto’s, ze lijken simpel. Toch komt er heel wat kijken
bij een beeld dat aan alle voorwaarden voldoet. Hoever mag
een fotograaf de realiteit regisseren voor een sterker beeld?
De fotografen van het persagentschap Belga moeten zich aan
strikte regels houden. ‘Ook wij maken geënsceneerde foto’s,
maar dat is alleen oké als de foto overduidelijk in scène is gezet’,
zegt Philippe François, chef Beeld van Belga.
P076
b 09.2019
TRIGGER
Op 14 september 2019
brengt VRT-ombudsman
Tim Pauwels
duiding bij een video
op VRT NWS omdat die
door een journalist in
scène is gezet. Nergens
is duidelijk gemaakt
dat de politiepatrouille,
te paard op het strand,
nagespeeld is.
door Mara van den Dungen
Philippe François, chef Beeld Belga.
(foto: belgaimage/Jasper Jacobs)
Welke richtlijnen krijgt een Belgafotograaf
wanneer hij een beeld in scène zet?
Phillippe François: ‘Voor onze journalistieke
verslaggeving spelen we geen gebeurtenissen
na. Sinds tien jaar gebruiken kranten
steeds meer creatieve foto’s. Dat zijn foto's
die duidelijk in scène gezet zijn om een situatie
uit het dagelijkse leven - en nooit uit de
actualiteit - te evoceren. In de metadata (de
onzichtbare technische informatie in een fotobestand,
nvdr.) van die foto's staat duidelijk
aangegeven dat ze in scène gezet zijn. Dat
blijkt trouwens ook meteen uit de aard van
de foto. Er kan en mag geen verwarring zijn
met een actualiteitsfoto. Het produceren van
dergelijke foto's behoort niet tot de corebusiness
van een nieuwsagentschap als Belga, al
hebben we het bij gelegenheid wel al gedaan.
We commercialiseren ook creatieve foto's
gemaakt door andere agentschappen. De
vraag naar dergelijke foto's is groot en groeit
nog altijd.’
Mag een Belgafotograaf vragen om een
bepaalde actie over te doen?
François: ‘Nee, dat beschouwen we niet als
een creatieve foto, maar als een foute foto.
Wie de foto ziet, weet namelijk niet dat er iets
in scène is gezet. Een portretfoto is strikt genomen
ook in scène gezet, net als groepsfoto’s
van sportclubs, maar dat is voor iedereen
zonneklaar. In de metadata wordt dat ook
aangegeven door het woord fotoshoot.’
Heeft een Belgafotograaf ooit al eens
gevraagd om een bepaalde actie te herhalen
voor een foto?
François: ‘Ondertussen ben ik hier vijftien jaar
chef en ik kan me maar één geval herinneren.
Een fotograaf was voor een persconferentie
op het kantoor van toenmalig eerste minister
Elio Di Rupo. Hij vroeg me of hij op een foto
van Di Rupo een fles mocht verwijderen met
Photoshop. Dat heb ik toen geweigerd. Ook
de foto’s waarbij hij zelf voor het fotograferen
de fles had verplaatst, heb ik geweigerd. De
fotograaf had zich zo mogelijk zelf moeten
verplaatsen om ervoor te zorgen dat die fles
niet in beeld stond. Echte sancties daartegen
hebben we niet, omdat het ook bijna nooit
gebeurt bij ons.’
‘Journalisten zijn nog niet
voldoende gesensibiliseerd
over geënsceneerde foto’s
op het internet; hoe zouden
we dan willen dat het publiek
dat wel is?’
Moeten uw klanten de Belgafoto’s onveranderd
overnemen?
François: ‘In principe moeten ze de metadata
overnemen. Het gebeurt vaak dat redacties
onze foto’s detoureren (een foto vrijstaand
maken, de achtergrond wegknippen, nvdr.).
b 09.2019
Illustratie Pol Cosmo
P077
In elk geval moeten ze de boodschap
die op de foto staat, respecteren. Soms
worden onze foto’s gebruikt in collages.
Dan moet er montage bij staan. De lezer
moet onmiddellijk weten dat wat hij
op de foto ziet niet de werkelijkheid is.’
Heeft Belga een strenge regelgeving
in vergelijking met andere
persagentschappen?
François: ‘Ik vind van niet. Je mag niets
toevoegen of je mag de foto inhoudelijk
niet veranderen. Dat zijn duidelijke
normen die overal worden toegepast.
Bij Reuters mogen de fotografen geen
foto’s meer maken in RAW-formaat. Het
moet in JPG-formaat. Volgens Reuters
is dat een kwestie van transparantie.
In RAW zijn de bewerkingsmogelijkheden
veel groter en kun je alle kleuren
nauwkeuriger bewerken. Zo kun je de
belichting aanpassen alsof het nacht
was, terwijl het eigenlijk dag was. In
België is het niet nodig om zulke strikte
standaarden op te leggen. Onze oplossing
à la Belge is duidelijk: alle foto’s die
gemaakt zijn door Belga, worden gemaakt
door mensen met een perskaart.
Die werken volgens de deontologie van
de Raad van de Journalistiek en de
Conseil de Déontologie Journalistique.’
‘Een fotograaf vroeg of
hij op een foto van toenmalig
eerste minister Elio
Di Rupo een fles mocht
verwijderen. Dat heb ik
geweigerd.'
Kiest een Belgafotograaf zelf zijn
standpunt ter plaatse?
François: ‘Ja, onze fotografen zijn de
enige en finale auteur van hun werk.
Dat betekent dat ze zelf bepalen wat er
op de foto staat en hoe ze het in beeld
brengen. Het is hun verantwoordelijkheid
dat de afbeelding overeenstemt
met de werkelijkheid. Als op een bijeenkomst
van een politieke partij de zaal
halfleeg is en je fotografeert zo dat de
zaal vol lijkt, dan geef je geen correcte
weergave van de werkelijkheid. ’
Op het internet staan heel wat
geënsceneerde foto's.
Moet het grote publiek daar
kritischer mee omspringen?
François: ‘We moeten het publiek
daarvoor opleiden en die taak is
weggelegd voor het onderwijs. Leerkrachten
kunnen daar niet vroeg genoeg
mee beginnen. Veel studenten
journalistiek leren nog onvoldoende over
de technische aspecten van de metadata
en over correcte onderschriften.
Ook over het deontologische aspect
van visuele media staat de opleiding
nog niet volledig op punt. Journalisten
zijn daarover zelfs nog niet voldoende
gesensibiliseerd; hoe zouden we dan
willen dat het publiek dat wel is?
We moeten op dat vlak een inhaalmanoeuvre
maken. Zowel bij journalisten
als het grote publiek.’
Oktober
Fotograaf
Joel Hoylaerts
Wielemie
‘Dit beeld is genomen op de begrafenisplechtigheid van Marieke Vervoort. Na de plechtigheid wordt de kist naar buiten gedragen.
Haar ouders, zus en partner volgen de rode kist door de bomengalerij. Arm in arm. Troost zoekend bij elkaar. Met dit mooi,
aangrijpend beeld wordt Wielemie voor altijd herdacht.’
Misbruik Chirofoto’s
(+) Abu Bakr al-Baghdadi
Meest geklikt
van de maand
Tweets
van de maand
Cover
van de maand
Even nageteld. Zeven tweets over
de 39 dode mensen in Essex en
zes gaan over het feit dat het
niemand een lor kan schelen.
