08.04.2018 Views

Bijenplanten_web

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

wegedoornfamilie 219<br />

Sporkehout (Rhamnus frangula)<br />

Sporkehout is meestal een struik, tot drie meter hoog, maar<br />

onder bepaalde omstandigheden kan de plant zich boomvormig<br />

ontwikkelen. De rechtopstaande takken dragen<br />

horizontale twijgen, die eerst groen zijn en later roodbruin<br />

aan de zonzijde. De struik gedijt goed op een zure, vochtige<br />

grond, maar ook op droge zandgrond. Het is een pionier<br />

in verlandingsgebieden waar zich wat hoger opgaande begroeiing<br />

aan het vestigen is. Sporkehout wordt vaak in<br />

bosplantsoenen aangeplant.<br />

Allerlei namen<br />

Voor een rijke bloei moet de plant regelmatig worden<br />

gesnoeid. Vroeger werden de takken voor diverse doeleinden<br />

gebruikt, met een regelmatige verjonging als gevolg. Het hout<br />

leende zich goed voor het maken van houtskool en buskruit.<br />

In de bijenteelt zijn de takken heel geschikt voor het spijlen<br />

van korven. Door al die toepassingen heeft de plant diverse<br />

namen gekregen. De naam Sporkehout is afgeleid van sprokkelhout.<br />

In Friesland wordt de struik plaatselijk Bijespilehout of<br />

Bijehout genoemd. Een veel gebruikte naam is ook Vuilboom,<br />

ontleend aan de bedorven geur van de bast.<br />

Twee soorten inheems<br />

Sporkehout behoort tot de Wegedoornfamilie (Rhamnaceae),<br />

die ongeveer 900 soorten omvat, waarvan er maar weinig in<br />

Europa voorkomen. In ons land zijn twee soorten inheems:<br />

Sporkehout en Wegedoorn (Rhamnus cathartica). Beide worden<br />

veel door honingbijen en andere insecten bezocht. Deze soorten<br />

lijken veel op elkaar.<br />

Langdurige bloei<br />

De struik bloeit op het jonge hout. Aan het eind van de jonge<br />

twijgen staan de bloemen in kleine bijschermen in de oksels<br />

van de brede elliptische bladeren. Die zijn glanzendgroen en<br />

vanonder zwak behaard op de nerven. In mei verschijnen de<br />

eerste bloemen en de bloei duurt tot in september. De bloemen<br />

zijn klein en onopvallend door de groene kleur. Bezoekende<br />

insecten moeten voor hun oriëntatie op de bloemen het vooral<br />

van de geur hebben. De bloembodem is bekervormig.<br />

Aan de rand staan afwisselend de groene kelkbladen en de<br />

witte kroonbladen. De kroonbladen zitten als mutsjes om de<br />

meeldraden. Het vruchtbeginsel is bolvormig en de stijl kort<br />

en stomp. Het nectarium ligt op de bekervormige bloembodem<br />

en is voor insecten met een korte tong gemakkelijk<br />

bereikbaar. Er wordt veel nectar met een hoog suikergehalte<br />

geproduceerd, met saccharose als hoofdbestanddeel.<br />

Vermeerdering<br />

In de nazomer is goed te zien hoe de kleur van de vruchten<br />

van groen via rood in zwart verandert. Een steenvrucht heeft<br />

meestal twee stenen, elk met één zaad. Vermeerdering van de<br />

plant vindt hoofdzakelijk plaats door wortelopslag.<br />

plaat 97. Sporkehout<br />

A twijg met bladeren, bloeiwijze en vruchten; B bloem; C doorsnede<br />

bloem; D opengeslagen kroonblad; E meeldraad; F stuifmeelkorrel<br />

(tricolporaat), polair aanzicht; G stamper; H steen.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!