Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Ma <strong>24</strong> feb <strong>2<strong>02</strong>0</strong><br />
Grote Zaal<br />
20.15 uur<br />
Serie Grote<br />
Zangers<br />
<strong>Matthias</strong> <strong>Goerne</strong><br />
+ <strong>Alexander</strong> <strong>Schmalcz</strong><br />
De liedcomponist<br />
Beethoven<br />
Het gratis beschikbaar stellen van dit digitale<br />
programmaboekje is een extra service<br />
ter voorbereiding op het concert. Het is<br />
uitdrukkelijk niet de bedoeling deze versie<br />
tijdens het concert te raadplegen via uw mobiele<br />
telefoon. Dit is namelijk zeer storend voor de<br />
andere concertbezoekers.<br />
Bij voorbaat dank.
Programma<br />
<strong>Matthias</strong> <strong>Goerne</strong><br />
+ <strong>Alexander</strong> <strong>Schmalcz</strong><br />
De liedcomponist Beethoven<br />
<strong>Matthias</strong> <strong>Goerne</strong> bariton<br />
<strong>Alexander</strong> <strong>Schmalcz</strong> piano<br />
Serie Grote<br />
Zangers<br />
Ma <strong>24</strong> feb <strong>2<strong>02</strong>0</strong><br />
Grote Zaal<br />
20.15 - 21.50 uur<br />
ca. 35 minuten voor de pauze<br />
ca. 40 minuten na de pauze<br />
Voorprogramma<br />
Grote Zaal<br />
19.30 - 19.50 uur<br />
Berend Eijkhout bariton<br />
Felix Justin piano<br />
Robert Schumann (1810 -<br />
1856)<br />
Fünf Lieder op. 40 (1840)<br />
1. Märzveilchen<br />
2. Muttertraum<br />
3. Der Soldat<br />
4. Der Spielmann<br />
5. Verratene Liebe<br />
Samuel Barber (1910 - 1981)<br />
Dover Beach (1931)<br />
Bent u niet vergeten uw mobiele<br />
telefoon uit te zetten?<br />
Dank u wel.<br />
2
Programma<br />
Ludwig van Beethoven (1770 - 1827)<br />
Resignation WoO 149 (1817)<br />
An die Hoffnung op. 32 (1805)<br />
Gesang aus der Ferne WoO 137 (1809)<br />
Mailied op. 52 nr. 4 (ca. 1795)<br />
Der Liebende WoO 139 (1809)<br />
Sechs Lieder nach Gedichten von Gellert op. 48 (1801-<strong>02</strong>)<br />
1. Bitten<br />
2. Die Liebe des Nächsten<br />
3. Vom Tode<br />
4. Die Ehre Gottes aus der Natur<br />
5. Gottes Macht und Vorsehung<br />
6. Bußlied<br />
Pauze<br />
An die Hoffnung op. 94 (1815)<br />
Adelaide op. 46 (1794-97)<br />
Wonne der Wehmut op. 83 nr. 1 (1810)<br />
Das Liedchen von der Ruhe op. 52 nr. 3 (1793)<br />
An die Geliebte WoO 140 (1811)<br />
An die ferne Geliebte op. 98 (1816)<br />
1. Auf dem Hügel sitz ich spähend<br />
2. Wo die Berge so blau<br />
3. Leichte Segler in den Höhen<br />
4. Diese Wolken in den Höhen<br />
5. Es kehret der Maien, es blühet die Au<br />
6. Nimm sie hin denn, diese Lieder<br />
3
Welkom<br />
Hij is er weer! Zo voelt dit vijfde concert van <strong>Matthias</strong> <strong>Goerne</strong> in de serie Grote Zangers.<br />
Afgelopen weken bouwde de spanning over zijn komst zich al bij me op. Zelfs binnen het<br />
selecte clubje Grote Zangers heeft hij iets zeer speciaals.<br />
Ga maar na. Er zijn vier meetbare dingen<br />
die hem tot primus inter pares maken. Ten<br />
eerste is <strong>Goerne</strong> al gauw tien jaar eerste<br />
keus onder topdirigenten en -orkesten als<br />
ze Mahler-liederen uitvoeren. Bij de Berliner<br />
Philharmoniker en het Concertgebouw zingt<br />
hij het loodzware Des Knaben Wunderhorn –<br />
een uur solo – en net nog de Rückert-Lieder<br />
bij de Wiener Musikverein. Ten tweede geeft<br />
hij waarschijnlijk de meeste recitals van alle<br />
grote zangers. Dat maakt hem tot de grootste<br />
ambassadeur van liedkunst in deze tijd. Ten<br />
derde bouwt <strong>Goerne</strong> een enorme catalogus<br />
op: jaarlijks brengt hij nieuwe albums uit.<br />
Tenslotte heeft de man uit Weimar de best<br />
gevulde prijzenkast. In 2017 riepen Echo,<br />
Gramophone en BBC hem tegelijk uit tot<br />
beste zanger van de wereld en hij won de<br />
laatste editie van de Edison categorie vocaal<br />
klassiek.<br />
Zo is iets ontstaan wat niet vooraf was<br />
vastgelegd op de tekentafel. Ooit begon ik<br />
met het programmeren van Grote Zangers<br />
omdat ik dat leuk vond. Mettertijd is door<br />
relaties zoals die met <strong>Goerne</strong> ook een zekere<br />
verantwoordelijkheid ontstaan. Want deze<br />
concerten doen ertoe, dit besef is er in ieder<br />
geval bij mij en alle betrokkenen van Grote<br />
Zangers.<br />
Ik wens u een fijne avond!<br />
Theo van den Bogaard<br />
Stichting Grote Zangers<br />
De serie Grote Zangers wordt georganiseerd i.s.m.<br />
Muziekgebouw aan ’t IJ<br />
Toch verklaart dit nog niet geheel mijn<br />
spanning. Misschien heeft het ook met iets<br />
anders te maken. <strong>Goerne</strong>s bestijging van de<br />
troon en het ontstaan van Grote Zangers<br />
vielen toevallig ongeveer samen, in het jaar<br />
2010. Sinds we bestaan, doe ik grote moeite<br />
hem te verleiden telkens weer te komen,<br />
zelfs met dubbelrecitals. En hij bleef komen,<br />
steeds weer. Zo zijn wij als Grote Zangers<br />
uitgegroeid tot het enige loket waar deze<br />
legendarische zanger in Nederland te horen<br />
is in solorecitals. Dit zei <strong>Goerne</strong> zelf ook, live<br />
op TV, afgelopen winter tegen Paul Witteman.<br />
4
Toelichting<br />
Beethoven was de componist van grote, ambitieuze werken zoals symfonieën,<br />
strijkkwartetten en pianosonates. Dat hij ook een behoorlijk aantal kleinschalige liederen<br />
naliet, is minder bekend. Tijdens zijn leven kon je daarmee het grote publiek, zijn<br />
doelgroep, niet goed bereiken. Liederen kwamen dan ook meestal niet veel verder dan de<br />
salon, getuige het bereik van de geniale werken van Beethovens jongere tijdgenoot Franz<br />
Schubert.<br />
In ieder opzicht streefde Beethoven naar ‘Het<br />
Grote’; kleine miniaturen waren bijproducten<br />
in zijn oeuvre. Toch kwam hij uit een familie<br />
waarin professioneel werd gezongen, en<br />
daarmee werd zelfs in het levensonderhoud<br />
van de familie voorzien. Zijn grootvader Louis<br />
was eerst kerkzanger in Leuven en Luik en<br />
kreeg daarna een aanstelling bij de keurvorst<br />
in Bonn. Zijn vader Jean was eveneens<br />
zanger in Bonn, hoewel hij als allround<br />
musicus was opgeleid. Hij gaf bijvoorbeeld<br />
ook viool- en pianoles, onder andere aan<br />
zijn eigen zoontje. Maar al gauw kreeg hij<br />
diens grote talent in de gaten en schoof hij<br />
hem door naar een betere leraar. Dat wordt<br />
algemeen als zijn meest opmerkelijke daad<br />
beschouwd, want vervolgens raakte hij aan<br />
de drank, werd ontslagen en vormde een<br />
zware last op de schouders van zijn zoon<br />
Ludwig. Met zingen was het afgelopen, maar<br />