The Vremde Mirror
@VremdeMirror
23 oktober 2019
Op newsmonkey.be
‘W817’ seizoen 1 wordt niet
heruitgezonden en dit is
waarom
Alle seizoenen van ‘W817’ worden
regelmatig heruitgezonden op Ketnet,
behalve de eerste afleveringen. Bram
Renders, de scenarist en bedenker
van de serie, legt uit waarom. Seizoen
1 is te expliciet, de acteurs vloekten en
nemen drugs. Daarom zijn de andere
seizoenen iets subtieler.
We moeten het durven
erkennen en benoemen:
Walter De Donder is een héél
straffe acteur. Er circuleert nu
zelfs een filmpje waarin hij meer
dan twee minuten lang een
Vlaams Belang-politicus imiteert.
Arbiter
@ArbiterOfTweets
29 oktober 2019
Het impeachmentproces tegen Donald Trump
is gestart
Als de liefde
je journalistieke
pad kruist
Wat als een journalist een relatie krijgt met een invloedrijk persoon?
Dan wordt zowel de geloofwaardigheid van de journalist als van
de partner in vraag gesteld door het grote publiek. Dan ontstaat er
gevaar voor belangenvermenging. Toch vallen liefdesrelaties tussen
een journalist en een CEO, politicus, (onderzoeks-)rechter of
parketmedewerker nu eenmaal niet te vermijden. Hoe gaan de redacties
van Vlaamse kranten daarmee om.
TRIGGER
Benjamin Dalle wordt op
2 oktober 2019 Vlaams
minister van Jeugd, Media
en Brussel. Zijn vrouw Maïté
Piessen moet stoppen als
VRT-radionieuwslezer. ‘Niet
te combineren’,
vindt de hoofdredactie.
door Margot Craeymeersch
‘Tegenwoordig kijken bedrijven er nauwkeurig op
toe dat werk en privé gescheiden blijven. Relaties
op het werk liggen nu veel gevoeliger dan
vroeger’, zegt hoofdredacteur van De Standaard
Karel Verhoeven. ‘In België zijn dergelijke relaties
in bepaalde mate mogelijk, maar daardoor
moeten bedrijven soms schuiven met hiërarchische
posities zodat geliefden niet rechtstreeks
aan elkaar moeten rapporteren. Ook binnen
de journalistiek is dat zo. Je geloofwaardigheid
speelt een zeer grote rol. En ook de geloofwaardigheid
van de partner van de journalist staat
op het spel. Vaak is het even lastig voor de partner
als voor de journalist’, zegt Verhoeven.
Op de redacties van De Standaard, De Tijd en
Het Laatste Nieuws bestaan er geen geschreven
regels over relaties met iemand die een hoge
functie binnen de maatschappij bekleedt. Want
het blijft een eerder uitzonderlijke situatie. Toch
kennen alle drie de redacties in meer of mindere
mate een ongeschreven regel: je trekt jezelf
terug uit het onderwerp waar je partner mee te
maken heeft.
Dimitri Antonissen (HLN) illustreert het met een
fictief voorbeeld: ‘Stel dat iemand van onze
showbizzredactie een relatie zou hebben met
Bart Peeters. Dan kan die journaliste blijven werken
voor de showbizzredactie, maar zal ze geen
recensie over Bart Peeters’ nieuwe album schrijven.’
Bij De Standaard en De Tijd is de ongeschreven
regel strenger. Als de situatie zich daar
voordoet, kan de journalist niet langer over het
hele specifieke domein berichten. De journalist
volgt dan een ander domein. Karel Verhoeven:
‘Als je een redacteur bent die bijvoorbeeld vooral
over justitie schrijft, kan het bij ons niet dat je een
relatie hebt met iemand die een hoge functie
heeft binnen justitie of bij het parket. Dan moet
je als journalist een ander domein volgen.’ Dat
is ook zo bij De Tijd. Hoofdredacteur Stephanie
Desmedt benadrukt wel dat de journalist er niet
onder mag lijden: ‘Het is deontologisch correct
dat de hoofdredactie ervoor zorgt dat het functioneren
van de journalist niet in gevaar komt.’
(MC)
a 10.2019
P081
Illustratie Pol Cosmo
De rol van de media
in het klimaatdebat
De publieke opinie is verdeeld over de opwarming van het klimaat.
Enerzijds komen er mensen op straat die dringende maatregelen
eisen van hun regering. Aan de andere kant zijn er mensen
die de klimaatverandering negeren en politici die spreken
over klimaathysterie. De media spelen hier een belangrijke rol in.
Krijgt een mening, die volledig indruist tegen de wetenschappelijke
consensus, een plaats binnen het klimaatdebat? De moeilijke
rol van de media balanceert tussen correcte feiten en het
democratisch principe van ‘ieder zijn mening’.
b 10.2019
P082
TRIGGER
In De Morgen van
26 oktober 2019
schrijft Joël De Ceulaer
een essay over media
en identiteit.
Hij licht toe dat er in
een wetenschappelijk
debat weinig ruimte
is voor meningen.
door Levi Verbauwhede
De BBC besliste in 2014 voortaan in wetenschappelijke
programma’s mensen te weren
die algemeen aanvaarde feiten (non-contentious
issues) in twijfel trekken. Maar uit een
grootschalig onderzoek blijkt dat de zogenaamde
klimaatontkenners jarenlang meer
aandacht hebben gekregen in de internationale
media dan erkende klimatologen. Volgens
de onderzoekers ondermijnt dat de expertise
van de wetenschappers en leidt het tot
minder geloof in de effecten van de klimaatopwarming.
Dat resultaat wordt volgens hen
serieus versterkt door sociale media.
Kan je zomaar een klimaatontkenner toelaten
in een wetenschappelijk debat? Hoe ga je als
journalist te werk wanneer de centrale gast
bewezen feiten betwist? Joël De Ceulaer benadrukt
in De Morgen het verschil tussen wetenschap
en democratie. ‘Ideeën en inzichten
die manifest onjuist zijn, verdienen geen plaats
meer in het debat. Wie beweert (...) dat het
klimaat niet opwarmt door toedoen van de
mens, mogen journalisten, conform hun deontologie,
niet meer zomaar aan het woord laten.’
Bart Vanhaelewyn, verbonden aan de onderzoeksgroep
Center for Journalism Studies aan
de UGent, vindt dat het debat over klimaatopwarming
breder gaat dan enkel het wetenschappelijk
onderzoek.
De Ceulaer maakt een uitzondering voor
politici, omdat die met hun ideeën de kiezer
willen overtuigen. Vindt u dat iemand als
Jean-Marie Dedecker een plaats moet
krijgen binnen een debat rond klimaatverandering?
Bart Vanhaelewyn: ‘Als het gaat over wetenschappelijk
onderzoek over klimaatopwarming
dan moeten wetenschappers aan het woord
komen. Maar het debat over klimaatopwarming
gaat veel breder dan het onderzoek dat
aan de basis ligt. Het heeft ook te maken met
beleid; enerzijds om klimaatopwarming te vertragen
en anderzijds om de gevolgen ervan
op te vangen. Dan zijn politici wel belangrijke
experts, omdat zij dat beleid moeten uitstippelen.
Een burgemeester van een kustgemeente,
waar vraag is naar meer alternatieve energiebronnen
zoals windmolens in zee en waar de
gevolgen van een stijgende zeespiegel eerst
voelbaar zullen zijn, heeft het recht om in de
discussie betrokken te worden. Het is dus verdedigbaar
dat iemand als Jean-Marie Dedecker
een plaats krijgt in het debat. De journalist
moet erover waken dat de persoon bij zijn
domein blijft. Als hij uitspraken doet over zaken
waar zijn expertise niet is aangetoond, moet de
journalist dat durven duiden.’
Mag een 'tegenstem' verdedigd
worden in zo een complex debat?
