Voorstudie 35: Organen en rechtspersonen rondom de centrale

Voorstudie 35: Organen en rechtspersonen rondom de centrale Voorstudie 35: Organen en rechtspersonen rondom de centrale

10.12.2012 Views

In 3 vennootschappen zijn laqere overheden mede-aandeelhou- ders; in 2 gevallen bezitten zij de meerderheid van de aan- delen . 4.5 Conclusies 4.5.1 ~egschgjdmhejd De inventarisatie van orqanen en rechtsperso- nen biedt een beeld van qrote verscheidenheid, zowel met betrekking tot de taken en doelstellingen, als met betrek- king tot de uit te oefenen bevoeqdheden en met betrekking tot de uiterlijke vorm van de concrete orqanisaties of orqanisatie-onderdelen. Het verschijnsel van niet-qrondwet- , telijke bestuursorganen en min of meer zelfstandige rechts- personen heeft zich in de loop van de tijd een vaste plaats in de bestuurlijke organisatie van Nederland verworven. Het is mogelijk ten aanzien van iedere afzonderlijke cateqorie organen of rechtspersonen de vraaq te stellen of andere constructies doelmatiqer, doeltreffender, opener of in andere opzichten "beter" zijn dan de nu in de praktijk qeldende. Deze vraag kan niet beantwoord worden voor het functionele orgaan of de overheidsrechtspersoon als zodaniq. Specifiek onderzoek, gericht op het verkrijqen van inzicht in de maatschappelijke en staatkundiqe positie van bepaalde instellingen, zal moqelijk kunnen bijdragen tot het beant- woorden van de bovengestelde normatieve vraaq. In dit verband is een niet onaanzienlijk aantal orqanen en rechtspersonen a1 te beschouwen als een vorm van semi-privatisrrinq, omdat - zoals blijkt uit de inventarisa tie - bi j de ui toefeninq van overheidstaken qebruik wordt qemaakt van particulieren en van particuliere organisaties. Tevens hoeft, in de afweqing tussen gedecen- traliseerd alqemeen bestuur en functioneel gedecentraliseerd bestuur, de balans niet per se in de richtinq van alqemeen' bestuur door te slaan. De uitoefening van een qroot aantal . overheidstaken vraagt om de beschikbaarheid van specifieke deskundiqheden die toedelinq van die taken aan de territo- riale openbare lichamen als gemeenten en provincies vaak tegenhoudt. Ook hier zal de discussie niet in abstract0 beslecht kunnen worden. De vraag of organen en rechtspersonen,niet eigenlijk gewoonweq opgeheven kunnen worden is niet in alge- mene zin te beantwoorden. Zij hanqt in sterke mate samen met de vraag of op de qebieden waarover men spreekt overheids- gezag moet worden uitqeoefend ofwel of daar een terrein van feitelijke overheidszorq liqt. Dit is eFn politieke vraaq. 4.5.2 Wgfgcying 1 Het belanq van het verschijnsel van functio- nele orqanen en rechtspersonen vraagt om een grote betrok-, kenheid van de wetqever. Ten eerste verdient de mogelijke,'

