melanchton 'de hoogleraar van duitsland' - Heidelberger Catechismus
melanchton 'de hoogleraar van duitsland' - Heidelberger Catechismus
melanchton 'de hoogleraar van duitsland' - Heidelberger Catechismus
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
ijvoorbeeld tussen wet en E<strong>van</strong>gelie, verlossing en schepping. 'Ondanks dat er sprake<br />
is <strong>van</strong> twee hervormers, staat hier toch geloof tegenover geloof (…). En nu moet ik<br />
terugkomen op wat ik tevoren schreef, dat de legitieme inhoud <strong>van</strong> het Reformatorisch<br />
geloof bepaald wordt door de rechtvaardiging door het geloof, zoals die bij Luther<br />
exemplarisch doorleefd en verwoord is'. En even verder: 'Wanneer in die theologia<br />
cruris nu het hart <strong>van</strong> het Reformatorische geloof en E<strong>van</strong>gelie-verstaan klopt, dan<br />
kan de conclusie niet anders zijn, dan dat de structuur <strong>van</strong> Zwingli's theologie een<br />
andere was en dat daarachter een ander geloof lag'.<br />
Wie deze woorden leest, schrikt. Liggen Luther en Zwingli ondanks Zwingli's<br />
betuigingen <strong>van</strong> het tegendeel dan toch wezenlijk zover uit elkaar? Wat Locher vertelt<br />
over Zwingli's bekering, die tot in de verandering <strong>van</strong> handschrift speurbaar is, en<br />
over de afwijzing <strong>van</strong> Erasmus en toewending tot Christus, rechtvaardigt althans niet<br />
de gedachte aan een zo diepgaand verschil.<br />
Wat Zwingli in zijn commentaar op de eerste acht Schlussreden schrijft over de<br />
vervulling <strong>van</strong> de wet door Christus voor ons die de prijs niet voldoen kunnen, en over<br />
de rechtvaardiging door het geloof alleen, doet sterk aan Luther denken. In stelling 5<br />
zegt Zwingli, dat allen die iets gelijk stellen aan of hoger dan het E<strong>van</strong>gelie, niet<br />
weten wat E<strong>van</strong>gelie betekent. In zijn eigen commentaar erop zegt hij o.a. dit:<br />
'Niemand komt tot God, die niet de wil <strong>van</strong> de hemelse Vader doet. Maar wij kunnen<br />
die wil niet vervullen, omdat wij zondaren en doden zijn, en omdat Gods norm door<br />
geen schepsel vervuld kan worden. Het eigenlijke <strong>van</strong> de dood is, dat God zijn<br />
aangezicht aan ons onttrekt. De kracht <strong>van</strong> het leven ligt in Gods barmhartigheid,<br />
namelijk dat God ons door Zijn Zoon heeft levendgemaakt, want in Hem is het leven.<br />
Daarom betekent E<strong>van</strong>gelie vooral de kracht <strong>van</strong> God tot heil <strong>van</strong> de mens. Want<br />
Christus vervult beide normen: Hij is het leven en zondeloos, en omdat Hij even goed,<br />
schoon en rein is als God, kan Hij boven de onmachtige creatuur uit Gods wil doen.<br />
Hij is heel onze volkomenheid voor God, ons heil, onze betaling en genoegdoening.<br />
Het gaat in het E<strong>van</strong>gelie om de genoegdoening aan Gods gerechtigheid.' Zwingli gaat<br />
over in een lofprijzing, met aan het eind een schuldbekentenis: 'En wij verstaan het<br />
niet, wij zijn niet dankbaar, wij geloven het niet! Alleen het E<strong>van</strong>gelie vertroost<br />
mensen, die niet kunnen volbrengen wat de wet eist. Het E<strong>van</strong>gelie zegt: Ach, wat gij<br />
niet kunt, omdat gij niets kunt, dat alles doet Christus. Hij is het alles, Hij is de voor-<br />
en achterplecht, Hij is uw heil. Gij zijt niets, gij kunt niets. Christus is Begin en Einde.<br />
Hij is het alles en kan het alles.'<br />
Dit alles rechtvaardigt niet de gedachte, dat Zwingli in de soteriologie ver <strong>van</strong> Luther<br />
afwijkt. Hij mag dan de wedergeboorte benadrukken, en Luther meer de<br />
rechtvaardiging <strong>van</strong> de goddeloze, dat kan nauwelijks een verschil heten. De relatie<br />
tussen gemeente en volk in Zwingli's patriottische bibliocratie staat wel in schrille<br />
tegenstelling tot de twee-rijkenleer <strong>van</strong> Luther. Maar het verdient aandacht dat die<br />
weg dan ook door Zwingli's opvolger, Heinrich Bullinger sr., omgebogen is, zodat<br />
kerk en staat zelfstandig ten opzichte <strong>van</strong> elkaar werden gemaakt en de heerschappij<br />
<strong>van</strong> Christus vrijgemaakt werd <strong>van</strong> de zorgvuldigheden om de leeftocht <strong>van</strong> de<br />
politiek. Dit heeft kunnen geschieden zonder dat wezenlijke veranderingen in<br />
Zwingli's theologische traditie moesten worden aangebracht.<br />
2. LUTHER EN ZWINGLI<br />
'Ik haatte dat woord 'gerechtigheid', het vervloekte en verdoemde mij. Ik zei legen<br />
God: houdt U dan nooit op mij te plagen met Uw toorn? Maar ik hield niet op te<br />
bonzen tegen dat woord <strong>van</strong> Paulus: de rechtvaardige zal door zijn geloof leven. En<br />
ineens zag ik het: wij leven niet door ons doen, maar door Gods schenkende<br />
61