Vanhaelewyn: ‘Tegenstemmen zijn verdedigbaar,
maar het is de taak van de
journalist om de expertise van de bron in
te schatten. De tegenstem dient geloofwaardig
en onderbouwd te zijn. De journalist
moet ook de verhoudingen tussen
voor- en tegenstanders in kaart brengen.
Hij kan toelichten dat de wetenschappelijke
consensus meer neigt naar standpunt
A dan naar standpunt B.’
Verschillende meningen zijn gezond
voor een democratie, maar onjuistheden
werken misleidend. Kan een
journalist objectief blijven wanneer
de geïnterviewde wetenschappelijke
feiten in twijfel trekt?
Vanhaelewyn: ‘Objectieve journalistiek
bestaat niet. Van zodra een journalist een
gebeurtenis observeert, gaat hij die gebeurtenis
interpreteren. Hij zal ze linken
aan zijn eigen ervaringen en expertise
over het domein en zoekt een verband
met gelijkaardige gebeurtenissen uit het
verleden. Maar neutraliteit, onafhankelijkheid
en journalistieke correctheid zijn
onontbeerlijk. Zeker bij de openbare omroep
is neutraliteit erg belangrijk. In een
discussie moeten verschillende standpunten
aan bod komen. De journalist is
wel verantwoordelijk voor de betrouwbaarheid
van de verschillende bronnen.
Onafhankelijkheid wil zeggen dat journalisten
geen politieke of economische druk
ondervinden om een bepaalde visie aan
bod te laten komen. De journalist moet
durven ingaan tegen heersende politieke
opvattingen, zonder te moeten vrezen
voor sancties. Journalistieke correctheid
houdt in dat de redactie de eindverantwoordelijkheid
draagt voor wat er in het
nieuwsitem aan bod komt. Als een bron
een duidelijke fout maakt of een misleidende
boodschap brengt, dan is het de
taak van de journalist om dat te toetsen
of achteraf recht te zetten.’
Opiniestukken over het klimaat zetten
vaak kwaad bloed op sociale media.
Gelden er soepelere regels bij columns?
Vanhaelewyn: ‘Bij opinies geldt het recht
op de vrijheid van meningsuiting. Over
meningen kan gediscussieerd worden,
maar ze mogen op zich niet geweerd
worden. Maar als er in opiniestukken feiten
aangehaald worden die aantoonbaar
vals of misleidend zijn, dan moet de journalist
dat expliciet verduidelijken aan het
publiek.’
Hoe belangrijk is de rol van de media
op de publieke opinie? Zij dragen een
grote, vaak onderschatte verantwoordelijkheid
en beïnvloeden onder
andere het stemgedrag.
Vahaelewyn: ‘Media blijven veel impact
hebben, maar zitten in een andere positie
dan vijf jaar geleden. De impact van
sociale media is sterk toegenomen en
heeft voor een deel de nieuwsmedia als
kritische tussenpersoon - de ‘gatekeeper’
- omzeild. Dat ervaar je ook in de berichtgeving
rond de klimaatopwarming.
Steeds meer communicatie van politici
of opiniemakers gaat rechtstreeks naar
het publiek, zonder kritische filter vanuit
de nieuwsmedia. Zo lopen journalisten
achter de feiten aan en kunnen ze pas in
tweede instantie een factcheck doen.
‘Objectiviteit
is een problematisch
concept binnen
journalistiek’
Dat leidt ertoe dat de journalist een kleinere
impact heeft dan wanneer hij de
controle bezit over de primaire boodschap.
Daarnaast is de perceptie over
journalistiek sterk veranderd en staat de
betrouwbaarheid onder grote druk. Vanuit
de politiek, en dan vooral vanuit extreemrechtse
hoek, wordt de rol van de
nieuwsmedia steeds meer ondermijnd.
Het beeld wordt gecreëerd dat journalisten
vooringenomen en linkse activisten
zijn. Dat kan ertoe leiden dat journalisten
bewust of onbewust een zekere druk voelen
om extreemrechtse standpunten aan
bod te laten komen en om die minder
kritisch te benaderen. Die veranderingen
gaan erg snel, waardoor journalisten en
nieuwsmedia zich nog onvoldoende hebben
kunnen aanpassen aan de gewijzigde
verhoudingen en rollen.’
Rechtse politici minimaliseren wel vaker
de klimaatproblemen. Uit recente
conclusies van het Noorse Instituut voor
Natuuronderzoek blijkt dat er een relatie
is tussen conservatisme, xenofobie en
ontkenning van de klimaatverandering.
Nationalistische partijen betwisten de
wetenschap rond klimaatverandering
en spotten gemakkelijk met partijen en
mensen die zich ervoor inzetten, zoals
Greta Thunberg. Extreemrechts werd
de tweede grootste partij in Finland na
de recente parlementsverkiezingen.
Ze voerden onder andere campagne
tegen klimaatacties. De radicaal-rechtse
Duitse partij AfD gebruikt
klimaatontkenning bewust als campagnestrategie.
Ook in België zien we
bij N-VA en Vlaams Belang dezelfde
opmerkingen en bewuste strategieën
verschijnen. Ze delen die zelf via sociale
netwerken waarna hun boodschap
(on)bewust verspreid wordt door de
media.
Journalisten zullen zich continu moeten
aanpassen en zich behoeden voor de
snelle verspreiding van nieuws op sociale
platformen.
Illustratie Pol Cosmo
November
Fotograaf
Sander
de Wilde
Kunstig protest
‘Bezuinigingen in de cultuursector raken ons allemaal. Toen ik hoorde dat er een protest zou zijn voor het Vlaams
Parlement - terwijl daar een vergadering bezig was - zorgde ik er dan ook voor dat ik erbij was. Naast de reguliere
protestbeelden, ging ik op zoek naar portretten van jonge kunstenaars. Dit groepje KSO-studenten (allen rond de 15
jaar), meeschreeuwend met de demonstratie, geschrokken van de camera, gaf me een beeld waar de jeugdigheid
en levenslust vanaf springt.’ Hoewel je helemaal links nog net een bekende Vlaamse actrice ziet die vaak in het middelpunt
van de belangstelling staat, gaat op dit beeld toch alle aandacht naar de jeugd. Heerlijk!’
Frozen 2
Besparing Jambon
Meest geklikt
van de maand
Tweets
van de maand
Cover
van de maand
Valentijnsdag, Moederdag, Vaderdag,
Halloween, Thanksgiving,
Black Friday, Kerstmis.
Elke Amerikaanse traditie die wij
hier laten infiltreren gaat over
meer spullen en veel vreten.
Hartverwarmend.
Op rektoverso.be
Wie nu verbaasd is over
de cultuurbesparingen, heeft
de voorbije jaren niet goed
opgelet
Rachida Azis en Christophe Callewaert
zijn niet boos op cultuurminister Jan
Jambon. Ze verwijzen naar de ‘culture
war’ die de N-VA al jaren voert tegen
alles wat vreemd aanvoelt voor de
Vlaming. Volgens hen gaat het niet om
besparingen, maar om de Vlaamse
regering die wraak neemt op de cultuursector.
Esther
@EstherAlora
29 november 2019
Wat een talenkennis toch …
de max. En @RomeluLukaku9
heeft meer dan gelijk. Het publiek
moet stoppen met de aap uit
te hangen. #Uefa moet harder
optreden of het stopt nooit.
#racisme
Olijfblad
@OlivierCaluwe
29 november 2019
Jonge voetballers bij Berchem Sport weigeren
naakt met hun ploegmaten te douchen en
mogen niet meer meetrainen.
