25.02.2020 Views

Scoop 2020

Scoop is traag. Dit blad wil een spiegel voor de gemaakte keuzes zijn – goede en betwistbare – om te leren uit de journalistieke praktijk en te inspireren voor wat komen zal.

Scoop is traag. Dit blad wil een spiegel voor de gemaakte keuzes zijn – goede en betwistbare – om te leren uit de journalistieke praktijk en te inspireren voor wat komen zal.

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

SCOOP

editie 30 2020 arteveldehogeschool, journalistiek


Vraagje over een en ander? Of graag wat extra bijstand en solidaire hulp?

Word dan snel lid van de VVJ /AVBB !

Alle info over onze lidmaatschappen op www.journalist.be.

Of raadpleeg alvast ons Journalistenloket.

P

O

R

D

N

O

J

S

S

F

I

A

E

T

P

R

D

E

O

M

V

B

T

N

O

C

N

E

A

A

R

U

N

U

A

I

O

M

R

R

R

U

Z

I

E

U

P

U

U

R

L

T

N

D

-

T

H

S

T

S

D

R

E

J

A

J

O

S

S

E

I

I

I

R

E

W

W

W

A

E

P

E

T

F

O

T

T

R

N

U

N

-

U

E

O

I

N

A

J

A

V

E

L

I

E

O

C

R

O

A

P

R

T

A

E

E

S

A

A

A

E

C

N

E

N

T

R

A

R

I

A

N

I

N

I

L

H

I

R

S

R

R

R

C

E

E

Z

I

D

I

A

U

E

I

R

R

E

I

E

T

I

J

R

T

T

A

P

E

E

U

O

R

B

E

T

T

U

E

E

N

K

S

S

K

S

L

S

N

H

A

O

I

R

D

G

E

E

E

E

O

A

L

I

U

D

E

A

E

H

N

T

T

O

O

D

N

I

A

A

V

N

C

N

I

R

E

I

T

S

A

I

R

I

I

T

N

N

N

U

R

E

C

V

W

F

U

U

A

E

T

T

P

J

K

B

G

C

N

D

G

H

R

A

R

S

E

S

J

J

N

F

O

S

R

R

T

O

E

E

L

O

R

A

C

K

K

B

L

L

C

T

I

B

D

E

L

T

R

C

O

M

S

I

N

T

C

U

E

U

S

N

R

E

O

N

D

O

N

R

N

N

N

D

N

O

O

A

E

G

O

N

T

E

P

I

R

U

U

U

A

S

E

A

R T K

I

L

I

N

E


Edito

door Arthur Van Belleghem

Journalistiek is liefde. Ploeteren, zwoegen,

wroeten. Schrobben en polijsten. Genieten.

Er zijn geliefden in de journalistiek, je leest

wel eens journalistiek over liefde. Op onze

redactie overheerste wekenlang de liefde

voor de journalistiek.

Liefde voor de journalistiek. Dat is een

redactie vol twintigers ’s morgens vroeg

samen krijgen voor de eerste vergadering,

op een zucht van de Overpoortstraat.

Het land rondrijden om die ene maar o

zo cruciale expert te spreken. Schrijven,

schrappen, schuiven, weten dat het beter

moet, dan gewoon dapper opnieuw

beginnen. Zoeken naar een lettertype,

uren vergaderen over een kleur. Twintig

collages maken om er twee te publiceren.

Journalistiek is een werkwoord.

Liefde is een brandend vuur.

Hartverwarmend. Allesvernietigend.

Vurig boos worden om een planeet die in

brand staat. Kaarsen branden als er weer

eens vroeger dan verwacht een nieuwe

ster aan de hemel fonkelt. Tranen die in

de Seine rollen als het huis van God in

lichterlaaie staat. Je kiezers in het heetst

van de strijd een bak Duvel beloven, om ze

maanden later misschien schoorvoetend

een flesje Paljas te moeten aanbieden.

Journalistiek is kleine inspanningen

leveren, zonder applaus te verwachten.

Onthouden wat iemand weken geleden

vertelde, om dat morgen keihard

opnieuw onder diens neus te duwen.

Fouten rechtzetten, omdat je daar op

lange termijn samen meer vruchten

van plukt. Journalistiek is over je

schouder kijken om te zien of iedereen

nog aan boord is en dan meteen weer

vooruitblikken, nieuwsgierig naar wat

komen zal. Journalistiek is huiselijk. De

ene dag het gespreksonderwerp aan de

keukentafel, de volgende dag lectuur in

het kleinste kamertje.

Ten geleide

Een team studenten Journalistiek van de Arteveldehogeschool in Gent werkt met

tussenpozen van november tot januari aan het jaarlijkse magazine Scoop. Ze gaan

aan de slag met interessante journalistieke trends en gebeurtenissen van het jaar

en proberen daarbij altijd vooruit te blikken. Het concept van Scoop is onder meer

geïnspireerd door Delayed Gratification, een Brits magazine dat sinds 2011 vier keer

per jaar drie tot zes maanden terugkijkt in de tijd.


INHOUD

artikel, maand, jaar pagina titel

a 01.2019

b 01.2019

p 09

p 12

Deze kop brengt je mogelijk in verwarring

'Een boekenbijlage maakt een krant boeiender en rijker’

a 02.2019

b 02.2019

c 02.2019

p 17

p 20

p 22

Lectrr: ‘Tekenen met de handrem op, daar geloof ik niet in’

Reclame in schaapskleren

‘De krant waar ik begon, was niet meer dezelfde

toen ik ze verliet’

a 03.2019

b 03.2019

c 03.2019

p 27

p 28

p 30

Tussen bekroning en zelfbewieroking

Werk, wijn en whisky

Opgelet: expliciete beelden

a 04.2019

b 04.2019

p 35

p 36

Vlaamse mediahuizen: dwergen tussen giganten

‘Vrijwilligerswerk is niet vrijblijvend’

a 05.2019

b 05.2019

b 05.2019

p 41

p 42

p 44

'Je moet er samen door'

(On)betrouwbaar online

Magazineredacties: een romp met ledematen

a 06.2019

b 06.2019

c 06.2019

p 49

p 52

p 54

De brug tussen Karrewiet en het Journaal

Mediahuizen bekennen kleur

Mediavrouwen op leeftijd over leeftijdsdiscriminatie


artikel, maand, jaar pagina titel

a 07.2019

b 07.2019

p 61

p 64

'Communiceren over wetenschap is een kunst'

Niet gezwoegd, geen beeld of klank

a 08.2019

p 69

‘Een podcast is iets intiems’

a 09.2019

b 09.2019

p 75

p 76

De brilscore

Journalist of regisseur?

a 10.2019

b 10.2019

p 81

p 82

Als de liefde je journalistieke pad kruist

De rol van de media in het klimaatdebat

a 11.2019

b 11.2019

c 11.2019

p 87

p 88

p 90

*Ping* *Tsjilp* *Bzzz*

Hoeveel geld krijgt de Vlaamse journalistiek

van overheden?

‘Jonge vrouwen zijn risicogroep voor online-intimidatie’

a 12.2019

a 12.2019

b 12.2019

p 95

p 96

p 99

Deepfakes: de natte droom van een leugenaar

Artificiële intelligentie is dansen op een slappe koord'

Scoopogram


Januari

Fotograaf

Kristof Vadino

Verandering en hoop

‘Januari 2019. De eerste samenkomst van scholieren die spijbelen voor het klimaat. Naar het voorbeeld van de Zweedse Greta

Thunberg komt in België de eerste klimaatbetoging op gang. De politie maant de scholieren aan om op het plein te blijven staan,

met als doel de impact van de betoging te verminderen. Even was er twijfel. ‘’Wat doen we nu? Gehoorzamen of marcheren?’’ Na

een paar minuten beginnen enkelen spontaan en met jeugdige energie te stappen. Iedereen volgt. De toon is gezet. De politie

staat er verbaasd naar te kijken. Het levert een prachtig moment op. De bezorgdheid over de toekomst is te groot om te willen

gehoorzamen.’ ‘Het klimaat is mede dankzij de scholieren niet meer weg te denken uit het politieke debat. Andere groeperingen

zoals Klimaatactie en Extinction Rebellion krijgen meer schwung door de wekelijkse opkomsten van Youth For Climate. De

hoeveelheid cynische bagger die ze over zich heen krijgen, toont aan dat ze een gevoelige snaar raken met hun bezorgdheid,

vraag voor verandering en hoop.’



knkn

‘Vreugdevuur’ in Scheveningen

(+) Etienne Vermeersch

Meest geklikt

van de maand

Tweets

van de maand

Cover

van de maand

Strandjutten is nu

een containerbegrip.

Cynicus des vaderlands

@KarelRosman

4 januari 2019

Op apache.be

Het duistere netwerk

achter Dries Van Langenhove

Oppermachtig. Weergaloos.

Onvoorstelbaar goed: Djokovic

#AustralianOpen

Schild & Vrienden vindt zijn oorsprong

bij andere organisaties, waaronder een

aantal Duitse clubs. Pano ontmaskert

de studentenvereniging als extreem

racistisch en seksistisch. Later zal Dries

Van Langenhove een BV worden die

electoraal zal worden uitgespeeld door

Vlaams Belang.

Tjaard de Vries

@TjaarddeVries

27 januari 2019

De begroting zit vast omdat democraten

en republikeinen het oneens zijn over

de financiering van ‘The wall’. Een deel van

de overheidsdiensten sluit en ambtenaren

vallen zonder inkomen.


Vlaamse onlinemedia duiden hun onduidelijke koppen

Deze kop brengt

je mogelijk in

verwarring

Geregeld lees je een onlinekop waarin geen feiten staan, maar

waarschijnlijkheden. Wanneer breng je nieuws? Als je zeker bent

van de feiten, of eerder? Scoop sprak met de chefs Digitaal en chefs

Online van HLN, De Morgen, VRT NWS, Het Nieuwsblad en De Standaard.

We vroegen hen wat ze van voorwaardelijke koppen vinden,

wanneer gebruik ervan is toegestaan en waarom.

a 01.2019

P09

TRIGGER

Op 8 januari 2019 kopt

De Morgen: 'In 2019

betalen we waarschijnlijk

iets minder voor onze

energie.' Het stuk

schept verwarring.

door Arno Meijnen en

Sibren Dejaegher

Zondagavond 10 november 2019 brandde een

toekomstig asielcentrum in Bilzen uit. Enkele van

de grote Vlaamse onlinemedia berichtten al snel

dat de brand ‘waarschijnlijk’ of ‘met grote zekerheid’

was aangestoken. In de loop van de volgende

dag bevestigde de politie formeel dat de

brand was aangestoken, waarna de 'twijfelende'

koppen werden aangepast.

De populairste Vlaamse nieuwssite, HLN.be, wist

zondagnacht al dat de brand was aangestoken.

Toon Mast, chef Online op de redactie van Het

Laatste Nieuws legt uit waarom: ‘Onze journalist

ter plaatse heeft waarschijnlijk heel goede bronnen

bij brandweer of politie. Als een brandweerman

ter plaatse twee jerrycans benzine heeft

zien staan, kun je schrijven dat de brand is aangestoken.

Wat nu nog niet geweten is, is binnen

een uur misschien wel duidelijk. Dan passen we

het ook zo snel mogelijk aan. Dat is het voordeel

van onlinejournalistiek. Eens een krant gedrukt is,

kun je het verhaal niet meer aanpassen.’

Demorgen.be berichtte anders over de brand

in Bilzen: Uitslaande brand in toekomstig asielcentrum

in Bilzen ‘naar alle waarschijnlijkheid’

aangestoken. Waarom publiceert demorgen.

be een artikel waarvan de feiten nog niet zeker

zijn? Sam Feys, chef Online van De Morgen, verduidelijkt:

‘Die aanhalingstekens verwijzen naar

een letterlijke uitspraak van een burgemeester.

Als een burgemeester zegt dat die brand naar

alle waarschijnlijkheid is aangestoken, heb je iets

om op voort te gaan.’

Pas later die dag zou de politie de brandstichting

formeel bevestigen. Toch is volgens Feys de uitspraak

van de burgemeester nieuws: ‘Want wat

is het alternatief? Dat je het gewoon niet brengt?

Daar zou ik het moeilijk mee hebben. Een kop

zal nooit de volledige waarheid tonen. Je moet

daarvoor het volledige artikel lezen. Een kop is

er deels om te prikkelen, dat is gewoon een feit.’

Feys vindt het zeker geen probleem dat af en

toe eens mogelijk of naar alle waarschijnlijkheid

opduikt. ‘Maar je mag er zeker geen twijfel mee

zaaien. Je mag de lezer niet op het verkeerde

been zetten.’


P010

a 01.2019

Moeilijke afweging

VRT NWS berichtte, zoals demorgen.be,

dat de brand in Bilzen ‘naar alle waarschijnlijkheid’

was aangestoken. Ook

Brecht Decaestecker, toen nog chef

Digitaal bij VRT NWS, vindt dat correct.

‘Omdat het de woorden van de burgemeester

zijn, is het een nieuwsfeit. We

maken een afweging over hoe relevant

dat nieuws op dat moment is. Je kunt

niet zeggen: De burgemeester heeft

een statement gedaan, maar wij gaan

het nog niet publiceren.’

Ook Nieuwsblad.be koos een voorwaardelijke

kop voor de brand in Bilzen: Uitslaande

brand in tijdelijk asielcentrum

Bilzen ‘zo goed als zeker aangestoken’.

Jozef Leysen, chef Nieuws Online bij

Het Nieuwsblad: ‘Als het nieuws maatschappelijk

belangrijk genoeg is, moet

die zekerheid niet absoluut zijn. Je hebt

hier niet louter een asielcentrum dat

uitbrandt. Als de politie zegt: “Op basis

van wat wij nu vaststellen, is de brand

wellicht aangestoken”, krijgt die brand

een fors verzwarend effect.’

Volgens Leysen is het de absolute taak

van een nieuwswebsite om daar zo snel

mogelijk over te berichten. ‘Met feiten

die correct zijn of met mensen die met

gezag iets kunnen vertellen. Liefst zouden

we daar ook zo snel mogelijk een

formele bevestiging van willen hebben.

Maar de tijd die het duurt om die bevestiging

te krijgen, hebben wij niet in

de hand.’

De Vlaamse onlinemedia zijn niet eensgezind

over de berichtgeving van de

brand in Bilzen. DS Online maakte een

kop zonder veronderstellingen: Parket

opent onderzoek naar uitslaande

brand in gebouw Bilzen dat dienst zou

doen als asielcentrum. Michiel Snoeck,

chef Online op de redactie van De Standaard:

‘We hebben daar heel feitelijk

over bericht, omdat het om een gevoelig

dossier ging. Je zou er ook een citaat

van de burgemeester kunnen inzetten,

maar dat is altijd een moeilijke afweging.

Quotes worden heel vaak verkeerd

geïnterpreteerd.’

‘Als je naar alle waarschijnlijkheid is de

brand aangestoken in de kop zet, krijg je

af en toe reactie’, zegt Snoeck. ‘Mensen

interpreteren dat soms alsof de brand

wel degelijk aangestoken is, hoewel het

onderzoek nog loopt. Op de redactie

zijn de meningen daarover verdeeld. De

ene zegt: “Aan de hand van de tekst zal

mijn artikel duidelijk zijn.” De andere zegt

dat veel mensen alleen de kop lezen,

die zonder veel discussie aannemen en

de nuance niet zien. Als er tussen die

twee groepen een discussie ontstaat,

kiezen we meestal voor de veilige optie.

Dan titelen we neutraal.’

'Quotes worden heel

vaak verkeerd

geïnterpreteerd'

Michiel Snoeck

Wereldpers

Regelmatig vind je voorwaardelijke

koppen terug in onlineartikels. Zo verscheen

op 2 augustus 2019 op HLN.be

het artikel Processierupsen zijn volgend

jaar waarschijnlijk met meer. Het is dus

niet zeker, en toch is het nieuws. Waarom

eigenlijk? Mast vindt het geen probleem

dat journalisten rapporteren over

waarschijnlijkheden. ‘De journalist moet

niet altijd alle harde feiten hebben. Wat

er gebeurt met processierupsen houdt

mensen bezig. Toegegeven, het vermoeden

dat er dit jaar waarschijnlijk

meer processierupsen zullen zijn, komt

van een expert bij Natuur en Bos. Die

bewering had dus als citaat in de kop

moeten staan.’

Op 4 december 2019 publiceerde

demorgen.be een artikel met de kop

Impeachment Trump mogelijk dichterbij

met publicatie vernietigend rapport.

‘Over die kop kun je zeker discussiëren’,

zegt Feys. ‘Je kunt jezelf de vraag stellen:

Is die kop feitelijk genoeg? We geven

daarom duiding in het artikel en dat

brengt nuance. Soms is het ook duidelijker

om te zeggen dat zo'n vernietigend

rapport de afzettingsprocedure van

Trump mogelijk dichterbij brengt. Mensen

kunnen zich daar concreet iets bij

voorstellen. Het woord ‘mogelijk’ is hier

dus een duidelijk woord dat betekent:

“We kunnen het niet met honderd procent

zekerheid zeggen.”’

Een artikel op Nieuwsblad.be van 1 augustus

2019 over de dood van Hamza

bin Laden kopt Zo vader zo zoon: ‘Kroonprins

van jihad’ wellicht gedood door

Amerikanen. ‘Niemand, noch de kant

van bin Laden, noch de Amerikaanse

overheid, bevestigt dat formeel’, vertelt

Leysen. Toch vindt de chef Online

van Het Nieuwsblad het een goede kop.

‘Omdat het op dat moment belangrijk

internationaal, politiek nieuws is. Heel

de wereldpers bericht dat bin Laden

uitgeschakeld zou zijn door de Amerikanen.’

Leysen: ‘Je kunt zeggen: “Nee, we gaan

enkel berichten over wat we heel, heel

zeker weten.” Dan krijg je heel voorzichtige,

heel feitelijke en weinig evoluerende

berichtgeving. Daar hebben we niet

voor gekozen. Het is de taak van


de media - of het nu gaat om online,

print, tv of radio - om zo correct mogelijk

te berichten over wat er gebeurt. In het

ideale scenario doe je dat alleen als je

zeker bent over wat er bericht wordt.’

'Een journalist moet

niet altijd alle harde

feiten hebben'

Toon Mast

De regel

Bij een artikel van 5 april 2019 gebruikte

DS Online deze voorwaardelijke kop: Stad

Middelkerke misschien voor rechter na

stopzetten bouw casino. ‘Daar gaat het

om een opvolging van een dossier’, zegt

Snoeck. ‘Het nieuws is eigenlijk dat een

bouwgroep juridische stappen onderneemt.

Maar dat zit anders verpakt in de

kop. Daarom zetten we die voorwaardelijkheid

erin. De kop is iets concreter met

het woord rechter erin. In plaats van het

meer omschrijvende 'juridische stappen'.

In onlineberichtgeving kun je zo’n dossier

snel en kort opvolgen.’

Een laatste voorbeeld, van VRT NWS,

brengt ons terug naar 15 juni 2016. De kop

luidt Bosbranden Canada waarschijnlijk

veroorzaakt door menselijke activiteit.

Zonder aanhalingstekens. In het artikel

lees je dat de Canadese politie zegt dat

de branden waarschijnlijk werden veroorzaakt

door menselijke activiteit.

Decaestecker zegt dat hij het niet op die

manier in de kop zou zetten. ‘We mogen

het zo brengen omdat het ver van ons

staat en relevant is.’ Ook bij VRT NWS vind

je dus af en toe twijfelkoppen. Decaestecker

zegt dat zulke artikels de uitzondering

zijn die de regel bevestigen. ‘De regel is

dat je dat niet doet. Toch is het soms belangrijk

om de laatste stand van zaken

daar mee te geven, ook al ken je nog niet

alle feiten.’

‘We onderzoeken op dit moment welke

koppen misleidend zijn en welke niet.

Veel mensen lezen alleen de kop van

een artikel of zelfs maar een deel ervan.

Bij een kop in de vorm van bron + quote

zien mensen soms de bron niet, alleen

de quote. Op de redactie discussiëren we

daarover’, besluit Decaestecker.

hln.be, 2 augustus 2019

demorgen.be, 4 december 2019

vrtnws.be, 15 juni 2016

a 01.2019

P011

nieuwsblad.be, 1 augustus 2019


'Een boekenbijlage

maakt een krant

boeiender en rijker’

De Standaard trekt elke vrijdag uitgebreid de kaart van het

boek. Niet veel media maken dezelfde keuze. De literatuurbijlage

De Standaard der Letteren verscheen voor het eerst in 1952.

Veerle Vanden Bosch, chef Letteren bij De Standaard, licht toe

waarom de krant het zo belangrijk vindt om aandacht te besteden

aan boeken. ‘Als je een kwaliteitskrant wil zijn, moet je een

literatuurbijlage hebben.’

b 01.2019 P012

TRIGGER

De Morgen doekt zijn

aparte boekenkatern

op woensdag op.

Die verhuist naar

de weekendbijlage.

Knackredacteur Peter

Casteels vraagt zich op

23 januari 2019 af of dat

erg is. ‘Willen mensen

het eigenlijk wel over

boeken hebben?’

door Fien Van Liedekerke

Hoe ziet het team achter

de boekenbijlage eruit?

Veerle Vanden Bosch: Veerle Vanden Bosch:

‘Peter Jacobs en ik zijn de vaste redacteurs

van de letterenredactie. Jozefien Van Beek

vult die kern twee dagen per week aan op

freelancebasis. Verder werken we samen met

een grote groep freelancerecensenten. Allemaal

doorgewinterde lezers met een grote

expertise. Vaak hebben ze een letterenstudie

achter de rug, soms zijn ze ook zelf literair vertaler,

dichter of schrijver. Daarnaast zijn er af

en toe redacteurs van andere afdelingen op

de redactie die een recensie schrijven. Dan

gaat het meestal om onderwerpen die bij hun

vakgebied als journalist aanleunen.’

Hoe bepaalt de redactie de inhoud?

Vanden Bosch: ‘Er komen dagelijks heel wat

boeken aan op de redactie. Uitgeverijen sturen

die op, maar wij bepalen of we er iets mee

doen. Zo bewaren we onze onafhankelijkheid.

Als het gaat om een onbekende schrijver, lezen

we een aantal bladzijden of een hoofdstuk

uit het boek. Doorstaat het de eerste test,

dan sturen we dat door naar een recensent.

De meeste van onze freelancers hebben een

gebied waarin ze gespecialiseerd zijn, bijvoorbeeld

Franse literatuur. Het werk van bekende

auteurs sturen we rechtstreeks naar de

freelancers door. Doordat we samenwerken

met mensen die een grote expertise hebben,

komen er ook voorstellen van hun kant. Het is

tweerichtingsverkeer.ʼ

Is het belangrijk om in de media aandacht

te besteden aan literatuur?

Vanden Bosch: ‘De Standaard der Letteren is

onderdeel van de krant. Het is onze taak om

mensen te informeren over politiek en economie,

maar ook over cultuur. Boeken maken

daar een belangrijk deel van uit. Ik denk dat


Illustratie Pol Cosmo

dat belangrijker wordt, omdat er steeds

minder media uitgebreid over boeken

berichten. Media-aandacht is volgens

mij belangrijk voor de levensvatbaarheid

van literatuur.’

Wie zijn de concurrenten?

Vanden Bosch: ‘Alle grote Nederlandse

kranten beschikken over uitgebreide

boekenbijlages. Wij beschouwen hen

niet als concurrenten, maar we kijken

wel naar hen om te zien of we goed

bezig zijn. Soms halen we er inspiratie

uit. In België vermindert de media-aandacht

voor literatuur. Knack besteedt er

nog aandacht aan en De Morgen ook,

maar helaas minder dan vroeger. Humo

brengt af en toe nog grote interviews.

Ik denk dat media die keuze vooral maken

uit financiële overwegingen. Een

boekenbijlage brengt niet veel op voor

een krant en het aantal advertenties

dat je ermee werft, is zo goed als onbestaande.’

Waarom blijven jullie ervoor kiezen

om de bijlage te maken?

Vanden Bosch: ‘Elke krant heeft een bepaald

budget en kiest waaraan ze dat

besteedt. Wij kiezen ervoor om te investeren

in een boekenbijlage, omdat dat

hoort bij de filosofie van De Standaard.

We willen onze lezers informeren en hen

aanzetten om met een open blik naar

de wereld te kijken. Als je een kwaliteitskrant

wil zijn, heb je daar een boekenbijlage

voor nodig. Dat hoort samen.

Boeken maken het leven, maar ook een

krant boeiender en rijker. Het is een nichepubliek

dat die bijlage leest, maar

wel een belangrijk publiek.’

Media-aandacht is

volgens mij belangrijk

voor de levensvatbaarheid

van literatuur.’

Doet de bijlage het goed?

Vanden Bosch: ‘Er zijn geen exacte cijfers

omdat we samenhangen met het

totaalpakket van de krant. Wel merken

we een meerverkoop op vrijdag. De

boekenbijlage heeft daar zeker een invloed

op. Vroeger verscheen de bijlage

op donderdag, maar die is opgeschoven

naar vrijdag met het oog op het

weekendabonnement. Mensen halen

vaak de boekenbijlage uit de krant om

ze in de loop van de volgende week te

lezen. Ze nemen daar graag hun tijd

voor. Dat merk ik aan de reacties die we

krijgen, daar gaat vaak een weekend

overheen. Er komen positieve en negatieve

kritieken binnen, maar we worden

er niet mee overstelpt.’

Is er nog nood aan een literaire

bijlage in de tijden van internet?

Vanden Bosch: ‘De bijlage wordt ook

digitaal uitgebracht, maar een echte

boekenwebsite hebben we niet. The

Guardian heeft dat bijvoorbeeld wel.

The Guardian Books is volledig gewijd

aan boeken en schrijvers. Daar kijken wij

met grote ogen naar. Jammer genoeg

kunnen we dat financieel niet bolwerken.

Zij beschikken over een team van

een tiental mensen voor de website alleen,

terwijl wij maar met twee zijn voor

de bijlage. Zo’n site is een grote droom,

maar dromen mag. Dan kan je daar

misschien een stukje van waar maken..’

Welke dromen voor de literatuurbijlage

zijn wel realiseerbaar?

Vanden Bosch: ‘Ik zou graag meer

ruchtbaarheid geven aan de boekenbijlage.

Zo’n krant is een hele grote machine.

Alle afdelingen en stukken schreeuwen

om aandacht en dat maakt het

moeilijker om op te vallen. Daarom wil ik

dat de krant meer inspanning levert om

De Standaard der Letteren zichtbaarder

te maken, ook online.’

b 01.2019 P013


Februari

Fotograaf

Nicolas

Maeterlinck

Schauvlieghe? What a Joke!

‘Deze foto van tijdens de klimaatmarsen in Brussel vat voor mij de recente golf van klimaatbetogingen samen. Vooral de creativiteit

in de slogans valt me op. Verbluffend hoe Youth For Climate een volledig politiek establishment voor blok heeft kunnen

zetten met eenvoudige slogans van de klassieke jaren tachtig: No Time to Waste. Ook de meer hedendaagse slogans doen

het goed: Fuck me, not the planet! Daarnaast vallen mij ook de verwijten naar het beleid op.’ ‘Er is al veel veranderd sinds het

No Time To Wastetijdperk. ‘’Niet genoeg en het mag sneller’’, zegt de jeugd ons nu. Gezien de kritische noot in deze foto moet

ik er eerlijkheidshalve aan toevoegen dat ‘Bruxelles Propreté’ nadien de boel is komen opruimen net zoals dat bij alle andere

grote manifestaties gebeurt.’



(+) Willy Willy

(+) Karl Lagerfeld

Meest geklikt

van de maand

Tweets

van de maand

Cover

van de maand

Op trends.knack.be

‘Nationale staking is

schijnvertoning’

Een dikke proficiat aan Dany,

Birgit, Dirk, Elke, Jan, Aagje, Freek,

Lynn, Farouk, An, Nicholas, Bea,

Willy, Cathérine, Niels, Julie, Luk,

Nathalie, David, Jill, Maarten,

Evi, Kürt, Jonas en vele andere

gezichten @VTM. Ook ode aan

Mike & Guido voor hun lef & visie.

