02.10.2016 Views

De Wens der Eeuwen door Ellen White

In het hart van de hele mensheid, ongeacht etniciteit, leeftijd, klasse, cultuur, religie of verblijfplaats, is er een brandend verlangen van enkele onuitsprekelijke ontastbaarheid - de ziel zo leeg en ellendig. Dit verlangen is inherent aan de aard van de mens door een barmhartige Schepper, die man is niet tevreden in zijn huidige toestand, wat het ook moge zijn. Maar de ervaring van spirituele heelheid in Christus mogelijk is. De profeet Haggai, genaamd Jezus Christus terecht de “Verlangen van de Naties”. Het is de bedoeling van dit boek om Jezus Christus te presenteren als de Ene in wie alle wensen kan worden voldaan - met een overvloed aan het onderwijs, ondoorgrondelijke macht, en veel glimp van het voorbeeldige leven van Jezus van Nazareth ....

In het hart van de hele mensheid, ongeacht etniciteit, leeftijd, klasse, cultuur, religie of verblijfplaats, is er een brandend verlangen van enkele onuitsprekelijke ontastbaarheid - de ziel zo leeg en ellendig. Dit verlangen is inherent aan de aard van de mens door een barmhartige Schepper, die man is niet tevreden in zijn huidige toestand, wat het ook moge zijn. Maar de ervaring van spirituele heelheid in Christus mogelijk is. De profeet Haggai, genaamd Jezus Christus terecht de “Verlangen van de Naties”. Het is de bedoeling van dit boek om Jezus Christus te presenteren als de Ene in wie alle wensen kan worden voldaan - met een overvloed aan het onderwijs, ondoorgrondelijke macht, en veel glimp van het voorbeeldige leven van Jezus van Nazareth ....

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Hoofdstuk 84—“Vrede zij u”<br />

Wanneer de twee discipelen Jeruzalem bereiken, gaan ze de stad binnen <strong>door</strong> de oostelijke poort, die<br />

bij feestelijke gelegenheden ‘s nachts is geopend. <strong>De</strong> huizen zijn donker en stil, maar in het licht van<br />

de opkomende maan vinden de reizigers hun weg <strong>door</strong> de smalle straten. Zij gaan naar de opperzaal<br />

waar Jezus de uren van de laatste avond vóór Zijn dood heeft <strong>door</strong>gebracht. Ze weten, dat zij hier hun<br />

broe<strong>der</strong>s kunnen vinden. Hoewel het laat is, weten zij, dat de discipelen niet zullen gaan slapen voordat<br />

zij met zekerheid hebben vernomen wat er met het lichaam van hun Here is gebeurd. Ze bemerken dat<br />

de deur van de zaal zorgvuldig is gegrendeld. Ze kloppen om te worden binnengelaten, maar er komt<br />

geen antwoord. Alles is stil. Dan noemen ze hun namen. <strong>De</strong> deur wordt voorzichtig geopend, zij gaan<br />

binnen, en ongezien gaat nog Iemand met hen naar binnen. Dan wordt de deur weer gegrendeld om<br />

spionnen te weren.<br />

<strong>De</strong> reizigers treffen allen in verrassende opgewektheid aan. <strong>De</strong> stemmen van degenen die zich in het<br />

vertrek bevinden, breken los in dankzegging en lof, zeggende: “<strong>De</strong> Here is waarlijk opgewekt en is<br />

aan Simon verschenen”. Dan vertellen de twee reizigers, hijgend vanwege de haast waarmee ze gereisd<br />

hebben, het heerlijke verhaal hoe Jezus aan hen verschenen is. Ze hebben dit juist beëindigd, en<br />

enkelen zeggen dat ze het niet kunnen geloven, aangezien het te mooi is om waar te zijn, als, zie, een<br />

An<strong>der</strong> voor hen staat. Ie<strong>der</strong>s oog wordt op de Vreemdeling gericht. Niemand heeft geklopt om te<br />

worden binnengelaten. Geen voetstap is gehoord. <strong>De</strong> discipelen zijn geschrokken en vragen zich af<br />

wat dit betekent. Dan horen zij een stem die geen an<strong>der</strong>e is dan de stem van hun Meester. Hel<strong>der</strong> en<br />

duidelijk komen de woorden over Zijn lippen: “Vrede zij u!”<br />

”En zij werden ontzet en verschrikt en meenden een geest te aanschouwen. Doch Hij zeide tot hen:<br />

Waarom zijt gij ontsteld en waarom komen er overwegingen op in uw hart? Ziet Mijn handen en Mijn<br />

voeten, dat Ik het Zelf ben; betast Mij en ziet, dat een geest geen vlees en been<strong>der</strong>en heeft, zoals gij<br />

ziet, dat Ik heb. (En bij dit woord toonde Hij hun Zijn handen en voeten)”.<br />

Zij aanschouwden de handen en voeten, die geschonden waren <strong>door</strong> de wrede spijkers. Zij herkenden<br />

Zijn stem, die was als geen an<strong>der</strong>e stem die zij ooit hadden gehoord. “En toen zij het van blijdschap<br />

nog niet geloofden en zich verwon<strong>der</strong>den, zeide Hij tot hen: Hebt gij hier iets te eten? Zij reikten Hem<br />

een stuk van een gebakken vis toe. En Hij nam het en at het voor hun ogen”. “<strong>De</strong> discipelen dan waren<br />

verblijd, toen zij de Here zagen”. Geloof en vreugde namen de plaats in van ongeloof, en met gevoelens<br />

die niet in woorden konden worden uitgedrukt, beleden zij hun verrezen Heiland.<br />

Bij de geboorte van Jezus verkondigde de engel: Vrede op aarde, in de mensen een welbehagen. En<br />

nu, bij Zijn eerste verschijning aan Zijn discipelen na Zijn opstanding, richtte de Heiland Zich tot hen<br />

met de gezegende woorden: “Vrede zij u”. Jezus is altijd bereid <strong>door</strong> Zijn woord vrede te geven aan<br />

zielen die met twijfel en vrees zijn beladen. Hij wacht op ons, dat wij de deur van ons hart voor Hem<br />

zullen openen en zeggen: Blijf bij ons. Hij zegt: “Zie, Ik sta aan de deur en Ik klop. Indien iemand naar<br />

Mijn stem hoort en de deur opent, Ik zal bij hem binnenkomen en maaltijd met hem houden en hij met<br />

Mij”.<br />

522

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!