melanchton 'de hoogleraar van duitsland' - Heidelberger Catechismus
melanchton 'de hoogleraar van duitsland' - Heidelberger Catechismus
melanchton 'de hoogleraar van duitsland' - Heidelberger Catechismus
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
103<br />
geopend door de dood <strong>van</strong> Flacius in 1575. Flacius was geen Duitser <strong>van</strong> geboorte, hij<br />
was <strong>van</strong> Zuid-Slavische stam. Geboren in het voor de reformatie zo belangrijke jaar<br />
1520, verloor hij vroeg zijn vader. Eerst was hij de Roomse religie <strong>van</strong> harte toegedaan,<br />
maar kwam spoedig onder de invloed <strong>van</strong> hervormingsgezinden. Aanvechtingen<br />
wegens zijn zonde brachten hem tot gedachten aan zelfmoord. Nog tijdens het leven<br />
<strong>van</strong> Luther kwam hij te Wittenberg, waar Melanchton en ook Luther zelf hem hartelijk<br />
opnamen. Zijn grote begaafdheid voor talen verschafte hem op vier en twintigjarige<br />
leeftijd een professoraat in het Hebreeuws. Maar toen de waardigheid <strong>van</strong> keurvorst<br />
op Maurits <strong>van</strong> Saksen overging en men het Interim trachtte in te voeren, verzette zich<br />
Flacius daartegen met alle macht. Hij wilde <strong>van</strong> geen toegeven weten. Toen<br />
Melanchton ondanks zijn bezweringen doorzette, verliet hij Wittenberg en gaf zijn<br />
professoraat prijs.<br />
Tweeërlei stond hem tegen: het toegeven inzake de godsverering in zogenaamd<br />
onverschillige dingen (adiaphora) en vooral het toegeven inzake de leer. Dat de<br />
godgeleerden <strong>van</strong> het Interim, hoewel schijnbaar in de lijn <strong>van</strong> Luther, nergens het<br />
"sola fide" (alleen door het geloof) tot uitdrukking durfden te laten komen, hinderde<br />
hem zeer. Van de ene stad naar de andere verdreven, vond hij een plaats te Jena, de<br />
hogeschool <strong>van</strong> het Saksische vorstengeslacht, dat Luther had beschermd, maar de<br />
waardigheid <strong>van</strong> keurvorst en het land rondom Wittenberg aan de tak <strong>van</strong> Maurits <strong>van</strong><br />
Saksen, de grootvader <strong>van</strong> onze prins Maurits, had moeten afstaan. Het erfgoed <strong>van</strong><br />
Luther verdedigde Flacius met alle kracht tegen Osiander, die het heil in plaats <strong>van</strong> op<br />
de toegerekende gerechtigheid <strong>van</strong> Christus op die <strong>van</strong> de inwonende Christus liet<br />
rusten; tegen de geestdrijver Schwenckfeld; tegen de Gereformeerdgezinden, waarom<br />
hij ook de Heidelbergse <strong>Catechismus</strong> bestreed; en tegen zijn ambgenoot te Jena<br />
Strigel, die als Melanchton de vrije wil enigszins handhaafde in tegenstelling met het<br />
bekende boek <strong>van</strong> Luther over de "knechtelijke wil".<br />
Verdienstelijk was Flacius in andere vakken der godgeleerdheid; hij blonk echter<br />
bepaald uit in de uitlegging der Schrift en in de kerkgeschiedenis. Het kerkhistorische<br />
standaardwerk de Maagdenburger Centuriën is onder zijn leiding tot stand gekomen.<br />
Tegen het einde <strong>van</strong> zijn leven werd hij met voormalige medestanders in een strijd<br />
gewikkeld aangaande de erfzonde. In deze zin ging hij te ver door te beweren, dat de<br />
erfzonde tot het wezen <strong>van</strong> de mens behoorde. Hij bedoelde het niet zo kwaad; hij<br />
nam vooral aanstoot aan de bewering zijner tegenstanders, die de vrije wil verdedigden<br />
en leerden, dat de zonde slechts iets bijkomstigs zou zijn in de mens.<br />
Strijd tussen Luthersen en Gereformeerden<br />
De Luthersen gingen al verder in hun tegenstelling tegen de Gereformeerd-gezinden,<br />
die onder dekking <strong>van</strong> de latere uitgaven der Augsburgse Confessie meenden in<br />
Duitsland hun gevoelen te mogen propageren. Formeel zeker ten onrechte, want die<br />
latere uitgaven waren niet kerkelijk aangenomen, maar slechts particulier werk <strong>van</strong><br />
Melanchton .<br />
Bekend is de aanklacht <strong>van</strong> Lutherse zowel als <strong>van</strong> Roomse zijde tegen Frederik de<br />
Vrome <strong>van</strong> de Palts. Frederik beriep zich dan ook bij de rijksdag slechts op de Schrift<br />
en niet op de latere uitgaven <strong>van</strong> de geloofsbelijdenis <strong>van</strong> Augsburg; maar zijn<br />
verdediging raakte zozeer het hart der Lutherse vorsten, dat zij hem geen kwaad deden<br />
en de Gereformeerde leer en kerkinrichting in de Palts gehandhaafd bleef. Er kwam<br />
eerst verandering in, toen Frederik stierf en zijn oudste zoon Lodewijk hem opvolgde.<br />
Toen werd alles op streng Lutherse leest geschoeid. Ursinus en Olevianus moesten,<br />
daar zij zich niet wilden laten 'gelijkschakelen', het land verlaten. Ook de leerlingen<br />
<strong>van</strong> de theologische school, aan welker hoofd Ursinus stond, moesten streng Luthers