#30jaarVTM

Hilde Crevits

@crevits

1 februari 2019

De nationale staking van 13 februari

kost de economie een pak geld. Ook

schaadt ze het imago van België als

investeringsplaats. De werknemer is

niet tevreden over de 0,8% loonstijging

en wil meer. Waarom is de schijnvertoning

van een nationale staking nodig

als de sociale partners al vooraf toegeven

dat ze opnieuw willen samenzitten,

vraagt Trends zich af.

Om 15.00 uur in Ukkel 17,6°C.

#dagrecord. Nog nooit

(sinds 1901) zo vroeg in

het seizoen zo warm geweest.

Diepenbeek 17,8°C

Frank Deboosere

@frankdeboosere

15 februari 2019

Het debat over de invoering van de rijkentaks

opent de ethische kwestie over wat ‘rijk zijn’ is

en waar de ‘rijkengrens’ ligt.


Lectrr:‘Tekenen met

de handrem op,

daar geloof ik niet in’

‘Het zijn wereldwijd barre tijden voor cartoonisten. Enkel in

West-Europa hebben we nog vrijheid’, zegt cartoonist Steven

Degryse, beter bekend als Lectrr. Degryse stuurde zijn cartoons

ook door naar de internationale editie van de Amerikaanse

krant The New York Times. Die besliste echter vanaf 1 juli geen

cartoons meer te publiceren nadat een prent over Netanyahu

in april voor ophef had gezorgd. Cartoons hebben dikwijls een

grotere impact dan een cartoonist zelf bedoeld had.

a 02.2019

TRIGGER

Een cartoon van tennisster

Serena Williams in de Australische

krant Herald Sun wordt

op 25 februari 2019 door

de Australische Raad voor

Journalistiek niet als racistisch

of seksistisch beoordeeld.

De cartoon beeldt haar af met

dikke rode lippen en kroeshaar,

stampvoetend van woede.

Hij was omstreden.

door Lou De Lange

Wat is er precies misgelopen?

Steven Degryse: ‘De internationale editie

van The New York Times publiceerde op

25 april een cartoon waarop de Israëlische

premier Netanyahu staat afgebeeld als een

blindengeleidehond van de Amerikaanse

president Trump. De prent viel in slechte

aarde bij de joodse gemeenschap. Door de

hetze die ontstond, besliste de internationale

editie geen cartoons meer te publiceren.

‘We stoppen ermee’, zo stond het in

het mailtje dat ik van de krant kreeg. Door

die beslissing werden ook andere kranten

gestraft, want The Times International stelt

zijn cartoons ook aan andere kranten ter

beschikking. Van de ene dag op de andere

kwamen zij zonder cartoons te zitten. Ik vind

het nog altijd jammer dat de fotoredacteur

bij The Times niet de moed heeft gehad om

op voorhand de cartoon af te keuren of nadien

zijn verantwoordelijkheid op te nemen.

In dat geval had het wellicht zo geen vaart

gelopen.’

waar van cartoonisten verwacht wordt een

kamp te kiezen: of ze zijn republikeins of ze

zijn democratisch. Wie nuance zoekt, wordt

aan de kant geschoven. Dat geldt ook voor

journalisten en zelfs fotografen. De Verenigde

Staten wordt “the Land of the Free, Home

of the Brave” genoemd, maar het eerste

wat ik kreeg toen ik er ging publiceren, was

een censuurlijst. De eerste regel die daarop

te lezen stond: verboden te spotten met

religie. Dat is zoals in Iran. De Amerikaanse

speelgoedfabrikant Hasbro vroeg me ooit

om Manneke Pis te tekenen op de cover van

Monopoly. Toen ik de tekening opstuurde,

kreeg ik van hen te horen dat de piemel van

Manneke Pis niet te zien mocht zijn. Wat een

verschil met West-Europa. Hier krijg ik soms

de vraag, “kan het nog wat grover?”.

‘Italiaanse media vroegen

me: kan je Berlusconi’s

piemel laten zien?

P017

Hoe is de VS voor cartoonisten?

Degryse: ‘De VS is echt een topland voor

cartoonisten. Er zijn wekelijks gala’s waar

cartoons worden tentoongesteld en in de

prijzen vallen. Anderzijds is het een land

Ik tekende Silvio Berlusconi voor Italiaanse

media alsof hij betrapt werd, met zijn broek

op zijn enkels. De Italianen vroegen me: “kan

je zijn piemel laten zien?”’


‘Charlie Hebdo heeft

meer kapotgemaakt

voor de internationale en

islamkritische cartoonist

dan de islam zelf’

P018

a 02.2019

Europese cartoonisten zijn veel minder

gebonden aan regels. Wat is er

dan misgelopen bij Charlie Hebdo?

Degryse: ‘Charlie Hebdo publiceerde al

jaren Christus- en Mohammedcartoons.

Toen de Deense krant Jyllands-Posten

in 2005 een wedstrijd organiseerde met

als thema Mohammedcartoons werd

daar in Europa weinig aandacht aan

besteed. Maar een half jaar later was

het plotseling groot nieuws in Egypte.

Geestelijken toerden het land rond om

te vertellen hoe hun profeet en geloof

werden afgebeeld. Tijdens die samenkomsten

werden de cartoons nooit getoond

en in de plaatselijke media verschenen

ze met een blur over. Het waren

meer de geestelijken en de media die

de mensen ophitsten dan de cartoons

zelf. Tijdens die protesten heeft Charlie

Hebdo zijn cartoons publiek gemaakt

zodat kranten ze konden publiceren. De

redactie had er niet bij stilgestaan wat

de impact kon zijn.’

Moeten wij Mohammedcartoons maken?

Degryse: ‘Onrechtstreeks heeft Charlie

Hebdo meer kapotgemaakt voor de internationale

en islamkritische cartoonist

dan de islam zelf. Cartoons waren heel

populair in Noord-Afrika en Turkije, ook

islamkritische cartoons. Maar veel tekenaars

zijn gestopt, gevangengenomen,

gevlucht of veroordeeld. Stel dat de Mohammedcartoons

niet bekend waren

geworden en de aanslag niet was gebeurd,

dan zouden cartoonisten daar nu

zelf misschien Mohammed tekenen. Het

is veel krachtiger wanneer een islamitische

cartoonist met zijn profeet lacht,

dan dat een blanke 70-plusser uit een

Franse stad dat doet. Tekenaars werden

door Charlie Hebdo dertig jaar terug in

de tijd gekatapulteerd.’

Wat teken jij sinds de aanslag op

Charlie Hebdo niet meer?

Degryse: ‘Ik denk daar vaak over na:

wat kan en wat niet. Over de aanslag op

Chalie Hebdo tekende ik ook een cartoon.

Die ging viraal. Ik kreeg daarvoor

een doodsbedreiging, waarmee ik naar

het politiekantoor in Gent ging. Daar

begon ik al aan mijn volgende cartoon.

Ik kon gaan voor een harde cynische

grap of een zelfcensuurcartoon. De harde

grap kwam snel, die met handrem

kwam niet. Er was geen handremgrap.

Met de handrem op, daar geloof ik niet

in. Ik geloof niet in censuur. Hoewel ik

collega’s wel eens hoorde beweren dat

ze aan zelfcensuur deden, weet ik dat

ze dat niet kunnen. Marec tekende Mohammed

nog tijdens primetime in Terzake

(6 januari 2020, nvdr.). Wij zoeken

vragen, geen oplossingen. Die zelfcensuur

is even goed een vraag. Mijn enige

regel is spotten met machtige mensen.

Hoge bomen moeten veel wind vangen.

Ik lach niet met een slachtoffer, al wijk ik

daar wel eens van af om die hoge bomen

te raken.’

Wat mag er nog gezegd of getekend

worden?

Degryse: ‘Vrije meningsuiting dient niet

alleen om goede dingen te zeggen. Ook

idiote uitspraken moeten ergens kunnen

en beschermd worden. “Schiet iemand

neer”, dat is erover. Negationisme is bijvoorbeeld

strafbaar. Ik vind negationisten

idioten, want alle bewijzen zijn er dat

de Holocaust heeft plaatsgevonden.

Toch vind ik het gevaarlijk om te zeggen

dat het verboden is. Stel dat het niet

strafbaar zou zijn, dan konden we met

die mensen in discussie treden. Nu leven

ze met hun opvattingen verder. Zo

creëer je een beerput die vroeg of laat

uitbarst. Binnenkort zullen sympathiserende

uitspraken voor IS misschien ook

strafbaar worden.'

Waar moeten we voor opletten in

België dan?

Degryse: ‘Naast negationisme moeten

we opletten voor bedrijven. Vastgoedonderneming

land Invest dat Apache

de kop indrukt met rechtszaken of zakenman

George Forrest die MO* Magazine

aanklaagt. Facebook bijvoorbeeld,

dat legt de racismewetgeving en belastingen

gewoon naast zich neer. We

gaan steeds meer moeten luisteren

naar grote bedrijven en multinationals

die machtiger zijn dan sommige landen.

Ik heb daar geen waardeoordeel

over. Ik vind het vooral interessante tijden

om cartoons te maken. Zolang we

maar vrij mogen spreken.’


a 02.2019

P019

De cartoon van Mark Knight van Serena Williams, die uiteindelijk niet als racistisch of seksistisch

werd beoordeeld.

De gewraakte cartoon van Jean Plantu, die Benjamin Netanyahu afbeeldt als blindengeleidehond, aan

de leiband van een blinde Donald Trump.


Reclame in

schaapskleren

Reclame vindt al een tijd nieuwe sluipwegen naar de lezer.

Door native advertising komt reclame bij de doelgroep in de

vorm van een journalistiek artikel. Daar rijzen vragen bij: is

het verschil nog duidelijk voor de nieuwsconsument? Vlaamse

nieuwsmedia hebben nog een weg te gaan, blijkt uit onderzoek.

b 02.2019

P020

TRIGGER

Op 4 februari 2019

ging de nieuwe ‘Code

over Herkenbaarheid

van Native Advertising

en Aanverwante

Commerciële

Communicatie’

van start.

door Lijs Beeckman

De Code over Herkenbaarheid van Native Advertising

en Aanverwante Commerciële Communicatie

is een initiatief van de Raad voor

Reclame. Door die nieuwe code zou de lezer

de redactionele inhoud beter van de commerciële

inhoud moeten kunnen onderscheiden.

Simone Krouwer is onderzoeker aan de Universiteit

Antwerpen en heeft meegewerkt aan

de code. Volgens haar is er nog werk aan de

winkel op vlak van transparantie van native

advertising in Vlaamse nieuwsmedia.

Diversiteit in labels

Krouwer deed onderzoek naar native advertising

in onlinenieuwsmedia. Zo keek ze naar de

labels die gebruikt worden om aan te geven

dat een artikel eigenlijk gesponsord is. Nieuwsmedia

gebruiken zulke labels wel, maar de diversiteit

daarin is te groot. De ene spreekt over

partnercontent, de ander zet in samenwerking

met… erbij, nog anderen gebruiken advertentie.

'Niet ieder label werkt even goed. Zo

is partnercontent, een label dat De Telegraaf

gebruikt, niet voldoende transparant. Het is

voor de lezer niet duidelijk dat het om een advertentie

gaat', zegt Krouwer. Dat gebrek aan

transparantie komt er volgens Krouwer vooral

door de druk van de adverteerder.

Nieuwsmedia mogen het belang van transparantie

niet onderschatten. Bij een tekort eraan

voelen de lezers zich misleid, wat een negatief

effect heeft op de adverteerder én op de

nieuwsmedia. 'Het vertrouwen van de lezer

is het allerbelangrijkste voor journalisten en

nieuwswebsites. Dat weggooien voor kortetermijninkomsten

is op lange termijn geen goed

idee.'


Goede en slechte leerlingen

Krouwer noemt HLN en Newsmonkey de slechtste

leerlingen van de klas. De Tijd hoort dan weer

bij de beste op vlak van transparantie. Volgens

Lauranne Melaerts, executive campaign manager

bij Newsmonkey, doen zij het wél goed. 'Bij

Newsmonkey hebben we er altijd over gewaakt

dat het redactionele luik gescheiden blijft van

het commerciële luik. Ook aan onze adverteerders

maken we steeds duidelijk dat de redactie

geen gesponsorde artikelen schrijft.' Op de kritiek

van Krouwer reageert Melaerts verrast. 'Er

zijn nu drie plaatsen op onze homepage waar

een nativeadvertisingstuk staat. Binnen elk stuk

zijn er drie kenmerken om aan te geven dat het

wel degelijk om een advertentie gaat. Er staat

bij dat het gemaakt is in samenwerking met de

adverteerder, samen met de volledige naam en

het logo van de adverteerder. Er staat ook nooit

een naam van een journalist bij, aangezien die

artikels geschreven worden door ons team van

copywriters.'

Op de site van Newsmonkey staat bij gesponsorde

artikelen geschreven door Newsmonkey.

Volgens Krouwer klinkt dat nog te veel alsof het

geschreven is door iemand van de journalistieke

redactie. Ook staat op de mobiele versie van

de site pas onderaan het artikel het logo en de

naam van de adverteerder, wat ze niet duidelijk

vindt.

b 02.2019

P021

Illustratie Pol Cosmo

Bij de betere leerling uit het onderzoek, De Tijd,

worden al sinds 2008 nativeadvertisingstukken

gepubliceerd. Volgens Veronique Soetaert, als

head of Creative Studio verantwoordelijk voor de

realisatie van native advertising binnen De Tijd, is

er ook hier altijd een Chinese Muur geweest tussen

de commerciële kant van het bedrijf en de

journalisten.

Maar ook hier worden verscheidene labels gebruikt.

Zo gebruikt De Tijd het label gesponsorde

inhoud, maar staan die artikelen dan ook nog

eens gebundeld onder Tijd Connect. Die verschillende

labels worden volgens Soetaert gebruikt

om zo verschillende toegangspoorten te creëren

naar de gesponsorde artikels.

Ondanks die verschillende labels krijgt De Tijd

daarover geen negatieve feedback van lezers.

Dat blijkt uit onderzoek dat de krant deed. 'Zij

vinden het belangrijk dat we eerlijk en duidelijk

communiceren over wie de adverteerder is', zegt

Soetaert. 'We streven er altijd naar dat die stukken

voldoende informatief en kwaliteitsvol zijn

voor onze lezers. Het is essentieel dat het artikel

nuttige informatie voor onze doelgroep bevat.'


Bert Claerhout deed een nieuwsallergie op als journalist bij De Standaard

P022

‘De krant waar

ik begon, was niet

meer dezelfde toen

ik ze verliet’

Van 1980 tot 1999. Zo lang liep Bert Claerhout rond op de redactie

van De Standaard. Eerst als sportjournalist, later als chef

Cultuur. Maar hoezeer hij genoot van zijn eerste jaren bij het blad,

hoe meer de visies uit elkaar dreven tijdens het laatste decennium.

‘De Standaard verloor steeds meer zijn eigenheid. Het werd

simpelweg een commercieel product.’

c 02.2019

TRIGGER

Voormalig nieuwsanker

Sigrid Spruyt publiceert

op 12 februari 2019

het boek ‘Dagboek

van een anker’. Ze heeft

het over haar nieuwsallergie

die de aanleiding

vormde voor haar vertrek

bij de VRT-nieuwsdienst.

door Sibren Dejaegher

Een combinatie van sociaal engagement en

maatschappijkritiek. Volgens Bert Claerhout is

dat de grootste reden om uit het onderwijs te

stappen en zich volop te focussen op een carrière

in de journalistiek. Hij zoekt en vindt die bij

De Standaard. ‘Mijn eerste jaren op de redactie

waren de boeiendste. Ik leerde het vak kennen

en deelde kennis met collega’s. Dat was

dan ook onze sterkte. Iedereen had zo’n brede

basiskennis dat we stukken schreven vanuit

eigen expertise. We werden als specialisten

beschouwd. Ik coverde eerst voetbal en later

cultuur, waarin ik zowel de religie, kunst als wetenschap

behandelde. Maar dat kennisaspect

veranderde stilaan’, merkt Claerhout op. ‘Een

decennium later was het journalistieke beroep

met eigen vakkennis vervlakt tot rondbellen.

Als journalist moest je minder en minder

over specifieke kennis beschikken, maar veelal

een portie lef aan de dag leggen en kunnen

schrijven. Wanneer vroeger een bekende filosoof

stierf, pende ik een groot stuk neer vanuit

eigen expertise. Jaren later belden collega’s

naar Rik Torfs voor uitleg.’

‘Stierf vroeger een bekende

filosoof, dan schreef ik een

stuk vanuit eigen expertise. Nu

bellen collega’s naar Rik Torfs’

Daarnaast stelt Claerhout nog een andere opvallende

tendens vast: niet enkel de specialist

werd gekozen, steeds vaker behandelde een

onervaren journalist het thema. De niet-expert

kon volgens hoofdredacteurs een nieuw licht

werpen op onbevangen wijze. ‘Maar weten zij

daar zelf wel genoeg over? Ooit weigerde ik

om een HLN-collega meer uitleg te geven over

een religieuze kwestie omdat hij niet eens de

basisbegrippen over het onderwerp beheerste.

Toch maakt zoiets mij nooit kwaad, daarvoor is

de tijd te schaars.’


Sneller

Tijd, het blijkt een veel gebruikt woord

tijdens het gesprek met Bert Claerhout.

Volgens hem was de onwetendheid over

een onderwerp niet altijd de schuld van

de journalist zelf, maar was het De Standaard

die hen ertoe dwong om te gaan

luisteren bij andere experten. De tijdsdruk

zorgde ervoor dat collega's zich

niet konden verdiepen in onderwerpen.

‘De krant is eigenlijk een graadmeter van

de tijd. Toen ik chef Cultuur was, kwam

een encycliek uit over de paus en werd

die gecoverd door iemand van de redactie.

Ik vroeg hem ‘s avonds of het stuk

klaar was, maar hij stak nog een pijp op

en zei dat nog niet alles was afgerond

voor publicatie. Hij wou meer inlichtingen

vragen bij universiteiten, iets dieper

uitwerken. Die tijd kreeg hij dan ook.

Een aantal jaren later kregen enkele journalisten

die niet meer. Alles moest sneller,

maar helaas ook oppervlakkiger.’ Hiermee

kon Claerhout zich niet vereenzelvigen. ‘De

Standaard staat voor kwaliteit en die kan

ze enkel bieden als er ruimte is om zich

in documenten te verdiepen. Zeker voor

cultuur en religie is het belangrijk om de

achterliggende maatschappij te kennen.’

Naarmate Claerhouts carrière vordert,

ondervindt hij als chef Cultuur een groeiende

interesse in religie en zingeving.

Helaas stelt hij vast dat de krant net een

tegenovergestelde beweging maakt.

‘De Standaard vond dat religie minder

belangrijk werd omdat de kerken leegliepen.

Daarin hadden we een verschil in

visie: religie is breder dan dat en werd net

belangrijker in deze wereld. Dat blijkt nu

jaren later nog altijd zo te zijn.’ Claerhout

ijverde voor meer religie en zingeving

in de krant, maar kreeg net minder. ‘De

samenleving was minder bezig met religie

en dat weerspiegelde zich in de krant.

De Standaard verloor zo zijn eigenheid

en speelde net zoals de sensatiekranten

meer en meer in op de consument. Het

werd simpelweg een commercieel product.

Daar stond ik niet meer achter, hoewel

ik er niet door verbitterd geraakte.’

Hoofdredacteur

Claerhout vertrekt eind jaren ‘90 als

journalist bij De Standaard, maar toch

verlaat hij niet het journalistieke veld. Hij

richt samen met anderen het opinieblad

Tertio op en wordt op het einde van zijn

carrière hoofdredacteur bij Kerk & Leven.

'Ik kon diepere onderwerpen behandelen

die misschien meer tijd vragen maar des

te interessanter zijn. Ik kreeg de kans om

Bert Claerhout: ‘Het journalistieke beroep met eigen vakkennis is vervlakt naar rondbellen.’

(foto: Sibren Dejaegher)

zowel bij Tertio als Kerk & Leven steeds

boeiende bijdragen te schrijven over

spiritualiteit en religie, zonder dat iemand

mij hierbij verplichtte om bepaalde

dingen te belichten of onder te belichten.

Er speelde geen commerciële druk,

een waar genot als hoofdredacteur.’

‘De Standaard vond dat

religie minder belangrijk

werd omdat de kerken

leegliepen’

Op de vraag hoe Claerhout vandaag

kijkt naar zijn nieuwsallergie van toen,

antwoordt hij realistisch. ‘De tijdsdruk op

redacties zal nog verder toenemen. Die is

nu al niet meer te vergelijken met een redactie

van twintig jaar geleden. En daarin

ben ik eerlijk: zou De Standaard zoals ze

vroeger was, vandaag nog kunnen overleven?

Ik betwijfel het. De kranten zijn zo

onderdanig geworden aan commercie

dat ze mee moeten met de stroom. Maar

daar was ik waarschijnlijk net te koppig

voor.’

c 02.2019

P023


Maart

Fotograaf

Inge Kinnet

Sea King

‘43 jaar lang vloog de Sea King, een helikopter met mythische status, door weer en wind over de Belgische kust. 21 maart was de

laatste vlucht van de helikopter. Nadien zou hij voorgoed aan de grond blijven staan en opgevolgd worden door de veel modernere

NH-90’s. Ik had het geluk om met een van zijn laatste vluchten te mogen meevliegen. De weersomstandigheden waren

heftig - windkracht 10. Toepasselijker kon het niet: iedereen kent de gelijknamige serie. Ik wilde de foto van de Sea King nemen

vanop een boot. Hiervoor moest ik winchen: met behulp van een duiker via een touw afdalen vanuit de helikopter naar een boot.

De boot, het onbeveiligde dek, de zee, de dreigende wolken, de helikopter, de beweging in de schroeven, de zelfzekerheid van de

crew, het schijnbaar fragiele touw, het “Safety first”-opschrift op de boot. Het vatte alles samen in één beeld. Van de adrenalinekick

heb ik nog de hele dag genoten.’



Prijsduif Armando

(+) Godfried Daneels

Meest geklikt

van de maand

Tweets

van de maand

Cover

van de maand

Op doorbraak.be

Aarde weigert halsstarrig

gevaarlijk op te warmen

Een artikel waarin merkwaardige dingen

worden beweerd. Wetenschappers

geven toe dat de computermodellen

de impact van CO2 in de atmosfeer

hebben overschat. Het tempo van

de klimaatopwarming verloopt veel

trager dan verwacht. Als deskundigen

toegeven dat ze verkeerd zijn, waarom

zou de politiek dan verder op de

computermodellen vertrouwen en ons

energiebeleid afstellen op foute voorspellingen,

vraagt de auteur zich af.

Ik stel voor dat we volgend jaar

#werelddownsyndroomdag

vervangen door een tweedaags

initiatief. Zodat we die andere

sok/kous van dat gemengde

paar ook gewoon kunnen aantrekken!

#dtz

Frederik Noppe

@FreNo74

21 maart 2019

België verlaat de EU alstublieft

dan hoeven we niet naar artikel

13 te luisteren #Bexit #Article13

RobbeB

@BremMeneer

26 maart 2019

De documentaire Leaving Neverland onthult

kindermisbruik en doet de fanclub van

Michael Jackson op zijn grondvesten daveren.


Over de zin en onzin van pers- en fotoprijzen

Tussen bekroning

en zelfbewieroking

Pers- en fotoprijzen kunnen een springplank zijn voor een jonge journalist,

maar kunnen ook een zweem van belangenvermenging of

partijdigheid doen ontstaan. Zowel de voor- als tegenstanders hebben

zo hun argumenten. Journalisten Pol Deltour (nationaal secretaris

van de Vlaamse Vereniging van Journalisten en jurylid van de

Belfiuspersprijs) en Jan Lippens (freelancejournalist voor Knack) laten

hun licht schijnen.

TRIGGER

Brusselaars Dieter Tielemans

en Kristof Vadino

slepen op 28 maart 2019

elk een Nikon Press

Photo Award in de wacht.

door Felix Ferret

Jan Lippens is een koele minnaar als het op persen

fotoprijzen aankomt: ‘Er is vandaag een inflatie

aan prijzen. Iedereen prijs, zo lijkt het wel. Ik

heb er geen probleem mee dat goed werk een

bekroning krijgt, maar ik stel mij wel de vraag of

bepaalde prijzen passend zijn. Journalisten moeten

zich niet laten fêteren door politici, banken,

bedrijven of beroepsorganisaties.' Zo weigerden

twee journalisten in 2008 hun nominatie voor de

persprijs van farmareus Pfizer om ongewenste

beeldvorming tegen te gaan (Ze waren door de

jury voorgedragen voor een artikel over de verhoogde

kans op hart- en vaatziekten bij depressieve

mensen, nvdr.). Als financieel-economisch

journalist kan het vragen oproepen wanneer je

een Belfiuspersprijs krijgt, een van ’s lands grootste

banken. Pol Deltour vindt die vragen niet meer

dan logisch: ‘Ook in het geval van Belfius stelt het

probleem zich scherp, maar ik steek mijn hand

in het vuur als het op onpartijdigheid aankomt.

De jury waarin ik zetel bestaat uit een vijftigtal

onafhankelijke vakmensen.’ Maar ook hij vindt de

vraag legitiem of Belfius ooit een prijs zou willen

uitreiken voor een stuk dat een schandaal bij de

bank aan het licht heeft gebracht.

Voor heel wat pers- en fotoprijzen moet de

journalist of fotograaf zich zelf kandidaat stellen.

Een vreemde procedure, vindt Lippens: ‘Dat

komt soms over als zelfbewieroking, het lijkt ook

een beetje op bedelen. Een jury moet haar werk

doen en zelf een selectie maken van wat zij sterk

vindt.’ Ook de Belfiuspersprijs verloopt volgens

het procedé van kandidering. Pol Deltour spreekt

de visie van Jan Lippens tegen: ‘Mochten de juryleden

zelf een selectie maken dan zouden ze

meer persoonlijke invloed krijgen en zo neemt

ook de subjectiviteit toe. Bovendien is het moeilijk

om zelf een selectie te maken als jurylid omdat

je onmogelijk een zicht kan hebben op alles wat

verschenen of uitgezonden is het afgelopen jaar’.

Door met kandidaturen te werken, neemt de kwaliteit

van de inzendingen ook toe, meent Deltour.

‘Redacties vergaderen over welk stuk of welke foto

ze kunnen insturen, want voor hen is dat een erezaak.

Je krijgt the best of the best.’

De samenstelling van de jury doet ook vaak de

wenkbrauwen van Jan Lippens fronsen. ‘In de

jury van commerciële pers- of fotoprijzen zetelen

vaak geen vakmensen’, vertelt hij. Die kritiek gaat

niet op voor de Belfiuspersprijs, die bestaat uit

een jury van 48 vakmensen. Het gaat om doorgewinterde

leden uit de sector, met heel wat jaren

ervaring op de teller. Voor die omvang is er een

belangrijke reden, licht Deltour toe: ‘We werken

met acht deeljury’s die elk uit zes mensen bestaan.

Zo komen veel verschillende visies samen

tot een breed gedragen consensus.’ Toch ruikt die

werkwijze te veel naar ons-kent-ons voor Lippens:

'het ene jaar kan een jurylid zijn collega bekronen

en het volgende jaar kandidaat zijn voor een prijs

waarbij de bekroonde collega in de jury zit.'

Banken en bedrijven hebben op het eerste gezicht

geen directe link met het journalistieke metier.

Waarom reiken ze dan persprijzen uit? Om

goodwill te creëren, luidt het vaststelling van Lippens.

‘De bedrijven en banken die prijzen uitreiken,

zijn vaak ook adverteerders’, zo verduidelijkt

hij zijn stelling. In het geval van de Belfiuspersprijs

spreekt Deltour over het maatschappelijke engagement

dat de bank wil tonen. ‘De prijs gaat al

ver terug, naar begin jaren zestig. Het toenmalige

Gemeentekrediet, de voorloper van Belfius, had

een sociaal gelaat en wilde zich engageren.’ Toch

is het ook voor hem evident dat er vandaag een

flinke dosis public relations mee gemoeid is. Sowieso

is vriend en vijand het erover eens: de beste

waardering die een journalist kan krijgen is die

van zijn of haar publiek.

a 03.2019

P027


Voormalig BRT-topvrouw Lies Huylebroeck blikt terug op werkcultuur

Werk, wijn en whisky

Begin jaren vijftig zag de openbare omroep er helemaal anders uit.

Verplichte rookpauzes en een glas wijn drinken tijdens een vergadering?

