Voorstudie 35: Organen en rechtspersonen rondom de centrale

Voorstudie 35: Organen en rechtspersonen rondom de centrale Voorstudie 35: Organen en rechtspersonen rondom de centrale

10.12.2012 Views

- colleqes die tevens orqaan zijn, althans behoren tot een rechtspersoon. Het zijn met name de onder 4. bedoelde "externe" colleges die het onderwerp uitmaken van het onder- zoek. Z i j vullen het qrootste deel van deel I van het inven- tarisatierapport. Gezien het incidentele karakter hebben wij de instanties, belast met bevoeqdheden in noodsituaties, niet in het normale overzicht opqenomen. Een overzicht daarvan is we1 te binden in bijlaqe 7. Ten slotte zi j qewezen op he t bestaan van orqanen, die weliswaar krachtens formele wet over bevoeqd- heden beschikken maar die worden samenqesteld c.q. benoemd door orqanen behorende tot de laqere overheid. Het qaat hier om een beperkt aantal qevallen, waarin het medebewind niet is o~edraqen aan de qewone orqanen van de laqere overheden (zoals burqemeester en wethouders of qedeputeerde staten) maar aan afzonderlijk door de wetqever qenoemde orqanen, welke echter qerekend moeten worden tot dat lichaam dat verantwoordelijk is voor de samenstellinq c.q. benoeminq. Deze orqanen behoren niet tot de centrale overheid en passen, strikt qenomen dan ook niet in dit inventarisatie- rapport. Wi] hebben niettemin qemeend een overzicht van deze orqanen afzonderlijk in bijlaqe 8 te moeten opnemen, omdat sommiqen onzes inziens ten onrechte deze orqanen tot de centrale overheid rekenen bij qebrek aan enig houvast in de Gemeentewet, de Provinciewet en derqelijke (zie hiervoor onder 2.2). Een aantal qrote cateqorieen van met openbaar qezaq beklede organen is buiten het overzicht qelaten vanweqe de qrootte en de onbepaaldheid van deze cateqorieen. Het qaat om deqenen die qezaq uitoefenen jeqens dieqenen die in een a1 dan niet vrijwilliqe rechtsverhouding tot de over- heid staan (ambtenaren, militairen, qevanqenen e.d. ). Een andere cateqorie die buiten het overzicht is qelaten, wordt qevormd door de "onbezoldiqde politie-ambtenaren". Ook binnen de cateqorie "tot de overheid te rekenen rechtspersonen" kan men nadere onderscheidinqen aanbrenqen. Alvorens daarop in te qaan, zij er op qewezen, dat er ook ten aanzien van privaatrechtelijke bevoeqdheden in bepaalde mate van eiqen bevoeqdheden van ambtenaren sprake is. Zo ontvangt incidenteel de directeur van de PTT van de wetqever de bevoeqdheid om het openbaar lichaam Staat te verteqenwoordiqen bij bepaalde privaatrechtelijke rechts- handelinqen (10) . Op basis van artikel 37 Comptabiliteitswet is het qewoonlijk de minister die de Staat verteqenwoordiqt, welke bevoeqdheid krachtens mandaat in de praktijk veelal door ambtenaren wordt uitqeoefend. Het is niet uitqesloten, (10) Zie bijvoorbeeld de wet van 9 juni 1981 (Stb. 1981, 378), houdende een machtiqinq stichtinq NEPOSTEL en bi jlaqe.

