08.04.2018 Views

Bijenplanten_web

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

ozenfamilie 201<br />

Peer (Pyrus communis)<br />

De Peer behoort tot de Rozenfamilie (Rosaceae). Het geslacht<br />

Peer (Pyrus) telt, al naar gelang de geraadpleegde literatuur,<br />

20 tot 70 soorten, en het is inheems in Europa, Noord-Afrika,<br />

West-Azië, de Himalaya en Oost-Azië. Al voor het begin<br />

van onze jaartelling werd de Peer in cultuur gebracht.<br />

Goede vruchtkwaliteit werd ontwikkeld tussen 1750 en 1850,<br />

vooral in Frankrijk en België. De Peer is ontstaan uit diverse<br />

kruisingen, waarbij de Wilde peer (Pyrus pyraster), die in het<br />

zuidelijk deel van Europa in het wild voorkomt, een groot<br />

aandeel heeft gehad.<br />

Boom met piramidale vorm<br />

Een perenboom heeft van nature een brede piramidale vorm<br />

en kan 15 tot 20 meter hoog worden. Hij kan een leeftijd<br />

bereiken van ruim 100 jaar. Aan de takken vormen zich korte<br />

stijve zijtakjes, bij verwildering vormen zich soms ook doorns.<br />

De bladeren hebben een eivormige of ronde vorm. Ze zijn<br />

3 tot 9 centimeter lang, 3 tot 6 centimeter breed en hebben<br />

een fijn getande rand. In het begin zijn ze zacht behaard, maar<br />

ze worden later vaak kaal.<br />

Verschillen in bloemgeur<br />

De Peer bloeit van april tot mei, iets eerder dan de Appel.<br />

In die periode kunnen nachtvorsten nog flinke schade veroorzaken.<br />

De bloemen staan aan de zijtakjes in schermvormige<br />

trossen. Doordat de bloemen in groepjes bij elkaar staan, zijn<br />

ze beter zichtbaar voor insecten die op zoek zijn naar nectar en<br />

stuifmeel. De bloemen zijn vijftallig: vijf kelkbladen, vijf kroonbladen,<br />

vier kransen van vijf meeldraden en vijf stampers.<br />

De kelkbladen zijn donzig behaard en hebben aan de bovenzijde<br />

een zachtbruine kleur. Ze wisselen af met de kroonbladen<br />

en vormen een mooi contrast met het wit van de kroon.<br />

De vlezige bloembodem is komvormig. De vruchtbeginsels<br />

liggen ingebed in de bloembodem en zijn daarmee vergroeid.<br />

De stijlen staan rechtop en hebben aan de onderzijde een<br />

witte beharing. Het nectarium ligt in het midden van de<br />

bloembodem, rondom de stampers.<br />

Geurmerk<br />

De geur van de bloemen lijkt veel op die van de Meidoorn<br />

(Crataegus) en kan niet iedereen bekoren. De stampers geuren<br />

sterker en bovendien anders dan de rest van de bloem.<br />

Dichtbij de stampers is ook de nectar te vinden. We hebben<br />

hier te maken met een geurmerk, dat insecten kunnen gebruiken<br />

voor oriëntatie op korte afstand.<br />

Bij het openen van een bloem zijn de meeldraden tegen de<br />

stampers gebogen. De helmknoppen zijn rood. De bloemen<br />

zijn proterogyn: eerst zijn de stempels rijp, daarna komt het<br />

stuifmeel vrij. Sommige variëteiten hebben beslist stuifmeel<br />

nodig van een andere variëteit om tot vruchtzetting te kunnen<br />

overgaan. Een paar dagen na het openen van een bloem beginnen<br />

de buitenste meeldraden naar buiten te buigen en<br />

komt er stuifmeel vrij. In de twee tot zeven dagen daarna<br />

volgen de overige kransen. Het vrijkomen van stuifmeel vindt<br />

over de gehele dag verspreid plaats, maar het meeste komt in<br />

de namiddag ter beschikking. De bloemen worden, behalve<br />

door honingbijen, ook veelvuldig bezocht door hommels,<br />

zweefvliegen en zandbijen. De hoeveelheid suiker in de nectar<br />

wisselt en is relatief laag, soms zo laag dat de nectar niet meer<br />

aantrekkelijk is voor bijen. In dat geval wordt meestal alleen<br />

stuifmeel verzameld.<br />

Veelvormige vrucht<br />

De vrucht is een pitvrucht, in feite een schijnvrucht, die behalve<br />

peervormig ook kogel-, ovaal-, kegel-, klok- en flesvormig<br />

kan zijn, al naar gelang de variëteit. De pitten zijn zwart.<br />

plaat 88. Peer<br />

A tak met bladeren en bloemen; B meeldraden; C stuifmeelkorrel<br />

(tricol(or)aat): 1 polair aanzicht, 2 equatoriaal aanzicht; D stijlen en<br />

stempels; E stempel; F vrucht; G pit; H tak met winterknoppen.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!