Dat is vandaag ondenkbaar. Lies Huylebroeck (88) werkte mee

aan de opstart van de Vlaamse televisie en werd later producer en

regisseur. ‘In zeventig jaar is de mentaliteit van de programmamakers

zo veranderd.’

P028

a 03.2019

TRIGGER

Op 5 maart 2019

interviewt

Annemie Peeters

Johan De Vogelaer,

een vijftigplusser, voor

het programma ‘fiftyfifty’.

Hij werkte vroeger

bij de VRT en vertelt

over alcohol-gebruik

op het werk.

door Marie-Lien De Herdt

‘Bij de opstart van de televisie werkten we in een

herenhuis waar de bureaus tot in de badkamer

geïnstalleerd waren. In het begin was alles nog

zeer primitief.’ Lies Huylebroeck begon in 1953

als scriptgirl (regieassistente) voor televisieproeven,

een proefproject als voorloper voor

de openbare omroep. ‘Soms moesten we over

stoelen kruipen om in een andere kamer te geraken,

want er kwamen alsmaar meer medewerkers

bij. Maar dat lukte. We waren een jonge

groep en beleefden veel plezier aan de start van

een nieuw project. We organiseerden ook legendarische

feestjes. De buren klaagden altijd’,

vertelt Huylebroeck met een glimlach.

‘We wisten niet dat alcohol zo

verslavend was’

Op dat moment hadden de crewleden nog niet

de nieuwste technologie om te filmen, dus ze

moesten alles live uitzenden. ‘Pas later kwam de

mogelijkheid om op te nemen. In het begin was

het heel spannend. Kleine ongelukken gebeurden

soms in de studio, zoals iemand die over

een kabel struikelde.’ Omdat het een kleine en

redelijk jonge groep was, was de sfeer familiair.

Toch was het niet zo gemakkelijk om een televisieomroep

op te starten. ‘We moesten tot het

uiterste gaan in een studio die veel te klein was.

Dat was een grote uitdaging. Een keer ontvingen

we een volledig orkest in de krappe ruimte.

Je werd gewoon gek. Het was zeer stresserend,

maar het was positieve stress.’

Pintje

Als de uitzending van een programma met succes

was beëindigd, gingen de programmamakers

bij de BRT samen een pintje drinken. ‘De

tijdgeest was anders, toen was er meer tolerantie

tegenover alcohol’, zegt Huylebroeck. Er

waren veel mensen die de grens overschreden

en zelfs verslaafd werden. ‘In die tijd gebruikten

veel mensen alcohol als afleiding. Het was een

manier om met de stress om te gaan.’ De verleidingen

waren groot. In de cafetaria kon je alcohol

drinken à volonté. Tijdens vergaderingen

stonden de flessen wijn op tafel en de bazen

ontvingen hun gasten in hun kantoor met whisky.

‘Tijdens repetities moesten collega’s vaak lang

wachten, het was gezelliger met een pintje erbij’,

vertelt Huylebroeck. ‘Na een tijd erkenden we

het probleem en moesten het aanpakken. Samen

met andere collega’s bij de BRT moest ik

een cursus volgen over alcoholverslaving. We

leerden over hoe je het kan herkennen en voorkomen.

Dat was nieuw voor ons, wij wisten niet

dat alcohol verslavend was.’ Op die manier leerden

werknemers elkaar te controleren en helpen

waar nodig. ‘Vandaag kan je je die mentaliteit

en onze naïviteit niet meer voorstellen’, mijmert

Huylebroeck.

Ook de studiogasten doken soms in de alcohol.

‘Ik was eens een programma aan het regisseren

over een Ierse folkband. De algemene repetitie

verliep perfect en gelukkig hadden we de klank

al opgenomen. De uitzending was live en toen

heb ik dingen gezien die niet door de beugel


konden. De Ierse muzikanten begonnen

plots te kussen en te vrijen, maar dat ging

te ver voor de Vlaamse huiskamer. Toen

heb ik mijn hart vastgehouden’, vertelt

Huylebroeck lachend. 'De BRT had toen

veel strengere regels over wat werd toegelaten

op televisie. Het incident met de

band was echt een uitzondering.'

a 03.2019

P029

‘We waren een spiegel

van de maatschappij,

waarin gerookt en

gedronken werd’

Rookpauzes

De samenleving zag er in de jaren vijftig

en zestig helemaal anders uit. ‘De televisie

en de radio moesten de spiegel zijn

van de maatschappij. Er werd gerookt en

gedronken. We haalden voorbeelden uit

films die we hadden gezien. Een rokende

sigaret op een piano vonden we bijvoorbeeld

een mooi beeld. We hebben dat

heel vaak gebruikt.’ In het werkreglement

stond ook dat er regelmatig rookpauzes

moesten zijn. ‘Dat was toen zo normaal,

maar nu hebben de mensen een andere

mentaliteit. Als ik erop terugkijk, besef ik

wat een geluk ik heb gehad om deel uit te

maken van een belangrijke maatschappelijke

verandering. Vandaag is roken en

drinken niet meer vanzelfsprekend.’

Lies Huylebroeck geeft een nieuwjaarsspeech, eind jaren ‘70. (foto: Gerrit Op de Beeck)

Een vergadering van BRT-departementshoofden in juni 1995 met wining and dining. Van links naar rechts:

Lies Huylebroeck (hoofd programmatie), Marc Gevaert (administrateur-generaal), Jan Ceuleers (directeur-generaal

televisie), Marc Stassijns (sportchef) en Kris Borms (hoofdredacteur nieuwsdienst).

(foto: archief Lies Huylebroeck)


Opgelet: expliciete

beelden

Wanneer overschrijdt een beeld de grens? Hoe komt het dat in

sommige landen expliciete beelden dagelijks in de krant staan

terwijl dat bij ons zelden of nooit het geval is? Elien Spillebeen,

journalist bij MO* magazine en documentairemaakster, was in

2016 in Noord-Kivu in Congo, toen daar geweld losbrak. In Beni

was ze getuige van een bloederige aanval. Dode lichamen, huilende

mensen errond. Daar sta je dan met je camera. Filmen of

niet filmen?

P030

b 03.2019

TRIGGER

Beelden van de schietpartij

in Christchurch

gaan op 15 maart 2019

viraal op sociale media.

Dat leidt tot een discussie

over expliciete beelden

online.

door Eline Timperman

en Frederik Laurens

Wat gebeurde er precies in 2016 in Beni?

Elien Spillebeen: ‘Sinds 2014 is er een toename

van wrede aanslagen in Oost-Congo. Er is

altijd al geweld geweest in de streek, van ontvoeringen

tot overvallen, maar nu waren het

gerichte aanvallen op dorpen. Het enige doel

van die aanvallen was om zo brutaal mogelijk

mensen te vermoorden. Niemand weet precies

hoeveel slachtoffers er zijn en er is geen

volledige namenlijst. Nochtans weten mensen

heel goed wie er in hun dorp gestorven is.

Die desinteresse van een regering voor haar

burgers vind ik frapant. Daarom besliste ik in

2016 om met enkele journalisten naar Beni te

gaan. Een week na onze aankomst werd een

buitenwijk van de stad aangevallen. Toen ik

op een ochtend met mijn brommertje naar

de buitenwijk reed, vluchtten mensen onze

kant uit. De rebellen hadden de wijk vroeg in

de ochtend aangevallen. Het was een korte,

bloederige aanval die veel onschuldigen

dood achterliet. De rebellen zelf waren alweer

verdwenen in het woud.’

Hoe beslis je dan om te beginnen filmen?

Spillebeen: ‘Dat is een heel moeilijke beslissing.

Voor ons in het Westen is zoiets tegennatuurlijk,

omdat wij denken dat het respectloos

is tegenover de slachtoffers. Zeker wanneer er

huilende mensen bij het lichaam staan. Mijn

natuurlijke reflex is dus om niét te filmen. Ik

zou het zelf ook niet willen dat iemand op zo’n

moment zijn camera op mij richt. Maar de

mensen daar werden kwaad dat ik niet onmiddellijk

alles filmde; ze dachten dat we de

aanval wilden toedekken. Daardoor voelde ik

eigenlijk een omgekeerde druk om wél te filmen,

wat ik niet had verwacht. Het bleef wel

moeilijk. Je ziet een dode vrouw op de grond

liggen en je ziet het kind dat ernaast staat.’

‘Ik geloof niet dat het nodig

is om een onthoofding te

tonen om weer te geven hoe

gruwelijk IS is’

Hoe ga je daarmee om?

Spillebeen: ‘De camera helpt. Je kijkt door

je lens en niet meer rechtstreeks. Het werkt

als een soort mentale buffer om dergelijke

beelden aan te kunnen. Ik focuste me op de

sfeer, het gevoel. Hieruit kan de kijker ook afleiden

dat er iets ergs is gebeurd. De lokale

bevolking pushte me om de meest expliciete

beelden te nemen. Ik probeerde hen steeds

duidelijk te maken dat er op dat vlak culturele

verschillen zijn met wat bij ons werkt. Zo probeer

ik altijd om de lichamen niet herkenbaar

te filmen. Dan nog weet ik nooit of ik op dat

moment de juiste inschatting maak. Ik geloof

niet dat je het drama duidelijk maakt met


gruwelijke beelden. Mensen worden daar

misselijk van. Neem nu het voorbeeld van

IS en de onthoofdingen. Is het nodig om een

onthoofding te tonen om weer te geven hoe

gruwelijk IS is? Ik geloof dat niet.’

Had je hetzelfde kunnen bereiken met

je documentaire als je daar op dat moment

niet aanwezig zou zijn geweest?

Spillebeen: ‘Nee, ik ben ervan overtuigd dat

het op journalistiek vlak veelzeggend was.

Als kijker hoor je de getuigenissen van de

mensen die het meemaakten. Wanneer je

ook nog eens kan tonen hoe het er echt uitzag,

dan versterkt dat het gevoel zeker. Het

is een dunne grens. Ik denk dat die beelden

van Beni zeker choquerend zijn. Maar

doordat we niemand herkenbaar filmden

en geen verminkte lichamen toonden, werd

het iets minder extreem. Ik zou niet kunnen

zeggen waarom het ene beeld werkt en het

andere niet. Voor mij is het iets gevoelsmatigs.’

‘Fictie beïnvloedt wat we

in non-fictie aankunnen.

Als Hollywood meer toelaat,

kunnen wij ook meer

laten zien’

b 03.2019

P031

Zou het kunnen dat de impact van dergelijke

beelden afneemt doordat we ze

overvloedig in films zien?

Spillebeen: ‘Fictie beïnvloedt volgens mij

zeker wat we in non-fictie aankunnen. Als

Hollywood meer toelaat, kunnen wij ook

meer laten zien. Omdat een beeld minder

impact heeft, zoek je naar nieuwe manieren

om iets te laten zien. Maar ik geloof dat een

herkenbaar emotioneel verhaal minstens

even goed kan werken. Als iemand iets vertelt

en je voelt menselijke emotie, dan kan

dat even veel impact hebben. Mensen herkennen

wat er gebeurt met die persoon. Dat

raakt soms meer dan een gruwelijk beeld.’

Zijn niet-expliciete beelden even

effectief als expliciete?

Spillebeen: ‘Het hangt ervan af, maar ik heb

een voorkeur voor het niet-expliciete. Hoewel

beide effectief kunnen zijn, geloof ik in

het menselijke aspect.’

FOTO BOVEN: Elien Spillebeen is naast journalist ook activist in Congo met haar vzw Mama Kivu.

(Foto: Michiel Devijver)

FOTO MIDDEN EN ONDER: 'Ik probeerde niet al te expliciet te filmen. Dus geen gapende wonden of opengesperde

ogen', vertelt Spillebeen aan Scoop.

(Stills uit de webdocumentaire Beni Files)


April

Fotograaf

Mine

Daelemans

Schapenprotest

‘Ik woonde een persconferentie bij waarbij de burgemeester en ministers de boeren motiveerden om

hun schapen te beschermen tegen de wolf. Boeren die de weiden van hun schapen omheinden, zouden

subsidies krijgen. De foto is gemaakt tijdens een protest van schapenboeren. De beloofde subsidies

bleven uit, dus op een ochtend brachten herders hun schapen over de openbare weg naar hun weide.’



Samson moet alleen verder

Notre-Dame brandt

Meest geklikt

van de maand

Tweets

van de maand

Cover

van de maand

Iemand geld op Bettiol gezet?

#RVV

Marijn de Vries

@marijnfietst

7 april 2019

Op flair.be

ZIEN: van deze bekende

Vlamingen wist je misschien

niet dat ze broers en

zussen zijn

Uit de Facebookreacties:

'Geubels doet vorst ontdooien.'

Denny Baert

@aaiBoek

15 april 2019

Op ‘Brother and Sister Day’ brengt Eline

Debie de verborgen familiebanden

binnen de BV-wereld aan het licht. Van

de zussen Heidi en Erika Van Tielen tot

de onverwachte bloedband tussen

Showbizz Bart en de acteur die Bumbalu

speelt.

De Notre-Dame staat in lichterlaaie. De

wereld doneert enorme bedragen voor de

heropbouw.


Vlaamse mediahuizen:

dwergen tussen giganten

TRIGGER

30 april 2019 koopt

Mediahuis het Ierse

Independent News &

Media voor

145 miljoen euro

door Lou De Lange

DPG Media (voorheen Medialaan en Persgroep

Publishing) en Mediahuis zijn in Vlaanderen de

grootste private mediahuizen. DPG Media had in

2018 een omzet van 1,5 miljard euro en in datzelfde

jaar zette Mediahuis 0,8 miljard euro om. De

twee mediabedrijven kopen steeds meer invloed

in het buitenland. Hun bereik, aantal titels en omzet

groeit jaarlijks. De Vlaamse media-uitbreidingen

zijn het resultaat van een succesvolle manier

van werken.

Vlaamse mediahuizen in het buitenland

In Nederland maken DPG Media en Mediahuis

deel uit van de vijf grootste mediaproducenten.

DPG Media bezit in Nederland 26 titels waaronder

Q-Music, Algemeen Dagblad en Het Parool.

Ook Mediahuis heeft 26 titels in bezit zoals

De Telegraaf en Metro. Daarnaast zijn NPO

(Nederlandse Publieke Omroep), Talpa Network en

RTL Group (die tot Bertelsmann behoren) de andere

groten in het Nederlandse medialandschap.

In Nederland zetelt ook een van de grootste combedrijven

van Europa: het Franse Altice, al biedt het

bedrijf weliswaar geen diensten aan in Nederland.

In Denemarken heeft DPG Berlingske Media in zijn

portefeuille en Mediahuis bezit nu ook het Ierse Independent

News & Media.

Miljoenenbusiness

Maar hoe groot zijn de Vlaamse mediahuizen

nog in vergelijking met Europese spelers? In Europa

steken een aantal mediagiganten boven de

Vlaamse mediahuizen uit. De mediasector is een

miljoenenbusiness. Het Italiaanse Mediaset van

Berlusconi en het Spaanse Telefonica zijn miljardenbedrijven.

De Vlaamse private mediahuizen

worden omringd door mediagiganten die veel

groter zijn.

a 04.2019

Waar staan DPG Media

en Mediahuis t.o.v. buurlanden?

Volgende vergelijkingen zijn gebaseerd op jaarrapporten en websites van private

mediahuizen uit België, Frankrijk, Duitsland en het Verenigd Koninkrijk.

P035

Top 3: aanwezigheid in aantal landen

1. Vivendi (FR): 78 landen

2. Bertelsmann (DE): 50 landen

3. Hubert Burda Media (DE): 29 landen

DPG Media: 3 landen en Mediahuis: 3 landen

Top 3: aantal titels

1. Bauer Media Group (DE): 700 titels

2. Hubert Burda Media (DE): 600 titels

3. Bertelsmann (DE): 600 titels

DPG Media: 53 titels en Mediahuis: 76 titels

Top 3: omzet (2018)

1. Bertelsmann (DE): € 17,7 miljard

2. Sky Limited (UK): € 16,2 miljard

3. Altice (FR): € 14,2 miljard

DPG Media: € 1,5 miljard en Mediahuis: € 0,8 miljard


Stijn Depoorter maakt ZIZO-magazine met losse medewerkers

‘Vrijwilligerswerk is

niet vrijblijvend’

Hij heeft autoriteit, wil zo snel mogelijk nieuws brengen en moet

zijn journalisten aansturen. Een hoofdredacteur is de motor die

een redactie met beroepsjournalisten draaiende houdt. Maar

wat als de redactie enkel bestaat uit vrijwilligers?

b 04.2019

P036

TRIGGER

Op 23 april 2019 kondigt

hoofdredacteur Stijn

Depoorter aan dat de

printversie van ZIZOmagazine

wordt

opgedoekt. Het gratis

LGBTI+-magazine werkt

voortaan digitaal.

door Mauran Verniers

Stijn Depoorter is hoofdredacteur van ZIZO,

een tijdschrift van Çavaria, de Vlaamse belangenverdediger

van LGBTI+-mensen en

koepel van LGBTI+-organisaties. Depoorter

is meteen de enige betaalde werkkracht bij

ZIZO. Zijn redactie bestaat uit vrijwilligers die

elkaar enkel op redactievergaderingen zien.

‘Er is geen gemeenschappelijke werkplek.

De losse medewerkers maken hun stukken

thuis. We proberen de redactie levend te

houden door de auteurs feedback te geven,

waardering te tonen of door stukken uit te

lichten in onze nieuwsbrief. Vrijwilligerswerk

is niet vrijblijvend, dus ik verwacht wel dat ze

op regelmatige basis een artikel schrijven. Ik

heb voornamelijk contact met hen via onlinekanalen.

Ze engageren zich na hun werkuren

voor ZIZO en dan ben ik meestal niet aan het

werk. Daardoor is de ZIZO-redactie niet voortdurend

bereikbaar. Wel motiveer ik de vrijwilligers

om zo veel mogelijk naar de redactievergaderingen

te komen. Zo creëren we een

groepsgevoel en kunnen we eens een praatje

slaan met elkaar’, zegt Depoorter.

Vrijwilligers engageren zich vanuit een bepaalde

interesse. Toch zijn er een aantal basisverwachtingen

wanneer iemand zich aanmeldt.

‘Als ik een tijdje niets meer

van een vrijwilliger hoor,

vraag ik of alles wel in orde is.

Ik ben oprecht geïnteresseerd

en bezorgd’

‘Ik wil altijd eerst een stuk lezen van de potentiële

auteur, want ik verwacht wel een

basis van schrijfvaardigheid en taalkennis.

Wat niet wil zeggen dat er geen ruimte is

voor groei, integendeel. Het is belangrijk dat

de vrijwilligers openstaan voor feedback en

aanpassingen. Ze engageren zich omdat ze

iets willen doen voor de LGBTI+-community

of omdat ze graag schrijven en daarin willen

groeien’, vertelt Depoorter. De instroom van

vrijwilligers fluctueert en dat heeft Stijn Depoorter

niet in de hand.


b 04.2019

Stijn Depoorter, hoofdredacteur van ZIZO-magazine (Foto: Sarah Van Looy)

'Ze worden vrijwilliger op een bepaald

moment in hun leven. Als die levenssituatie

wijzigt, kan ook het engagement

veranderen. Ik verwacht dat ze op regelmatige

basis een artikel schrijven. Als ik

een tijdje niets meer van een vrijwilliger

hoor, vraag ik of alles wel in orde is. Ik

ben oprecht geïnteresseerd en bezorgd

in hun leven en welzijn. Die vorm van betrokkenheid

is ook heel belangrijk.’

Algoritmes

Stijn Depoorter zorgt voor de organisatie,

de coaching van de vrijwilligers

en de planning, maar hij voelt zich niet

superieur. ‘Ik ben hoofdredacteur en ik

heb de eindverantwoordelijkheid, maar

ik ben geen baas. Ik heb geen medewerkers.

Wanneer we samen aan tafel

zitten tijdens een redactievergadering,

staan we op gelijke hoogte. Ik heb het

roer in handen, maar er is ruimte om

aan het roer te draaien. Ik moet wel de

richting aangeven, maar dat gebeurt

niet op een dwingende of autoritaire

manier’, legt Depoorter uit. ZIZO kent een

andere dynamiek dan nieuwsredacties.

Je kan vrijwilligers iets vragen, maar je

kan geen eisen stellen. ‘Je wordt geen

vrijwilliger om het gevoel te krijgen dat

je een werknemer bent. We hebben een

open relatie. De sfeer op een redactievergadering

is altijd heel gemoedelijk. Er

is ruimte om te lachen of om een persoonlijk

verhaal te vertellen. Ik heb een

cursus gevolgd om te leren hoe ik moet

omgaan met vrijwilligers. Dat was zeer

interessant, maar het buikgevoel primeert.

Je kan niet alles in modellen en

schema’s gieten. Mensen zijn geen algoritmes.’

‘Je moet energie krijgen

van vrijwilligerswerk,

het mag je er geen kosten’

ZIZO functioneerde een aantal jaar geleden

als nieuwssite. Aangezien de redactie

niet altijd bemand is, was het bijna

onhaalbaar om als eerste naar buiten

te komen met een nieuwtje. ‘Enerzijds

kon ZIZO niet meer opboksen tegen VRT

NWS, De Standaard of De Morgen, die

dag en nacht werken. Anderzijds kregen

we ook te maken met een evolutie.

Toen ZIZO in 1993 werd opgericht, was

er zelden berichtgeving over holebi’s en

transgenders in de reguliere media. Nu

concentreert ZIZO zich vooral op diepgaandere

interviews en human interest.

Zo proberen we ons te onderscheiden

van andere magazines of redacties’,

legt Depoorter uit. Hoewel de strakke

deadlines zijn weggevallen, verwacht

hij wel dat de vrijwilliger zich inzet voor

het online LGBTI+-magazine. ‘Wanneer

een auteur een stuk toch niet afgewerkt

krijgt, wil ik dat hij dat eerlijk zegt. Ik wil

niet dat vrijwilligers te veel hooi op hun

vork nemen. Het moet leuk blijven. Je

moet energie krijgen van vrijwilligerswerk,

het mag je er geen kosten. Ik zal

altijd zoeken naar een oplossing. Ik ben

afgestapt van het idee om ’s morgens

op te staan en een beeld te vormen van

hoe mijn dag er zal uitzien. Dat geeft

soms stress, maar dat maakt mijn job

ook heel boeiend.’

P037


Mei

Fotograaf

Franky

Verdickt

Nooit meer verdriet

‘Het Ladeuzeplein in Leuven op een zonnige marktdag. De verkiezingen zijn in aantocht en Knack vraagt me de militanten van

het Vlaams Belang te volgen. Twee Getuigen van Jehova staan met hun simplistische slogan ‘Nooit meer verdriet’ op een moreel

aanvaardbare afstand van elkaar. Luid scanderende Vlaams Belangers passeren met hun evenzeer simplistische slogans,

maar niemand die hen lijkt op te merken. Iedereen die in zijn wereldje vertoeft. Iedereen die beloftes maakt. Geen enkele die te

vertrouwen is.’



File op de Mount Everest

50 jaar Kennedytunnel

Meest geklikt

van de maand

Tweets

van de maand

Cover

van de maand

De vraag die mij het meest

bezighoudt, is of #Kompany in

trainingspak of in kostuum gaat

spelen. #spelertrainer

Op kerknet.be

De Heer is mijn beschermer

- homilie uitvaart

Julie Van Espen

Op zaterdag 4 mei verdween de 23-jarige

Julie Van Espen. Twee dagen later

vond de scheepvaartpolitie haar lichaam

in het Antwerpse Albertkanaal.

De studente werd gedood door Steve

Bakelmans, die al meerdere correctionele

veroordelingen opliep voor onder

andere diefstal en verkrachting.

Bisschop Johan Bonny las tijdens de

uitvaart van Julie Van Espen de homilie

voor. ‘Ze was een kind van de zon en

van het licht’, vertelde hij daarin. ‘Daarom

ook had ze geen vijanden, alleen

vrienden. Haar enige vijand was die

van het laatste ogenblik.’

Koen MP

@KoenVanderElst

19 mei 2019

26 mei: kiezen tussen de pest,

de cholera, leukemie, dementie,

kanker en een verkoudhied met

onwetenschappelijke ideeën over

kernenergie.

Jeroen Baert

@jbaert

19 mei 2019

Bij de federale en Vlaamse verkiezingen van

26 mei komt Vlaams Belang als grote winnaar

uit de (stem)bus.


Als een collega plots sterft op de redactie

'Je moet er samen door'

Het bericht over het overlijden van StuBru-icoon Christophe Lambrecht

haalde uitgebreid alle nieuwsmedia. Familie, vrienden en collega’s

deelden hun verdriet. Maar hoe ging de redactie daar binnenshuis mee

om? Hoe werk je verder wanneer een vaste waarde als nonkel Tof, zoals

Studio Brussel hem noemde, er van de ene op de andere dag niet meer

is?

TRIGGER

Op 5 mei 2019

overlijdt radiopresentator

Christophe Lambrecht

op 48-jarige leeftijd

aan hartfalen.

door Melisse Riems

Studio Brusselpresentator

Christophe Lambrecht

(Foto: Studio Brussel)

Het plotse verlies van Christophe Lambrecht was

voor alle Studio Brusselmedewerkers een enorme

klap. Hun collega en goede vriend liet een leegte

achter. Toch is Christophe er tot op vandaag nog

zeer aanwezig. ‘Er wordt veel over hem gepraat.

We missen hem hier hard. Zeker de eerste weken

en maanden na zijn overlijden ging het tijdens

besprekingen vaak over hem. Christophe is er op

de een of andere manier nog altijd’, vertelt Jan

Van Biesen, nethoofd van Studio Brussel.

‘Ik herinner me een moment

waarbij we allemaal samen

gewoon een kwartier zaten.

Niemand kreeg iets

over zijn lippen’

Jan Van Biesen

‘Christophe werkte het langste bij ons. Hij zat zoveel

jaren prominent op dezelfde stoel. Ik was niet

alleen zijn baas, we hadden ook twintig jaar een

persoonlijke relatie’, gaat Van Biesen verder. ‘Als

vriend kwam het nieuws hard aan. Of je hem nu

heel goed of minder goed kende, iedereen was

hier verslagen. Op zo’n moment heb ik me niet als

nethoofd opgesteld, maar luisterde ik vooral naar

de collega’s en vroeg ik hen hoe zij zich voelden.

Iedereen verwerkte het nieuws op zijn manier. Tegelijkertijd

verbond het ons allemaal.’

‘Na de dood van Christophe zorgden we goed voor

elkaar op de redactie’, bevestigt ook hoofdredacteur

van Studio Brussel en dichte collega, Bram

Willems. ‘We beslisten toen samen wanneer we

weer programma’s zouden maken en hoe we het

blok van Christophe zouden invullen. Dat heeft

ons ongelofelijk samengebracht. We waren al

een hechte groep, maar zijn verlies heeft ons nog

sterker gemaakt. Die keuzes die we toen maakten,

werden ingegeven door onze gevoelens en wat

de luisteraars ons vertelden. Dat is het mooie eraan.

Wij hebben afscheid genomen, maar onze

luisteraars ook.’

Samen rouwen

‘Als een collega onverwacht sterft, ligt er nooit

een plan klaar. Er was wel bijstand vanuit VRT

en die hadden we ook nodig. Zo stond er steeds

iemand stand-by om de mensen die het moeilijker

hadden op te vangen. We hebben ook

veel groepsmomenten ingelast om te praten,

samen te rouwen of om verhalen over Christophe

te delen. Ik herinner me een moment waarbij we

daar allemaal samen gewoon een kwartier zaten.

Niemand kreeg iets over zijn lippen. Samenkomen

is op zo’n moment belangrijk’, zegt Van Biesen.

De vergaderruimte werd als rouwkapel ingericht.

Een plaats waar de collega’s van Christophe

zich even konden terugtrekken om bij hem te zijn.

Hier en daar hangt een sticker van hem op de

computers. Aan de muur hangt een cartoon van

MAT waarop Christophe met zijn twee muziekhelden

Prince en David Bowie staat afgebeeld. ‘We

merkten ook dat veel luisteraars iets kwijt wilden.

Daarom installeerden we een antwoordapparaat.

Dan merk je pas echt de kracht van radio. Je

voelt je enorm verbonden met je luisteraars’, legt

Willems uit.