*Ping* *Tsjilp* *Bzzz*
Column
door Mara van den Dungen
De gsm trilt en pingt in mijn handen, terwijl ik
mijn statusupdate van de dag typ. Ik ben 15
jaar oud en zit aan de keukentafel. Grammaticaal
schort er van alles aan mijn berichten,
maar dat deert me niet. Voor mij telt enkel de
lokroep van vlugge prikkels. Zodra ik een trilling
hoor, voel, of denk te voelen, schiet mijn
hand naar mijn smartphone. Licht het scherm
op, dan ga ik als een ekster op zoek naar
iets moois. En dat tot grote ergernis van mijn
moeder. ‘Leg dat ding eens weg’. Ze vraagt
het eerst vriendelijk, daarna dwingender, tot
wanneer ze tenslotte haar geduld verliest en
er een uitbarsting volgt.
Zoals een taai stuk kauwgom dat hardnekkig
aan je schoenzool kleeft, hechten de talloze
afleidingen zich aan mijn dagelijkse leven.
De meldingen zijn net magneten en ik ben de
koelkast.
Koppig blijf ik werken aan deze tekst. Opnieuw
en opnieuw. Ik verteer, herkauw en slik door
om het vervolgens weer uit te spuwen op dit
blad. *Ping*. Nee, deze keer niet. Ik zet mijn
gsm in stille modus. *Bzzz bzzz*. Oké, dat was
een leugen, hij staat op trillen. *Bzzz bzzz*. En
met die laatste trilling weet ik dat ik de strijd
verloren heb. Ruis-Mara: 1 - 0.
a 11.2019
De strijd van mijn moeder heeft geen vruchten
afgeworpen. Ondertussen zijn we acht
jaar verder en ben ik studente journalistiek.
Ga ik naar een les, dan zit mijn gsm zelfs niet
meer in mijn tas. Het elektronische gadget is
dezer dagen vergroeid met mijn vingers en
verdwijnt nooit uit mijn blikveld. Verschrikkelijk
vind ik dat. Zelfs terwijl ik deze tekst schrijf,
lukt het mij maar niet om het ding te negeren.
*Ping*. Weer een melding van Facebook. Of is
het Instagram? Of toch Twitter? Nee, Twitter
was het niet, dat doet *Tsjilp tsjilp*. Houdt het
nog op? Die exuberante stroom van ruis die
via mijn smartphone mijn leven dirigeert?
P087
Hoe krijg je in hemelsnaam nog je werk gedaan?
Als ik research doe voor een artikel, dan
zit ik binnen de tien minuten op een of andere
website die me alles vertelt over het exploderendhoofdsyndroom.
Ook nu fascineert een
filmpje mij. Hoe maak je een gitaar uit 36 pakjes
kant-en-klare noedels? Nutteloze informatie
die me op geen enkele manier verder helpt
met mijn vooropgestelde doel. Maar waarom
mijn gsm niet gewoon op stil zetten? Omdat
ik als journaliste in opleiding ieder moment
een belangrijke telefoon of e-mail kan krijgen.
Probeer het maar: een lang interview uittypen
terwijl je iedere vijf minuten een e-mail, sms,
telefoon of pushbericht ontvangt.
(foto: Arthur Van Belleghem)
Hoeveel geld
krijgt de Vlaamse
journalistiek van
overheden?
Het beeld over subsidies voor Vlaamse journalistiek is wazig.
De verdeling van Vlaamse overheidsgelden is transparanter. Vooral
onrechtstreekse steun door financiële vrijstellingen blijft voor velen
een ver-van-mijn-bedshow. Het belang van die vrijstellingen is niet
te onderschatten.
P088
b 11.2019
TRIGGER
Op 14 november 2019
klaagt Apache.be de
ruime dotaties voor
grote mediabedrijven
aan. Die steun zou er
ook moeten zijn voor
onafhankelijke journalistiek,
vindt Apache.
door Arno Meijnen
Tussen 2015 en 2016 stegen de subsidies aan
media vanuit de Vlaamse overheid fors: van 291
miljoen euro naar 348 miljoen euro. De laatste
vier jaar bleven diezelfde subsidies relatief stabiel.
In het geval van de openbare omroep daalde het
budget in 2016 met vijf miljoen euro. Dit jaar krijgt
de openbare omroep nog eens zo’n zes miljoen
minder dan vorig jaar. De trend is duidelijk.
Vorig jaar besliste minister van Media Benjamin
Dalle generiek zes procent te besparen op het
beleidsveld Media. De Vlaamse Regulator voor
de Media (VRM) en de VRT krijgen hierbij een apart
besparingstraject opgelegd waarbij ze procentueel
minder moeten besparen. Het bleef niet
overal bij besparingen. Zo verdween het Vlaams
Journalistiek Fonds en de Mediacademie Journalistiek.
Btw-beleid
Vanuit het federale niveau worden Vlaamse media
onrechtstreeks gesteund door onder andere
een nultarief voor btw. En in principe worden alle
soorten media nu gelijk behandeld op vlak van
btw, zowel papier als digitaal.
Toch wordt die vrijstelling ten aanzien van journalisten
in de praktijk niet altijd toegepast. Sinds
2017 voeren de Vlaamse mediagroepen Mediahuis,
DPG Media, Mediafin en Roularta hun eigen btwbeleid.
Ze beschouwen hun contracten met
freelancers – zowel redacteuren als fotografen –
niet langer als contract voor uitgave, en vragen
hen in het verlengde daarvan om voortaan
te factureren met btw. Die mediagroepen zeggen
dat te doen in functie van interne administratieve
vereenvoudiging.
Pol Deltour, nationaal secretaris van de Vlaamse
Vereniging van Journalisten (VVJ), betreurt sterk
wat de grote Vlaamse mediagroepen doen.
‘Jammer genoeg worden de btw-vrijstellingen
voor journalisten zelden toegepast’, zegt hij. ‘Maar
sommige journalisten staan sterk in hun schoenen
en passen het nul procent-tarief wel toe.’
Deltour heeft geen cijfers over wat de btw-vrijstelling
concreet inhoudt. ‘Die berekening hebben we
nooit gemaakt. En wellicht houdt de FOD Financiën
die cijfers ook niet meteen bij.’
Distributie
Het andere cadeau aan de Vlaamse journalistiek
is de steun aan Bpost. De geschatte jaarlijkse overheidssteun
aan Bpost voor die distributie zou zo’n
170 miljoen euro zijn, volgens Apache.be. Kranten
en magazines genieten daardoor van een kosteloze
verdeling. ‘De exacte bedragen die naar Bpost
gaan voor de distributie van kranten en magazines
worden niet publiekelijk bekend gemaakt’, zegt
Francis Soulliaert, communicatieverantwoordelijke
van de VRM. Nog heel wat vraagtekens dus.
Nog een vrijstelling voor de journalistiek is de Tax
Shelter. Soulliaert: ‘Tax Shelter staat open voor journalistieke
audiovisuele werken, zoals een documentaire.
Om in aanmerking te komen voor het
systeem moet het werk wel erkend worden door
de bevoegde diensten van de Vlaamse Gemeenschap.’
Vlaamse media krijgen dus behoorlijk wat financiële
vrijstellingen. Onduidelijkheid daarover zorgt
voor frustratie bij de onafhankelijke media.
