Bijenplanten_web
228 bijenplanten: nectar en stuifmeel voor honingbijen
moerasbloemfamilie 229 Geelwitte moerasbloem (Limnanthes douglasii) In 1823 begon de Schot David Douglas met zijn reizen door het westelijk deel van Noord-Amerika. Hij verzamelde daar in een tiental jaren 800 plantensoorten en bracht 217 nieuwe soorten naar Engeland. Ter ere van hem en zijn werk zijn veel planten naar hem vernoemd, zo ook de Geelwitte moerasbloem: Limnanthes douglasii. Kleine familie Geelwitte moerasbloem behoort tot de Moerasbloemfamilie (Limnanthaceae), een kleine, geïsoleerde familie met twee geslachten: Limnanthes en Floerkia. Limnanthes telt acht soorten en heeft vijftallige bloemen, en Floerkia één soort die drietallige bloemen heeft. Limnanthes is inheems in Californië en alle soorten zijn eenjarig. Vochtige groeiplaats De Geelwitte moerasbloem groeit van nature op vochtige plaatsen. Limnanthes is afgeleid van het Griekse limne (stilstaand water, vijver, poel) en anthos (bloem). De soort doet het goed in een vochtige tuin en kan het beste ter plaatse worden gezaaid. De kiemtijd is ongeveer twee weken. De frisgroene bladeren zijn geveerd en hebben een oneven aantal gelobde blaadjes. De tweeslachtige, lang gesteelde bloemen staan in de bladoksels. De kroonbladen zijn, afhankelijk van de variëteit, heldergeel, wit, of heldergeel met een witte top. Bij opvallend licht zijn de nerven donker gekleurd, tegen het licht gezien doorschijnend. De bloemen zijn proterandrisch. Al bij het begin van de bloei, direct nadat de bloemknop zich heeft geopend, gaan de helmknoppen open. Wanneer de bloemkroon zich volledig heeft ontwikkeld en wijd open staat, groeit de stamper verder uit en gaan de vijf stempels uiteen wijken. Na de volledige ontwikkeling van de stamper kan het nog enkele dagen duren voor de stempels rijp zijn. Nectariën op de meeldraden Het vruchtbeginsel bestaat uit vijf bolletjes, met in elk een zaadknop. Meestal zijn er 10 meeldraden, waarvan er vijf voor de kelkbladen staan en vijf voor de kroonbladen. De meeldraden voor de kelkbladen zijn iets langer en hebben aan hun basis een kliervormige verbreding. Dit is een nectarium, dat beschermd ligt tussen glasharen die in de U-vorm op de bases van de kroonbladen staan. Stuifmeelkorrels Op de bloemen van de Geelwitte moerasbloem kan een druk bijenbezoek worden verwacht. De nectariën zijn goed toe gankelijk en er wordt rijkelijk stuifmeel geproduceerd. De klompjes zijn lichtgeel. De stuifmeelkorrels van Limnanthes hebben een bijzondere vorm. In de illustratie is een korrel aangegeven zoals deze van opzij (equatoriaal aanzicht) wordt gezien. De polen bevinden zich boven en onder op de tekening. Nabij het equatoriale vlak loopt in een gebogen lijn een kiemspleet rond de korrel. Langs beide zijden van de kiemspleet ligt een strook met een afwijkende oppervlaktestructuur. Deze korrelvorm komt in geen andere plantenfamilie voor. Nootjes Als de bloem is uitgebloeid blijft de kelk schotelvormig onder de rijpende vrucht staan. De vrucht is een deelvrucht die uit vijf nootjes bestaat. Het zaad blijft ongeveer drie jaar kiemkrachtig. De planten zaaien zichzelf gemakkelijk uit. Al in de herfst kunnen zich zaailingen ontwikkelen, die een zachte winter kunnen doorstaan. plaat 102. Geelwitte moerasbloem A jonge plant; B stengel met bloemen; C bloem waarvan deel bloemkroon en aantal meeldraden zijn verwijderd; D kroonblad; E meeldraad; F meeldraad met nectarium; G stuifmeelkorrel (syncolpaat) in equatoriaal aanzicht, met aanduiding korreloppervlak (focus boven en in tectum); H stamper; I rijpende vrucht; J noot; K zaad.
- Page 180 and 181: 178 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 182 and 183: 180 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 184 and 185: 182 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 186 and 187: 184 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 188 and 189: 186 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 190 and 191: 188 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 192 and 193: 190 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 194 and 195: 192 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 196 and 197: 194 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 198 and 199: 196 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 200 and 201: 198 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 202 and 203: 200 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 204 and 205: 202 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 206 and 207: 204 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 208 and 209: 206 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 210 and 211: 208 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 212 and 213: 210 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 214 and 215: 212 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 216 and 217: 214 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 218 and 219: 216 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 220 and 221: 218 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 222 and 223: 220 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 224 and 225: 222 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 226 and 227: 224 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 228 and 229: 226 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 232 and 233: 230 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 234 and 235: 232 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 236 and 237: 234 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 238 and 239: 236 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 240 and 241: 238 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 242 and 243: 240 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 244 and 245: 242 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 246 and 247: 244 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 248 and 249: 246 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 250 and 251: 248 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 252 and 253: 250 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 254 and 255: 252 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 256 and 257: 254 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 258 and 259: 256 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 260 and 261: 258 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 262 and 263: 260 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 264 and 265: 262 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 266 and 267: 264 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 268 and 269: 266 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 270 and 271: 268 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 272 and 273: 270 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 274 and 275: 272 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 276 and 277: 274 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 278 and 279: 276 bijenplanten: nectar en stuifme
228 bijenplanten: nectar en stuifmeel voor honingbijen