‘Een van de eerste zaken die ik na de dood van

Christophe beslist heb, was om hem dagelijks

te herdenken. Omdat hij een grote fan van Prince

was, spelen we sinds mei telkens om 10 uur

speciaal voor nonkel Tof een nummer van de

Amerikaanse zanger. Christophe was ook gek op

de groep Underworld. Onlangs gaf die band een

concert in de Lotto Arena. Daar zijn we samen

met de hele redactie naartoe gegaan. We hebben

de band toen zelfs zover gekregen om een

nummer aan hem op te dragen. Hij leeft verder in

wat we doen’, vertelt Jan Van Biesen. (MR)

a 05.2019

P041


Chef Online Het Laatste Nieuws en brandmanager De Standaard

over het vertrouwen in nieuws op papier en digitaal

(On)betrouwbaar

online

Onlinemediaplatformen kampen met een vertrouwensprobleem.

Volgens Toon Mast, chef Online bij Het Laatste Nieuws, is dat

te wijten aan de luchtige en vermakelijke thema’s die er online

meer uitspringen dan in de papieren krant. Emmanuel Naert,

brandmanager bij De Standaard, denkt vooral aan fake news:

‘Door sociale media is de verspreiding van nieuws nog nooit zo

makkelijk geweest en daardoor gaat fake news als een lopend

vuurtje rond.’

P042

b 05.2019

TRIGGER

Op 6 mei 2019 publiceert

Pub een artikel over het

rapport ‘Trust in media

2019’ van European

Broadcasting Union.

Daarin staat dat slechts

32% van de EU-burgers

het internet vertrouwt en

maar 19% sociale media.

door Lore Joos

Toon Mast – Chef online bij

Het Laatste Nieuws

Volgens Toon Mast heeft HLN.be vaker dan

gewild de perceptie tegen op gebied van geloofwaardigheid.

‘Online springen de luchtige

en vermakelijke thema’s er meer uit dan in de

papieren krant. Dat komt de geloofwaardigheid

misschien niet altijd ten goede. Al brengen

wij ook hard en politiek nieuws dat zowel

op de website als in de krant verschijnt. Maar

de mensen willen niet altijd zwaarbeladen

nieuws lezen, daarom blijven wij ook minder

serieuze thema’s brengen.’

Vroeger stonden de papieren en onlinekrant

los van elkaar, zelfs fysiek waren de afdelingen

gescheiden. ‘Het kon wel eens gebeuren

dat je op de website iets las terwijl de volgende

dag net het tegenovergestelde in de

krant stond. Dat is niet de bedoeling’, vertelt

Mast. Sinds 2012 is er daarom een nauwere

samenwerking tussen de krant en de website.

De chefs van beide afdelingen zitten een hele

dag samen aan tafel waardoor kruisbestuiving

en uitwisseling van ideeën plaatsvinden.

‘Wat betreft geloofwaardigheid leek het wel

of voor 2012 alles mogelijk was. Er werden op

onze onlineplatformen vaak de wildste verhalen

gepubliceerd, maar daar zijn we gelukkig

definitief van afgestapt. Het is belangrijk

om nieuws te factchecken en niet zomaar alles

over te nemen, louter omdat het een leuke

titel is of een groots verhaal. Bij HLN zijn we

daar nu veel strenger in.’

De geloofwaardigheid opkrikken

Mast stelt dat niet alleen de hogeropgeleiden

het nieuws moeten begrijpen, maar evengoed

de arbeiders. ‘Neem nu de impeachmentprocedure

van Trump: elke lezer wordt

overspoeld met informatie uit diverse bronnen.

Wij proberen dan uit te leggen wat impeachment

precies is en bieden een antwoord

op de vragen van de lezer’, zegt Mast. Het feit

dat je gebeurtenissen contextualiseert, geeft

volgens hem een boost aan de geloofwaardigheid.

VTM Nieuws werkt bijvoorbeeld met

een telefoonpanel om na de uitzending na

te gaan of alles duidelijk was voor de kijker.

Het Laatste Nieuws hoopt ook iets soortgelijks

op te bouwen. ‘Daarin willen we nagaan wat

leeft onder de lezers. Zo een initiatief kan een

grote meerwaarde zijn voor de redactie, marketing

en lezer’, aldus Mast.

‘Als president Trump verkondigt dat media

enkel fake news brengen, is dat zeer nadelig

voor het vertrouwen. Bij Het Laatste Nieuws

proberen we alles zo goed mogelijk te checken,

maar fake news kan soms tussen de

mazen van het net glippen en in een publicatie

terechtkomen. Vroeger zou Het Laatste

Nieuws het artikel gewoon verwijderd hebben

zonder verdere uitleg. Nu proberen we dat zo

snel mogelijk recht te zetten en de lezer uit

te leggen waarom het fout gelopen is’, vertelt

Mast. Volgens hem moet je als krant je fouten

kunnen toegeven. ‘Dat creëert een sfeer van

vertrouwen.’


Emmanuel Naert – Brandmanager

bij De Standaard

Naert constateert, na het lezen van het

meest recente Reuters Digital News

Report, dat de geloofwaardigheid van

nieuwsmedia de laatste jaren een grote

deuk heeft gekregen. Heel wat factoren

hebben daar een invloed op. ‘Door

sociale media is de verspreiding van

nieuws nog nooit zo makkelijk geweest

en daardoor gaat fake news als een lopend

vuurtje rond. Ook politieke figuren

beïnvloeden het vertrouwen. Ze willen

een bepaald mensbeeld aanprijzen en

komen scherp uit de hoek tegenover

nieuwsmedia. Dat stelt ook hoofdredactrice

Katharine Viner van The Guardian

in haar artikel over de missie van

haar krant. De Standaard wil zich daar

als kwaliteitskrant tegen wapenen’, legt

Naert uit. ‘Hoe doen we dat? Vooreerst

door de journalistieke deontologie hoog

in het vaandel te dragen: we factchecken

bronnen en filteren de fouten eruit.

Daarnaast maken we in onze communicatiecampagnes

duidelijk dat in onze

berichtgeving de waarheid centraal

staat. De lezer kan op De Standaard rekenen.

Eind vorig jaar publiceerden we

voor het eerst een journalistiek jaarverslag.

In dat verslag bespreken we successen,

maar ook mislukkingen. Kortom,

we maken een balans op van het journalistieke

jaar van De Standaard. De lezer

heeft nood aan dergelijke inzichten

en die bieden wij hen aan.’

'Elke dag is er een pak informatie in omloop.

Het is moeilijk daarin een onderscheid

te maken tussen wat waar is en

wat onwaar. Dat merkt de hoofdredacteur

van De Standaard aan het aantal

berichten in zijn mailbox’, stelt Naert. ‘De

ene dag mag je als krant wel over een

bepaald thema schrijven, de andere

dag niet. De ene dag is een onderwerp

een trending topic, de volgende dag al

niet meer. Toch zijn die berichten in de

mailbox belangrijk, ze bieden inzichten

in onze lezer en hoe die denkt. De vraag

naar factchecking is groot en de lezer

wil weten wat waar is en wat niet. Het

belang van factchecking neemt toe in

onze berichtgeving.’

Online

Naert maakt duidelijk dat de berichten

op de website en de sociale media

van De Standaard nog steeds van

De Standaard zijn. ‘Er is geen verschil

met de krant. De nieuwsgaring en kwaliteitsnorm

is voor elk nieuwsartikel

Toon Mast: ‘De chefs van beide afdelingen zitten een hele dag

samen aan tafel waardoor een kruisbestuiving en uitwisseling

van ideeën plaatsvindt.’ (foto: Bart Leye)

hetzelfde ongeacht het platform.’ Bepaalde

artikels kunnen wel sneller

gepubliceerd worden via de onlineplatformen,

omdat bijvoorbeeld de

nieuwswaarde groot is. ‘Maar we gaan

niet een ander soort nieuwsstuk schrijven

voor Facebook louter om de Facebookgebruiker

te behagen’, zegt Naert.

Waarom is er dan minder vertrouwen

in sociale media en internet? ‘De perceptie

van de nieuwsconsument op

onlineplatformen is anders. Wie enkel

via sociale kanalen aan nieuwsgaring

doet, consulteert ook onbetrouwbare

bronnen en dat weerspiegelt helaas in

onze krant. De Standaard is een kwaliteitsmerk,

maar verdwijnt al eens naar

de achtergrond in het allegaartje van

soms onbetrouwbaar nieuws.’

‘We schrijven geen ander

soort nieuwsstuk louter

om de Facebookgebruiker

te behagen’

Emmanuel Naert

Naert merkt dat een heleboel lezers

op Facebook een artikel aanklikken, lezen,

eventueel leuk vinden en dan weer

weggaan. ‘Ze gaan niet verder door

naar onze website. We noemen dat

fly-byverkeer. Dat zijn lezers die zonder

enige regelmaat naar De Standaard

komen.’ Toch heeft de website van De

Emmanuel Naert: ‘De nieuwsgaring en kwaliteitsnorm is

voor elk nieuwsartikel hetzelfde ongeacht het platform.’

(foto: Katrien De Marez)

Standaard een loyaal lezerspubliek dat

steeds terugkeert. ‘Voor hen is De Standaard

een belangrijke nieuwsbron en

misschien worden ze ooit wel abonnee’,

verklaart Naert. ‘Abonnees zijn de belangrijkste

lezersgroep en onze trouwste

klanten. We merken dat die groep al jaren

toeneemt en dat is een mooi tegengif

tegen het wankelende vertrouwen in

nieuwsmedia.’

Geslaagd huwelijk

De redactie is verantwoordelijk voor de

inhoud. Ze bepaalt wat het nieuws van

de dag is en doet een factcheck. De

marketing staat in voor de communicatie,

merkbewaking en community

building. ‘Ieder heeft zijn eigen taken,

niettemin werken wij samen op één

werkvloer. Bij De Standaard is er dan ook

dagelijks een overleg tussen marketing

en hoofdredactie over wat we moeten

communiceren, welk nieuws vandaag

primeert en hoe we onze lezers op de

hoogte houden.’ Volgens Naert is er inhoudelijk

een muur tussen redactie en

marketing, maar geen muur inzake initiatieven

om de inhoud te verspreiden

en te marketen. ‘Hoe groter de afstand

met de redactie, hoe zwakker de marketing.

Een intense samenwerking waar

mogelijk is de sleutel tot succes’, aldus

Naert.

b 05.2019

P043


TRIGGER

De laatste uren slaan voor

de vaste redactie van Vrij

Nederland, een iconisch

Nederlands opinieblad.

Met uitzondering van

twee medewerkers,

zet hoofdredacteur

Ward Wijndelts iedereen

op straat.

door Charlotte Allefs

Magazineredacties:

een romp met

ledematen

‘Rompredacties’ zijn bij onze noorderburen al langer in opmars.

De kernredactie krimpt in, vaste redacteurs worden voor hun

diensten bedankt en ingewisseld voor freelancers. Bij ons gaat

de Nederlandstalige redactie van Elle vanaf 2020 verder met een

kleine kern. Hoewel freelancers een toegevoegde waarde voor

magazines zijn, geloven andere tijdschriften nog in de kracht van

hun romp.

P044

c 05.2019

EOS Wetenschap

1983: ●●● (3)

2020: ●●●●●●●● (8)

Maandelijks ligt er een nieuwe editie van EOS Wetenschap in

de rekken. In 1983 verscheen het eerste nummer. Drie vaste redactieleden

maakten het magazine. Nu werkt het tijdschrift met het meeste

aantal vaste journalisten ooit. Al heeft EOS Wetenschap ook altijd met

freelancers gewerkt. ‘Met drie schrijf je geen blad vol. Nu brengen we

meer uit dan vroeger, vooral online dan. En met enkel onze vaste redactie

kun je het niet bolwerken’, zegt hoofdredacteur Raf Scheers.

Marco Goole, Peter Vanwijnsberghe, Marieke van Schoonhoven, Dieter De Cleene, Judith Stegen,

Liesbeth Gijsel, Kim Verhaeghe, Raf Scheers. Ontbreekt: Els Verweire. Foto: Maksim Marissen


Sport/Voetbalmagazine

Jaren ’80:

Sport Magazine: ●●●●●●● (7)

Voetbalmagazine: ●●● (3)

2001: ●●●●●●●●●●●●●● (14)

2020: ●●●●●●●●●●● (11)

Sport/Voetbalmagazine verschijnt wekelijks. In de jaren ’80 waren Sport Magazine

en Voetbalmagazine twee aparte bladen. Allebei hebben ze één redactie voor de

Nederlandstalige en een Franstalige editie. De redactie van Sport Magazine bestond

vroeger uit zeven journalisten, Voetbalmagazine had drie vaste werkkrachten. In

2001 werden de magazines samengebracht tot één tijdschrift met de naam Sport/

Voetbalmagazine. Ze hebben een vaste redactie van elf journalisten. ‘Het blad heeft

altijd met een beperkte kernredactie gewerkt’, zegt hoofdredacteur Jacques Sys.

Hij is voorstander van een sterke freelanceploeg. ‘Daarmee bedoel ik mensen die

regelmatig voor het blad schrijven. Niet voor één of twee keer per maand.’ Een betrokken

freelanceploeg als ledematen van de vaste romp dus.

Marie Claire

2002: ●●●●● (5)

2013: ●●●● (4)

2020: ●● (2)

Vooraan v.l.n.r. Frédéric Vanheule, Bruno Govers, Jacques Sys, Thomas Bricmont. Achteraan v.l.n.r. Pierre Danvoye,

Christiaan Vandenabeele, Steve Van Herpe, Geert Foutré, Guillaume Gautier, Peter T’Kint; (Foto: Wim Denolf)

Het maandblad Marie Claire verscheen in België tot 2012 als bijlage van de Franse

en Nederlandse editie. In Vlaanderen verscheen de Nederlandse editie met een

bijgevoegd Vlaams katern, in Wallonië verscheen de Franse versie met een Waalse

bijlage. In 2013 werd Marie Claire een volwaardig Belgisch tijdschrift. De Waalse en

Vlaamse redactie werkten altijd samen als één team, maar kromp in doorheen de

jaren. Sinds 2019 gaat Marie Claire alleen met freelancers aan de slag voor hun

printversie. Voor de onlineversie zijn er nog twee medewerkers. Hoofdredacteur Marie

Geukens en haar zeskoppig freelanceteam werken in de redactieruimte aan het

magazine.

c 05.2019

P045

(Foto: Marie Geukens)


Juni

Fotograaf

Stefaan

Temmerman

Popdiva

"Het was voor mij de tweede keer dat ik P!nk fotografeerde. Ik herinner me dat ik de eerste keer de zoveelste platte Amerikaanse

popdiva verwachtte, maar al snel moest ik mijn mening herzien. Ze is zoveel meer dan dat. De show is een gestroomlijnde, tot

in de details voorbereide act. Maar verdomme, je moet het maar kunnen! Ze zingt én danst én performt alsof haar leven ervan

afhangt. Mijn respect voor de zangeres is groot. Ook deze keer verheugde ik mij er dus op om haar weer aan het werk te zien.

Zonder al te grote verwachtingen, want ik ken mezelf: te veel verwachten is nooit goed. Maar P!nk was opnieuw een wervelwind

die passeerde! De moeilijkheid wanneer je zo’n popster fotografeert, is dat je niet in herhaling mag vallen of dezelfde beelden

als je collega-fotografen mag maken. Bij zo een show wordt het al snel eenheidsworst. Daarom was ik meteen blij met dit exclusieve

beeld.’



Veroordeling cannabisclub 'Trekt uw Plant’

(+) Gloria Vanderbilt

Meest geklikt

van de maand

Tweets

van de maand

Cover

van de maand

Goed dat ze nu van kant

wisselen. Zien de supporters

aan de overkant de Rode Duivels

ook eens van dichtbij. #belkaz

Ministerie van Sport

@SportMinisterie

8 juni 2019

Op knack.be

‘Waarom verkrachten

mannen?’

Sohaila Abdulali schrijft in ‘Waar we

over praten als we over verkrachting

praten’ over haar eigen ervaring, verhalen

van slachtoffers en internationaal

onderzoek. Zelf was ze slachtoffer

van een groepsverkrachting in Mumbai.

Omdat de gebeurtenis stil werd

gehouden, schreef ze een artikel. Pas

dertig jaar na de feiten ging haar artikel

viraal.

In Brussel-Noord Station moeten

wonen is mensonterend maar

je hebt wel een perfecte

#mobiscore.

Xander De Rycke

@xanderycke

18 juni 2019

Na aanhoudende demonstraties tegen de

omstreden uitleveringswet van Carrie Lam

komen in Hongkong op 9 juni ruim een half

miljoen mensen op straat.


Het Instagramkanaal NWS.NWS.NWS van de VRT brengt

nieuws op maat van jongeren

De brug tussen

Karrewiet en

het Journaal

Jongeren van twaalf tot achttien zijn geïnteresseerd in de actualiteit.

Alleen sluit de manier waarop media nieuws brengen niet aan bij hun

leefwereld. Daarom lanceerde de VRT in april 2019 het Instagramkanaal

NWS.NWS.NWS. Marijn Van Damme is een van de zes redacteurs.

De JONG-redactie post dagelijks korte nieuwsvideo’s op maat van

jongeren. Een schot in de roos, als je het stijgend aantal volgers mag

geloven.

a 06.2019

P049

TRIGGER

Op 1 juni 2019 gaat

The Dallas Morning op

TikTok. Een populair

jongerenplatform met

korte video's. Ook The

Washington Post en NBC

News posten er sinds een

maand nieuwsitems.

door Mona Dewaele

Marijn Van Damme studeerde journalistiek.

Na zijn studies dook hij meteen het werkveld in.

Sinds juni 2019 werkt hij mee aan de uitbouw van

het Instagramkanaal NWS.NWS.NWS.

‘Lagereschoolkinderen kijken naar Karrewiet en

volwassenen volgen het Journaal. Daartussen

zit een hiaat: middelbareschooljongeren die nergens

terechtkunnen voor nieuws op hun maat',

vertelt Van Damme. ‘Een tv-programma was

geen optie omdat jongeren steeds minder televisiekijken.

Ze zitten wel vaak op Instagram, het

medium bij uitstek om nieuws op jongerenmaat

te brengen.’ Van Damme wijst erop dat de jeugd

afhaakt bij journaals, omdat die te lang duren en

ze niemand herkennen. ‘Wij maken daarom elke

dag vijf korte nieuwsvideo’s van maximaal één

minuut.’

‘We speelden ook met het idee om nieuws naar

jongeren te brengen via Snapchat of YouTube.

Maar de jeugd zoekt geen nieuws via deze platformen.’

Marijn Van Damme wijst erop dat ze nu

nog Instagram gebruiken, maar dat het snel kan

veranderen. ‘Het probleem met sociale media is

dat je niet kunt voorspellen welke app volgend

jaar populair zal zijn.’

Balans

De JONG-redactie selecteert nieuws op basis van

twee criteria: thema’s waarvan ze weten dat jongeren

ze interessant vinden en thema's die ze als

redactie willen brengen. ‘Er zijn wel topics die we

niet meer posten, omdat we uit ervaring weten

dat ze niet werken. De post over een olifantenverhuizing

in Zimbabwe scoorde slecht, maar de

nieuwe film van F.C. De Kampioenen was wel een

succes. Achteraf maken we altijd een afweging

welke thema’s we wel of niet meer brengen’, verklaart

Van Damme.

NWS.NWS.NWS zoekt dagelijks een goede balans

tussen serieus en luchtig nieuws. ‘Als de posts in

de ochtend zware thema’s behandelden, zijn de

avondtopics lichter. Daarvoor gaan we soms op

zoek naar nieuws over wereldsterren zoals Justin

Bieber of Billie Eilish.’

De redactieleden deden vanaf februari research

in scholen en op straat. Ze vroegen jongeren

naar hun interesses. Wat bleek? Een aantal

van die thema’s maken dagelijks deel uit van het

Journaal. ‘Daarnaast zijn ze ook geboeid door het


P050

a 06.2019

leven van beroemdheden als Kylie Jenner

of bekende gamers. We weten welke

muziekartiesten ze leuk vinden en daar

spelen we op in.’

Marijn Van Damme wijst erop dat protesten,

verdraagzaamheid en racisme

vaak aan bod komen omdat jongeren

dat belangrijke thema’s vinden. ‘Er zijn

uiteraard thema’s die jongeren minder

boeien, zoals de impeachmentprocedure

van Trump of de Brexit. Het is onze

taak om hen hierover toch betrouwbare

informatie te geven.’ Marijn Van Damme

vertelt dat ze grotere thema’s vaak met

een andere insteek brengen dan het

klassieke journaal. ‘Tieners staan altijd

centraal.’ Bij de Brexit-procedure zocht

de redactie jongeren in het Verenigd Koninkrijk

die een video maakten met hun

visie op het vertrek.

Sporza is leider als het aankomt op sport.

Daarom besloot de JONG-redactie om

minder de nadruk te leggen op sportnieuws.

‘Belangrijke nieuwtjes, zoals een

Belgische wereldkampioen, brengen we

wel. Maar uitspraken van voetballers zijn

niet relevant op ons kanaal’, verklaart

Van Damme.

Inlevingsvermogen

‘Het feit dat we ons dagelijks moeten inleven

in de wereld van jongeren is het

moeilijkste aan onze job. Vaak kunnen ze

nieuwsitems niet verwerken zoals Martine

Tanghe ze brengt op het Journaal.

De vertaling naar hoe jongeren het willen

lezen is een van de moeilijkste uitdagingen.’

Van Damme vertelt dat jongeren

er heel gevoelig voor zijn. Goed mee

zijn in het jongerentaaltje is cruciaal als

redactielid van NWS.NWS.NWS. ‘Het zijn

kleine dingen die ik in het achterhoofd

moet houden. Hoe zou ik als 16-jarige

iets willen lezen?’

Marijn Van Damme krijgt regelmatig

schrijfassistentie. ‘In het begin kreeg ik

de opmerking dat mijn schrijfstijl nog

te droog was en niet zoals jongeren het

zeggen. Andere nieuwskanalen zouden

brengen 8-jarig jongetje is de bestbetaalde

YouTuber van 2019, wij transformeren

dat tot Bestbetaalde YouTuber

van 2019 is een kind van 8. De gepaste

schrijfstijl ontwikkelen is iets dat je al

doende leert en moet blijven bijschaven.’

Herkenbaarheid is cruciaal en daarom

plaatst de redactie zo veel mogelijk jonge

gezichten op een coverbeeld. ‘Jongeren

klikken minder snel op een post met

twee oude rakkers. Nieuws op jongerenmaat

moet altijd flitsend zijn. We plakken

korte beelden na elkaar om te voorkomen

dat het één lange video wordt

met een tekst op.’ Volgens Marijn Van

Damme werkt het om snel te switchen

van beelden en standpunten. Flitsende

en visuele elementen vallen in de smaak

en daar zet de redactie sterk op in.

Een journalistiek diploma is volgens Marijn

Van Damme geen vereiste om bij

NWS.NWS .NWS te werken. Drie van de zes

redactieleden studeerden journalistiek.

De drie andere collega’s volgden een

opleiding aan de universiteit, in de richtingen

Latijn-Grieks, Spaans en Meertalige

Communicatie. ‘Het is belangrijker

dat je goed kan schrijven, monteren en

dat je mee bent met de leefwereld van

jongeren’, vult Van Damme aan.

'Dat we ons dagelijks

moeten inleven in

de wereld van jongeren

is het moeilijkste aan

onze job'

Volgers

De NWS.NWS.NWS-redactie bestaat uit

jonge twintigers. Volgens Marijn Van

Damme kunnen 40-plussers ook nieuws

maken op jongerenmaat. ‘Bij Karrewiet

werken veertigers, die al 20 jaar ervaring

hebben en dat werkt perfect. Onze eindredacteur

is wat ouder en heeft jonge

kinderen. Ze is daardoor vertrouwd met

de leefwereld van jongeren. Het is fijn

dat de eindredacteur ouder is, om ons

jeugdig enthousiasme soms in toom

te houden.’

Marijn Van Damme vindt de opzet

van het kanaal geslaagd. ‘Toen ik bij

NWS.NWS.NWS begon te werken, hadden

we 7.000 volgers. Een half jaar later

overschrijden we bijna de 30.000.

Dat zegt genoeg.’ Volgers zijn belangrijk

voor het kanaal. ‘Toen we in december

het tienerwoord van het jaar bekendmaakten,

leverde ons dat veel nieuwe

volgers op. Als we voxpops doen

op straat, merken we dat jongeren ons

beginnen te herkennen en dat is wel

leuk’, lacht Van Damme.

In januari 2020 smolt NWS.NWS.NWS

samen met de Instagrampagina van

mnm-be, die 120.000 volgers heeft. ‘Dagelijks

verschijnen drie posts van onze

pagina op hun feed. Als de volgers van

mnm-be onze berichten interessant vinden,

ontdekken ze hopelijk ons kanaal.’

Engagement per post (reacties en likes

per post) is een andere succesfactor.

De JONG-redactie weet ongeveer op

voorhand waar er veel of weinig op gereageerd

zal worden. ‘De post over een

16-jarige jongen met de grootste mond

ter wereld lokte bijvoorbeeld veel reacties

uit. Maar als een bericht minder

comments krijgt, klasseren we de post

niet als slecht.’

Marijn Van Damme verklaart dat jongeren

willen weten wie het nieuws voor hen

maakt. ‘Mijn collega Louise wordt nu al

vaker ingezet als gezicht van ons kanaal.

Op onze nieuwjaarspost en selfie met

Koning Filip kregen de volgers wel al het

voltallige redactieteam te zien. We krijgen

logopedie en begeleiding van een

coach om de schermgezichten van ons

kanaal te worden.’

Marijn Van Damme hoopt om tegen juni

50.000 volgers te hebben en opnieuw

in te zetten op festivals, want daar zijn

jongeren. ‘Vorige zomer interviewden we

Billie Eilish en hopelijk volgen in de toekomst

nog meer wereldsterren.’

Ook de Nederlanders bieden nieuws

op maat van jongeren. Sinds 2018 is de

Nederlandse Omroep Stichting (NOS)

te vinden op Snapchat, YouTube en

Instagram. Nieuws brengen uit de

belevingswereld van jongeren is in

Nederland een succes. Het Instagramaccount

‘NOS Stories’ groeide

uit tot het grootste nieuwskanaal op

Instagram en heeft vandaag bijna

600.000 volgers. Het initiatief werd in 2018

bekroond tot beste nieuwspagina en

beste bedrijfsaccount. De VRT treedt

met zijn kanaal NWS.NWS.NWS in

de voetsporen van onze noorderburen.


a 06.2019

P051

Marijn Van Damme (25) zat vorig jaar nog op de schoolbanken. Vandaag is hij lid van een kersverse JONG-redactie.

(Foto: Levi Verbauwhede)


Vlaamse redacties blijven witter dan de maatschappij

Mediahuizen

bekennen kleur

Onze samenleving mag dan wel diverser worden, op je televisiescherm

zie je voornamelijk blanke gezichten. Ook de namen

onder artikels in kranten en magazines klinken vaak oer-Vlaams.

Scoop ging langs bij DPG Media en Roularta om te horen of zij

zich bewust zijn van het diversiteitsprobleem. Beide mediabedrijven

willen graag een afspiegeling van de maatschappij zijn,

maar de weg daar naartoe is bezaaid met obstakels.

P052

b 06.2019

TRIGGER

Op 12 juni 2019 verschijnt

in De Morgen: 'De VRT

heeft een probleem. Enkel

Ketnet redt de meubels.'

Uit de Monitor Diversiteit

2018 van de openbare

omroep blijkt dat de

VRT-zenders ‘witter dan

wit’ zijn. Ketnet is de uitzondering

en behaalt wel

een goed diversiteitscijfer.

De beperkte diversiteit op de redacties bij

News City betekent volgens Lataire niet dat

je geen gevarieerde doelgroep kan bereiken.

'Met het merk Het Laatste Nieuws bereiken we

dagelijks twee miljoen mensen. Die komen

uit alle lagen van de bevolking. Ook met VTM

Nieuws bereiken we een breed publiek.' Dat

wil niet zeggen dat Lataire diversiteit op de

redactie zelf niet belangrijk vindt. 'Onze samenleving

wordt steeds diverser en als mediabedrijf

wil je een afspiegeling zijn van de

samenleving. We proberen vooral mensen

aan te trekken die openstaan voor veel medoor

Laurane Berkein

'We moeten het diversiteitsprobleem

bij de basis aanpakken

door de instroom te vergroten.'

