Bijenplanten_web

08.04.2018 Views

504 bijenplanten: nectar en stuifmeel voor honingbijen

composietenfamilie 505 Klein hoefblad (Tussilago farfara) Het geslacht Tussilago behoort tot de Composietenfamilie (Asteraceae) en telt maar één soort: Klein hoefblad. Pionier en vroege bloeier Klein hoefblad is in ons land een algemeen voorkomende pionier op vochtige, voedselrijke, meestal kalkrijke gronden. Hij bloeit al vroeg in het voorjaar. De bloemknoppen vormen zich in september en ontwikkelen zich verder in de winter. Tegen de bloei in februari groeien de stelen van de hoofdjes snel uit. Bijenpurperen lintbloemen De bladeren zijn gesteeld, breed hartvormig en hebben een donkerrode rand. Aan de onderzijde bevindt zich een ijle beharing, die als een spinnenweb over het bladoppervlak is gespannen. De bloemen staan in een hoofdje, met ongeveer 300 gele lintbloemen langs de rand en 30 tot 40 gele buisbloemen in het centrum. De lintbloemen zijn functioneel vrouwelijk: ze hebben alleen een stamper. Voor de bijen contrasteren ze met de buisbloemen doordat ze ook ultraviolet reflecteren. Geel gemengd met ultraviolet is voor de honingbijen bijenpurper. De buisbloemen zijn functioneel mannelijk. Ze hebben wel een stijl, die met zijn beharing het stuifmeel uit de helmhokken veegt, maar stempels, nodig voor het ontvangen van stuifmeel, ontbreken. De stuifmeelklompjes hebben dezelfde heldergele kleur als de lintbloemen. Alleen de buisbloemen hebben nectariën. Ze bevinden zich aan de basis van de stijl. Doordat de bloembuis kort is, is de nectar makkelijk voor de bijen bereikbaar. Klein hoefblad is protogyn: de stampers van de vrouwelijke lintbloemen zijn eerder rijp dan de meeldraden van de mannelijke buisbloemen. Daardoor wordt kruisbestuiving bevorderd. Windverspreiding Als een bloemhoofdje is uitgebloeid, kromt de bloeistengel zich, om zich weer op te richten wanneer het zaad rijp is. De zaden zijn voorzien van zaadpluis en worden door de wind verspreid. Ze zijn maar enkele maanden kiemkrachtig. Nadat het zaad in april of mei is verspreid, ontstaan hieruit nieuwe planten, die in de maanden daarna bladeren, wortelstokken en de bloemknoppen voor het volgende voorjaar vormen. Nieuwe planten ontwikkelen zich ook al tijdens de bloei uit bestaande wortelstokken. Door deze wijze van voortplanten kan Klein hoefblad een lastig onkruid zijn. Direct na de bloei, nog tijdens het rijpen van het zaad, sterft de bloeispruit af. plaat 240. Klein hoefblad A bloeistengels met hoofdjes; B blad; C buisbloem in knop; D buisbloem; E rudimentaire stempel(s) van buisbloem; F opengeslagen meeldradenkokertje; G stuifmeelkorrel (tricolporaat), polair aanzicht; H randbloem; I stempels van randbloem; K vruchthoofdje.

504 bijenplanten: nectar en stuifmeel voor honingbijen

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!