de zang leefde voort in de composities van<br />
Beethoven.<br />
Doordringen tot de kern<br />
Beethovens liederenoeuvre was niet<br />
groot maar wel zeer divers. Het bestond<br />
uit opera-achtige aria’s, coupletliederen,<br />
doorgecomponeerde liederen, die soms<br />
de vrijheid van een fantasie benaderden,<br />
en liederen waarin de pianopartij sterk<br />
op de voorgrond trad. En dan was<br />
er dat wonderlijke hoofdstuk van de<br />
volksliedbewerkingen: ca. 180 Schotse, Ierse<br />
en Welshe volksliedjes, door Beethoven van<br />
muziek voorzien voor de Schotse uitgever<br />
George Thomson. Er was jarenlang een<br />
ongemakkelijk contact tussen de twee, maar<br />
hieraan danken we wel een aantal brieven<br />
waarin we de componist zien worstelen met<br />
deze liedopdracht. Ondanks zijn dringende<br />
verzoek kreeg hij namelijk tot zijn ergernis<br />
alleen de oorspronkelijke melodietjes maar<br />
niet de teksten toegestuurd. Desondanks<br />
werkte hij eraan door, ‘con amore’ zoals hij<br />
schreef aan Thomson, en hij benadrukte:<br />
‘het makkelijke is moeilijk’. Zijn eveneens<br />
gecontracteerde collega’s zoals Haydn,<br />
Hummel en Kozeluch maakten zich er<br />
vrij gemakkelijk vanaf, maar Beethoven<br />
greep deze opdracht kennelijk aan om het<br />
uiterste te halen uit een simpel gegeven.<br />
Hoewel deze liederen vanavond niet op het<br />
programma staan, moeten ze toch genoemd<br />
worden, want als er iets kenmerkend was<br />
voor de werkwijze van Beethoven dan was<br />
het wel zijn behoefte om door te dringen tot<br />
de kern van een simpel thema, en het recht<br />
doen aan de nuances van de tekst.<br />
Hoop en geluk<br />
Van de ruim 90 ‘kunstliederen’ die Beethoven<br />
in totaal schreef staan de meeste op zichzelf.<br />
5
Toelichting<br />
Zoals het lied Resignation uit 1817, een<br />
ontroerend, intiem afscheidslied waarvan de<br />
opvallende rusten de melodie iets haperends<br />
geven. In de coupletten van het ruim tien jaar<br />
eerder geschreven An die Hoffnung op. 32 is<br />
de beweging daarentegen vloeiend: er is nog<br />
hoop! Beethovens hoop was gefocused op<br />
Josephine von Brunsvik en aan haar droeg<br />
hij dit lied aanvankelijk op. Toen zij hem<br />
afwees als toekomstige partner, schrapte<br />
hij de opdracht. Dezelfde tekst gebruikte<br />
Beethoven echter tien jaar later nóg een keer,<br />
in een vrijere zetting. An die Hoffnung op. 94<br />
heeft nog het meeste weg van een operaaria<br />
met recitatief. Hij volgt hier de expressie<br />
van de tekst op de voet met steeds nieuwe<br />
muzikale ideeën.<br />
Beethoven volgt niet één recept maar zet<br />
voortdurend de vorm naar zijn hand. Gesang<br />
aus der Ferne begint bijvoorbeeld verrassend<br />
ambitieus met een lange inleiding van de<br />
piano. De hierop volgende a-b-a-vorm klinkt<br />
eerst blij als een dans en verandert dan van<br />
sfeer als de geliefden uit elkaar gedreven<br />
worden (het b-gedeelte). Aan het slot keert<br />
de blijdschap haast extatisch terug. Geen<br />
wolkje aan de hemel is er te bespeuren<br />
in Mailied en in Der Liebende waarin de<br />
coupletten een stralend geluk uitbeelden.<br />
Plechtige grandeur<br />
De zeven jaar eerder geschreven Gellert<br />
liederen vormen een serie van zes, maar de<br />
liederen staan ieder los van elkaar. Ze zijn<br />
plechtig van sfeer en religieus van inhoud.<br />
Het zijn gelegenheidswerken, geschreven ter<br />
ere van de plotseling overleden gravin Von<br />
Browne die samen met haar man Beethoven<br />
financieel had gesteund. Het echtpaar was<br />
puissant rijk en zij schonken Beethoven<br />
behalve geld ook een paard, waarmee het<br />
niet goed afliep. De plechtige grandeur van<br />
de Gellert liederen is voor een belangrijk<br />
deel ingegeven door de verheven teksten,<br />
geschreven in Leipzig door een tijdgenoot<br />
van Bach. Ook Bach-zoon Carl Philipp<br />
Emanuel had deze gedichten op muziek<br />
gezet.<br />
Romantische eruptie<br />
Op de tweede versie van An die Hoffnung<br />
volgt Adelaïde, een lied waarop Beethoven<br />
zijn leven lang trots was. Samen met tenor<br />
Franz Wild voerde hij het nog acht jaar na<br />
het ontstaan in 1815 uit voor de Russische<br />
tsarina: het zou Beethovens laatste publieke<br />
optreden zijn als pianist. Het lied was<br />
inmiddels zeer populair geworden en werd<br />
zelfs door verschillende componisten zoals<br />
Thalberg en Liszt geparodiëerd.<br />
Beethoven had er lang aan gewerkt,<br />
ongeveer drie jaar. Het werd als los lied<br />
uitgegeven onder de aanduiding ‘cantate’.<br />
Om de betekenis van deze compositie<br />
te kunnen begrijpen, moeten we ons<br />
voorstellen dat het werd geschreven in<br />
een tijd dat het eenvoudige coupletlied<br />
de norm was. Een doorgecomponeerd lied<br />
als Adelaïde, eigenlijk één romantische<br />
eruptie van vervoering, was ondenkbaar in<br />
die tijd. Zoals in alle muzikale genres die<br />
Beethoven aanpakte, heeft hij dus ook in het<br />
lied de middelen naar zijn hand gezet, tot<br />
verbijstering van zijn tijdgenoten.<br />
6
Toelichting<br />
Liefdesgeschiedenissen<br />
In Wonne der Wehmut komt de wanhoop<br />
over de verloren liefde met grote<br />
intervalsprongen openlijk aan bod. De rust<br />
keert terug in het coupletlied Das Liedchen<br />
von der Ruhe en de eenvoudige zetting<br />
van de hyperromantische tekst van An die<br />
Geliebte.<br />
An die ferne Geliebte, een serie van<br />
zes liederen, werd door Beethoven zelf<br />
aangeduid als ‘Liederkreis’. De liederen zijn<br />
niet los van elkaar gecomponeerd maar<br />
thematisch met elkaar verbonden. Soms<br />
gaan ze zelfs via een verbindende passage<br />
in elkaar over, zodat ze één geheel lijken te<br />
vormen. Het beginthema in de toonsoort<br />
Es-groot keert terug in het laatste lied,<br />
waarmee de ring als het ware rond is. Met<br />
het verband tussen de liederen suggereert<br />
Beethoven een fluctuerend gevoelsleven.<br />
De ringvorm is een evocatie van iets dat<br />
gesloten is. Dit is de eerste compositie<br />
van deze soort en de vorm werd later na<br />
gevolgd, bijvoorbeeld door Schumann in<br />
Frauenliebe und -leben.<br />
De zes liederen drukken een grote tederheid<br />
uit en een intens verlangen. De luisteraar<br />
krijgt de indruk dat ook de woorden van<br />
Beethoven zelf moeten zijn, maar dat is niet<br />
zo. De tekst is van de jonge Tsjechische<br />
medicijnenstudent Alois Isidor Jeitteles die<br />
in Wenen met zijn poëzie furore maakte.<br />