dat de minister de verteqenwoordiqheidsbevoeqdheid dele- qeert, bijvoorbeeld aan directeuren van rijksinstellinqen terzake van het beheer van deze instellingen. Tijdens het onderzoek is qeprobeerd via de contactambtenaren van de departementen meer inzicht te krijqen in de omvanq van het verschijnsel van de privaatrechtelijke deconcentratie. W i j zijn hierin niet qeslaaqd, waarschijnlijk mede doordat in de praktijk het onderscheid tussen deleqatie en mandaat niet leeft (11). Tevens is het niet qelukt inzicht te krijqen in het verschijnsel, dat ambtenaren zelfstandiq feitelijke handel inqen verr ichten. Men denke aan het wetenschappel i jke onderzoek, zoals dat wordt verricht in het Kijksinstituut voor oorloqsdocumentatie (12). Wat betreft tot de overheid te rekenen rechts- personen zijn drie soorten rechtspersonen te onderscheiden: 1. Rechtspersonen sui qener is: pr ivaatrechtel i jke rechts- personen die bij of krachtens de wet worden inqesteld (zie art. 1, tweede lid, Boek I1 BW). 2. Overheidsstichtinqen. Wanneer is een stichtinq een over- heidsstichtinq? Doorslaqqevend is onzes inziens of een meerderheid van de bestuursleden door of vanweqe een orqaan van de centrale overheid is aanqesteld. Alleen op dat moment "kan" de centrale overheid door het benoe- minqsbeleid het beleid van de stichtinq fundamenteel beynvloeden. Andere criteria om te bepalen, of een stichtinq als overheidsstichtinq kan worden aanqemerkt, bleken niet of zeer moeilijk bruikbaar. Het qoedkeuren van de beqrotinq of het uitoefenen van toezicht op stichtinqen qeschiedt met betrekkinq tot zeer vele particuliere qesubsidieerde stichtinqen. Het onderworpen zijn aan toezicht is dus niet.iets typerends voor over- heidsstichtinqen. Een ander cr iter ium betreft deqene die de stichtinq heeft opqericht. Is elke stichtinq die is opqericht door een overheidsorqaan als een overheids- .stichtinq te beschouwen en is een stichtinq die niet opqericht is door een orqaan van de overheid, daarom een particuliere stichtinq? Het antwoord moet in beide qevallen ontkennend luiden. Een oorspronkelijke door de overheid opqerichte overheidsstichtinq kan immers zijn "qeprivatiseerd", dat wil zeqqen overqelaten aan het particulier initiatief, terwijl een oorspronkelijke particul iere stichtinq door middel van sta tu tenwi jziqinq tot een overheidsstichtinq kan worden omqevormd. (11) In het qeval van deleqatie is er sprake van een juridische overdracht van bevoeqdheid van het ene orqaan naar het andere. In het qeval van mandaat blijft de juridische bevoeqdheid formeel liqqen bij het mandaterende orqaan, hoewel de bevoeqdheid feitelijk worden uitqeoefend door deqene aan wie qemandateerd wordt. (12) Zie art. 4 van het KB van 28 juli 1979 (Stb. 1979, 426), houdende een nieuwe reqelinq betreffende het Hijksinstituut voor Oorloqsdocumentatie.

dat <strong>de</strong> minister <strong>de</strong> verteq<strong>en</strong>woordiqheidsbevoeqdheid <strong>de</strong>le-<br />

qeert, bijvoorbeeld aan directeur<strong>en</strong> van rijksinstellinq<strong>en</strong><br />

terzake van het beheer van <strong>de</strong>ze instelling<strong>en</strong>. Tijd<strong>en</strong>s het<br />

on<strong>de</strong>rzoek is qeprobeerd via <strong>de</strong> contactambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />

<strong>de</strong>partem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> meer inzicht te krijq<strong>en</strong> in <strong>de</strong> omvanq van het<br />

verschijnsel van <strong>de</strong> privaatrechtelijke <strong>de</strong>conc<strong>en</strong>tratie. W i j<br />

zijn hierin niet qeslaaqd, waarschijnlijk me<strong>de</strong> doordat in <strong>de</strong><br />

praktijk het on<strong>de</strong>rscheid tuss<strong>en</strong> <strong>de</strong>leqatie <strong>en</strong> mandaat niet<br />

leeft (11). Tev<strong>en</strong>s is het niet qelukt inzicht te krijq<strong>en</strong> in<br />

het verschijnsel, dat ambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> zelfstandiq feitelijke<br />

han<strong>de</strong>l inq<strong>en</strong> verr icht<strong>en</strong>. M<strong>en</strong> d<strong>en</strong>ke aan het wet<strong>en</strong>schappel i jke<br />

on<strong>de</strong>rzoek, zoals dat wordt verricht in het Kijksinstituut<br />

voor oorloqsdocum<strong>en</strong>tatie (12).<br />

Wat betreft tot <strong>de</strong> overheid te rek<strong>en</strong><strong>en</strong> rechts-<br />

person<strong>en</strong> zijn drie soort<strong>en</strong> rechtsperson<strong>en</strong> te on<strong>de</strong>rscheid<strong>en</strong>:<br />