Bronnen: Vlaams Parlement, VVJ
420
400
EURO
380
360
340
320
300
280
260
240
220
200
180
160
140
120
100
80
60
40
20
0
2014 2015 2016 2017 2018 2019 2020
(begroting)
jaar
= subsidies media Vlaamse overheid,
in miljoen euro
= Overheidssteun VRT,
in miljoen euro
‘Jonge vrouwen zijn
risicogroep voor
online-intimidatie’
Door de opkomst van sociale media komen er steeds meer nieuwe
manieren om journalisten online te intimideren. ‘Door intimidatie
komt de persvrijheid onder druk te staan’, zegt professor
Sarah Van Leuven (UGent). Ook MO*hoofdredacteur Gie Goris
deelt zijn ervaring over onlinebedreigingen.
P090
c 11.2019
TRIGGER
Op 5 november 2019
vindt aan de UGent
het derde International
Press Freedom Seminar
over on-/offlineintimidatie
bij
journalisten plaats.
door Lotte De Bock
Uit onderzoek van het Center for Journalism
Studies uit 2018 blijkt dat zeker een op de vijf
journalisten in het kader van zijn beroep al in
aanraking kwam met intimidatie. Er bestaan
verschillende vormen van online-intimidatie,
zoals doxing, hate speech of cyberstalking.
Doxing verwijst naar het online plaatsen van
privé-informatie met de bedoeling schade
aan te richten. ‘Als journalist krijg je soms boze
reacties, maar dat is deel van de job’, legt Gie
Goris uit. ‘Een journalist die niet overweg kan
met scherpe kritiek heeft een probleem. Hij
treedt nu eenmaal op in de publieke sfeer. Op
onze redactie krijgen we vooral te maken met
mensen die kritiek hebben op onze journalistieke
deontologie en onze bekwaamheid in
vraag stellen. Sommigen vinden ons een belachelijk
links blaadje en ze mogen dat gerust
hardop zeggen. Maar hate speech is nog iets
anders. We kregen al eens een mail met “Ik
weet u wel te vinden”. Dat is geen intimidatie
meer, maar een bedreiging. Zoiets nemen we
ernstig en signaleren we aan de Vlaamse Vereniging
voor Journalisten (VVJ) of het gerecht.’
Marokkaanse vrouw zou zijn en geen 64-jarige
mannelijke hoofdredacteur, zou ik me terecht
sneller geïntimideerd voelen.’
Volgens Gie Goris is er een dunne lijn tussen
grove reacties en bedreigingen. ‘Als ik de
vraag moet beantwoorden of ik zelf al in aanraking
kwam met online-intimidatie, zeg ik
neen. Ik denk dat dat komt doordat ik stevig
in mijn schoenen sta en me niet snel geïntimideerd
of bedreigd voel. Als ik een 34-jarige
(foto: Lotte De Bock)
Volgens Van Leuven professor Communicatiewetenschappen
en hoofd van het Center for
Journalism Studies, gebeurt intimidatie vooral
bij stukken waarmee het publiek het inhoudelijk
oneens is en daarover in discussie wil gaan.
(foto: Lotte De Bock)
Offline-intimidatie
‘Onlinebedreigingen kunnen uitmonden
in offline-intimidatie. Voor veel burgers
zijn sociale media een uitlaatklep. Onderzoek
toont aan dat mensen zich online
veel minder inhouden, net door de
anonimiteit van het internet. Als je mensen
offline confronteert met uitspraken
die ze online gedaan hebben, durven ze
die vaak niet herhalen. Of ze verbloemen
die uitspraken. Sinds de opkomst van sociale
media is de afstand tussen journalisten
en hun publiek veel kleiner’, aldus
Sarah Van Leuven.
Er zijn verschillende initiatieven die journalisten
beschermen tegen intimidatie.
PEN Vlaanderen, een onderdeel van een
wereldwijde auteursvereniging, ijvert
voor vrije meningsuiting, vrede en internationale
verstandhouding. Daarnaast
is er ook Xpress, een nieuwe vereniging
die strijdt tegen intimidatie. Ook de VVJ
richtte een meldpunt op voor agressie
tegen journalisten in Vlaanderen.
Risicofactoren
‘Vrouwelijke journalisten hebben meer
last van online-intimidatie’, zegt Gie Goris.
‘Als je de risicofactoren samenvoegt
- vrouw, jong en allochtoon - ben je veel
kwetsbaarder. Als blanke man op leeftijd
kun je je iets meer permitteren.’
Volgens Van Leuven wordt online-intimidatie
steeds meer als normaal beschouwd.
De meeste journalisten zien
dat als part of the job en minimaliseren
de impact ervan. ‘Het is opmerkelijk dat
wanneer journalisten het aantal gevallen
van bedreigingen bijhouden, het erger
is dan verwacht. Het aantal slachtoffers
van bedreigingen is dus ondergerapporteerd.
Daarom is het meldpunt van de
VVJ zo belangrijk.’
Gevolgen
Online-intimidatie kan negatieve gevolgen
hebben voor de carrièremogelijkheden
van de journalist. Daarnaast bedreigt
het ook de vrijheid van meningsuiting.
Volgens Sarah Van Leuven kunnen geïntimideerde
journalisten het slachtoffer zijn
van het chilling effect. ‘Ze houden zich
dan in om bepaalde zaken te schrijven
omdat ze bedreigingen verwachten en
daarop anticiperen. Steeds vaker verwijderen
journalisten hun socialemediaprofielen
omdat ze het gehad hebben met
de grove reacties en bedreigingen.’
‘Er is een dunne lijn tussen
felle reacties, intimidatie
en echte bedreiging'
Gie Goris
Volgens Gie Goris kan iemands reputatie
op enkele dagen tijd serieus beschadigd
worden. ‘Er is niet altijd een onderbouwde
argumentatie of een proces nodig. Alleen
al de suggestie van “iemand is betrokken
bij” is vaak voldoende. De beschuldiging
telt en op de reactie heb je geen
vat meer.’ Ook Van Leuvenstelt dat het
aantal gevallen van online bedreigingen
stijgt. 'Zo komt ook in België de persvrijheid
meer onder druk te staan.’
c 11.2019
P091
December
Fotograaf
Illias Teirlinck
Bubbel
‘De Warmste Week is stilaan uitgegroeid tot het media-event van het jaar. Een week lang worden er astronomische
bedragen verzameld door lokale verenigingen en een verdwaalde politicus, is de helft van Bekend Vlaanderen bij
de radiohost te gast en spelen (inter)nationale muziekacts een korte show. Een week lang fotografeer ik alle gebeurtenissen
op de site in Kortrijk en bezorg ik deze beelden onmiddellijk aan de webredacteur. Het tempo ligt er
enorm hoog. Ik zit er middenin. Een week lang lijkt Studio Brussel het internet, de radio en het nieuws te kapen met
wat er zich in Kortrijk afspeelt. Wanneer ik op een avond naar Brussel rijd om er een kerstfeestje bij te wonen, zet ik
de radio bewust af. Even rust in mijn hoofd en voor mijn oren. Eenmaal op het feestje aangekomen, blijkt niemand
van de gasten op de hoogte te zijn van wat er op De Warmste Week gebeurt. Ik leefde een week lang in een bubbel.’
b 01.2019 P093
Goudvink: vogel van het jaar
Ursula von der Leyen Europees Commissievoorzitter
Meest geklikt
van de maand
Tweets
van de maand
Cover
van de maand
Als ze #Hoeyberghs nu eens
de mond spoelden met die
tandpasta van @Bart_DeWever?
Van Cauwelaert
@cauwelaert
11 december 2019
Op eoswetenschap.eu
‘Weg met het label
hoogbegaafdheid!’
Ontwikkelingspsycholoog Lianne
Hoogeveen onderzoekt hoogbegaafdheid.
Ze wil de term niet meer gebruiken,
want die geeft een gevoel van
schaamte. Focussen op de behoeften
van leerlingen op school of van mensen
op het werk is belangrijker volgens
haar.