Misschien heeft Jeitteles de gedichten zelfs<br />
in opdracht van Beethoven geschreven.<br />
Tekst toelichting: Katja Reichenfeld<br />
Zeer waarschijnlijk heeft Beethovens ‘ferne<br />
Geliebte’ een autobiografische oorsprong<br />
en houden de liederen verband met een<br />
van Beethovens liefdesgeschiedenissen.<br />
De naam die het beste past bij deze cyclus<br />
is die van Josephine von Brunsvik met wie<br />
Beethoven zich innig verbonden voelde,<br />
maar die hem wegens het standsverschil<br />
afwees. Wel bracht zij van hem een<br />
dochtertje ter wereld met de naam ‘Minona<br />
(anagram van ‘Anonim’).<br />
7
Liedteksten<br />
Beethoven - An die ferne Geliebte (omslag eerste uitgave uit 1816)<br />
8
Liedteksten<br />
Ludwig van Beethoven<br />
Resignation<br />
Tekst: Paul Graf von Haugwitz (1791 - 1856)<br />
Ga uit, mijn licht. Wat je mist, is nu<br />
verdwenen. Ze hebben je de lucht ontnomen<br />
en de vlam flakkert.<br />
Lisch aus, mein Licht!<br />
Was dir gebricht,<br />
Das ist nun fort,<br />
an diesem Ort<br />
Kannst du’s nicht wieder finden!<br />
Du mußt nun los dich binden.<br />
Sonst hast du lustig aufgebrannt,<br />
Nun hat man dir die Luft entwandt;<br />
Wenn diese fort gewehet,<br />
die Flamme irregehet,<br />
Sucht, findet nicht;<br />
lisch aus, mein Licht!<br />
An die Hoffnung op. 32<br />
Tekst: Christoph August Tiedge (1752 - 1841)<br />
O hoop! Laat de mens weer geloven, dat<br />
daarboven een engel zijn tranen telt. Als de<br />
geliefde stemmen zwijgen en de herinnering<br />
vervaagd is, ga dan naar waar de verlatene<br />
steun zoekt op de verzonken urnen. En<br />
als hij opkijkt en de laatste zonnestralen<br />
ondergaan, laat hem dan de door de zon<br />
verlichte wolkenrand zien.<br />
Die du so gern in heil’gen Nächten feierst<br />
Und sanft und weich den Gram verschleierst,<br />
Der eine zarte Seele quält,<br />
O Hoffnung! Laß, durch dich empor gehoben,<br />
Den Dulder ahnen, daß dort oben<br />
Ein Engel seine Tränen zählt!<br />
Wenn, längst verhallt, geliebte Stimmen<br />
schweigen;<br />
Wenn unter ausgestorb’nen Zweigen<br />
Verödet die Erinn’rung sitzt:<br />
Dann nahe dich, wo dein Verlaßner trauert<br />
Und, von der Mitternacht umschauert,<br />
Sich auf versunk’ne Urnen stützt.<br />
Und blickt er auf, das Schicksal anzuklagen,<br />
Wenn scheidend über seinen Tagen<br />
Die letzten Strahlen untergehn:<br />
Dann laß’ ihn um den Rand des<br />
Erdentraumes<br />
Das Leuchten eines Wolkensaumes<br />
Von einer nahen Sonne seh’n!<br />
9
Liedteksten<br />
Lied aus der Ferne<br />
Tekst: Christian Ludwig Reissig (1784 - 1847)<br />
Toen ik nog geen tranen van verlangen<br />
had, wat leek mijn leven op een bos vol<br />
nachtegalen, vol spel en dans. Nu drijft het<br />
verlangen mij naar boven en zoekt mijn blik<br />
haar glimlach. Kom, mijn lieve, jouw vriend is<br />
hier. Ik wil alles voor jou opofferen. Maak van<br />
mijn hutje een tempel met jou als godin!<br />
Als mir noch die Träne der Sehnsucht nicht<br />
floß,<br />
Und neidisch die Ferne nicht Liebchen<br />
verschloß,<br />
Wie glich da mein Leben dem blühenden Kranz,<br />
Dem Nachtigallwäldchen, voll Spiel und voll<br />
Tanz!<br />
Nun treibt mich oft Sehnsucht hinaus auf die<br />
Höhn,<br />
Den Wunsch meines Herzens wo lächeln zu<br />
seh’n!<br />
Hier sucht in der Gegend mein<br />
schmachtender Blick,<br />
Doch kehret es nimmer befriedigt zurück.<br />
Wie klopft es im Busen, als wärst du mir nah,<br />
O komm, meine Holde, dein Jüngling ist da!<br />
Ich opfre dir alles, was Gott mir verlieh,<br />
Denn wie ich dich liebe, so liebt’ ich noch nie!<br />
O Teure, komm eilig zum bräutlichen Tanz!<br />
Ich pflege schon Rosen und Myrten zum Kranz.<br />
Komm, zaubre mein Hüttchen zum Tempel<br />
der Ruh,<br />
Zum Tempel der Wonne, die Göttin sei du!<br />
Mailied<br />
Tekst: Johann Wolfgang von Goethe (1749 - 1832)<br />
Hoe mooi sprankelt de natuur! Bloesem<br />
bloeit uit elke tak en vreugde en genot<br />
is bij ieder. O liefde, jij eert het veld met<br />
bloemengeuren. Meisje, wat hou ik van jou.<br />
Wat hou jij van mij! Zoals de leeuwerik houdt<br />
van zang en lucht. Jij geeft mij jeugd en<br />
vreugde voor nieuwe liederen en dansen. Blijf<br />
eeuwig gelukkig.<br />
Wie herrlich leuchtet<br />
Mir die Natur!<br />
Wie glänzt die Sonne!<br />
Wie lacht die Flur!<br />
Es dringen Blüten<br />
Aus jedem Zweig<br />
Und tausend Stimmen<br />
Aus dem Gesträuch,<br />
Und Freud und Wonne<br />
Aus jeder Brust.<br />
O Erd’, o Sonne!<br />
O Glück, o Lust!<br />
O Lieb’, o Liebe!<br />
So golden schön,<br />
Wie Morgenwolken<br />
Auf jenen Höhn!<br />
Du segnest herrlich<br />
Das frische Feld,<br />
Im Blütendampfe<br />
Die volle Welt.<br />
10
Liedteksten<br />
O Mädchen, Mädchen,<br />
Wie lieb ich dich!<br />
Wie blickt dein Auge,<br />
Wie liebst du mich!<br />
So liebt die Lerche<br />
Gesang und Luft,<br />
Und Morgenblumen<br />
Den Himmelsduft,<br />
Wie ich dich liebe<br />
Mit warmen Blut,<br />
Die du mir Jugend<br />
Und Freud und Mut<br />
Zu neuen Liedern<br />
Und Tänzen gibst.<br />
Sei ewig glücklich,<br />
Wie du mich liebst!<br />
Der Liebende<br />
Tekst: Christian Ludwig Reissig<br />
Wat een wonderbaarlijk leven en nooit eerder<br />
ervaren beven welt op in mijn borst. Hart, wat<br />
is dit kloppen? Is de bloem der goden door<br />
de liefdesadem opgebloeid? Ja, de toverblik<br />
vol goedheid houdt mij stevig vast. En wil ik<br />
vluchten, dan voeren de tranen mij weer terug.<br />
Voor haar klopt eeuwig dit hart, maar zij voelt<br />
niet echt, wat mijn hart met ogen zegt.<br />
Herz, mein Herz, was soll dies Pochen?<br />
Deine Ruh’ ist unterbrochen,<br />
Sprich, was ist mit dir gescheh’n?<br />
So hab’ ich dich nie geseh’n!<br />
Hat dich nicht die Götterblume<br />
Mit dem Hauch der Lieb’ entglüht,<br />
Sie, die in dem Heiligtume<br />
Reiner Unschuld auf geblüht?<br />
Ja, die schöne Himmelsblüte<br />
Mit dem Zauberblick voll Güte<br />
Hält mit einem Band mich fest,<br />
Das sich nicht zerreissen läßt!<br />
Oft will ich die Teure fliehen;<br />
Tränen zittern dann im Blick,<br />
Und der Liebe Geister ziehen<br />
Auf der Stelle mich zurück.<br />
Denn ihr pocht mit heißen Schlägen<br />
Ewig dieses Herz entgegen,<br />
Aber ach, sie fühlt es nicht,<br />
Was mein Herz im Auge spricht!<br />
Welch ein wunderbares Leben,<br />
Ein Gemisch von Schmerz und Lust,<br />
Welch ein nie gefühltes Beben<br />
Waltet jetzt in meiner Brust!<br />
11
Liedteksten<br />
Sechs Lieder nach Gedichten von Gellert<br />
