08.04.2018 Views

Bijenplanten_web

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

klimopfamilie 395<br />

Klimop (Hedera helix)<br />

Klimop behoort tot de Klimopfamilie (Araliaceae). De soort<br />

komt algemeen in ons land voor en stelt geen specifieke eisen<br />

aan de bodemgesteldheid.<br />

Drie soorten takken<br />

Klimop is een groenblijvend houtgewas met kruipende,<br />

klimmende takken en bloeitakken. Als kruipende takken<br />

tegen een min of meer verticaal substraat groeien, vormen zich<br />

opeen staande hechtwortels en worden het klimtakken.<br />

Onder gunstige omstandigheden kunnen deze wel 20 meter<br />

lang worden. Bij oude planten vormen zich aan de uiteinden<br />

takken zonder hechtwortels, waaraan zich de bloemen vormen.<br />

Voorwaarde voor het vormen van bloeitakken is dat er voldoende<br />

licht is. Takken en bladeren zijn dicht bezet met sterharen.<br />

De bladvorm is variabel. Aan de kruipende en klimmende<br />

takken zijn de bladeren drie- tot vijflobbig, met een<br />

hart vormige voet. Aan de bloeitakken zijn ze eivormig en<br />

hebben een toegespitste punt. Alle bladeren voelen leerachtig<br />

aan en hebben een glanzende bovenzijde.<br />

hokken open en komt het stuifmeel vrij, daarna zijn de<br />

stempels rijp om stuifmeel te ontvangen.<br />

Insectenbezoek<br />

De Klimop behoort tot de allerlaatste soorten waar honingbijen<br />

nog terecht kunnen voor nectar en stuifmeel voordat ze<br />

aan hun winterzit moeten beginnen. De bloemen worden<br />

bezocht door honingbijen, wilde bijen en wespen. De Klimopbij<br />

(Colletus hederae) is een monolectische wilde bij, die<br />

uitsluitend op de Klimop vliegt. Stuifmeel wordt door honingbijen<br />

verzameld in lichtbruine klompjes. Pas open bloemen<br />

worden druk bezocht. Ze bewerken de helmknoppen met hun<br />

monddelen om zo veel mogelijk stuifmeel in hun beharing te<br />

kunnen verzamelen. Het stuifmeel is rijk aan eiwitten. Door<br />

de open ligging is de nectar gemakkelijk bereikbaar. Het suikergehalte<br />

van de nectar is 13 tot 16%. Het gehalte aan glucose<br />

in de nectar is groter dan dat van de saccharose en fructose.<br />

Dit heeft tot gevolg dat de honing snel kristalliseert en hard<br />

wordt. In de winter kan dat een ongunstige invloed hebben,<br />

omdat dergelijke honing moeilijk door de bijen is op te nemen.<br />

Vermeerdering<br />

Klimop vermeerdert zich door zaad en vegetatief door de<br />

vorming van wortels aan de kruipende takken. De blauwzwarte<br />

besachtige steenvruchten bevatten 3 tot 5 zaden en<br />

rijpen in de winter. In het voorjaar worden ze door spreeuwen<br />

en lijsters gegeten.<br />

Bloeiende struiken<br />

Wanneer bloeitakken worden gestekt, resulteert dit meestal in<br />

struiken die alleen uit bloeitakken bestaan. Deze zogenoemde<br />

Hedera helix arborea wordt tot groot genoegen van de stadsimker<br />

veel aangeplant in gemeentelijke plantsoenen.<br />

Bloemen in schermen<br />

Klimop bloeit van september tot in november. De bloemen<br />

staan in afgeplatte bolvormige schermen die op hun beurt<br />

in een trosvormige bloeiwijze staan. De ongeveer anderhalve<br />

centimeter lange bloemstelen zijn ook met sterharen bezet.<br />

De tweeslachtige bloemen zijn vijftallig en hebben een onderstandig<br />

vruchtbeginsel. Aan de rand daarvan staat een korte<br />

kelkzoom met kleine driehoekige kelkslippen. De omlaag<br />

gebogen groene kroonbladen zijn vlezig. De meeldraden staan<br />

afwisselend met de kroonbladen. Op het vruchtbeginsel ligt<br />

een kussenvormige discus, die een verbreding van de stijl is.<br />

Het rest van de stijl is kegelvormig, met aan het uiteinde de<br />

met elkaar verbonden stempels. Op de discus zijn de nectariën<br />

gelegen. De bloemen zijn proterandrisch: eerst gaan de helmplaat<br />

185. Klimop<br />

A tak met hechtwortels en bladeren; B bloeiwijze; C blad van bloeitak;<br />

D bloem; E meeldraad; F stuifmeelkorrel (tricolporaat): 1 polair<br />

aanzicht, 2 equatoriaal aanzicht, 3 korreloppervlak (focus boven en<br />

onder tectum); G vruchten; H zaad; I kiemplant.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!