Gay&Night Augustus 2014

Interview / Charmaine Dlamini
Bijna op dagelijkse basis ervaart
Charmaine Dlamini dat homo’s en
lesbiennes binnen de Zuid-Afrikaanse
samenleving straal genegeerd worden.
Haar verbitterde verklaring voor deze
alomtegenwoordige homohaat komt
voort uit persoonlijk leed. Als zwarte
lesbienne uit Soweto, een van de
meest beruchte sloppenwijken van
Johannesburg, heeft zij voor zichzelf
moeten leren opkomen. Dlamini
heeft een manier gevonden om
deze verbitterdheid om te zetten in
positieve daadkracht. Iedere maand
organiseert ze voor LGBTI (lesbiennes,
homo’s, biseksuelen, transgenders en
interseksuelen) in Johannesburg een
speciaal uitgaansevenement. De Zuid‐
Afrikaanse regering behartigt volgens
haar te weinig van haar belangen. ‘Dat
onze seksuele vrijheid op papier staat,
is slechts het begin. Het implementeren
van de grondwet laat nog altijd op
zich wachten.’ De trage vooruitgang
is volgens haar te wijten aan de
aanhoudende verdeeldheid binnen
de regering. Een groot aantal politici
is zelf anti‐LGBTI, waaronder zelfs
hun herkozen president Jacob Zuma,
vermoedt Dlamini.
‘Volgens ILGA
is Afrika het
meest homofobe
continent’
Deze politieke mening over Zuid‐Afrika
komt nog sterker tot uiting wanneer
Dlamini over Nelson Mandela praat. Ze
bewondert zijn gevecht, maar vindt dat
hij alsnog te veel heeft toegegeven.
Vanwege de jonge grondwet en de
bekende vrijheidsstrijd wordt Zuid‐
Afrika in veel gevallen als voorbeeld
gezien voor andere Afrikaanse landen.
Het tegenstrijdige nieuws dat Zuid‐
Afrika geen homoparadijs blijkt te zijn,
heeft Nederland al eerder bereikt.
Sindsdien is er niet veel verbeterd voor
de LGBTI‐gemeenschap. Uit recent
onderzoek van het PEW Research Centre
naar houdingen ten opzichte van een
aantal controversiële onderwerpen
blijkt dat 62% van de Zuid‐Afrikanen
homoseksualiteit nog altijd als
onacceptabel beschouwt. Slechts 12
% van de bevolking vindt homo’s
‘acceptabel’ en 8 % beschouwt homo’s
niet als controversieel. Er bestaat
zelfs een Afrikaner uitdrukking voor
homo: moffie. Voor deze aanhoudende
homofobie is nog altijd geen duidelijke
reden gedefinieerd.
In andere delen van het continent
blijkt deze homofobe mindset van de
bevolking eveneens aanwezig: volgens
gegevens van ILGA (International
Lesbian and Gay Association) is Afrika
zelfs het meest homofobe continent.
Oeganda voert momenteel de
boventoon met hun recent ingevoerde
antihomowetgeving. De aanloop
hiernaartoe is echter eerder in gang
gezet. De homohaat in Oeganda
wordt onder andere verklaard aan de
hand van invloeden van christelijke
fundamentalisten uit de Verenigde
Staten. Zij zouden sinds 2009 op
verschillende manieren politici en
kerkleiders hebben overtuigd van de
‘duistere homo‐agenda’. Dit zou het
verlangen naar een antihomowet
hebben aangewakkerd en een versnelde
invoering hebben gestimuleerd. Het
blijft oneerlijk om alle Afrikaanse
landen over één kam te scheren en te
vermoeden dat Zuid‐Afrika ook op het
wensenlijstje staat van deze christelijke
fundamentalisten. Maar gezien de
heersende homofobe houding op het
continent lijken Afrikaanse landen wel
een zeer gemakkelijk publiek voor deze
christelijke organisaties.
‘Als twee mannen
een koppel vormen,
resulteert dit in te
veel kracht’
Dlamini heeft weinig woorden over voor
de situatie in Oeganda. Op dit soort
momenten vreest zij eerder voor
haar eigen toekomst. Op de vraag
of ze zich gehoord voelt in haar
eigen land, antwoord ze stellig ‘nee’.
De belangenorganisaties komen
volgens haar niet ver met hun inzet.
Tekst Neeltje de Quaij / Fotografie Christi Sa
23