Tekst: Christian Fürchtegott Gellert (1715 - 1769)<br />
1. Bitten<br />
God, Heer, mijn burcht, mijn rots, mijn<br />
toevluchtsoord, aanhoor mijn gebed. Ik bid<br />
niet om overvloed. Geef mij slechts wijsheid<br />
en verstand. Ik vraag u niet lang te leven.<br />
Laat mij enkel barmhartigheid bij u in het<br />
sterven vinden.<br />
Gott, deine Güte reicht so weit,<br />
So weit die Wolken gehen,<br />
Du krönst uns mit Barmherzigkeit<br />
Und eilst, uns beizustehen.<br />
Herr! Meine Burg, mein Fels, mein Hort,<br />
Vernimm mein Flehn, merk auf mein Wort;<br />
Denn ich will vor dir beten!<br />
Ich bitte nicht um Überfluß<br />
Und Schätze dieser Erden.<br />
Laß mir, so viel ich haben muß,<br />
Nach deiner Gnade werden.<br />
Gib mir nur Weisheit und Verstand,<br />
Dich, Gott, und den, den du gesandt,<br />
Und mich selbst zu erkennen.<br />
So bitt ich dich, Herr Zebaoth,<br />
Auch nicht um langes Leben.<br />
Im Glücke Demut, Mut in Not,<br />
Das wolltest du mir geben.<br />
In deiner Hand steht meine Zeit;<br />
Laß du mich nur Barmherzigkeit<br />
Vor dir im Tode finden.<br />
2. Die Liebe des Nächsten<br />
Als iemand zegt: ‘Ik hou van God’ en toch zijn<br />
broers haat, dan drijft hij de spot met Gods<br />
waarheid. Wie zijn buurman graag beschimpt<br />
en de lasteraar niet tegenspreekt, houdt ook<br />
niet van zijn broeder. Wie slechts uit trots en<br />
eigenbelang zijn naaste helpt, houdt ook niet<br />
van zijn naaste. Over hem zal onbarmhartig<br />
recht worden gesproken, dus God, geef mij<br />
een hart vol liefde.<br />
So jemand spricht: Ich liebe Gott,<br />
Und haßt doch seine Brüder,<br />
Der treibt mit Gottes Wahrheit Spott<br />
Und reißt sie ganz darnieder.<br />
Gott ist die Lieb, und will, daß ich<br />
Den Nächsten liebe, gleich als mich.<br />
Wer seines Nächsten Ehre schmäht,<br />
Und gern sie schmähen höret;<br />
Sich freut, wenn sich sein Feind vergeht,<br />
Und nichts zum Besten kehret;<br />
Nicht dem Verleumder widerspricht;<br />
Der liebt auch seinen Bruder nicht.<br />
Wer zwar mit Rat, mit Trost und Schutz<br />
Den Nächsten unterstützet,<br />
Doch nur aus Stolz, aus Eigennutz,<br />
Aus Weichlichkeit ihm nützet;<br />
Nicht aus Gehorsam, nicht aus Pflicht;<br />
Der liebt auch seinen Nächsten nicht.<br />
12
Liedteksten<br />
Ein unbarmherziges Gericht<br />
Wird über den ergehen,<br />
Der nicht barmherzig ist, der nicht<br />
Die rettet, die ihn flehen.<br />
Drum gib mir, Gott! durch deinen Geist<br />
Ein Herz, das dich durch Liebe preist.<br />
3. Vom Tode<br />
Mijn leven gaat voorbij, wat heb ik nog te<br />
leven? Mens, denk toch aan je dood! Zeg: Ik<br />
weet, wie ik moet geloven, ik zal hem zien. Hij<br />
die riep: ‘Het is volbracht’, ontnam de dood<br />
zijn macht.<br />
Meine Lebenszeit verstreicht,<br />
Stündlich eil ich zu dem Grabe,<br />
Und was ist’s, das ich vielleicht,<br />
Das ich noch zu leben habe?<br />
Denk, o Mensch, an deinen Tod!<br />
Säume nicht, denn Eins ist Not!<br />
4. Die Ehre Gottes aus der Natur<br />
De hemelen roemen de naam van de<br />
Eeuwige; mens, verneem hun goddelijk<br />
woord! De zon komt en lacht ons vanuit de<br />
verte toe en volgt de weg gelijk een held.<br />
Die Himmel rühmen des Ewigen Ehre;<br />
Ihr Schall pflanzt seinen Namen fort.<br />
Ihn rühmt der Erdkreis, ihn preisen die Meere;<br />
Vernimm, o Mensch, ihr göttlich Wort!<br />
Wer trägt der Himmel unzählbare Sterne?<br />
Wer führt die Sonn aus ihrem Zelt?<br />
Sie kommt und leuchtet und lacht uns von<br />
ferne<br />
Und läuft den Weg gleich als ein Held.<br />
Überwind ihn durch Vertraun,<br />
Sprich: Ich weiß, an wen ich gläube,<br />
Und ich weiß, ich werd ihn schaun<br />
Einst in diesem meinem Leibe.<br />
Er, der rief: Es ist vollbracht!<br />
Nahm dem Tode seine Macht.<br />
13
Liedteksten<br />
5. Gottes Macht und Vorsehung<br />
God is mijn lied! Zijn werken zijn groot en de<br />
hemelen Zijn oord. Hij gebiedt en spreekt<br />
en kent mijn smeekbede. Hij weet hoe vaak<br />
ik goed doe en faal. Heer, ik zal Uw naam<br />
altijd eren. Als God mijn bescherming is, dan<br />
trotseer ik zelfs de hel.<br />
Gott ist mein Lied!<br />
Er ist der Gott der Stärke,<br />
Hehr ist sein Nam’<br />
Und groß sind seine Werke,<br />
Und alle Himmel sein Gebiet.<br />
Er will und spricht’s;<br />
So sind und leben Welten.<br />
Und er gebeut; so fallen durch sein Schelten<br />
Die Himmel wieder in ihr Nichts.<br />
Er kennt mein Flehn<br />
Und allen Rat der Seele.<br />
Er weiß, wie oft ich Gutes tu und fehle,<br />
Und eilt, mir gnädig beizustehn.<br />
Nichts, nichts ist mein,<br />
Das Gott nicht angehöre.<br />
Herr, immerdar soll deines Namens Ehre,<br />
Dein Lob in meinem Munde sein!<br />
Ist Gott mein Schutz,<br />
Will Gott mein Retter werden:<br />
So frag ich nichts nach Himmel und nach<br />
Erden,<br />
Und biete selbst der Hölle Trutz.<br />
6. Bußlied<br />
Alleen voor U heb ik gezondigd. Zie mijn<br />
ellende aan, zie mijn tranen. Hoe lang blijft U<br />
nog van mij weg? Laat mij U vinden, God van<br />
medelijden en geduld. Vul mij met genade,<br />
God die graag verblijdt. Laat mij Uw pad<br />
weer volgen, ik ben Uw dienaar. Heer, sta mij<br />
bij. De Heer hoort mijn bede en zorgt voor<br />
mijn ziel.<br />
An dir allein, an dir hab ich gesündigt,<br />
Und übel oft vor dir getan.<br />
Du siehst die Schuld, die mir den Fluch<br />
verkündigt;<br />
Sieh, Gott, auch meinen Jammer an.<br />
Dir ist mein Flehn, mein Seufzen nicht<br />
verborgen,<br />
Und meine Tränen sind vor dir.<br />
Ach Gott, mein Gott, wie lange soll ich<br />
sorgen?<br />
Wie lang entfernst du dich von mir?<br />
Herr, handle nicht mit mir nach meinen<br />
Sünden,<br />
Vergilt mir nicht nach meiner Schuld.<br />
Ich suche dich, laß mich dein Antlitz finden,<br />
Du Gott der Langmut und Geduld.<br />
Früh wollst du mich mit deiner Gnade füllen,<br />
Gott, Vater der Barmherzigeit.<br />
Erfreue mich um deines Namens willen,<br />
Du bist mein Gott, der gern erfreut.<br />
14
Liedteksten<br />
Laß deinen Weg mich wieder freudig wallen<br />
Und lehre mich dein heilig Recht<br />
Mich täglich tun nach deinem Wohlgefallen;<br />
Du bist mein Gott, ich bin dein Knecht.<br />
Herr, eile du, mein Schutz, mir beizustehen,<br />
Und leite mich auf ebner Bahn.<br />
Er hört mein Schrei’n, der Herr erhört mein<br />
Flehen<br />
Und nimmt sich meiner Seele an.<br />
An die Hoffnung op. 94<br />
Tekst: Christoph August Tiedge<br />
Of er een God is? Hopen moet de mens,<br />
niet vragen. Laat de mens weer geloven, dat<br />