. . harmoniserinq en uniformerinq van het desbetreffende orqani- satierecht de aandacht; bijvoorbeeld in de vorm van alqemene bepalinqen of richtlijnen. Ten tweede lijkt een kritische bezinning op de eiqen verantwoordelijkheid van de wetqever ten aanzien van de instellinq en oprichtinq van orqanen met openbaar gezaq gewenst. De constructie, waarbij aan een lager bestuursorqaan wordt qedeleqeerd te voorzien in de aanwijzinq van een concreet orqanisatie-onderdeel ter uitoe- feninq van een bepaalde bevoeqdheid, is immers principieel niet onbelanqrijk (1). Dit qeldt te meer wanneer een ambte- lijke dienst wordt aanqewezen. De wetqever heeft dan immers niet expliciet aan ambtenaren bevoeqdheden toebedeeld, zoals dat het qeval is bij qedeconcentreerde diensten (zie de bijlaqen 3 en 4). Ook ten aanzien van andere aspecten van de reqelinq en het functioneren van orqanen doen zich problemen voor die uit de kaderwetqevinq ontstaan. 4.5.3 Miqjstegi~&e-yegpp&yoogde&~jk~e_id Zowel ten aanzien van de orqanen als van de rechtspersonen beschikken de desbetreffende ministers over ruime toezichtsmoqeli jkheden; zij zijn van betekenis voor het afbakenen van de ministeriele verantwoordelijkheid en daarmee voor het beoordelen van de reikwijdte van de Wet openbaarheid van bestuur en de Wet Nationale ombudsman. Vooral de moqelijkheid van het qeven van richtlijnen en aanwi jz ingen -aan organen en 4 rechtspersonen verdient de aandscht. Nader onderzoek is noodzakelijk, hoe ruim die aanwijzlnqsbevoeqdheid formeel is. Zowel de Wet openbaarheid van bestuur als de Wet Nationale ombudsman noemen immers onder andere.de minister als orqaan, dat onder de werkinq van deze wetten valt. Tot de minister zijn ook te rekenen de onder zijn verantwoordelijkheid werkende diensten en instel- linqen. Aan de ene kant kan men de opvattinq koesteren, dat slechts de ambtelijke diensten en instellinqen, bemand met in dienst van de minister zijnde ambtenaren, onder de werkinq van beide wetten vallen. Een andere opvattinq neemt echter de ministeriele verantwoordelijkheid als uitqanqs- punt, hetqeen betekent dat vele diensten en instellinqen met (1) De regeling van de organisatie en het functioneren van organen on rechtspersonen wordt thans voor een niet onbelangrijk deel ovorqelaten aan lagero organen en aan particulieren. Dit leidt niet altijd tot goede resul- taten, hetgeen blijkt bijvoorbeeld uit de uitspraak van de waarnemend voorzitter Afdeling rechtspraak van de Raad van State van 11 juli 1982 (nrs. A-1.0784 (1982) /S9O en A-1.0785 (1982) [Sgl) : een raad van beroep, die ingevolge de Bloembollenziektewet 1937 ingestold had moeten worden door de Stichting Bloembollen-keurings- dienst te Hillegom, is nooit ingesteld.

In 3 v<strong>en</strong>nootschapp<strong>en</strong> zijn laqere overhed<strong>en</strong> me<strong>de</strong>-aan<strong>de</strong>elhou-<br />

<strong>de</strong>rs; in 2 gevall<strong>en</strong> bezitt<strong>en</strong> zij <strong>de</strong> meer<strong>de</strong>rheid van <strong>de</strong> aan-<br />

<strong>de</strong>l<strong>en</strong> .<br />

4.5 Conclusies<br />

4.5.1 ~egschgjdmhejd<br />

De inv<strong>en</strong>tarisatie van orqan<strong>en</strong> <strong>en</strong> rechtsperso-<br />

n<strong>en</strong> biedt e<strong>en</strong> beeld van qrote verscheid<strong>en</strong>heid, zowel met<br />

betrekking tot <strong>de</strong> tak<strong>en</strong> <strong>en</strong> doelstelling<strong>en</strong>, als met betrek-<br />

king tot <strong>de</strong> uit te oef<strong>en</strong><strong>en</strong> bevoeqdhed<strong>en</strong> <strong>en</strong> met betrekking<br />

tot <strong>de</strong> uiterlijke vorm van <strong>de</strong> concrete orqanisaties of<br />

orqanisatie-on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>l<strong>en</strong>. Het verschijnsel van niet-qrondwet- ,<br />

telijke bestuursorgan<strong>en</strong> <strong>en</strong> min of meer zelfstandige rechts-<br />

person<strong>en</strong> heeft zich in <strong>de</strong> loop van <strong>de</strong> tijd e<strong>en</strong> vaste plaats<br />

in <strong>de</strong> bestuurlijke organisatie van Ne<strong>de</strong>rland verworv<strong>en</strong>. Het<br />

is mogelijk t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van ie<strong>de</strong>re afzon<strong>de</strong>rlijke cateqorie<br />