(foto: Laurane Berkein)

De Monitor Diversiteit 2018 die de VRT in samenwerking

met de Universiteit Antwerpen

vorig jaar publiceerde, toont aan dat de VRT

niet goed scoort op vlak van diversiteit. Enkel

kinder- en jeugdzender Ketnet haalde

een aanvaardbare score. In 2018 waren 9,7

procent van de mensen in die uitzendingen

nieuwe Vlamingen. Eén en Canvas, de andere

zenders van de VRT, behaalden met

6,7 procent en 7,7 procent zwakke resultaten.

Nochtans heeft de VRT een cel Diversiteit die

de beeldvorming voor en achter de schermen

bewaakt. Daarenboven is de publieke

omroep gebonden door een beheersovereenkomst.

Daarin legt de Vlaamse gemeenschap

de VRT doelstellingen op in verband

met diversiteit in bereik, beeldvorming en

personeelssamenstelling. Als de VRT zelfs

mét richtlijnen niet goed scoort, hoe doen de

commerciële mediabedrijven het dan voor

en achter de schermen, zonder opgelegde

diversiteitsquota?

Aantrekkingspool

DPG Media, de nieuwe naam voor MEDIALAAN

en De Persgroep Publishing, zegt vooral talent

te willen verzamelen in het bedrijf. 'We

zijn heel open van geest. Als een werknemer

getalenteerd is, spelen geslacht, afkomst en

andere vormen van diversiteit geen rol', verklaart

Nicholas Lataire, adjunct-directeur bij

News City. 'Nu News City in Antwerpen is gevestigd,

hopen we in de toekomst nog meer

een aantrekkingspool te zijn voor talent. De

bruisende stadsomgeving en locatie aan het

station zijn daarbij zeker een voordeel. Een

gevarieerde redactie is bovendien belangrijk

om de nieuwsinstroom divers te houden.' Dat

bevestigt ook Jos Grobben, directeur Magazines

bij Roularta Media Group, de Belgische

multimediagroep die marktleider is op vlak

van magazines. 'Als je werkvloer niet divers

is, ontbreken er verschillende invalshoeken

en thema’s in de producten die je naar buiten

brengt', vertelt Grobben. 'Je redactie wit houden?

Daar heb je als bedrijf geen voordeel bij.

Elk bedrijf wil ongetwijfeld de beste mensen

aan boord houden, maar het is ook belangrijk

om zicht te hebben op wat er speelt in de

samenleving.'


ningen, strekkingen en achtergronden.

Op die manier behouden we onze voeling

met de maatschappij.'

Schaars

Hoe komt het dan dat de redacties toch

‘te wit’ zijn? 'Het probleem zit bij het aanbod',

legt Grobben uit. 'De instroom van

mensen met een allochtone achtergrond

is zeer beperkt. Bovendien weigeren we

om aan positieve discriminatie te doen.

Hogescholen en universiteiten ondervinden

trouwens hetzelfde probleem. Zolang

opleidingen te weinig studenten met een

allochtone achtergrond aantrekken, blijft

de instroom naar mediabedrijven heel

schaars.'

'Onze samenleving wordt

steeds diverser en als

mediabedrijf wil je een

afspiegeling zijn van de

samenleving'

Nicholas Lataire

Esther van Tilburg, opleidingsdirecteur

Bachelor in de Journalistiek aan de Arteveldehogeschool,

bevestigt dat het

moeilijk is om studenten met een allochtone

achtergrond aan te trekken. 'Het

gebrek aan diversiteit binnen hogescholen

is een algemeen Vlaams probleem',

vertelt Van Tilburg. 'De doorstroom van

het secundair naar het hoger onderwijs

is heel beperkt. We zijn ons daarvan bewust.

Met de volledige hogeschool hebben

we een strategisch plan opgesteld

voor de komende jaren. Een van de strategische

doelen heet Kleurrijk en kansrijk

studeren. Daarmee hopen we opnieuw

een afspiegeling te kunnen zijn van wat

er in de maatschappij gebeurt.'

Energie

Ondanks hun beperkt diverse redacties

vinden de mediabedrijven dat ze er

toch in slagen gevarieerde producten

uit te brengen. 'Elke week opnieuw is het

een uitdaging om een veelzijdig magazine

aan te bieden', vertelt Bert Bultinck,

hoofdredacteur van Knack. 'We kiezen

voor nieuwswaardige stukken en sterke

achtergrondverhalen. Maar ook de keuze

van interviewees is gevarieerd. We

krijgen geen quota opgelegd, maar we

proberen wel divers te zijn als we kijken

naar gender en allochtone achtergrond.'

Al geeft Bultinck ook toe dat het altijd beter

kan. 'Als vrouwelijke interviewees niet

beschikbaar zijn of als we geen mensen

met een allochtone achtergrond vinden,

gebeurt het wel eens dat er veel witte,

oude mannen in Knack staan. Energie is

eindig en op het einde van de week moeten

we een deadline halen.'

Zou het in de toekomst een oplossing zijn

als ook commerciële omroepen richtlijnen

zouden krijgen over diversiteit? 'Voor

de beeldvorming van onze producten

zeker niet', verzekert Grobben. 'De hoofdredacteurs

bepalen wat er in de magazines

verschijnt. Slechts één keer in al

mijn jaren dienst vond ik een editie niet

veelzijdig genoeg.' Dat er dringend iets

moet veranderen op de redacties, ziet

Grobben wel in. 'Richtlijnen voor ons personeel

zouden misschien wel helpen, al

was het maar om een bredere bewustwording

te creëren. Maar een dwingende

maatregel is geen oplossing op lange

termijn. We moeten het probleem bij

de basis aanpakken door de instroom

te vergroten. En in de tussentijd zorgen

we ervoor dat mediabedrijven aandacht

blijven hebben voor diverse thema’s en

diverse invalshoeken.'

Illustratie Pol Cosmo

b 06.2019

P053


Mediavrouwen

op leeftijd over

leeftijdsdiscriminatie

‘Blijkbaar gelden op de radio nu dezelfde wetten als op tv: mannen

van 58 worden niet als oud beschouwd, vrouwen wel. Een oude

vrouw is een heks, een oude man een lieve tovenaar. Van oude

vrouwen hoor je bang te zijn’, vertelde Leen Demaré na haar ontslag

bij Joe in een interview met De Morgen. Harde woorden. Scoop

vroeg Annemie Peeters, Phara de Aguirre en Lynn Wesenbeek naar

hun ervaring met leeftijdsdiscriminatie bij vrouwen in de radio- en

televisiewereld. Zij voelen het niet zo aan als Leen Demaré.

c 06.2019

P054

TRIGGER

Op 1 juni 2019 vertelt

VTM-nieuwsgezicht Dany

Verstraeten in De Morgen

dat het voor vrouwen

moeilijker is om ouder te

worden op het scherm.

door Melissa Riems

‘Ik geloof wel dat het als vrouw moeilijker is om

oud te worden in de journalistiek, zeker op het

scherm’, legt onderzoeker in genderongelijkheid

Sara De Vuyst (UGent) uit. ‘Het gebeurt zelfs dat

je als oudere vrouw van het scherm verdwijnt.

Stereotypen rond uiterlijk liggen aan de basis

van het probleem. Ook het vooroordeel dat je

als oudere vrouw niet meer meetelt, speelt een

rol. Oudere mannen stralen daarentegen voor

velen autoriteit en kennis uit. Dat komt voort uit

een commercieel idee waarbij de omroepen

denken dat een jongere vrouw op het scherm

meer kijkers trekt. Wat niet altijd waar is natuurlijk’,

verduidelijkt De Vuyst.

‘Uit interviews met vrouwelijke journalisten die

op het scherm verschijnen, bleek dat zij vaak

meer negatieve berichten via sociale media

krijgen. Dikwijls zijn dat reacties op hun uiterlijk.

Sommigen dachten er op een bepaald moment

zelfs aan om uit het beroep te stappen’,

gaat De Vuyst verder. ‘De reacties waren erg

confronterend en persoonlijk, soms met doodsbedreigingen

erbij. Ook mannelijke journalisten

krijgen opmerkingen, al gaan die minder over

hun uiterlijk of persoonlijkheid, maar meer over

inhoud.’

De gegevens van Het profiel van de Belgische

journalist in 2018 tonen aan dat de genderverdeling

onder 35 jaar gelijkmatig is. Maar bij de

leeftijdsgroep ouder dan 55 jaar zijn de vrouwen

nog maar voor 20 procent vertegenwoordigd.

‘Dat is weinig en je ziet inderdaad vooral

in die leeftijdscategorie vrouwen vertrekken. In

dat geval kan je spreken van leeftijdsdiscriminatie’,

legt De Vuyst uit. ‘Bovendien zijn er op het

scherm meer vrouwen aanwezig dan in werkelijkheid

in de journalistiek. Hierdoor krijg je

als kijker een vertekend beeld terwijl het aantal

vrouwelijke en mannelijke journalisten nog

steeds niet in balans is.’


Lynn Wesenbeek: ‘Vooral de commerciële omroep bezondigt zich aan leeftijdsdiscriminatie’

(Foto: VTM)

Gevoeligheid

Worden vrouwen op leeftijd sneller als

oud gepercipieerd dan mannen? Radio

1-stem Annemie Peeters (60) vindt

van wel. ‘Het is heel jammer, maar de

schoonheidscultuur zit daar voor iets

tussen. Schoonheid is belangrijk. Ik wil

daar niet mee zeggen dat oudere vrouwen

niet mooi zijn, integendeel. Wel ben

ik ervan overtuigd dat die schoonheidscultuur

ook voor mannen geldt. Maar

nieuwsprogramma’s mag je niet vergelijken

met amusementsprogramma’s.

Bij die laatste draait het meer om beeld

dan om inhoud. Waar zie je nu een oudere

vrouw met een jongere man presenteren?

Nergens. Enkel de combinatie

van jongere vrouwen met oudere mannen

lijkt acceptabel’, vertelt Peeters.

‘Je kan inderdaad stellen dat er een

verschil is tussen nieuws en entertainment.

Als vrouw kan je ouder worden

in een nieuwsdienstprogramma. Mannelijke

presentatoren gaan dan weer

langer mee in entertainmentprogramma’s.

Hoe dan ook denk ik dat vrouwen

er voor om het even welk programma

goed moeten uitzien’, merkt VRT-gezicht

Phara de Aguirre (58) op. Toch ziet zij

een positieve verandering. Zo is er volgens

haar een gevoeligheid bij de VRT

om steeds voldoende vrouwen in beeld

te brengen. ‘Wij hebben bijvoorbeeld bij

De Afspraak de regel om, buiten de presentator,

steeds één vrouw aan tafel te

hebben.’

Daarnaast kaart Lynn Wesenbeek (57)

het verschil tussen openbare en commerciële

omroep aan. ‘VTM is als commerciële

omroep afhankelijk van wat de

markt wil, in het bijzonder de reclame.

En net die reclamesector is in hetzelfde

bedje ziek. Antirimpelcrèmes bijvoorbeeld

werden jarenlang aangeprezen

door jonge vrouwen. Het is dus vooral

de commerciële omroep die zich bezondigt

aan leeftijdsdiscriminatie.’

‘Vertrekken is alleen leuk

als je er zelf voor kiest’

Phara de Aguirre

Opschuiven

Zijn de mediagezichten het er dan mee

eens dat oudere vrouwen vervangen

worden door iemand jonger? ‘Nee, natuurlijk

niet. Maar dat oudere mensen al

eens moeten opschuiven, snap ik’, vindt

Annemie Peeters. ‘Je moet jezelf blijven

heruitvinden. Je kan niet eeuwig je rol

en privileges claimen. Jongeren moeten

ook een kans krijgen. Dat geldt voor elk

beroep trouwens. Wat ik wel belangrijk

vind, is dat je je capaciteiten kan blijven

inzetten. Je mag niet zomaar aan de

kant geschoven worden. Opschuiven wil

niet zeggen verdwijnen.’

‘Leen Demaré die zomaar verdwenen is

bij DPG Media, dat zou op de VRT nooit

gebeuren. VRT zou je niet ontslaan omdat

je niet meer bij het profiel van de

luisteraars past. Ze zouden je ontslaan

omdat je niet voldoet, er de kantjes van

afloopt of je werk erbarmelijk uitvoert’,

benadrukt Peeters. ‘Bij mijn radioprogramma

Fifty-fifty heb ik gezien hoeveel

vijftigers geen werk meer vinden nadat

ze ontslagen zijn. Dat is heel jammer. Zo

blijft veel talent onbenut.’

De Aguirre hoopt dan weer dat oudere

collega’s kunnen blijven werken zolang

ze willen. Voor zichzelf hoopt ze hetzelfde.

‘Ik zou het er moeilijk mee hebben

als ik vervangen zou worden, enkel en

alleen omdat ik te oud ben. Vertrekken

is alleen leuk als je er zelf voor kiest. Als

je gedwongen wordt om te gaan dan

vraagt dat wel wat verwerking. Op de

nieuwsdienst hebben we vandaag een

mooie mix tussen vrouwelijk oud en

jong. Martine Tanghe wordt dit jaar 65.

Daarna volg ik, en Kathleen Cools is 56.

Op de redactie hebben we dus twintigers,

dertigers, veertigers, vijftigers én

c 06.2019

P055


Illustratie Pol Cosmo

P056

‘Het clichébeeld

dat vrouwen per se

jong moeten zijn,

is achterhaald’

Lynn Wesenbeek

c 06.2019

ook een zestiger. Het zit goed.’

‘Wens ik meer vrouwen tot hun pensioen

op het scherm? Ja, maar ze zijn

gelukkig al aanwezig. Als je VTM als

voorbeeld neemt, krijg je de indruk

dat oudere vrouwen het lastig hebben.

Maar VTM is niet de norm’, verklaart

Wesenbeek. ‘De commerciële omroep

zal op termijn de openbare omroep wel

volgen. Het clichébeeld dat vrouwen per

se jong moeten zijn, is achterhaald. We

zijn 2020. Zelfs in Hollywood hebben ze

dat al begrepen.’

Bagage

‘Ouderen moeten op een bepaald moment

plaatsmaken voor jongeren. Dat

is de cyclus van het leven en dat geldt

zowel voor vrouwen als voor mannen’,

gelooft Wesenbeek. ‘Het is vooral belangrijk

om relevant te blijven. Ik zet met

plezier mijn ervaring en energie in om

jongeren te begeleiden. En omgekeerd

werkt het ook. Ik steek bijvoorbeeld veel

op van de socialmediaskills van mijn

dochters.’

‘Je hebt als oudere meer bagage. Na

al die jaren heb ik bijvoorbeeld meer

interviewervaring. Toch moet je jonge

mensen de kans geven om het ook te

proberen. Alleen zo worden ze er beter

in’, meent Peeters. Daarnaast vindt ze

dat oudere journalisten zich minder willen

profileren. ‘Als je jonger bent, wil je

jezelf hard bewijzen. Dat geeft niet altijd

de beste radio of tv. Oud en jong samen

brengt de mooiste mix. Jonge mensen

kunnen dingen waar wij moeizamer

mee omspringen en wij beheersen dan

vaak inhoudelijk de zaken beter. Die samenwerking

zou overal zo moeten zijn’,

benadrukt ze.

De Aguirre bevestigt dat. ‘Er worden wel

eens grappen gemaakt over ouderen,

want ik ben vaak de oudste op een redactie.

Dat is niet erg. Het is juist fijn om

met jongere collega’s te mogen samenwerken.

Ik vind het ook belangrijk om als

‘senior’ mijn kennis te kunnen doorgeven.

Zo hoop ik dit jaar met een jongere collega

een Panoreportage te draaien.’

Commerciële logica

Peeters denkt dat knap zijn wel meespeelt

in de selectie van televisiegezichten.

‘Je moet er op tv een beetje

fatsoenlijk uitzien. Tenzij je te gast bent

in een programma, dan telt dat niet.

Op de radio moet je tenslotte ook een

mooie stem hebben.’ Verdwijnen oudere

vrouwen en mannen dan van televisie

omdat ze te oud lijken? ‘Dat weet ik niet,

je kan daar uiteindelijk nooit de vinger

op leggen’, meent ze.

Daarnaast vermoedt Peeters dat een

ouder publiek voor commerciële zenders

minder interessant is. ‘Mensen ouder

dan 45 zijn waarschijnlijk voor hun

reclamecampagnes niet meer interessant.

En als je doelpubliek jong is, dan

kies je vanzelf ook voor jongere presentatoren:

dat is de commerciële logica’,

denkt de Radio 1-stem.

De Aguirre vertelt dat er een screentest

gebeurt voordat je op het scherm mag

komen. ‘Screentests zijn er niet alleen

om te controleren of je er goed uitziet,

maar ook om na te gaan of je goed

presenteert. En of het klikt met de camera.

Die criteria zijn voor mannen en

vrouwen dezelfde.’ Toch stelt ze vast

dat minder knappe mannen makkelijker

hun weg naar het scherm vinden

dan minder mooie vrouwen. Bij mannen

wordt er volgens haar minder naar het

criterium knapheid gekeken.

De vier vrouwen zijn vastberaden. Hoewel

er volgens hen voldoende oudere

vrouwen op het scherm verschijnen,

mogen het er altijd meer zijn. Maar dat

geldt voor alles: zo mag er ook meer

kleur in de media zijn. ‘Alleen maar jong

en mooi is niet genoeg’, vindt Peeters.


Ankers VTM Nieuws

Dany Verstraeten

Stef Wauters

Birgit Van Mol

Cathérine Moerkerke

Freek Braeckman

Andere VTM-gezichten

Faroek Özgünes

David Dehenauw

Frank Duboccage

Julie Colpaert

Maarten Breckx

64 jaar

52 jaar

51 jaar

42 jaar

40 jaar

56 jaar

49 jaar

46 jaar

40 jaar

34 jaar

Ankers Het Journaal

Martine Tanghe

Wim De Vilder

Annelies Van Herck

Goedele Wachters

Hanne Decoutere

Xavier Taveirne

Fatma Taspinar

Andere VRT-gezichten

Frank Deboosere

Rudi Vranckx

Phara de Aguirre

Lieven Verstraete

Kathleen Cools

64 jaar

50 jaar

44 jaar

44 jaar

40 jaar

38 jaar

38 jaar

61 jaar

60 jaar

58 jaar

57 jaar

56 jaar

Ivan De Vadder

55 jaar

Lieven Van Gils

55 jaar

Stef Wijnants

53 jaar

Eddy Demarez

52 jaar

Sabine Hagedoren

51 jaar

Catherine Van Eylen 49 jaar

Karl Vannieuwkerke

49 jaar

Annelies Beck

46 jaar

Bart Schols

45 jaar

Lisbeth Imbo

44 jaar

Maarten Vangramberen 41 jaar

Bram Verbruggen

33 jaar

Ruben Van Gucht

34 jaar

Danira Boukhriss Terkessidis 29 jaar

Aster Nzeyimana

26 jaar

FOTO BOVEN: Phara de Aguirre: ‘Op de nieuwsdienst hebben we een mooie mix tussen vrouwelijk oud en jong’ (Foto: Melissa Riems)

FOTO ONDER: Annemie Peeters: ‘Alleen maar jong en mooi is niet genoeg’ (Foto: Melissa Riems)


Juli

Fotograaf

Filip Claus

Rijk en arm

‘In juli viert Yerevan (Armenië) de dag van het water. Tijdens het Armeense festival ‘Vardavar’ gooit men met emmers water, zodat

iedereen nat wordt. Ik dacht: dat moeten we tijdens de zomer ook op het Sint-Baafsplein in Gent doen. Ik zorg dan wel voor

emmertjes! Het was heel grappig om er als buitenstaander tussen te lopen. Iedereen, rijk én arm, deed mee en voor je het wist

had je een emmer water over je heen gekregen. Ik probeerde toch mijn camera wat te beschermen. Zelf was ik kletsnat, mijn

camera overleefde het en ik heb goed gelachen. Ik vind het jammer dat zo’n event maar één keer per jaar georganiseerd wordt.’


b 01.2019 P059


Charles Michel voorzitter van de Europese Raad

Faillissement erotiekbedrijf Pabo

Meest geklikt

van de maand

Tweets

van de maand

Cover

van de maand

‘’Al vijftigtal festivalgangers

Tomorrowland naar ziekenhuis

gebracht.’’ Jonge mensen

hebben blijkbaar een zwakke

gezondheid.

Rik Torfs

@torfsrik

21 juli 2019

Op mo.be

De kiezer heeft gesproken,

maar wat heeft hij gezegd?

Om 16.00 uur in Ukkel 39,5°C.

Beitem 40,3°C Diepenbeek

40,2°C #voldoendewaterdrinken

In zijn column blikt Walter Zinzen terug

op de verkiezingsuitslag. Hij vraagt zich

af of de kiezer gelijk heeft. Media praten

vaak over 'het signaal van de kiezer',

maar hij vindt dat een foute veralgemening.

‘Het signaal’ gaat over de

18% van de Vlaamse bevolking die op

Vlaams Belang stemde, maar niet over

de rest. De kiezer kan geen gelijk hebben,

want dé kiezer bestaat niet, schrijft

Zinzen.

Frank Deboosere

@frankdeboosere

25 juli 2019

Greta Thunberg zet gedreven haar strijd

verder tegen de klimaatverandering en ontkennende

politici.


Wetenschapsjournalistiek wordt gretig gelezen

'Communiceren

over wetenschap

is een kunst'

Menselijke nieuwsgierigheid bracht ons tot op de maan. Toen

de BRT in 1969 Neil Armstrongs eerste stappen live uitzond,

zaten miljoenen Vlamingen aan hun scherm gekluisterd. Een

halve eeuw later kopten kranten wereldwijd met de eerste foto

van een zwart gat in het heelal. Ook nu scoort wetenschapsjournalistiek

nog steeds bij het brede publiek.

a 07.2019

P061

TRIGGER

Op 5 juli 2019 kondigt

Het Laatste Nieuws aan

dat Instagramwetenschapper

en

influencer Martijn

Peters aangeworven is

als wetenschapsjournalist

voor News City

door Eline Timperman

Koen Wauters is sinds 2011 gezondheidsen

wetenschapsjournalist bij de openbare

omroep. Volgens hem interesseert

de Vlaming zich voor wetenschap. Daarbij

stelt hij een opvallende trend vast: ‘Als we

interne peilingen houden, dan steekt het

thema gezondheid er met kop en schouders

bovenuit. Dat is voor mij erg logisch. Als

mensen elkaar tegenkomen, dan hebben ze

het over twee onderwerpen: het weer en hun

gezondheid.’

Volgens Wauters is de moeilijkheid aan

wetenschapsjournalistiek het gebrek aan

hard afgebakend nieuws. ‘Als Groot-Brittannië

zich wil afscheiden van Europa, dan heb

je meteen een wie, wat, waar, wanneer en

waarom. Ontwikkelingen in de wetenschap

spelen zich daarentegen af over een lange

tijd. De overlevingskans bij kanker steeg over

een periode van 25 jaar van vijftig procent

naar zeventig procent. Dat is fantastisch,

maar dat verliep niet in één keer. Wetenschappers

dagen niet op met onverwachte

wondermiddelen op persconferenties.’

‘Wat vanzelfsprekend is

voor de ene lezer, is Chinees

voor de andere’

Pepijn van de Gulden

Daarnaast merkt Wauters op dat niet iedere

journalist weet hoe wetenschapsnieuws te

nuanceren. ‘Een geneesmiddel dat goed

werkt bij dieren werkt niet altijd bij mensen.

Stel dat er een veelbelovende pil bestaat

die kanker bij ratten geneest, zet dan niet


P062

a 07.2019

zomaar in je kop dat het geneesmiddel

voor kanker er bijna is. Ook zieke mensen

lezen de krant. Dat alleen al is reden

genoeg om niemand valse hoop te

geven.’

Checken en dubbelchecken. Het zit in

het journalistieke DNA. Maar hoe doe

je dat bij een wetenschappelijke studie

of een ingewikkeld persbericht? ‘Normaal

publiceren wetenschappers hun

bevindingen in een vakblad. Via een

persbericht of onlinebewering belandt

het nieuws vaak bij de wetenschapsjournalist’,

zegt Wauters. ‘Dan moet je

op zoek naar de originele publicatie of

je contacteert de woordvoerders en

onderzoekers achter het project. Best

controleer je ook het onderzoek zelf.’

‘Vakbladen werken met peer reviews.

Hierbij controleren onafhankelijke

onderzoekers het wetenschappelijke

artikel. Enkel wanneer er een review is,

kan een stuk in een vakblad gepubliceerd

worden’, voegt Wauters eraan toe.

‘Als een arts opmerkt dat het merendeel

van zijn patiënten met ademhalingsproblemen

in de buurt van de ring

wonen, dan is dat geen onderzoek maar

nattevingerwerk.’ Toch is een officieel

gepubliceerd rapport geen garantie op

correcte conclusies.

Hoe weet je dan of een onderzoek correct

is? 'Daarvoor bestaan metastudies.

Dat zijn studies over studies. Ze zoeken

een algemene lijn bij onderzoeken over

een bepaald thema. Er bestaan ook

schalen gebaseerd op het aantal keren

dat een publicatie gemiddeld geciteerd

wordt. Maar een vakblad over Nederlandse

literatuur zal minder geciteerd

worden dan een internationaal wetenschapsmagazine,

wat niet betekent

dat het blad onbetrouwbaar is’, zegt

Wauters.

Het populairwetenschappelijk blad EOS

verhuisde begin dit jaar van Medialaan

- De Persgroep Publishing naar een

eigen onafhankelijke vzw. Hoofdredacteur

Raf Scheers settelde zich met zijn

redactie in Antwerpen. Volgens Scheers

blijft het maandelijkse tijdschrift sterk

staan dankzij diversificatie en samenwerking.

Naast een print- en onlineversie

investeert EOS in verschillende

projecten. Zo heeft het met iedereenwetenschapper.be

een platform voor

burgerwetenschap. Verder startte het

tijdschrift het onlineonderzoek EOS Tracé

dat de herkomst en impact van onze

voeding achterhaalt. De meest recente

creatie is de podcast Vraag het aan.

‘Als een pil kanker bij

ratten geneest, zet dan

niet in je kop dat

het geneesmiddel voor

kanker er bijna is.

Ook zieke mensen lezen

de krant’

Koen Wauters

‘Maar je moet natuurlijk al die inhoud

nog tot bij de lezer krijgen’, merkt

Scheers op. ‘Daarvoor zijn nieuwsbrieven

erg belangrijk. We gebruiken die voor

al onze platformen. Onze tweewekelijkse

nieuwsbrief voor EOS Wetenschap

bereikt 50.000 abonnees. Die invloed is

niet te onderschatten.’ EOS heeft ook een

eigen extra verdienmodel voor advertenties,

namelijk aparte nummers onder

de titel A-Special. Die minimagazines

bevatten gesponsorde stukken. ‘Toch is

er een duidelijk onderscheid tussen onze

artikels en de branded content. Dat is

nodig voor onze geloofwaardigheid.’

Scheers’ redactie bestaat vooral uit

journalisten, op enkele uitzonderingen

na. Volgens de hoofdredacteur is

iemand met een wetenschappelijke

achtergrond én een vlotte pen eerder

zeldzaam, maar door die zeldzaamheid

net erg gewild. Hij benadrukt dat de

belangrijkste kwaliteiten nieuwsgierigheid

en interesse zijn.

‘Journalisten die de overstap willen

maken naar wetenschapsjournalistiek

specialiseren zich het best. Er bestaan

zoveel disciplines: astronomie, psychologie,

milieu. Als je kennis en expertise

binnen een domein opbouwt, is dat

een aanwinst. Het risico daarvan is dat

je een tunnelvisie krijgt. Een brede kijk

blijft een must. Vooral in België', merkt

Scheers op. 'Er zijn nu eenmaal minder

wetenschapsjournalisten, waardoor er

meer algemene kennis verwacht wordt.

In Nederland kun je je meer specialiseren.’

Pepijn van der Gulden is journalist bij

Quest Nederland met een diploma

Politicologie en Sociologie. Hij laat zich

door zijn eigen interesse leiden om te

bepalen wat hij schrijft. Dat gaat van

de samenstelling van frikandellen tot

de beste methode om je vaatwasser te

legen. Hij beaamt dat een passie om bij

te leren belangrijker is dan een harde

wetenschappelijke achtergrond.

