Bijenplanten_web

26.03.2018 Views

164 bijenplanten: nectar en stuifmeel voor honingbijen

vlinderbloemenfamilie 165 Vogelwikke (Vicia cracca) Het geslacht Wikke (Vicia) behoort tot de Vlinderbloemenfamilie (Fabaceae) en telt ongeveer 150 soorten. Deze komen voor in de gematigde streken van het noordelijk halfrond en in Zuid-Amerika. Diverse soorten, bijvoorbeeld de Tuinboon (Vicia faba), zijn in cultuur gebracht voor de zaden. De zaden van de Vogelwikke worden graag door vogels gegeten. Vicia cracca is een oude Italiaanse naam die al door Plinius gebruikt werd. De oude Nederlandse naam Krok zal daar wel van afgeleid zijn. Een andere Nederlandse naam is Drachtwikke. Dat de Vogelwikke behalve voor vogels ook voor bijen van belang kan zijn, zag ik op de Boschplaat op Terschelling. De planten die daar langs het verharde deel van het fietspad stonden werden druk door hommels en honingbijen bezocht. Diep wortelstelsel Vogelwikke haalt zijn voedsel diep uit de grond. Uit het wortelstelsel ontwikkelen zich ondergrondse uitlopers, waaruit weer nieuwe planten ontstaan. De plant heeft een stevige kantige stengel, die wel anderhalve meter lang kan worden. Langs de stengel staan even geveerde bladeren, die aan het eind een vertakte rank dragen. Hiermee hecht de plant zich aan de stengels van andere planten. De bloeitijd van de Vogelwikke valt van juni tot september. De bloemen staan in okselstandige trossen. De bloemkelk is klokvormig en heeft aan de onderzijde van de bloem lange tanden. De blauwviolette bloemkroon is min of meer buis vormig. Hij bestaat uit vijf bladen: bovenaan de vlag, opzij twee zwaarden en onderaan twee bladen die deels met elkaar zijn vergroeid en de kiel vormen. De vlag is bovenaan terug geslagen en dient als optisch oriëntatiepunt voor bezoekende insecten. Stamper en meeldraden worden omsloten door de kiel, die door uitstulpingen aan de voet stevig verbonden is met de beide zwaarden. Nectariën op de meeldraden Een bloem heeft 10 meeldraden, waarvan er 9 met elkaar zijn vergroeid tot een buisje, dat de stamper grotendeels omsluit. Een van de meeldraden staat los, waardoor het buisje langs de bovenzijde open is. Via die opening kunnen insecten bij de nectar komen. De nectariën liggen onderaan op de binnen zijde van de meeldraden. Zo nodig kan de nectar tussen de meeldraden en het vruchtbeginsel worden opgeslagen. Uitgeperst stuifmeel Het stuifmeel komt al vrij als de bloem nog maar de helft van de uiteindelijke grootte heeft bereikt. In de helmknoppen ontstaat dan een opening, waardoor het stuifmeel naar buiten wordt geperst. De stuifmeelkorrels zijn kleverig en komen in de kiel terecht en ook in de beharing van de stijl direct onder de stempel. Insectenbezoek Bij het bijenbezoek worden de zwaarden en de kiel naar beneden gedrukt, waardoor het stuifmeel uit de beharing van de stamper op de kiel en de onderzijde van de bij terecht komt. De meeldraden blijven bij die beweging gewoon in de kiel achter. Na het bezoek keert de kiel weer in zijn oorspronkelijke stand terug. Honingbijen verzamelen nectar en stuifmeel op de bloemen. De stuifmeelklompjes zijn bruingeel. Vaak maken hommels gaatjes in de bloemkroon, waardoor de nectar gemakkelijker bereikbaar wordt. Bij ‘ingebroken’ bloemen puren de bijen meestal via de illegale weg nectar. De bijdrage aan de bestuiving zal dan nihil zijn. Openspringende vrucht De vrucht is een kleine peul, die met twee kleppen openspringt. Tegelijk met het openspringen rollen de kleppen spiraalvormig op, waardoor de zaden worden weggeslingerd. Het zaad ontkiemt direct na verspreiding. plaat 70. Vogelwikke A deel van bloeiende plant; B bloem; C meeldraden; D helmknoppen met uitgeperst stuifmeel; E stuifmeelkorrel (tricolporaat): 1 polair aanzicht, 2 equatoriaal aanzicht; F stamper; G behaarde stijl met stempel; H vruchten; I geopende vrucht; J zaad.

164 bijenplanten: nectar en stuifmeel voor honingbijen

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!