Bijenplanten_web
168 bijenplanten: nectar en stuifmeel voor honingbijen
ozenfamilie 169 Amerikaans krentenboompje (Amelanchier lamarckii) Elk jaar is het weer een feestelijk gezicht als het Amerikaans krentenboompje in bloei staat, op plaatsen waar hij massaal voorkomt, maar ook waar maar een enkel exemplaar het struikgewas met zijn helder witte bloemen siert. Telkens is het weer een teken van het komende voorjaar. Uit Noord-Amerika Het Amerikaans krentenboompje behoort tot het geslacht Krentenboompje (Amelanchier). Dit geslacht behoort tot de Rozenfamilie (Rosaceae) en telt ongeveer 20 nauw met elkaar verwante soorten. Eén soort is inheems in China en Japan, één in het Middellandse-Zeegebied, terwijl de rest uit Noord-Amerika afkomstig is. Het Amerikaans krentenboompje is in de 17e eeuw vanuit Canada in Frankrijk geïntroduceerd. De naam van het geslacht is vermoedelijk afgeleid van het Provençaalse woord amelanche, dat betrekking zou hebben op de honingachtige smaak van de vruchten. De naam lamarckii verwijst naar Monet de Lamarck, een botanicus die leefde van 1744-1829. Hij schreef de eerste Franse flora, die in 1779 in drie delen verscheen en in datzelfde jaar was uitverkocht. Verspreiding door vogels In de 19e eeuw geraakte de soort vaak aangeplant op landgoederen en in boerentuinen. Van hieruit is zij op grote schaal verwilderd. De zaden worden verspreid door vogels, zoals spreeuwen en lijsters, die de vruchten graag eten. Vroeger werden de vruchten gedroogd en als krenten gebruikt. Bloemen en bladeren tegelijk Het Amerikaans krentenboompje bloeit in april en mei. De bloemen verschijnen in schermvormige trossen aan het eind van de takken, voornamelijk op het hout van het vorig jaar. Tegelijk met de bloemen komen de bladeren uit de knoppen tevoorschijn. De jonge roodbruine bladeren zijn samengevouwen en aan de onderzijde behaard. De bloemen hebben een bekervormige bloembodem. Op de binnenzijde van de bekerrand ligt een kussenvormig nectarium. De witte kroonbladen (meestal vijf) en de 10-20 meeldraden staan op de rand van de bloembodem. Als een bloem open gaat, staan de meeldraden nog naar binnen gebogen. Naarmate de bloei vordert, wijken ze uiteen. Later, als de meeldraden het stuifmeel hebben vrijgegeven en vaak geheel of gedeeltelijk zijn afgevallen, worden de stempels rijp om het stuifmeel te ontvangen. De bloemen zijn dus proterandrisch. Hoewel zelfbestuiving wordt tegengegaan, kan die wel tot zaadzetting leiden. De vruchtbladen zijn met de binnenzijde van de bloembodem vergroeid. Uit deze vergroeiing van vruchtbladen en bloembodem vormt zich bij het rijpen van het zaad de vrucht. Het is een schijnvrucht, waarvan het vruchtvlees sappig is en een zoete smaak heeft. Het rijpen van de vruchten neemt geruime tijd in beslag. Stuifmeelleverancier Het Amerikaans krentenboompje kan een belangrijke stuifmeelleverancier voor honingbijen zijn. Hoewel de nectar gemakkelijk bereikbaar is, wordt er volgens mijn waarnemingen in hoofdzaak stuifmeel verzameld. Bij het verzamelen van het stuifmeel lopen ze met de buikzijde tegen de helmknoppen. De stuifmeelklompjes hebben een mosgroene kleur. plaat 72. Amerikaans krentenboompje A tak met jonge bladeren en bloemen; B blad; C bovenzijde bloem; D onderzijde bloem; E meeldraden met kelkslip en deel van bloemkroon; F meeldraden; G stuifmeelkorrel (tricolp(or)aat), polair aanzicht; H stamper; I stempels; J vruchten; K zaden; L winterknoppen.
- Page 120 and 121: 118 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 122 and 123: 120 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 124 and 125: 122 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 126 and 127: 124 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 128 and 129: 126 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 130 and 131: 128 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 132 and 133: 130 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 134 and 135: 132 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 136 and 137: 134 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 138 and 139: 136 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 140 and 141: 138 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 142 and 143: 140 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 144 and 145: 142 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 146 and 147: 144 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 148 and 149: 146 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 150 and 151: 148 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 152 and 153: 150 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 154 and 155: 152 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 156 and 157: 154 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 158 and 159: 156 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 160 and 161: 158 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 162 and 163: 160 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 164 and 165: 162 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 166 and 167: 164 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 168 and 169: 166 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 172 and 173: 170 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 174 and 175: 172 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 176 and 177: 174 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 178 and 179: 176 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 180 and 181: 178 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 182 and 183: 180 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 184 and 185: 182 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 186 and 187: 184 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 188 and 189: 186 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 190 and 191: 188 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 192 and 193: 190 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 194 and 195: 192 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 196 and 197: 194 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 198 and 199: 196 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 200 and 201: 198 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 202 and 203: 200 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 204 and 205: 202 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 206 and 207: 204 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 208 and 209: 206 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 210 and 211: 208 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 212 and 213: 210 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 214 and 215: 212 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 216 and 217: 214 bijenplanten: nectar en stuifme
- Page 218 and 219: 216 bijenplanten: nectar en stuifme
168 bijenplanten: nectar en stuifmeel voor honingbijen