Bijenplanten_web

26.03.2018 Views

154 bijenplanten: nectar en stuifmeel voor honingbijen

vlinderbloemenfamilie 155 Robinia (Robinia pseudoacacia) Hoe komt het toch dat er acaciahoning kan worden geoogst van de Robinia? De oorzaak hiervan ligt vier eeuwen voor ons. De Franse hortulanus Jean Robin (1550-1629) introduceerde deze Noord-Amerikaanse soort in Europa. Hij vond dat de bladeren veel leken op de hem bekende uit Australië afkomstige Zilveracacia (Acacia dealbata) en noemde hem (naar zichzelf): Acacia robinii. Linnaeus stelde anderhalve eeuw later orde op zaken en plaatste de soort in een apart geslacht, Robinia, genoemd naar de Fransman, maar met de toevoeging pseudoacacia. Tot op de dag van vandaag heeft de plant de volksnaam Acacia behouden. Duurzaam hout Aan de bouw van de bloem is duidelijk te zien dat de Robinia tot de Vlinderbloemenfamilie (Fabaceae) behoort. Het geslacht Robinia telt 10 soorten, die alle inheems zijn in Noord-Amerika. De enige soort die in Europa veel is aan geplant en die zich sterk heeft verbreid is Robinia pseudoacacia. De Robinia is een snelgroeiende boom die ongeveer 20 meter hoog kan worden en die weinig eisen aan de bodem stelt, als deze maar goed waterdoorlatend is. De plant heeft een breed en ondiep gelegen wortelstelsel, waaruit zich door wortel opslag gemakkelijk nieuwe planten ontwikkelen. Ook laat hij zich makkelijk vermeerderen uit zaad. Enkele geschikte cul tivars worden aangeplant in parken en langs wegen. De stam heeft een diep gegroefde dikke schors en vertakt zich al op kruinhoogte. Het kernhout van de stam is net zo hard en duurzaam als het tropische hardhout Merbau. Het is in Europa de meest duurzame houtsoort en is in veel toepassingen een goede vervanger van tropisch hardhout. Aan de jonge takken zitten grote doorns, twee aan twee. Het zijn eigenlijk de verhoute steunblaadjes aan de voet van de bladstelen. In de loop van mei komen de oneven geveerde bladeren tot ont wikkeling en in juni staat de Robinia in bloei. Gedraaide bloemen De bloemen staan in hangende trossen in de bladoksels en verspreiden een heerlijke geur. Bij trosvormige rechtopstaande bloeiwijzen van de vlinderbloemigen is de vlag van de bloemen naar boven gericht. Bezoekende insecten landen dan gemakkelijk op de kiel en de zwaarden van de bloemen. Bij de hangende bloeiwijzen van de Robinia is de vlag van de bloemen niet naar beneden gericht, maar naar boven doordat de bloemsteel een halve slag is gedraaid. Binnen de familie behoren de bloemen tot het type met ‘stijlborstels’: het uiteinde van de stijl is bezet met een borstelachtige beharing. Al in het knopstadium van de bloem gaan de helmknoppen open en wordt het stuifmeel in en rond het behaarde deel van de stijl opgeslagen. Een krans van haren direct onder de stempel voorkomt dat het op de eigen stempel komt. Tijdens het bezoek van een bij worden de kiel en de zwaarden naar beneden gedrukt, waarbij het eind van de stempel tevoorschijn komt en tegen de onderzijde van de bij drukt. Door de beharing op de stijl wordt bij elk bezoek een beetje stuifmeel naar buiten geduwd. Na het bezoek komen zwaarden en kiel weer omhoog. De nectariën liggen in een krans tussen het vruchtbeginsel en de meeldraden. Een bloem heeft 10 meeldraden waarvan de helmdraden met elkaar vergroeid zijn en samen een kokertje vormen. De bovenste meeldraad (recht voor de vlag) is over een paar millimeter los van de aangrenzende meeldraden. Hierdoor ontstaan er twee openingen waardoor de nectar kan worden bereikt. Veel nectar Robinia is een van de beste drachtplanten voor honingbijen. De bloemen leveren overvloedig nectar met een hoog suikergehalte. Maar de dracht van de plant is in onze streken onzeker, want die is sterk afhankelijk van het weer. De nectar gaat namelijk pas optimaal vloeien bij hoge temperaturen. Acaciahoning bevat weinig glucose en blijft daardoor heel lang vloeibaar. De honing bevat weinig stuifmeel en is daardoor helder. plaat 65. Robinia A deel van twijg met blad en bloeiwijze; B bloemkelk met meeldraden en stamper; C stuifmeelkorrel (tricolpaat), polair aanzicht; D stamper; E stijlborstel en stempel; F vrucht; G zaad; H tak met doorns.

154 bijenplanten: nectar en stuifmeel voor honingbijen

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!