daarboven een engel zijn tranen telt. Als de<br />
geliefde stemmen zwijgen en de herinnering<br />
vervaagd is, ga dan naar waar de verlatene<br />
steun zoekt op de verzonken urnen. En<br />
als hij opkijkt en de laatste zonnestralen<br />
ondergaan, laat hem dan de door de zon<br />
verlichte wolkenrand zien.<br />
Wenn, längst verhallt, geliebte Stimmen<br />
schweigen;<br />
Wenn unter ausgestorb’nen Zweigen<br />
Verödet die Erinn’rung sitzt:<br />
Dann nahe dich, wo dein Verlaßner trauert<br />
Und, von der Mitternacht umschauert,<br />
Sich auf versunk’ne Urnen stützt.<br />
Und blickt er auf, das Schicksal anzuklagen,<br />
Wenn scheidend über seinen Tagen<br />
Die letzten Strahlen untergehn:<br />
Dann laß’ ihn um den Rand des<br />
Erdentraumes<br />
Das Leuchten eines Wolkensaumes<br />
Von einer nahen Sonne seh’n!<br />
Ob ein Gott sei? Ob er einst erfülle,<br />
Was die Sehnsucht weinend sich verspricht?<br />
Ob, vor irgendeinem Weltgericht,<br />
Sich dies rätselhafte Sein enthülle?<br />
Hoffen soll der Mensch! Er frage nicht!<br />
Die du so gern in heil’gen Nächten feierst<br />
Und sanft und weich den Gram verschleierst,<br />
Der eine zarte Seele quält,<br />
O Hoffnung! Laß, durch dich empor gehoben,<br />
Den Dulder ahnen, daß dort oben<br />
Ein Engel seine Tränen zählt!<br />
15
Liedteksten<br />
Adelaide<br />
Tekst: Friedrich von Matthisson (1761 - 1831)<br />
Eenzaam wandelt jouw vriend door de<br />
voorjaarstuin door toverlicht omgeven. In<br />
het meer, in de avondwolken, straalt jouw<br />
beeltenis. Avondbriesjes fluisteren en<br />
nachtegalen zingen jouw naam. En op mijn<br />
graf bloeit uit de as van mijn hart een bloem<br />
met op elk purperen blaadje fonkelend:<br />
Adelaide!<br />
Einsam wandelt dein Freund im<br />
Frühlingsgarten,<br />
Mild vom lieblichen Zauberlicht umflossen,<br />
Das durch wankende Blütenzweige zittert,<br />
Adelaide!<br />
Wonne der Wehmut<br />
Tekst: Johann Wolfgang von Goethe (1749-1832)<br />
Droog niet op, tranen van eeuwige liefde!<br />
Slechts het half opgedroogde oog ziet hoe<br />
leeg en dood hem de wereld lijkt.<br />
Trocknet nicht, trocknet nicht,<br />
Tränen der ewigen Liebe!<br />
Ach, nur dem halbgetrockneten Auge<br />
Wie öde, wie tot die Welt ihm erscheint!<br />
Trocknet nicht, trocknet nicht,<br />
Tränen unglücklicher Liebe!<br />
In der spiegelnden Flut, im Schnee der Alpen,<br />
In des sinkenden Tages Goldgewölken,<br />
Im Gefilde der Sterne strahlt dein Bildnis,<br />
Adelaide!<br />
Abendlüfte im zarten Laube flüstern,<br />
Silberglöckchen des Mais im Grase säuseln,<br />
Wellen rauschen und Nachtigallen flöten:<br />
Adelaide!<br />
Einst, o Wunder! entblüht auf meinem Grabe<br />
Eine Blume der Asche meines Herzens;<br />
Deutlich schimmert auf jedem<br />
Purpurblättchen:<br />
Adelaide!<br />
16
Liedteksten<br />
Das Liedchen von der Ruhe<br />
Tekst: Hermann Wilhelm Franz Ueltzen (1759 - 1808)<br />
In de armen van de liefde kan men goed<br />
rusten. Bij jou, Elise, vond ik de rust van mijn<br />
leven, maar jij wordt mij ontzegd en ik kwijn<br />
weg. In de schoot der aarde slaapt men zacht<br />
en zoet weg naar het paradijs.<br />
Im Arm der Liebe ruht sich’s wohl,<br />
Mir winkt sie, ach! Vergebens.<br />
Bei dir, Elise, fänd’ ich wohl<br />
Die Ruhe meines Lebens<br />
Dich wehrt mir harter Menschen Sinn,<br />
Und in der Blüte welk’ ich hin!<br />
Im Schoß der Erde ruht sich’s wohl,<br />
So still und ungestöret,<br />
Hier ist das Herz so kummervoll<br />
Dort wird’s durch nichts beschweret.<br />
Man schläft so sanft, schläft so süß<br />
Hinüber in das Paradies.<br />
An die Geliebte<br />
Tekst: Josef Ludwig Stoll (1778 - 1815)<br />
O, dat ik de tranen uit jouw liefdevolle oog<br />
van jouw wang mag zuigen. Nu is ook jouw<br />
verdriet van mij.<br />
O daß ich dir vom stillen Auge<br />
In seinem liebevollen Schein<br />
Die Träne von der Wange sauge,<br />
Eh sie die Erde trinket ein!<br />
Wohl hält sie zögernd auf der Wange<br />
Und will sich heiß der Treue weihn.<br />
Nun ich sie so im Kuß empfange,<br />
Nun sind auch deine Schmerzen mein.<br />
17
Liedteksten<br />
An die ferne Geliebte<br />
Tekst: Alois (Isidor) Jeitteles (1794 - 1858)<br />
1. Auf dem Hügel sitz ich spähend<br />
Vanaf de heuvel tuur ik naar het nevelige<br />
landschap waar ik jou, geliefde, vond. Tussen<br />
ons liggen berg en dal, geluk en smart. Kan<br />
niets meer tot jou doordringen? Ik wil voor<br />
jou zingen over mijn pijn, want voor liederen<br />
wijken ruimte en tijd, en een liefhebbend hart<br />
bereikt waaraan het zich heeft toegewijd.<br />
Auf dem Hügel sitz ich, spähend<br />
In das blaue Nebelland,<br />
Nach den fernen Triften sehend,<br />
Wo ich dich, Geliebte, fand.<br />
Weit bin ich von dir geschieden,<br />
Trennend liegen Berg und Tal<br />
Zwischen uns und unserm Frieden,<br />
Unserm Glück und unsrer Qual.<br />
Ach, den Blick kannst du nicht sehen,<br />
Der zu dir so glühend eilt,<br />
Und die Seufzer, sie verwehen<br />
In dem Raume, der uns teilt.<br />
Will denn nichts mehr zu dir dringen,<br />
Nichts der Liebe Bote sein?<br />
Singen will ich, Lieder singen,<br />
Die dir klagen meine Pein!<br />
2. Wo die Berge so blau<br />
Boven op de blauwe bergen, waar de zon<br />
schijnt en de wolken omheen trekken, daar<br />
wil ik graag zijn. Waar in het gesteente rustig<br />
de sleutelbloem mediteert en de wind zacht<br />
waait. Liefde en innerlijke pijn trekken me<br />
naar het peinzende woud. Ach, kon ik maar<br />
eeuwig bij jou, geliefde, zijn.<br />
Wo die Berge so blau<br />
Aus dem nebligen Grau<br />
Schauen herein,<br />
Wo die Sonne verglüht,<br />
Wo die Wolke umzieht,<br />
Möchte ich sein!<br />
Dort im ruhigen Tal<br />
Schweigen Schmerzen und Qual.<br />
Wo im Gestein<br />
Still die Primel dort sinnt,<br />
Weht so leise der Wind,<br />
Möchte ich sein!<br />
Hin zum sinnigen Wald<br />
Drängt mich Liebesgewalt,<br />
Innere Pein.<br />
Ach, mich zög’s nicht von hier,<br />
Könnt ich, Traute, bei dir<br />
Ewiglich sein!<br />
Denn vor Liebesklang entweichet<br />
Jeder Raum und jede Zeit,<br />
Und ein liebend Herz erreichet,<br />
Was ein liebend Herz geweiht!<br />
18
Liedteksten<br />
3. Leichte Segler in den Höhen<br />
Wolken, zie je mijn lief, toon haar mijn beeld<br />
in de lucht. Staat zij stil bij de kale struiken,<br />
vertel haar, vogels, over mijn verdriet.<br />
Winden, breng naar mijn uitverkorene mijn<br />
zuchten. Laat haar, kleine beek, in jouw<br />
golven mijn ontelbare tranen zien.<br />
Leichte Segler in den Höhen,<br />