organ<strong>en</strong> of rechtsperson<strong>en</strong> <strong>de</strong> vraaq te stell<strong>en</strong> of an<strong>de</strong>re<br />

constructies doelmatiqer, doeltreff<strong>en</strong><strong>de</strong>r, op<strong>en</strong>er of in<br />

an<strong>de</strong>re opzicht<strong>en</strong> "beter" zijn dan <strong>de</strong> nu in <strong>de</strong> praktijk<br />

qeld<strong>en</strong><strong>de</strong>. Deze vraag kan niet beantwoord word<strong>en</strong> voor het<br />

functionele orgaan of <strong>de</strong> overheidsrechtspersoon als zodaniq.<br />

Specifiek on<strong>de</strong>rzoek, gericht op het verkrijq<strong>en</strong> van inzicht<br />

in <strong>de</strong> maatschappelijke <strong>en</strong> staatkundiqe positie van bepaal<strong>de</strong><br />

instelling<strong>en</strong>, zal moqelijk kunn<strong>en</strong> bijdrag<strong>en</strong> tot het beant-<br />

woord<strong>en</strong> van <strong>de</strong> bov<strong>en</strong>gestel<strong>de</strong> normatieve vraaq.<br />

In dit verband is e<strong>en</strong> niet onaanzi<strong>en</strong>lijk<br />

aantal orqan<strong>en</strong> <strong>en</strong> rechtsperson<strong>en</strong> a1 te beschouw<strong>en</strong> als e<strong>en</strong><br />

vorm van semi-privatisrrinq, omdat - zoals blijkt uit <strong>de</strong><br />

inv<strong>en</strong>tarisa tie - bi j <strong>de</strong> ui toef<strong>en</strong>inq van overheidstak<strong>en</strong><br />

qebruik wordt qemaakt van particulier<strong>en</strong> <strong>en</strong> van particuliere<br />

organisaties. Tev<strong>en</strong>s hoeft, in <strong>de</strong> afweqing tuss<strong>en</strong> ge<strong>de</strong>c<strong>en</strong>-<br />

traliseerd alqeme<strong>en</strong> bestuur <strong>en</strong> functioneel ge<strong>de</strong>c<strong>en</strong>traliseerd<br />

bestuur, <strong>de</strong> balans niet per se in <strong>de</strong> richtinq van alqeme<strong>en</strong>'<br />

bestuur door te slaan. De uitoef<strong>en</strong>ing van e<strong>en</strong> qroot aantal .<br />

overheidstak<strong>en</strong> vraagt om <strong>de</strong> beschikbaarheid van specifieke<br />

<strong>de</strong>skundiqhed<strong>en</strong> die toe<strong>de</strong>linq van die tak<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> territo-<br />

riale op<strong>en</strong>bare licham<strong>en</strong> als geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> provincies vaak<br />

teg<strong>en</strong>houdt. Ook hier zal <strong>de</strong> discussie niet in abstract0<br />

beslecht kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />

De vraag of organ<strong>en</strong> <strong>en</strong> rechtsperson<strong>en</strong>,niet<br />

eig<strong>en</strong>lijk gewoonweq opgehev<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> is niet in alge-<br />

m<strong>en</strong>e zin te beantwoord<strong>en</strong>. Zij hanqt in sterke mate sam<strong>en</strong> met<br />

<strong>de</strong> vraag of op <strong>de</strong> qebied<strong>en</strong> waarover m<strong>en</strong> spreekt overheids-<br />

gezag moet word<strong>en</strong> uitqeoef<strong>en</strong>d ofwel of daar e<strong>en</strong> terrein van<br />

feitelijke overheidszorq liqt. Dit is eFn politieke vraaq.<br />

4.5.2 Wgfgcying 1<br />

Het belanq van het verschijnsel van functio-<br />

nele orqan<strong>en</strong> <strong>en</strong> rechtsperson<strong>en</strong> vraagt om e<strong>en</strong> grote betrok-,<br />

k<strong>en</strong>heid van <strong>de</strong> wetqever. T<strong>en</strong> eerste verdi<strong>en</strong>t <strong>de</strong> mogelijke,'

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!