Van der Gulden benoemt twee grote verschillen

tussen wetenschapsjournalistiek

in Vlaanderen en Nederland. ‘Nederland

is groter en heeft meer potentiële

lezers, waardoor we op redacties meer

wetenschapsjournalisten aannemen.

Bovendien hebben we ook de Vereniging

voor Wetenschapsjournalistiek en Communicatie

Nederland (VWN). Ik ben zelf

ook lid. We organiseren onder meer activiteiten

en bijeenkomsten voor leden.’

De VWN accepteert ook Belgische

journalisten, maar er is dus geen equivalent

in ons land. Toch zien Scheers,

Wauters en van der Gulden wel heil

in een aparte Vlaamse of Belgische

vereniging.

Net zoals EOS diversifieert ook Quest. Zo

brengt de redactie een jongerenblad

uit met toegankelijke taal en illustraties.

‘Een jongereneditie is voordelig, want je

kan artikels recycleren.


Soms verschijnen stukken zowel in de

volwassenen- als jongereneditie’, vertelt

van der Gulden. Het Nederlandse blad

werkt ook regelmatig samen met andere

partners. Zo ontwikkelde Quest met

speelgoedbedrijf Yalp een pakket met

quizvragen voor kinderen.

Volgens van der Gulden zijn er voordelen

verbonden aan wetenschapsbladen. ‘Ik

heb nog stage gelopen bij De Volkskrant.

Wetenschapsjournalisten bij algemene

bladen zijn meer gebonden aan strakke

deadlines om hun feiten te verzamelen,

waardoor je minder je tanden kan zetten

in een stuk. Extra tijd is in de journalistiek

altijd mooi meegenomen, maar zeker bij

een constant bewegende wereld als die

van de wetenschap.’

‘De belangrijkste kwaliteit voor een

wetenschapsjournalist is dat je complexe

concepten begrijpbaar kan maken voor

iedereen. Dat betekent korte, heldere

paragrafen zonder al te veel vakjargon’,

zegt van der Gulden. ‘Wat vanzelfsprekend

is voor de ene, is Chinees voor de

andere. Communiceren over wetenschap

is een kunst, daarom is het ook een apart

vakgebied. Kunst perfectioneer je door

te oefenen. Een wetenschapsjournalist

vertaalt ingewikkeld ver-van-mijn-bednieuws

naar de persoonlijke leefwereld

van de lezer. Bij Quest doen we dat door

wist-je-datjes. Mensen delen vaker dan je

denkt interessante weetjes aan de tap of

keukentafel.’

b 07.2019

P063

Illustratie Pol Cosmo


Opnameomstandigheden belasten het lichaam

Niet gezwoegd,

geen beeld of klank

Zwaar opnamemateriaal in je nek, koukleumen in de regen

en onregelmatige uren. Camera- en klankmannen moeten

fysiek in vorm zijn om hun job uit te oefenen. ‘Ik heb geen

enkele collega zonder rugklachten’, klinkt het bij klankman

Koen De Leeuw. Ook cameraman Hans De Baere ondervindt

hoe belastend zijn job kan zijn voor het lichaam.

b 07.2019

P064

TRIGGER

Op 11 juli 2019 neemt

Kris Van Dijck ontslag

als Vlaams Parlementsvoorzitter.

Tijdens zijn

vlucht naar de auto

rent Wetstraatjournalist

Pieterjan De Smedt hem

letterlijk achterna. Zijn

cameraman moet maar

meehollen.

door Lotte De Bock

‘Als klankman moet je in goede conditie zijn’,

zegt Koen De Leeuw. ‘Sommige situaties

vragen veel van het lichaam.’ Cameraman

Hans De Baere bevestigt dat: ‘Lichamelijk

moet je hoe dan ook paraat zijn, dat is een

voorwaarde voor je job. Ik werk met zware

broadcastcamera’s die zo'n tien kilogram

wegen. Soms draag ik een hele dag een

zwaar statief op mijn schouder, wat fysiek

zeer belastend is. Maar je lichaam went

eraan omdat je er al op jonge leeftijd mee

start.’

Lichamelijke klachten

Koen De Leeuw heeft twee hernia’s en volgt

elke week rugrevalidatie. ‘Veel collega’s

hebben hetzelfde probleem en werden

zelfs geopereerd aan hun schouders. Ik ken

geen enkele klankman zonder rugklachten.

Ik train niet om mijn lichaam fit te houden,

want mijn job is al een goede training op

zich.

‘Ik train niet om mijn lichaam

fit te houden, mijn job is al

een goede training op zich’

Koen De Leeuw

De meeste camera- en klankmannen zijn al

door hun werk gespierd.’ Ook cameraman

Hans De Baere traint niet in het bijzonder

voor zijn job. ‘Ik heb wel hobby’s zoals ijshockey,

klimmen en lopen. Ik kan me voorstellen

dat een cameraman die gamet in zijn vrije

tijd, wel nog extra traint om zijn lichaam in

vorm te houden.’


Soms moeten klank- en cameramannen

gevaarlijke opdrachten uitvoeren.

‘Zo filmde ik onlangs vanuit een helikopter.

Het is dan handig dat je geen hoogtevrees

hebt’, vertelt De Baere. ‘Vroeger

filmde ik op wielerwedstrijden, maar daar

ben ik mee gestopt omdat het heel belastend

is voor de rug. Er zijn ook te veel

risico’s aan verbonden. Enkele jaren geleden

had ik een zwaar ongeval tijdens een

wedstrijd met twee gebroken ruggenwervels

tot gevolg’.

Extreme weersomstandigheden

Koen De Leeuw heeft het lastig om te werken

bij extreme weersomstandigheden,

omdat de aangepaste kledij het werk

dan bemoeilijkt. ‘In maart film ik twee

weken in Lapland bij -20 graden Celsius.

Maar dankzij een goede voorbereiding is

het wel haalbaar om jezelf ertegen te beschermen.’

De Baeres cameramateriaal

werd al eens beschadigd door hevige regen.

‘Extreme weersomstandigheden beïnvloeden

vaak mijn werk, maar soms kan

je niet anders dan buiten filmen. Ik hou bij

de keuze van mijn opdrachten het weer

zo veel mogelijk in het achterhoofd. Tegen

extreme hitte kan ik bijvoorbeeld niet. Ik

zal niet snel een job aanvaarden waarbij

ik in Indonesië moet filmen bij 40 graden

Celsius. Maar laat mij enkele weken naar

Alaska gaan, dat zal wel lukken.'

b 07.2019

P065

Illustratie Pol Cosmo


Augustus

Fotograaf

Lars

Crommelinck

Zoveel mogelijk clicks

‘De wei van Pukkelpop stond lang voor het optreden van Billie Eilish al afgeladen vol. Iedereen wilde haar zien. Nog nooit

zag ik de mainstage zo stampvol staan. Op de mainstage gebeurt het wel vaker dat artiesten wat later opkomen. Plots

kwam Billie Eilish zonder aankondiging het podium opgestapt. Ik had mijn korte lens nog op, en niet mijn zoomlens die ik

gebruik om artiesten op het podium te fotograferen. Als fotograaf krijg je maar drie minuten om foto’s te nemen. Dan is het

dus heel belangrijk dat je gewoon zoveel mogelijk clicks hebt. Al die fans zullen me voor de rest van mijn leven bijblijven.

Al voor het begin van haar concert stonden ze allemaal vol zenuwen te wenen. Het geschreeuw was werkelijk ongelofelijk.

Het was de eerste keer dat ik een koptelefoon heb opgezet omdat het geschreeuw en het geluid van de mainstage zo oorverdovend

was. Deze foto heb ik net voor het concert genomen. De twee meisjes waren aan het wenen van paniek, maar

ook van geluk. Ik betwijfel of ze veel van het concert gezien hebben. Ik heb al heel wat artiesten gefotografeerd, maar Billie

Eilish blijft voor mij hét concert en de verrassing van 2019.’



Het Amazonewoud brandt

(+) Bjorg Lambrecht

Meest geklikt

van de maand

Tweets

van de maand

Cover

van de maand

De verkleutering/debilisering van

de journalistiek: radionieuws @

radio1 opent met twee panda’s

geboren in Pairi Daiza en in De

Wereld Vandaag leren we dat ze

mooi pipi en kaka doen.

Op sportmagazine.knack.be

‘Het buikje van Hazard is zijn

manier om onder extreme

druk zichzelf te blijven’

Eden Hazard, voetballer bij Real Madrid

en vader van vier kinderen, lijkt stressloos

door het leven te gaan. Bij zijn aankomst

op 13 juni in Madrid springt vooral

het buikje van Hazard in het oog.

Thomas D’havé beweert dat Hazards

extra gewicht een fysiologische strategie

is om stress te verminderen. Hij lijkt

het stresstype ‘habituator’ te zijn. Door

inname van hoogcalorische voeding

behoudt hij normale cognitieve alertheid.

Hans Vandeweghe

@hansvdw

9 augustus 2019

Pukkelpop heeft het vlaggen

de boze bert

@deblindebart

17 augustus 2019

Het Amazonewoud staat wekenlang in brand.

Het zou niet het laatste vuur van het jaar

worden.


De Standaard zet digitaal hoog in: een dag in

de voetsporen van de chef Audio bij De Standaard

‘Een podcast

is iets intiems’

De Standaard daagt haar lezers uit om nieuws op nieuwe

manieren te consumeren. Onder het motto Journalistiek om

naar te luisteren maakt De Standaard al meer dan drie jaar

podcasts. De krant is een voortrekker in het Vlaamse landschap

van de journalistieke podcast. Niet wachten tot de trein

vertrekt, zelf de sporen leggen. Chef Audio bij De Standaard

Wouter Van Driessche: ’Een podcast is meer dan gewoon een

stukje radio dat je later nog eens opnieuw kan beluisteren.’

a 08.2019

TRIGGER

31 augustus 2019:

De redactie van

De Standaard maakt

een doorstart met haar

vernieuwde podcast

‘dSAudio’.

door Arthur Van Belleghem

Wouter Van Driessche is chef Audio &

Video bij De Standaard. Van Driessche (42)

is een jonge oude rot in het vak. Begonnen

als man van het geschreven woord, dook hij

in 2016 de digitale wereld in. ‘Ik kan nog altijd

genieten van een goed geschreven artikel.

Met een krant ga je zitten. Je neemt je tijd

om op te gaan in het verhaal. Het is een andere

ervaring dan wanneer je een podcast

beluistert. Dat is toch een stuk persoonlijker.

Intiemer ook. Een warme, slimme stem die

je wijzer maakt of ontroert op weg naar je

werk. Heerlijk. Er is altijd wel iemand van de

redactie die de podcast in de wagen beluistert

als die online verschenen is. Dat is de

autotest. Op zo’n moment ben je natuurlijk

met het verkeer bezig, maar toch krijg je nog

iets interessants mee onderweg. Als het in

de wagen goed klinkt, dan weten we dat we,

technisch alvast, een goede podcast hebben

afgeleverd. Er zijn luisteraars die ons al

lieten weten dat ze onze podcast opzetten

zodra ze hun motor starten. Dat vind ik een

geweldige gedachte. Dat we op heel nieuwe

momenten – waarin lezen geen optie is

- contact maken met mensen.’

Een klein uur later dan gepland - ‘de eerste

afspraak van de dag liep al meteen uit, sorry’

- komt Van Driessche toe op de redactie.

Gehaast maar met een glimlach stapt hij

de lift in. Blindelings duwt hij op knop drie.

‘Eerst koffie halen.’ Een stomende mok rijker

daalt Van Driessche twee etages af naar de

redactie.

‘Een warme, slimme stem die

je wijzer maakt of ontroert

op weg naar je werk.

Heerlijk.’

Wouter Van Driessche

Zijn bureau staat op een meter of drie van

het audio-eiland. Daar zijn op dat moment

al zes mensen hard aan het werk. Veel

woorden vallen er niet. ‘Onze trein rolt ondertussen

vlot. Iedereen weet waar we mee

bezig zijn en kent haar of zijn taak. Op dit

moment hangen er een achttal podcasts in

de lucht. Het proces beginnen we onder de

knie te krijgen. En voor de rest komt het erop

aan heel flexibel te zijn. Ik maak ’s ochtends

geen vast plan voor de dag. Ik stap veeleer

in een planning die continu verandert. Doorheen

de dag werken we dingen af en komen

er dingen bij. En op goede dagen ontdekken

we ook dingen. Audio is nieuw terrein voor

de krant.’

P069


P070

a 08.2019

Niet brandend actueel

De inspiratie voor de podcasts ligt vaak

in de ochtendvergadering van de redactie.

Een terugblik op de krant van

vandaag, een vooruitblik op de krant

van morgen. De chef Audio heeft op

die vergadering een eerder passieve

rol. Hier en daar werpt hij een balletje

op, maar hij luistert vooral naar wat er

speelt op de redactie. ‘Als ik na dat uurtje

vergaderen buitenwandel, heb ik een

vijftal ideeën neergetikt in een notitie

op mijn smartphone. Dan maak ik even

een rondje op de redactie. Als ik van de

economische ploeg een verhaal hoor

waarvan ik denk: daar zit een podcast

in, dan ga ik daar even mijn oor te luisteren

leggen. Als er nog telefoontjes op

de planning staan, vraag ik altijd of de

redacteur in kwestie ons daarvan op de

hoogte kan houden.

‘Op een klasfoto van dS

Audio, zouden meer dan

honderd mensen staan’

Wouter Van Driessche

Zo kunnen wij het nodige doen om dat

eerste gesprek al op te nemen. Ook als

de redacteur al verder staat met zijn of

haar stuk, bekijken we inhoudelijk of een

podcast een meerwaarde zou kunnen

bieden.’ De podcasts van dS Audio sluiten

dus wel altijd nauw aan bij de actualiteit,

maar toch zijn de verhalen bewust

niet brandend actueel. ‘We willen uiteraard

niet de concurrentie aangaan met

de berichtgeving op de klassieke radio.

Daarvoor kunnen wij niet kort genoeg op

de bal spelen. Daarnaast moet je er ook

rekening mee houden dat onze podcast

niet alleen verspreid wordt via onze digitale

krant en website, maar dat wij ook

te vinden zijn op streamingsdiensten als

Spotify en Apple Podcasts. Mensen die

ons ontdekken en door onze catalogus

scrollen, worden hopelijk twee weken

later nog altijd getriggerd om naar een

podcast te luisteren. Daarom hebben wij

wel actuele thema’s, maar proberen we

in onze insteek wat tijdlozer te zijn.’

‘Op een klasfoto van de redactie van

dS Audio zouden meer dan honderd

mensen staan. In principe werken we

met heel de redactie samen. Elke redacteur

die denkt met de podcast iets te

kunnen toevoegen aan haar of zijn stuk

is welkom. Soms zijn dat twintigers. Soms

zestigers. Soms beide samen.’ Toch is er

een toegewijd dS Audio-eiland. Daar lopen

de rollen sterk door elkaar. Research,

voorbereidende interviews, een script

uitwerken. Iedereen moet een beetje

van alle markten thuis zijn. ‘Onze redactieleden

zijn echte manusjes-van-alles.

Daar is heel onze workflow op gebouwd.

Terwijl links iemand de laatste patches

in de podcast van morgen plakt, telefoneert

rechts iemand voor een podcast

van volgende week. Ook wie het script

uitwerkt, heeft een belangrijke taak. Dat

script is vrij uitgebreid en gedetailleerd

trouwens. Niet alleen onze vragen, maar

ook de antwoorden van de interviewees,

meestal de redacteur van het verhaal,

werken we in overleg in bulletpoints uit.

Dat helpt ons niet alleen het ritme van

onze podcast te bepalen, het brengt ook

de nodige structuur voor de opname.

Door onze voorbereiding kunnen we een

opname meestal in zo’n veertig minuten

inblikken. Uiteraard is er ruimte voor

vragen die toch nog spontaan ontstaan,

maar daar hangt het eindresultaat nooit

van af. Door die manier van werken, weten

redacteurs dat we geen uren beslag

leggen op hun agenda. Heel belangrijk

op een krantenredactie, waar nooit iemand

tijd te veel heeft.’

Moeilijke doelgroep

De podcast van De Standaard slaagt

erin om een nieuw publiek aan het medium

te verbinden. ‘De luisteraars van

podcasts zijn bovengemiddeld jong,

mensen in het spitsuur van hun leven.

Zij vinden vaak minder tijd om nieuws te

consumeren via de klassieke kanalen.

De podcast biedt daar een perfect alternatief

voor. Uit reacties leren we dat de

podcast zowel informerend als ontspannend

werkt. We lanceerden onze dagelijkse

podcast vorig jaar met de slogan

Journalistiek om naar te luisteren. En we

legden uit wat een podcast was en waar

en wanneer mensen konden luisteren:

onderweg, tijdens het sporten of bij het

huishouden. Podcasts waren toen nog

helemaal niet zo’n vanzelfsprekend begrip

als vandaag. Een jaar later merken

we dat het medium echt doorgebroken

is en dat het publiek snel groeit.’ dS Audio

biedt niet alleen voor het eigen huis

een grote meerwaarde. De luisterstukken

van De Standaard introduceerden

ook de krantenlezers in de wereld van

de podcasts. Vandaag haalt de podcast

van De Standaard alleen al gemiddeld

zo’n 10 000 unieke downloads en beluisteringen

per aflevering, met pieken tot

20 000 en meer.

‘Vroeger moesten we

eerst de tl-buizen uit

het plafond draaien

omdat die in onze

opnames zoemden’

Wouter Van Driessche

Rond een uur of twee komen Jan Delvaux

en Jimmy Dewit de redactie binnengewandeld.

Ze komen een podcast

opnemen ter promotie van hun nieuwe

Belpop Bonanzashow. Van Driessche

verwelkomt de twee heren hartelijk en

vrijwel meteen trekt het drietal richting

derde verdieping, waar naast de cafetaria

ook de opnamestudio zit. Daar

heeft Joris Van Damme (34) de apparatuur

al in gereedheid gebracht. Ook Lise

Bonduelle (27) sluit zich bij het gezelschap

in de studio aan. Zij voert vandaag

het gesprek met de gasten.

De studio is niet groter dan de gemiddelde

studentenkamer. Zwarte gordijnen

bekleden de muren. Tegen de wand recht

tegenover de deur staat een bureau met

de computer waar Van Damme de opname

technisch volgt en stuurt. Op twee

tafels in het midden staan twee tablets

en zijn drie microfoons geklemd. Daarop

kunnen de gasten het script van a tot z

volgen. ‘Aan het begin van de podcasts

die nu verschijnen, vraag ik de luisteraar

om een enquête over onze podcast in

te vullen’, vertelt Van Driessche. Op die

manier krijgen luisteraars inspraak in de

evolutie van de podcast. ‘Daarin vertel

ik hoe we vroeger de tl-buizen uit het

plafond moesten draaien omdat hun

gezoem onze opnames verstoorde. Intussen

zijn we erop vooruitgegaan, maar

het is echt uitkijken naar de zomer. Dan

verhuist de redactie en krijgen we een

volwaardige studio.’


Dynamiek

Voor de opname start, wordt er nog even

overlegd. Maar Delvaux en Dewit zijn er

de mannen niet naar om een script te

volgen. Bonduelle: ‘De meeste gesprekken

die we hier voeren, verlopen gestroomlijnd.

We werken met journalisten

die hun research al in een geschreven

artikel hebben verwerkt. Het is duidelijker

waar zo’n gesprek start en waar het eindigt.

Zodra dit gesprek begon, wist ik dat

dit een andere aanpak vroeg. Je moet

die mannen gewoon de vrijheid geven

om hun ding te doen, alleen zo krijg je het

beste resultaat.’ Van Driessche zit mee

aan tafel en luistert en lacht mee. Af en

toe onderbreekt hij het gelach. Er valt een

naam die te weinig duiding krijgt, in hun

enthousiasme spreken de twee gasten

door elkaar of een bekertje water valt

omver. Van Driessche regisseert. Van

Damme, die nog steeds aan de knoppen

zit, begint meteen naarstig te knippen en

te plakken. De dynamiek voelt natuurlijk

aan en toch volgt alles een duidelijk plan.

Een dik anderhalf uur opname zal uiteindelijk

resulteren in een podcast van zo’n

vijfentwintig minuten. Niet alleen schrijven

is schrappen.

‘Wij kruipen in het oor van

onze luisteraar. Dat is een

heel intieme ervaring.’

Wouter Van Driessche

a 08.2019

P071

Later op de dag volgt een tweede opname.

Ditmaal komt redactrice Sarah Vankersschaever

praten over een stuk over

narcisme dat ze voor de krant schreef. Dit

gesprek verloopt gestroomlijnder dan de

opname hiervoor. ‘Vandaag hebben we

weer twee podcasts kunnen opnemen.

Die schonen we nu op en verrijken we

met onze huisstijl. De jingle en achtergrondmuziek

zijn van de hand van Brecht

Plasschaert, de toetsenist van onder andere

Marble Sounds. Er gaat bewust een

zekere melancholie uit van muziek van

dS Audio. We besteden daar veel zorg

en aandacht aan. We kruipen figuurlijk,

maar vaak ook letterlijk in het oor van

onze luisteraars. Dat is een heel intieme

ervaring.’ Met een glimlach verlaat iedereen

de opnamestudio. Morgen is weer

een nieuwe dag.

FOTO BOVEN: Wouter Van Driessche is na zijn printverleden een kenner en liefhebber geworden van de digitale

journalistiek

FOTO ONDER: Lise Bonduelle, Jimmy Dewit, Wouter Van Driessche en Jan Delvaux keuvelen er rustig op los tijdens

een speciale podcast voor de nieuwe Belpopshow, in en over Ancienne Belgique

(Foto's: Arthur Van Belleghem)


September

Fotograaf

Kristof Ramon

Peloton rolling through town

‘Deze foto is genomen tijdens de 17de etappe van La Vuelta a Espana 2019. Tijdens de Vuelta doorkruist het peloton

met enige regelmaat dorpjes die amper bewoond zijn. Wanneer het peloton het dorp binnenrijdt, zijn de straten dus

niet overladen met enthousiaste fans. De fans-bewoners zaten al enige tijd klaar om de coureurs te zien passeren.

Waarschijnlijk zaten ze daar een uur later nog … Er is per slot van rekening geen gebrek aan tijd in deze dorpen.’


P073


Sms-actie baby Pia

Faillisssement Thomas Cook

Meest geklikt

van de maand

Tweets

van de maand

Cover

van de maand

Is er al iemand die weet hoeveel

de tickets voor de 3e afscheidsshow

van Kim Clijsters in het

Sportpaleis zouden kosten ?

Tom Adriaenssens

@TomA3aenssens

12 september 2019

35-jarige vrouw vermoord

in Zoersel, 49-jarige man

gearresteerd

In het Antwerpse Zoersel is een 35-jarige

vrouw om het leven gebracht. De

moordenaar zou haar partner zijn, een

man van 49 jaar oud. De politie arresteerde

hem direct na de feiten. Het

koppel woonde nog maar drie weken in

het appartement waar de moord gebeurde.

Tragiek: Greta Thunberg,

woedend, boos, beschuldigend,

bezwerend.

Hypocrisie: luidruchtig applaudisserende

vips die daarna gewoon

hun bevoorrechte leventje

verderzetten. Een schitterend

portret van onze tijd.

Rik Torfs

@torfsrik

23 september 2019

De Brexit-saga gaat door. Boris Johnson zou

orde in de chaos moeten brengen


De brilscore

Column

door Arthur Van Belleghem

Een fluitsignaal weergalmt doorheen het

stadion. De thuisploeg zit al even in een

negatieve spiraal. FC Journalism weet

wat het is om de rode lantaarn van de

samenleving te zijn. Het is een tijd geleden

dat die wasbordjes nog vol sponsors

stonden. Pas afgestudeerde journalisten

kijken vaak in de richting van de private

sector, want ‘daar zit meer geld’. Alleen

de spionkop lijkt nog in een overwinning

te geloven en blijft trouw zijn abonnement

verlengen. De bal rolt gezapig over

de middellijn, van links naar rechts. Dan

weer terug. Temporiseren. Aftasten. Het

vertrouwen is ver te zoeken. De kritische

lezers zijn die afwachtende houding moe.

De thuisploeg vindt plots de moed en

het gat om een aanval op te zetten. Een

slimme pass in de diepte. Een klimaatnegationist

wordt voor een voldongen

feit gesteld. Ieders adem stokt, het gejoel

sterft abrupt weg. ‘U liegt’, schreeuwt de

verdediger. De rechtsback zag die tackle

nooit aankomen. De verdediger springt

met twee gestrekte benen vol vooruit.

‘Dat is manifest onwaar. De BBC is een

flutmedium. ‘t Is allemaal de schuld van

‘t Blok.’ De stilte verdwijnt een halve seconde

later. Een fluitconcert neemt haar

plaats in. De scheidsrechter heeft niets

gezien. Voortspelen.

te komen. Het is het soort wedstrijd waar

vaak heel wat mooie artikels bij elkaar

worden geschreven, maar negentig minuten

later is er aan het klassement niets

veranderd. Ontkracht je maandag een

leugen, dan staan er dinsdag drieëntwintig

nieuwe online. Een dag later geven

alleen een paar commentaren op

Facebook er nog om. Niemand wordt er

vrolijk van.

a 09.2019

P075

0-0. De brilscore. De thuisploeg

schreef te voorzichtig om het net te

vinden, de repliek van de tegenstanders

bleek te doorzichtig om tot scoren


Do’s and don’ts voor enscenerende persfotografen

Journalist of

regisseur?

Correcte foto’s, ze lijken simpel. Toch komt er heel wat kijken

bij een beeld dat aan alle voorwaarden voldoet. Hoever mag

een fotograaf de realiteit regisseren voor een sterker beeld?

De fotografen van het persagentschap Belga moeten zich aan

strikte regels houden. ‘Ook wij maken geënsceneerde foto’s,

maar dat is alleen oké als de foto overduidelijk in scène is gezet’,

zegt Philippe François, chef Beeld van Belga.

P076

b 09.2019

TRIGGER

Op 14 september 2019

brengt VRT-ombudsman

Tim Pauwels

duiding bij een video

op VRT NWS omdat die

door een journalist in

scène is gezet. Nergens

is duidelijk gemaakt

dat de politiepatrouille,

te paard op het strand,

nagespeeld is.

door Mara van den Dungen

Philippe François, chef Beeld Belga.

(foto: belgaimage/Jasper Jacobs)

Welke richtlijnen krijgt een Belgafotograaf

wanneer hij een beeld in scène zet?

Phillippe François: ‘Voor onze journalistieke

verslaggeving spelen we geen gebeurtenissen

na. Sinds tien jaar gebruiken kranten

steeds meer creatieve foto’s. Dat zijn foto's

die duidelijk in scène gezet zijn om een situatie

uit het dagelijkse leven - en nooit uit de

actualiteit - te evoceren. In de metadata (de

onzichtbare technische informatie in een fotobestand,

nvdr.) van die foto's staat duidelijk

aangegeven dat ze in scène gezet zijn. Dat

blijkt trouwens ook meteen uit de aard van

de foto. Er kan en mag geen verwarring zijn

met een actualiteitsfoto. Het produceren van

dergelijke foto's behoort niet tot de corebusiness

van een nieuwsagentschap als Belga, al

hebben we het bij gelegenheid wel al gedaan.

We commercialiseren ook creatieve foto's

gemaakt door andere agentschappen. De

vraag naar dergelijke foto's is groot en groeit

nog altijd.’

Mag een Belgafotograaf vragen om een

bepaalde actie over te doen?

François: ‘Nee, dat beschouwen we niet als

een creatieve foto, maar als een foute foto.

Wie de foto ziet, weet namelijk niet dat er iets

in scène is gezet. Een portretfoto is strikt genomen

ook in scène gezet, net als groepsfoto’s

van sportclubs, maar dat is voor iedereen

zonneklaar. In de metadata wordt dat ook

aangegeven door het woord fotoshoot.’

Heeft een Belgafotograaf ooit al eens

gevraagd om een bepaalde actie te herhalen

voor een foto?

François: ‘Ondertussen ben ik hier vijftien jaar

chef en ik kan me maar één geval herinneren.