Und du, Bächlein klein und schmal,<br />
Könnt mein Liebchen ihr erspähen,<br />
Grüßt sie mir viel tausendmal.<br />
Seht ihr, Wolken, sie dann gehen<br />
Sinnend in dem stillen Tal,<br />
Laßt mein Bild vor ihr entstehen<br />
In dem luft’gen Himmelssaal.<br />
Wird sie an den Büschen stehen,<br />
Die nun herbstlich falb und kahl.<br />
Klagt ihr, wie mir ist geschehen,<br />
Klagt ihr, Vöglein, meine Qual.<br />
4. Diese Wolken in den Höhen<br />
Wolken en vogels, neem mij mee in jullie<br />
vlucht. Laat mij meedoen als de wind rond<br />
haar wangen speelt en woelt in haar lokken.<br />
Het beekje stroomt vanuit de bergen naar<br />
haar. Laat haar spiegeling snel weer terug<br />
naar hier vloeien.<br />
Diese Wolken in den Höhen,<br />
Dieser Vöglein muntrer Zug,<br />
Werden dich, o Huldin, sehen.<br />
Nehmt mich mit im leichten Flug!<br />
Diese Weste werden spielen<br />
Scherzend dir um Wang’ und Brust,<br />
In den seidnen Locken wühlen.<br />
Teilt ich mit euch diese Lust!<br />
Hin zu dir von jenen Hügeln<br />
Emsig dieses Bächlein eilt.<br />
Wird ihr Bild sich in dir spiegeln,<br />
Fließ zurück dann unverweilt!<br />
Stille Weste, bringt im Wehen<br />
Hin zu meiner Herzenswahl<br />
Meine Seufzer, die vergehen<br />
Wie der Sonne letzter Strahl.<br />
Flüstr’ ihr zu mein Liebesflehen,<br />
Laß sie, Bächlein klein und schmal,<br />
Treu in deinen Wogen sehen<br />
Meine Tränen ohne Zahl!<br />
19
Liedteksten<br />
5. Es kehret der Maien, es blühet die Au<br />
De mei komt weer terug, het veld bloeit. De<br />
zwaluw maakt een nest waarin de liefde zal<br />
wonen, met zachte dingen voor de kleintjes.<br />
De liefde, door de winter gescheiden, wordt<br />
door de mei weer samengebracht. Onze<br />
liefde kent echter geen lente en tranen zijn<br />
alles wat ons rest.<br />
Es kehret der Maien, es blühet die Au,<br />
Die Lüfte, sie wehen so milde, so lau,<br />
Geschwätzig die Bäche nun rinnen.<br />
Die Schwalbe, die kehret zum wirtlichen<br />
Dach,<br />
Sie baut sich so emsig ihr bräutlich Gemach,<br />
Die Liebe soll wohnen da drinnen.<br />
Sie bringt sich geschäftig von kreuz und von<br />
quer<br />
Manch weicheres Stück zu dem Brautbett<br />
hierher,<br />
Manch wärmendes Stück für die Kleinen.<br />
Nun wohnen die Gatten beisammen so treu,<br />
Was Winter geschieden, verband nun der<br />
Mai,<br />
Was liebet, das weiß er zu einen.<br />
6. Nimm sie hin denn, diese Lieder<br />
Neem deze liederen, die ik voor jou, mijn<br />
geliefde, zong, en zing ze ‘s avonds weer<br />
opnieuw bij zonsondergang. En als jij zingt<br />
wat uit mijn verlangen is ontstaan, dan<br />
zal datgene wat ons scheidt wijken; een<br />
liefhebbend hart bereikt waaraan het zich<br />
heeft toegewijd.<br />
Nimm sie hin denn, diese Lieder,<br />
Die ich dir, Geliebte, sang,<br />
Singe sie dann abends wieder<br />
Zu der Laute süßem Klang.<br />
Wenn das Dämmrungsrot dann ziehet<br />
Nach dem stillen blauen See,<br />
Und sein letzter Strahl verglühet<br />
Hinter jener Bergeshöh;<br />
Und du singst, was ich gesungen,<br />
Was mir aus der vollen Brust<br />
ohne Kunstgepräng erklungen,<br />
Nur der Sehnsucht sich bewußt:<br />
Dann vor diesen Liedern weichet<br />
Was geschieden uns so weit,<br />
Und ein liebend Herz erreichet<br />
Was ein liebend Herz geweiht.<br />
Es kehret der Maien, es blühet die Au.<br />
Die Lüfte, sie wehen so milde, so lau.<br />
Nur ich kann nicht ziehen von hinnen.<br />
Wenn alles, was liebet, der Frühling vereint,<br />
Nur unserer Liebe kein Frühling erscheint,<br />
Und Tränen sind all ihr Gewinnen.<br />
20
Biografieën<br />
Componist<br />
Ludwig van<br />
Beethoven<br />
Ludwig van Beethoven<br />
(1770 - 1827) kwam uit een<br />
Vlaamse muzikantenfamilie.<br />
Zijn grootvader was zanger<br />
en koordirigent in Mechelen<br />
en kreeg in 1732 de leiding<br />
over het hofkoor in Bonn.<br />
Ook Beethovens vader was<br />
zanger in dienst van de<br />
keurvorst. Toen hij echter<br />
na de dood van zijn vrouw,<br />
Beethovens moeder, aan<br />
de drank raakte, werd hij<br />
ontslagen en raakte geheel<br />
afhankelijk van de steun van<br />
zijn zoon Ludwig.<br />
Beethoven kreeg als kind<br />
piano- en vioolles van zijn<br />
vader, maar vanaf 1779<br />
was hoforganist Christian<br />
Gottlob Neefe zijn leraar. Al<br />
als tiener kwam hij in het<br />
café de ‘Zehrgarten’, een<br />
geliefde plek voor jongeren<br />
uit aristocratische kringen,<br />
waar verschillende van zijn<br />
levenslange vriendschappen<br />
ontstonden. Bij de koffie<br />
werd daar gedebatteerd<br />
over Immanuel Kant wiens<br />
Kritik der reinen Vernunft in<br />
1781 was uitgekomen. Zijn<br />
ideeën maakten diepe indruk<br />
op Beethoven en drukte<br />
een stempel op hem als<br />
zelfbewuste kunstenaar. Hij<br />
ontwikkelde zich eerst tot een<br />
pianovirtuoos en improvisator,<br />
daarna kwam de nadruk te<br />
liggen op zijn composities.<br />
In 1792 vestigde hij zich in<br />
Wenen waar hij zijn leven<br />
lang woonde, zonder grote<br />
concertreizen te ondernemen.<br />
Al vanaf zijn 26e had<br />
Beethoven steeds ernstiger<br />
wordende gehoorproblemen.<br />
Toch wist hij met allerlei<br />
hulpmiddelen klanken op te<br />
vangen. Toen hij op latere<br />
leeftijd bezoek zou krijgen<br />
van jonge musici die zijn lied<br />
Adelaïde voor hem wilden<br />
uitvoeren, stelde hij de twee<br />
van tevoren gerust: aan hun<br />
gezicht kon hij de expressie<br />
aflezen en de ademhaling<br />
stelde hem in staat de<br />
frasering te volgen. Letterlijk<br />
alles heeft Beethoven in het<br />
werk gesteld om de muziek te<br />
kunnen blijven volgen en om<br />
te blijven componeren.<br />
21
Biografieën<br />
Uitvoerenden<br />
<strong>Matthias</strong> <strong>Goerne</strong><br />
Bariton <strong>Matthias</strong> <strong>Goerne</strong><br />
(1967) groeide op in het<br />
Oost-Duitse Weimar en<br />
vond in Leipzig zijn eerste<br />
docent: Hans-Joachim<br />
Beyer. Zijn grote talent<br />
opende de grenzen naar<br />
het Westen en hij werd<br />
vervolgens opgeleid door<br />
de grootsten in het vak:<br />
Elisabeth Schwarzkopf en<br />
Dietrich Fischer-Dieskau.<br />
Al in 1997 trad hij<br />
op in Amsterdam<br />
met het Koninklijk<br />
Concertgebouworkest,<br />
hetzelfde jaar waarin zijn<br />
operadebuut plaatsvond bij<br />
de Salzburger Festspiele<br />
als Papageno in Mozarts<br />
Zauberflöte. Inmiddels<br />
heeft <strong>Goerne</strong> wereldfaam<br />
opgebouwd als operazanger<br />
met opera’s van Wagner,<br />
