Bijenplanten_web
236 bijenplanten: nectar en stuifmeel voor honingbijen
kruisbloemenfamilie 237 Gewoon barbarakruid (Barbarea vulgaris) In de vroege middeleeuwen werden planten die in de oudheid nog niet waren beschreven, soms naar heiligen genoemd. Barbarakruid (Barbarea) verwijst naar de heilige Barbara, die in de vierde eeuw in Izmit in Turkije leefde. De 4de december is aan haar gewijd. Vroeger werden de bladeren van Gewoon barbarakruid in de winter gegeten. Het geslacht telt 12 soorten en behoort tot de Kruisbloemenfamilie (Brassicaceae). Tweejarige plant Gewoon barbarakruid is tweejarig, soms overblijvend. Het is een in ons land vrij algemeen voorkomende soort, die vooral te vinden is langs rivieroevers en in wegbermen. De plant gedijt het beste in een humusrijke grond. Langs rivieroevers vormen zich door het opgehoopte aanspoelsel ideale groeiplaatsen. De plant overwintert met een bladrozet met gesteelde bladeren. In het voorjaar ontwikkelen zich uit de rozet een of meer stengels. Verspreid aan de stengels zitten gelobde bladeren. Deze zijn zittend en aan de basis geoord. In het begin van de bloei, die duurt van april tot juni, zijn de bloemtrossen nog kort. Tijdens de bloei worden ze langer, doordat zich aan het einde telkens nieuwe bloemen vormen. De bloei eindigt wanneer de laatste bloemen voortijdig verdorren. Familie met eenvormige bloemen De bloemen van de Kruisbloemenfamilie zijn zeer herkenbaar: vier kelkbladen, waarvan er twee lager staan, vier kroonbladen, zes meeldraden en een stamper die uit twee vruchtbladen bestaat. Van de zes meeldraden zijn er twee korter. Ze staan voor de twee onderste kelkbladen, die aan de onderzijde een uitholling hebben. Om de voet van elk van de korte meeldraden ligt een hoefijzervormig nectarium. Tussen de lange meeldraden ligt, aan weerszijden van de bloem, ook nog een nectarium, anders van vorm. Het is een kort uitsteeksel, aan het eind waarvan de nectar in kleine druppeltjes tevoorschijn komt. De meeste nectar verzamelt zich in de uitholling van de onderste kelkbladen. Bewegende meeldraden Tijdens de bloei buigen zich twee lange meeldraden naar een korte meeldraad. Daardoor ontstaat op twee plaatsen in de bloem een cluster van drie helmknoppen. Die staan precies voor het kelkblad waarin zich de nectar heeft verzameld. Om bij de nectar te komen, moeten bijen met de tong langs een cluster helmknoppen, waardoor ze wel met het stuifmeel in aanraking moeten komen. Bij ongunstig weer buigen de lange meeldraden om naar de stempel, waardoor zelfbestuiving kan optreden. De kroonbladen hebben een voor ons oog prachtige heldergele kleur. Voor het bijenoog ligt dat anders. Behalve geel kaatsen de kroonbladen ook ultraviolet terug. Daardoor zijn ze voor de honingbijen bijenpurper. Gewoon barbarakruid wordt druk door bijen bezocht. De nectar is vrij gemakkelijk toegankelijk en er wordt veel stuifmeel geproduceerd. De stuifmeelklompjes zijn donkerbruin. Openspringende vrucht De vrucht is een hauw, die vanaf de basis met twee kleppen openspringt. De zaden zijn donkerbruin en liggen in een enkele rij aan weerszijden van het tussenschot. De zaden hebben geen mechanisme voor de verspreiding. Ze komen in de directe omgeving van de plant terecht. Ze ontkiemen in de herfst. Sporadisch is vegetatieve vermeerdering waargenomen. In de bladoksels vormen zich dan kleine rozetten, die wortels vormen als ze met de grond in aanraking komen. plaat 106. Gewoon barbarakruid A bloeiwijze; B stengelblad; C bloem; D bloem waarvan een deel van de kelk, kroon en lange meeldraden is verwijderd; E stuifmeelkorrel (tricolpaat): 1 polair aanzicht, 2 equatoriaal aanzicht, 3 korreloppervlak (focus boven en in tectum); F vruchten (hauwen); G zaden.
- Page 188 and 189: 186 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 190 and 191: 188 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 192 and 193: 190 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 194 and 195: 192 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 196 and 197: 194 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 198 and 199: 196 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 200 and 201: 198 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 202 and 203: 200 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 204 and 205: 202 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 206 and 207: 204 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 208 and 209: 206 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 210 and 211: 208 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 212 and 213: 210 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 214 and 215: 212 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 216 and 217: 214 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 218 and 219: 216 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 220 and 221: 218 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 222 and 223: 220 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 224 and 225: 222 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 226 and 227: 224 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 228 and 229: 226 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 230 and 231: 228 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 232 and 233: 230 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 234 and 235: 232 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 236 and 237: 234 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 240 and 241: 238 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 242 and 243: 240 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 244 and 245: 242 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 246 and 247: 244 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 248 and 249: 246 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 250 and 251: 248 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 252 and 253: 250 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 254 and 255: 252 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 256 and 257: 254 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 258 and 259: 256 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 260 and 261: 258 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 262 and 263: 260 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 264 and 265: 262 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 266 and 267: 264 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 268 and 269: 266 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 270 and 271: 268 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 272 and 273: 270 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 274 and 275: 272 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 276 and 277: 274 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 278 and 279: 276 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 280 and 281: 278 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 282 and 283: 280 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 284 and 285: 282 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 286 and 287: 284 bijenplanten: nectar en stuifme
236 bijenplanten: nectar en stuifmeel voor honingbijen