Een fotograaf was voor een persconferentie

op het kantoor van toenmalig eerste minister

Elio Di Rupo. Hij vroeg me of hij op een foto

van Di Rupo een fles mocht verwijderen met

Photoshop. Dat heb ik toen geweigerd. Ook

de foto’s waarbij hij zelf voor het fotograferen

de fles had verplaatst, heb ik geweigerd. De

fotograaf had zich zo mogelijk zelf moeten

verplaatsen om ervoor te zorgen dat die fles

niet in beeld stond. Echte sancties daartegen

hebben we niet, omdat het ook bijna nooit

gebeurt bij ons.’

‘Journalisten zijn nog niet

voldoende gesensibiliseerd

over geënsceneerde foto’s

op het internet; hoe zouden

we dan willen dat het publiek

dat wel is?’

Moeten uw klanten de Belgafoto’s onveranderd

overnemen?

François: ‘In principe moeten ze de metadata

overnemen. Het gebeurt vaak dat redacties

onze foto’s detoureren (een foto vrijstaand

maken, de achtergrond wegknippen, nvdr.).


b 09.2019

Illustratie Pol Cosmo

P077

In elk geval moeten ze de boodschap

die op de foto staat, respecteren. Soms

worden onze foto’s gebruikt in collages.

Dan moet er montage bij staan. De lezer

moet onmiddellijk weten dat wat hij

op de foto ziet niet de werkelijkheid is.’

Heeft Belga een strenge regelgeving

in vergelijking met andere

persagentschappen?

François: ‘Ik vind van niet. Je mag niets

toevoegen of je mag de foto inhoudelijk

niet veranderen. Dat zijn duidelijke

normen die overal worden toegepast.

Bij Reuters mogen de fotografen geen

foto’s meer maken in RAW-formaat. Het

moet in JPG-formaat. Volgens Reuters

is dat een kwestie van transparantie.

In RAW zijn de bewerkingsmogelijkheden

veel groter en kun je alle kleuren

nauwkeuriger bewerken. Zo kun je de

belichting aanpassen alsof het nacht

was, terwijl het eigenlijk dag was. In

België is het niet nodig om zulke strikte

standaarden op te leggen. Onze oplossing

à la Belge is duidelijk: alle foto’s die

gemaakt zijn door Belga, worden gemaakt

door mensen met een perskaart.

Die werken volgens de deontologie van

de Raad van de Journalistiek en de

Conseil de Déontologie Journalistique.’

‘Een fotograaf vroeg of

hij op een foto van toenmalig

eerste minister Elio

Di Rupo een fles mocht

verwijderen. Dat heb ik

geweigerd.'

Kiest een Belgafotograaf zelf zijn

standpunt ter plaatse?

François: ‘Ja, onze fotografen zijn de

enige en finale auteur van hun werk.

Dat betekent dat ze zelf bepalen wat er

op de foto staat en hoe ze het in beeld

brengen. Het is hun verantwoordelijkheid

dat de afbeelding overeenstemt

met de werkelijkheid. Als op een bijeenkomst

van een politieke partij de zaal

halfleeg is en je fotografeert zo dat de

zaal vol lijkt, dan geef je geen correcte

weergave van de werkelijkheid. ’

Op het internet staan heel wat

geënsceneerde foto's.

Moet het grote publiek daar

kritischer mee omspringen?

François: ‘We moeten het publiek

daarvoor opleiden en die taak is

weggelegd voor het onderwijs. Leerkrachten

kunnen daar niet vroeg genoeg

mee beginnen. Veel studenten

journalistiek leren nog onvoldoende over

de technische aspecten van de metadata

en over correcte onderschriften.

Ook over het deontologische aspect

van visuele media staat de opleiding

nog niet volledig op punt. Journalisten

zijn daarover zelfs nog niet voldoende

gesensibiliseerd; hoe zouden we dan

willen dat het publiek dat wel is?

We moeten op dat vlak een inhaalmanoeuvre

maken. Zowel bij journalisten

als het grote publiek.’


Oktober

Fotograaf

Joel Hoylaerts

Wielemie

‘Dit beeld is genomen op de begrafenisplechtigheid van Marieke Vervoort. Na de plechtigheid wordt de kist naar buiten gedragen.

Haar ouders, zus en partner volgen de rode kist door de bomengalerij. Arm in arm. Troost zoekend bij elkaar. Met dit mooi,

aangrijpend beeld wordt Wielemie voor altijd herdacht.’



Misbruik Chirofoto’s

(+) Abu Bakr al-Baghdadi

Meest geklikt

van de maand

Tweets

van de maand

Cover

van de maand

Even nageteld. Zeven tweets over

de 39 dode mensen in Essex en

zes gaan over het feit dat het

niemand een lor kan schelen.

The Vremde Mirror

@VremdeMirror

23 oktober 2019

Op newsmonkey.be

‘W817’ seizoen 1 wordt niet

heruitgezonden en dit is

waarom

Alle seizoenen van ‘W817’ worden

regelmatig heruitgezonden op Ketnet,

behalve de eerste afleveringen. Bram

Renders, de scenarist en bedenker

van de serie, legt uit waarom. Seizoen

1 is te expliciet, de acteurs vloekten en

nemen drugs. Daarom zijn de andere

seizoenen iets subtieler.

We moeten het durven

erkennen en benoemen:

Walter De Donder is een héél

straffe acteur. Er circuleert nu

zelfs een filmpje waarin hij meer

dan twee minuten lang een

Vlaams Belang-politicus imiteert.

Arbiter

@ArbiterOfTweets

29 oktober 2019

Het impeachmentproces tegen Donald Trump

is gestart


Als de liefde

je journalistieke

pad kruist

Wat als een journalist een relatie krijgt met een invloedrijk persoon?

Dan wordt zowel de geloofwaardigheid van de journalist als van

de partner in vraag gesteld door het grote publiek. Dan ontstaat er

gevaar voor belangenvermenging. Toch vallen liefdesrelaties tussen

een journalist en een CEO, politicus, (onderzoeks-)rechter of

parketmedewerker nu eenmaal niet te vermijden. Hoe gaan de redacties

van Vlaamse kranten daarmee om.

TRIGGER

Benjamin Dalle wordt op

2 oktober 2019 Vlaams

minister van Jeugd, Media

en Brussel. Zijn vrouw Maïté

Piessen moet stoppen als

VRT-radionieuwslezer. ‘Niet

te combineren’,

vindt de hoofdredactie.

door Margot Craeymeersch

‘Tegenwoordig kijken bedrijven er nauwkeurig op

toe dat werk en privé gescheiden blijven. Relaties

op het werk liggen nu veel gevoeliger dan

vroeger’, zegt hoofdredacteur van De Standaard

Karel Verhoeven. ‘In België zijn dergelijke relaties

in bepaalde mate mogelijk, maar daardoor

moeten bedrijven soms schuiven met hiërarchische

posities zodat geliefden niet rechtstreeks

aan elkaar moeten rapporteren. Ook binnen

de journalistiek is dat zo. Je geloofwaardigheid

speelt een zeer grote rol. En ook de geloofwaardigheid

van de partner van de journalist staat

op het spel. Vaak is het even lastig voor de partner

als voor de journalist’, zegt Verhoeven.

Op de redacties van De Standaard, De Tijd en

Het Laatste Nieuws bestaan er geen geschreven

regels over relaties met iemand die een hoge

functie binnen de maatschappij bekleedt. Want

het blijft een eerder uitzonderlijke situatie. Toch

kennen alle drie de redacties in meer of mindere

mate een ongeschreven regel: je trekt jezelf

terug uit het onderwerp waar je partner mee te

maken heeft.

Dimitri Antonissen (HLN) illustreert het met een

fictief voorbeeld: ‘Stel dat iemand van onze

showbizzredactie een relatie zou hebben met

Bart Peeters. Dan kan die journaliste blijven werken

voor de showbizzredactie, maar zal ze geen

recensie over Bart Peeters’ nieuwe album schrijven.’

Bij De Standaard en De Tijd is de ongeschreven

regel strenger. Als de situatie zich daar

voordoet, kan de journalist niet langer over het

hele specifieke domein berichten. De journalist

volgt dan een ander domein. Karel Verhoeven:

‘Als je een redacteur bent die bijvoorbeeld vooral

over justitie schrijft, kan het bij ons niet dat je een

relatie hebt met iemand die een hoge functie

heeft binnen justitie of bij het parket. Dan moet

je als journalist een ander domein volgen.’ Dat

is ook zo bij De Tijd. Hoofdredacteur Stephanie

Desmedt benadrukt wel dat de journalist er niet

onder mag lijden: ‘Het is deontologisch correct

dat de hoofdredactie ervoor zorgt dat het functioneren

van de journalist niet in gevaar komt.’

(MC)

a 10.2019

P081

Illustratie Pol Cosmo


De rol van de media

in het klimaatdebat

De publieke opinie is verdeeld over de opwarming van het klimaat.

Enerzijds komen er mensen op straat die dringende maatregelen

eisen van hun regering. Aan de andere kant zijn er mensen

die de klimaatverandering negeren en politici die spreken

over klimaathysterie. De media spelen hier een belangrijke rol in.

Krijgt een mening, die volledig indruist tegen de wetenschappelijke

consensus, een plaats binnen het klimaatdebat? De moeilijke

rol van de media balanceert tussen correcte feiten en het

democratisch principe van ‘ieder zijn mening’.

b 10.2019

P082

TRIGGER

In De Morgen van

26 oktober 2019

schrijft Joël De Ceulaer

een essay over media

en identiteit.

Hij licht toe dat er in

een wetenschappelijk

debat weinig ruimte

is voor meningen.

door Levi Verbauwhede

De BBC besliste in 2014 voortaan in wetenschappelijke

programma’s mensen te weren

die algemeen aanvaarde feiten (non-contentious

issues) in twijfel trekken. Maar uit een

grootschalig onderzoek blijkt dat de zogenaamde

klimaatontkenners jarenlang meer

aandacht hebben gekregen in de internationale

media dan erkende klimatologen. Volgens

de onderzoekers ondermijnt dat de expertise

van de wetenschappers en leidt het tot

minder geloof in de effecten van de klimaatopwarming.

Dat resultaat wordt volgens hen

serieus versterkt door sociale media.

Kan je zomaar een klimaatontkenner toelaten

in een wetenschappelijk debat? Hoe ga je als

journalist te werk wanneer de centrale gast

bewezen feiten betwist? Joël De Ceulaer benadrukt

in De Morgen het verschil tussen wetenschap

en democratie. ‘Ideeën en inzichten

die manifest onjuist zijn, verdienen geen plaats

meer in het debat. Wie beweert (...) dat het

klimaat niet opwarmt door toedoen van de

mens, mogen journalisten, conform hun deontologie,

niet meer zomaar aan het woord laten.’

Bart Vanhaelewyn, verbonden aan de onderzoeksgroep

Center for Journalism Studies aan

de UGent, vindt dat het debat over klimaatopwarming

breder gaat dan enkel het wetenschappelijk

onderzoek.

De Ceulaer maakt een uitzondering voor

politici, omdat die met hun ideeën de kiezer

willen overtuigen. Vindt u dat iemand als

Jean-Marie Dedecker een plaats moet

krijgen binnen een debat rond klimaatverandering?

Bart Vanhaelewyn: ‘Als het gaat over wetenschappelijk

onderzoek over klimaatopwarming

dan moeten wetenschappers aan het woord

komen. Maar het debat over klimaatopwarming

gaat veel breder dan het onderzoek dat

aan de basis ligt. Het heeft ook te maken met

beleid; enerzijds om klimaatopwarming te vertragen

en anderzijds om de gevolgen ervan

op te vangen. Dan zijn politici wel belangrijke

experts, omdat zij dat beleid moeten uitstippelen.

Een burgemeester van een kustgemeente,

waar vraag is naar meer alternatieve energiebronnen

zoals windmolens in zee en waar de

gevolgen van een stijgende zeespiegel eerst

voelbaar zullen zijn, heeft het recht om in de

discussie betrokken te worden. Het is dus verdedigbaar

dat iemand als Jean-Marie Dedecker

een plaats krijgt in het debat. De journalist

moet erover waken dat de persoon bij zijn

domein blijft. Als hij uitspraken doet over zaken

waar zijn expertise niet is aangetoond, moet de

journalist dat durven duiden.’


Mag een 'tegenstem' verdedigd

worden in zo een complex debat?

Vanhaelewyn: ‘Tegenstemmen zijn verdedigbaar,

maar het is de taak van de

journalist om de expertise van de bron in

te schatten. De tegenstem dient geloofwaardig

en onderbouwd te zijn. De journalist

moet ook de verhoudingen tussen

voor- en tegenstanders in kaart brengen.

Hij kan toelichten dat de wetenschappelijke

consensus meer neigt naar standpunt

A dan naar standpunt B.’

Verschillende meningen zijn gezond

voor een democratie, maar onjuistheden

werken misleidend. Kan een

journalist objectief blijven wanneer

de geïnterviewde wetenschappelijke

feiten in twijfel trekt?

Vanhaelewyn: ‘Objectieve journalistiek

bestaat niet. Van zodra een journalist een

gebeurtenis observeert, gaat hij die gebeurtenis

interpreteren. Hij zal ze linken

aan zijn eigen ervaringen en expertise

over het domein en zoekt een verband

met gelijkaardige gebeurtenissen uit het

verleden. Maar neutraliteit, onafhankelijkheid

en journalistieke correctheid zijn

onontbeerlijk. Zeker bij de openbare omroep

is neutraliteit erg belangrijk. In een

discussie moeten verschillende standpunten

aan bod komen. De journalist is

wel verantwoordelijk voor de betrouwbaarheid

van de verschillende bronnen.

Onafhankelijkheid wil zeggen dat journalisten

geen politieke of economische druk

ondervinden om een bepaalde visie aan

bod te laten komen. De journalist moet

durven ingaan tegen heersende politieke

opvattingen, zonder te moeten vrezen

voor sancties. Journalistieke correctheid

houdt in dat de redactie de eindverantwoordelijkheid

draagt voor wat er in het

nieuwsitem aan bod komt. Als een bron

een duidelijke fout maakt of een misleidende

boodschap brengt, dan is het de

taak van de journalist om dat te toetsen

of achteraf recht te zetten.’

Opiniestukken over het klimaat zetten

vaak kwaad bloed op sociale media.

Gelden er soepelere regels bij columns?

Vanhaelewyn: ‘Bij opinies geldt het recht

op de vrijheid van meningsuiting. Over

meningen kan gediscussieerd worden,

maar ze mogen op zich niet geweerd

worden. Maar als er in opiniestukken feiten

aangehaald worden die aantoonbaar

vals of misleidend zijn, dan moet de journalist

dat expliciet verduidelijken aan het

publiek.’

Hoe belangrijk is de rol van de media

op de publieke opinie? Zij dragen een

grote, vaak onderschatte verantwoordelijkheid

en beïnvloeden onder

andere het stemgedrag.

Vahaelewyn: ‘Media blijven veel impact

hebben, maar zitten in een andere positie

dan vijf jaar geleden. De impact van

sociale media is sterk toegenomen en

heeft voor een deel de nieuwsmedia als

kritische tussenpersoon - de ‘gatekeeper’

- omzeild. Dat ervaar je ook in de berichtgeving

rond de klimaatopwarming.

Steeds meer communicatie van politici

of opiniemakers gaat rechtstreeks naar

het publiek, zonder kritische filter vanuit

de nieuwsmedia. Zo lopen journalisten

achter de feiten aan en kunnen ze pas in

tweede instantie een factcheck doen.

‘Objectiviteit

is een problematisch

concept binnen

journalistiek’

Dat leidt ertoe dat de journalist een kleinere

impact heeft dan wanneer hij de

controle bezit over de primaire boodschap.

Daarnaast is de perceptie over

journalistiek sterk veranderd en staat de

betrouwbaarheid onder grote druk. Vanuit

de politiek, en dan vooral vanuit extreemrechtse

hoek, wordt de rol van de

nieuwsmedia steeds meer ondermijnd.

Het beeld wordt gecreëerd dat journalisten

vooringenomen en linkse activisten

zijn. Dat kan ertoe leiden dat journalisten

bewust of onbewust een zekere druk voelen

om extreemrechtse standpunten aan

bod te laten komen en om die minder

kritisch te benaderen. Die veranderingen

gaan erg snel, waardoor journalisten en

nieuwsmedia zich nog onvoldoende hebben

kunnen aanpassen aan de gewijzigde

verhoudingen en rollen.’

Rechtse politici minimaliseren wel vaker

de klimaatproblemen. Uit recente

conclusies van het Noorse Instituut voor

Natuuronderzoek blijkt dat er een relatie

is tussen conservatisme, xenofobie en

ontkenning van de klimaatverandering.

Nationalistische partijen betwisten de

wetenschap rond klimaatverandering

en spotten gemakkelijk met partijen en

mensen die zich ervoor inzetten, zoals

Greta Thunberg. Extreemrechts werd

de tweede grootste partij in Finland na

de recente parlementsverkiezingen.

Ze voerden onder andere campagne

tegen klimaatacties. De radicaal-rechtse

Duitse partij AfD gebruikt

klimaatontkenning bewust als campagnestrategie.

Ook in België zien we

bij N-VA en Vlaams Belang dezelfde

opmerkingen en bewuste strategieën

verschijnen. Ze delen die zelf via sociale

netwerken waarna hun boodschap

(on)bewust verspreid wordt door de

media.

Journalisten zullen zich continu moeten

aanpassen en zich behoeden voor de

snelle verspreiding van nieuws op sociale

platformen.

Illustratie Pol Cosmo


November

Fotograaf

Sander

de Wilde

Kunstig protest

‘Bezuinigingen in de cultuursector raken ons allemaal. Toen ik hoorde dat er een protest zou zijn voor het Vlaams

Parlement - terwijl daar een vergadering bezig was - zorgde ik er dan ook voor dat ik erbij was. Naast de reguliere

protestbeelden, ging ik op zoek naar portretten van jonge kunstenaars. Dit groepje KSO-studenten (allen rond de 15

jaar), meeschreeuwend met de demonstratie, geschrokken van de camera, gaf me een beeld waar de jeugdigheid

en levenslust vanaf springt.’ Hoewel je helemaal links nog net een bekende Vlaamse actrice ziet die vaak in het middelpunt

van de belangstelling staat, gaat op dit beeld toch alle aandacht naar de jeugd. Heerlijk!’



Frozen 2

Besparing Jambon

Meest geklikt

van de maand

Tweets

van de maand

Cover

van de maand

Valentijnsdag, Moederdag, Vaderdag,

Halloween, Thanksgiving,

Black Friday, Kerstmis.

Elke Amerikaanse traditie die wij

hier laten infiltreren gaat over

meer spullen en veel vreten.

Hartverwarmend.

Op rektoverso.be

Wie nu verbaasd is over

de cultuurbesparingen, heeft

de voorbije jaren niet goed

opgelet

Rachida Azis en Christophe Callewaert

zijn niet boos op cultuurminister Jan

Jambon. Ze verwijzen naar de ‘culture

war’ die de N-VA al jaren voert tegen

alles wat vreemd aanvoelt voor de

Vlaming. Volgens hen gaat het niet om

besparingen, maar om de Vlaamse

regering die wraak neemt op de cultuursector.

Esther

@EstherAlora

29 november 2019

Wat een talenkennis toch …

de max. En @RomeluLukaku9

heeft meer dan gelijk. Het publiek

moet stoppen met de aap uit

te hangen. #Uefa moet harder

optreden of het stopt nooit.

#racisme

Olijfblad

@OlivierCaluwe

29 november 2019

Jonge voetballers bij Berchem Sport weigeren

naakt met hun ploegmaten te douchen en

mogen niet meer meetrainen.


*Ping* *Tsjilp* *Bzzz*

Column

door Mara van den Dungen

De gsm trilt en pingt in mijn handen, terwijl ik

mijn statusupdate van de dag typ. Ik ben 15

jaar oud en zit aan de keukentafel. Grammaticaal

schort er van alles aan mijn berichten,

maar dat deert me niet. Voor mij telt enkel de

lokroep van vlugge prikkels. Zodra ik een trilling

hoor, voel, of denk te voelen, schiet mijn

hand naar mijn smartphone. Licht het scherm

op, dan ga ik als een ekster op zoek naar

iets moois. En dat tot grote ergernis van mijn

moeder. ‘Leg dat ding eens weg’. Ze vraagt

het eerst vriendelijk, daarna dwingender, tot

wanneer ze tenslotte haar geduld verliest en

er een uitbarsting volgt.

Zoals een taai stuk kauwgom dat hardnekkig

aan je schoenzool kleeft, hechten de talloze

afleidingen zich aan mijn dagelijkse leven.

De meldingen zijn net magneten en ik ben de

koelkast.

Koppig blijf ik werken aan deze tekst. Opnieuw

en opnieuw. Ik verteer, herkauw en slik door

om het vervolgens weer uit te spuwen op dit

blad. *Ping*. Nee, deze keer niet. Ik zet mijn

gsm in stille modus. *Bzzz bzzz*. Oké, dat was

een leugen, hij staat op trillen. *Bzzz bzzz*. En

met die laatste trilling weet ik dat ik de strijd

verloren heb. Ruis-Mara: 1 - 0.

a 11.2019

De strijd van mijn moeder heeft geen vruchten

afgeworpen. Ondertussen zijn we acht

jaar verder en ben ik studente journalistiek.

Ga ik naar een les, dan zit mijn gsm zelfs niet

meer in mijn tas. Het elektronische gadget is

dezer dagen vergroeid met mijn vingers en

verdwijnt nooit uit mijn blikveld. Verschrikkelijk

vind ik dat. Zelfs terwijl ik deze tekst schrijf,

lukt het mij maar niet om het ding te negeren.

*Ping*. Weer een melding van Facebook. Of is

het Instagram? Of toch Twitter? Nee, Twitter

was het niet, dat doet *Tsjilp tsjilp*. Houdt het

nog op? Die exuberante stroom van ruis die

via mijn smartphone mijn leven dirigeert?

P087

Hoe krijg je in hemelsnaam nog je werk gedaan?

Als ik research doe voor een artikel, dan

zit ik binnen de tien minuten op een of andere

website die me alles vertelt over het exploderendhoofdsyndroom.

Ook nu fascineert een

filmpje mij. Hoe maak je een gitaar uit 36 pakjes

kant-en-klare noedels? Nutteloze informatie

die me op geen enkele manier verder helpt

met mijn vooropgestelde doel. Maar waarom

mijn gsm niet gewoon op stil zetten? Omdat

ik als journaliste in opleiding ieder moment

een belangrijke telefoon of e-mail kan krijgen.

Probeer het maar: een lang interview uittypen

terwijl je iedere vijf minuten een e-mail, sms,

telefoon of pushbericht ontvangt.

(foto: Arthur Van Belleghem)


Hoeveel geld

krijgt de Vlaamse

journalistiek van

overheden?

Het beeld over subsidies voor Vlaamse journalistiek is wazig.

De verdeling van Vlaamse overheidsgelden is transparanter. Vooral

onrechtstreekse steun door financiële vrijstellingen blijft voor velen

een ver-van-mijn-bedshow. Het belang van die vrijstellingen is niet

te onderschatten.

P088

b 11.2019

TRIGGER

Op 14 november 2019

klaagt Apache.be de

ruime dotaties voor

grote mediabedrijven

aan. Die steun zou er

ook moeten zijn voor

onafhankelijke journalistiek,

vindt Apache.

door Arno Meijnen

Tussen 2015 en 2016 stegen de subsidies aan

media vanuit de Vlaamse overheid fors: van 291

miljoen euro naar 348 miljoen euro. De laatste

vier jaar bleven diezelfde subsidies relatief stabiel.

In het geval van de openbare omroep daalde het

budget in 2016 met vijf miljoen euro. Dit jaar krijgt

de openbare omroep nog eens zo’n zes miljoen

minder dan vorig jaar. De trend is duidelijk.

Vorig jaar besliste minister van Media Benjamin

Dalle generiek zes procent te besparen op het

beleidsveld Media. De Vlaamse Regulator voor

de Media (VRM) en de VRT krijgen hierbij een apart

besparingstraject opgelegd waarbij ze procentueel

minder moeten besparen. Het bleef niet

overal bij besparingen. Zo verdween het Vlaams

Journalistiek Fonds en de Mediacademie Journalistiek.

Btw-beleid

Vanuit het federale niveau worden Vlaamse media

onrechtstreeks gesteund door onder andere

een nultarief voor btw. En in principe worden alle

soorten media nu gelijk behandeld op vlak van

btw, zowel papier als digitaal.

Toch wordt die vrijstelling ten aanzien van journalisten

in de praktijk niet altijd toegepast. Sinds

2017 voeren de Vlaamse mediagroepen Mediahuis,

DPG Media, Mediafin en Roularta hun eigen btwbeleid.

Ze beschouwen hun contracten met

freelancers – zowel redacteuren als fotografen –

niet langer als contract voor uitgave, en vragen

hen in het verlengde daarvan om voortaan

te factureren met btw. Die mediagroepen zeggen

dat te doen in functie van interne administratieve

vereenvoudiging.

Pol Deltour, nationaal secretaris van de Vlaamse

Vereniging van Journalisten (VVJ), betreurt sterk

wat de grote Vlaamse mediagroepen doen.

‘Jammer genoeg worden de btw-vrijstellingen

voor journalisten zelden toegepast’, zegt hij. ‘Maar

sommige journalisten staan sterk in hun schoenen

en passen het nul procent-tarief wel toe.’

Deltour heeft geen cijfers over wat de btw-vrijstelling

concreet inhoudt. ‘Die berekening hebben we

nooit gemaakt. En wellicht houdt de FOD Financiën

die cijfers ook niet meteen bij.’

Distributie

Het andere cadeau aan de Vlaamse journalistiek

is de steun aan Bpost. De geschatte jaarlijkse overheidssteun

aan Bpost voor die distributie zou zo’n

170 miljoen euro zijn, volgens Apache.be. Kranten

en magazines genieten daardoor van een kosteloze

verdeling. ‘De exacte bedragen die naar Bpost

gaan voor de distributie van kranten en magazines

worden niet publiekelijk bekend gemaakt’, zegt

Francis Soulliaert, communicatieverantwoordelijke

van de VRM. Nog heel wat vraagtekens dus.

Nog een vrijstelling voor de journalistiek is de Tax

Shelter. Soulliaert: ‘Tax Shelter staat open voor journalistieke

audiovisuele werken, zoals een documentaire.

Om in aanmerking te komen voor het

systeem moet het werk wel erkend worden door

de bevoegde diensten van de Vlaamse Gemeenschap.’

Vlaamse media krijgen dus behoorlijk wat financiële

vrijstellingen. Onduidelijkheid daarover zorgt

voor frustratie bij de onafhankelijke media.


Bronnen: Vlaams Parlement, VVJ

420

400

EURO

380

360

340

320

300

280

260

240

220

200

180

160

140

120

100

80

60

40

20

0

2014 2015 2016 2017 2018 2019 2020

(begroting)

jaar

= subsidies media Vlaamse overheid,

in miljoen euro

= Overheidssteun VRT,

in miljoen euro


‘Jonge vrouwen zijn

risicogroep voor

online-intimidatie’

Door de opkomst van sociale media komen er steeds meer nieuwe

manieren om journalisten online te intimideren. ‘Door intimidatie

komt de persvrijheid onder druk te staan’, zegt professor

Sarah Van Leuven (UGent). Ook MO*hoofdredacteur Gie Goris

deelt zijn ervaring over onlinebedreigingen.

P090

c 11.2019

TRIGGER

Op 5 november 2019

vindt aan de UGent

het derde International

Press Freedom Seminar

over on-/offlineintimidatie

bij

journalisten plaats.

door Lotte De Bock

Uit onderzoek van het Center for Journalism

Studies uit 2018 blijkt dat zeker een op de vijf

journalisten in het kader van zijn beroep al in

aanraking kwam met intimidatie. Er bestaan

verschillende vormen van online-intimidatie,

zoals doxing, hate speech of cyberstalking.

Doxing verwijst naar het online plaatsen van

privé-informatie met de bedoeling schade

aan te richten. ‘Als journalist krijg je soms boze

reacties, maar dat is deel van de job’, legt Gie

Goris uit. ‘Een journalist die niet overweg kan

met scherpe kritiek heeft een probleem. Hij

treedt nu eenmaal op in de publieke sfeer. Op

onze redactie krijgen we vooral te maken met

mensen die kritiek hebben op onze journalistieke

deontologie en onze bekwaamheid in

vraag stellen. Sommigen vinden ons een belachelijk

links blaadje en ze mogen dat gerust

hardop zeggen. Maar hate speech is nog iets

anders. We kregen al eens een mail met “Ik

weet u wel te vinden”. Dat is geen intimidatie

meer, maar een bedreiging. Zoiets nemen we

ernstig en signaleren we aan de Vlaamse Vereniging

voor Journalisten (VVJ) of het gerecht.’