Mwoah, Gertje, wat is dat zo:
zeepsopisme? Nepotisme,
Samson.
#SamsonEnMarie
#SamsonEnGert
Stijn De Paepe
@StijnDePaepe
21 december 2019
De 60%-besparingen op de projectsubsidies
veroorzaken massaal protest van de cultuursector.
Deepfakes:
de natte droom van
een leugenaar
Video’s vervalst met behulp van artificiële intelligentie, kortweg
deepfakes, zijn de nieuwste trend in fakenewsland. Ze vormen
een bedreiging voor de journalistiek, klinkt het, maar ze zijn verre
van perfect en dus makkelijk te herkennen. Althans nu nog, want
de techniek verbetert met rasse schreden. Voor velen het signaal
dat de journalistiek zich nu moet wapenen, voor het te laat
is. Maar niet iedereen vreest zo’n apocalyps. ‘Het journalistieke
proces is bestand tegen fake news.’
TRIGGER
Op 17 december lanceert
persagentschap Reuters
een onlinecursus om
journalisten te leren
om deepfakevideo’s
te identificeren.
door Felix Ferret
Stel je voor: op een dag krijg je een video te
zien waarin je jezelf glimlachend en sensueel
uit de kleren ziet gaan. Onmogelijk? Het
overkwam actrice Margot Robbie in december
2017 (niet Emma Stone, in tegenstelling tot
wat iedereen aannam). Ze werd het slachtoffer
van een deepfakevideo. Met behulp
van artificiële intelligentie kan je vandaag
op eenvoudige én realistische wijze video’s
vervalsen, zonder enige kennis van film en
computers. Zo noemde Barack Obama president
Trump ooit a total dipsh*t en sprak
Koning Filip in zijn kerstboodschap vorig jaar
zijn landgenoten aan met waarde b*tches en
bro’s. Deepfakes mogen dan wel leuke satire
opleveren, ze vormen ook een nieuwe en gevaarlijke
vorm van nepnieuws.
De eerste deepfakes doken – zoals zo vaak –
op in de diepe krochten van het internet. Op
het internetforum Reddit postte een anonieme
gebruiker de intussen bekende pornografische
video van Margot Robbie. De maker
ervan verschool zich achter het alias Deepfakes,
een samentrekking van de termen deep
learning en fakes. Met wat simpele software
kreeg hij het voor mekaar het gezicht van
celebrity’s te swappen met dat van pornoactrices
en –acteurs. Intussen zijn talloze gelijkaardige
softwareprogramma’s en apps te
vinden op het internet.
In december 2017 postte Reddit-gebruiker Deepfakes deze valse
celebrityporno met Margot Robbies gelaat
(beeld: adultdeepfakes.com)
Als gebruiker hoef je alleen maar foto’s van
het doelwit in te geven, samen met een video.
Het programma doet de rest, al duurt dat wel
enkele dagen en zijn de resultaten lang niet
foutloos. Zo zijn de contouren van het gezicht
soms vaag en klinkt de stem robotachtig.
Voorlopig zijn de gevolgen dus nog te overzien,
maar de technologie verbetert zichzelf
steeds sneller.
Een godsgeschenk
Deepfakes houden vandaag dus vooral
theoretische risico’s in, benadrukt ook
Dominique Deckmyn, technologiejournalist
bij De Standaard. Hij maakt de
vergelijking met de opkomst van Photoshop
rond de eeuwwisseling. 'Het publiek
heeft geleerd om daarmee om te
gaan. Bij straffe foto’s zijn mensen zich
ervan bewust dat het om gefotoshopte
beelden kan gaan. Bij straffe video’s
kan eenzelfde reflex ons ook behoeden
voor deepfakes.' Waar zit het gevaar
dan wel?
'Nooit was het zo
gemakkelijk om te
beweren dat iets
vervalst is'
Dominique Deckmyn
'Niet de misleiding, maar het omgekeerde
bedreigt de journalistiek: dankzij
deepfakes is het makkelijker dan ooit
om te beweren dat iets vervalst is', aldus
Deckmyn. Een bekend voorbeeld daarvan
is de video van Donald Trump met
de omstreden woorden grab ‘em by the
pussy. Die woorden zijn nu makkelijker
dan ooit te weerleggen, wat Trump uiteraard
al deed. Deepfakes zouden ons
op die manier wel eens definitief in het
post-truth-tijdperk kunnen katapulteren,
waarin de waarheid vrede moet nemen
met de tweede plaats. 'De echtheid
van een video maakt dan nog weinig
uit: mensen geloven wat ze willen geloven
en wat in hun denkkader past, ook
al zien ze het tegenovergestelde', vertelt
Deckmyn. Zelfs als de video maar een
fractie van het publiek overtuigt, gaat
de leugen een eigen leven leiden. Net
als bij traditioneel fake news gedijen
deepfakes goed op sociale media. Het
zijn universa met eigen waarheden. Als
een deepfakevideo morgen niet meer
te onderscheiden valt van een echte video,
zullen geavanceerde detectietools
nodig zijn. 'Maar die tools moeten dan
vooral dienen om te bewijzen dat een
video wél echt is en niet om hem te ontmaskeren',
nuanceert Deckmyn.
Net daar wringt het schoentje volgens
Jeroen Baert, computerwetenschapper
verbonden aan de KU Leuven. 'Bij artificiële
intelligentie kan elke vooruitgang op
het ene front het andere front versterken.
Het proces om deepfakes te leren
onderscheiden is hetzelfde als om ze te
leren maken', legt Baert uit. Elke verbetering
om deepfakes te detecteren helpt
met andere woorden om de deepfakes
zelf te verbeteren. Daarom moeten
journalisten volgens Baert vooral doen
wat ze altijd moeten doen: hun bronnen
controleren.
‘Elke verbetering in de
detectie van deepfakes
maakt de deepfakes
zelf beter’
Jeroen Baert
'Het journalistieke proces is bestand tegen
fake news, of zou dat toch moeten
zijn', meent hij. Journalisten moeten dus
bij elke video de bron controleren en op
zoek gaan naar sporen van deepfakes.
Vooral vage randen en verkeerde dimensies
doen deepfakes vandaag nog
door de mand vallen. 'Maar dat vraagt
veel tijd en moeite, terwijl een deepfake
in een handomdraai gemaakt is',
concludeert Baert. 'Zoals zo vaak is de
leugen snel de halve wereld rond en
holt de waarheid erachteraan.'
Tom Van de Weghe, AI-specialist bij VRT NWS
'Artificiële intelligentie is dansen
op een slappe koord'
Journalist Tom Van de Weghe
(45) keerde in september
vorig jaar terug naar de VRT
na een jaar onderzoek aan de
Amerikaanse universiteit van
Stanford. Op een steenworp
van Facebook, het hol van de
leeuw, bond hij de strijd aan
met deepfakes. Zijn ervaring
mondde uit in een persoonlijke
kruistocht tegen desinformatie
en een queeste naar
een journalistieke oplossing.
'De persoon die dé remedie
vindt tegen deepfakes wordt
de nieuwe Mark Zuckerberg.
Maar ik zal het niet zijn.’
Hoe bent u in de wereld van artificiële
intelligentie (AI) en deepfakes
terechtgekomen?
Tom Van De Weghe: 'Toen ik in 2008 als
Chinacorrespondent voor de VRT werkte,
ondervond ik zelf de gevolgen van
desinformatie. Samen met mijn ploeg
maakte ik er een reportage over een
hiv-plaag in Henan, de armste provincie
van China. Volledige dorpen zijn er uitgeroeid
omdat de lokale overheid bloed
van boeren had afgetapt en verkocht.