Strauss, Alban Berg en<br />
Bartók. Na de uitgave van<br />
de dubbel-cd The Wagner<br />
Project bij harmonia mundi<br />
met scènes uit Wagneropera’s,<br />
zal <strong>Goerne</strong> deze<br />
zomer in Berlijn de rol van<br />
de ‘Fliegende Holländer’<br />
zingen in Berlijn. Maar vooral<br />
is hij beroemd als vertolker<br />
van het romantische lied.<br />
Met liederen van Schubert,<br />
Schumann, Brahms en<br />
Mahler bereikte hij de<br />
absolute top. De NRC<br />
schreef ooit: ‘Alleen al om<br />
de wijze waarop <strong>Goerne</strong><br />
Mahler-liederen zingt, zou<br />
je honderden kilometers<br />
omreizen.’ Dat geldt zeker<br />
ook voor de liederen<br />
van Beethoven. <strong>Goerne</strong><br />
voerde al eerder een heel<br />
Beethoven-programma uit in<br />
de Londense Wigmore Hall,<br />
met Kristian Bezuidenhout<br />
aan de piano. Over enkele<br />
weken zal een cd van <strong>Goerne</strong><br />
uitgebracht worden met<br />
Beethoven-liederen, samen<br />
met pianist Jan Lisiecki. Een<br />
reeks grote liedbegeleiders<br />
hebben zich als partner aan<br />
<strong>Goerne</strong> verbonden, zoals<br />
Graham Johnson, Markus<br />
Hinterhäuser en <strong>Alexander</strong><br />
<strong>Schmalcz</strong>. Ook solisten zoals<br />
Alfred Brendel, Christoph<br />
Eschenbach en Leif Ove<br />
Andsnes treden graag op<br />
met <strong>Goerne</strong>.<br />
22
Biografieën<br />
foto: Caroline de Bon<br />
23
Biografieën<br />
<strong>Alexander</strong> <strong>Schmalcz</strong><br />
Piano<br />
Pianist <strong>Alexander</strong><br />
<strong>Schmalcz</strong> komt eveneens<br />
oorspronkelijk uit Oost-<br />
Duitsland. Hij begon zijn<br />
muziekopleiding in Dresden<br />
als koorzanger van het<br />
Dresdener Kreuzchor, waar<br />
hij ook pianoles kreeg.<br />
van Leipzig, en over de<br />
hele wereld geeft hij<br />
masterclasses.<br />
Tekst biografieën: Katja<br />
Reichenfeld<br />
Vervolgens studeerde<br />
<strong>Schmalcz</strong> piano aan het<br />
Conservatorium van Utrecht<br />
en aan de Guildhall School<br />
in Londen. Zijn leraren daar<br />
waren de liedbegeleiders<br />
Iain Burnside en Graham<br />
Johnson. In 1996 werd<br />
hij onderscheiden met<br />
de Gerald Moore prijs.<br />
Inmiddels is hij een<br />
veelgevraagde pianist<br />
die optreedt met grote<br />
zangers op de belangrijkste<br />
podia over de hele wereld.<br />
Zijn samenwerking met<br />
<strong>Matthias</strong> <strong>Goerne</strong> kreeg<br />
een extra accent door<br />
zijn orkestbewerking<br />
van Schubert-liederen<br />
die <strong>Schmalcz</strong> maakte in<br />
opdracht van <strong>Goerne</strong>. Als<br />
leraar is hij verbonden<br />
aan het conservatorium<br />
<strong>24</strong>
Biografieën<br />
foto: Caroline de Bon<br />
25
Biografieën<br />
Berend Eijkhout<br />
Bariton<br />
26<br />
foto: Arash Nikkhah<br />
Berend Eijkhout (1989)<br />
studeerde aan het<br />
Koninklijk Conservatorium<br />
in Den Haag bij Frans<br />
Fiselier en Gerda van Zelm.<br />
Hij vervolgde zijn opleiding<br />
bij Nadine Secunde en Peter<br />
Lockwood.<br />
Berend heeft al meerdere<br />
opera-uitvoeringen op zijn<br />
naam staan. Dit seizoen<br />
was hij onder andere<br />
te horen als Masetto in<br />
Mozarts Don Giovanni in<br />
een concerttournee met<br />
het Orkest van de 18e Eeuw<br />
en te zien in een nieuwe<br />
familievoorstelling van De<br />
Nationale Opera: Een lied<br />
voor de maan. Hij heeft een<br />
uitgebreid concertrepertoire<br />
en werkte als solist samen<br />
met onder anderen Jos<br />
van Veldhoven (Messiah,<br />
Weihnachtsoratorium),<br />
Antony Hermus (Die sieben<br />
Todsünden), Ton Koopman<br />
(Hohe Messe), Daniel Reuss<br />
(Ein deutsches Requiem),<br />
Sander Teepen (Matthäus<br />
Passion) en Marcus Creed<br />
(Die Schöpfung). Als<br />
begeesterd liedzanger<br />
werkte hij samen met<br />
pianisten Daan Boertien,<br />
Felix Justin en Rixt van der<br />
Kooij. Bij het Internationaal<br />
Vocalisten Concours<br />
volgde hij masterclasses<br />
van Elly Ameling en Hans<br />
Eijsackers. Ook is hij een<br />
door componisten en publiek<br />
gewaardeerd vertolker van<br />
nieuwe kamermuziek.<br />
Felix Justin<br />
Piano<br />
Felix Justin werd geboren<br />
in Surabaja, Indonesië.<br />
Nadat hij zijn studie tot<br />
apotheker had afgerond in<br />
zijn geboortestad Surabaya,<br />
besloot Felix zijn droom na<br />
te jagen om professioneel<br />
musicus te worden<br />
door in Nederland zijn<br />
conservatoriumopleiding<br />
voort te zetten.<br />
Felix behaalde zijn bacheloren<br />
masterstudie cum laude<br />
aan het Conservatorium in<br />
Utrecht bij Henry Kelder. In<br />
2015 won hij de eerste prijs
Biografieën<br />
van de VriendenCultuurPrijs<br />
in Tilburg. Felix heeft ook<br />
een beurs gekregen van<br />
ErasmusPlus voor een jaar<br />
studie in het buitenland,<br />
waardoor hij van 2015<br />
tot 2016 aan het Royal<br />
College of Music, Londen<br />
en de Musik und Kunst<br />
Privatuniversität, Wenen<br />
kon studeren. Felix nam<br />
deel aan masterclasses van<br />
o.a. Daniël Wayenberg en<br />
Elisabeth Leonskaja. Zijn<br />
interesse in uiteenlopende<br />
soorten muziek brengt hem<br />
ertoe te werken met zangers,<br />
koren, een saxofonist en<br />
kamermuziekensembles.<br />
Als solist en kamermusicus<br />
speelde hij in verschillende<br />
concertzalen in binnen- en<br />
buitenland<br />
www.felixjustin.<br />
27
Grote Zangers<br />
De serie Grote Zangers is een samenwerking<br />
tussen Muziekgebouw aan ’t IJ en stichting<br />
Grote Zangers.<br />
Serie Grote Zangers<br />
De Serie heeft als oogmerk het naar<br />
Nederland brengen van de wereldwijde<br />
top van klassieke (Lied)Zangers voor<br />
6 toonaangevende concerten per jaar.<br />
Wij programmeren de serie in het<br />
Muziekgebouw sinds seizoen 2010-2011.<br />
Ervaringstraject Grote Zangers<br />
Het creëren van podia voor jonge startende<br />
zangers hoort bij onze stichtingsdoelen.<br />
Grote Zangers selecteert ieder seizoen 6<br />
zangers uit de top van jong zangtalent.<br />
Grote Zangers organiseert voor deze<br />
zangers precies dát waar een groot<br />
tekort aan bestaat: speelbeurten voor<br />
solo concerten. Vaste onderdelen van het<br />
traject zijn een Voorprogramma bij onze<br />
serie en een full recital in de vorm van een<br />
huisconcert. De musici worden gehonoreerd<br />
uit Vriendenbijdragen en andere fondsen<br />
die wij werven voor dit educatietraject.<br />
Een 3e programmadeel is momenteel in<br />
