melanchton 'de hoogleraar van duitsland' - Heidelberger Catechismus
melanchton 'de hoogleraar van duitsland' - Heidelberger Catechismus
melanchton 'de hoogleraar van duitsland' - Heidelberger Catechismus
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
geven, dat het tot één belijdenis en nadien tot vrede, eenheid en broederlijke trouw zou<br />
komen. Het is niet zo gegaan. Ook de pogingen tot een compromis na het eigenlijke<br />
gesprek mislukten.<br />
Toen kwam de klap op de vuurpijl. Toen Bucer een compendium doctrinae, een<br />
samenvatting <strong>van</strong> de leer, op tafel legde om te zien of Luther en de zijnen het daarmee<br />
eens konden zijn, weigerde Luther erop in te gaan en maakte hij geprikkeld een<br />
toespeling op de zelfstandigheid <strong>van</strong> de 'Oberländer' (Zwingli en de zijnen). Volgens<br />
Osiander zei hij: 'Wanneer jullie overal roemen dat jullie het <strong>van</strong> ons niet geleerd hebt,<br />
wat heb je dan voor getuigenis <strong>van</strong> ons nodig? Wij willen ook niet graag zulke<br />
discipelen hebben.'<br />
En dezelfde Bucer moet dan de door Luther in een brief aldus gerapporteerde woorden<br />
incasseren: Vos habetis alium spiritum quam nos ( hir habt einen anderen Geist als<br />
wir). Locher meent dat we de zin zo moetenopvatten: 'Gij spreekt veel over de Geest,<br />
maar gij hebt over de Heilige Geest een andere opvatting. Gij hebt niet de Heilige<br />
Geest, maar een boze geest.'<br />
Wanneer dit bedoeld is, dan onderstreept het nogmaals de eenheid, die Luther zag<br />
tussen deze Schwärmer' en de Dopers, die hij samen met hun ideeën en de resultaten<br />
er<strong>van</strong> vier jaren geleden zo overtuigd had leren kennen. Was niet de Avondmaalsstrijd<br />
in datzelfde noodlottige jaar 1525 begonnen? Wie kan het Luther kwalijk nemen, dat<br />
hij aan één beweging heeft gedacht? Het geschrift Wider die himmlischen Propheten,<br />
von den Bildern und Sakrament <strong>van</strong> 1525 bevestigt het.<br />
Belangrijker is echter - en daarom lijkt me het woord 'geest' toch niet in de eerste<br />
plaats een aanduiding <strong>van</strong> de Heilige Geest - dat nagenoeg het hele geloof, de hele<br />
geloofsleer, het hele heil voor Luther op het spel stond. Het bevestigt opnieuw, dat<br />
Luther zijn Triniteitsleer en christologie niet wilde (laten) wijzigen, omdat de<br />
zaligheid <strong>van</strong> allen er zijns inziens mee gemoeid was. Zakelijk genomen is het echter<br />
verklaarbaar, dat aan het oorspronkelijke Lutherse Avondmaalsstandpunt in de<br />
doordenking <strong>van</strong> het geloof geen lang leven beschoren was. Dat, en niet zozeer de<br />
continuïteit met formuleringen <strong>van</strong> de middeleeuwse en vroegchristelijke dogmatiek,<br />
is mijns inziens de reden waarom Melanchthon in de uiteindelijke versies <strong>van</strong> de Loci<br />
communes veranderingen heeft aangebracht en waarom Zwingli op de ontwikkeling<br />
<strong>van</strong> de Gereformeerde leer via Bullinger en Bucer <strong>van</strong> groter invloed is geweest dan<br />
Luther.<br />
3. WITTENBERG EN ZÜRICH - DOPERS<br />
Wanneer Luther in Zwingli geen Schwärmgeist gezien had, dan hadden zij beiden in<br />
elk geval samen kunnen optrekken tegen de Dopers. Zwingli's algemeen oordeel over<br />
hen was gebaseerd op 1 Johannes 2 : 19: 'Zij zijn uit ons uitgegaan, maar zij waren uit<br />
ons niet', en die tekst wordt in dit verband begrijpelijk, wanneer wij bedenken dat<br />
Zwingli aan<strong>van</strong>kelijk tamelijk vriendelijk over hen sprak. Vooral de zogenaamde<br />
Zwitserse broeders o.l.v. Konrad Grebel vertoonden in Theologicis veel overeenkomst<br />
met Zwingli, <strong>van</strong> wie ze dan ook tot 1524 grotendeels afhankelijk zijn en de invloed<br />
ondergaan. Ook is het verstaanbaar, dat Zwingli gematigder dan Luther tegenover de<br />
Dopers stond, omdat volgens zijn sacramentsopvatting Christus Zelf, niet de doop het<br />
heil schenkt en dus voor Zwingli de doop niet <strong>van</strong> centrale betekenis is. In dit opzicht<br />
ging Bucer tijdelijk heel ver met Zwingli mee.<br />
Toch verwijt Zwingli de kopstukken <strong>van</strong> de Dopers, dat ze bezig zijn Christus' offer<br />
teniet te doen en zijn Godheid te loochenen. Maar dat heeft een andere grond,<br />
namelijk dat de Dopers door <strong>van</strong> de doop een puin <strong>van</strong> belijdenis te maken, de weg<br />
<strong>van</strong> wetticisme en sacramentalisme, dus <strong>van</strong> werkheiligheid opgaan en zodoende<br />
70