Onze reportage was niet naar de zin van
de lokale autoriteiten en we kregen een
fysieke aanval over ons heen. Het was de
eerste keer sinds de Olympische Spelen
(2008) dat internationale journalisten
werden aangevallen. Later brachten de
Chinese media ons verhaal volledig anders.
Die eerste kennismaking met desinformatie
en de propagandamachine
van de overheid heeft mij nooit losgelaten.
Als Amerikacorrespondent maakte
ik de verkiezing van Donald Trump tot
president van Amerika van dichtbij mee
en ook de rol van fake news tijdens de
campagne. Dat deed mijn fascinatie
voor digitale propaganda alleen maar
toenemen. Toen ik voor het eerst een
deepfakevideo zag in juli 2017, werd ik
helemaal wakker geschud. "Als journalisten
niet dringend op zoek gaan naar
oplossingen, is het te laat”, dacht ik.'
De tegenbeweging die ontstaan is tegen deepfakes gaat ver, maar geeft me ook hoop.
(foto: Arthur Van Belleghem)
a 12.2019
Je hoort weleens zeggen dat het
met Photoshop toch ook allemaal zo
geen vaart liep. Is dat een correcte
vergelijking?
Van De Weghe: 'Bij de verdediging van
mijn onderzoeksvoorstel aan Stanford
(onderzoek naar tools tegen deepfakes,
nvdr.) keken sommige professoren
mij vreemd aan. Daar is de technologie
tenslotte deels ontwikkeld. Ze vonden
mij een onruststoker en verwezen naar
Photoshop. Toen bestond ook de angst
voor verregaande mediamanipulatie.
Maar nu is er artificiële intelligentie in
het spel, dat verandert alles. Om goede
photoshops te maken, moet je echt iets
kunnen. Het zelflerende proces van AI
(artificiële intelligentie) maakt het alsmaar
makkelijker voor eindgebruikers
om deepfakes te creëren. Als softwareontwikkelaar
moet je dan beseffen dat
er veiligheidsgordels nodig zijn, anders
open je een doos van Pandora. Net dat
was mijn kruistocht de afgelopen zestien
maanden. Ondanks de positieve kanten,
werden de AI-tools de laatste jaren
misbruikt. Het hoeft niet te verwonderen
dat er vandaag in duistere kelders volop
mee wordt geëxperimenteerd. Misschien
ergens in Rusland?'
'We moeten niet
wachten met actie tot
de Amerikaanse
verkiezingen, deepfakes
maken nu al dagelijks
slachtoffers'
Hoe ver staat de antideepfaketechnologie?
Van De Weghe: 'Het is nog altijd wachten
op die ene, zaligmakende oplossing.
Er bestaan verschillende technieken,
maar die lossen het probleem maar
gedeeltelijk op. Bijvoorbeeld door een
video pixel per pixel onder de loep te
nemen, het geluid te analyseren of door
de gelaatsuitdrukkingen te bestuderen.
Maar artificiële intelligentie zorgt voor
een wapenwedloop: zodra er iemand
een (deel)oplossing vindt, verbeteren
de deepfakeprogramma's zichzelf om
de detectietools te omzeilen.'
Heeft u aan Stanford stappen gezet
richting een oplossing?
Van De Weghe: 'Ik heb er het Deepfake
Research Team opgericht, waar we
onder meer een prototype ontwikkelden
van een verificatietool voor video’s op
basis van blockchain. Die tool verdeelt
een video in segmenten en bewaart
die vervolgens elk op een afzonderlijke
plek via een smart contract. Ieder deel
van de video is dan traceerbaar tot bij
de bron. Zodra er met één segment geknoeid
is, geeft het systeem een waarschuwing.
In theorie biedt die werkwijze
mogelijkheden. Sommige bedrijven
ontwikkelden gelijkaardige technieken,
maar een middel op maat voor de gewone
gebruiker is nog niet vanzelfsprekend.'
Persagentschap Reuters introduceerde
in december een onlinecursus
die leert hoe je video's moet verifiëren,
sponsored by Facebook.
Hypocriet?
Van De Weghe: 'Hypocrisie viert nu eenmaal
hoogtij in Silicon Valley. Facebook
doet het deels uit schuldbesef, maar
mist de essentie van de zaak. Het heeft
het altijd vertikt om deepfakes te verwijderen
(In aanloop naar de Amerikaanse
presidentsverkiezingen van november
zal dat wel gebeuren, nvdr.). Het bedrijf
is niet alleen hypocriet, maar ook para-
P097
P098
a 12.2019
noïde. Facebook bezoeken is erger dan
een bezoek aan Noord-Korea. De angst
is er nog groter. Zo mocht ik al geen foto's
nemen toen ik de lobby betrad. Wat heb
je dan te verbergen?'
Is het dan een slechte zaak dat Facebook
het initiatief van Reuters steunt?
Van De Weghe: 'We moeten platformen
als Facebook en Google zeker mee betrekken.
Los van hun beleid spelen ze nu
eenmaal een belangrijke rol in de verspreiding
van fake news. Ze beseffen ook
dat ze met hun data veel macht in handen
hebben. Technologiebedrijven als
Facebook beginnen die nu aan te leveren
tegen betaling. De monopolievorming en
machtsconcentratie van die bedrijven
baart me grote zorgen. '
Het journalistieke proces zou in essentie
toch bestand moeten zijn tegen
deepfakes?
Van De Weghe: 'Inderdaad. Deepfakes
zijn maar één aspect van desinformatie.
Journalisten horen te weten hoe ze
een bronvideo moeten opsporen, hoe
ze de geolocatie moeten natrekken of
hoe ze aan tijdsbepaling moeten doen.
Dat journalistieke bewustzijn vergroten is
voorlopig de enige optie en daar is nog
werk aan.'
Dat is een intensief proces, in tegenstelling
tot het maken van deepfakes?
Van De Weghe: 'Dat is inderdaad het
probleem, zeker bij een stortvloed aan
fake news. Want meer dan een techniek
die menselijke intelligentie reproduceert,
is AI vooral een techniek die het makkelijk
maakt om op grote schaal desinformatie
te creëren en te verspreiden. Daar
zijn we niet tegen bestand, omdat we de
tijd en middelen niet hebben. Vooral op
crisismomenten is het risico groot dat er
iets door de mazen van het net glipt. Denk
maar aan de video die de VRT uitbracht
na de aanslagen van 22 maart 2016 in
Zaventem. Een dag later bleek het om
een bomaanslag van 2011 in Moskou te
gaan. Dat was geen deepfake, maar een
video in een foute context. Die vormen
vandaag het grootste probleem. België
is trouwens ook het land waar de eerste
deepfake voor politieke doeleinden
opdook: de nepvideo van Donald Trump
die de sp.a verspreidde in mei 2018.
Die was satirisch bedoeld, maar waar ligt
de grens tussen satire en beïnvloeding?'
Biedt wetgeving geen eenvoudige
oplossing?
Van De Weghe: 'In China is er sinds eind
vorig jaar een wet van kracht die synthetische
media (media gemaakt met
AI, nvdr.) verbiedt. Maar dat is geen oplossing.
Integendeel, het is een gevaarlijk
pad. Overheden kunnen wetgeving inzetten
als een wapen tegen journalisten,
activisten en andere kritische stemmen.
Zeker in een land als China.'
Deepfakes bieden het gedroomde
excuus om alles te ontkennen. Gaan
de antideepfaketools dan vooral niet
dienen om te bewijzen dat iets waar
is, veel meer dan te bewijzen dat iets
vals is?