ontwikkeling.<br />
Vrienden Grote Zangers<br />
Grote Zangers kent een actieve<br />
Vriendenclub. Vrienden wonen dikwijls<br />
huisconcerten bij. Er is één keer per jaar een<br />
exclusief en bijzonder evenement.<br />
Huisconcerten Grote Zangers<br />
Huisconcerten vinden plaats in panden met<br />
hoge plafonds te Amsterdam. Liefhebbers<br />
van Grote Zangers stellen hun huizen ter<br />
beschikking om jong toptalent een kans<br />
te geven om zich in een soloconcert te<br />
presenteren. Een concert duurt ca. 60<br />
minuten, na afloop krijgen gasten een<br />
glas wijn aangeboden. De toegang is<br />
op uitnodiging. Heeft u interesse een<br />
huisconcert bij te wonen? Laat het ons weten<br />
via vrienden@grotezangers.nl<br />
Partners<br />
Het Muziekgebouw; Co-producent serie Grote<br />
Zangers<br />
De Nationale Opera; Samenwerking<br />
Educatietraject<br />
Alferink Artists Management; Vocale adviezen<br />
Grote Zangers<br />
Theo van den Bogaard directeur<br />
Hanna Schreuders casting & organisatie<br />
Lia van der Steen communicatie<br />
Contact<br />
Stichting Grote Zangers<br />
Herengracht 458, 1017 CA Amsterdam<br />
t <strong>02</strong>0 6643151<br />
info@grotezangers.nl<br />
Volg ons op<br />
www.grotezangers.nl<br />
28
Verwacht<br />
Mark Padmore<br />
+ Till Fellner<br />
Verborgen juwelen van<br />
Schubert en Schumann<br />
Serie Grote<br />
Zangers<br />
Zo <strong>24</strong> mei <strong>2<strong>02</strong>0</strong><br />
Grote Zaal<br />
20.15 uur<br />
Eindelijk maakt de grote Britse liedzanger Mark Padmore<br />
zijn debuut in de serie Grote Zangers. Al lang kijken<br />
liefhebbers van het lied uit naar de komst van de Britse<br />
tenor, die ook in Nederland vooral bekend werd als de<br />
gedroomde Evangelist in de Matthäus Passion. Samen<br />
met pianist Till Fellner, die in het Muziekgebouw al eerder<br />
uitblonk in een solorecital, brengt hij minder bekende,<br />
maar o zo mooie liederen van Schubert en Schumann.<br />
De weg die Mark Padmore is gegaan, is misschien atypisch<br />
voor grote liedzangers. Hij groeide niet op in de wereld van<br />
de opera, maar maakte van meet af aan indruk in de rol<br />
van Evangelist in de grote passies van Bach. Een rol waar<br />
tekstbeleving en uitdrukking op de vierkante millimeter van<br />
het hoogste belang zijn. Padmore heeft perfecte dictie en<br />
tekstbegrip hoog in het vaandel. Het bracht hem onder meer<br />
tot artist in residence bij de Berliner Philharmoniker en een<br />
eigen serie in de Wigmore Hall. En het vormde hem tot een<br />
van de meest verfijnde liedzangers ter wereld.<br />
Mark Padmore<br />
foto: Marco Borggreve<br />
Programma: Franz Schubert Der Schiffer / Der Pilgrim<br />
Der Musensohn / Im Walde / Im Frühling / Im Abendrot<br />
Der Wanderer D 649 / Dass sie hier gewesen / Abendstern<br />
Abendlied für die Entfernte / Lachen und Weinen<br />
Frühlingsglaube / Robert Schumann Kerner Lieder<br />
29
Verwacht<br />
Februari<br />
wo 26 feb / 13.00 uur<br />
Atriumzaal<br />
Workshop SoundLAB /<br />
voorjaarsvakantie<br />
Voor kinderen (7+) met<br />
volwassenen<br />
wo 26 feb / 20.30 uur<br />
Efterklang + Kristín Anna<br />
Altid Sammen tour<br />
do 27 feb / 20.15 uur<br />
INSOMNIO<br />
God’s own musicians<br />
vr 28 feb / 20.15 uur<br />
Calefax + Helena Rasker<br />
Dansen op de vulkaan<br />
za 29 feb / 19.30 uur<br />
voorprogramma +<br />
21.15 uur concert<br />
Kabareh Cheikhats<br />
Theatrale hommage aan<br />
vrijgevochten Marokkaanse<br />
volkszangeressen<br />
Maart<br />
zo 1 mrt / 11.00 uur /<br />
Kleine Zaal<br />
Ensemble SCALA<br />
The Americans<br />
zo 1 mrt / 15.00 uur<br />
Ronald Brautigam<br />
Schuberts laatste drie<br />
pianosonates<br />
wo 4 mrt / 20.15 uur<br />
Cappella Amsterdam<br />
Dromen en Passie<br />
do 5 mrt / 12.30 uur<br />
Lunchconcert<br />
i.s.m. Prinses Christina<br />
Concours<br />
do 5 mrt / 20.15 uur<br />
Asko|Schönberg<br />
Claude Vivier, een muzikaal<br />
continent<br />
vr 6 mrt / 20.15 uur<br />
Nederlandse<br />
Bachvereniging<br />
Trauerode<br />
za 7 mrt / 20.15 uur<br />
Amsterdams Andalusisch<br />
Orkest + Nederlands<br />
Kamerorkest + Youssef Jrifi<br />
Tribute to Abdelhalim Hafez<br />
zo 8 mrt / 12.00 uur /<br />
Entreehal<br />
Muziekgebouw Park<br />
Picknick<br />
wo 11 mrt / 20.15 uur<br />
Nederlands Blazers<br />
Ensemble<br />
The Unknown Chaplin<br />
do 12 mrt / 12.30 uur<br />
Lunchconcert<br />
i.s.m. Conservatorium van<br />
Amsterdam<br />
do 12 mrt / 20.15 uur<br />
Nederlands Blazers<br />
Ensemble<br />
The Unknown Chaplin<br />
vr 13 mrt / 21.00 uur /<br />
Kleine Zaal<br />
Tomaga<br />
Bandieri Di Carta<br />
Huil van de Wolff<br />
Elke 22e van de maand<br />
klinkt om 20.00 uur het<br />
geluidsmonument Huil van de<br />
Wolff van Martijn Padding ter<br />
herinnering aan oprichter van<br />
het Muziekgebouw Jan Wolff<br />
(1941 - 2012). Zie voor meer<br />
informatie muziekgebouw. nl/<br />
huilvandewolfff<br />
Geheimtips<br />
Bijzondere concerten<br />
die je niet mag missen<br />
30
Foto: Erik van Gurp<br />
4’33 grand café<br />
Kom voor het concert eten in<br />
4’33 Grand café. Reserveren:<br />
<strong>02</strong>0 788 2090 of 433grandcafe.nl.<br />
Bij de prijs inbegrepen<br />
Reververingskosten en garderobe<br />
zijn bij de kaartprijs inbegrepen.<br />
Ook een pauzedrankje, tenzij anders<br />
vermeld op uw concertkaartje.<br />
Bij concerten zonder pauze staan<br />
drankjes klaar na afloop van het<br />
concert.<br />
Rondom het concert<br />
- Na aanvang van het concert heeft<br />
u geen toegang meer tot de zaal.<br />
- Zet uw mobiele telefoon uit voor<br />
aanvang van het concert.<br />
- Het maken van beeld- of geluidsopnamen<br />
in de zaal alleen met<br />
schriftelijke toestemming.<br />
- Algemene Bezoekersvoorwaarden<br />
zijn na te lezen op muziekgebouw.nl<br />
Steun het Muziekgebouw<br />
Inkomsten uit kaartverkoop dekken<br />
ten dele onze kosten. Word vriend<br />
of doneer: met uw extra steun<br />
kunnen we concerten op het<br />
hoogste niveau blijven organiseren.<br />
Meer informatie:<br />
muziekgebouw.nl/steunons<br />
Op de hoogte blijven?<br />
Blijf op de hoogte van nieuw geboekte<br />
concerten of ander nieuws.<br />
Volg ons via onze e-nieuwsbrief<br />
(aanmelden op muziekgebouw.nl),<br />
Facebook, Twitter of Instagram.<br />
Dank!<br />
Wij kunnen niet zonder de steun van<br />
onze vaste subsidiënten en Vrienden<br />
van het Muziekgebouw. Wij zijn hen<br />
daarvoor zeer erkentelijk.<br />
Druk binnenwerk<br />
31