Marokkaanse vrouw zou zijn en geen 64-jarige

mannelijke hoofdredacteur, zou ik me terecht

sneller geïntimideerd voelen.’

Volgens Gie Goris is er een dunne lijn tussen

grove reacties en bedreigingen. ‘Als ik de

vraag moet beantwoorden of ik zelf al in aanraking

kwam met online-intimidatie, zeg ik

neen. Ik denk dat dat komt doordat ik stevig

in mijn schoenen sta en me niet snel geïntimideerd

of bedreigd voel. Als ik een 34-jarige

(foto: Lotte De Bock)

Volgens Van Leuven professor Communicatiewetenschappen

en hoofd van het Center for

Journalism Studies, gebeurt intimidatie vooral

bij stukken waarmee het publiek het inhoudelijk

oneens is en daarover in discussie wil gaan.


(foto: Lotte De Bock)

Offline-intimidatie

‘Onlinebedreigingen kunnen uitmonden

in offline-intimidatie. Voor veel burgers

zijn sociale media een uitlaatklep. Onderzoek

toont aan dat mensen zich online

veel minder inhouden, net door de

anonimiteit van het internet. Als je mensen

offline confronteert met uitspraken

die ze online gedaan hebben, durven ze

die vaak niet herhalen. Of ze verbloemen

die uitspraken. Sinds de opkomst van sociale

media is de afstand tussen journalisten

en hun publiek veel kleiner’, aldus

Sarah Van Leuven.

Er zijn verschillende initiatieven die journalisten

beschermen tegen intimidatie.

PEN Vlaanderen, een onderdeel van een

wereldwijde auteursvereniging, ijvert

voor vrije meningsuiting, vrede en internationale

verstandhouding. Daarnaast

is er ook Xpress, een nieuwe vereniging

die strijdt tegen intimidatie. Ook de VVJ

richtte een meldpunt op voor agressie

tegen journalisten in Vlaanderen.

Risicofactoren

‘Vrouwelijke journalisten hebben meer

last van online-intimidatie’, zegt Gie Goris.

‘Als je de risicofactoren samenvoegt

- vrouw, jong en allochtoon - ben je veel

kwetsbaarder. Als blanke man op leeftijd

kun je je iets meer permitteren.’

Volgens Van Leuven wordt online-intimidatie

steeds meer als normaal beschouwd.

De meeste journalisten zien

dat als part of the job en minimaliseren

de impact ervan. ‘Het is opmerkelijk dat

wanneer journalisten het aantal gevallen

van bedreigingen bijhouden, het erger

is dan verwacht. Het aantal slachtoffers

van bedreigingen is dus ondergerapporteerd.

Daarom is het meldpunt van de

VVJ zo belangrijk.’

Gevolgen

Online-intimidatie kan negatieve gevolgen

hebben voor de carrièremogelijkheden

van de journalist. Daarnaast bedreigt

het ook de vrijheid van meningsuiting.

Volgens Sarah Van Leuven kunnen geïntimideerde

journalisten het slachtoffer zijn

van het chilling effect. ‘Ze houden zich

dan in om bepaalde zaken te schrijven

omdat ze bedreigingen verwachten en

daarop anticiperen. Steeds vaker verwijderen

journalisten hun socialemediaprofielen

omdat ze het gehad hebben met

de grove reacties en bedreigingen.’

‘Er is een dunne lijn tussen

felle reacties, intimidatie

en echte bedreiging'

Gie Goris

Volgens Gie Goris kan iemands reputatie

op enkele dagen tijd serieus beschadigd

worden. ‘Er is niet altijd een onderbouwde

argumentatie of een proces nodig. Alleen

al de suggestie van “iemand is betrokken

bij” is vaak voldoende. De beschuldiging

telt en op de reactie heb je geen

vat meer.’ Ook Van Leuvenstelt dat het

aantal gevallen van online bedreigingen

stijgt. 'Zo komt ook in België de persvrijheid

meer onder druk te staan.’

c 11.2019

P091


December

Fotograaf

Illias Teirlinck

Bubbel

‘De Warmste Week is stilaan uitgegroeid tot het media-event van het jaar. Een week lang worden er astronomische

bedragen verzameld door lokale verenigingen en een verdwaalde politicus, is de helft van Bekend Vlaanderen bij

de radiohost te gast en spelen (inter)nationale muziekacts een korte show. Een week lang fotografeer ik alle gebeurtenissen

op de site in Kortrijk en bezorg ik deze beelden onmiddellijk aan de webredacteur. Het tempo ligt er

enorm hoog. Ik zit er middenin. Een week lang lijkt Studio Brussel het internet, de radio en het nieuws te kapen met

wat er zich in Kortrijk afspeelt. Wanneer ik op een avond naar Brussel rijd om er een kerstfeestje bij te wonen, zet ik

de radio bewust af. Even rust in mijn hoofd en voor mijn oren. Eenmaal op het feestje aangekomen, blijkt niemand

van de gasten op de hoogte te zijn van wat er op De Warmste Week gebeurt. Ik leefde een week lang in een bubbel.’


b 01.2019 P093


Goudvink: vogel van het jaar

Ursula von der Leyen Europees Commissievoorzitter

Meest geklikt

van de maand

Tweets

van de maand

Cover

van de maand

Als ze #Hoeyberghs nu eens

de mond spoelden met die

tandpasta van @Bart_DeWever?

Van Cauwelaert

@cauwelaert

11 december 2019

Op eoswetenschap.eu

‘Weg met het label

hoogbegaafdheid!’

Ontwikkelingspsycholoog Lianne

Hoogeveen onderzoekt hoogbegaafdheid.

Ze wil de term niet meer gebruiken,

want die geeft een gevoel van

schaamte. Focussen op de behoeften

van leerlingen op school of van mensen

op het werk is belangrijker volgens

haar.

Mwoah, Gertje, wat is dat zo:

zeepsopisme? Nepotisme,

Samson.

#SamsonEnMarie

#SamsonEnGert

Stijn De Paepe

@StijnDePaepe

21 december 2019

De 60%-besparingen op de projectsubsidies

veroorzaken massaal protest van de cultuursector.


Deepfakes:

de natte droom van

een leugenaar

Video’s vervalst met behulp van artificiële intelligentie, kortweg

deepfakes, zijn de nieuwste trend in fakenewsland. Ze vormen

een bedreiging voor de journalistiek, klinkt het, maar ze zijn verre

van perfect en dus makkelijk te herkennen. Althans nu nog, want

de techniek verbetert met rasse schreden. Voor velen het signaal

dat de journalistiek zich nu moet wapenen, voor het te laat

is. Maar niet iedereen vreest zo’n apocalyps. ‘Het journalistieke

proces is bestand tegen fake news.’

TRIGGER

Op 17 december lanceert

persagentschap Reuters

een onlinecursus om

journalisten te leren

om deepfakevideo’s

te identificeren.

door Felix Ferret

Stel je voor: op een dag krijg je een video te

zien waarin je jezelf glimlachend en sensueel

uit de kleren ziet gaan. Onmogelijk? Het

overkwam actrice Margot Robbie in december

2017 (niet Emma Stone, in tegenstelling tot

wat iedereen aannam). Ze werd het slachtoffer

van een deepfakevideo. Met behulp

van artificiële intelligentie kan je vandaag

op eenvoudige én realistische wijze video’s

vervalsen, zonder enige kennis van film en

computers. Zo noemde Barack Obama president

Trump ooit a total dipsh*t en sprak

Koning Filip in zijn kerstboodschap vorig jaar

zijn landgenoten aan met waarde b*tches en

bro’s. Deepfakes mogen dan wel leuke satire

opleveren, ze vormen ook een nieuwe en gevaarlijke

vorm van nepnieuws.

De eerste deepfakes doken – zoals zo vaak –

op in de diepe krochten van het internet. Op

het internetforum Reddit postte een anonieme

gebruiker de intussen bekende pornografische

video van Margot Robbie. De maker

ervan verschool zich achter het alias Deepfakes,

een samentrekking van de termen deep

learning en fakes. Met wat simpele software

kreeg hij het voor mekaar het gezicht van

celebrity’s te swappen met dat van pornoactrices

en –acteurs. Intussen zijn talloze gelijkaardige

softwareprogramma’s en apps te

vinden op het internet.

In december 2017 postte Reddit-gebruiker Deepfakes deze valse

celebrityporno met Margot Robbies gelaat

(beeld: adultdeepfakes.com)

Als gebruiker hoef je alleen maar foto’s van

het doelwit in te geven, samen met een video.

Het programma doet de rest, al duurt dat wel

enkele dagen en zijn de resultaten lang niet

foutloos. Zo zijn de contouren van het gezicht

soms vaag en klinkt de stem robotachtig.

Voorlopig zijn de gevolgen dus nog te overzien,

maar de technologie verbetert zichzelf

steeds sneller.


Een godsgeschenk

Deepfakes houden vandaag dus vooral

theoretische risico’s in, benadrukt ook

Dominique Deckmyn, technologiejournalist

bij De Standaard. Hij maakt de

vergelijking met de opkomst van Photoshop

rond de eeuwwisseling. 'Het publiek

heeft geleerd om daarmee om te

gaan. Bij straffe foto’s zijn mensen zich

ervan bewust dat het om gefotoshopte

beelden kan gaan. Bij straffe video’s

kan eenzelfde reflex ons ook behoeden

voor deepfakes.' Waar zit het gevaar

dan wel?

'Nooit was het zo

gemakkelijk om te

beweren dat iets

vervalst is'

Dominique Deckmyn

'Niet de misleiding, maar het omgekeerde

bedreigt de journalistiek: dankzij

deepfakes is het makkelijker dan ooit

om te beweren dat iets vervalst is', aldus

Deckmyn. Een bekend voorbeeld daarvan

is de video van Donald Trump met

de omstreden woorden grab ‘em by the

pussy. Die woorden zijn nu makkelijker

dan ooit te weerleggen, wat Trump uiteraard

al deed. Deepfakes zouden ons

op die manier wel eens definitief in het

post-truth-tijdperk kunnen katapulteren,

waarin de waarheid vrede moet nemen

met de tweede plaats. 'De echtheid

van een video maakt dan nog weinig

uit: mensen geloven wat ze willen geloven

en wat in hun denkkader past, ook

al zien ze het tegenovergestelde', vertelt

Deckmyn. Zelfs als de video maar een

fractie van het publiek overtuigt, gaat

de leugen een eigen leven leiden. Net

als bij traditioneel fake news gedijen

deepfakes goed op sociale media. Het

zijn universa met eigen waarheden. Als

een deepfakevideo morgen niet meer

te onderscheiden valt van een echte video,

zullen geavanceerde detectietools

nodig zijn. 'Maar die tools moeten dan

vooral dienen om te bewijzen dat een

video wél echt is en niet om hem te ontmaskeren',

nuanceert Deckmyn.

Net daar wringt het schoentje volgens

Jeroen Baert, computerwetenschapper

verbonden aan de KU Leuven. 'Bij artificiële

intelligentie kan elke vooruitgang op

het ene front het andere front versterken.

Het proces om deepfakes te leren

onderscheiden is hetzelfde als om ze te

leren maken', legt Baert uit. Elke verbetering

om deepfakes te detecteren helpt

met andere woorden om de deepfakes

zelf te verbeteren. Daarom moeten

journalisten volgens Baert vooral doen

wat ze altijd moeten doen: hun bronnen

controleren.

‘Elke verbetering in de

detectie van deepfakes

maakt de deepfakes

zelf beter’

Jeroen Baert

'Het journalistieke proces is bestand tegen

fake news, of zou dat toch moeten

zijn', meent hij. Journalisten moeten dus

bij elke video de bron controleren en op

zoek gaan naar sporen van deepfakes.

Vooral vage randen en verkeerde dimensies

doen deepfakes vandaag nog

door de mand vallen. 'Maar dat vraagt

veel tijd en moeite, terwijl een deepfake

in een handomdraai gemaakt is',

concludeert Baert. 'Zoals zo vaak is de

leugen snel de halve wereld rond en

holt de waarheid erachteraan.'

Tom Van de Weghe, AI-specialist bij VRT NWS

'Artificiële intelligentie is dansen

op een slappe koord'

Journalist Tom Van de Weghe

(45) keerde in september

vorig jaar terug naar de VRT

na een jaar onderzoek aan de

Amerikaanse universiteit van

Stanford. Op een steenworp

van Facebook, het hol van de

leeuw, bond hij de strijd aan

met deepfakes. Zijn ervaring

mondde uit in een persoonlijke

kruistocht tegen desinformatie

en een queeste naar

een journalistieke oplossing.

'De persoon die dé remedie

vindt tegen deepfakes wordt

de nieuwe Mark Zuckerberg.

Maar ik zal het niet zijn.’

Hoe bent u in de wereld van artificiële

intelligentie (AI) en deepfakes

terechtgekomen?

Tom Van De Weghe: 'Toen ik in 2008 als

Chinacorrespondent voor de VRT werkte,

ondervond ik zelf de gevolgen van

desinformatie. Samen met mijn ploeg

maakte ik er een reportage over een

hiv-plaag in Henan, de armste provincie

van China. Volledige dorpen zijn er uitgeroeid

omdat de lokale overheid bloed

van boeren had afgetapt en verkocht.

Onze reportage was niet naar de zin van

de lokale autoriteiten en we kregen een

fysieke aanval over ons heen. Het was de

eerste keer sinds de Olympische Spelen

(2008) dat internationale journalisten

werden aangevallen. Later brachten de

Chinese media ons verhaal volledig anders.

Die eerste kennismaking met desinformatie

en de propagandamachine

van de overheid heeft mij nooit losgelaten.

Als Amerikacorrespondent maakte

ik de verkiezing van Donald Trump tot

president van Amerika van dichtbij mee

en ook de rol van fake news tijdens de

campagne. Dat deed mijn fascinatie

voor digitale propaganda alleen maar

toenemen. Toen ik voor het eerst een

deepfakevideo zag in juli 2017, werd ik

helemaal wakker geschud. "Als journalisten

niet dringend op zoek gaan naar

oplossingen, is het te laat”, dacht ik.'


De tegenbeweging die ontstaan is tegen deepfakes gaat ver, maar geeft me ook hoop.

(foto: Arthur Van Belleghem)

a 12.2019

Je hoort weleens zeggen dat het

met Photoshop toch ook allemaal zo

geen vaart liep. Is dat een correcte

vergelijking?

Van De Weghe: 'Bij de verdediging van

mijn onderzoeksvoorstel aan Stanford

(onderzoek naar tools tegen deepfakes,

nvdr.) keken sommige professoren

mij vreemd aan. Daar is de technologie

tenslotte deels ontwikkeld. Ze vonden

mij een onruststoker en verwezen naar

Photoshop. Toen bestond ook de angst

voor verregaande mediamanipulatie.

Maar nu is er artificiële intelligentie in

het spel, dat verandert alles. Om goede

photoshops te maken, moet je echt iets

kunnen. Het zelflerende proces van AI

(artificiële intelligentie) maakt het alsmaar

makkelijker voor eindgebruikers

om deepfakes te creëren. Als softwareontwikkelaar

moet je dan beseffen dat

er veiligheidsgordels nodig zijn, anders

open je een doos van Pandora. Net dat

was mijn kruistocht de afgelopen zestien

maanden. Ondanks de positieve kanten,

werden de AI-tools de laatste jaren

misbruikt. Het hoeft niet te verwonderen

dat er vandaag in duistere kelders volop

mee wordt geëxperimenteerd. Misschien

ergens in Rusland?'

'We moeten niet

wachten met actie tot

de Amerikaanse

verkiezingen, deepfakes

maken nu al dagelijks

slachtoffers'

Hoe ver staat de antideepfaketechnologie?

Van De Weghe: 'Het is nog altijd wachten

op die ene, zaligmakende oplossing.

Er bestaan verschillende technieken,

maar die lossen het probleem maar

gedeeltelijk op. Bijvoorbeeld door een

video pixel per pixel onder de loep te

nemen, het geluid te analyseren of door

de gelaatsuitdrukkingen te bestuderen.

Maar artificiële intelligentie zorgt voor

een wapenwedloop: zodra er iemand

een (deel)oplossing vindt, verbeteren

de deepfakeprogramma's zichzelf om

de detectietools te omzeilen.'

Heeft u aan Stanford stappen gezet

richting een oplossing?

Van De Weghe: 'Ik heb er het Deepfake

Research Team opgericht, waar we

onder meer een prototype ontwikkelden

van een verificatietool voor video’s op

basis van blockchain. Die tool verdeelt

een video in segmenten en bewaart

die vervolgens elk op een afzonderlijke

plek via een smart contract. Ieder deel

van de video is dan traceerbaar tot bij

de bron. Zodra er met één segment geknoeid

is, geeft het systeem een waarschuwing.

In theorie biedt die werkwijze

mogelijkheden. Sommige bedrijven

ontwikkelden gelijkaardige technieken,

maar een middel op maat voor de gewone

gebruiker is nog niet vanzelfsprekend.'

Persagentschap Reuters introduceerde

in december een onlinecursus

die leert hoe je video's moet verifiëren,

sponsored by Facebook.

Hypocriet?

Van De Weghe: 'Hypocrisie viert nu eenmaal

hoogtij in Silicon Valley. Facebook

doet het deels uit schuldbesef, maar

mist de essentie van de zaak. Het heeft

het altijd vertikt om deepfakes te verwijderen

(In aanloop naar de Amerikaanse

presidentsverkiezingen van november

zal dat wel gebeuren, nvdr.). Het bedrijf

is niet alleen hypocriet, maar ook para-

P097


P098

a 12.2019

noïde. Facebook bezoeken is erger dan

een bezoek aan Noord-Korea. De angst

is er nog groter. Zo mocht ik al geen foto's

nemen toen ik de lobby betrad. Wat heb

je dan te verbergen?'

Is het dan een slechte zaak dat Facebook

het initiatief van Reuters steunt?

Van De Weghe: 'We moeten platformen

als Facebook en Google zeker mee betrekken.

Los van hun beleid spelen ze nu

eenmaal een belangrijke rol in de verspreiding

van fake news. Ze beseffen ook

dat ze met hun data veel macht in handen

hebben. Technologiebedrijven als

Facebook beginnen die nu aan te leveren

tegen betaling. De monopolievorming en

machtsconcentratie van die bedrijven

baart me grote zorgen. '

Het journalistieke proces zou in essentie

toch bestand moeten zijn tegen

deepfakes?

Van De Weghe: 'Inderdaad. Deepfakes

zijn maar één aspect van desinformatie.

Journalisten horen te weten hoe ze

een bronvideo moeten opsporen, hoe

ze de geolocatie moeten natrekken of

hoe ze aan tijdsbepaling moeten doen.

Dat journalistieke bewustzijn vergroten is

voorlopig de enige optie en daar is nog

werk aan.'

Dat is een intensief proces, in tegenstelling

tot het maken van deepfakes?

Van De Weghe: 'Dat is inderdaad het

probleem, zeker bij een stortvloed aan

fake news. Want meer dan een techniek

die menselijke intelligentie reproduceert,

is AI vooral een techniek die het makkelijk

maakt om op grote schaal desinformatie

te creëren en te verspreiden. Daar

zijn we niet tegen bestand, omdat we de

tijd en middelen niet hebben. Vooral op

crisismomenten is het risico groot dat er

iets door de mazen van het net glipt. Denk

maar aan de video die de VRT uitbracht

na de aanslagen van 22 maart 2016 in

Zaventem. Een dag later bleek het om

een bomaanslag van 2011 in Moskou te

gaan. Dat was geen deepfake, maar een

video in een foute context. Die vormen

vandaag het grootste probleem. België

is trouwens ook het land waar de eerste

deepfake voor politieke doeleinden

opdook: de nepvideo van Donald Trump

die de sp.a verspreidde in mei 2018.

Die was satirisch bedoeld, maar waar ligt

de grens tussen satire en beïnvloeding?'

Biedt wetgeving geen eenvoudige

oplossing?

Van De Weghe: 'In China is er sinds eind

vorig jaar een wet van kracht die synthetische

media (media gemaakt met

AI, nvdr.) verbiedt. Maar dat is geen oplossing.

Integendeel, het is een gevaarlijk

pad. Overheden kunnen wetgeving inzetten

als een wapen tegen journalisten,

activisten en andere kritische stemmen.

Zeker in een land als China.'

Deepfakes bieden het gedroomde

excuus om alles te ontkennen. Gaan

de antideepfaketools dan vooral niet

dienen om te bewijzen dat iets waar

is, veel meer dan te bewijzen dat iets

vals is?

Van De Weghe: 'The liar's dividend, het

voordeel van de twijfel. Donald Trump

heeft ook al gesuggereerd dat zijn beruchte

video grab 'em by the pussy een

deepfake is. We leven in een post-truthtijdperk,

waarin iedereen alles kan ontkennen.

Dat zorgt voor uitdagingen, maar

ook voor mogelijkheden. Vandaag zijn

er bedrijven die time logging als dienst

aanbieden. Ze 'beschermen' mensen

door elke seconde van hun doen en laten

te volgen en te registreren. Dat gaat ver,

maar enkel zo kan je nog bewijzen waar

je was op welk moment en ben je veilig

tegen deepfakes. Big Brother op vrijwillige

basis als het ware. De tegenbeweging

die ontstaan is tegen deepfakes gaat ver,

maar geeft me ook hoop.'

Denkt u dat deepfakes een rol zullen

spelen tijdens de Amerikaanse presidentsverkiezingen

van november dit

jaar?

Van De Weghe: 'Dat werd ook gezegd

over de tussentijdse verkiezingen van

2018 in de VS, maar toen is het niet gebleken.

Echt schadelijke deepfakes voor

politieke doeleinden zijn er nog niet geweest,

maar daar gaat het eigenlijk niet

om. Het gaat vooral om de schade die

desinformatie berokkent aan kwetsbare

groepen zoals minderheden en vrouwen.

Daar vallen de slachtoffers nu al. Zo dook

een Nederlandse collega-journaliste op

in een deepfakepornofilm. We moeten

dus echt niet wachten tot deepfakes de

presidentsverkiezingen beïnvloeden om

vandaag al actie te ondernemen.'

'Het journalistieke bewustzijn vergrote is voorlopig de enige

optie. Daar is nog werk aan.' (foto: Arthur Van Belleghem)


SCOOPOGRAM

1

2

3

4

5

6

7

8

9

10

11

12

13

14

15

16

17

18

19

13 5 10 17

12

8

18 13 16 16

13

17

7

13

6 18 2

2

9

3

1 11

1

15

13

11 8

2 6 9

8

9

8

3

12 16

8

8

4

10

4 3

14 18

2 6

12 12 5

4

11

8 10 15 1

16

3 4

14 9 9

5

2

7

b 12.2019

P099

Alle antwoorden zijn ergens in dit Scoopnummer

te vinden. Gelijke getallen staan

voor gelijke letters. ‘ij’ staat voor één letter.

De woordbalk in de middenkolom

bevat een begrip.

De oplossing vindt u op p. 103.

1. Editoriale torso

2. Deftige kop

3. Flitsend breed meubel

4. Zo eet je sushi

5. Cosplayconventie keuren

6. Engelstalige lasterpraat

7. Intieme troltechniek

8. Plakkerig vrouwelijk legoblokje

9. Incognito reclame

10. Egofilter

11. Letterkundig supplement

12. Draaiboekmeisje

13. Kant-en-klare gewichtseenheid

14. Margot Robbie’s plaats delict

15. Voltooide reflectie

16. Glorieus bouwmateriaal met klinker

te veel

17. Kok aan de lijn

18. Anti votum

19. Vaak terug te vinden in de kast


b 01.2019 P0100

LOCATIE: STUDIO SKOOP.

FOTO: STEVEN MEERT


b 01.2019 P0101


voetweg66.be

Platform van de richting Journalistiek aan

de Arteveldehogeschool

FLOW

foto

nieuws in tekst, video of

audio en dat regionaal

of over de grenzen

kinderen genderneutraal opvoeden

zit in de lift

SLOW

foto:

longreads om in

de fauteuil te lezen

masterstudente fotografie Elisa

Maenhout opent deuren met

haar camera als sleutel

SHOW

de beste stukken,

de mooiste videoportretten

foto

invloed van Instagram op toerisme:

een toeristenmassa bij

Neuschwanstein

Interesse in samenwerkingen met onze studenten?

Mail naar info.journalistiek@arteveldehs.be


Oplossing

Scoopogram

1. Rompredactie

2. Nethoofd

3. Broadcastcamera

4. RAW

5. Factchecken

6. Hate speech

7. Doxing

8. Collega

9. Native advertising

10. Zelfcensuur

11. Literatuurbijlage

12. Scriptgirl

13. Instagram

14. Reddit

15. Afspiegeling

16. Eerbetoon

17. Chef online

18. Tegenstem

19. LGBTI

R O M P R E D A C T I E

13 5 10 17

12

8

18 13 16 16

13

17

7

13

6 18 2

2

9

3

1 11

1

15

13

11 8

2 6 9

8

9

8

N E T H O O F D

3

12 16

4 3

8

8

12 12 5

4

10

4

14 18

2 6

B R O A D C A S T C A M E R A

R A W

F A C T C H E C K E N

H A T E S P E E C H

D O X I N G

C O L L E G A

11

N A T I V E A D V E R T I S I N G

Z E L F C E N C U U R

8 10 15 1

L I T E R A T U U R B IJ L A G E

S C R I P T G I R L

I N S T A G R A M

R E D D I T

A F S P I E G E L I N G

16

3 4

E E R B E T O O N

C H E F O N L I N E

14 9 9

T E G E N S T E M

L G B T I

5

2

7

Het woord:

Redactievergadering

P0103

Colofon

redactie:

hoofdredactie:

begeleidende

docent:

vormgeving:

illustrator:

Arno Meijnen

Arthur Van Belleghem

Charlotte Allefs

Eline Timperman

Felix Ferret

Fien Van Liedekerke

Frederik Laurens

Glenn Dierickx

Laurane Berkein

Levi Verbauwhede

Lijs Beeckman

Lore Joos

Lotte De Bock

Lou-Wizard De Lange

Margot Craeymeersch

Marie-Lien De Herdt

Mara van den Dungen

Mauran Verniers

Melissa Riems

Mona Dewaele

Sibren Dejaegher

Hilde Ingels

Piet Martens

Liesbet De Vuyst

Laura Gieseke

Pol Cosmo

verantwoordelijke

uitgever:

Esther Van Tilburg

Voetweg 66 9000 Gent

Meer Scoop lezen?

Reageren op Scoop?

Tweet naar

www.voetweg66.be/

slow/scoop

info.journalistiek@

arteveldehs.be

@ArteveldeJOU

Scoop

Vlaams mediatijdschrift

jaargang 18

nummer 30

Adverteren in Scoop 2021? Dat kan. Mail naar:

piet.martens@arteveldehs.be en we sturen u de

tarieven. De inkomsten worden gebruikt om met

professionele illustratoren en vormgevers te kunnen

werken.

Mediatijdschrift Scoop is een uitgave van de opleiding

Bachelor in de Journalistiek aan de Artevelde-hogeschool

in Gent. De derdejaarsstudenten

maakten dit tijdschrift in het kader van een educatief

project. Alle artikels en afbeeldingen hebben daarom

een citerend karakter. Dank aan alle Scoopredacteurs

beeldredacteurs fotografen en taalkundigen voor hun

bereidwillige medewerking. De tekstredactie is afgesloten

op 28 januari 2020. U las dit blad tot de laatste

letter. We hopen dat het uw tijd waard was.

Tot volgend jaar!


Achter elk beeld

schuilt een verhaal.

Wij helpen je het vertellen

In één indruk jouw hele verhaal kunnen vertellen,

dat is de uitdaging waar iedere fotograaf voor staat.

Bij Art & Craft kan je alvast terecht voor het juiste materiaal

om jouw verhalen mee vast te leggen. Bezoek onze winkels

Maciek Nabrdalik, Tsjernobyl

Gemaakt met Canon EOS R

te Gent voor advies op maat of surf naar artencraft.be f/5.0 1/400 200

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!