Van De Weghe: 'The liar's dividend, het
voordeel van de twijfel. Donald Trump
heeft ook al gesuggereerd dat zijn beruchte
video grab 'em by the pussy een
deepfake is. We leven in een post-truthtijdperk,
waarin iedereen alles kan ontkennen.
Dat zorgt voor uitdagingen, maar
ook voor mogelijkheden. Vandaag zijn
er bedrijven die time logging als dienst
aanbieden. Ze 'beschermen' mensen
door elke seconde van hun doen en laten
te volgen en te registreren. Dat gaat ver,
maar enkel zo kan je nog bewijzen waar
je was op welk moment en ben je veilig
tegen deepfakes. Big Brother op vrijwillige
basis als het ware. De tegenbeweging
die ontstaan is tegen deepfakes gaat ver,
maar geeft me ook hoop.'
Denkt u dat deepfakes een rol zullen
spelen tijdens de Amerikaanse presidentsverkiezingen
van november dit
jaar?
Van De Weghe: 'Dat werd ook gezegd
over de tussentijdse verkiezingen van
2018 in de VS, maar toen is het niet gebleken.
Echt schadelijke deepfakes voor
politieke doeleinden zijn er nog niet geweest,
maar daar gaat het eigenlijk niet
om. Het gaat vooral om de schade die
desinformatie berokkent aan kwetsbare
groepen zoals minderheden en vrouwen.
Daar vallen de slachtoffers nu al. Zo dook
een Nederlandse collega-journaliste op
in een deepfakepornofilm. We moeten
dus echt niet wachten tot deepfakes de
presidentsverkiezingen beïnvloeden om
vandaag al actie te ondernemen.'
'Het journalistieke bewustzijn vergrote is voorlopig de enige
optie. Daar is nog werk aan.' (foto: Arthur Van Belleghem)
SCOOPOGRAM
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
13 5 10 17
12
8
18 13 16 16
13
17
7
13
6 18 2
2
9
3
1 11
1
15
13
11 8
2 6 9
8
9
8
3
12 16
8
8
4
10
4 3
14 18
2 6
12 12 5
4
11
8 10 15 1
16
3 4
14 9 9
5
2
7
b 12.2019
P099
Alle antwoorden zijn ergens in dit Scoopnummer
te vinden. Gelijke getallen staan
voor gelijke letters. ‘ij’ staat voor één letter.
De woordbalk in de middenkolom
bevat een begrip.
De oplossing vindt u op p. 103.
1. Editoriale torso
2. Deftige kop
3. Flitsend breed meubel
4. Zo eet je sushi
5. Cosplayconventie keuren
6. Engelstalige lasterpraat
7. Intieme troltechniek
8. Plakkerig vrouwelijk legoblokje
9. Incognito reclame
10. Egofilter
11. Letterkundig supplement
12. Draaiboekmeisje
13. Kant-en-klare gewichtseenheid
14. Margot Robbie’s plaats delict
15. Voltooide reflectie
16. Glorieus bouwmateriaal met klinker
te veel
17. Kok aan de lijn
18. Anti votum
19. Vaak terug te vinden in de kast
b 01.2019 P0100
LOCATIE: STUDIO SKOOP.
FOTO: STEVEN MEERT
b 01.2019 P0101
voetweg66.be
Platform van de richting Journalistiek aan
de Arteveldehogeschool
FLOW
foto
nieuws in tekst, video of
audio en dat regionaal
of over de grenzen
kinderen genderneutraal opvoeden
zit in de lift
SLOW
foto:
longreads om in
de fauteuil te lezen
masterstudente fotografie Elisa
Maenhout opent deuren met
haar camera als sleutel
SHOW
de beste stukken,
de mooiste videoportretten
foto
invloed van Instagram op toerisme:
een toeristenmassa bij
Neuschwanstein
Interesse in samenwerkingen met onze studenten?
Mail naar info.journalistiek@arteveldehs.be
Oplossing
Scoopogram
1. Rompredactie
2. Nethoofd
3. Broadcastcamera
4. RAW
5. Factchecken
6. Hate speech
7. Doxing
8. Collega
9. Native advertising
10. Zelfcensuur
11. Literatuurbijlage
12. Scriptgirl
13. Instagram
14. Reddit
15. Afspiegeling
16. Eerbetoon
17. Chef online
18. Tegenstem
19. LGBTI
R O M P R E D A C T I E
13 5 10 17
12
8
18 13 16 16
13
17
7
13
6 18 2
2
9
3
1 11
1
15
13
11 8
2 6 9
8
9
8
N E T H O O F D
3
12 16
4 3
8
8
12 12 5
4
10
4
14 18
2 6
B R O A D C A S T C A M E R A
R A W
F A C T C H E C K E N
H A T E S P E E C H
D O X I N G
C O L L E G A
11
N A T I V E A D V E R T I S I N G
Z E L F C E N C U U R
8 10 15 1
L I T E R A T U U R B IJ L A G E
S C R I P T G I R L
I N S T A G R A M
R E D D I T
A F S P I E G E L I N G
16
3 4
E E R B E T O O N
C H E F O N L I N E
14 9 9
T E G E N S T E M
L G B T I
5
2
7
Het woord:
Redactievergadering
P0103
Colofon
redactie:
hoofdredactie:
begeleidende
docent:
vormgeving:
illustrator:
Arno Meijnen
Arthur Van Belleghem
Charlotte Allefs
Eline Timperman
Felix Ferret
Fien Van Liedekerke
Frederik Laurens
Glenn Dierickx
Laurane Berkein
Levi Verbauwhede
Lijs Beeckman
Lore Joos
Lotte De Bock
Lou-Wizard De Lange
Margot Craeymeersch
Marie-Lien De Herdt
Mara van den Dungen
Mauran Verniers
Melissa Riems
Mona Dewaele
Sibren Dejaegher
Hilde Ingels
Piet Martens
Liesbet De Vuyst
Laura Gieseke
Pol Cosmo
verantwoordelijke
uitgever:
Esther Van Tilburg
Voetweg 66 9000 Gent
Meer Scoop lezen?
Reageren op Scoop?
Tweet naar
www.voetweg66.be/
slow/scoop
info.journalistiek@
arteveldehs.be
@ArteveldeJOU
Scoop
Vlaams mediatijdschrift
jaargang 18
nummer 30
Adverteren in Scoop 2021? Dat kan. Mail naar:
piet.martens@arteveldehs.be en we sturen u de
tarieven. De inkomsten worden gebruikt om met
professionele illustratoren en vormgevers te kunnen
werken.
Mediatijdschrift Scoop is een uitgave van de opleiding
Bachelor in de Journalistiek aan de Artevelde-hogeschool
in Gent. De derdejaarsstudenten
maakten dit tijdschrift in het kader van een educatief
project. Alle artikels en afbeeldingen hebben daarom
een citerend karakter. Dank aan alle Scoopredacteurs
beeldredacteurs fotografen en taalkundigen voor hun
bereidwillige medewerking. De tekstredactie is afgesloten
op 28 januari 2020. U las dit blad tot de laatste
letter. We hopen dat het uw tijd waard was.
Tot volgend jaar!
Achter elk beeld
schuilt een verhaal.
Wij helpen je het vertellen
In één indruk jouw hele verhaal kunnen vertellen,
dat is de uitdaging waar iedere fotograaf voor staat.
Bij Art & Craft kan je alvast terecht voor het juiste materiaal
om jouw verhalen mee vast te leggen. Bezoek onze winkels
Maciek Nabrdalik, Tsjernobyl
Gemaakt met Canon EOS R
te Gent voor advies op maat of surf naar artencraft.be f/5.0 1/400 200