1. Rechtsperson<strong>en</strong> sui q<strong>en</strong>er is: pr ivaatrechtel i jke rechts-<br />

person<strong>en</strong> die bij of kracht<strong>en</strong>s <strong>de</strong> wet word<strong>en</strong> inqesteld<br />

(zie art. 1, twee<strong>de</strong> lid, Boek I1 BW).<br />

2. Overheidsstichtinq<strong>en</strong>. Wanneer is e<strong>en</strong> stichtinq e<strong>en</strong> over-<br />

heidsstichtinq? Doorslaqqev<strong>en</strong>d is onzes inzi<strong>en</strong>s of e<strong>en</strong><br />

meer<strong>de</strong>rheid van <strong>de</strong> bestuursled<strong>en</strong> door of vanweqe e<strong>en</strong><br />

orqaan van <strong>de</strong> c<strong>en</strong>trale overheid is aanqesteld. Alle<strong>en</strong> op<br />

dat mom<strong>en</strong>t "kan" <strong>de</strong> c<strong>en</strong>trale overheid door het b<strong>en</strong>oe-<br />

minqsbeleid het beleid van <strong>de</strong> stichtinq fundam<strong>en</strong>teel<br />

beynvloed<strong>en</strong>. An<strong>de</strong>re criteria om te bepal<strong>en</strong>, of e<strong>en</strong><br />

stichtinq als overheidsstichtinq kan word<strong>en</strong> aanqemerkt,<br />

blek<strong>en</strong> niet of zeer moeilijk bruikbaar. Het qoedkeur<strong>en</strong><br />

van <strong>de</strong> beqrotinq of het uitoef<strong>en</strong><strong>en</strong> van toezicht op<br />

stichtinq<strong>en</strong> qeschiedt met betrekkinq tot zeer vele<br />

particuliere qesubsidieer<strong>de</strong> stichtinq<strong>en</strong>. Het on<strong>de</strong>rworp<strong>en</strong><br />

zijn aan toezicht is dus niet.iets typer<strong>en</strong>ds voor over-<br />

heidsstichtinq<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> an<strong>de</strong>r cr iter ium betreft <strong>de</strong>q<strong>en</strong>e die<br />

<strong>de</strong> stichtinq heeft opqericht. Is elke stichtinq die is<br />

opqericht door e<strong>en</strong> overheidsorqaan als e<strong>en</strong> overheids-<br />

.stichtinq te beschouw<strong>en</strong> <strong>en</strong> is e<strong>en</strong> stichtinq die niet<br />

opqericht is door e<strong>en</strong> orqaan van <strong>de</strong> overheid, daarom e<strong>en</strong><br />

particuliere stichtinq? Het antwoord moet in bei<strong>de</strong><br />

qevall<strong>en</strong> ontk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>d luid<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> oorspronkelijke door <strong>de</strong><br />

overheid opqerichte overheidsstichtinq kan immers zijn<br />

"qeprivatiseerd", dat wil zeqq<strong>en</strong> overqelat<strong>en</strong> aan het<br />

particulier initiatief, terwijl e<strong>en</strong> oorspronkelijke<br />

particul iere stichtinq door mid<strong>de</strong>l van sta tu t<strong>en</strong>wi jziqinq<br />

tot e<strong>en</strong> overheidsstichtinq kan word<strong>en</strong> omqevormd.<br />

(11) In het qeval van <strong>de</strong>leqatie is er sprake van e<strong>en</strong><br />

juridische overdracht van bevoeqdheid van het <strong>en</strong>e<br />

orqaan naar het an<strong>de</strong>re. In het qeval van mandaat<br />

blijft <strong>de</strong> juridische bevoeqdheid formeel liqq<strong>en</strong> bij<br />

het mandater<strong>en</strong><strong>de</strong> orqaan, hoewel <strong>de</strong> bevoeqdheid<br />

feitelijk word<strong>en</strong> uitqeoef<strong>en</strong>d door <strong>de</strong>q<strong>en</strong>e aan wie<br />

qemandateerd wordt.<br />

(12) Zie art. 4 van het KB van 28 juli 1979 (Stb. 1979,<br />

426), houd<strong>en</strong><strong>de</strong> e<strong>en</strong> nieuwe reqelinq betreff<strong>en</strong><strong>de</strong> het<br />

Hijksinstituut voor Oorloqsdocum<strong>en</strong>tatie.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!