Bijenplanten_web

26.03.2018 Views

218 bijenplanten: nectar en stuifmeel voor honingbijen

wegedoornfamilie 219 Sporkehout (Rhamnus frangula) Sporkehout is meestal een struik, tot drie meter hoog, maar onder bepaalde omstandigheden kan de plant zich boomvormig ontwikkelen. De rechtopstaande takken dragen horizontale twijgen, die eerst groen zijn en later roodbruin aan de zonzijde. De struik gedijt goed op een zure, vochtige grond, maar ook op droge zandgrond. Het is een pionier in verlandingsgebieden waar zich wat hoger opgaande begroeiing aan het vestigen is. Sporkehout wordt vaak in bosplantsoenen aangeplant. Allerlei namen Voor een rijke bloei moet de plant regelmatig worden gesnoeid. Vroeger werden de takken voor diverse doeleinden gebruikt, met een regelmatige verjonging als gevolg. Het hout leende zich goed voor het maken van houtskool en buskruit. In de bijenteelt zijn de takken heel geschikt voor het spijlen van korven. Door al die toepassingen heeft de plant diverse namen gekregen. De naam Sporkehout is afgeleid van sprokkelhout. In Friesland wordt de struik plaatselijk Bijespilehout of Bijehout genoemd. Een veel gebruikte naam is ook Vuilboom, ontleend aan de bedorven geur van de bast. Twee soorten inheems Sporkehout behoort tot de Wegedoornfamilie (Rhamnaceae), die ongeveer 900 soorten omvat, waarvan er maar weinig in Europa voorkomen. In ons land zijn twee soorten inheems: Sporkehout en Wegedoorn (Rhamnus cathartica). Beide worden veel door honingbijen en andere insecten bezocht. Deze soorten lijken veel op elkaar. Langdurige bloei De struik bloeit op het jonge hout. Aan het eind van de jonge twijgen staan de bloemen in kleine bijschermen in de oksels van de brede elliptische bladeren. Die zijn glanzendgroen en vanonder zwak behaard op de nerven. In mei verschijnen de eerste bloemen en de bloei duurt tot in september. De bloemen zijn klein en onopvallend door de groene kleur. Bezoekende insecten moeten voor hun oriëntatie op de bloemen het vooral van de geur hebben. De bloembodem is bekervormig. Aan de rand staan afwisselend de groene kelkbladen en de witte kroonbladen. De kroonbladen zitten als mutsjes om de meeldraden. Het vruchtbeginsel is bolvormig en de stijl kort en stomp. Het nectarium ligt op de bekervormige bloembodem en is voor insecten met een korte tong gemakkelijk bereikbaar. Er wordt veel nectar met een hoog suikergehalte geproduceerd, met saccharose als hoofdbestanddeel. Vermeerdering In de nazomer is goed te zien hoe de kleur van de vruchten van groen via rood in zwart verandert. Een steenvrucht heeft meestal twee stenen, elk met één zaad. Vermeerdering van de plant vindt hoofdzakelijk plaats door wortelopslag. plaat 97. Sporkehout A twijg met bladeren, bloeiwijze en vruchten; B bloem; C doorsnede bloem; D opengeslagen kroonblad; E meeldraad; F stuifmeelkorrel (tricolporaat), polair aanzicht; G stamper; H steen.

wegedoornfamilie 219<br />

Sporkehout (Rhamnus frangula)<br />

Sporkehout is meestal een struik, tot drie meter hoog, maar<br />

onder bepaalde omstandigheden kan de plant zich boomvormig<br />

ontwikkelen. De rechtopstaande takken dragen<br />

horizontale twijgen, die eerst groen zijn en later roodbruin<br />

aan de zonzijde. De struik gedijt goed op een zure, vochtige<br />

grond, maar ook op droge zandgrond. Het is een pionier<br />

in verlandingsgebieden waar zich wat hoger opgaande begroeiing<br />

aan het vestigen is. Sporkehout wordt vaak in<br />

bosplantsoenen aangeplant.<br />

Allerlei namen<br />

Voor een rijke bloei moet de plant regelmatig worden<br />

gesnoeid. Vroeger werden de takken voor diverse doeleinden<br />

gebruikt, met een regelmatige verjonging als gevolg. Het hout<br />

leende zich goed voor het maken van houtskool en buskruit.<br />

In de bijenteelt zijn de takken heel geschikt voor het spijlen<br />

van korven. Door al die toepassingen heeft de plant diverse<br />

namen gekregen. De naam Sporkehout is afgeleid van sprokkelhout.<br />

In Friesland wordt de struik plaatselijk Bijespilehout of<br />

Bijehout genoemd. Een veel gebruikte naam is ook Vuilboom,<br />

ontleend aan de bedorven geur van de bast.<br />

Twee soorten inheems<br />

Sporkehout behoort tot de Wegedoornfamilie (Rhamnaceae),<br />

die ongeveer 900 soorten omvat, waarvan er maar weinig in<br />

Europa voorkomen. In ons land zijn twee soorten inheems:<br />

Sporkehout en Wegedoorn (Rhamnus cathartica). Beide worden<br />

veel door honingbijen en andere insecten bezocht. Deze soorten<br />

lijken veel op elkaar.<br />

Langdurige bloei<br />

De struik bloeit op het jonge hout. Aan het eind van de jonge<br />

twijgen staan de bloemen in kleine bijschermen in de oksels<br />

van de brede elliptische bladeren. Die zijn glanzendgroen en<br />

vanonder zwak behaard op de nerven. In mei verschijnen de<br />

eerste bloemen en de bloei duurt tot in september. De bloemen<br />

zijn klein en onopvallend door de groene kleur. Bezoekende<br />

insecten moeten voor hun oriëntatie op de bloemen het vooral<br />

van de geur hebben. De bloembodem is bekervormig.<br />

Aan de rand staan afwisselend de groene kelkbladen en de<br />

witte kroonbladen. De kroonbladen zitten als mutsjes om de<br />

meeldraden. Het vruchtbeginsel is bolvormig en de stijl kort<br />

en stomp. Het nectarium ligt op de bekervormige bloembodem<br />

en is voor insecten met een korte tong gemakkelijk<br />

bereikbaar. Er wordt veel nectar met een hoog suikergehalte<br />

geproduceerd, met saccharose als hoofdbestanddeel.<br />

Vermeerdering<br />

In de nazomer is goed te zien hoe de kleur van de vruchten<br />

van groen via rood in zwart verandert. Een steenvrucht heeft<br />

meestal twee stenen, elk met één zaad. Vermeerdering van de<br />

plant vindt hoofdzakelijk plaats door wortelopslag.<br />

plaat 97. Sporkehout<br />

A twijg met bladeren, bloeiwijze en vruchten; B bloem; C doorsnede<br />

bloem; D opengeslagen kroonblad; E meeldraad; F stuifmeelkorrel<br />

(tricolporaat), polair aanzicht; G stamper; H steen.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!